I
er
Sint Aegidius
Opening Staten-
Generaal
SECRETARIS-GENERAAL
VAN DEFENSIE
R.K. KERKMUZIEKSCHOOL
TE UTRECHT
VAN WEEK TOT WEEK
DE NIEUWE VOGELWET
METROPOLITAAN KAPITTEL
Materialen verdwenen
I
11
Bewapening van loods-
booten
Loonsverhooging bij
de mijnen
u
V.
c
i
i
H
Is
De R.K. Kerkmuziekschool te Utrecht herdenkt
haar
tzy»
jarig
bestaan
1
de
nu
Het
den in
Orgelfond»
daarover
Een hui», waar muziek in zat
r
Ter bewaking van den Nieuwen
Waterweg
Toeslag van 5 pct. met ingang
van 1 October
Benoeming van den heer C. Ringe
ling te verwachten
Het prinselijk echtpaar zal de
plechtigheid niet bijwonen
Kooper heeft zich te veel
toegeëigend
In verband met de In de laatste weken ver
schenen persberichten omtrent de uitvoering der
vogelwet, verzoekt men ons het volgende on
der de aandacht van onze lezers te brengen:
Het houden en het kweeken van vogels is ge
heel vrij, alleen het vangen, vervoeren en han
delen is aan bepalingen onderworpen.
De Vogelwet spreekt over de In Europa in
het wild levende soorten, kortweg genoemd in
landsche vogels, dat wil dus zeggen, dat alle
als
ont-
Pater dr. C. Huigens O.FM., directeur
vgn de R.K. Kerkmuziekschool
Tokio, de hootdstad van Japan, biedt een weerspiegeling van de ontwikkeling van
het Japansche RMk tot een modernen staat. Luchtfoto van een modern stads
kwartier van Tokio
als
onze
n
be-
het
en
vogels niet zonder
„Ik had"| zoo vervolgde pater Huigens
„echter een andere opvatting omtrent
verschillende dingen betreffende de muzi
kale actie in ons vaderland. Zoo was ik o.a
van meening. dat de discussies in het Gre-
goriusblad omtrent den rhythmus van het
Gregoriaansch ten zeerste nadeelig werk
ten op de beoefening van het Gregoriaansch
op de koren. Men wist niet, waaraan men
zich te houden had. Ook zag ik de toen
hier en daar opkomende Korenbonden als
een noodzakelijke schakel in de organisa
tie der St. Gregoriusvereenlging. Ook leek
me voor de herleving van de kerkmuziek
een Kerkmuzlekschool noodzakelijk.
Naar verluidt zal het prinselijk echtpaar
de plechtige opening van de nieuwe zitting
der Staten-Generaal op Dinsdag 21 dezer
niet bijwonen.
Z'ooals men weet, is de R. K. Kerkmuzlekschool
ondergebracht in een prachtig patriciërshuis
op de Plompetorengracht en we merkten onsen
astheer op, dat men het met het onderdak
brengen der onderwijsinrichting wel schitterend
getroffen heeft.
1 „Ja, dat hebben we en door een toeval ia
Wjj vernemen, dat in verband met de
noodzakelijkheid, voor den Nieuwen Water
weg bjj Hoek van Holland over eenig
machtsmiddel te beschikken, de loodsboo-
ten, die voor den Waterweg den loodsdienst
doen, van kanonnen zullen worden voor
zien.
Door middel van draadlooze telefonie zal
de buitengaats zijnde boot dan worden ge
waarschuwd, wanneer daadwerkeljjk ingrjj-
pe» tegen een schip, dat zich ‘aan eenig
misdrijf heeft schuldig gemaakt, noodlg is.
Eere-kanunniken benoemd
Zjjne Hoogwaardige Excellentie de Aarts
bisschop van Utrecht heeft benoemd tot
Eere-Kanunniken van het Metropoli taan
Kapittel van Utrecht Zjjne Hoogwaardige
Excellentie Mgr. J. O. Smit alsmede den
Zeereerwaarden Heer A. E. Rientjes, pastoor
te Maarssen.
Er hangt eerder een zekere rust, verklaar
baar na de groote vacantle en het is Juist de
eerste dag van het schooljaar, als pater
Huigens ons hier ontvangt, kort nadat we
hem per telefoon gevraagd hadden aan den
vooravond van het jubileum eens over de
school te mogen komen praten.
