E
Schaakrubriek
n ml
Damrubriek
1
Bi
B
èHêB Hè'
I
BB
I
I
11
Zoekt gij betrouwbaar
„Omroeper”
XS H BIB
Stó'B B
B
gS S l
Personeel?
L
I
D
Plaats dan een
O w
iirnniniiTnniTTmminniiiinimre
DINSDAG 21 SEPTEMBER 1937
s
s
e
op wit 21-16 moet Zwart oogonschjjnhjk altijd
deze
met
verliezend Is, wat uit het verder verloop
blijft
niet
dwongen) Zwart 24:35, Wit 33:24. Zwart 19:30,
Probleem no. 149
30
40-34,
3
Stand na Zwart 23
11
16
21
26
31
Stand na den 20n. zet van wit
36
46
11
16
3
21
26
2
OPLOSSINGEN
31
1
no.
(Wit
36
t
h
b
d
e
dat
41
46
te
Overname zonder bronvermelding verboden.
PARTIJ Nr. 3
45:34
PuntenlUet ever JuniJuliAugustus
11:23
Het maximum aantal punten bedraagt 7A Het
Zwart 33:34
14-19
10-14
in
15:7
we:
Alle correspondentie betreffende deze rubriek
gelieve men te zenden aan Job. Duvergé, Korte
Prinsengracht 55, Amsterdam.
16:27
6-111
23-381!
24:35
19:30
11-16!!
t
1
1
1
1
1
16:37
35-30
33:24
25:34
38-33
no<
bit
om
3»’
uit
de:
vl
Ni
n<
3(
oi
ti
B
d
P
v:
V
25:9
39-34
34-30
38-3211
26:48
48:23
23-28
28:50
35:44
44:35
50:28
14-19
35-40
1
sp<
m<
ch
lin
va
Ts
be:
1
ne
m<
Lc
Ar
zir
1
mi
mi
Hc
be<
aa
op
ba:
he
vei
scl
mi
de
m<
ejiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiinni
Driemaandeltjksche wedstrijd in het oploMen
van schaakproblemen
Analyse van J. W. VAN DARTELEN.
UIT DEN WEDSTRIJD OM HET DAM
KAMPIOENSCHAP VAN BELGIë
In den wedstrijd om het damkampioenschap
van België 1934 kwam in de partij tusschen Pol
de Lodder met Zwart en Maurice Verleen»
met Wit de volgende stand voor:
PARTIJ-FRAGMENT Nr. 4
43- 38
37:17
17-11
11-6
6-1
1-6
45-40
38-33
6:44
44- 28
28:14 40-44
Wit geeft op.
11-17!
Thans wordt een bijzonder Interessant spel-
gedeelte Ingeluid:
27. 27-21
28. 33:21
ging heeft Zwart natuurlijk 34-39 In reserve ge
houden.
Stand
Zwart
zet Dan
de aanval
Dc7—b7;
kunnen wjj ons de zienswijze van dien meester
zeer goed verklaren.
OX bestaat er echter wél degelijk verschil
tusschen goede en minder goede aanvangsaet-
ten en tot de laatste categorie rekenen wjj ze
ker de 3136 (Poolsche)-opening.
Een krachtig middenspel kan Wit in
opening vrijwel nimmer ontwikkelen.
19-23
kunnen
36. 48-43
Wit 39-34 gaat natuurlijk niet wegens Zwart
24-30 enz. met dam.
Oplossingen gelieve men binnen 14 dagen In
te zenden.
Correspondentie
B. K. te V. In een probleem mag hetzelfde ge
beuren als in een partij. Toch'zal de componist
zooveel mogelijk ruwheden vermijden. Daaronder
behooren ook de oplossing te beginnen met een
schaakzet of het slaan van een stuk hooger in
waarde dan een pion.
G. W. J. te N. Voor het probleem no. 140 zou
1. gxf6 en passant alleen gemotiveerd zijn als
uit den stand te bewijzen viel, dat de laatste zet
van zwart f7f5 was geweest Dat geenszins te
bewijzen la Bovendien zou uw zet niet tot het
doel lëlden. Hebt u het antwoord van zwart dxe6
wel onderzocht?
25. 50-44
Wit 40-34 (Zwart 29:40) 35:44 gaat natuurlijk
nog steeds niet wegens den damzet Zwart 34-
30; 23-28 en 18:49.
