S’Cet ociAaal aan den dag I De avonturen van Prof je en Struis je ZAALBERG-DEKEN -I ™.i was gegra- veerd. Op dezen dag begon de?----- De Westminster Abbey heropend F 750.- F 250.- IES, LIESBETH, i ELISABETH Voor en na de kroning maandenlang gesloten DONDERDAG 14 OCTOBER 1937 Tot inkeer Een Ravachol-tijdpefk Een goeJe Lost f 1O Steen en marmer glanst als nieuw Het kerkconflict in Duitschland AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERUES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL sir Philip Sassoon van de gelegenheid gebruik zoozeer niet. (Van onzen Londenschen correspondent) niet voegde zü een den ge- den en o 1 (Wordt vervolgd) Het interieur van de beroemde abdy ie thane nog mooier dan acht maanden geleden bfj levenslange geneeie c: verlies van belde armen. Bomaanelagen te Parye in de jaren 1892 tot 1894 Uil het Fransch vertaald door Christine Kamp wat, maar daar wü volgens onze vaste gewoonte geen kwaad wilden spreken over onze even naasten, hebben wü gesproken over schilder- M) vertlee van een hand, een voet of een ooc. Den 15en Maart 1894, *s middags om half drie, sprong er een bom in de Madeleine. De kerk was leeg, maar om 4 uur zou P. Oardet. een Dominicaan, er een preek houden. De anarchist, die de bom onder zijn jas droeg, had, bü het willen binnengaan van het kerkgebouw, een vleugel van de deur in de volle borst gekregen, met het gevolg dat de bom vóórtljdig ontplofte en de ongelukkige letterlijk aan stukjes werd gereten. goed den toegang weigeren als tot hun huizen, met In Januari werd de Westminster Abbey voor het publiek gesloten om ingericht te worden voor de kroningsplechtigheid op 6 Mei. nog een hartig woordje worden gesproken Struisje. die van den prins geen kwaad wist, had zich al verbaasd over de strenge gezichten, die hij om zich heen zag. En toen de burgemeester hem wenkte, klopte zijn hart opeens erg vlug, 't Liefst was hjj hard weg- geloopen, maar dat durfde hij niet. Hij volgde het gezelschap schoorvoetend tot bü het vertrapte perk. Men moet tot het einde der vorige eeuw teruggaan om in de Fransche geschiedenis een tijdperk aan te treffen, waarin bomaanslagen, als die welke onlangs Parijs opschrikten, als het ware aan de orde van den dag waren. Deze periode liep van 1892 tot 1894 en de namen der anarchisten, die er aan zijn verbonden, zijn Ravachol, Henry en Valliant. Zij zijn uiterst praktisch en willen dus niet de vergaarde kennis enkel als aangenamen bal last door het leven slepen, maar stellen zich voor daarmede geld te verdienen. De revoluties heb ben ons geleerd, dat het kapitaal aan kunde en wetenschap het eenigste Is. dat de bolsjewie ken je niet kunnen ontrooven. Ik bewonder ze. Als mijn broer niet zoo'n mislukkeling was ge weest, zou ik hun voorbeeld hebben nagevolgd, maar daarmee zou ik moeder verdriet hebben aangedaan, zij kon het niet verdragen, dat haar dochter meer hersens van betere kwaliteit bezat dan haar zoon. Ik stel mij dus tevreden met op mijn eigen houtje te werken. Ik leer alles, wat er te leeren is,- (felle die onbegrüpelüko KUi- heitsrelativiteitsleer en ik wacht zonder onge rustheid de gebeurtenissen af. Wat er ook ge schiedt, ik zal mjj er wel weten door te slaan. De twee andere vriendinnen zijn heel anders. loopt. valt,” zakelijke Prenslaul) waardelijk partij kiezen, geen verbittering stichten. Ook zakenmenschen, zegt de pas toor, doen zoo: een verschil van meenlng over prijs of kwaliteit