uandcn
<Kctu&fiaal
over
H
De avonturen van Prof je en Struis je
Regenboog stond
F 250.-
TWEE NICHTEN
EN TWEE NEVEN
TO* een diepe, gezonde slaap
naar waarde weet te schatten, mag
'iet lichtvaardig heenstappen over
het feit, dat de prikkelende wer
king der coffeïne op hart en zenu
wen ruim 24 uur kan duren.
Rome ^^-CADEAUSTELSEL
Straatvandalisme
i
VRIJDAG 8 OCTOBER 1937
De Sint Pieter
De inkoopen van
I
Penitentie
mevrouw Fayard
NAAR HET ENCELSCH
Koffie Hag is gegarandeerd coffe-
ïnevrij, dus goed voor een gez ~ide,
verkwikkende nachtrust.Bovendien
worden door het vermaarde Hag-
procédé de krachtige smaak en het
kostelijke aroma van de fijnste hoog-
landkoffie voor 700%gewaarborgd.
Hoe kom ik van
die hoofdpijn af?
J AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL'VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
MS
kwam
hem.
voor
„Kunnen
ge-
BINDS
AKKER.CACHETS
apotheker een doosje
Dese nieuwe vinding
gebruiker
resultaten
rioq
van boomplant-
massa-
gezicht
zijn zieleherder
rond te kuieren.
ïoofdje
de yfoi
er omheen stonden, hartstocht
Laat het nu voor twee-derde gei
dat het zich zoo zoet hield, voor|
beurde het dan toch uit het besef, dat een pas-
gedoopt kindje heiliger is dan een relikwie
4
uit-
uweriStïle
gezoend,
zijn, om-
■n-derde ge
zin, waarbij het altruïsme over het egoïsme
moet zegevieren, en waardoor de jeugd
noodzakelijk gebracht wordt tot waardee-
ring en zorg voor het goede, dat door de
overheid aan alle burgers onzer samenle
ving te genieten wordt gegeven.
ton er niets uit krijgen. Niemand had er erg
m Wat een kwelling was dat r.u. En Prof je
lad gezegd, dat hjj niet mocht spreken bij
indere menschen. Tranen van teleurstelling
-olden hem zoo maar langs zijn veeren. Na
•en poos nam mevrouw zijn bord weer weg,
te zag wel, dat het niet leeg was. maar ver
onderstelde. dat hij de soep riet lekker
zond.
Nu kwamen er aardappeltjes
den
die
ma-
Euphrosl-
wanneer al
die hoeden onbetaald bij haar zouden komen.
„Louis. naar Dejean!”
BH Dejean verlustigde zich mevrouw Fayard
in X bezichtigen en aanraken van kostbare ju-
weelen. die voor haar werden uitgespreid op het
groene laken van een bureau. Ze koos een hals
snoer van drie rijen parels, een diamanten ri-
vlére en eenlge ringen en broches. Zij gaf haar
naam en adres op. Mijnheer Dejean boog en
zei. dat ze alles den volgenden -dag zou ont
vangen.
Op X trottoir bleef de koopzieke vrouw eenlge
oogenblikken als bedremmeld staan. Ze sou dit
'alles nooit dragen; wel jammer. Maar X koo-
pen alleen al was prettig.
Nu begaf zij zich nog naar de drukte in de
groote magazijnen en kocht daar tal van din
gen die ze niet noodlg had. En overal maakte
men diepe buigingen voor haar en beloofde men
alles den volgenden dag te laten bezorgen.
Terwijl de echtgenoote van den geruïneerden
René Fayard naar huls reed, gevoelde zjj zich
zalig vermoeid. Wat een dag. ondanks het voor
uitzicht van die lange reis in den nachttrein 1
In enkele uren had ze meer gekocht dan an
ders in een jaar; en al die hebberige winke
liers zouden nu op hun beurt eens gedupeerd
zijn en morgen leelijk op hun neus kijken!
Zij kwam thuis en tn de breede. marmeren
gang liep d r man haar haastig en met stra
lend gezicht tegemoet.
De Indruk was zoo overweldigend, dat ze met
een blik in de richting naar Rorke opstond en
zei:
„Neen, ik kan vanavond niet meer zingen.
Ik ben moe.”
Haar lippen trilden. Ze voelde, dat, als ze niet
dadelijk maakte, dat ze daar weg kwam, ze
zou flauw vallen.
Dick kwam haar te hulp. Ze hoorde hem
iets zeggen van een boek, of een foto. in de
bibliotheek en ijlings greep ze* dit excuus aan
en ontvluchtte dit vertrek.
