De schande der geneeskunde Bies, liesbeth, F 250.- F 750.- ”47/7 Jiduafaal van dan daq FIJNSTE VLEESCHWAREN ELISABETH Voor Vrouwen vooral zijn "AKKERTJES” een ideaal middel Hoeveel vervelende kwaaltjes zijn er niet, die voor vrouwen echte dag-oederverz zqnt inkomende migraine, zoo'n nare zenuw- dptjn, die U blijft kwellen, telkens fkeerende zenuwpijnen, die maar niet wijnen willen, ot andere klachten op gezette tijden, die U het leven vergallen. Voor M die gevallen helpen "AKKEKTJES" wondersnel Ge zult het zelf ondervinden. Neemt zo in huis. Misschien kunnen U pas komen biji >l|n, Telefoneer het UNOX GEI r Technische Hoogeschool Apothekers-assistent EMAI 3 VRIJDAG 15 OCTOBER 1937 Utert^i UNOX GEJ^ÜSCHE ROOKWORST, een delicatesse voor de wintermaan- dénTVerder Unox ham - kalfsvleesch - lunchtong - spek - de verschillende worstsoorten - leverkaas en niet te vergeten Unox erwtensoep in blik... Maar wat U ook neemt Mevrouw uit de groote verscheidenheid der Unox producten, mijn overtuiging is: UNOX IS ALLES EVEN HEERLIJK! ag, wan neer U hart en zenuwen de prikke lende werking der coffeine wilt besparen, want Hag is coffeine- vrijf Het gedurende 30 jaren be proefde Hag - procédé waarborgt bovendien de volle 100% van het kostelijke aroma, het kenmerk van uitgezóchte hooglandkoffie. Ook de tweede soort, „Sanka", is heel goed en kost slechts 44 De klassieke Schoonheids -Crèm e ets. UNO werd de ontleedkunde dan Dr. Th. H. SCHLICHTING. k. UNOX JNadruk verboden) bü levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door (Wordt vervolgd) AKKER.CACHETS ‘•4711” Matt-Creme geeft aan Uw huid de zoo begeerde zacht matte teint en is de beste onderlaag voor poeder. ot uho» rAaaiEKiH vusmue. KIH GAARMI IKUTW VAM MU CEWtHSCHtt VLItSCHSCKOretS zoo zijn er toch ook van schande in haar UTRECHT. Geslaagd: mej. M. J. E. Huyts te Heerlen. te willen twijfelen aan hetgeen men heeft, leidt tot stilstand, en tot de i ik thuis orn ma voelt zich 60«<* 90ct oude Duitsche T UNOX FIJNSTE VLEESCHWAREN- EN CONSERVENFABRIEKEN - OSS Daar is in de eerste plaats de groote specialiteit van de Unox Fabrieken UNOX FIJNSTE LEVERPASTEI; dan de beroemde reeds vannacht goed van Hoofdpijn, Kiespijn, Spierpijn, Zsnuwpi Rhoumotischo pijnen. Lendenpijn, Vn wenpijn. Migraine, Onbehaaglijkha cent. geen verkeerde of is thans al dat winkelier een gewaardeerde klant niet wil verliezen en zeker niet door een onjuiste voorlichting. Voor ons is de klant hoofdzaak en de winkelier spreekt alleen een meening 4 uit, als deze meening zijn overtuiging is. Nu, Mevrouw: Unox Vleeschwaren t kan ik U beslist aanbevelen^ bij verlies van een hand, een voet of een oog. AI I 17 A D/TNTMÜ’C °P dlt blad ziJn ingevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen Ï7 7^f| blJ levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door p 7^0 bü een ongeval met Al «I ,r. I»!/IN lil Fr fj ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeeringen verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen I UU«“ doodelijken afloop AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL Aan het einde van den draad vernam hü de stem van Jeafine: Ik heb verkeerd gedaan. Siegfried! Je moet het me maar vergeven. Maar ik ben zoo verle gen. Gisteren heb je me gevraagd om met je te trouwen, en toen voelde ik het leelljke van mijn gedrag. Wat ik je nu moet zeggen, had ik al lang moeten zeggen, en het Is nü des te vree- seljjker om het verdriet, dat ik weet, dat ik