onderwerpen zij aan een scheidsgerecht, maar intusschen blij ven zij als goede vrienden „zaken doen”. Regeeringen doen, waar mogelijk, hetzelf de. Welnu, waarom dan Kerk en Staat in Duitschland niet? gedaan hebben, zijn in de kerk gebleven, zco dat de stem van den predikant voortaan door het geheele gebouw hoorbaar zal zijn. ongeschiktheid tot werken door F 750.bij een omgeval met Profje hielp ook nr.ee. Hij liep met zijn korte dikke beentjes achter een groote zwarte kip aan, maar telkens als hij haar wilde pakken, greep hij er Juist naast. De profes sor hijgde van inspanning en veegde al hol lende het voorhoofd met zijn zakdoek af. De kip keek smalend achterom en hupte behen dig verder. Sedert meer dan 30 jaar wordt Siroop Farnel door doktoren gewaardeerd als een botrouw- baar geneesmiddel Ier bestrijding van HARDNEKKIGE HOEST, BRONCHITIS en andere aandoeningen der ademhalingsorganen RAM EL KLfMS FLACON 1.1 S GROOTE FLACON f 1.00 Norfolk zal het ternauwernood merken of hij b(j al zijn reusachtige kasteelen en stadspalei zen een tijdlang ook nog een abbey onder zijn bezittingen heeft. De Abbey is thans nog mooier dan acht maanden geleden. Het steen en het marmer glanst alsof het nieuw is. Muurschilderingen, die sinds lang niet meer zichtbaar waren, zijn aan het licht gebracht en alles ziet er fraaier uit dan wij het ooit gekend hebben. Alleen zou den wij er geen spijt van gehad hebben indien Moet men het „localieeeren” Maar daar opeens verscheen Struisje. Toen hij zag wat er aan de hand was, had hij het voortvluchtige beest al gauw te plekken, want tegen zijn lange beenen was niemand opge wassen. Nu lachte het brutaaltje niet meer, maar kermde afgrijselijk, net zoolang tot Struisje haar in het hok gezet had. Het duurde niet lang meer of alle kippen waren gevangen. Maar met Struisje moest Zjucsnay de Beaurepaire en de jury-leden tal van dreigbrieven. Toen Quesnay de Beaurepaire aan het einde van zijn requisitoir was gekomen, spoorde hij de jury aan niet bang te zijn en verklaarde hij: Straks zal ik alleen naar huis gaan, te voet, en er zal me niets gebeuren. Er gebeurde hem ook niets. Van de lange reeks aanslagen, die de anar chisten Henry, Valliant en hun vrienden op hun geweten hebben, had die van 8 November 1892 op het oude huls Liancourt. een fraai bouwwerk uit de zeventiende eeuw, en waarin het commissariaat van politie van het Palate- Royal ondergebracht was. de wreedste gevolgen. Vijf personen vonden den dood. Een dagblad uit die dagen resumeerde het geval in dit plak kende opschrift: Tien kilo dynamiet Vijf weduwen Tien weezen. De meest beroemde der aanslagen was echter die van Valliant, die op 9 December 1893, toen de Kamerzitting in vollen gang was; een bom in de zaal wierp Dupuy. die de vergadering voorzat, bezwoor de paniek. met de zeer kalm uitgesproken woorden: „Mijne heeren. de ver gadering wordt voortgezet." Op het spreekgestoelte bevond zich de afge vaardigde Mirman. HU werd niet getroffen, maar eenlge jaren later, toen hij zitting had als regeerlngscommissarte, zou hij getroffen worden door een revolverschot, dat vanaf een der tribunes werd gelost en dat voor Aristide Beland bestemd was. Het orgaan van Léon Blum, de socialistische „Populaire" schreef dezer dagen, nu al die aan slagen van het einde der vorige eeuw en de namen hunner daders door de bladen weer eens worden opgediept, dat „men niet het recht beeft een vlek te werpen op het Ideaal waaraan