Tóch verdiende wellicht nog 40-34 en
hier de voorkeur boven den tekstzet
7-11
Pf3; 2. Pf2t Kd5; 3. Pf4 mat
Kf5; X De3, Rxg4 3. Pg7 mat
Pc5; 2. Dc4t Kf5; 3. Ph6 of Re3 mat
De heer Fluitman oordeelt:
Zelfs in de varianten
Nog lastig aan alle kanten.
Wjj ontvingen van deze diepzinnige opgaaf
veel foutieve oplossingen, die weerlegd worden
met dxe6, Rxe6 of Pxe2.
Bayersdorfer als partjjspeler
Hoewel Bayersdorfer op de eerste plaats pro
bleemcomponist was, toont de volgende partij
(ook ontleend aan: Zur Kenntnis des Schach-
problems) zijn sterk talent als partijspeler.
in cijfers:
16 schijven op: 3, 6, 7, 9, 13-16, 18, 19,
22-24, 26 en 29.
Wit 16 schijven op: 25, 27, 31-33, 35-38. 40,
42, 43, 45, 47, 48 en 50.
24. 43-39
Op 50-44 volgt Zwart 24-30 (Wit 25:34) 7-11
(Wit 33:24) en 19:50. Slaat Wit eerst 33:24 dan
volgt Zwart 7-1J (Wit 25:34) en 19:50. Op Wit
33-28 (Zwart 32:33) 40-34 (Zwart 29:40) 38:20
(Zwart 15:34) volgt na Wit 35:44 Zwart 34-30
(Wit 25:34) 23-28 (Wit 32:23) 18:38 met schijf
winst. Op Wit 45:34 volgt Zwart 24-30 (Wit 35:
34) Zwart 19:39 (Wit 43:34) Zwart 23-28
32:23) en Zwart 18:40 met schijfwinst.
Resumeerende kunnen wij dus zeggen
Wit’s tekstzet 43-39 gedwongen was.
2-8
SicUiaansch
Wit: Bayersdorfer. Zwart: J. de Soyres.
1. e2—e4, c7—c5; 3. Pgl—f3. Pb8—c6; 3 Pbl—
c3, a7a6; 4. d2d4, ele6. (De juiste zet was
cxd4. Als zwart dezen zet verzuimt, dan komt
hij spoedig in moeilijkheden). 5. d4d5, e6xd5;
6. e4xd5. Dd8—e7t; 7. Rel—e3, Pc6—e5; 8. Rfl—
e2, d7—d6; 9. 0—0, Rc8—f5; 10. Ddl—d3, Pg8—16;
11. Tflel. (Wit dreigt door Pxc5 een pion te
winnen. Door de rochade kan zwart dat niet
verhinderen: 11.. 0-0-0; 12. Rxc5. dxc5; 13 Pxe6
Dxe5; IA Rd3 en de koningin kan Rf5 niet meer
verdedigen). 11.. Pe5xf3t. (Hiermede redt zw.
den pion niet. Dc7 had beter aan het doel be
antwoord). 13. Re2xf3. De7c7; 13. Re3x5r
Rf8el; IA Telxe7t (Een. tamelijk gewaagd
offer). Dat den aanvaller echter aanlokkelijke
vooruitzichten biedt, waartegen de beste verde
diging niet voor de hand ligt). IA.... Ke8xe7;
15. Tal—elt Ke7—d7; 16. Dd2—f4, Rf5—g6
(Zwart had nauwelijks Dxc5 kunnen spelen. Bjj
de voortzetting; 17. Dxföt Kd8; 18. Dg5, Te8;
19. Txe8t Kxe8; 20. Dxg7, Ke7 behield wit door
21. Pe4 altijd nog een sterken aanval). 17.- Rf3
g4t (Het eenige middel om den aanval voort te
zetten). 17Pf6xg4; 18. Df4xg4t tl—f5; 19.
Dg4a4t b7b5. (Daardoor dwingt zwart het
paardoffer van wit af, en kan dan in het bezit
van een kasteel meer, tegen drie pionnen, aan
winst der partij denken. De winst voor zwart
schijnt bereikbaar hoewel zeer moeilijk te vin
den.) 20. Pc3xb5. Zie diagram.
een schijf verliezen, want op Zwart 23-28 (blik
baar de eenigste) volgt Wit 16:7 (Zwart 12:1)
31-27 (Zwart 22:31) en 33:11, doch óók op deze
mogelijkheid had Zwart gerekend en dit was
juist de finesse die Wit totaal over t hoofd zag.
