uandcn <Kctu&fiaal over H De avonturen van Prof je en Struis je Regenboog stond F 250.- TWEE NICHTEN EN TWEE NEVEN TO* een diepe, gezonde slaap naar waarde weet te schatten, mag 'iet lichtvaardig heenstappen over het feit, dat de prikkelende wer king der coffeïne op hart en zenu wen ruim 24 uur kan duren. Rome ^^-CADEAUSTELSEL Straatvandalisme i VRIJDAG 8 OCTOBER 1937 De Sint Pieter De inkoopen van I Penitentie mevrouw Fayard NAAR HET ENCELSCH Koffie Hag is gegarandeerd coffe- ïnevrij, dus goed voor een gez ~ide, verkwikkende nachtrust.Bovendien worden door het vermaarde Hag- procédé de krachtige smaak en het kostelijke aroma van de fijnste hoog- landkoffie voor 700%gewaarborgd. Hoe kom ik van die hoofdpijn af? J AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL'VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL MS kwam hem. voor „Kunnen ge- BINDS AKKER.CACHETS apotheker een doosje Dese nieuwe vinding gebruiker resultaten rioq van boomplant- massa- gezicht zijn zieleherder rond te kuieren. ïoofdje de yfoi er omheen stonden, hartstocht Laat het nu voor twee-derde gei dat het zich zoo zoet hield, voor| beurde het dan toch uit het besef, dat een pas- gedoopt kindje heiliger is dan een relikwie 4 uit- uweriStïle gezoend, zijn, om- ■n-derde ge zin, waarbij het altruïsme over het egoïsme moet zegevieren, en waardoor de jeugd noodzakelijk gebracht wordt tot waardee- ring en zorg voor het goede, dat door de overheid aan alle burgers onzer samenle ving te genieten wordt gegeven. ton er niets uit krijgen. Niemand had er erg m Wat een kwelling was dat r.u. En Prof je lad gezegd, dat hjj niet mocht spreken bij indere menschen. Tranen van teleurstelling -olden hem zoo maar langs zijn veeren. Na •en poos nam mevrouw zijn bord weer weg, te zag wel, dat het niet leeg was. maar ver onderstelde. dat hij de soep riet lekker zond. Nu kwamen er aardappeltjes den die ma- Euphrosl- wanneer al die hoeden onbetaald bij haar zouden komen. „Louis. naar Dejean!” BH Dejean verlustigde zich mevrouw Fayard in X bezichtigen en aanraken van kostbare ju- weelen. die voor haar werden uitgespreid op het groene laken van een bureau. Ze koos een hals snoer van drie rijen parels, een diamanten ri- vlére en eenlge ringen en broches. Zij gaf haar naam en adres op. Mijnheer Dejean boog en zei. dat ze alles den volgenden -dag zou ont vangen. Op X trottoir bleef de koopzieke vrouw eenlge oogenblikken als bedremmeld staan. Ze sou dit 'alles nooit dragen; wel jammer. Maar X koo- pen alleen al was prettig. Nu begaf zij zich nog naar de drukte in de groote magazijnen en kocht daar tal van din gen die ze niet noodlg had. En overal maakte men diepe buigingen voor haar en beloofde men alles den volgenden dag te laten bezorgen. Terwijl de echtgenoote van den geruïneerden René Fayard naar huls reed, gevoelde zjj zich zalig vermoeid. Wat een dag. ondanks het voor uitzicht van die lange reis in den nachttrein 1 In enkele uren had ze meer gekocht dan an ders in een jaar; en al die hebberige winke liers zouden nu op hun beurt eens gedupeerd zijn en morgen leelijk op hun neus kijken! Zij kwam thuis en tn de breede. marmeren gang liep d r man haar haastig en met stra lend gezicht tegemoet. De Indruk was zoo overweldigend, dat ze met een blik in de richting naar Rorke opstond en zei: „Neen, ik kan vanavond niet meer zingen. Ik ben moe.” Haar lippen trilden. Ze voelde, dat, als ze niet dadelijk maakte, dat ze daar weg kwam, ze zou flauw vallen. Dick kwam haar te hulp. Ze hoorde hem iets zeggen van een boek, of een foto. in de bibliotheek en ijlings greep ze* dit excuus aan en ontvluchtte dit vertrek. In de bibliotheek ging ze In de vensterbank zitten, waar helder het maanlicht binnenviel Moedig drong ze de tranen terug, die haar in de oogen welden, want ze mocht