v&fiaal vonden dag
De avonturen van Prof je en Struisje
Tsjecho-Slowakije
Duitschland
en
I
TWEE NICHTEN
EN TWEE NEVEN
DE MINDERHEDEN
WOENSDAG 6 OCTOBER 1937
4'
N
4
I
Het s!0k der zee
NAAR HET ENGELSCH
Geen cultuur-commu-
niame
i
o
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
I Engelsche les
Waarom heeft Tsjecho-Slowakye
een verdrag met Rutland
gevloten?
Hm
X
?rs
n
e
a
1
nisi magna
van
liefde
geen
een
en
Ze werden in een ruime, gezellige zitkamer
op dit blad zijn ingevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen
bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door
om
22
zoo
was
Dick.
(Wordt vervolgd.)
i
B
1
1
h
naar
naar
duidelijk De nazi’s zullen nog
met hun propaganda. Als ze
lar
le-
un
Un
n
Ie
is
>e
13
t-
Ie
n
t
«1,
I
i i
i
i
i
•i
o
i
i
O
I
n
i
Jt
n
ir.
an
5).
rie
if-
en er geen reden be
stond. waarom zü het niet met hem zou deelen,
vond h(j het heel goed, dat zü ging!....
Rorke ontmoette niet haar blik. Hij hield de
Sindsdien is er steeds een streven voor een
autonomie van het Sudeten-Duitsche gebied ge
weest. De officieele opinie in Tsjecho-Slowa
kije, vertegenwoordigd door mannen als Masa
ryk, den oud-president en stichter van den staat,
Benesj, den tegenwoordlgen president, en Krofta,
beschouwt dit als ónmogelijk. In 1914 verklaarde
de bekende politicus, Franz Jesser, reeds dat
*n poging om een autonomen Sudeten-Duitschen
staat te scheppen op een mislukking uitloopen
moest. Zijn bezwaren zijn nu nog van kracht,
ofschoon de toestanaen radicaal veranderd zün.
Het gebied der Sudeten-Dultschers vormt nog
steeds geen aaneengesloten geheel, maar is door
strooken Tsjechisch gebied ih zes stukken ver
deeld. terwijl er bovendien door heel Tsjecho-
Slowakije kleine eilanden met Duitschers zijn.
Daarom is autonomie een geographlsche on
mogelijkheid. Dultsche schrijvers, zooals de so-
bruiksvoorwerpen geperst
toe voor het grootste dee
liet bestonden.
In het bijzonder is de kostprijs per gewicht
veel lager, daar de prijs van het nieuwe mate
riaal slechts een zesde van die der oudere be
draagt. ing D.
verdragen, verborgen onder het
van een strijd tegen het commt
Remote justltia quid sunt n
latroclnla, zei Sint Augustinus!
MATHIEU BMEOTS
bij verlies van een hand,
een voet et een oog.
om. het gewelf
een fragment
gelaten, waar de vrouw van den burgemees
ter hen vriéndelijk tegemoetkwam. Op het
gezicht van Struisje deinsde ze achteruit,
maar haar man. die natuurlijk ook aanwezig
was. legde haar alles uit en toen Prof je had
verzekerd, dat zijn vriend heel goed zijn voe
ten had geveegd, werd hij in genade aange
nomen en kreeg een plaatsje op den hoek
van den tafel.
binnen en hielp ben gedienstig hun
jassen. Tenminste de jas van Prof je. Struisje
had niets uit te trekken en legde eenlge
pakjes neer. Het meeste was echter op het
stadhuis achtergebleven, want Profje had
met den burgemeester afgesproken, dat hij
het daar den volgenden dag zou afhalen.
AT I F ARONNF^ nnaevaiiLnd VerZHkerln^SV0<ïWaaouen-1tegen F 7FÏ0 - by Ieven>lanKe geheele ongeschiktheid tot werken door T7 *7^0 bij een ongeval met R O
■sal si sis 7|1 7| ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen A UU» verlies van belde armen, beide beenen of belde oogen •f OxJo doodelijken afloop fcisJvZ»
munlsme is eerder achteruit gegaan. Er zijn
heel wat communisten, maar de leiding Is slecht
en de partij heeft geen Invloed. De sociale po
litiek £s goed en daardoor Is de ontevredenheid,
die par excellence de bodem voor het commu
nisme Is, niet groot. Het verzekeringssysteem en
de bescherming van den arbeider mag men in
vele opzichten een voorbeeld noemen.
Dan moet men niet vergeten dat het volk
nog altijd voor het grootste deel Katholiek is.
Na den oorlog heeft de Katholieke Kerk er een
zware crisis doorgemaakt, waaruit de nationale
Tsjechische kerk is voortgekomen, die echter
geen groot succes Is. Op het oogenbllk is nog
74 pCt. der bevolking Katholiek en men kan
zeggen dat de crisis voorbij is. Deze Katholieken
hebben gehoor gegeven aan den Pauselyken op
roep tegen het atheïstische communisme.
