u&Aaal van den dag
H
Stan en Pol
De avonturen
van
Het gasmasker
F 250.-
W at batsaksat hst lijden In dwn tijd.
I vergalakan bij aan aauwighald van
I galukzallghaid?
KIDD-MILLIOENEN
PLICHT en
[GELUK
i
DINSDAG 7 SEPTEMBER 1937
Onze Lieve Vrouw van
Montserrat
De nieuwe
hoed
Het beeld gespaard
Al ISO jaar zoekt men
Kunstwerken verwoest
te Toledo
Reeds 90 jaar geleden
uitgevonden
De Britsche chemicus Stenhouse
grondlegger van het type,
zooals wij dat
kennen
NAAR HET
ENCELSCH
Op jacht naar de schatten van een
rebel en avonturier, piraat en
ondankbaar afgewezen
Soeman
2^-2
antwoorddec
Basiliek van den H. Antonius te Padua
heel
een oogenblik
van
niet
met
je
28
HOOFDSTUK XXV
(Wordt vervolgd)
Tenzü bet Ja ongelukkig
En hü vertelde haar zachtjes In oor, wie hy was en
hoe hü de verschillende kinderen hielp, zoodat Nel het einde
lijk begon te gelooven- Toen het vier uur was kwamen de ver
schillende meisjes meewarig naar Nel toe, maar deze maakte
zich gauw van hen af en ging naar huls om maar spoedig haar
strafwerk te kunnen maken.
gen, omdat de menschheld van 90 jaren
de vreeselijke gifgassen, waarvan men
in den modernen oorlog bedient, gelukkig nog
niet kende. Toch hadden Stenhouse’s proeven
met zwavelwaterstof, ammoniak enz. een vol
ledig succes. En hierdoor bewees Stenhouse’s
masker In den waren zin des woords een .gas
masker" te zijn.
heeft zjj
„Wat Is
antwoordde zij kalm. ,Jk heb nooit
anders
een
de
De juffrouw was nu erg boos en thans volvoerde ze haar
bedreiging en Nel moest den volgenden morgen tien bladzijden
uit haar geschiedenisboek overschrijven en mee naar school
brengen. Dat was een zware straf. Nel begon te huilen. Stan
kreeg medelijden met het meisje en fluisterde In haar obr, dat
ze niet meer moest huilen, hü zou ze w<el voor haar maken. Hij
beduidde het meisje, dat ze stil moest zijn, hij zou haar straks
alles wel uitleggen.
bij verlies van een hand,
een voet ot een oog.
dollars in een dergelijke onderneming te ste
ken.
Binnen enkele weken zal men meer kunnen
vernemen over de Kidd-kwestie. Vóór a.s. No
vember moet men resultaten hebben bereikt,
want nadien zijn de stormen te hevig en is de
temperatuur op Nuova Scotia te laag.
Door den burgeroorlog zijn, zooals men weet,
talrijke kunstwerken in Spanje vernietigd. Van
Nationalistische zijde Is een organisatie opge
richt die zich „de kunstdlenst bij de voorhoede"
noemt, en die 'tot taak heeft de troepen aan
het front onmlddellljk te volgen, om in de ver
overde plaatsen de bescherming der kunst
schatten op zich te nemen en systematisch te
organlseeren. Een lid van deze organisatie, ar
chitect Luis de Villanueva, heeft in een brief
uit Toledo aan de „Times”, nadere mededeelln-
over heen, je vader zoo hulpeloos en afhankelijk
te zien.”
„Toch is hij zeker gelukkiger, dan u denkt.
Evelyn is zoo onultputtelljk in het bedenken van
telkens weer nieuwe afleidingen. Vader sou
doodongelukkig zijn, als zij eens een dag van
hem wegging!”
Op dit oogenblik legde Evelyn haar boek neer,
lichtte haar vader uit zijn stoel, schoof hem een
kruk onder den arm en liep met hem het
grootste gedeelte van het tuinpad op en neer.
„Alleen een vrouw kan dergelijke beproevin
gen doorstaan," zei Roger en Grace sag, dat
zijn oogen vol tranen schoten.
Hü begon haar nu te vertellen van George’s
werk in Londen en kwam er eerlUk vooruit, dat
hU dien arbeid ontvlucht was.