In de bibliotheek ging ze In de vensterbank
zitten, waar helder het maanlicht binnenviel
Moedig drong ze de tranen terug, die haar in
de oogen welden, want ze mocht niet schreien:
de avond was nog niet voorbij. Ze moest zoo
straks terugkeeren naar den salon en lachen en
praten met de anderen.
Daar werd de knop van de deur omgedraaid
en er kwam iemand binnen.
Janie dacht, dat het Dick was en vreesde, dat
het Teddie sou zijn.... Het was echter Rorke.
ZIJ verroerde zich niet, stond niet op van haar
plaats aan het venster. Ze wist niet, wat hij
van haar verlangde. Hij had haar pijn gedaan,
zooveel hij maar kon, dus al wat hij nu nog zou
zeggen of doen, kon daar geenerlei verandering
in brengen.
Met het hoofd tegen het kozijn geleund, zat
ze hem kalm aan te kijken en vroeg:
plantententoonstelllngen,
lessen in plantkunde en stedenschoon, kan
hier al heel wat bereikt worden.
Ook de ouders, ja vooral de ouders die
nen Ingeschakeld te worden in het uitwer
ken van plannen tot verbetering der volks
opvoeding. Ze dienen doordrongen te wor
den van het besef, dat zij verantwoordelijk
blijven voor de daden van hun minder
jarige kinderen, ook al zijn deze den gan-
schen dag op straat en dus practlsch zonder
toezicht.
Verheugend is het, dat enkele onderne
mende personen in Amsterdam-Oost. dat
den naam <en ook wel eens de daad) heeft,
veel te lijden te hebben van het straat
vandalisme, het initiatief namen, de jeugd
van dit 80.000 inwoners tellende stadsdeel
bijeen te roepen op een z.g. jeugddag.
Dit wordt dan het begin van een ernstige
en goed opgezette poging^ die mogelijk over
heel Amsterdam, vooral West en Noord, zal
uitgroeien, tot een massale, zelfs nationale
actie, om de jeugd te geven wat ze zoo
noodlg heeft: opvoeding tot gemeenschaps-
erhaaldelljk hebben we er reeds op
moeten wijzen, hoe de Nederlandsche
jeugd dikwijls een volslagen gebrek
toonde aan respect, zoowel voor eens anders
eigendom, als voor diens rust en veiligheid
op den openbaren weg. En alhoewel we ons
niet verheugen met de gedachte, dat dit
euvel van straatvandalisme binnen afzien-
baren tijd geheel zal kunnen worden uitge
roeid, zijn we niettemin de meening toe
gedaan, dat er op dit terrein nog veel
practlsch werk met succes verricht zal
kunnen worden.
Is het niet verschrikkelijk als we moeten
vernemen, hoe kort geleden, in Utrecht, 'n
bejaarde heer door twee knapen dusdanig
op straat werd lastig gevallen, door de
vlegels werd geduwd en van zijn hoed be
roofd, kortom werd gesard en getreiterd,
dat hij naar het politiebureau vluchtte,
waar hij kort daarop, door de hevige emo
tie aangegrepen, kwam te overlijden*
Werd niet,, enkele jaren geleden, in Am-
sterdam-Noord, een leegstaande school door
de jeugd geplunderd en gesloopt, nadat ze
zich door het ingooien van ruiten toegang
had verschaft, om daarna alles wat los en
vast zat te vernielen en bij haar heengaan
een ruïne achter te laten? En moest niet
in het begin van dezen zomer, het z.gji.
Echo-bosch bij Mulderberg de vandalen
hand krachtig voelen? Jonge boompjes en
heesters werden In groote hoeveelheden
uitgerukt en doelloos langs den weg gewor
pen, zoodat de burgemeester van die plaats
de sluiting van het bosch in overweging
moest nemen.
Nu kan in een enkel geval wel eens erger
Struisje merkte daar niets van en ging
weer vrooigk op zijn plaats zitten, maar nu
was hg voorzichtiger en vouwde zijn lar.ge
stelten onder zich op. Zoo had niemand er
last van. „Wat eet hg eigenlijk," vroeg de
burgemeestersvrouw. „O." zei Prof je, „alles
is goed genoeg voor hem. Hij eet wat de pot
ichaft.
Daarom gaf mevrouw hem eerst een bord
joep. Struisje stak er zgn snavel in, maar
Het Nationale Comité,
Dat tegen de cadeaux is,
Omdat dat stelsel heel funest,
Verderfelijk en voos is,
Het Nationale Comité.
Dat 't stelsel wil bestrijden,
Omdat publiek én winkelier
Er onder moeten lijden,
Het Nationale Comité,
Bestaand’ uit louter mannen.