Vall iant gemeend had te moeten gehoorzamen.” Valliant was echter, voor zün „Ideaal" hem er toe dreef een bom te werpen naar de af gevaardigden, al meerdere malen veroordeeld geweest wegens diefstal tot gevangenisstraffen varleerende van een tot drie maanden. de „localiseerlng” Duitschland. De meent hij, ja dat lijk het ren Ik heb vandaag in mijn Oostersche salonnetje vUf vriendinnen ontvangen; net zUn zij. die ik boven al de anderen stel. Twee hebben een zeer mooi gezichtje, de anderen zullen door het leven gaan, zonder de aandacht te trekken. Drie van haar hebben rUke ouders, die gepro beerd hebben hun dochters voor het gewone wereldsche leven op te voeden, door ze van alles iets te laten leeren, maar niets grondig. Maar vanal hun prille jeugd hebben zij zich van die opvoeding afgewend, de cene is muzies gaan studeeren. piano en compositie, de tweede is aan de kunstacademie en de derde, aange trokken door de Chemie, droomt over ontdek kingen en uitvindingen. „In zake de verhouding tusschen Kerk en Staat In Duitschland moeten wij ook het geschil trachten te localiseeren, zoo mogelijk te verkleinen. Wij moeten er ons dus eerst rekenschap van geven, over welke punten het geschil loopt. Het zijn er niet zoovele. Wij hebben de schoolkwestie, die echter niet in alle deelen van Duitschland in ge lijke mate bestaat. Dan is er de kwestie der jeugdorganisatie. Wanneer men een goede loupe voor het oog houdt, zal men mis- •schlen nog enkele andere punten ontdek ken. De hoofdzaak is natuurlijk het vraag- Maar er was zoo'n volte, zü kon den heer niet ontdekken, dien zü zocht. Zü bewoog zich on rustig, keek rechts, links, sprak met mama, ging weer zitten, stond op en eindelük besloot zü de personen, die op onze rü zaten, te doen opstaan om de zaal door te loopen. Met een zoogenaamden onschuldigen glimlach vroeg ik haar, of zü ongesteld was; haar ge zondheid had mü nooit zooveel belangstelling ingeboezemd. Achter in de zaal stond een raam open, mis schien wilde zü een beetje frissche lucht in ademen. Het leek, dat ik haar verveelde, zü gaf nauwelüks antwoord en begon haar onderzoe kingstocht. Ik volgde haar met de oogen. O. Wat amuseerde ik müEerst richtte zü zich naar de rüen, waar de officieren zaten; zou dus hü. dien zü mü toedacht, in het leger zün? Er waren daar heel wat borsten met eerekrulsen behangen, maar zü bleef nergens staan; met haar face-A-main voor de oogen zocht zü maar •teeds. Zü was eenvoudig bespottelük; het leek spelletje schuilevinkje. Ik had haar willen vervolgen, op huls. Het leek zakelijke aangelegenheden pleegt de Vatl- caansche diplomatie niet minder soepel te zijn dan de wereldlijke, en tegenover een partner van goede trouw staat de H. Stoel doorgaans In tegemoetkomendheid niet achter. Maar de heer Leonards verzuimt te vermelden, dat In Duitschland het Christen dom In zijn heiligste waarheden en zijn verheven zedeleer onder meer of minder actieve instemming van het Regime voort durend wordt bestreden en aangetast, dat de Kerk in de partijpers wordt verguisd als zelden te voren en dat daartegenover, al weer met meer of minder actieve begun stiging van het Regime, een soort van po sitief heidendom aan de jeugd en de vol wassenen wordt gepredikt. Dit Is lets van andere orde dan een meenlngsverschil over den prijs van aardappelen. Hier Is de Paus geei)t „zakenman”, die concessies kan doen, maar de hoeder van de geopenbaarde waarheden, waarvoor de martelaren