29. 31-16 17-21 tl
Een zeer verrassende zet. Zwart wint nu
alle varianten I Inplaats van den uitruil
(Zwart 12:1 neemt Wit de schijfwinst dle.ï.J
verliezend Is, wat uit het verder verloop der
partij blijkt. Toch zou Zwart óók na Wit 16:7
(Zwart 12:1) winnen. Immers na Wit 35-30 (ge-
12-17!
Nu kan Wit zich niet loswerken door 27-31
wegens het ontbreken van een schijf op 41 en
t onbezet zjjn van veld 4A
13. 44-39 17-231
In dit soort standen is het bezetten van veld
23 door Zwart van zeer groote beteekenls.
Wit’s linkervleugel is thans geheel op non-
actlvlteit gesteld.
IA 38:17
15. 40-44
kopje koffie extra goed. Manschappen der Lichte Brigade welke Maandag
te de omgeving van Markelo oefeningen hield, worden onthaald op een -bakje troost*
20.
21.
22.
Wit dreigde 33-28;
23. 30-25
Alle correspondentie, deze rubriek betreffende,
gelieve men te zenden aan den damredacteur:
J. W. van Dartelen, Koedlefslaan 43, Heem
stede.
gespeeld op 39 Augustus 1935 te TJmulden in
den ZeestrandwedstriJd Damclub „IJmuiden”-
Haarlemsche Damclub tusschen P. Leijte
(Umulden) met wit en J. W. van Dartelen
(Heemstede) met zwart.
1. 31-26
De ex-wereldkampioen Isidore Weiss heeft
eens verklaard „Elke openingszet Is goed, als
daarna het spel maar goed wordt vervolgd”.
20.a6xb5. (Hier schijnt zwart reeds een
winstkans te hebben gehad. Indien hij DxcS
gespeeld had). 21. Da4xb5t Kd7—c6; 22. Rc5—
b6. Ta8b8? (Zwart was schijnbaar van mee
rling met dezen zet den koetsten weg tot winst
gekozen te hebben; heeft echter In tegendeel
zijn ondergang voorbereid. Dd7 was de correcte
ware na 23. Dc4t Kb8; 3A Db4. Ta6
I spoedig vastgeloopen. 23. DbSa6t
2A Da6—c4t Kc8—d7; 25. Dc4—b5t
Kd7c8; 26. Tele7t. Zwart gaf de partij op.
Een fraai slot van een Interessante partij.
Wit 25:34 speelt Zwart 31-27!! er» Wit kan wel
opgeven.
Van na 143 (J. P. Coppens, Amsterdam)
L Dhl. Nevenoplosslng 1. Ta5.
Van no. 144 (A. Bayersdorfer, Zur Kenntnis
des Schachproblems, van Kotz en Kockelhorn).
Een prachtige compositie van een der grootste
Duitsche schaakcotnponisten (In 1901 op 59-
jarigen leeftijd overleden). Zijne werken munten
uit door diepte en bevalligheid en zijn klassieke
voorbeelden van driezetten en langere proble
men. Bayersdorfer componeerde geen twee
zetten. Om zijn ideeën uit te beelden had deze
kunstenaar minstens drie zetten noodlg.
De wegens de vele vertakkingen uitvoerige
oplossing laten we hier verkort volgen. Wij
vragen vooral de aandacht voor den eleganten
sleutelzet, de economische reine matstanden. de
zwarte blokkeeringen en het mooie konlnglnne-
offer.
L Pg4! Pxe2; 2 Pg5t Kf5; X Ph6 mat
dxe6; 3. Pf3t K. onv. 3. e4 mat
Rxg4; 2. Pg5t K. onv. 3. e4 mat
Kd5; X Do4t Kxc4; 3. Pe3 mat
24-29
16. 33:24 20:29
17. 39-33 '19-34!
Thans is de partij in een zeer belangwekkend
stadium gekomen. Men begrijpt, dat Zwart de
gevolgen van dezen zet niet In alle finesses
heeft kunnen doorrekenen. Dit zijn echter van
die momenten In de partij waarop men bjj In
tuïtie verder speelt én waarbij later zal moeten
blijken of het inzicht juist geweest is.
18. 44-39 14-19
19. 25-20
Ook Wit zit niet stil en maakt de partij
nog ingewikkelder. Tóch ontgaat ons de kracht
van dezen zet.