..Je zult mü wel heel verwaand vinden, maar
ik had ml) altUd de meerdere geacht van
Illingworth, tot wij samen werken in die philan-
tropie, en ik ml) beslist zijn mindere voelde in
den omgang me* degenen, met wie wü toen te
maken hadden. HU wist altijd den julsten toon
te treffen, ergerde zich niet gauw, liet menige
persoonlUke beleediging kalm over zich heen
gaan kortom, hü voelde zich gelukkig. Geluk
kiger dan hU wist, want zUn energie moest een
uitweg hebben en op deae wijze vindt hü die.
Toen wü elkaar ontmoetten, had hU genoeg van
Londen met al *Un amusementen."
op die befaamde hoedenkwestie. Geen van bei
den gaf ook maar een duimbreed toe.
Geen wonder dus, dat Elsa slecht gehumeurd
was; dat Frank zich aan z’n zaken' wijdde met
'n Uver en *n ernst, waarvan z’n oudere deelge
noot In de firma, vreemd en ietwat geamuseerd,
opkeek.
Dat duurde zoo eenige weken voort, tot Frank
op zekeren dag in z’n pension aan de telefoon
werd geroepen. In z’n haast, om bü de telefoon'
te komen, wierp hü een stoel omver. HU bracht
den hoorn aan z’n oor, en set op afgemeten, za-
kelUken toon:
.Hallo."
Een dun, maar lief stemmetje
..Ben ju daar, lieve Frank?”
Even precies en duidelUk sprak hU terug:
,4a. lieveling."
„O, Frank, Ik voelde me zoo ongelukkig......
enhoe dwaas was het toch van me; och,
t spijt me toch zóó
..Spreek er toch niet meer over, engel!” riep
Frank; „alles is nu achter den rug."
,4a, gelukkig
maar. O. t was
mjjn schuld
hooren hoe
lief toch van je,
om vanmiddag
langs ons huis te
rUden met dien
hoed op.”
„En nu wil Ik dat akelige ding niet meer zien:
verbrand het maar; zet t in elk geval nooit
meer op. O, toen je er mee voorbü reed in je
auto
„Zoo, heb Je me gezien?" vroeg Frank,
onschuldig.
„NatuurlUk. t Was allerliefst van je om zoo
aan m’nm’n gril toe te geven."
„Absoluut niet”, zei Frank heel grootmoedig.
„In elk geval”, klonk het weer door de tele
foon „moeten we onzen tüd hier niet staan ta
verknoeien. Waarom kom je niet direct?"
„Ik ben al onderweg", juichte Frank. HU liet
den hoorn vallen, nam een hoed maar niet
den hoed greep z’n handschoenen en verliet
snel de kamer.
In de gang bleef hü staan en riep:
„Barend!"
Barend de huisknecht, stond
later voor hem.
„Weet je wel Barend”, zei Frank streng, „weet
je wel. dat je eigenlUk ontslagen moet worden."
„Ik mijnheer?" J
.Keker JU”, zei Frank, nog strenger, „rfn hier
heb je een riks. Vooruit, pak aan, en Xog één
woord: als je weer eens een vrijer/middag
hebt, leen dan niet den hoed van ander
en ook niet z’n auto. Begrepen?"
dat geopend en vast gesloten kan worden, dient
om er versche houtskool door te laten, dat op
haar beurt weer moet dienen als abeorbtlemid-
del tegen kwade atmosferen. De respirator
wordt door een elastieken band, welke rond *t
achterhoofd loopt, op zUn plaats gehouden.”
Het masker, dat Stenhouse onder den naam
„respirator" beschrijft, bezat reeds alle nuttige
onderdeden, waarvan heden ten dage nog het
gasmasker wordt voorzien. Het Stenhouse-
masker wordt zelfs thans nog absoluut onge
wijzigd gebruikt in vele fabriekt^ waar met
gevaarlUke stoffen wordt omgegaan.
Het typische is wel. dat ook' Stenhouse ex
perimenteerde met gifgassen.-^tehoon de be
doeling van zUn uitvinding nfë^vas: een be
schermingsmiddel tegen gifgassen te vervaardi-
terug
zich
Na dit eene oogenblik van wederzüdsche
zaligheld legde hü haar de hand op den schou
der en keek haar recht In het gelaat.
„De Hemel zegene Je, Evelyn! Ik zal mUn
best doen, het niet moeilijk te maken voor je.”
Toen hoorden zü Anthony en Mary en bü
geen van beiden verraadde de uitdrukking op
het gelaat de ontroering, die zU zoo pas had
den doorgemaakt.
held der schatkamer was en waarschUnlük had
men deze hier gebracht, om het dengenen, die
het gebied of een anderen toegang niet kenden.
Ónmogelijk te maken er binnen te dringen.