niet schreien: de avond was nog niet voorbij. Ze moest zoo straks terugkeeren naar den salon en lachen en praten met de anderen. Daar werd de knop van de deur omgedraaid en er kwam iemand binnen. Janie dacht, dat het Dick was en vreesde, dat het Teddie sou zijn.... Het was echter Rorke. ZIJ verroerde zich niet, stond niet op van haar plaats aan het venster. Ze wist niet, wat hij van haar verlangde. Hij had haar pijn gedaan, zooveel hij maar kon, dus al wat hij nu nog zou zeggen of doen, kon daar geenerlei verandering in brengen. Met het hoofd tegen het kozijn geleund, zat ze hem kalm aan te kijken en vroeg: plantententoonstelllngen, lessen in plantkunde en stedenschoon, kan hier al heel wat bereikt worden. Ook de ouders, ja vooral de ouders die nen Ingeschakeld te worden in het uitwer ken van plannen tot verbetering der volks opvoeding. Ze dienen doordrongen te wor den van het besef, dat zij verantwoordelijk blijven voor de daden van hun minder jarige kinderen, ook al zijn deze den gan- schen dag op straat en dus practlsch zonder toezicht. Verheugend is het, dat enkele onderne mende personen in Amsterdam-Oost. dat den naam <en ook wel eens de daad) heeft, veel te lijden te hebben van het straat vandalisme, het initiatief namen, de jeugd van dit 80.000 inwoners tellende stadsdeel bijeen te roepen op een z.g. jeugddag. Dit wordt dan het begin van een ernstige en goed opgezette poging^ die mogelijk over heel Amsterdam, vooral West en Noord, zal uitgroeien, tot een massale, zelfs nationale actie, om de jeugd te geven wat ze zoo noodlg heeft: opvoeding tot gemeenschaps- erhaaldelljk hebben we er reeds op moeten wijzen, hoe de Nederlandsche jeugd dikwijls een volslagen gebrek toonde aan respect, zoowel voor eens anders eigendom, als voor diens rust en veiligheid op den openbaren weg. En alhoewel we ons niet verheugen met de gedachte, dat dit euvel van straatvandalisme binnen afzien- baren tijd geheel zal kunnen worden uitge roeid, zijn we niettemin de meening toe gedaan, dat er op dit terrein nog veel practlsch werk met succes verricht zal kunnen worden. Is het niet verschrikkelijk als we moeten vernemen, hoe kort geleden, in Utrecht, 'n bejaarde heer door twee knapen dusdanig op straat werd lastig gevallen, door de vlegels werd geduwd en van zijn hoed be roofd, kortom werd gesard en getreiterd, dat hij naar het politiebureau vluchtte, waar hij kort daarop, door de hevige emo tie aangegrepen, kwam te overlijden* Werd niet,, enkele jaren geleden, in Am- sterdam-Noord, een leegstaande school door de jeugd geplunderd en gesloopt, nadat ze zich door het ingooien van ruiten toegang had verschaft, om daarna alles wat los en vast zat te vernielen en bij haar heengaan een ruïne achter te laten? En moest niet in het begin van dezen zomer, het z.gji. Echo-bosch bij Mulderberg de vandalen hand krachtig voelen? Jonge boompjes en heesters werden In groote hoeveelheden uitgerukt en doelloos langs den weg gewor pen, zoodat de burgemeester van die plaats de sluiting van het bosch in overweging moest nemen. Nu kan in een enkel geval wel eens erger Struisje merkte daar niets van en ging weer vrooigk op zijn plaats zitten, maar nu was hg voorzichtiger en vouwde zijn lar.ge stelten onder zich op. Zoo had niemand er last van. „Wat eet hg eigenlijk," vroeg de burgemeestersvrouw. „O." zei Prof je, „alles is goed genoeg voor hem. Hij eet wat de pot ichaft. Daarom gaf mevrouw hem eerst een bord joep. Struisje stak er zgn snavel in, maar Het Nationale Comité, Dat tegen de cadeaux is, Omdat dat stelsel heel funest, Verderfelijk en voos is, Het Nationale Comité. Dat 't stelsel wil bestrijden, Omdat publiek én winkelier Er onder moeten lijden, Het Nationale Comité, Bestaand’ uit louter mannen. Die de cadeaux in eiken vorm Het land uit willen