Tenslotte Is er nog een zeer talrijke boeren
bevolking: door een gezonde agrarische politiek
z(jn de meeste boeren eigenaars van hun boer
derij. Ze weten wel wat er in Rusland met de
boeren gebeurd is, en zijn dus geen enthou
siaste bewonderaars van een dergelijk hard
handig systeem
De communisten werken voor een volksfront,
maar het is mislukt.
Om al deze redenen is de beschuldiging der
Dultsche pers belachelijk. Ze weet dat zelf ook
wel, want anders zou ze geen leugens gedrukt
hebben om haar beweringen te staven. Een
krAnt beweerde dat een Russische blad een
kaart had opgenomen met den titelOnze vlieg
velden in Tsjecho-Slowakije. Het blad had in
derdaad zoo’n kaart, maar de titel was: Nieuwe
vliegvelden in Tsjecho-Slowakije. Het was niet
moeilijk voor de Tsjechische kranten te bewij
zen dat het een ..vergissing” was en ze deden
het aan ook. Maar toch kon Goebbels zich niet
weerhouden het vorig Jaar op den partijdag in
Neurenberg deze fabel te herhalen.
bracht
boven.
Ze zat
zame hand te bieden.
Minnie, met een gezicht als een vraagteeken,
een blad met eenige ververschlngen
maar Janie kon er niets doorkrtjgen.
er zwijgend en wanhqplg bü, steeds
In de St. Hubertuskerk te Beek-Genhont heeft Charles Eyck
beschilderd met een rijke voorstelling, waarvan we hierboven
weergeven
n onze kranten leest men vrij geregeld be
richten over de anti-Tsjechlsche propaganda
In de Dultsche pers. Dr. Kamll Krofta, de
Minister van Bultenlandsche Zaken in Tsjecho-
Slowakije, zei in een rede in Maart dat de of
ficieele verhoudingen tusschen de twee landen
goed waren en dat er dan ook reden tot ver
wondering over deze houding van de Dultsche
bladen was. Op de zomerschoql voor de studie
van Centraal-Europeesche problemen In Tsjecho-
Slowakije ben ik fn de gelegenheid geweest met
verschillende autoriteiten, als dr. Krofta, Wenzel
Jaksch, Dultsch afgevaardigde in het Tsjechische
Parlement, en den Tsjechlschen gezant in Parijs
over de beschuldigingen van de Dultsche kran
ten te spreken en'ik heb kunnen ontdekken wat
de bedoelingen van Duitschland zijn.
De verhouding tusschen de Tsjechische re
geering en het Vaticaan is goed. Er zijn een
paar geschillen geweest over de bisdommen in
Tsjecho-Slowakije en over eenige kerkelijke goe
deren. maar de regeering heeft toegegeven. Dit
is nu juist niet een teeken dat het land com
munistisch is.
De bedoelingen van Duitschland zijn tamelijk
wat doorgaan
er in slagen de
wereld te overtuigen dat Tsjecho-Slowakije een
bolsjewistisch land is. zooveel te beter. Op zijn
tijd kan Hitler dan ongehinderd optreden als
edele redder van Europa en voor zijn onbaat-
ruchtbaarheid wordt hij vergoed met een rijk en
vruchtbaar land.
Het is Interessant om in dit licht te lezen
wat de Dultsche pers zegt over het Japansch-
Chlneesche conflict. Het tijdschrift voor natio
naal-socialistische opvoeding, dat den onder
wijzers aanwijzingen verstrekt voor de voor
lichting der schooljeugd, zei, twee weken gele
den, dat de actie van Japan in China belangeloos
was en alleen diende om China voor het com
munisme te behoeden. De Chlneesche regeering
kon zelf niet meer het communisme den kop
indrukken, en daarom moest Japan het doen.
Hier hebben we ongeveer dezelfde Ideeën als
ta de anti-Tsjechlsche propaganda domineered
Het eenige verschil is, dat men veel minder
reden heeft om in Tsjecho-Slowakije van com
munisme te spreken. Maar zoo worden de eigen
lijke bedoelingen, die het daglicht niet kunnen
ihijnhefllg mom
Nadat ze een uurtje in bet stadje hadden
rondgekeken en zich wat hadden opgeknapt,
was het tijd om aan te treden. Het huis van
den burgemeester was gauw gevonden, want
het stak van de anderen af, doordat het veel
grooter was en prachtig zwart mqt wit ge
verfd. Profje en Struisje klommen op de
stoep en belden aan.
Een alleraardigst dienstmeisje het hen
peinzende, of ze toch geen kans zou' zien,
enkele woorden te wisselen met Rorkc.