De rljksbemiddelaar prof. mr. Josephus Jitta.
heeft partjjen. betrokken bij het dreigend con
flict In het kuipers- en haringpakkersbedrjjf te
Vlaardingen bijeengeroepen tot een bespreking
in het departement van Sociale Zaken
Woensdag as.
derlandsche R K. Kerkmuzlekschool te Utrecht,
die Zondag haar 12K-Jarig bestaan herdenkt
Het Is heusch geen angstwekkende omgeving, dit
vertrek, waar leerlingen aan den tand gevoeld
worden en zoo er op andere tijden een sfeer
van strengheid mocht zijn, dan Is die op dit
moment, nu we tegenover onzen vrlendelljken
gastheer, pater-dlrecteur dr. Caeclllanus Hui
gens O.F.M. zitten, verdwenen.
Pater Huigens doet dit met zichtbaar piel-
zier, want de R. K. Kerkmuzlekschool. een in
stelling. die in den korten tjjd van haar be
staan de waardeering van velen, ook van nlet-
katholleken heeft verworven, ligt hem nA aan
het hart. Wanneer we hem een en ander om.
trent den geboortedag van de jubilaresse vra
gen, gaat hl) even zjjn geheugen te rade en
glimlachend nog om het schoone toeval of
was het niet eerder een wondere beschikking
van' God, die op deze wijze zichtbaar Zijn ze
gen wou verleenen? vertelt hjj, hoe juist op
den feestdag van den H. Gregorius den Grooten.
den grooten leeraar van den kerkzang, op 12
Maart 1925 de notarieele acte van de stichting
tot stand kwam. Den avond te voren, toen de
oprichters, het bestuur van de 8t. Gregorius
vereenlging vast bjj elkaar kwamen en het juist
de vespers van den grooten heilige waren, had
een der heeren er op gewezen.
Sindsdien is ook 12 Maart als de dies natalis
der school gevjerd
Hoe pater Huigens aan
school kwam
Naar wjj vernemen, zijn ernstige onregelma
tigheden aan het licht gekomen bjj de afbraak
van den voormallgen spoorweg Alphen aan den
RijnUithoorn.
Bjj de politie van eenige, langs deze lijn ge
legen gemeenten, is een aanklacht Ingediend
tegen den kooper van partijen materiaal en
zand, die zich belangrijk meer zou hebben toe
geëigend dan waarop hij recht had. Het politie
onderzoek is op het oogenbllk in vollen gang en
strekt zich o.m. uit tot Amsterdam en Rotter
dam, waarheen de verdwenen materialen zou
den zjjn vervoerd.
zoogenaamde exotische vogels geheel bulten de
Vogelwet vallen.
Vangers en verkoopers van in Europa in het
wild levende vogels (inlandsche vogels dus)
moeten een vergunning hebben, die aangevraagd
kah worden bij den Inspecteur van den Land
bouw. Departement van Economische Zaken,
Bezuidenhoutscheweg 30 te Den Haag.
Den vogelliefhebbers, die inlandsche vogels
houden of kweeken. wordt geadviseerd, aan den
Inspecteur van den Landbouw, Bezuidenhout
scheweg 30 te Den Haag, op te geven, hoeveel
inlandsche vogels zij houden en van welk soort.
Het Is in het belang van de vogelhouders dit te
doen vóór 1 October as, omdat. In geval var.
behoefte aan verplaatsing van op geoorloofde
wijze voorhanden gehouden vogels, bijvoorbeeld
wanneer een vogelhouder wil verhuizen, ge
makkelijk een vergunning tot het vervoer van de
beschermde vogels verstrekt kan worden.
Opgezette vogels worden ook onder het
grip „vogels" verstaan. Hieruit volgt, dat
vervoeren van en het handelen In doode
geprepareerde Inlandsche
vergunning kan geschieden.
Zjj. die nadere mededeelingen wenschen te
ontvangen, kunnen zich wenden tot den ge
machtigde van het bestuur der Vereenlging van
belanghebbenden bij den handel in vogels, vo
gelhouders en aanverwante artikelen (HAVOVE)
den heer L. Hansma te Weesp, die bij K. B.
van 9 Aug. J.I. benoemd Is tot lid van de Vo-
gelwet-Commissle.