bannen, Het Nationale Comité. Dat steeds meer wil ageeren. Dat Nederland met zijn cadeaux Eens flink zal mores leeren. Dat Nationale Comité Belegt soms ook congressen. Maakt propaganda, werkt en streeft. Geeft niets dan wijze lessen; Dat Nationale Comité Belegt ‘t congres heel gaarne Of in de residentie, óf Te Haarlem, aan het Spaarne. Het heeft heel kalmpjes meegedeeld Dat Haarlems kansen stijgen Met het bedrag, dat ’t Comité .Maar niet door mg.” Neen, En niets deed mij je zoozeer lief heb ben, als toen je zei. dat je het niet geloofde Ik kon je aanbeden hebben. Je weet niet, hoe die achterdocht mg het leven vergald heeft; hoe ze mij een gevoel gaf als een Ishmael, die Iedereen haatte en door iedereen gehaat werd. tot jij kwam!.... En toen weer ineens tot die ont dekking te moeten komen, dat je iets nog veel ergens van mij dacht! Het leek wel. of de grond onder mij wegzonk Je was de vrouw, die tk lief had; je was mij méér, dan ik dit ooit kan uit spreken. en je hield mij voor een moorde naar!.... Vind je het verwonderlijk, dat Ik dit beschouwde als het eind van alles? Al zag je later ook in. dat Je je vergist had. dan zou toch altijd de herinnering blijven, dat je het eens geloofde. Ik wist. dat. als dit tusschen ons bleef, we toch nooit gelukkig zouden kunnen zijn, en ik zweer, dat ik nooit een vrouw tot de mijne zou maken, die dit van mij gedacht had. Als je eens wist, hoe ik geleden heb; wat het voor mij was. om alle hoop op je te moeten opgeven!" I ,Je verdiende je lijden!" riep Janle, half- lachend. half-huilend. „Als ik even hard en onvergevensgezind als jij was, Rorke. dan zou ik nooit meer met je praten. Om nu zoo iets wreedaardigs van mij te gelooven en ons beiden al dien tijd zoo wanhopig ongelukkig te maken over zoon allerdwaaste misvatting!" Ze zag even te. laat den omvang van al wat Wetens<h«ppgl>|lie lit. verstrekt gretis de N V. Koffie Mij„ Amsterdam, Postbox 889. Ik ben blij, dat Ik nu precies weet, hoe je er over denkt. Het te mij een bewijs, dat iedere ge dachte aan vriendschap tusschen ons een onmogelijkheid is. Ik ben je nichtje, hier is eenmaal niets aan te veranderen; maar ik zal ook nooit Iets méér zjjn." Een paar minuten later stond zij naast Ted die aan de plano. .He neen, Bess,” drong zij, „niet van die sen- timenteele dingen! Ik heb mijn banjo hier en Teddie en ik zullen een paar negerzangen ten beste geven, die we uit dat oude boek in Goschester hebben opgediept." Zoo kwamen ze ook aan het Wiegenliedje van Kleinen Alabama. Ineens betrok Janie's gezichtje. Zjj werd zeer bleek, want in den geest hoorde ze weer Char lie's stemmetje, dat vroeg: „Ben Ik je kleine AU Baba, Janle?" Wanneer Uw hoofdpijn (migraine) U over walt bij het opstaan, vóór of na den maal tijd, koop dan even bij Uw drogist of apotheker een doosje ’'AKKERTJES". Uil® Daarvoorcadeau zou krijgen HERMAN KRAMER illllllinillllllllllllllllllllllllllllllllllllHIIIIIIIIIIUIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIII^ „Kindlief." riep hij. „we gaan niet weg! Ik heb er Iets op gevonden. In X eerst moeten we nog zuinig zijn, rrÉaar m'n wissels kan Ik nu tenminste betalen, én daarna zal Ik geduldig een gave gelegenheid op de Beurs afwachten. En je hebt je kranig gehouden, dat moet ik zeggen! Maar we behoeven niet weg te gaan; we blijven!" En mevrouw Fayard. die zich aoo kranig ge houden had. verbleekte. Zjj dacht aan haar roekeloose inkoopen. asm den stroom van leve ranties op den dag van morgen en aan de reke ningen. bij verlies van Mn band, een voet ot een oog. Wat dat Katholicisme op z'n Romeinsch be treft: Ik zag. wat hier heel gewoon is. Zondag morgen onder de Mis een kindje doopen. Toen de priester het water over het gegoten, werd het wichtje dooi stonden. net peentjes en vleesch. En gelukkig, dat ging Iets beter. Hij