Daar hoorde ze een krachtigen tred in de
gang en een oogenblik hoopte zeMaar het
was slechts Dick Warrener. die was komen
kijken, of ze al klaar waren. Hij was heel goe
dig en vriendelijk en in stilte begaan met de
droevige verandering, die er had plaats gehad
in het ulterlijk van het aardige, vroolijke
meisje, dat hij indertijd aan het hek had zien
staan, toen Elizabeth zich bij zijn moeder had
aangemeld. Hij hielp 'haar nu op broederlijke
wijze de gang door, naar beneden.
Rorke stond in de hall met Mrs. Warrener
te praten, die nu Janie vriéndelijk begroette
en ging, zoodat het jonge meisje nog enkele
woorden kon wisselen met Rorke.
Haar hart klopte zóó onstuimig, dat ze niet
in staat was tot spreken en was het Rorke die
begon:
„GA je nu?"
Zjjn stem klonk stroef en hy keek niet
haar, ofschoon ze de oogen vol trAnen
hem opgeslagen hield.
„Ze zeggen, dat ik moet gaan."
.Daar hebben ze gelijk in. Dit huis is geen
geschikte plaats voor je."
Groote verrassing stond op haar gezichtje
te lezen: Toen zij er vroeger eens over gespro
ken had, om weg te willen gaan, was hij woe
dend geweest en nü. nu het huls al zoo goed
als zijn eigendom was
kan hij self toch ook niet op s’n voordeellost
zijn!"
.Neen, dat is soo.” gaf Betty toe. .Maar toch
kan ik haast niet gelooven. dat hü je neef is,
rU/-lr
.Ja, dat heb ik nu leeren inzien....! O,
kindje, hoe verschillend is het leven voor ons
geweest! Ik in dat gelukkige, vriéndelijke in
die nare atmosfeer en omringd door die af-
schuweiyke herinneringen!"
„Maar Betty!.... Juist omdat het hier zoo
ellendig voor hen is. kan ik toch niet op staan-
den voet weggaan?"
„Maar hoe kan je er nu blijven? Je kleine
Charlie is er niet meer; Mr. George Gilchrist
is stervende; zijn vrouw zal naar een gesticht
vervoerd worden. Rorke Gilchrist is er dus
binnenkort alleen. Je kunt toch niet in zijn
huls blijven wonen? Dat ziet hy heel goed in.
Hij zei zelf, dat het ‘t beste was, dat je zoo
gauw mogelijk hier wegging.”
Heeft Rorke dat gezegd?”
.Natuurlijk. Iedereen begrijpt dat. Doodjam
mer, dat je hier ooit gekomen bent!”
.Neen dat moet je niet zeggen. Ik heb t er
niet altijd zoo naar gehad. Ik ben er wel dege
lijk gelukkig geweest en ik heb ze gelukkig
gemaakt ook.”
Elizabeth liet haar uitsnikken. Zij meende,
dat Janle dacht aan den zonneschijn, dien zij
gebracht had in het leven van het kleine neefje
en die voldoening wilde ze haar niet benemen.
Intusschen begon zij zelf praktische aanstalten
te maken voor het vertrek.
Toen Janle een paar minuten later opkeek,
zag zjj tot haar verrassing, dat haar zuster al
druk bezig was, den inhoud van de laden en
de planken van de kast in haar koffers te pak
ken. Dit beduidde dus het eind van alles!
En Rorke liet haar maar zóó vertrekken; hjj
meende, dat het ook ’t beste was, dat zij, en
wel liefst soo gauw mogelijk, bet huis ver
liet
Een van de meest opvallende uitingen van
den modernen technischen mensch wij heb
ben hier speciaal den mensch van de laatste
tien jaar op het oog is zijn rusteloosheid. HU
is voortdurend op zoek naar nieuwe materia
len. En dat, terwUl hij de oude bjj de hand
heeft. De reden daarvan is meestal een niet-
technische; zü valt eerder onder de rubrieken
economie en handelspolitiek.
In Duitschland is in deze tijden de schoone
benaming „Devisenmaterialgeboren. Men ver
staat daaronder die grondstoffen, welke men
zich in het buitenland moet aanschaffen, 'aan
gezien „der Gott, der Eisen wachsen Hess” het
Groote Vaderland daarvan toevallig niet voor
zag, met dit gevolg, dat er nu de zoo schaar-
sche deviezen voor geofferd moeten worden.
Men is dan ook rusteloos in de weer, om te
trachten daaraan te ontkomen.
Op zoek naar nieuwe grondstoffen, die zulk
deviezenmateriaal zouden kunnen vervangen
heeft men in Duitschland ook zeeslik op zijn
chemlsch-technische geaardheid onderzocht en
is tot een voor de Duitschers alleszins verheu
gend resultaat gekomen.
Professor F. Kraus uit Brunswijk en zjjn
medewerker Prasse slaagden na langdurige
proefnemingen erin een plastische, persbare
massa samen te stellen, welke voor 40 pet. uit
zeeslik bestaat.