storven zijn. Niet zonder reden was de encycliek „Mit brennender Sorge” voor een groot deel een stuk katechismus. Dit conflict ligt op het gebied van Geest en den Godsdienst en geen dijk kan om slechts enkele splinters te laten zien. In I het localiseeren. Zü zün tweelingen en gelüken sprekend op elkaar, tenminste wat het uiterlüke betreft. Maar verder gaat die gelükenis niet. De een is uiterst praktisch, de andere romanesk, de een zou in de huishouding een soort sovjetrepullek willen stichten, de andere verschuilt zich in de rokken van haar moeder. Daar de ouders geen fortuin bezitten, kunnen zü niet op een bruids schat rekenen en toch zü verlangen naar en hebben slechts een doeltrouwen. De eene wacht op een Prins charmant, zü zoekt hem overal, op het bal, op straat, in de tram, het komt er niet op aan waar, maar hü moet verschünen, hü zal toch wel eens te voorschün komen I De ander wenscht een man met fortuin, heel veel geld, maar zulke zün gewoonlük niet jong meer. Iemand van geposeerden leeftüd. met een flinke positie, dat is haar ideaal. Ondanks dat verlangen om te trouwen, zün mü de tweelingen het liefst. Dat komt, omdat ik hen van kinds af aan ken en ik mü altüd er mee amuseerde, dat niemand hen uit elkaar kon houden en dan omdat zü werkelük verstandig en goedaardig zün. Met z’n zessen hebben wü een zeer prettlgen middag doorgebracht, die toch niet zoo plelzle- rig eindigde. Ik had al mün kussens over den grond voor den open haard uitgespreid en wü zaten en lagen er op, terwül zü geurige siga retten rookten en naar het dansen van de vlam- Voor het eerst sinds Januari is de Abbey we der in het bezit van den Dean (Proost) en hei kapittel van Westminster. Deze Anglikaansche kerk, die tevens nationaal Pantheon is, is in den loop dier acht maanden achtereenvolgens nominaal in het bezit geweest van een Pro testant, een katholiek en een Jood. Toen zü in Januari gesloten werd, kwam zü in het bezit van den First Commissioner of Works, een lid van het kabinet, en wel Graaf Stanhope, wiens departement verantwoordelük was voor de werkzaamheden. Enkele dagen vóór de kroning ging de Abbey over in 't bezit van den katholie ken Hertog van Norfolk, die als graaf maar schalk de kroningsplechtigheid leidde. Zün be- gemaakt had. de verzameling beelden van groote mannen, welke het heerlijke gebouw ontsiert, in een museum onder te brengen. Maar zbó ver ging zün bezitterschap waarschünlük De loudspeakers, die tüdens de kroning dienst gedaan hebben, zün in de kerk gebleven, zoo lt unst, over literatuur, over de uitvinding van een product, dat een heelen ommekeer zou teweeg brengen bü de chemische ververüen. Toen kwam de thee met gebakjes en biscuits en wü hadden het nu over vroolüke dingen. De tweelingen met hun openhartigheid, die een hunner grootste charmes is. spraken over hun vooruitzichten in de liefde, die er niet goed voorstaan. Lachende, hoewel het onderwerp toch treurig was. hebben zü ons de jongelieden van den tegenwoordigen tüd geschetst, dat is te zeggen, de Jongelieden van na den oorlog. (De lezer gelieve zich te herinneren, dat deze roman in 1923 is geschreven). De jongelieden zün sol daat moeten worden, toen zü pas hun studies hadden aangevangen, zü hebben de klassieke letteren, die het verstand ontwikkelen en het karakter doen rüpen. moeten vaarwel zeggen, wat zou men er ook mee doen, nu er toen alleen sprake was van vechten? Toen dc vrede getee- kend was, moesten