je zal aandoen Ik ben al verloofd, Siegfried, en over een paar dagen komt mijn aanstaande uit het buitenland terug, daar hjj hier werk gevonden heeftt Je komt er wel wat laat mee. zeg....! Een klikkend geluid zeide hem. dat de ver binding gebroken was. Hij legde den hoorn neer. Als Ik haar niet dien truc van de telefoon geleerd had. zei hij bij zichzelf zou ze nooit zoo tegen mfj hebben durven spreken. Die ver loofde uit het buitenland is natuurlijk maar een verzinsel Als ik haar dien truc niet geleerd had. zouden we zjjn voortgegaan met elkaar te zien en te spreken, en op het laatst zou ze van mjj zijn gaan houden, daar ben Ik zeker van. Ik heb m'n eigen graf gedolven Mijn vreeseljjk verdriet is vannacht begonnen. Ik heb een geheim ontdekt en niemand mag weten, dat ik het ontdekt heb. Gisteren heb ik een dag doorgebracht zooals zooveel anderen. Ik ben 's middags naar de Sorbonne gegaan daarna kwi met mama thee te dringen 1 soms wat vermoeid en nu papa op reis is voor zaken, profiteert zij er van om wat te rusten. Gedurende de thee gewoon gesprek. Ik vertel haar, wat ik op de Sorbonne ge hoord heb: de geleerde professor Einstein sprak en honderden waren gekomen en verdrongen elkaar om hem te hooren Ik heb een kennis, een oude geleerde, die mjj vertelde, dat de professor altijd een souffeur achter zich moest hebben, omdat hij soms niet uit zijn Fransch kon komen, dat is ook niet gemak- keljjk voor Duitsche lippen Op een gegeven oogenblik schijnt het. dat de souffleur over mand door vermoeidheid, in dut was geraakt, misschien verveelde hjj zich wel, de professor kon nipt verder, is blijven steken en dat heeft een pookje geduurd Het was heel amusant, maar aanwezigen overtuigde aanhangers leer waren, heeft niemand durven r et haar partner door de danszaal zwe- [y/| vend, bedacht Jeanne hoe ongewoon dit -LT A uur en plaats voor haar waren. Op dat oogenblik moest haar moeder in doodelüke ongerustheid verkeeren. en aldoor naar de wij zers kijken van den kleinen wekker, die met fosfor-glans in het duister gloeiden; moest zij de ooren spitsen bjj ieder geluid van de straat en van de groote voordeur, als deze werd dicht geslagen door de laatkomers, en van de Uft, die stilhield beneden en boven, maar niet bij haar. Jeanne vond, dat ze voor de eerste maal geen goede dochter geweest was. Zjj was haastig naar haar kamer gegaan en had zich gekleed, omdat Suze haar al ongeduldig opwachtte. Haar japon van dien avond had ze zelf ge maakt naar een model van de zaak, waar ze werkte. En zoo moet je dus den heelen dag werken klonk de zachte stem van haar metgezel. T Den heelen dag en wee mij. als ik geen werk meer zou hebben. Ik heb mijn moeder, om voor te zorgen. En je weet, zooals de tijden nu zijn.... Je bent een goed meisje, Je anne. Zü kende hem reeds eenigen tijd, door Suze. die lem aan haar had voorgesteld. De muziek zweeg Jeanne gfng naar een ta feltje. gevolgd door Siegfried, die naast haar plaats nam. niet, maar toen ik mij eindelijk oprichtte, leek het mü. dat Ik jaren ouder was geworden. Maar het leven herneemt zijn, rechten en de omge ving blijft hetzelfde. Werktuiglijk heb ik ge keken op mjjn kleine pendule; het was vier uur in den morgen, de nacht was bjjna voorbij. Ik moest naar bed gaan, slapen, vergeten! Haastig ontdeed ik mij van tnjjn kleedervn en legde mü te bed. toen ik mijn broer door de gang hoorde gaan, terwijl hij schor een liedje floot. Dat be spottelijke café-chantantliedje heeft mjj