Daaruit kunnen de meest veelsoortige ge-
t worden, welke tot nu
deel uit bakeliet en gala-
Door zUn ligging is Tsjecho-Slowakije de
sleutel van Centraal-Europa en heeft ’n grooten
Invloed op de wereldpolitiek, ofschoon het niet
tot de groote mogendheden gerekend kan worden.
Als een van de groote machten er in zou slagen
het land te veroveren, zou het voor de kleine
Centraal-Europeesche staten moeiiyk zijn hun
zelfstandigheid te bewaren. Duitschland, Frank
rUk. Engeland en zelfs Amerika beginnen deze
beteekenls van Tsjecho-Slowakije steeds meer
te beseffen, zoodat de ParUsche gezant van het
laatstgenoemde land op zijn conferentie op de
school kon zeggen, dat hU niet bang was voor
een aanval van Duitschland, want het was zeker,
dat de andere mogendheden in dat geval hun
vitale belangen bedreigd zouden zien en ze zou*
den alles doen om Duitschland tot andere ge
dachten te brengen. De aarzelende politiek van
FrankrUk en Engeland ten opzichte van Italië
en de Abesslnfoche kwestie, waar ook hun be
langen op het spel stonden en waar een kracht
dadig optreden Abessinië gered zou hebben, zoo
als duidelUk blükt uit het boek van generaal
De Bono, dat met goedvinden van Mussolini is
uitgegeven, maakt me bang dat de wensch hier
de vader van de gedachte is geworden.
De Dultsche aanvallen zijn zeer sluw. Het eer
ste doel is de wereld te overtuigen dat Tsjecho-
Slowaküe opgebouwd is uit een aantal wille
keurig bü elkaar gevoegde nationaliteiten, die
wel uit elkaar moeten vallen. Dan gaat men
over tot de bewering dat TSjecho-BlowakUe een
voorpost van het communisme is geworden door
zün verdrag met Rusland en dus een bedreiging
voor de rest van Europa is. De bedoeling is na-
tuuriyk dat Duitschland als de redder van
Europa kan optreden en meteen ongehinderd
het land Inpalmen.
De eerste beschuldiging van de Dultsche pers
is dat het gebied der Sudeten-Dultschers (zoo
wordt het Duitach-sprekende deel der Tsje
chische bevolking genoemd) na den oor log weder
rechtelijk by Tsjecho-Siowaktje is gevoegd en
dat van dit gebied zoo gauw mogelUk een auto
nome staat gevormd moet worden. Als men de
geschiedenis onpartijdig studeert dus niet
zooals enkele N.S.B.-ers oat in ons land gedaan
hebben moet men tot de conclusie kosnen dat
de Sudeten-Dultschers altUd veel meer con
necties met de Tsjechen hebben gehad dan met
Duitschland, waarvan ze door bergland geschei
den waren. Ongeveer in de 13e eeuw noodigde
de dynastie der Prjemysliden de Duitschers uit
om zich in het gebied der Tsjechen te komen
vestigen. Dit gebeurde en Tsjechen en Sudeten-
Dultschers hebben altUd in vrede geleefd, uit
gezonderd tijdens de Hussieten-oorlogen. AltUd
zijn er veel huwelUken tusschen de twee rassen
geweest, zoodat de tegenwoordige Sudeten-
Dultschers tamelijk veel, wat Rosenberg onj
zuiver bloed zou noemen, in hun aderen hebben:
Dit verhinderde echter niet dat de Sudeten-
Duitschers na den oorlog om aansluiting bij
Duitschland vroegen, terwUl de Tsjechen de his
torische eenheid van hun staat verdedigden. De
vredesconferentie heeft hen in het gelijk gesteld.
wegenden invloed zou hebben. Hier te de oplos
sing van het raadsel wat de Dultsche pers met
haar propaganda voor de mfnderheld in Tsjecho-
Slowakije bedoelt. De tweede mogelijkheid is
een toenadering tusschen de Donaustaten, die
zouden samen werken met Engeland. Italië en
FrankrUk. Dit wil Duitschland echter verhin
deren. Met dit doel voor oogen en tevens om de
plannen, die Hitler in Mein Kampf heeft uftge-
werkt en die nog steeds in de laatste editie
staan, zoo rustig mogelUk te kunnen verwezen
lijken. heeft de Dultsche pers de tweede fabel
uitgevonden: Tsjecho-Slowaküe te een voorpost
van het communisme!
Deze beschuldiging te met zoo’n volharding
herhaald, dat ze tenslotte ook ingang in Neder
land heeft gevonden en dat ernstige menschen
er geloof aan geschonken hebben. Ik denk dat
er niemand zoo verbaasd over te geweest als de
communisten zelf, die wel weten dat Tsjecho-
Slowakije hun altUd ’n zeer actfeven weerstand
heeft geboden en dat ze nooit zoo ver zjjn
kunnen gaan als b.v. in HongarUe of zelfs in
Duitschland pas na den oorlog. De Dultsche
kranten hebben een geweldigen ophef gemaakt
van het verdrag tusschen Duitschland en Rus
land en beweren dat Tsjecho-Slowaküe door
relaties met de Sovjet-unfe te onderhouden, het
communisme vergemakkelükt heeft in West-
Europa door te dringen.