5. 31-27
Zooals reeds eerder gezegd, zorgt Zwart er
wx>r geen schijf op 21 te krijgen, want hierdoor
gaat z*n voordeel verloren.
20-24
6. 36-31
Zwart 16-21; 23-28 (Wit 32:23) 19:28 en
18:36 zou het spel slechts vereenvoudigen, doch
dit is geenszins de bedoeling van Zwart.
15-20
7. 34-30 10-15
Op Zwart 20-25 heeft Wit dam door 41-36
(«wart 25:34) 40-20 (Zwart 14:25) 33-29 (Zwart
23:34) 39:30 (Zwart 25:34) 27-22 enz.
8. 30-25 17-21
9. 26:17 12:21
Nu kan Zwart zonder bezwaar veld 21 bezet
ten. Wanneer Wit vervolgt met 31-26, komt na
7-12 (Wit 26:17) 11:31 (Wit 37:28) tóch de wit
te schijf op 26 weder terug.
Dit zijn van die kleine positlevoordeeltjes,
die misschien door de moderne spelers als „dog
matisch" worden beschouwd, doch waaraan de
oude theoretici nog immer waarde hechten.
10. 33-28 7-12!
Nu wint Zwart op 31-26 een schijf door 23-29
(Wit 26:17) 11:31 (Wit 37:26) 29-33 enz.
11. 39-33 21-26
Het bezetten van veld 26 is voor Zwart nu
van groote waarde In verband met diens plan
nen en hetgeen nu onmiddellijk zal gaan vol
gen.
9-14
Zwart moet natuurlijk schijf 20 uitruilen,
want 40-34 20:29 enz. dreigt met schijfwinst.
Toch wordt Zwart’s stand na dezen afrull eer
der sterker dan zwakker.
3:14
8-12
4-9
40-34 en 38:9.
1-7
Nu kan Wit -niet meer uitruilen door 40-34,
want op*35:44 volgt Zwart 24-30; 23-28 en 18:49
en op 45:34 antwoordt Zwart eenvoudig met
24-30 en 19:28.
30.
31.
32.
33.
34.
Wederom de eenigste!
^13-19
35. 32:23 19:28
En wederom dreigt Zvyart 28-32 met dam.
36. 27-21
Moet de gewonnen schijf teruggeven, ddch Wit
krijgt geen schijn van kans zich te herstellen.
16:27
37. 34-29 9-13
Op Zwart 28-32 loopt Zwart naar dam door
Wit 37:17, Zwart 26:48 en Wit 17-1L
38.
39.
40.
41.
42.
43.
44.
45.
56.
47.
48.
Zwart had óók kunnen vervolgen»
18-23 (Wit 36-31) 12-13 (Wit 41-36) 7-12 (Wit
47-41) 20-24 (Wit 31-27) 14-20 en nu
Zwart maar in afwachting wat Wit zal laten
volgen, steeds zorgdragende dat veld 21
bezet wordt door een schijf van zijn eigen
kleur. Wit zal dan voortdurend verplicht zijn
om zjjn spel op dien vleugel te richten en te
trachten ook het veld 16 in bezit te krijgen,
want zoolang dit niet is geschied, kan hij be
droefd weinig kracht ontwikkelen. Steeds zal
hy de beste schijven uit het centrum moeten
aanwenden om dit plan te kunnen doorzetten.
Met den tekstzet (19-23) beoogde Zwart ech
ter een ander doel, waarop wij aanstonds zul
len terugkomen.
X 36-31
3. 41-36
A 46-41
Dit flankspel is ’t logische gevolg van Wit’s
eersten zet (31-26). Wit kan nu natuurlijk óók
het spel naar het centrum verplaatsen door
den uitruil 32-28 (23:32) 37:28 of het spel meer
In Hollandsche banen leiden door 33-28, 39-33,
44-39 enz., doch in belde gevallen komt schijf
26 in ongunstige positie en krijgt Zwart gelegen
heid op deze schijf te comblneeren.