Mededeelingen over de uitvoering
„Het is niet alleen noodig, de studenten
tot goede en bekwame musici te vormen,
neen ook geestelijk moeten zij gevormd
worden, als mensch. christen en liturgist.
waarvoor een Intensieve opvoeding noodlg
Is en daarom stellen wjj bij het aannemen
van nieuwe leerlingen hooge eischen. Zij
moeten natuurlijk op de eerste plaats aan
leg hebben, maar ook een goede dosis al-
gemeene ontwikkeling. Bij de twintig A
dertig candldaten, die zich elk Jaar aanbie.
den. zijn er gewoonlijk maar vier of zes.
die we kunnen aannemen."
In de Vrijdag gehouden vergadering van de
contactcommissie voor het mijnbedrijf werden
de loonregeling en de daarmede samenhangende
voorstellen van de mijnwerkersbonden behan
deld.
Namens de R.K. en de Prot. Ehr bonden
werd de meening geuit, dat de bedrijven een
loonsverhooging van 10 pCt. kunnen dragen.
Hiernaast zou dan nog een verbetering dienen
te worden gebracht in de pensioenen en de
verlofregeling, waarbij de Prot, Chr. Bond ook
de doorbetaling van loon op Christelijke feest
dagen overwogen zou willen zien. De vertegen
woordiger van den Nederlandschen Mjjnwer-
kersbond verdedigde met het oog op
vele gezinnen bestaanden achterstand een ult-
keerlng ineens te verstrekken.
Pater Huigens vertélde ons nog zijn toekomst-
idealen. Zoo wachten er nog eenige muurvlak
ken op een beschildering.
Het gróóte Ideaal van dr. Huigens is echter
een concertzaaltje. waarvan hjj zich de’ in
richting reeds gedroomd heeft. Het is echter
noodig. dat er al spoedig een groot orgel komt.
Dit zal de feestgave worden bfj het koperen
Jubileum en voor dit doel hebben oud- leerlin
gen een lotery georganiseerd, waarvan de
trekking vóór 12 September van het volgend
jaar zal plaats hebben.
„Misschien" - zoo merkte pater Huigens on
deugend op „bedenkt men ons wel zoo goed,
dat we dien dag ons orgel al kunnen inwijden.”
We deelden deze hoop.
„Och. ja”, zoo riep onze gastheer ons
terug, toen we onze voeten reeds op de trap
pen vóór het huis hadden gezet „wilt u
ook schrijven, dat het van zoon groot be
lang is, dat de Z.Eerw. Heeren Pastoors bij
vacatures zich tot onze school wenden. Zij
zijn dan verzekerd van goede krachten en
Zi) kunnen jonge menschen aan werk hel
pen.”
„Voor hoeveel studenten is er plaats?"
„We kunnen er ruim twintig bergen,
getal studenten, dat we hebben, varieert zoo
van 12 tot 17.
„U vormt op den duur wel een keurbende
-van koordirigenten”, merkten wij op.
„Natuurlijk, een keurbende, daar is het Juist
om te doen. Hun stand moet opnhoog Gisteren
heb ik het nog op de reünie van oud-studen
ten gezegd: „niet nur Muslker!"
We wezen op benoemingen als onlangs van
SJef van Eerden tot dirigent van het koor der
Kathedrale Kerk, een oud-leerling van de R.K.
Kerkmuziekschool. welke benoeming toch wel
een eervolle onderscheiding van de School be-
teekent.
Ptter Huigens beaamde dit volledig.
Als Utrechtenaar deed het ons goed te ver
nemen. hoe pater Huigens in Utrecht alle fac
toren had gevonden, die hjj voor zijn instituut
noodlg achtte. Utrecht met zijn concerten, die
door de studenten geregeld bezocht worden en
met vele andere uitingen van een hoogstaand
cultureel leven als musea enz.
We vonden, dat we lang genoeg beslag nad
den gelegd op den tijd van den directeur der
school. Vooral zoo n eerste dag van het nieuwe
schooljaar is er nog veel te doen.
Pater Huigens wilde ons echter niet laten
gaan, voor wjj nog even de wonderschoone
kapel en de aankleedlng van het huls hadden
gezien. Het trof ons, hoe in dit alles tot uiting
is gebracht het karakter van deze school,
waardoor een sfeer is geschapen van schoone
harmonie en rust, zoo geschikt voor de studie,
waarop de bewoners van dit huis zich toeleg
gen.
Wij beloofden dit gaarne en namen afscheid.
De zware deur viel achter ons dicht en we
stonden weer midden in het drukke stads
gewoel.
mijn aandacht op dit hula gevallen. Eerst had
den we het huis op den hoek van de Zuilen
straat aan de Nleuwegracht willen hebben, dat
ook een uitstekend pand voor dit doel was.