Waarom heeft Tsjecho-Slowakije dat verdrag
met Rusland gesloten? Wat man ook van het
verdrag denken mag, het te een feit dat Duitsch
land er de schuld van te door zUn vreemd gedrag
in de Sudeten-Duitsche kwestie. Als Tsjecho-
Slowaküe geen aanval van Duitschland te
vreezen had gehad, zou de regeering nooit op
het aanbod van Moscou zijn ingegaan, want ze
te even anti-communfsttech als de onze.
Het verdrag te gesloten met goedvinden van
Roemenië en Joego-Slavlë, de twee andere lan
den van de Kleine Entente, die belde niet van
communistische sympathieën verdacht kunnen
worden. Toen het Tsjechtech-Slowaaksche par
lement over het verdrag stemmen moest, hebben
alle partüen, ook de Katholieke er voor ge
stemd, omdat ze inzagen dat het in het belang
van de veiligheid van hun land was, terwyi het
«ftmmMDlstlsche gevaar ertleUdook werd ver-
groot. Dit te dan ook niet gebeurd. Het com-
terleur en met Dick, en JU hier in dat verschrlk-
telUke huls met die onmogèlüke menschen!”
.Janle bukte zich, om haar zakdoek op te
tapen, en antwoordde zachtjes:
Warreners; Mrs. Warrener was heel vriénde
lijk tegen hem geweest en Dick had gesproken,
elkaar mogelUk later nog eens te zullen ont
moeten. Als Betty de vrouw was van Dick, dan
zou ze misschien nog wel eens lets van hem
hoorenMogelUk had Rorke het ook anders
bedoeld, dan zü het opgevat had. HU had ver
langd, dat zü nu ging, maar dat ze later mis
schien te eeniger tyd zou terugkeeren. Althans
op deze hoop zou ze biyven teren.
Mrs. Warrener schoof haar courant ter zjjde
en keek peinzend uit het portierraam.
„Arme Honor!” zei ze. „Wie had dit ooit
kunnen denken, toen zü. als jong meisje^, zoo’n
alleraardigst, maar eerder een wat trotsch ding
was. dat zü zulk een huwelük zou sluiten,
zóón man en zulk een zoon zou hebben!”
„U te bevooroordeeld, moeder,” zei Dick. „Het
is een heel mooi bezit. „The Grange”; als alles
maar wat beter verzorgd was zou het er heel
anders uitzien. Er ligt nu een donkere schaduw
over.”
,J£n Rorke Gilchrist dan?” vroeg Betty.
„Die was óók onder een schaduw. Als een
man pas twee sterfgevallen in. zün familie
neeft gehad, verdacht werd van moord en zün
moeder heeft gezien in delirium tremens, dan
Ze werden afzonderlük aan Wlm Verhuist
voorgesteld en maakten toen maar weinig in-
druk op hem.
„Who te that gentleman?"
„It te mr. Brown!"
„Who te this lady?"
„It te miss Daisy!”
Zü probeerden hem vertrouwd te maken met
de vormleer en hoofdconstructies van de En-
gelsche syntaxis; mr. Brown leidde de verbui
ging der werkwoorden in, waarna miss Daisy
hem dagenlang achtervolgde met onregelma-
■v T -r im Verhuist was een jongeman, zooals
V/y' er duizenden de kantoorlokalen vullen.
HU was behoor!Uk gekleed en altUd
clean-shaven, terwUl een goedkoop-ruikend
plaksel zün wilden haardos wat in bedwang
probeerde te houden. Wim Verhuist was en
ook hierin onderscheidde hy zich niet van de
meeste zünër manneiyke en vrouwe! Uke col
lega's na de lagere school els jongste be
diende op kantoor gekomen. Drie Jaren lang
had hy de lange winteravonden doorgebracht
op de Handelsavondschool. zoodat hy tenslotte
van alles wat wist en dus van het intrinsieke
nog maar een klein beetje. De volgende stap
om zün graad van ontwikkeling te verhoogen
en zoo een meer bruikbaar Individu in de kan-
toormaatachappU te worden, zette Wim Ver
huist logisch en consequent. HU Het zich in
schrijven als deelnemer aan den cursus En-
gelsche handelscorrespondentle van het gere
nommeerde talen-lnstituut Pandrow. „Elke leer
ling krügt privélessen ën we stoomen hem klaar
binnen een half jaar" was een pakkende slag
zin. die ook bü Wim Verhuist daadwerkelük
ingang had gevonden.
De eerste les bracht Wim Verhuist in kennis
met mr. Pandrow. him self, een correct ge
kleed en naar dure parfum geurend heer van
middelbaren leeftyd. die het geheele lesuur
druk doende was met mr Brown en miss Daisy.