zü een positie zoeken. Het geld was de god der wereld en zü wilden cr heel veel van bezitten. Twee middelen waren er om aan dat verlangen te voldoen: hard wer ken of een rüke erfdochter ontdekken. Dat laat ste middel wordt wel het meeste gebruikt. En zoo komt het, dat de tweelingen, die toch zoo mooi zün en zoo betninnelük. nog nooit een huwelijksaanzoek hebben gekregen. Als zü op bal verschünen. worden zü door al de Jongelieden een uur hadden wü gebabbeld over alles en nog dan maken de heeren ren bulging en gaan de erfdochters opzoeken. Dus geen Prins Charmant, geen heer op geposeerden leeftüd in zicht. Terwül wü de tweelingen beklaagden en met ATT f A °P 4111 blad z^n lnkevolKe d® verzekenngsvoorwaarden tegen /A I «I .F*, A 1 M IT I1* O ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeeringen stuk van de grens: waar eindigt het ge bied van den staat; waar begint het gebied van de Kerk? Om deze grens moeten wij een stevlgen dük opwerpen: tot zóóver gaat het con flict; verder er harmonie!” Aldus het betoog van pastoor Leonards, dat naïef zou zijn. Indien het niet zoo be drieglijk was. Op het eerste gezicht zien wij al goed, hoe de pastoor zün „dük wil opwer pen om een grens”, waarvan, naar zür. eigen woorden, de ligging juist onzeker en omstreden is. Hij zal met zijn vredelievende spade maar wat in de ruimte pionieren. Maar het misleidende van pastoor Leo nards’ voorstelling ligt elders. Hij stelt' het voor, alsof er slechts enkele zakelijke mee- ningsverschillen zijn over de positie van de confessioneele school en de jeugdorganisa ties, een kwestie van loven en bieden, die den zakenman Pius XI niet zou moeten hinde ren, met den zakenman Hitler „zaken te blijven doen”. Ervan afgezien, dat het kwaad geschillen slechten is met iemand, die zijn eigen scheidsrechter pleegt te zijn, tracht de heer Leonards hier met zijn spe ciale loupe den balk onzichtbaar te maken om slechts enkele splinters te laten zien. In Ravachol opende de reeks aanslagen-ragt het plaatsen van een bom op nummer 136 van den boulevard Saint CWrmain, welker ontploffing het huis nagenoeg verwoestte. Vier dagen later had weer een ontploffing plaats, ditmaal in de kazerne Lobau. Den 27 Maart, om 8 uur in den morgen, was een huis In de Rue de Clichy, num mer 39, aan de beurt. Het spatte als het ware uit elkaar. Vüf personen werden gewond. Ravachol werd door een restaurant-eigenaar, Véry, als den dader herkend, dank zü den eenigszlns versleten Imogen hoed waarmede de anarchist zich het hoofd placht te dekken. U doet uw werk dus altüd met een hoogen hoed op? vroeg hem de Officier van Justitie. Precies, antwoordde Ravachol.-Net als de beult Den 25en April, ’s avonds om half tien, lieten de vrienden van Ravachol het restaurant van Valéry in de. lucht vliegen. De zaak ging in puin en Véry, wlen een been werd afgerukt, overleed op 9 Mei aan de gevolgen. Ravachol werd den 11 Juli 1892 te Montbrteon terecht gesteld. Hü kleedde zich zonder hulp aan en abbé Claret, die hem zün geestelüke hulp aanbood, kreeg voor zün zachte woorden slechts godslasteringen terug. Hü stapte op dc guillotine af onder het brallen van eenlge verzen uit een grof lied van haat tegen de kerken en de pastoors. In den loop van het proces ontvingen de magistraat, die als Officier van Justitie optrad, en bevond zich in een rük met vlaggen ver sierde zaal, waar honderden vrouwen met blü- heid haar beurt afwachtten. Zü sloot zich aan