Die de cadeaux in eiken vorm
Het land uit willen bannen,
Het Nationale Comité.
Dat steeds meer wil ageeren.
Dat Nederland met zijn cadeaux
Eens flink zal mores leeren.
Dat Nationale Comité
Belegt soms ook congressen.
Maakt propaganda, werkt en streeft.
Geeft niets dan wijze lessen;
Dat Nationale Comité
Belegt ‘t congres heel gaarne
Of in de residentie, óf
Te Haarlem, aan het Spaarne.
Het heeft heel kalmpjes meegedeeld
Dat Haarlems kansen stijgen
Met het bedrag, dat ’t Comité
.Maar niet door mg.”
Neen, En niets deed mij je zoozeer lief heb
ben, als toen je zei. dat je het niet geloofde Ik
kon je aanbeden hebben. Je weet niet, hoe die
achterdocht mg het leven vergald heeft; hoe ze
mij een gevoel gaf als een Ishmael, die Iedereen
haatte en door iedereen gehaat werd. tot jij
kwam!.... En toen weer ineens tot die ont
dekking te moeten komen, dat je iets nog veel
ergens van mij dacht! Het leek wel. of de grond
onder mij wegzonk Je was de vrouw, die tk lief
had; je was mij méér, dan ik dit ooit kan uit
spreken. en je hield mij voor een moorde
naar!.... Vind je het verwonderlijk, dat Ik dit
beschouwde als het eind van alles? Al zag je
later ook in. dat Je je vergist had. dan zou toch
altijd de herinnering blijven, dat je het eens
geloofde. Ik wist. dat. als dit tusschen ons bleef,
we toch nooit gelukkig zouden kunnen zijn, en
ik zweer, dat ik nooit een vrouw tot de mijne
zou maken, die dit van mij gedacht had. Als je
eens wist, hoe ik geleden heb; wat het voor mij
was. om alle hoop op je te moeten opgeven!" I
,Je verdiende je lijden!" riep Janle, half-
lachend. half-huilend. „Als ik even hard en
onvergevensgezind als jij was, Rorke. dan zou
ik nooit meer met je praten. Om nu zoo iets
wreedaardigs van mij te gelooven en ons beiden
al dien tijd zoo wanhopig ongelukkig te maken
over zoon allerdwaaste misvatting!"
Ze zag even te. laat den omvang van al wat
Wetens<h«ppgl>|lie lit. verstrekt gretis de
N V. Koffie Mij„ Amsterdam, Postbox 889.
Ik ben blij, dat Ik nu precies weet, hoe je er
over denkt. Het te mij een bewijs, dat iedere ge
dachte aan vriendschap tusschen ons een
onmogelijkheid is. Ik ben je nichtje, hier is
eenmaal niets aan te veranderen; maar ik zal
ook nooit Iets méér zjjn."
Een paar minuten later stond zij naast Ted
die aan de plano.
.He neen, Bess,” drong zij, „niet van die sen-
timenteele dingen! Ik heb mijn banjo hier en
Teddie en ik zullen een paar negerzangen ten
beste geven, die we uit dat oude boek in
Goschester hebben opgediept."
Zoo kwamen ze ook aan het Wiegenliedje
van Kleinen Alabama.
Ineens betrok Janie's gezichtje. Zjj werd zeer
bleek, want in den geest hoorde ze weer Char
lie's stemmetje, dat vroeg: „Ben Ik je kleine
AU Baba, Janle?"
Wanneer Uw hoofdpijn (migraine) U over
walt bij het opstaan, vóór of na den maal
tijd, koop dan even bij Uw drogist of
apotheker een doosje ’'AKKERTJES".
Uil®
Daarvoorcadeau zou krijgen
HERMAN KRAMER
illllllinillllllllllllllllllllllllllllllllllllHIIIIIIIIIIUIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIII^
„Kindlief." riep hij. „we gaan niet weg! Ik
heb er Iets op gevonden. In X eerst moeten we
nog zuinig zijn, rrÉaar m'n wissels kan Ik nu
tenminste betalen, én daarna zal Ik geduldig
een gave gelegenheid op de Beurs afwachten.
En je hebt je kranig gehouden, dat moet ik
zeggen! Maar we behoeven niet weg te gaan;
we blijven!"
En mevrouw Fayard. die zich aoo kranig ge
houden had. verbleekte. Zjj dacht aan haar
roekeloose inkoopen. asm den stroom van leve
ranties op den dag van morgen en aan de reke
ningen.
bij verlies van Mn band,
een voet ot een oog.