Zü vormden voor hem ’t onontbeerlüke contact
tusschen de Engelsche taal (language) en een
eindelooae reeks regels, al dan niet met uitzon
deringen.
sinds ik Engelsch leerde, haar als
aanbad. -
bezwoor ze mij, dat ze dien man niet kénde.
En wat u betrof, zü haatte u met heel haar
Uefelüke wezen.
Tusschen haar en u kon
sprake zün!"
Het ontging Wim Verhuist allerminst, dat
mr. Pandrow bü het lezen van deze essay totaal
de kluts kwUt raakte. Na eenige oogenbllkken
vermande hü zich echter en maakte met blau
we en roode potloodstrepen het opstel tot een
kleurrük schilderü en tot beter Engelsch. Met
een hoofdknikje gaf hü het aan Wlm Verhuist
terug, verwees naar pagina 24 van de gram-
maire en herhaalde met zachte stem de foor
den voltooid tegenwoordlgen tüd geldende taal
regels,
..Bijvoorbeeld.sprak mr. Pandrow. Jk:
heb gisterenavond met miss Daisy in hotel
.Het zwarte paard" (The black horse) heerlUk
gedineerd. Wü hebben oesters gegeten en een
glas champagne gedronken. Miss Daisy voelde
zich dol gelukkig. Tegen 9 uur heeft zü mü
echter moeten verlaten, omdat een jongeman
haar herhaaldelük heeft lastig gevallen met het
verzoek.
Wim Verhuist sloeg met een harden klap
zün grammatica dicht, smeet haar, met het
exercise-book en de cahiers in zün tasch
was enkele oogenbllkken later bulten.
Mr. Pandrow ontmoette hü nooit meer; de
fantasie-figuur van miss Daisy raakte hü spoe
dig vergeten, maar het diploma Engelsche han
delscorrespondentle ontbreekt hem nu nog.
.Zóó erg was het niet! Ik ben hier niet altUd
ongelukkig geweest En ze.... waren niet
allemaal zoo „onmogelük!”
,Nu. daar ben ik blü om,” antwoordde Eliza
beth, echter niet al te zeer overtuigd. „Maar
het eind is toch wel verschrikkelük geweest en
daarom verlangen we er allen evenzeer naar, om
Je hier weg te krügen.”
.Nu dadelijk? Vandaag, al?”
.Ja. zeker. Zoodra Je koffers maar gepakt kun
nen worden. Daar zie je nu zelf tegenop, omdat
N je nog zoo zwak en ellendig voelt; maar soo-
dra je hier maar uit huis bent, zullen we de
tais zoo langzaam en zoo gemakkeiyk mogeiyk
mrichten. Hier zou je nooit beter worden in
stelling voor zün werk.
En mr. Pandrow las:
„Gisterenavond leerde ik miss Daisy kennen.
Ze was mooier dan ik me ooit had kunnen
voorstellen. Haar blauwe oogen rustten langen
tüd droomerig op mU- Ik vertelde haar, dat ik,
het ware
Toen ik haar over mr' Brown sprak.
cialist Renner en professor Bemazik uit Weenen.
geven dit ook toe.
Hoe staat de groep, dfe het nauwste in dit
probleem betrokken is, er tegenover? Wat is de
houding der Budeten-Dultscher» zelf? Ze zün
verdeeld in twee soorten partüen. de activisten
en de negativisten. De negativisten worden ge
vormd door de party Henlein, die in de laatste
verkiezingen in 1935 een groot succes had. Deze
party vraagt autonomie voor het Sudeten-
Duitsche geblèti, maar omdat *t lederen dag dui-
delUker wordt, dat de Ideologie van het nationaal
socialisme een steeds grooteren invloed in haar
midden krügt, zoodat het schünt dat de party
een afdeellng van de Nazi's is, die niet zou aar
zelen om Tsjecho-Slowaküe aan Duitschland
over te leveren, gaat ze achteruit en men hoort
veel van relletjes op haar vergaderingen. Ik
reisde met enkele van haar vertegenwoordigers
van Praag naar Neurenberg waar zü de party-
dagen van de nationaal-soclallsten gingen bü*
wonen. Ze vertelden me met een zekeren trots
dat de nazi's hun gratis een hotel en gratis
kaartjéb voor de demonstraties hadden gegeven,
bit is lichtelUk verdacht, temeer daar deze lui
allemaal met de ideeën van Hitler dweepten.
Hun succes in 1935 schünt, volgens Wenzel
Jaksch, vooral te danken te zün aan de slechte
economische toestanden in het Sudeten-Duit
sche gebied en aan een zeer goed georganiseerde
propaganda.
