ZOON GRAPPENMAKER EEN TE WATERLATING TE HARDINXVELD. gezinnen Zoekt gij betrouwbaar Personeel? I Plaats dan een „Omroeper” voor 80. MEEUWEN TOUWTJE SPRINGEN DONDERDAG 30 SEPTEMBER 1937 Mi Beter bekend zijn zonder twUfel: t* of S'».*»n*j« fietsen rijden, „Fietsen Een heel bekend is: fietsen rijden. .Fietsen fietsen rijden, „Fietsen Een ander: .‘.met *n fijn penseeltje schilderde hij... In Brabant hooren we dit: ■J»- DE V.P.D. Eveneens in Brabant: EIGEN SPELLING woordenboek het tegenwoordig" nièTn«l uuk al. Lid' eensklaps merken we op de straat, dat het weer tijd is voor een of ander spelletje. Meer naar de Belgische grens toe (men vindt bet touwtje springen overal); „Un, deux, trois, cho, Un, deux, trois, co, Un, deux, trois, la Un. deux, trois, de, Un, deux, trois, chocolade.” „In spin, de bocht gaat in. Uit spuit, de bocht gaat uit!” nu de Ik heb het dansen geleerd. Evangelie peterselie. Dominee van As, Je kunt preeken als een bas. Wil je me niet gelooven. Klim naar boven. Klim in den mast, Houd het touw vast.” •Ann» stond te wachten. Te wachten op haar man. 's Nachts om twaalf uren Kwam de sm....p an. Goeie avond Anna, Goeie avond Jan, Waar ben jij zoo lang gebleven? Dat gaat jou niet an! Anna ging naar boven. Haalde een dikken stok. Kwam toen naar beneden. Sloeg Jan op zijn kop. Jan begon te huilen. Te hullen moord en brand, De buren kwamen kijken. Daar was niks aan de hand!” Ik ben naar huis toegegaan. Ik heb mijn centjes verteerd. w „Een. twee, drie In de wei Lag een el Van papier Tiereliere lier. Een, 'twee, drie,” enz. „Rood, wit blauw, De koning en zijn vrouw, De koning en zjjn dochtertje, Rood, wit, blauw....” Onderwijzer: „Jantje, hoe spel je rails?” Jantje: „R-e-e-l-s”. Onderwijzer: „Maar spelt het R-a-l-l-s”. Jantje: „Maar u vroeg me toch hoe ik het snelde?” „Ik heb een jasje gekocht En naar den lommerd gebracht, likkeren anl.-Znn gezegd m .gedaan. tje-springen, en heel gauw weer. rijden, fietsen rijden, één, rijden, fietsen rijden, twee rijden, fietsen rijden, drie” enz. ken stond Juist te snuffelen in een hoop vuiligheid, toen Giotto er met zijn kame raden voorbijkwam. Alsof het beest het op ham gemunt had, schopte hij met zijn achterpoot een heele lading vuilnis In Giot to’s gezicht. De vrienden barstten in een vroolljk gelach uit en de schilder lachte hard mee. „Je hebt gelijk, zwijn,” zei hij toen, „om mij ex tusschen te nemen, want Ik ben een ondankbaar mensch. Ik verdien mijn brood met lederen dag penseelen te gebruiken, die gemaakt zijn van jouw haar (goede schilderkwasten zjjn gemaakt van var kenshaar) en ik heb er nog nooit aan ge dacht je een bord pap te geven. Nu ben ik voor mijn ondankbaarheid gestraft!” Zoo’n grappenmaker was die Glotto! CEDA Da heer 8. Wood (midden) uit Amerika, die door hot Comité voor Theepropa- ganda Is aangesteld als leider der Inter nationale theepropaganda In Amerika, bracht Woensdag een bezoek aan hot Koloniaal Instituut te Amsterdam Kind met de kinderen. Sir Kingsley Wood, do Engelsche minister van Gezondheid, bracht doze week een bezoek aan verschillende liefdadig heidsinstellingen te Chelsea Op gezette tijden van het jaar zien we eensklaps allerlei spelen weer voor den dag komen. Hoe dat precies gaat, weet Henk was graag bereid uitleg te geven „Opperled,” antwoordde hij, „is uit rijden gaan in een versierden boerenwagen. Vroe ger was het gebruik, dat de boerenjongen^ en boerenmeisjes naar de groote weiden trokken en dat daar harddraverijen gehou den werden. De Jongens reden op de paar den, de meisjes in versierde wagens. Nu maken de vreemdelingen vaak een rit in een versierde huifkar. Ze strooien dan on derweg lekkers voor de kinderen, die ze zien.” Den volgenden morgen kwam de huifkar van den boer met wien ze afgesproken had den, al vroeg voor de deur rijden. Spoedig waren de wagens versierd, ^net of *t echt is” verklaarde Toos. Toen alles klaar was, ging het den weg langs en „om de Zuid”, zooals