Toch gelukte het den besten zwemmer der
drie, bU de eerstvolgende eb In de grot te drin
gen en eenige handen vol goud er uit te ha
len, niet meer dan wat hU In zijn zakdoek ge
knoopt met de tanden kon vasthouden. Doch
de nieuwsgierigheid van de schatgravers was
gewekt. En sindsdien is'de goudschat niet ver
geten. Doch eerst veel later kwam men op de
gedachte deze grot in verband te brengen met
het avontuurlijk leven van Captain |Cldd.
Niet minder dan zeven groote ^expedities
hebben zich op weg begeven om tot de schat
kamer door te dringen. Maar alle mislukten
door het vraagstuk van den vloed. Niet eens
met duiktoestellen kwam men iets Verder, daar
de grot zóó ligt, dat de luchtslang in elk ^ge
val dicht gedrukt wordt. Doch nog tweemaal
zijn bijzonder moedige ondernemers, leden van
een Amerlkaansche expeditie, er in geslaagd
eenige stukken goud uit den grond tastend in
het duister naar boven te brengen, als een
bewijs, dat men werkelijk op het goede spoor
is en geen fantoom najaagt.
Deze successen dateeren reeds uit de jaren
1830 en 1897. De buit van 1897 werd verkregen
doordat men van opzij een boor door het ge
steente dreef, toen inderdaad op een holte
uitkwam en men met deze tamelijk nauwkeu
rige kennis van het terrein, een man In de
diepte kon zenden- Doch deze boorwerkzaam-
heden moesten worden opgegeven, waar zü te
duur werden en werkelijke resultaten nog In
de verre, verre toekomst lagen.
Onlangs werd opnieuw beweerd, dat de grot
niet alleen de kostbaarheden van Capt. Kldd
herbergde, maar ook de schatten van een aan
tal vluchtelingen, die ontkwamen aan de ver
schrikkingen r»n de Fransche revolutie en
„voorloopig” hun goudwaarden en juweelen
hier opborgen.
Daarbij komt echter de vraag hoe deze vluch
telingen dan den ingang tot het gewelf von
den. Steeds weer rijst de veronderstelling, dat
er een tot nu toe onbekende toegang bestaat,
welke misschien werd dichtgemetseld of is in
gestort, doch in elk geval werd gebruikt door
Kapitein Kldd en de vluchtelingen. Als men
deze nu kon vinden, zouden de boorwerken en
zuigpompen van de firma uit Pasadena
noodlg zijn.
Want voorloopig zijn de plannen om
behulp van een middelmatig sterken boor van
boven af de schacht te bereiken, en dan met
een zuigpomp alles uit de grot te halen, wat
daar los ligt, de meest redelijke. De menschen.
die hun geld in deze nieuwe onderneming heb
ben gestoken zijn kalme en verstandige lie
den, van wie men aanneemt, dat zjj hun kan
sen hebben overwogen, alvorens hun kostbare
ATT T’ jk °P dit blad zlJn ingevolge <le verzekerlngsvoorwaarden tegen 17 7^0 bU levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door 17 7b*J ongeval met
«I (Ti XX llv/ll I w ongevallen verzekerd voo» een der volgende uitkeeringen Uv» verlies van belde armen, beide boenen of belde oogen VV* doodelljken afloop
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
derf té zaaien. Hjj dacht er slechts aan het
masker in de wereld te brengen, om demensch-
heid van dienst te kunnen zijn In den strijd
tegen de bacteriën. Doch ook hierin was hü
de voorlooper van een groote Idee: veel meer
nog dan in den oorlog heeft het gasmasker
zich In de laatste Jaren ontwikkeld als een be
schermingsapparaat tegen gassen, welke moe
ten worden bestreden in fabrieken, bü verwer
king van stoffen en tegen ziektekiemen van al
lerlei soort, welke de volksgezondheid kunnen
bedreigen.
Het Interessante van Stenhouse’s werk Is
misschien, dat ook hij reeds van het principe
uitging, dat heden ten dage nog de gasmasker-
technlek der geheele wereld beheerscht:
masker deel, dat den mond en neus tegen
andere giftige buitenlucht afsluit en een
filter die in het masker wordt geplaatst. Ook
de door Stenhouse uitgedachte soort van vul
ling van den filter voorziet in werkelijkheid in
de methoden, welke bü de moderne Industrie
ën gasmaskers worden aangewend.
Er schuilt dus geen onwaarheid in, wanneer
men beweert, dat de Brit Stenhouse de grond
legger was van het masker, zooals de moderne
mensch dat nog prefereert.