De partüen, die t probleem In samenwerking
met de regeering willen oplossen, worden acti
visten genoemd. Het zün de Katholieke en de
agrarische party en de socialisten. Alle drie zün
tegen een autonomen staat en zün er van over
tuigd, dat men in 1 belang van den vrede niets
aan de grenzen moet veranderen. Het land moet
democratisch en onafhankelük blüven. In Fe
bruari, dit jaar. zün ze tot een overeenkomst
met het gouvernement gekomen en dit wordt
algemeen als een groote stap naar de oplossing
van het Sudeten-Duitsche probleem beschouwd.
Deze overeenkomst waarborgt de proportioneels
vertegenwoordiging van de Sudeten-Duitschers
in de publieke ambten, in de publieke werken en
het cultureele leven.
Een vraag dringt zich op als men de artikelen
in de Dultsche pers over de minderheid in
Tsjecho-Slowaküe leest. Waarom bekommert
men zich zooveel over de Duitschers in dit land
en zoo weinig over de Duitschers In Italië, die
heel wat slechter behandeld worden? Het ant
woord is dat Hitler de tameiyk zwakke vriend
schap met Italië, die alleen op een gemeen-
schajipelyke Ideologie berust, niet in gevaar wil
brengen. Maar Tsjecho-SlowakUe is een ander
geval. Hier woont een volk, dat over het alge
meen ’n zeer gezonden af keer van het nationaal-
socialisme heeft getoond en duidelUk te kennen
heeft gegeven dat het een democratisch-parle-
mentalre regeering boven een dictatuur verkiest.
Deze kwestie moet bezien worden in het licht
van de heele Dultsche politiek Op de partü-
dagen in Neurenberg hebben de leiders er weer
den nadruk op gelegd, dat ze meer land noodig
hebben voor grondstoffen. Volgens Wenzel
Jaksch weet Duitschland heel goed dat» een
autonome Sudeten-Duitsche staat slechts een
begin zou zün. Zelfs als Duitschland dezen staat
kon inlüven, zou het er niet vee) aan hebben,
want alt gebied is overbevolkt. Duitschland be
schouwt deze kwestie vanuit het standpunt der
machtspolitiek. Als Duitschland dezen autonomen
staat In zün macht zou hebben, zou het niet
moeilük zyn aan Tsjecho-Slowaküe’s onafhan-
kelykheld een einde te maken. Dit zou de kleine
staten aan den Donau in gevaar brengen
Zoo zün er twee mogeiykheden. De eexatP 1»
een Midden-Europa waarin Berlün een 4>ver-
oogen neergeslagen. Trots maakte zich nu van
haar meester en koud stak zü hem de hand
toe, terwyi ze sprak:
„Dan zeg ik je dus bü dezen* goeden-dag”
Hy vatte die lusteloos en. terwUl hü daar zoo
stond, trof het Janle. dat hü niet onverschillig,
maar boos was; zeker kon hü het haar niet
vergeven, dat^ze hem had misleid, wat betrof
haar naam en haar verwantschap.
„Vind je het erg dat.... ik Je nichtje
ben?”
„Waarom zou ik dat erg vinden? Het maakt
niet veel verschil."
Dit korte antwoord was haar nog een bewüs
te méér» dat hü boos was. Maar dit gevoelen
zou hy wel overwlnnen;-dus antwoordde zü:
Rorke, heb je graag, dat ik ga?”
.Ja,” zei hü met vaste stem. wel. Ik had
het ééns anders gedacht maar daar is het nu
te laat voor. Je moet gaan. Goeden dag dus!"
Er was geen tüd, om meer iets te zeggen.
De taxi stond al vóór, Betty riep haar.
Verblind door tranen, wendde ze zich af. Ze
stond nog niet zoo heel vast op de beenen en
Dick Warrener hielp haar in de taxi, waar se
haar zoo makkeiyk mogelUk in kussens en
plaids installeerden.
Eer ze goed besefte, dat ze afgereden waren,
„The Grange" al geheel uit het gezicht
verdwenen; even later heel. Chatbeck. Dit
hoofdstuk uit haar leven was dus. besloten.
Heel de wereld leek haar nu ledig.
Later, in den trein, zag ze weer een licht
straal: Rorke was niet alleen hitar neef en die
van Betty, maar ook was hü een neef van de
Wat beteekende dit?Gaf hü dan in het
geheel niet om haar?.... Wat het alles een
droom geweest, dat gesprek in den mane-
schün?.... Waarom had hü geen teeken van
leven gegeven, terwUl zü ziek lag?.... Ze had
gemeend, dat hy wachtte, tot ze wél genoeg
was geweest, om met haar te praten, want het
was toch altüd gemakkeiyker, mondeling dan
schriftelük sommige dingen uit te spreken.
Maar nu was het huis vol menschen. die
Warreners met Betty, die haar wilden mee
nemen naar een plaats, waar zü heelemaal niet
verlangde te zün. Nü kon zü geen onderhoud
meer met hem hebben.... Onverbiddelük werd
ze uit zün leven gevoerd en hü-... hü liet haar
gaan!