Wat dat Katholicisme op z'n Romeinsch be
treft: Ik zag. wat hier heel gewoon is. Zondag
morgen onder de Mis een kindje doopen. Toen
de priester het water over het
gegoten, werd het wichtje dooi
stonden.
net peentjes en vleesch. En gelukkig, dat
ging Iets beter. Hij was wel een beetje aan
let knoeien, maar het bord was toch leeg.
Daarna was er lekkere zoete vamllepap en
lat gaf weer dezelfde moeilijkheid. Gelukkig
lad mevrouw het ditmaal gemerkt. ..Lus',
bij dat ook al niet?" vroeg ze. En toen zag
Prof je. dat Struisje van een bord moest eten
m hjj vertelde gauw, dat hij dat niet gewend
«ras. Dadelijk werd toen een diepe kom ge
nacht en Struisje lachte var.' blijdschap.
„Ga je nu weg? Kom je goeden dag zeggen?"
.Neen, vanavond ga ik nog niet. Ik blijf bier
logeeren.”
„Kun je zoo lang van huis weg?" vroeg ze
spottend. „Kunnen ze je missen op „The
Grange”?
„Er is niemand, die mij daar noodlg heeft,
op „The Grange”, zoomin als hier."
Belden zwegen ze een oogenblik. Toen vroeg
zij:
„Ben je enkel voor zaken naar Londen
gaan?"
.Neen, ik was dwaas genoeg, om er naar te
verlangen, hier te komen."
Haar hart begon sneller te kloppen, maar koel
vroeg ze:
..Dus je had den moed, om je geliefd Noorden
te verlaten?"
„Praat toch niet zoo!” zei hij ongeduldig
.Meen je waarlijk, dat Ik gelukkig ben geweest
In het Noorden? Zie ik daarnaar uit?"
.Je verwacht toch niet van mjj. dat ik mee
lijden met je zou hebben, omdat je je onge
lukkig hebt gevoeld, terwijl dit toch je eigen,
hard, bitter, onvergevensgezind gemoed is. dat
hier schuld aan heeft?"
.Je komt steeds terug op die vergevensge
zindheid, of het dat was!"
„Wat is het dAn?.... Je blijft maar boos op
mij. omdat ik In je huis ben gekomen onder
een valschen naam. Ik weet, dat het verkeerd
aww w-v a °P dlt blad^Jn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen p 7^0 bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door p bij een ongeval met
1^1 'F, JI w I w F1! O ons®’*11*11 verzekerd voor een der volgende uitkeeringen A vrkJe verlies van beide armen, belde boenen of belde oogen VXJs doodelljken afloop
japonnen voor een heel jaar besteld. De maa
dacht een dier heerlijke dagen te beleven,
waarop een rijke cliënte geen weerstand weet
te bieden aan haar koopwoede En terwijl me
vrouw Fayard de breede trap van het mode
huis af ging, dacht ze aan al die verrukkelijke
costuums. waarvan se de stof met haar handen
en haar blikken had gestreeld en die ze nooit
zou dragen.
„Louis." klonk het weer. ,4u naar madame
Euphroaine!" En daar paste ze tal van hoedjee
op. spiegelde zich lang en ernstig, en face, in
profiel, in half-proflel.Ze kocht evenveel
hoeden als japonnen. Wel dacht ze er een
oogenblik met spijt aan. dat ze ook die nooit
zou dragen, maar
ze lachte ook
weer, als ze
dacht aan
schrik van
zwaarlijvige
dama
ne.
beeld van Sint Petrus. Verbeeld ik het mij, dat
zjj meer recht-op gaan, dat er meer veerkracht
in hen Is. dat hun blik opener, vrijer de dingen
ziet? Ik wil ml| niet schuldig maken aan senti-
menteele romantiek, doch laten wij niet ver
geten. dat de eerste christenen voor een groot
deel slaven waren. Wat er van zjj: als de ge
boren Romeinen, met hetzelfde recht, kusten zij
den voet van Sint Petrus Sint Petrus, die
eenmaal getuigde: „In waarheid erken Ik. dat
God geen aanziener van personen is, maar on
der ieder volk is, wie Hem vreest en gerechtig
heid doet. Hem welgevallig.
De Sint Pieter is als de Ark van Noë en hoe
kan ik dan bezwaren hebben tegen zijn groot-
sche pracht? Is het niet geed daar, waar alle
menschen eender behooren te zijn, waar alle
menschen eenzelfde veilig onderkomen moeten
vinden, ieder zijn kleinheid te doen voelen? Ieder
mensch is hier klein, leder mensch, hij zij de
grootste, moet zich hier nietig bekennen en on
belangrijk. En is er vruchtbaarder grond voor de
bioedei schap der menschen dan de nederigheid?