btj/fle rü. en deed den handschoen van haar Unkeïhand. Allen hielden de linkerhand een weinlkoAar voren en het zonlicht flonkerde op de gouden sieraden. En toen nam voor de tafel, die een altaar leek, een nieuwe Emma sidderend en jui chend den trouwring van haar vinger, en Het hem vallen, tusschen honderden en dui zenden andere, in den boordenvollen helm. Wat leek haar hand nu Ucht en kaal! Zü had een gevoel, alsof haar een ader was afge sneden. die naar haar hart voerde. Doch haar siddering .bedaarde bü de aanraking van een anderen ring harder van kleur, met blauwen weerglans waarin een turn was toeroepen: „Warm, heet, neen, koud, üskoud, u bevriest, u verbrandt!’ Helaas, zü kwam on- verrichterzake terug; de candidaat was niet gevonden. Men had dat wanhopig gezicht van haar moeten zien, toen zü mama aankeek! ,Jk heb tevergeefs mevrouw Noirin gezocht,” zei zü, „ik had haar aan u willen voorstellen; haar zoon is erg bezet, och Ja. drukke dienst!’’ Ik begreep, het was een oflicicr, daarvoor voel ik niets buiten den oorlog. Ik vroeg haar lief jes: „Is mevrouw Noirin een vriendin van u?” „Ja, een allerliefste vriendin.” „Mag zü niet alleen uitgaan, als haar zoon dienst heeft, of hebben zü allebei dienst?” Mama werd kwaad. .Elizabeth, je bent be spottelük, je let hoegenaamd niet op hetgeen er gezegd wordt en stelt de onmogelükste vragen." Maar Lies antwoordde berouwvol: „Ik vraag u pardon, mama, ik meende heel goed begrepen te hebben.” Stilte, de twee samenzweersters keken elkan der aan. Nooit had ik mü zoo geamuseerd. Toen het concert ten einde was, kwamen verschHlende hooggeplaatste officieren mama begroeten, ook twee vliegeniers, die mün broer kenden. Mama was allerbeminnelükst, en Lies, die de zooge naamde vriendin op haar plaats had gezet, was Hef. De heeren zouden graag het gesprek hebben voortgezet, maar mama verzocht ons door te laten, het werd laat. „Heeren," zei zü. „Zondagsavonds ontvang ik. er wordt gebabbeld, soms gedanst, maar bridge is verboden, want ik ontvang alleen verstandige menschen en charmante causeurs.” n het „Nationale Dagblad"^ noudt de bekende semi-Nederlandsche pastoor Leonards te Prenslau een pleidooi voor van den Kerkstrijd in ware vredelievendheid, de christenplicht elscht, men dit conflict zooveel tnoge- beperkt tot de punten, waarover „Wanneer er iets te critisee- zegt hü, „kunnen wij gerust critiek leveren." (Maar niet in Doch men mag niet onvoor- wonderbare liefde, die iedere vrouw aan het Italiaansche vaderland verbond, als nooit wel licht tevoren. Emma ging naar bulten. In de sneeuw, die flonkerde In het zonlicht. En zondér het wel licht te weten, zonder er bü te denken, keerde zü. inplaats van haar weg te haar schreden terug naar haar niet anders dan natuurlük. De zwarigheid, die haar wereld had verduis terd. was gefteel en al weggenomen. Een nieu we wereld, die zü nooit vermoed had. een we reld van liefde, grootmoedigheid en zelfbeheer- sching doemde voor haar op. Zü voelde zich overweldigd door schaamte, bü de gedachte aan wat geweest was aan welk een kinderachtig heden en rancunes zü zich verzadigd had. Thans zong in haar slechts één verlangen I.ang duurde haar het wachten thuis, waar zü juichend al datgene terugvond, wat ze ge meend had. voor altüd te moeten verlaten. Eerst laat kwam Philip terug nog altüd ontstemd. Hij zag haar aan, zonder te spreken; maar zü ging achter hem aan, naar zün ka mer. glimlachend en gedwee. „Nu?” vroeg