het in de taal van de Terschehln- gers heet. Langs de Wadden werden de duintjes bereikt, waar halt werd gehouden en uitgespannen. Natuurlijk begon men direct een onderzoekingstocht. Jller heb ik een oud meeuwennest,'' riep Henk uit. Je kunt aan de „meeuwen ballen’' zien, dat de vogels hier gezeten hebben. Zulke meeuwenballen zijn de res ten onverteerd voedsel uit den krop van de groote meeuwen. Soms zijn ze rose ge kleurd, dan zijn het hoofdzakelijk rose schelpjes en krabben, die in fijne stukjes terug te vinden zjjn. Eén anderen keet zijn de meeuwenballen blauw, dan Is het voed sel mossels geweest.” „Vertel eens, welke de grootste meeu wensoort is,” vroeg Mientje. „De grootste meeuwen zijn de zilvermeeuw en de man- telmeeuw. (Fig. 1 en Fig. 2). De Zilver meeuw heeft een zilvergrijze kleur en zwarte en witte vleugelpunten. Zijn snavel Is geei met roode vlek, de pooten zijn vleesch- kleurig. De mantelmeeuw daarentegen heeft zwartachtige vleugels, de pooten zijn licht vleeschkleurlg. Of die groote meeu wen het verdienen, dat ze beschermd war den? Ze zijn erg brutaal en rooven de eieren en de jongen van kleinere meeuwen soorten.” „Noem eens een vogel, die zoo veel last heeft van de groote meeuwen,” riep Mientje. kokmeeuwen. „Nu. dat Is niet moeilijk, drieteenmeeuwen, storm- meeuwen, iachmeeuwen. Maar belangrljkei dan die genoemde soorten zijn de sterns zooals de dwergstem (Fig. 3) en de zee zwaluwen. De dwergstern heeft het voorhoofd en den staart wit, terwijl snavel en pooten oranje zijn. Het zou erg jammer zijn als de sterntjes gingen uitsterven; de men seden beginnen te begrijpen, dat het steeds beschermen van de groote meeuwen niet in het voordeel van de vogels In t alge meen Is.” JUt wou, dat we eens een papegaaldulker zagen,” (Fig. 3) riep Toos uit. „Zou die hier ooit voorkomen?” twijfelde Mientje. „Ik Is we hier nu wat gaan vertellen over Giotto, dan vraag je natuurlijk eerst: •L „Glotto, wie is dat?” Giotto was een Itahaansche schilder uit de léde eeuw, die veel mooie schilderijen gemaakt heeft en ook muurschilderingen In kerken te Florence, Rome en Assislë. Het was eigenlijk een echte grappenma ker, want toen Z. H. de Paus een prijs vraag uitschreef, om te zien wie het beste werkte, om de Sint Pieterskerk te beschil deren, weet je, wat Glotto toen deed? HU nam een groot vel wit papier en teekendc er met rooden inkt In één haal een cirke. op, zoo zuiver, dat het wel leek, of die met den passer geteekend was. Men kon er da delijk aan zien, hoe knap Glotto was. Daar om werd hij door Zijne Heiligheid aange steld om muurschilderingen te maken in den Sint Pieter. Toen hij nog in de leer was bij Cimabue, een anderen grooten schilder uit de 13de eeuw, haalde hjj eens een streek uit. Cima bue moest op een keer uit en liet zijn leer ling in het atelier achter. Daar stond een bijna voltooid schilderij van een zelfge- noegzamen edelman met een neus als een komkommer en *n paar strenge oogen, die ..(Motto overal schenen te volgen. „Als je niet ophoudt met me zoo brutaal ‘aan te kijken, zaL^lk je eens een poets bak ken,” zei de jongen. 1 HU nam het palet van zijn meester, ging voor den ezel zitten en met ’n fijn pen seeltje schilderde hij een vlieg op den groo ten neus van den edelman. Toen Cimabue thuiskwam, deed Glotto of er niets gebeurd was. De meester bekeek het schilderij en, meenende. dat er een vlieg opzat, wilde hij die met z’n hand weg jagen, maar daar zag hij, dat die er op ge schilderd was. EigenlUk moest hij er wel om lachen, maar toch gaf hij Glotto 'n paar ferme tikken om zijn ooren, omdat hjj van andermans goed af moest blijven Toen Giotto eens met zUn vrienden een wandeling in de stad maakte, kwamen zij een vet varken tegen. Ja, zes eeuwen ge leden liepen de varkens, de kippen en de schapen even gemoedelijk over de straat zls- mide honden. Je weet, varkens s(jp algeaUjk niemand. Zo° rlen we jongens, en echte smeerpoetsen en wroeten