„Over de desinfecteerende eigenschappen
van houtskool, naast 'n beschrijving van een
kool-respirator, ter reiniging der lucht door
filtratie”, aldus luidde het opschrift van een
in 1847 gepubliceerd artikel van den uitvinder
het gasmasker, Stenhouse. In dit artikel,
thans helaas bijna geheel vergeten, leest men
het volgende:
„De krachtige werking der houtskool, n.L de
grof gepulverde, In staat gassen en dampen te
absorbeeren, Is sinds lang bekend. Toch oefent
de houtskool nog een andere, tot heden toe.
volgens mjjn meenlng, nog niet voldoende be
studeerde werking uit op de zoo gecompliceer
de verdervingsproducten.
„Op de belangrijke werking, welke de houts
kool als deslnfecteerend middel toekomt, werd
mijn aandacht gevestigd door een mijner stu
dievrienden, John Thumhull, den bekenden
fabrikant van chemische producten te Glas
gow. Mr. Thumhull bracht voor ongeveer ne
gen maanden het kadaver van twee doode hon
den mee in een houten kist. Deze kist legde
hjj In ’n slechts énkele deciriieters diepen kuil,
In houtskool poeder gegraven, en overdekte de
kist met dezelfde substantie. Ofschoon de kist
geheel open was, was er, toen men de kist na
zes maanden weer blootlegde, van de ontbin
dingsverschijnselen niets meer te bemerken.
Men vond slechts een aantal beenderen. Mr.
Tumhull zond mij een deel van de houtskool,
welke vlak op het kadaver had gelegen. Aan
deze houtskool was met het bloote oog niets
meer te bemerken, doch bij nader onderzoek
bleek het absorbtlevermogen verdwenen.”
„Het doel der voorgaande mededeelingen is
hoofdzakelijk zoo gaat Stenhouse voort
een poging de goede eigenschappen van houts
kool als absorbtiemiddel te leeren kennen, wel
ke volgens mij nog niet genoeg bekendheid ge
nieten. Ik zou hier graag meer bekendheid
willen geven aan een nieuwe en toch zoo een
voudige soort respirator, (ademhallngsnüddel),
die met gepulverde houtskool is gevuld, om alle
mlasmen en aanstekende deelen te absorbeeren
en te verdelgen, welke bü gele koorts, cholera
en andere besmettelijke ziekten, welke In de
atmosfeer kunnen hangen, te vernietigen.
,Jk liet zulk een respirator vervaardigen,
volgens een door mij uitgedacht model. Het
masker sluit om mond en neus. Een dekseltje.
-j—s en bijzondere correspondent van The Unl-
verse meldde, dat het beeld van Onze Lie
ve Vrouw van Montserrat, waarvan vrijwel
teder meende dat het door de Rooden was buit
gemaakt toen zjj bet eeuwenoude klooster be
zetten, dat op 40 mijl afstand van Barcelona
in de bergen is gelegen, zich in veiligheid
vindt.
Vier of vjjf jaar geleden, toen de communis
tische dreiging in Spanje kwam opzetten, heb
ben de Paters Benedictijnen het wereldbe
roemde beeld laten namaken, en deze copie
de plaats van het echte beeld doen Innemen.
Het echte beeld werd verborgen, terwijl slechts
drie monniken wisten waar het zich bevond.
Men heeft hier dus eenzelfde methode toege
past als volgens de traditie werd gebe
zigd bij het verbergen van het lichaam van
Sint Cuthbert, den grooten wonderdoener uit
het Engeland der zevende eeuw, wiens lichaam
werd verborgen op het terrein van de kathe
draal van Durham, die In Noord-Engeland ver
rijst als een heerlijk monument der Romaan-
sche bouwkunst.
Het beeld van Onze Lieve Vrouw van Mont
serrat wordt nu al meer dan 1000 Jaar ver
eerd.
Onder de heiligen die het bergpad beklom
men dat naar haar heiligdom voerde bevonden
zich de heilige Vincentius Ferrerlus. de heilige
Franciscus Borgia, de heilige Ignatius van
Loyola en de heilige Petrus Claver.
Kort nadat verleden Jaar de burgeroorlog
uitbrak nam de regeering van Catalonië het
klooster over om het als hospitaal te gebrui
ken, en het later te bestemmen voor „een groo
te Instelling ten nutte van het volk". Later
werd het Inwendige van het klooster door de
Rooden vernield en werden de monniken ver
jaagd. Dertig van hen lieten daarbij het leven.