was wel een beetje aan let knoeien, maar het bord was toch leeg. Daarna was er lekkere zoete vamllepap en lat gaf weer dezelfde moeilijkheid. Gelukkig lad mevrouw het ditmaal gemerkt. ..Lus', bij dat ook al niet?" vroeg ze. En toen zag Prof je. dat Struisje van een bord moest eten m hjj vertelde gauw, dat hij dat niet gewend «ras. Dadelijk werd toen een diepe kom ge nacht en Struisje lachte var.' blijdschap. „Ga je nu weg? Kom je goeden dag zeggen?" .Neen, vanavond ga ik nog niet. Ik blijf bier logeeren.” „Kun je zoo lang van huis weg?" vroeg ze spottend. „Kunnen ze je missen op „The Grange”? „Er is niemand, die mij daar noodlg heeft, op „The Grange”, zoomin als hier." Belden zwegen ze een oogenblik. Toen vroeg zij: „Ben je enkel voor zaken naar Londen gaan?" .Neen, ik was dwaas genoeg, om er naar te verlangen, hier te komen." Haar hart begon sneller te kloppen, maar koel vroeg ze: ..Dus je had den moed, om je geliefd Noorden te verlaten?" „Praat toch niet zoo!” zei hij ongeduldig .Meen je waarlijk, dat Ik gelukkig ben geweest In het Noorden? Zie ik daarnaar uit?" .Je verwacht toch niet van mjj. dat ik mee lijden met je zou hebben, omdat je je onge lukkig hebt gevoeld, terwijl dit toch je eigen, hard, bitter, onvergevensgezind gemoed is. dat hier schuld aan heeft?" .Je komt steeds terug op die vergevensge zindheid, of het dat was!" „Wat is het dAn?.... Je blijft maar boos op mij. omdat ik In je huis ben gekomen onder een valschen naam. Ik weet, dat het verkeerd aww w-v a °P dlt blad^Jn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen p 7^0 bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door p bij een ongeval met 1^1 'F, JI w I w F1! O ons®’*11*11 verzekerd voor een der volgende uitkeeringen A vrkJe verlies van beide armen, belde boenen of belde oogen VXJs doodelljken afloop japonnen voor een heel jaar besteld. De maa dacht een dier heerlijke dagen te beleven, waarop een rijke cliënte geen weerstand weet te bieden aan haar koopwoede En terwijl me vrouw Fayard de breede trap van het mode huis af ging, dacht ze aan al die verrukkelijke costuums. waarvan se de stof met haar handen en haar blikken had gestreeld en die ze nooit zou dragen. „Louis." klonk het weer. ,4u naar madame Euphroaine!" En daar paste ze tal van hoedjee op. spiegelde zich lang en ernstig, en face, in profiel, in half-proflel.Ze kocht evenveel hoeden als japonnen. Wel dacht ze er een oogenblik met spijt aan. dat ze ook die nooit zou dragen, maar ze lachte ook weer, als ze dacht aan schrik van zwaarlijvige dama ne. beeld van Sint Petrus. Verbeeld ik het mij, dat zjj meer recht-op gaan, dat er meer veerkracht in hen Is. dat hun blik opener, vrijer de dingen ziet? Ik wil ml| niet schuldig maken aan senti- menteele romantiek, doch laten wij niet ver geten. dat de eerste christenen voor een groot deel slaven waren. Wat er van zjj: als de ge boren Romeinen, met hetzelfde recht, kusten zij den voet van Sint Petrus Sint Petrus, die eenmaal getuigde: „In waarheid erken Ik. dat God geen aanziener van personen is, maar on der ieder volk is, wie Hem vreest en gerechtig heid doet. Hem welgevallig. De Sint Pieter is als de Ark van Noë en hoe kan ik dan bezwaren hebben tegen zijn groot- sche pracht? Is het niet geed daar, waar alle menschen eender behooren te zijn, waar alle menschen eenzelfde veilig onderkomen moeten vinden, ieder zijn kleinheid te doen voelen? Ieder mensch is hier klein, leder mensch, hij zij de grootste, moet zich hier nietig bekennen en on belangrijk. En is er vruchtbaarder grond voor de bioedei schap der menschen dan de nederigheid? Och, de Sint Pieter is een paradox: door pracht en praal bewerkt zU geringheid en verdeemoe diging. Ik bedenk, dat geen zondaar zoo gerenom meerd. geen zieke zoo afzichtelijk, geen arme zoo schamel kan