hü. zich omdraaiend. „Wat is er?" Zü trad op hem toe. hield haar kleine hand, met den stalen ring, omhoog, en vroeg hem. mét neergeslagen oogen. terwül zü op leder woord den nadruk legde: „Verwensch Je ook dezen dag nog?” Philip staarde, en stond verplet. Dan greep hü haar hand, bracht ze aan zün lippen, en kuste den ring. „Philip.” zei Emma, „vandaag zün we pos getrouwd. Vandaag begint onze liefde een nieuw leven!” En zich tegen hem aanvleiend, erbü „Vandaag heb ik pas begrepen, wat trouwring eigenlük te...." (Nadruk verboden) haar lachten, werd opeens de deur geopend en trad mama binnen, vergezeld van mün broer. Dadelijk sprongen wü op, gooiden de kussens op den divan en gingen als nette jonge dames op de stoelen zitten. Mama, die altüd bang te om de Jeugd te storen, verontschuldigde haar komst zoo lief, dat wü haar vroegen om te blüven. „O." antwoordde zü.” het te niet voor mü. dat ik een vriendelüke ontvangst vraag. Jean- Pierre, dien jelui, lieve meisjes, allen kennen, verveelde zich en wilde uitgaan. Ik heb hem verteld, dat zün zuster eenlge allerUefste jonge dames bü zich op bezoek had en ik heb hem verzekerd, dat jullie hem wel zullen willen ver oorloven, eenlge oogenblikken hier door te bren gen.” Het knappe. verwaande gezicht van mün broer maakte mü woedend en zonder er aan te denken, dat ik misschien kwetsen kon, riep ik uit: .Verveelt hü zich? Heeft hü dan niets te doen?" Dadelük had ik berouw over mün woorden: het gezicht van mama werd zoo vreemd en haar oogen zoo treurig.... Jean-Pierre. door mün vriendinnen omringd, antwoordde mü niet en mama probeerde het mü uit te leggen: .leve ling. begrüp het toch eens.... help mü; een Jongeman van twee en twintig jaar, die zich verveelt, dat te onrustbarend....!" Tegen het Noordwestelüke deel van den gevel werd de Gothlsche uitbouw aangebracht, waar door de souverefnen en hun stoet de kerk zou den binnentreden en weder verlaten een uit bouw, die bü geen der kroningen sinds die van koningin Victoria ontbroken heeft. Geweldige tribunes werden tegen heel den Noordelijken gevel opgericht, en maanden lang ging Londen? schoonste middeleeuwsche bouwwerk schuil ach ter een reusachtig, steeds grooter en dichter wordend spinneweb van stalen balken, die ein delük. kort vóór den dag der kroning, gedra peerd en versierd werden, en aldus ten minsts een feestelük ulterlük kregen. Nog ingrijpender waren de veranderingen, welke In het Interieur plaats hadden, maar hiervan merkte het publiek niets tot het, na de Kroning, dagen achtereen toegelaten werd in de Abbey om zich ervan te vergewissen hoe alles er op den grooten dag ongeveer had uitgezien. Onder de Gothlsche gewelven waren enorme tribunes en loges opgericht. Honderden tonnen staal en duizenden meters hout waren hiervoor gebruikt, en dit alles moest zoo geconstrueerd worden, dat niet één steen of beeld van de venerabele abdükerk erdoor beschadigd kon worden. Het heeft maanden geduurd alvorens al die constructies in en om de kerk geheel onttakeld waren, en dezer dagen te het histori sche bouwwerk opnieuw voor den eeredienst opengesteld. »-en weet, hoe het gaat met groote woor- |X/| den: het eene woord lokt het andere uit Hü keek „haar vlak In de oogen, en zag. hoe ze fonkelden van trelterzucht. ,Je bent Idioot,” barstte Philip eindelük uit, „en je grootste lust te het, me tegen te spreken en datgene te doen, waar ik een hekel aan heb. Dat komt, omdat je geen opvoeding hebt