Wjj hebben het goud van de Lutlne, dat wil
zeggen: men heeft het nog steeds niet. Er Is
maar een klein beetje, van teruggegeven door
de watermassa’s, de groote pluk zit nog onder
het zand en verder dan ooit schijnt men van
het blootleggen verwijderd te zijn. Maar ook
elders op de globe zoekt men naar verborgen
schatten.
Zoo is men al 150 jaar op Jacht naar de
mlllioenenschatten van den legendarlschen ka
pitein Kldd, den rebel en avonturier, den pi
raat en ondankbaar afgewezen Soeman; maar
nog nooit is men zoo wetenschappelijk en zoo
goed uitgerust te werk gegaan als thans, met
behulp van een groote maatschappij, die zich
met een aanzienlijk kapitaal de medewerking
van een bekende firma heeft verzekerd.
De Amerlkaansche firma Sprague and Hen-
wood uit Scranton In Pasadena (Callfomlë)
levert de boorwerktuigen, de zuig- en drukap-
paraten en stelt ook de werklieden aan, die
deze zeer moderne toestellen bU het zoeken
naar den schat kunnen bedienen. Een bekend
Amerlkaansch ingenieur, Frederic K. Krupp,
staat als leider aan het hoofd van de geheele
onderneming. Zoo uitgerust gaat men op de
Kidd-mlllioenen af!
Van de Kidd-millloenen wist men sinds lan
gen tijd. Men wist, dat de bedachtzame avon
turier zijn grooten goudbult naar een geheim
zinnig eiland heeft gebracht, dat men eerst
langen tijd in den Indischen Oceaan en later
in het Zuiden van den Atlantischen Oceaan
zocht. Toen deden plotseling drie menschen
uit Nuova Scotia, een provincie van Canada in
den Atlantischen Oceaan, in October 1795 op
het Oak-Island een bijzondere ontdekking. ZQ
stieten op een eikeboom, die met groote eigen
aardige teekens was bedekt. Bjj nader onder
zoek van de omgeving ontdekte men *n schacht
welke half onder water in een rots drong.
De schacht kon men niet onderzoeken, daar
deze met vloed geheel onder water kwam.
Maar het scheen, dat men dicht in de nabjj-
gen gedaan over de methoden en de ervaringen
van zijn organisatie. Over Toledo schrijft hjj
o.m. het volgende:
In de 72 dagen van de roode heerschappij in
Toledo werd geen enkel bouwwerk beschermd,
alleen uitgezonderd de „Graftombe van Conde
de Orgaz”. In de beide groote musea werd geen
enkel schilderij van den muur genomen en het
eene museum werd zelfs als een steunpunt voor
de bestorming van het Alcazar gebruikt, terwijl
de schilderijen en andere kunstvoorwerpen wa
ren blootgesteld aan de vernielingen van den
oorlog. Deze onvergeeflüke nalatigheid is des te
erger omdat het gebouw kelders bezit, die zeer
gemakkelijk konden Ingericht worden om de
schilderijen veilig te bewaren. Niet alleen dat
de kunstwerken niet beschermd waren, maar
schitterende schilderijen zooals Jezus en Maria
van Van der Goes en de H. Familie van Ribera
werden afzichtelijk geschonden. Het is een groot
geluk dat op één na alle schilderijen van Greco
in Toledo gered werden.
De eenige uitzondering is het schilderij van
Kardinaal Tavera. dat met een mes kapot ge
sneden werd. Deze kunstwerken werden ge
spaard voor de woede van het gepeupel, doordat
drie personen, twee kunstenaars en een boek
handelaar. ze met levensgevaar in veiligheid
hadden gebracht De kathedraal was niet alleen
blootgesteld aan de strooptochten van hen die
kerken, kloosters en particuliere huizen plun
derden en verwoestten, maar zü werd het
slachtoffer van het roode comité, dat de kathe
draal systematisch liet uitplunderen, waarbij de
Hongaar Thomas Malonyal de leiding in han
den had.
Men heeft een document gevonden, waarin de
gestolen voorwerpen en ook de personen, die
aan den diefstal der schatten van de kathe
draal hebben deelgenomen, worden opgesomd.
Een ontzaglijk verlies is de Bijbel van den H.
Lodewljk, die eeuwenlang de glorie der kathe-
draal was.