zgn, of hij moet deze plaats durven betreden. HU kan bg het wijwatervat gaan staan en de kolossale „putto's”, die het bekken omstoeien, zullen de verwonderde blik ken opvangen. HU kan bU een der pilaren knie len en hU zal niet méér zgn dan een donkere toon, een schaduwveeg. Tot het Heiligste kan hU naderen en die Eene. die vanuit den hoogen koepel op hem neerschouwt, is HU. voor wien niemand zfch verbergen kan. Misschien dat ook de barones hier nog eens den vrede zal hervinden. De barones is een van mUn huisgenooten en de pensionhoudster heeft mU het raadsel van haar duister gelaat ont sluierd. Ik was mg niet bewust er nieuwsgierig naar te zUn. maar mUn pensionhoudster wist beter; fh ieder geval praat zU graag ZU is een vurige Slctliaansche, die, is zU nóg zoo zwaar geworden''hardnekkig vasthoudt aan haar jeugd, dewelke, getuige een portret in de gang, niet zonder bekoring was Naar de laatste mode hier heeft zU haar eenmaal zwarte haren eerst laten bleeken en dan rood laten verven. ZU vertelt mg lachend, dat zg Katholiek is op z'n Romeinsch. d wz. het met de KerkelUke geboden niet zoo nauw neemt. Maar bg de barones? bU de ba rones ts zU een heilige, want de barones haat God. De barones heeft in den wereldoorlog haar beide zonen verloren en nu mag in Rome de eenlge gedachtenis aan den wereldoorlog de Via Vittorio Veneto zUn, waar de rUke vreemde lingen flaneeren, een moeder vergeet minder snel dan een volk, zeker dan een volk als het Ita- liaansche. dat zich in tempo verjongt. En zU moet haar jongsten zoon, wiens rechterkaak was weggeschoten, nog gezien hebben Maar als de barones God haat, waar kan zU op adellUker wUze aan dien haat uitdrukking geven dan in den Sint Pieter, waar God zóó machtig is? En als zU dan langs de eerste zU- kapel komt en opziet naar de PiétA van Michel Angelo, zal zU dan niet haar Meesteres gevon den hebben? En hoe draagt Deze Haar zóóveel grooter smart. (Van onzen Romelnschen corresoondent) andaag stond de regenboog over Rome en toen ik mijn raam opende om beter te zien, vloog van de Porta Pinclana een duif op en ik dacht aan Noé. De regenboog overbrugde een verdronken we reld; toen greep het anker vast achter de vork van twee stam-dlkke takken en, dalend met het water, strandde de ark op den Libanon, in de hooge kruinen der ceders, waar zU als een vreemd nest hangen bleef. De menschen ver gaten haar, want cederkrulnen zUn dicht en X is er zeer donker onder, en de vogels, file haar uit de lucht zagen, wisten niet beter, of zü hoorde daar hun geslacht toch begon in de ark opnieuw. Zoo ging de gedachtenis aan den zondvloed verloren. Als ware er niets gebeurd, vingen de menschen spoedig weer aan de schepping te bezoedelen en God. die beloofd had nimmer meer de sluizen van zUn regen ter verdelging te openen, zond zijn vuur. Toen veranderde de vrouw van Lot als een blUvende verschrikkelUke waarschuwing voor allen, die Gods stem niet hooren willen, In een pilaar van zout. Maar er kwamen geleerden, die uitmaakten, dat een pilaar van zout in die streek niets büzonders was. want de bodem daar be vatte zout en het was er vulcanlsch. En ook deze tweede gedathtenls aan Gods toorn ging verloren. En weer werd de schepping bezoedeld. Toen zond God, ten einde raad, ZUn genade. Die was vuur en regen beide, warm als het vuur en lavend als de regen, maar van vuur en regen had zU enkel het goede. En de Genade wies in een leven van drie en dertig Jaar en het was tn den middag van den eersten Goeden VrUdag. dat zU, geklommen tot boven de kruinen der ceders, klopte aan de wanden van de ark. En zU hief de kerk op van waar zij nu reeds eeuwen rustte en gedragen door dien Heiligen Stroom, dreef deze af, ver van den Libanon vandaan, over bergen en zeeën, Kreta voorbu en de straat van Messina door, naar Italië, waar