Toen kwam echter dit open, waaraan we de
voorkeur gaven. Het huis heeft een prachtigen
tuin, de indeeling liets niets te wenschen over,
er wazen zalen, die uitstekend voor onA kon
den dienen. Zoodra de stichting officieel tot
stand kwam, heeft het bestuur dit huls ge
kocht van den vader van Henri van Goud
oever.”
„Er zat dus wel muziek in het huis."
„Ik ben vervolgens in overleg met het be
stuur de school gaan inrichten en u begrijpt,
dat alles in het begin nog zeer primitief was.
Zoo hadden we in de kapel een houten kist als
altaar.
Het moet gezegd worden, dat ik van ïele kan
ten hartelijke medewerking heb ondervonden,
in het bijzonder een grooten steun van het
Episcopaat en voorts van het bestuur der St.
Gregoriusvereenlging, vele koren en particulie
ren.
3 November 1925 zijn we begonnen met zeven
leerlingen Intern en twee extern. Op 19 Novem
ber had de officieele opening plaats door pas
toor Jansen uit Den Haag, die toen in de als
kapel ingertchte zaal voor het eerst in het huls
een H. Mis opdroeg en daarna de huiszegening
verrichtte.”
„Hebt u dan ook externe leerlingen?”
„Neen, al sinds lang niet meer. De ervarin
gen hebben ons geleerd, dat de leerlingen in
tern moeten zijn, wil de geheel geestelijke en
muzikale opvoeding, zooals wjj die beoogen,
volledig tot haar recht komen.”
Dr. Huigens weidde dan uit over hetgeen de
Kerkmuziekschool eigenlijk wiL
zame, die God zoekt. Het waren soms gruwe
lijke nachten, door dagen van verschrikking
gevolgd. waarin de daemonen hem kwelden
terwijl zijn lichaam verzwakte, zijn geest be
vangen werd door lusteloosheid. Hevige hallu
cinaties achtervolgden den kluizenaar, maai,
tenslotte, na hardnekkig strijden, ontvlamde
hem de gloeiende liefde, en nu begon hij de
schepping Gods met een geheel gezuiverd hart
te beminnen. Hij verzorgde de wilde dieren,
die tegenover hem hun wreedheid en hun
schuwheid aflegden, omdat zjj van dezen be
woner hunner woeste verblijfplaatsen geen
kwaad te duchten hadden. Men kent uit den
tegenwoordfgen tjjd de fantastische wildemis-
verhalen. die het dankbare onderwerp leveren
van avontuurlijke films, zooals Tarzan, doch
niemand denkt eraan, hoe in de barbaarsche
eeuwen, toen heele streken van Europa nog den
naam des Verlossers niet kenden, zulke avon
tuurlijke fantasieën reeds werkelijkheid moeten
geweest zijn. Want wat Aegidius beleefde, heb
ben in die tijden vele kluizenaars ervaren. Door
hun jarenlang verblijf in woudgrotten en berg
spelonken ontwend aan den omgang met men-
seben, werden zij met de dieren vertrouwd en
juist dit proces is een nieuwe .beproeving, want
nu dreigt de verdterljjking dengene, die. ge
heel opgenomen in den schoot der Wilde natuur,
zich zou laten gaan. Die macht van de natuur
over de gedachte, dien tegenstand van het oer
woud tegen den ordenenden geest, kan* men
zich, rustig in een hedendaagsche huiskamer
gezeten, niet licht meer voorstellen, doch deze
macht vooral is de oorzaak, dat de Kerk het
kluizenaarschap begon te ontraden, om het
monnikswezen te bevorderen.
Geheel buiten de menschelljke maatschappij,
zich voedend met het voedsel der dieren, zich
omhangend met dorre bladeren en met beesten
vellen. leefde de kluizenaar Aegidius, en de
legende wil, dat hjj gevoed werd door een herte-
koe. God echter zoo vervolgt het vrome veru
haal wilde niet, dat de deugden van zijn
eenzamen dlenacy langer verborgen zouden
blijven, en zoo geschiedde het, dat een hoveling
uit het gevolg van den Gothenkoning Wamba
in deze streek kwam jagen en er het spoor
van de hertekoe vond. Het schichtige dier was
gevlucht naar haren beschermer, en de pijl
trof niet het wild, doch den kluizenaar. Zoo
vond hem de koning, gewond en bloedend, maar
reentop vóór het angstige hert. Vriendelijk bood
hjj hem verzorging en onderdak aan. maar
Aegidius weigerde en bleef tot zijn dood in de
grot Hij stierf omstreeks 725, op hoogen ouder
dom. Koning Wamba richtte op de plaats, waar
de kluizenaar geleefd had, een klooster op, dat
nog heden den naam draagt van Sint Gllles-
k loos ter.