Een bijna even groot verlies is ook de bijna
totale verwoesting van alle gebrandschilderde
ramen uit de 14de en 15de eeuw. De twee
vreeselijke explosies, die het Alcazar tot over
gave moesten dwingen, vernietigden alle rui
ten van Toledo en beschadigden de meeste da
ken. Waarom hebben de bestormers die onver-
vangbjfre kunstwerken niet beschermd en de
waardevolste stukken uit de vensters genomen,
daar zjj toch de verschrikkelijke uitwerking
kenden der ontploffingen, die menschen. stee
nen en zelfs vrachtauto’s in de lucht slinger
den?
In tegenstelling hiermee beschrijft Villanueva
de vele maatregelen die sinds September ge
troffen zfjn om hetgeen nog overgebleven is
voor verdere vernietiging te beschermen. De
kunstwerken der musea en kerken zfjn in spe
ciale bomvrije ruimten ondergebracht en vol
gens een zorgvuldig systeem geclassificeerd.
onzin hooren wil! Als zjj besloten is, haar vader
niet te verlaten, dan moest er ook van geen
engagement sprake zijn.”
„Waarom niet? Ja, ik had haar ook kunnen
voorstellen, dadelijk te trouwen en haar vader
mee te nemen naar mijn huls."
„Ik denk niet, dat zü dit ooit zou willen doen.
In de eerste plaats kunnen wjj niet berekenen,
welke uitwerking dat op den armen man zou
hebben, als hjj werd weggehaald uit zijn ge
wone omgeving; en na de eerste paar jaar zou
Je het wel eens een veel te groot verband kun
nen vindemi, om dien ouden man steeds bij je
te houden. HIJ kan nog wel eens meer hulp
noodlg hebben, als hjj lichamelijk achteruit
gaat. Hier is dat anders: mocht het Evelyn
soms te zwaar worden, Uan heeft zij altijd nog
drie zusters, die bereid zijn, haar plaats in te
nemen. ZU is nu evenwichtig en gelukkig in het
bewustzijn, haar plicht te doen jegens haar
vader; tenminste dit wks zoo, tot Je kwam.”
„Dus vind je eigenlUk, dat ik liever had moe
ten wegblUven?”
„Neen, maar het spüt mü. dat Je niet beiden
den toestand aanvaardt, zooals die Is, en af
stand doet van elkaar."
„Wat nu? Wilde Je dan, dat ik haar zei, tipe
ik, na rUp beraad, tot de slotsom was gekomen,
dat onze verloving toch een fout was?"
..Dat nu misschien niet, maar ik denk, dat zU
je dit wel zal zeggen, eer je weggaat, en dat
Je haar dan bü haar woord moet nemen."
,Jn dat geval moet ik hier ook niet langer
blUven komen."
.Waarom niet?
.Evelyn, je zult mü toch niet wegzenden? Q
kind, had je mü lief, of was alles een vergis
sing?”
„Al wat ik deed en dacht, was een vergissing
en nu kan ik niet eens meer kiezen.”
„Antwoord mü die èéne vraag: heb Je mü nog
lief?”
,4a,”
iemand anders lief gehad en zal nooit een
ander lief hebben, maar ik zal vader nooit ver
laten. Er mag niets in mjjn leven komen, dat
mU van hem zou afhouden."
„Laat ik jou mogen lief hebben en laat mü
teeten, dat je mü Hef hebt,” pleitte hU. ..Dat is
kl, wat ik voor het oogenblik vraag."
„Weet wel, dat de gelofte, die ik heb afgelegd,
om mU aan vader te wüden, even onverbreek
baar is als eenige gelofte van huwelUkstrouw."
„Dat begrijp ik. En ik geloof, dat ik mUn
eigen krachten niet overschat, als ik een even
plechtige gelofte afleg, dat ik je nooit zal trach
ten over te halen, om je pUcht ontrouw te
worden. Laten wU deze gelofte nu bezegelen
met een kus, liefste!"
et verloofde paar Elsa en Fnuik wandelde
door een drukke winkelstraat, toen Elsa
voor een etalage bleef staan en zei:
..Frank, Mjk eens. die hoed”, en ze wees naar
een hoed in de etalage van een heerenmodesaak.
„Och ja, wel aardig”, antwoordde Frank.
„Wat sou die Je prachtig staan.”
Frank keek opnieuw. 1 Was een beige hoed en
nogal harig, met neerhangenden rand. Tusschen
het lint waren twee veertjes gestoken, t Was
een hoofddeksel waarvoor Frank z’n neus optrok
en hU verheelde dit niet.
„Geen hoed voor mü-”
pluist voor jou. Ik zie Je hem al op hebben."