de heuvel, die Vaticanus genoemd wordt, haar aan zjjn voeten dwong. En daar werd zU de ark van een niéuw Verbond. Toen ik voor het eerst den Sint Pieter aan schouwde het zien is bU deze geweldige af metingen inderdaad een schouwen kwam de gedachte in mU op, dat hier, waar het hart is van de Katholieke Kerk, een van Haar wezens trekken. de armoede, geweld lUdt. Ik kon mU in dezen tempel Christus niet voorstellen, niet althans als den Stichter, HU. die geen steen had om zUn hoofd op neer te leggen. Wel kon ik Hem me voorstellen, staande op de facade zooals Hij daar nu staat, maar oneindig geringer, efl» kleine witte figuur terwUl die steenen grootflRd den duivel blUft voorbehouden die Hem dé schatten der wereld toont. Ik meende dat aan de ver zoeking die Christus weerstond, sommigen van ZUn plaatsbekleeders hadden toegegeven. ZU waren meer vorsten dan herders. Schuilt er In deze gedachte iets ongeoorloofds? Zoo ja, het ware verboden geschiedenis te schrU- ven overeenkomstig de waarheid. Inderdaad zUn er pausen geweest, wien de stoffelUke grootheid der Kerk meer ter harte ging dan de geestelUke. Men kan dit rustig bekennen; men doet het in zekeren zin zelfs gaarne, waar de menschelUk- held der kerk, de uit haar menscheiUkheid stammende onvolmaaktheid Haar bovennatuur- li'kheid in te heller licht stelt. Niettemin was mUn eerste gedachte over den Bint Pieter niet mUn tweede Ik schreef boven een fantasie neer, die mU bezig hield, toen ik den regenboog over Rome zag staan. ZU mag U wat al te fantastisch lijken; ik verdedig mU met te wUzen op de geweldige fantasie, die zich hier in gebouwen en beelden, in fresco’s en mozaïeken, in de fonteinen en den aanleg der parken, ja, zelfs in het klein als de vermicelli in de soep, die de wonderlUkste vor men kan hebben, en de aanwUzlngen, die gU krUgt als gU naar den weg vraagt die zich hier in dit alles nu eens meer dan eens minder gelukkig openbaart. Ik ben er door beïnvloed, door gebefen, zoo gU wilt, maar zU verschafte my dan toch een. voor wat de gevolgtrekking betrof, heel nuttige vergelUklng: De Sint Pieter is als de Ark van Noë; zU is de toevlucht voor allen, die in het tranendal niet willen ver drinken. Met Bint Petrus aan het roer stevent zU de eeuwige haven tegemoet. De Bint Pieter is als de Ark van Noë; als deze herbergt zU vogels van alle pluimage: menschen van ieder ras, van iedere nationaliteit, van lederen stand en rang, van iedere geaardheid. Ik had het geluk dit heel treffend geïllustreerd te zien. Ik stond voor het bronzen beeld van Sint Petrus en keek toe wU. Nederlanders, hou den van toekUken; zeker, ook wU stellen de daad, maar wU moeten eerst nauwkeurig weten waar wU aan toe zUn en keek toe, hoe Ro meinen en pelgrims Hem hun groet en eerbetui ging kwamen brengen, daarbU den rechtervoet van het beeld kussend, een gewoonte van ouds her, die, waar de voet ervan afgesleten is, be wust, dat niet alleen de gestadige druppel, doch ook de gestadige kus den hardsten weerstand overwint. Een oogenblik moet ik niet opgelet hebben, want hoe kon ik anders plotseling de twee Abessyniérs ontdekken, die ik eenlge dagen terug reeds aan het station had gezien? Toen stonden zU verwezen en terneergedrukt, schamel in hun flodderige, gekreukte beddelakens, temid den van het vermoeiend geloop van kruiers en reizigers. Hun zwarte gezichten waren zeer ge sloten, maar ik moest denken aan wat oude schrijvers geschreven hebben over de overwon nenen: ZU konden beter in den slag gebleven zUn. Diezelfde Abessyniérs nu bij het bronzen Over dit onderwerp zijn velerlei verhande lingen te schrijven Zoo herinneren wij ons hoe in onze jongensjaren het bezoek aan een „lieve oude tante" ondanks kopje thee en koekjes door ons feitelUk als een penitentie lp den onaangenatnen zin des woords werd