Waarom nu Sint Aegidius de patroon der
biechtelingen is? Karei Martel had een zware
misdaad begaan, en schaamde zich hierover
zoozeer, dat hij den naam van deze misdaad
ook in de biecht niet over zijn lippen kon krij
gen. Men had hem gesproken over den eenza
men Aegidius en nu verzocht Karei dezen klui
zenaar ten hove. Hier las Aegidius de Heilige
Mis en tijdens deze Heilige Mis zoo wil de
legende legde een engel een blad papier op
het altaar, waarop de zonde vermeld stond.
Aegidius hoorde nu de biecht van Karei Martel
en gaf hem de absolutie, na hem geholpen te
hebben bij de belijdenis. Daarom is Sint Aegi
dius een van de zoogenaamde noodhelpers en
de patroon der biechtelingen.
Gelijk gezegd, is veel in dit verhaal eenvou
dige volksverbeelding, tegen een achtergrond
van historische werkelijkheid.' Waar precies de
feiten ophouden en de fantasie begint, is moei
lijk te zeggen. Niemand behoeft het verhaalde
te gelooven.
Toch hebben zulke vertelsels hun wtoarde.
want ze brengen ons in kennis met de gods
vrucht van het verre voorgeslacht. Den heiligen
Aegidius navolgen is, strikt genomen, niet meer
mogelijk en zou* ook niet worden goedgekeurd,
nu de omstandigheden zoo geheel veranderd
zijn. Maar uit zijn legende leeren wij, hoe zware
offers de ouden zich getroostten om de ingeto
genheid te kunnen bewaren, en bovendien
dit is het waardevolle menschelljke trekje
hoe de middeleeuwers hun toevlucht namen tot
een heiligen „noodhelper", wanneer zij hun'
biecht moesten spreken en door valsche
schaamte weerhouden werden. Zijn het alleen
de middeleeuwers, die dezen „nood" kenden?
Of zou de voorspraak van den heiligen Aegidius
nog heden een benauwde ziel kunnen helpen?
Hij is misschien niet in elk opzicht „een hei
lige voor dezen tijd", de vroeger zoo vurig ver
eerde Sint Aegidius, maar in den nood zijn ge
slachten en geslachten tot hem gevlucht, zijn
voorspraak vragend om een goede biecht te mo
gen spreken. A. v. D.
In een nieuw program van actie was een der
punten oprichting van een Kerkmuziekschool.
„Toen hebt w zeker direct de handen aan den
ploeg geslagen?"
,:Dat wil zeggen, dat op den eersten Katho
liekendag te Utrecht in 1919 door Mgr. van
Schalk in 'de Liturgische Sectie, waar als spre
kers optraden Pastoor Beukenng en onderge
teekende, werd afgekondlgd. dat het Hoogwaar
dig Episcopaat aan de St. Gregoriusvereenlging
opdracht had gegeven tot stichting van een
Kerkmuziekschool. Daar zaten we zonder geld
of iets. Mij werd gevraagd de stichting voor te
bereiden. Door het St. Gregorlusblad. waarvan
ik tevens de redactie kreeg met als mede
redacteur Mgr. van Schalk, werd een actie op
touw gezet om aan geld te komen. Hierin heb
in grooten steun ondervonden van de koren."
„U zult toen best uw handen vol gehad heb.
ben?”
„Ja, ik zat in die ja ren voortdurend tusschen
de wielen. Gaf cursussen, zoowel in Lutjebroek
als Sas van Gent, reisde naar Dokkum en
Maastricht. Na 1919 heb ik bij de 100 cursussen
gegeven. Het slot was gewoonlijk, dat ter plaat
se een Korenbond werd opgericht en ik greep
de gelegenheid aan om tevens donateurs of be
gunstigere te werven voor de op te richten
school. v
In 1924 zagen we, dat we in 1925 konden be
ginnen. Toen is die Stichting tot stand geko
men.”