Och, de Sint Pieter is een paradox: door pracht
en praal bewerkt zU geringheid en verdeemoe
diging.
Ik bedenk, dat geen zondaar zoo gerenom
meerd. geen zieke zoo afzichtelijk, geen arme
zoo schamel kan zgn, of hij moet deze plaats
durven betreden. HU kan bg het wijwatervat
gaan staan en de kolossale „putto's”, die het
bekken omstoeien, zullen de verwonderde blik
ken opvangen. HU kan bU een der pilaren knie
len en hU zal niet méér zgn dan een donkere
toon, een schaduwveeg. Tot het Heiligste kan
hU naderen en die Eene. die vanuit den hoogen
koepel op hem neerschouwt, is HU. voor wien
niemand zfch verbergen kan.
Misschien dat ook de barones hier nog eens
den vrede zal hervinden. De barones is een van
mUn huisgenooten en de pensionhoudster heeft
mU het raadsel van haar duister gelaat ont
sluierd. Ik was mg niet bewust er nieuwsgierig
naar te zUn. maar mUn pensionhoudster wist
beter; fh ieder geval praat zU graag ZU is een
vurige Slctliaansche, die, is zU nóg zoo zwaar
geworden''hardnekkig vasthoudt aan haar jeugd,
dewelke, getuige een portret in de gang, niet
zonder bekoring was Naar de laatste mode hier
heeft zU haar eenmaal zwarte haren eerst laten
bleeken en dan rood laten verven. ZU vertelt mg
lachend, dat zg Katholiek is op z'n Romeinsch.
d wz. het met de KerkelUke geboden niet zoo
nauw neemt. Maar bg de barones? bU de ba
rones ts zU een heilige, want de barones haat
God. De barones heeft in den wereldoorlog haar
beide zonen verloren en nu mag in Rome de
eenlge gedachtenis aan den wereldoorlog de Via
Vittorio Veneto zUn, waar de rUke vreemde
lingen flaneeren, een moeder vergeet minder snel
dan een volk, zeker dan een volk als het Ita-
liaansche. dat zich in tempo verjongt. En zU
moet haar jongsten zoon, wiens rechterkaak
was weggeschoten, nog gezien hebben
Maar als de barones God haat, waar kan zU
op adellUker wUze aan dien haat uitdrukking
geven dan in den Sint Pieter, waar God zóó
machtig is? En als zU dan langs de eerste zU-
kapel komt en opziet naar de PiétA van Michel
Angelo, zal zU dan niet haar Meesteres gevon
den hebben? En hoe draagt Deze Haar zóóveel
grooter smart.
(Van onzen Romelnschen corresoondent)
andaag stond de regenboog over Rome en
toen ik mijn raam opende om beter te zien,
vloog van de Porta Pinclana een duif op
en ik dacht aan Noé.
De regenboog overbrugde een verdronken we
reld; toen greep het anker vast achter de vork
van twee stam-dlkke takken en, dalend met het
water, strandde de ark op den Libanon, in de
hooge kruinen der ceders, waar zU als een
vreemd nest hangen bleef. De menschen ver
gaten haar, want cederkrulnen zUn dicht en
X is er zeer donker onder, en de vogels, file haar
uit de lucht zagen, wisten niet beter, of zü
hoorde daar hun geslacht toch begon in de
ark opnieuw. Zoo ging de gedachtenis aan den
zondvloed verloren.
Als ware er niets gebeurd, vingen de menschen
spoedig weer aan de schepping te bezoedelen en
God. die beloofd had nimmer meer de sluizen
van zUn regen ter verdelging te openen, zond zijn
vuur. Toen veranderde de vrouw van Lot als een
blUvende verschrikkelUke waarschuwing voor
allen, die Gods stem niet hooren willen, In een
pilaar van zout. Maar er kwamen geleerden, die
uitmaakten, dat een pilaar van zout in die streek
niets büzonders was. want de bodem daar be
vatte zout en het was er vulcanlsch. En ook
deze tweede gedathtenls aan Gods toorn ging
verloren.
En weer werd de schepping bezoedeld. Toen
zond God, ten einde raad, ZUn genade. Die was
vuur en regen beide, warm als het vuur en
lavend als de regen, maar van vuur en regen
had zU enkel het goede. En de Genade wies in
een leven van drie en dertig Jaar en het was tn
den middag van den eersten Goeden VrUdag.
dat zU, geklommen tot boven de kruinen der
ceders, klopte aan de wanden van de ark. En
zU hief de kerk op van waar zij nu reeds eeuwen
rustte en gedragen door dien Heiligen Stroom,
dreef deze af, ver van den Libanon vandaan,
over bergen en zeeën, Kreta voorbu en de straat
van Messina door, naar Italië, waar de heuvel,
die Vaticanus genoemd wordt, haar aan zjjn
voeten dwong. En daar werd zU de ark van een
niéuw Verbond.