beschouwd Verder is daar het onderwerp humoristische penitenties Wij denken hier vooreerst aan den boer aan wien wegens herhaalde publieke dronkenschap door den pastoor een openbare boetedoening werd opgelegd. De man moest met de klompen vol erwten een wandeling door het dorp makenEn toen de pastoor niet zonder leedvermaak zijn komst voor het raam der pastorie stond af te wachten, kwam Bart met een vroolljk gezicht aankuieren, wuifde eens naar zijn zieleherder en riep: .Xekker weer om rond te kuieren, meneer Pastoor; vooral als moeder de vrouw de erw ten goed zacht gekookt heeft!" Een ander vermakelijk verhaal vonden wij in The Universe. Een priester had in Noord- Engeland ergens zijn auto gestald op een par keerterrein. en toen hij weer wegreed. zijn vehikel in aanraking met een der andere wagens, die daar stonden. „Wat doet U daar toch?” vroeg de politie man die dit stond aan te zien. .Neem me niet kwalijk; het spijt me”, zei de priester. ,J3pUt het U werkelUk?” vroeg de man der wet. „Zeker!" antwoordde de priester. ..Dan", zei de agent met een zwaar, ernstig geluid en met een plechtstatig gezicht: „Bid vijf Onze Vaders en vijf Wees Gegroeten voor Uw penitentie!" J van Apotheker Dumont wordt overal en door iederen geroemd om haar wonderlijke bij Hoofdpiin, Migraine, Kies pijn, Zenuwpijn, Kou Influenza, Spierpijn, Neuralgische pijnen, Rheumatische pijnen. Het is niet noodig U ie laten plagen door Uw piin. Want bijna onmiddellijk zullen "AKKERTJES" U helpen en Uw pijnen znei tot bedaren brengen. Ook Gij zult op ge logen zijn over de resultaten. Probeert zei Overal verkrijgbaar. Per IS stuks 5S cent. AKKERTJES Vo/gens recept nw» Apofhekar Dumont was en ik had er bitter berouw van, toen ik bedacht, dat ik daardoor ook niet voor jou zou kunnen spreken op het verhoor. Maar toch had ik er geen booze bedoeling mee en hoef je het volstrekt niet zóó op te vatten, dat ik van nature leugenachtig ben en dat je mU dus nooit zou kunnen vertrouwen." .Maar. Janle ik zou jou niet kunnen ver trouwen?.... JU was het Juist, die mU niet ver trouwde!.... Je had mU onder verdenking om trent Charlie's dood.” „O. Rorke! Nóóit!" „Dat heb je zelf gezegd. Je zei tegen mij, dat je geen getuigenis van mU kon afleggen. Je hebt mU gemeden, schrikte van mU terug ,Jk meed je, om der wille van het gepraat Ik was bang, om getuigenis af te leggen, om dat dan mun ware naam aan den dag zou komen en daarom wis ik juist zooverdrietig.dat tk je dus niet helpen kon. Dut was alles! Hoe haalde je nu ooit in je hoofd, dat ik je van zoo iets verschrikkelüks zou verdenken?.... Om een kind het leven te benemen, of zelfs hem te laten sterven, als je het verhoeden kon. een kind, dat je vertrouwde en van Je hield en dat alles om wat geld!" Rorke haalde diep adem. ,Je had al ééns gezegd, dat je mU. -.tot alles in staat achtte." En je wist, dat ik leeluke din gen kon doen. Ik was al ééns van moord ver dacht.’ w w evrouw Fayard zat in haar auto, een IY'I pracht-Sedan, en peinsde. Dien ochtend ■k’A. d.r gelegd; Yvonne, we Zijn geruïneerd. Absoluut en totaal. We houden nog maar een paar bankjes over om er van door te gaan. We kunnen na- tuurlUk niet tn ParUs blijven.” Ze begreep dat er niets aan te doen was. Maar, wat erger was. ze wist dat een weelde- leven van tien Jaar haar medeplichtig gemaakt had aan hun financieelen ondergang. Maar dat X aoo erg was.... dat ze moesten vluch ten.... Fayard had nooit neen geaegd, als ze om geld vroeg, zelfs geen aanmerking gemzmkt. Ze wist niet waar hun geldmiddelen vandaan kwa men en hoe X er mee stond. Ze had altijd te gen haar vriendinnen gezegd: .M'n man ver dient op de Beurs zooveel hij maar wil.” En nu waren ze geruïneerd. Enfin, zij sou er zich nuur bu neerleggen. René kon in elk land weer rUk worden. En als hg dat klaar gespeeld