Het dreigend conflict
te Vlaardingen
De nieuw te benoemen secretarls-generaal
werd geboren 8 Mei 1875, doorliep de H. B S.
te Hoorn en werd op 1 October 1892 toegela
ten tot den toenmaMgen- artilleriecursus te Delft,
en op 4 October 1895 tot tweede-lultenant bij
het 2e regiment vesting artillerie benoemd.
Na van 1900 tot 1905 gedetacheerd te zijn ge
weest bij het wapen der artillerie in Neder-
landsch Oost-Indië, werd hij in 1906 werkzaam
gesteld by de munitiefabriek aan de Hembrug.
waar hij ook na zijn bevordering op 1 Novem
ber 1912 tot kapitein, werkzaam bleef tot 1 No
vember 1913, toen hij tot het verrichten van
troependjenst bij het 3e regiment vesting artil
lerie werd overgeplaatst. Op 1 Mei 1914 werd
hij tot kapitein van speciale diensten bjj dat
regiment benoemd, om op 1 Januari 1916 bij
het in den mobilisatietijd opgerichte munitle-
bureau te worden geplaatst. Daar bleef hij
werkzaam tot Juli 1919, toen hij belast werd
met de afwikkeling van het spaarfonds der
vreemde geïnterneerde militairen. Juli 1921
werd hij na liquidatie van dit spaarfonds weder
als kapitein van speciale diensten bij zjjn re
giment teruggeplaatst. In dé in dien tijd door
den minister van oorlog benoemde commissie
tot reorganisatie van de afdeeiingen Vin (mi
litaire administratie) en IX (comptabiliteit)
werd hij als lid opgenomen.
Het door deze commissie tngediende rapport
gaf in overweging beide afdeeiingen samen te
voegen, met welk voorstel de minister van Oor
log zich vereenigde. Op 1 Februari 1923 werd
de kapite'in Ringeling benoemd als waarnemend
hoofd der gecombineerde afdeeling, waarna hij
op 1 Mei, na zjjn ontslag als kapitein en be
noeming tot reserve-kapitein, benoemd werd
tot referendaris, hoofd der afdeeling. 1 Mei 1924
werd hU benoemd tot reserve-majoor, 1 ^Octo
ber 1926 tot reserve-luitenant-kolonel el)
zoodanig met ingang van 8 Mei 1930 eervoj
slagen.
Na samenvoeging van de afdeeiingen comp
tabiliteit van de toenmalige departementen van
Oorlog en Marine werd hjj op 1 Januari 1930
tot administrateur bevorderd.
In een volgende vergadering kan
dan een beslissing worden genomen.
Voorts kwam nog ter sprake het vraagstuk
van den arbeidsduur. Tegenover bet standpunt
der vakbonden, die een beperking van de .werk
week reeds thans wenschelijk achten, herhaal
den de directies, dat zjj ook in het belang van
de in het mijnbedrijf werkzame personen een
verdere verkorting van de werkweek slechts m
overweging kunnen nemen, als de voor
naamste landen, waartegen onze mijnbouw
heeft te concurreeren, tot werktijdverkorting
mochten overgaan.
De vakvereenlgingen zullen de voorstellen
der directies in hare hoofdbesturen bespreken,
terwijl de werkgevers nader zullen overwegen,
wat zjj inzake pensioenen en verlofregeling meer
concreet kunnen toezeggen.
Natuurlijk waren we nieuwsgierig om te we
ten. hoe juist pater Huigens, al waren zijn
muzikale gaven destijds reeds bekend, aan de
school als leider verbonden werd. We vernamen
dan, hoe hierbij nog de oorlog een rol heeft
gespeeld, omdat daardoor pater Huigens. die
a> tot leeraar van de Kerkmuziekschool in Aken
was benoemd, voor ons land behouden is geble
ven.
„Na vier jaar in Weenen te hebben gestu
deerd", aldus pater Huigens, „ben ik eerst nog
een Jaar lector in de Liturgie aan ons klooster
te Weert geweest. Ik werd toen het was in
1916 benoemd tot leeraar aan het Gregorius-
haus, ook een kerkmuziekschool in Aken, met
de bedoeling daar het Gregoriaansch volgens
de leer van Solesmes in te voeren. Het lag in
de bedoeling, dat ik qok de redactie van het
Gregorlusblatt, juist zoo'n tijdschrift als wel
hier kennen, op me zou nemen.Ik werd daar
voor door mijn overste afgestaan. Het was mid.
den in de» oorlog. De correspondentie ging
vanwege de censuur zeer langzaam. Ik was nog
hier, toen er vanuit Aken een telegram kwam
met de boodschap: „nicht abrelsen. Brief
folgt”. Intusschen was het al begin December
en na Kerstmis zouden de lessen beginnen. Dit
telegram is mede aanleiding geweest, dat in
Nederland de R. K. Kerkmuziekschool werd
opgericht.