Toen ik voor het eerst den Sint Pieter aan
schouwde het zien is bU deze geweldige af
metingen inderdaad een schouwen kwam de
gedachte in mU op, dat hier, waar het hart is
van de Katholieke Kerk, een van Haar wezens
trekken. de armoede, geweld lUdt. Ik kon mU
in dezen tempel Christus niet voorstellen, niet
althans als den Stichter, HU. die geen steen had
om zUn hoofd op neer te leggen. Wel kon ik Hem
me voorstellen, staande op de facade zooals Hij
daar nu staat, maar oneindig geringer, efl» kleine
witte figuur terwUl die steenen grootflRd den
duivel blUft voorbehouden die Hem dé schatten
der wereld toont. Ik meende dat aan de ver
zoeking die Christus weerstond, sommigen van
ZUn plaatsbekleeders hadden toegegeven. ZU
waren meer vorsten dan herders.
Schuilt er In deze gedachte iets ongeoorloofds?
Zoo ja, het ware verboden geschiedenis te schrU-
ven overeenkomstig de waarheid. Inderdaad zUn
er pausen geweest, wien de stoffelUke grootheid
der Kerk meer ter harte ging dan de geestelUke.
Men kan dit rustig bekennen; men doet het in
zekeren zin zelfs gaarne, waar de menschelUk-
held der kerk, de uit haar menscheiUkheid
stammende onvolmaaktheid Haar bovennatuur-
li'kheid in te heller licht stelt. Niettemin was
mUn eerste gedachte over den Bint Pieter niet
mUn tweede
Ik schreef boven een fantasie neer, die mU
bezig hield, toen ik den regenboog over Rome
zag staan. ZU mag U wat al te fantastisch lijken;
ik verdedig mU met te wUzen op de geweldige
fantasie, die zich hier in gebouwen en beelden,
in fresco’s en mozaïeken, in de fonteinen en den
aanleg der parken, ja, zelfs in het klein als de
vermicelli in de soep, die de wonderlUkste vor
men kan hebben, en de aanwUzlngen, die gU
krUgt als gU naar den weg vraagt die zich
hier in dit alles nu eens meer dan eens minder
gelukkig openbaart. Ik ben er door beïnvloed,
door gebefen, zoo gU wilt, maar zU verschafte
my dan toch een. voor wat de gevolgtrekking
betrof, heel nuttige vergelUklng: De Sint Pieter
is als de Ark van Noë; zU is de toevlucht voor
allen, die in het tranendal niet willen ver
drinken. Met Bint Petrus aan het roer stevent
zU de eeuwige haven tegemoet.
De Bint Pieter is als de Ark van Noë; als deze
herbergt zU vogels van alle pluimage: menschen
van ieder ras, van iedere nationaliteit, van
lederen stand en rang, van iedere geaardheid.
Ik had het geluk dit heel treffend geïllustreerd
te zien. Ik stond voor het bronzen beeld van Sint
Petrus en keek toe wU. Nederlanders, hou
den van toekUken; zeker, ook wU stellen de
daad, maar wU moeten eerst nauwkeurig weten
waar wU aan toe zUn en keek toe, hoe Ro
meinen en pelgrims Hem hun groet en eerbetui
ging kwamen brengen, daarbU den rechtervoet
van het beeld kussend, een gewoonte van ouds
her, die, waar de voet ervan afgesleten is, be
wust, dat niet alleen de gestadige druppel, doch
ook de gestadige kus den hardsten weerstand
overwint.
Een oogenblik moet ik niet opgelet hebben,
want hoe kon ik anders plotseling de twee
Abessyniérs ontdekken, die ik eenlge dagen
terug reeds aan het station had gezien? Toen
stonden zU verwezen en terneergedrukt, schamel
in hun flodderige, gekreukte beddelakens, temid
den van het vermoeiend geloop van kruiers en
reizigers. Hun zwarte gezichten waren zeer ge
sloten, maar ik moest denken aan wat oude
schrijvers geschreven hebben over de overwon
nenen: ZU konden beter in den slag gebleven
zUn. Diezelfde Abessyniérs nu bij het bronzen
Over dit onderwerp zijn velerlei verhande
lingen te schrijven Zoo herinneren wij ons hoe
in onze jongensjaren het bezoek aan een „lieve
oude tante" ondanks kopje thee en koekjes
door ons feitelUk als een penitentie lp den
onaangenatnen zin des woords werd beschouwd
Verder is daar het onderwerp humoristische
penitenties Wij denken hier vooreerst aan
den boer aan wien wegens herhaalde publieke
dronkenschap door den pastoor een openbare
boetedoening werd opgelegd. De man moest
met de klompen vol erwten een wandeling
door het dorp makenEn toen de pastoor
niet zonder leedvermaak zijn komst voor het
raam der pastorie stond af te wachten, kwam
Bart met een vroolljk gezicht aankuieren,
wuifde eens naar zijn zieleherder en riep:
.Xekker weer om rond te kuieren, meneer
Pastoor; vooral als moeder de vrouw de erw
ten goed zacht gekookt heeft!"