Een droefheid, waar Al het geledene niets bü
was. vervulde haar hart. Zij was die laatste ver-
schrikkeiyke dagen aanmerkeiyk ouder gewor
den; was niet meer het zorgelooze, onverant-
woordeiyke jonge ding, zooals ze op „The
Grange” gekomen was. Ondanks al zün fouten
was Rorke de man. dien zü lief gekregen had en
nühad hü ineens het hart voor haar ge
sloten. Hü „vond het maar 't beste, dat zü uit
zün huls wegging, en liefst zoo gauw moge
lUk!"
Het pakken ging meedoogenloos voort; de
laatste koffer stond al büna klaar. Jante stelde
geenerlei pogingen in het werk, om de behulp-
tige werkwoorden en het gebruik van het hulp
werkwoord to do. Dlkwyis werkten mr. Brown
en miss Daisy ook samen. Schreef mr. Brown
een brief, dan was dese steeds gericht tot miss
Daisy. En als miss Daisy bü prachtig weer
uit wandelen ging en dan onverhoeds door een
formidabele regenbui overvallen werd, dan waa
het altyd mr. Brown, die zich op een onnavolg
bare manier hier of daar te voonchyn toover-
dc en haar zün paraplule en arm aanbood.
Het duurde ^nlet lang, of Wim Verhuist kreeg
hartkloppingen, als hü aan miss Daisy dacht.
En zoo verwonderiyk is dat niet, als men haar
persoonsbeschrüving kent, die in de vüfde en
eindeloos herhaalde lea voorkwam.
Miss Daisy is een zeer knap meisje. Haar
haren zyn platina-blond, de kleur van haar
oogen (eyes) is blauw als van korenblauw, haar
mond echter (but) is klein en rond als een
kers (cherry). Miss Daisy danst zoo gracieus,
dat zü aan een licht rondfladderenden vlinder
doet denken. Haar zonnig (sweet) lachje hoort
mr. Brown maar wat graag!
.Dat haalt je den koekoek" dacht Wlm Ver
huist en zyn lichte afgunst op mr. Brown ver
anderde in een hartgrondige jalouzle. Nog een
paar lessen duldde Wim Verhuist het, dat mr.
Brown met miss Daisy babbelde over alles en
nog wat, zakeiyke en andere brieven aan haar
schreef of haar „toevallig" ontmoette, maar toen
was zün opwinding dan ook volkomen.
Toen mr. Pandrow weer mr. Brown met een
boodschap naar miss Daisy stuurde, kwam het
tot een uitbarsting.
.MUnheer Pandrow." stoof Verhuist op, .Als
u werkelük wilt, dat ik Engelsch leer, dan moet
u uitschelden met dien eeuwigen mr. Brown er
altyd en overal met zün haren bü te sleepen.
Ik kan dien naam niet meer hooren. T Is u
toch om het even welken naam u noemt?”
Met zün spreekwoordeiyke voorkomendheid
willigde mr. Pandrow dit verzoek in. Het ging
hem wel aan zUn hart, merkte hü nog op,
want mr. Brown en miss Daisy waren zün
eigen geesteskinderen, die voor een niet gering
deel hadden bügedragen tot het succes van zün
instituut. Mr. Pandrow zuchtte discreet, Wlm
Verhuist triomfeerde zichtbaar; met zyn ri
vaal mr. Brown had hy elndeiyk afgerekend.
Mr. Pandrow accentueerde de moeliykheden,
die de onvoltooid verleden tüd noodzakeiyker-
wyze met zich mede bracht en las:
„Gisteren ontmoette ik miss Daisy op straat.
Ik sprak haar aan en vroeg haar, of ik een
stukje met haar mocht oploopen. Mias Daisy
kleurde heel
even, dan keek zü
my een oogenblik
recht in de oogen
en antwoordde
zachtjes; Ja. "t
Werd een onver-
geteiyke wande
ling. die liefde-gevoelens in mü opwekte
Wlm Verhuist verbleekte. De letters van zün
„exercise-book” dansten voor zyn oogen. Hü
had deze passages al eerder gelezen, toen daar
nog die vermaledyde naam van mr. Brown
stond. Hy had het niet langer kunnen verkrop
pen. dat het juist mr. Brown was. die een
avondwandeling met misa Daisy mocht maken!
En niet één blokje om; neen. heele straten
had hü met haar afgewandeld. Op een wel
doordachte manier had hy mr. Brown theore
tisch knock-outgeslagen. Maar diens practl-
sche plaatsvervanger in den persoon van zyn
Engelschen leeraar was een nog meer te duch
ten tegenstander. Deze onverwachte hindernis
elachte een kordaat optreden!
By de volgende les schoof Wlm-Verhuist mr.
Pandrow een 'opstelletje ónder 'dén neus, waar
van de leeraar aanstonds verklaarde, dat deze
activiteit van zün pupil hem uitermate ver
heugde. Het demonstreerde zyn groote belang-