Uit het schrijven, dat op het telegram volgde,
bleek, dat de school leegliep, omdat alle Jon
gelieden tusschen de 18 en 45 jaar onder de
wapenen werden geroepen Men leefde daar in
de veronderstelling, dat de oorlog niet lang
zou duren, maar u kent het verloop en daar
stond ik nu. „Ga maar naar Woerden”, zei mijn
overste, „misschien kunt ge meewerken aan de
St. Gregoriusvereeniging.”
De directies verklaarden zich bereid
boven den loopenden toeslag van vijf pro
cent met ingang van 1 October aa. voor
den duur van 6 maanden een nieuwen toe
slag op de Iconen van vjjf procent en voorts
de kwestie van de pensioenen en de ver
loven nader onder het oog te zien.
Naar wij uit goede bron vernemen
is dezer dagen een Koninklijk Besluit
te verwachten. waarbij benoemd
wordt tot secretaris-generaal van het
departement van Defensie de heer
C. Ringeling, administrateur, hoofd
van de afdeeling comptabiliteit van
dat departement.
omndge heiligen worden vergeten, nadat
ze gedurende langen tijd door groote me-
kJ nigten vereerd zijn. Ze beantwoorden niet
meer in dezelfde mate, zoo schijnt het, aan de
nooden der menschheid, die zich andere idea
len koos en andere voorbeelden voor oogen wil
zien. De heilige Aegidius, in onze Zuiderprovin-
ctea beter bekend als Sint Gilles, was een der
noodhelpers in de middeleeuwen, maar in den
nieuwsten tijd hoort men weinig meer over
ham. hoewel hij nog hier en daar in Vlaanderen
en in Noord-Frankrijk de patroon van een pa
rochie is. Er bestaat een tooneelstuk over zijn
leven, door den bekenden Henri Ghéon, maar
het is moeilijk op te voeren en dus weinig be
kend. Verder is er in de laatste Jaren Weinig
over Sint Aegidius geschreven. Hoe komt het
toch, dat hij zoo op den achtergrot^i is geraakt,
deze patroon van de goede biecht? Het heeft,
dunkt ons, een dubbele reden. Ten eerste is de
heiligenvereering na de middeleeuwen veel we
tenschappelijker geworden, dank zij vooral den
arbeid van de Bollandisten. Figuren, waarom
trent we maar heel weinig met historische
zekerheid weten, genieten sedertdien niet meer
dezelfde voorkeur als in de meer poëtische
maar minder wetenschappelijke middeleeuwen.
Hiermee hangt nog iets samen. Na het concilie
va» Trente legde men bij de prediking sterk
den nadruk op de navolging van het voorbeeld.
dat de heiligen gaven, zoodat vanzelf meer
aandacht werd geschonken aan die heiligen,
wier deugden uit betrouwbare documenten be
kend waren. De argelooze middeleeuwers zoch
ten in de heiligenvereering vaker het andere
element, dat wij misschien wel eens te veel ver-
wharloozen. Zij zagen namelijk in het leven van
den heilige op de allereerste plaats het werk
Gods. Wij zien meer dan zjj het aandeel, dat
de mensch zelf bijdraagt door mede te werken
met de genade. Dit verschil van accent brengt
mee, dat onze vereerlng over het algemeen
lichter uttgaat*>naar heiligen, die we navolgen
kunnen, en dat we minder waarde hechten aan
de ietwat legendarische, maar niettemin stich
telijke wonderverhalen, waardoor God in Zijn
heiligen verheerlijkt werd.
Zhlk een verhaal nu is hetgeen bekend bleef
omtrent den heiligen Aegidius. Men behoeft het
niet allemaal te gelooven. Door de mondelinge
Overlevering is het waarschijnlijk wel mooier en
vooral wonderltfker gemaakt dan het in werke
lijkheid geweest is. Geschiedenis te scheiden
van verbeelding valt, njet altijd makkelijk,
wanneer de betrouwbare documenten ontbre
ken, maar ook de fantastische legende behoort
tot de geschiedenis. Is het niet «tiarachUg ge
beurd, dan heeft men toch rekening te houden
met het feit, dat het waarachtig verteld is.