Een ander vermakelijk verhaal vonden wij
in The Universe. Een priester had in Noord-
Engeland ergens zijn auto gestald op een par
keerterrein. en toen hij weer wegreed.
zijn vehikel in aanraking met een der andere
wagens, die daar stonden.
„Wat doet U daar toch?” vroeg de politie
man die dit stond aan te zien.
.Neem me niet kwalijk; het spijt me”, zei de
priester.
,J3pUt het U werkelUk?” vroeg de man der
wet. „Zeker!" antwoordde de priester.
..Dan", zei de agent met een zwaar, ernstig
geluid en met een plechtstatig gezicht: „Bid
vijf Onze Vaders en vijf Wees Gegroeten voor
Uw penitentie!"
J van Apotheker
Dumont wordt overal en door iederen
geroemd om haar wonderlijke
bij Hoofdpiin, Migraine, Kies
pijn, Zenuwpijn, Kou Influenza, Spierpijn,
Neuralgische pijnen, Rheumatische pijnen.
Het is niet noodig U ie laten plagen door
Uw piin. Want bijna onmiddellijk zullen
"AKKERTJES" U helpen en Uw pijnen znei
tot bedaren brengen. Ook Gij zult op ge
logen zijn over de resultaten. Probeert zei
Overal verkrijgbaar. Per IS stuks 5S cent.
AKKERTJES
Vo/gens recept nw» Apofhekar Dumont
was en ik had er bitter berouw van, toen ik
bedacht, dat ik daardoor ook niet voor jou zou
kunnen spreken op het verhoor. Maar toch had
ik er geen booze bedoeling mee en hoef je het
volstrekt niet zóó op te vatten, dat ik van
nature leugenachtig ben en dat je mU dus nooit
zou kunnen vertrouwen."
.Maar. Janle ik zou jou niet kunnen ver
trouwen?.... JU was het Juist, die mU niet ver
trouwde!.... Je had mU onder verdenking om
trent Charlie's dood.”
„O. Rorke! Nóóit!"
„Dat heb je zelf gezegd. Je zei tegen mij,
dat je geen getuigenis van mU kon afleggen. Je
hebt mU gemeden, schrikte van mU terug
,Jk meed je, om der wille van het gepraat
Ik was bang, om getuigenis af te leggen, om
dat dan mun ware naam aan den dag zou
komen en daarom wis ik juist zooverdrietig.dat
tk je dus niet helpen kon. Dut was alles! Hoe
haalde je nu ooit in je hoofd, dat ik je van
zoo iets verschrikkelüks zou verdenken?.... Om
een kind het leven te benemen, of zelfs hem
te laten sterven, als je het verhoeden kon.
een kind, dat je vertrouwde en van Je hield en
dat alles om wat geld!"
Rorke haalde diep adem.
,Je had al ééns gezegd, dat je mU. -.tot alles
in staat achtte." En je wist, dat ik leeluke din
gen kon doen. Ik was al ééns van moord ver
dacht.’
w w evrouw Fayard zat in haar auto, een
IY'I pracht-Sedan, en peinsde. Dien ochtend
■k’A. d.r gelegd;
Yvonne, we Zijn geruïneerd. Absoluut en
totaal. We houden nog maar een paar bankjes
over om er van door te gaan. We kunnen na-
tuurlUk niet tn ParUs blijven.”
Ze begreep dat er niets aan te doen was.
Maar, wat erger was. ze wist dat een weelde-
leven van tien Jaar haar medeplichtig gemaakt
had aan hun financieelen ondergang. Maar
dat X aoo erg was.... dat ze moesten vluch
ten....
Fayard had nooit neen geaegd, als ze om
geld vroeg, zelfs geen aanmerking gemzmkt. Ze
wist niet waar hun geldmiddelen vandaan kwa
men en hoe X er mee stond. Ze had altijd te
gen haar vriendinnen gezegd: .M'n man ver
dient op de Beurs zooveel hij maar wil.” En nu
waren ze geruïneerd. Enfin, zij sou er zich nuur
bu neerleggen. René kon in elk land weer rUk
worden. En als hg dat klaar gespeeld had. dan
gingen ze naar FarUs terug en kochten een
nieuw huis, dan kon ze haar weeldeleven weer
opnieuw beginnen. Simple comme bonjour!