..Dan zal je dat niet anders dan in je ver
beelding zien.”
.Kom Frank, ga er in en koop hem”, verzocht
Elsa, bijna smeekend, en ze trok hem aan z’n
arm en zoo, als t ware, den winkel in.
Eenmaal in den winkel kon Elsa’s verloofde
niet anders. HU kocht den hoed.
Toen hU dien namiddag op z’n kamer was,
zette hU hem op. Misschien viel t nog mee.
Maar voor den spiegel viel 1 geweldig tegen. In
een oogwenk had hU hem weer van z’n hoofd
gerukt. HU wilde niet, dat Barend, de huis
knecht van 1 deftige pension waar hU woonde,
hem toevaUlg met dat leelUke ding op z’n hoofd
zou zien.
Hoe is t mogelUk, vroeg Frank zich af. dat
zoon smaakvol meisje als Elsa geen kUk heeft
op de kleedlng van een man. waartoe toch niet
op de laatste plaats een hoed behoort? En het
stond bü hem vast, dat, als ze man en vrouw
waren, hü de inkoopen voor z’n eigen garderobe
alleen zou doen. HU stond op, en wierp den
nieuwen hoed op de hoogste plank van z’n
kleerkast. Daar mocht dat miserabele ding voor
zUn part blUven liggen. HU zou er niet meer
aan denken.
Maar Elsa dacht er wél aan en er anders over.
Ze had nu eenmaal een zwak voor dien heeren-
hoed. En daarom wilde zU persé, dat Frank dien
hoed zou dragen. Het was bovendien haar keus.
Meer dan eens zei ze het hem.
,J3ien hoed?" riep Frank. ,Jk verzeker Je,
kindlief, dat ik m’n ergsten vUand, dat deksel
niet op z’n hoofd zou willen zetten.”
„Dwaasheid”, hield Elsa vol; „1 Is een alle
machtig aardige hoed.”
„NU. ik kan hem niet luchten of zien.”
En zoo begon de ruzie, die zóó hoog liep, dat
ze elkander hoe langer hoe minder zagen. Elsa
beweerde, dat Frank een stUfkop en eenvoudig
onhandelbaar was, en Frank, dat Elsa met de
redelijkheid op voet van oorlog stond. Waarom,
dacht het meisje, draagt hü dien hoed dan niet,
om mü een plezier te doen? Ik wil niet voor gek
loopen, dacht Frank.
De kloof, die de verloofden scheidde, werd da-
gelljks breeder. Al hun grieven baseerden zich
Den volgenden ochtend stond Roger vroeg op
'en ging een wandeling maken. Toen hü terug
kwam, zag hü Anthony de koeien, die pas ge
molken waren, uit den stal drUven: roode, witte
en gevlekte koeien, en ook een paar rasechte
Jerseyes, Rosamonds speciaal eigendom.
Roger liep naar den voorkant van het huls
en daar zag hü juist Evelyn met haar vader in
den ziekenstoel den tuin inrüden. Hü versnelde
zün schreden en ging haar tegemoet.
Juist op het oogenbHk, dat de ontmoeting
plaats had, kwam Grace de hulsgenooten waar
schuwen. dat het ontbUt klaar was. Zooals zü
daar stond, was zü de bevalligheid in persoon.
Gezamenlük gingen zü het vertrek binnen,
terwül dokter Underwood van de heerlüke
buitenlucht genóót onder den wingerd, waar de
wlnterdrulven in groote trossen hingen te
rüpen.
„Wat ziet je vader er vanochtend opgewekt
uit,” zei Roger.
„Ja," antwoordde Evelyn, ,Je komst schUnt
maakt, moet Je hier juist dlkwüls komen,
hebt elkaar lief en daarom zal het prettiger
zün. om elkaar te zien, maar je moet Je niet
binden."
„Wat zou .het beste voor haar zün?” over
legde Roger bü zichzelf, onder het naar huls
loopen.
Toen hü de veranda binnentrad, zat Grace
aan haar naaimachine, met een stapel tafel
linnen.
„Kon ik maar helpen." sei Roger. „Ik vind het
van mUzelf zoo egoïstisch, dat ik nu zoo maar
luier, terwül verder iedereen in huls druk bezig
te!”
.Maar terwül u naderhand op uw bureau te,
zullen wü misschien weer luieren." zei Grace.
„We hoeven niet allemaal op hetzelfde oogen
blik bezig te zün! Het spüt mü. dat ik nu zoo’n
leven maak met die machine, anders zou ik
wel eens willen hooren, wat u al die jaren heeft
uitgevoerd.”