Voorzoover het verhaal ons dus in het onze
kere laat over den jiersoon van den vereerde,
verschaft het ons inlichtingen omtrent de per
sonen van de vereerders. En dan is het toch
opmerkelijk, dat Sint Aegidius altijd werd te
hulp geroepen door degenen, die hun biecht
gingen spreken. Hij is de voorspraak van de
biechtelingen. Wisten ze wel, dat ze nog altijd
een patroon hadden? -
Ziehier het leven van Sint Aegidius, zooals
het vanouds verteld wordt en zooals het ook
in rijke tafereelen afgebeeld staat in de Sint
Severinus-kerk te Boppard aan den Rijn:
Omstreeks het jaar 640 werd Aegidius te
Athene geboren uit vrome ouders, die hem een
goede opvoeding gaven. Van jongsaf godvruch
tig, voelde hij zich aangetrokkende een
zaamheid. Hjj droomde ervan, kluizenaar te
worden in de woestijn, doch z)jn oudere hiel
den den jeugdigen knaap bij zich. Ze lieten hem’
ongaarne vertrekken. Na hun dood echter
Aegidius was toen 25 Jaar verdeelde hU hun
erfenis onder de armen van de stad en ging
scheep op de eerste de beste boot, die gereed
lag. Ze bracht hem naar Zuid-Frankrjjk, onder
de Galliërs. Hij landde te Marseille, doch daar
het zijn bedoeling was, zich terug te trekken
uit de omgeving der menschen, begaf hij zich
landinwaarts als een zwervend bedelaar. Eenl-
gen tijd verbleef hij te Arles, toen trok hjj de
Rhóne over en volgde den stroom van een zij
riviertje, de Gard, aan welks boorden hl] een
eenzame grot hoopte te vinden.
Hier ontmoette hij Veredemus, een kluizenaar
van hoogen leeftijd, die sedert meer dan dertig
Jaren eenzaam geleefd had, al zijn gedachten
wijdende aan God en de goddelijke dingen,
■erbiedig begroette hij den ouden man, en hij
maakte hem zijn verlangen naar de eenzaam
heid bekend. Maar de ervaren kluizenaar, zien
de hoe jong Aegidius nog was, deelde hem
mede wat hjj in zijn eenzaam leven ondervon
den had en waarschuwde hem tegen de ver
schrikkelijke beproevingen, die hem wachtten.
Eenige dagen alleen zijn, dit verdraagt de men-
schelljke wilskracht, maar als het maanden en
jaren worden, dan moet de genade te hulp
komen. Men kan wat bezigheid zoeken, doch
daar de ware kluizenaar geen omgang met
menschen wenscht, verliezen de meeste bezig
heden ham kki. Slechts de concentratie van de
gedachte doet den tjjd vergeten. Lange, harde
oefening is noodig om dezen staat van geeste
lijk leven te bereiken. Daarom hield Veredemus
den jeugdigen Aegidius bjj zich en leerde hem
den eenzamen weg naar den innerljjken vrede.
Toen zijn leermeester gestorven was, bleef
Aegidius aHeen in de grot, zieh voedend met
veldkruid en water.
Maar in de wereld miwie de verwildering, die
stammen opoette tegen stammen; de zevende
eeuw was een wreede eeuw. Volk, uit zjjn neder-
zettingen verjaagd, zoeht een schuilplaats in
de bosschen en leefde er, zooals de beesten
leven. Onder de priesters heerschte een schan
delijk zedenbederf. Herhaaldelijk drongen strij
dende borden den stroom langs. Soms gebeur
de het ook dat vrome menigten den kluizenaar
tdlden bewegen, zjjn eenzaamheid te verlaten
«n zich aan hun hoofd te scharen, hetzij voot
een pelgrimstocht, hetzij voor het vormen eener
godsdienstige gemeenschap. Aegidius voelde zich
nog te dicht bij de wereld, hjj liet de beek ach
ter zich en trok dieper het woeste gebergte in
tot bjj de bronnen van de Rhóne, waar hij een
hol vond, welks ingang door doornige braam
struiken afgesloten werd. Deze vluchtplaats van
beren en wolven koos hjj zich tot woning, om
den grooten strijd te strijden va» den sen
se?
flater dr. Caecilianus Huigens
O.F.M. vertelt interessante
bijzonderheden over voor
geschiedenis en bedoe
ling van dit instituut