Dit alles overdacht mevrouw Yvonne Fayard
in haar auto. Wel jammer, dacht se verder.
tWas zoon genot, zoo heerlgk. dat winkelen,
die ijver der bedienden, als se haar kostbare
inkoopen deed en opeens flitste een arglis
tig, verraderigk plan in het brein der licht
zinnige vrouw. Ze sou dien laatsten dag vóór
hun vlucht gebruiken om te koopen. om de
winkels af te loopen en daar maar raak te be
stellen. mooie, dure dingen. X kwam er niet op
aan wat het kostte. En dan. als ze haar koop
ziekte nog eens volop botvierde, dan sou ze
al die winkeliers eens flink beetnemen. Ze zou
den den volgenden dag het gekochte en be
stelde met de nota’s brengen voor.... een ge
sloten deur.
Mevrouw Fayard grinnikte van pret als ze
daaraan dacht.
„Louis." zei ze tegen den chauffeur. ..naar
Braillé!" En de auto bracht haar naar de zaak,
die haar woning had Ingericht.
Braillé kwam gedienstig en Uverig de rijke
klant tegemoet. Deze ging zitten. Onder z'n
dikke vingers begonnen de kostbare stoffen te
leven. Mevrouw Fayard vond alles mooi en ge
schikt. en X eene koopje na X andere werd
genoteerd: een prachtige antieke vaz», een
kast, een snoezig tafeltje met drie gedraaide
pootjes, buitengewoon geschikt om er dat zil
veren beeldje op te zetten. Mevrouw Fayard
luisterde en knikte zacht met het hoofd. ZU
kocht bijna alles wat de zakenman haar aan
prees
In den auto dacht Yvonne met boosaardig
genoegen aan X gezicht van Braillé dat hU den
volgenden dag zou zetten, als hij al dat handig
verkochte terug kreeg.
„Louis.” beval ze weer, ..naar Palllot!”
En ze bracht een paar aangename uren door
in de vertrekken van X gesloten huis van den
modekoning. Toen ze opgewonden en met
gloeiende wangen vertrok, had se bU Palllot
worden voorkomen door krachtig optreden
van de politie, doch daardoor wordt het
vandalisme op den duur toch niet af doende
bestreden, omdat het niet in zijn wortel
wordt aangetast. Om dit euvel beter te be
strijden is het noodlg dat er aan de jeugd
wordt gegeven een meer daadwerkelijke
opvoeding tot gemeenschapszin. De straat,
d.wi alles wat tot den openbaren weg be
hoort parken, plantsoenen, bouwwerken,
hekken, schuttingen, brandmelders, auto
maten, zonneschermen, reclamezuilen, etc.
etc. moet door de jeugd gezien leeren
werden als gemeenschapsgoed, dat zijn be
staansgrond vindt in het nut voor ieder
een, dus ook voor de jeugd zelf, al ziet zij
dit niet dadelijk en volledig in. Het komt
nog te veel voor, dat gemeenschapsgoederen
door kinderen worden begrepen als behoo-
rende tot een stuk niemandsland, waar zij
hun neiging tot piraterij naar hartelust
kunnen botvieren.
Door het organiseeren
dagen.
se geaegd had in en scheen ineens ernstig ver
diept in de constructie van het razun.
Ze zag Rorke naderbgkoznen en hoorde hem
toen heel zacht fluisteren:
.Maar JU bent niet zoo hzud en onverge
vensgezind als ik. Janle. Nog eens: denk eens
aan, wat ik geleden heb! Ik stelde mij al voor,
hoe je omringd zou zijn door tallooze jongelui,
die je het hof maakten! En dan die neef!...."
HU was nu naast haar neergeknield en hield
haar beide handen in de zijne. .Janle, was
ik dat?”
Onwillekeurig plooide haar mond zich tot een
glln^hch. terwgi ae antwoordde:
.NU moge dan zijn, wie hg vil, je hoeft er je
geen haar van aan te trekken!"
,M*sx nu nog dit: voel je voor hém?....
Maanden geleden heb ik je dezelfde vraag ge
daan en er is sinds dien heel wat tusschen om
gekomen, maar.... heb je dien neef lief?"
Jk dacht, dat wg er juist niet zeker van
waren, of die neef liefde voelde voor mg!”
Het volgend oogenblik was dit punt glashelder
tot klaarheid gebracht.