gé- had. en er schik in hebt, om altüd dwars te trezen. „Waarom zeg je me niet ronduit, dat Je ge noeg van me hebt? Dat je me haat?” riposteer de Emma, met een ingehouden snik van woede. .Noch het een. noch het ander. Maar ik ver wensch uit den grond van mün hart den dag. dat Ik je getrótiwd heb! Ik was gek. Ik had beter mün kop tegen een muur te pletter kun nen loopen.” „Ah. staat het zóó? Verwensch Je dien dag! Zeg dat nóg eens. asjeblieft." ,4a. dat wil Ik wel honderdmaal overzeggen.” .Prachtig. Maak Je dan verder maar niet druk meer. Ik zal je niet langer in den weg zitten, en als je vanavond thuiskomt, zul je me hier niet meer vinden." Ze sloeg de deur van zün kamer dicht, en een oogenblik later schoot Philip als een opgeblazen pompoen de gang door, en smakte de huisdeur achter zich dicht. Het was één van de veelvuldige kibbelarijen, die tusschen hen plaats hadden, en die hem het leven onmogelük maakten. Altüd volgde dan weer een verzoening, maar telkens had hü dan het gevoel, alsof wéér iets/van hun eertijds zoo groote liefde was afgebrokkeld Emma wendde zich naar het venster, en drukte haar voorhoofd tegen de koude ruit. Bulten was alles wit van de sneeuw. Ze moest gaan, want dat had ze gezegd. Haar moeder zou haar niet afwüzen. Ze zou weer bü haar gaan wonen zü tweetjes begrepen elkaar, en hielden van elkaar! Maar toch, wat voelde ze zich alléén! Kwam het (door de. doodsche stilte daarbuiten? Om zich aan die gedachte te onttrekken, kleedde zü zich koorteachtig aan, pakte wat bezittingen in een handtasch, en verliet het huls. Naarmate zü het plein naderde, zag zü de donkere gedaanten over het sneeuwvlak zich vermeerderen alsof al die vrouwen zich op maakten naar een geheimzinnige samenkomst. Waar gingen ze, zoo vroeg in den morgen, heen in dit weer? En allen hadden een blos op de wangen, en een floers voor de oogen, maar niet alleen van de koude. Een dame trad op Emma toe. en vroeg haar zachtjes: „Gaat u ook naar onze afdeellng? Vindt u goed, dat ik zoover meega? Ik ben vergeten, Waar het precies te." Emma had willen zeggen, dat z haaf haar moeder gléig. Maar de ander begon geestdriftig te spreken, en onwillekeurig luisterde zü toe. Zoodra zü ter plaatse waren, namen zü af scheid. Langzaam ging Emma de weinige treden op. --par ticulier huis of particuUere huizen, want beiden zün buitengewoon rük met aardsche goederen gezegend, en vooral de Hertog van i of hü »CÏ den dag na de kroning droeg hü het weder over aan Lord Stanhope, maar deze werd enkele weken later, toen Mr. Neville Chamberlain het Eerste-Ministerschap aanvaardde, als First Commissioner opgevolgd door sir Philips Sas soon, die een Israëliet is, en de laatste vier maanden de Anglikaansche Abbey in zün bezit gehad heeft. Wü gebruiken het woord „bezit" hier niet „bü wüze van spreken”; Graaf Stanhope, de Hertog van Norfolk en sir Philip Sassoon zün elk op zün beurt de feltelüke en wettige bezit ters, doch niet de eigenaars der kerk geweest. De Dean en het kapittel zün trouwens even min eigenaars, doch slechts bezitters. Eigenaar te de Staat; vandaar dat de bezitter der kerk niet „vervreemden" kan. De Hertog van Norfolk kon er geen katholieke kathedraal en sir Philip Sassoon kon er geen synagoge van maken. Maar waren heer en meester van de kerk, en kon den er den aartsbisschop van Canterbury even- Interieur van de Westminster abdij

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1937 | | pagina 9