had. dan gingen ze naar FarUs terug en kochten een nieuw huis, dan kon ze haar weeldeleven weer opnieuw beginnen. Simple comme bonjour! Dit alles overdacht mevrouw Yvonne Fayard in haar auto. Wel jammer, dacht se verder. tWas zoon genot, zoo heerlgk. dat winkelen, die ijver der bedienden, als se haar kostbare inkoopen deed en opeens flitste een arglis tig, verraderigk plan in het brein der licht zinnige vrouw. Ze sou dien laatsten dag vóór hun vlucht gebruiken om te koopen. om de winkels af te loopen en daar maar raak te be stellen. mooie, dure dingen. X kwam er niet op aan wat het kostte. En dan. als ze haar koop ziekte nog eens volop botvierde, dan sou ze al die winkeliers eens flink beetnemen. Ze zou den den volgenden dag het gekochte en be stelde met de nota’s brengen voor.... een ge sloten deur. Mevrouw Fayard grinnikte van pret als ze daaraan dacht. „Louis." zei ze tegen den chauffeur. ..naar Braillé!" En de auto bracht haar naar de zaak, die haar woning had Ingericht. Braillé kwam gedienstig en Uverig de rijke klant tegemoet. Deze ging zitten. Onder z'n dikke vingers begonnen de kostbare stoffen te leven. Mevrouw Fayard vond alles mooi en ge schikt. en X eene koopje na X andere werd genoteerd: een prachtige antieke vaz», een kast, een snoezig tafeltje met drie gedraaide pootjes, buitengewoon geschikt om er dat zil veren beeldje op te zetten. Mevrouw Fayard luisterde en knikte zacht met het hoofd. ZU kocht bijna alles wat de zakenman haar aan prees In den auto dacht Yvonne met boosaardig genoegen aan X gezicht van Braillé dat hU den volgenden dag zou zetten, als hij al dat handig verkochte terug kreeg. „Louis.” beval ze weer, ..naar Palllot!” En ze bracht een paar aangename uren door in de vertrekken van X gesloten huis van den modekoning. Toen ze opgewonden en met gloeiende wangen vertrok, had se bU Palllot worden voorkomen door krachtig optreden van de politie, doch daardoor wordt het vandalisme op den duur toch niet af doende bestreden, omdat het niet in zijn wortel wordt aangetast. Om dit euvel beter te be strijden is het noodlg dat er aan de jeugd wordt gegeven een meer daadwerkelijke opvoeding tot gemeenschapszin. De straat, d.wi alles wat tot den openbaren weg be hoort parken, plantsoenen, bouwwerken, hekken, schuttingen, brandmelders, auto maten, zonneschermen, reclamezuilen, etc. etc. moet door de jeugd gezien leeren werden als gemeenschapsgoed, dat zijn be staansgrond vindt in het nut voor ieder een, dus ook voor de jeugd zelf, al ziet zij dit niet dadelijk en volledig in. Het komt nog te veel voor, dat gemeenschapsgoederen door kinderen worden begrepen als behoo- rende tot een stuk niemandsland, waar zij hun neiging tot piraterij naar hartelust kunnen botvieren. Door het organiseeren dagen. se geaegd had in en scheen ineens ernstig ver diept in de constructie van het razun. Ze zag Rorke naderbgkoznen en hoorde hem toen heel zacht fluisteren: .Maar JU bent niet zoo hzud en onverge vensgezind als ik. Janle. Nog eens: denk eens aan, wat ik geleden heb! Ik stelde mij al voor, hoe je omringd zou zijn door tallooze jongelui, die je het hof maakten! En dan die neef!...." HU was nu naast haar neergeknield en hield haar beide handen in de zijne. .Janle, was ik dat?” Onwillekeurig plooide haar mond zich tot een glln^hch. terwgi ae antwoordde: .NU moge dan zijn, wie hg vil, je hoeft er je geen haar van aan te trekken!" ,M*sx nu nog dit: voel je voor hém?.... Maanden geleden heb ik je dezelfde vraag ge daan en er is sinds dien heel wat tusschen om gekomen, maar.... heb je dien neef lief?" Jk dacht, dat wg er juist niet zeker van waren, of die neef liefde voelde voor mg!” Het volgend oogenblik was dit punt glashelder tot klaarheid gebracht.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1937 | | pagina 9