Met een glimlach antwoordde hü:
„Nu. het zal mü een waar genoegen zün, je
daarvan verslag af te leggen.”
Na een oogenblik aarzelen zet ze: dat ae de
machine dan zoo lang zou wegzetten en wat met
de hand zou naaien.
Roger zat intusschen met droeven bik naar
Evelyn te küken. die bezig was. haar vader
voor te lezen; en zoozeer was hü hierin verdiept,
dat hu geheel den tüd uit het oog verloor en
Grace er hem aan herinneren moest, dat zü
haar machine had weggeborgen. Juist omdat
hü makkelüker met haar praten zou.
„Vergeef mü." zei hü. «Jk kan ar maar niet
hem goed te hebben gedaan. In den regel ziet
hü niet graag gasten."
Ze zaten allen aan het ontbüt; Mary voor het
theeblad, Anthony het koud vleesch voorsnij
dend, en er heerschte een allergezelligste, har-
telüke geest aan tafel.
Na het ontbüt ging Roger met Anthony mee
en hü stond versteld, zoo praktisch als alles
was ingericht
„Wü exploiteeren het goed niet op zoo ruime
schaal, want het te er ons nu niet om te doen,
om rük te worden, maar om een goed bestaan
te hebben en het zóó te houden, dat het altüd
nog voor uitbreiding vatbaar te. Mary heeft een
boerendochter aangenomen voor het boter
maken. Die komt hier drie dagen in de week van
haar ouders boerderü aangereden, om te hel
pen met karnen. Rosamond zorgt dagelüks voor
het afroomen en stremmen van de melk. Daar
een groote bedrevenheid in.”
Grace een kflap meisje geworden!"
,4a, je moet hier nog maar een tüdje blUven.
Ik herinner mü nog, dat je zoo graag met
Grace rüden ging, en we hebben nog een prach
tig paard op stal staan.”
„Ik kan nü niet langer blüven, Stogdale. Het
was al verbazend vriendelük van je, dat je mü
gisteren hier meebracht. Ik heb altüd nog zoo’n
hoop gekoesterd, dat, ate Evelyn mü een gun
stig antwoord gaf, de toekomst dan wel heel
goed kan aansluiten bü het verleden.”
„Bedoel je daarmee, dat Jullie verloofd züt?”
,4a; maar we zullen niet trouwen, zoolang
haar vader in leven te."
„Ik begrijp niet, dat Evelyn van zulk een
Nel was er van geschrokken en ze probeerde om nu niets
meer te zeggen. De verleiding wws echter te machtig en na een
poos fluisterde ze Annie weer in, dat het zoo’n prachtig feest
zou worden, er kwamen wel twintig meisjes en een gooche
laar.... „Nel,” klonk het opeens.
Het zal binnenkort negentig jaar geleden
zün, dat de Engelsche geleerde, de chemicus
J. Stenhouse, het gasmasker in de wereld
bracht. Deze uitvinder van het gasmasker, het
nuttig apparaat, dat vooral in onzen tüd zoo’n
belangrüke rol speelt, mag niet worden verge
ten.
Toen d? eerste gasaanvallen den grooten
oorlog inluidden, stonden de soldaten in pani-
schen schrik en in volslagen hulpeloosheid
tegenover het nieuwe vreeselüke wapen: het
gifgas. Vochtige doeken, welke men om mond
en neus bond, waren de eerste pogingen, het
veege lüf te beschermen tegen het verschrikke-
Ujk wapen. Dan werden de gasmaskers inge
voerd, zware, spookachtige toestellen, die ver
schenen als het symbool van den verschrikke-
Ujken modernen tüd en die, wegens hun eigen-
aardigen vorm, den bijnaam kregen van „siga
renkistjes.”
Niemand wist zich toen nog te herinneren,
hoe een Britsch geleerde en vorscher, ongeveer
70 jaar tevoren, een masker had uitgevonden,
van büna denzelfden vorm. En al heeft het
moderne gasmasker thans nog weinig van een
.Sigarenkistje”, toch blüft de Brit, John Sten
house, de uitvinder van het gasmasker, dat in
principe hetzelfde te gebleven, als toen Sten
house het construeerde.
Stenhouse heeft echter bü zün beschrüving
van het door hem ontworpen masker niet ge
dacht aan het feit, dat de menschheld zün
masker nog eens noodlg zou hebben, om zich
in tüden van oorlog te beschermentegen gif-
gasaanvallen, die bedoeld zün om dood en ver-
100