5-10
IX 41-36
Wit moet z*n linkervleugel tot ontwikkeling
brengen en moet natuurlijk 41-36 spelen, doch
dit is juist in dit soort standen dikwijls fa
taal; Immers Zwart voltooit dan door 12-17
den met den eersten zet (19-23) beoogden
spelgang.
en W. H. Bos op de Ven te Horn en L. H. Janssen
te Heerlen. Voorts: W. J. Depla te Kortrijk en
W. Baron van Lamsweerde te Heerlen, 72 pnt.
P. J. Barenbrug te Arnhem en F. Breman te
IJselstein, 71 pnt. J. P. Coppens te Amsterdam,
69 pnt. B. H. M. Stevens te Heemstede en A
Kuypers te Soesterberg, 66 pnt H. F. Fluitman
te Enkhulzen, 65 pnt. F. Kubatz te Haarlem, W.
de Konlng te Utrecht, 64 pnt. G. van Veen te
Amsterdam, B. J. de Boer te Wormerveer, 63 pnt.
B. Wesseling te Ouderkerk, 61 pnt. C. Ruëdisuëli
te Santpoort, S. Wjjte te Spierdijk, 59 pnt. J. C.
Nobels te Baara, G. C. Jansen te Arnhem, D
Janse te Bloemendaal en Joh. H. Heystee te Hil
versum, 56 pnt. P. Bolmers te Amsterdam en
Theo Verheggen te Thurles, Ierland, 54 pnt G.
W. Jansen te Naarden, 52 pnt. H. J. Tllleman te
Utrecht, 49 pnt. A. J. Peters te Arnhem, 46 pnt.
Jac. Kleft te Utrecht, 43 pnt. W. Hoogenberg te
Utrecht 42 pnt C. A. v. 't Hof te Badhoevedorp,
39 pnt Mejuffrouw Els Everaers te Weert. 38
pnt C. A. van t Schip te Amsterdam, 37 pnt
W. G. Harmse te Amsterdam, 36 pnt. J. H. C.
Buhre te Amsterdam, 34 pnt. A Klujjskens te
Amsterdam, 32 pnt N. de Boer te Maalbroek, 31
pnt O. Th. J. Steverlnk te Amsterdam en E. J.
van der Straat te Amersfoort, 30 pnt J. L Vrees
te Amsterdam, 29 pnt. F. J. Buylk te Lisse,
12 pnt
Oplossers die in Augustus geen oplossingen
meer Inzonden, zijn niet op de lijst vermeld.
Evenmin de heer J. B. Renekens te Amsterdam,
die bulten mededinging wil blijven en die van
143 en 144 goede oplossingen inzond. Van 143 ook
de nevenoplossing.
Bij loting tusschen de vijf oplossers die het
maximum aantal punten behaalden, viel de door
de directie uitgeloofde prijs ten deel aan den heer
aan den heer J. Kooien te Born, L.
Rectificatie
Het blijkt noodlg de reeds gegeven rectificatie
van de oplossing van het eindspel van Troltzki,
In de rubriek van den 14den September, te her
halen. 1. Te2—eOt Tf6xe6; 2. Dfl—a8f
Kc6—d5; *3. Da6—c4t Kd5—d6; A Dc4—c5t
Kd6d7; 5. Dc5a7t en wit wint de koningin
en het spel.
Stand In cijfers:
Zwart 5 schijven op: 12, 19, 22, 33 en 4A
Wit 4 schijven op 15, 32, 33 en 38.
Deze partij verliep als volgt:
Wit 15—10 (Zwart 44-50?) 32-28 (Zwart
23:43) 10-5 (Zwart 50:28) 5:40 (Zwart 22-28
gedwongen) 40-38 (Zwart 12-18 A) 38-20 (Zwart
28-32) 20-9 (Zwart 18-23) 9-20 en wint.
Op Zwart 23-28 speelt Wit 20-42 en op
Zwart 32-37 speelt Wit 20-14 en wint.
A. Op Zwart 13-17 volgt Wit 38-16. Zwart
28-33) Wit 16-43. Zwart l’-22. Wit 43-16 en
wint door 16-11 of 16-43.
Een
Markelo
2
5
i
t
Een zware mitrailleur bestookt
De admiraals Pound en Estova, die de
leiding der Engelsch-Fransche contröle
in de Middellandsche Zee hebben, zijn
te Oran aangekomen
a b c d e f
Wit geeft mat in twee zetten.
Probleem na 150
Nüsslein (links) won van
Tilden het Duitsche prof-
kampioenschap tennis. De
beide spelers voor den aan
vang van de match
-
Infanterie rukt op over de brug van het Twente Rijnkanaal bij Markelo tijdens de oefeningen, welke
de Lichte Brigade Maandag hield
i