liefst in de vuilnis. Nu, vuilnis was er in die dagen ook in overvloed op straat te vinden. Dat var- Het laatste gedeelte van het beeldhouwwerk aan de brug In de Laan van Meerdervoort over het ververschlngskanaal te Den Haag. ver vaardigd door den beeldhouwer D. J. Wolbers, is Woensdag door Ir. L J. M. Feber, wethouder van Den Haag (rechts) onthuld Niet voor alles schUnt echter een speciale tijd aangewezen, waaraan men zich houdt Een daarvan is het touwtje springen een spel voor meisjes, waar echter ook wel jongens aan meedoen, terwijl groote men- schen ook hun vaardigheid gaarne nog eens beproeven. Het gaat dan met heele of halve slagen en wie het t langst kan vol houden, zonder „af” te zUn, al is dat extra lang volhouden niet alUjd aanbevelens- waardlg. Waar het ons om te doen is, ligt echter niet zoozeer opgesloten in het al of niet aanbevelenswaardige van krachttoeren. Groot en klein kennen aardige sprlngvers- jes, op welker maat de bocht wordt in- of uitgegaan. Het verblUf op Terschelling duurde reeds drie weken, maar niemand van gasten dacht nog over verveling. Elke dag bracht weer nieuw vermaak en vooral nu het zulk prachtig weer was, vlogen de da gen om. Op zekeren dag kwam mUnheer van Voorden de kamer binnen met de mede- deellng: „Jongens, morgen gaan we Oppe rled.” „Wat is dat?” vroeg Mientje. Uit de manier, waarop het gezegd werd en uit de vreugde, waarmee het plan door de ande ren ontvangen werd, kon ze wel opmaken, dat het iets prettigs was. Maar ze wou toch graag weten, waar ze zich op moest ver heugen. „Laat Henk het je maar uitleg gen,” opperde mUnheer van Voorden. Nu, en zoo doorgaande, tot de bocht uit is. Hoe langer 't duurt, hoe liever en de voorbU- gangers gaan de vrooUjke jeugd lachend met een omweg voorbU, om het springspe! niet te storen. Ge moet er eens op letten als ge touw- tje-springen ziet, wat er zooal gezongen wordt. Hier en daar zien we nu al touw- anders komt het zeker Hup wind II De overdekte tribune op het voetbalterreln van Willem N te Tilburg schijnt, behalve voor het bergen dor toeschouwers bij de matches, nog een andere bestemming te hebben, n.L voor het drogen ven waschgoed weet weL” antwoordde Henk, „dat in do vogelverzamellng op de Brandarls een op gezette papegaaldulker is. Blijkbaar zomen die vogels wel een enkelen keer hier op da kust voor. Maar Ik geloof niet, dat er kans is, dat we die NoordelUke vogels hier te zien zullen krUgen. Ze zijn anders merk waardig genoeg van vorm en van kleur: de snavel is aan de punt rood, verder donker van kleur, de pooten zUn oranje. Op de bekende „vogelrotsen” aan de rotsige zeekusten komen ze veel voor. De pooten hebben natuurhjk zwemvliezen." De rust In de duintjes was voorbij; men moest weer op de wagens klimmen en even later zette het gezelschap den tocht voort. Nu ging het naar het harde strand, waar de paarden gemakkelijk werk hadden. Veel oUzonders lag er niet op het strand: een paar half vergane brulnvlsschen vormden den eenlgen oogst. De wagen moest nu door de duinen en dat was te zwaar voor de paarden. De Jongelui" werden dus verzocht uit te stap pen. MUnheer van Voorden en mevrouw konden bhjven zitten. Spoedig was de duintop bereikt en daar mee het moeilijke gedeelte overwonnen, t Strooien voor de kinderen was voorna me lijk op den heenweg gebeurd, zoodat nog maar enkele kinderen op den terugweg iets kregen. Zoo eindigde de „Opperled" op een voor allen zeer bevredigende wijze. FOTOREPORTAGE Te Tilburg is Woensdag de groote najaars-bijenmarkt gehouden, waarvoor, niettegenstaande het slechte- honingjaar groote be langstelling bestond. Met speciale wagens werden de korven aan gevoerd Het 4500 tons dubbelschroef m.s. .Bandeirante*. op de scheepswerf .De Merwede* te Hardinxveld gebouwd voor rekening van den staat Rio Grande do Sul, is Woensdag van stapel geloopen. Het schip glijdt te water

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1937 | | pagina 14