den heelen verderen nacht vervolgd. Het was mjj niet mogeljjk om tot rust te komen, aldoor zag ik het bed. waar moeder niet in lag en ik vroeg mij af. hoe ik haar den volgenden mor gen zou vinden. In mijn angst dacht ik aan een misdaad en vermoedde, dat haar redenen om zoo te handelen, wel gewichtig moesten zijn. Dien morgen op het gewone uur ben Ik naar haar kamer gegaan, maar mijn gezicht was zoo ontdaan, dat ik mjj kleedde alsof ik uit wilde gaan. Een vroegmis in onze parochiekerk moest als verontschuldiging dienen. Mijn hoed met breeden rand en een tamelijk dichte voile maskeerde mijn gelaat. Op het oogenblik. dat ik bü haar wilde aankloppen, gevoelde ik zulk een ontroering, dat ik dat gebaar niet kon maken. Ik bleef hügend van angst staan, maar dan. begrijpend, dat zekerheid beter was dan die vreesetIjke onzekerheid, klopt ik op de deur. Onmiddellük hoorde ik moeder's stem zooals lederen morgen: „Kom binnen. Lies.” Uit het Fransch vertaald door Christine Kamp pnis- uit. maar daarbij stoot Tk onwillekeurig tegen een vaas, waarin seringen verwelken Vaas en bloemen vallen op den grond en dat maakt in de nachtelijke stilte een vreeselijk lawaai Mama, wier kamer vlak onder de mijne ligt, zal wel wakker zün geworden en misschien zal zü geschrokken zün. Zonder na te denken loop ik weg uit mijn kamer, de trap af en door de toiletkamer gaande, die in de slaapkamer van moeder uitkomt, ga ik er binnen Tot nu toe heb ik geloopen als iemand, die blü is zich te bewegen. Maar terwyl ik die kamer binnen treed. word ik kalmer, om moeder, als zü per geluk niet is wakker geworden, niet in haar slaap te storen. Het tapüt is dik en dempt mijn schreden, ik kom tot vlak voor het bed. Daar, zoo dichtbij, dat mijn handen de kanten sprei pakken, die over het voeteneinde van het bed hangt, blüf ik staan, terwül ik een gil geef Mama is er niet, het bed is gereed om haar op te nemen, maar zü heeft zich er niet in neer gelegd! In een oogwenk komen de verschrikkelükste gedachten mijn angst vermeerderen; ik wil schreeuwen, roepen, schellen, het geheele per soneel büeen halen Wat heeft mü de kracht gegeven om die kamer te verlaten even zachtjes als ik er in was gekomen; wie heeft mü bevolén den terug tocht te ondernemen zonder eenig gerucht te maken? Welk geheimzinnig wezen heeft mü genoodzaakt, ik. die zoo onvoorzichtig en im pulsief ben. zoo weg te sluipen? Hoe lang ben ik op mün divan blüven liggen het hoofd tegen de kussens gedrukt? Ik weet het daar alle van zün lachen. Daarna heeft mama mjj een en ander van de huishouding verteld. Papa is naar Rome en Jean-Pierre zal met ons dineeren Daarover was mama zeer blü en niets kon mü doen vermoeden, dat zü iets voor mü verborg. Jean-Pierre is niet verschenen bü ons diner. Hü profiteert altüd van de afwezigheid van papa om zich te «museeren. Dat beteekent voor hem: Zoo iets begrüp ik niet, een jongeman van twee en twintig, die zich verveelt, ia een dom kop. Mama, die zoo toegevend en inschlkkelük voor haar zoon is. zoC zich niet met die ver veling moeten bezighouden De stemming was veranderd, de kippen leef den in vreé en nu kwam er een haan Onmlddelük vertoonden de tweelingen een heel ander gezicht. De een ging in een hoekje van de kamer haar neus poederen, de andere gebruikte h**r lippenstift om haar toch van natuur fris- •che lippen nog wat frlsscher te maken. Mün broer kon wel een Prins Charmant zün en nog •el een met de noodlge kapitalen. Hü liet zich huldigen, ik zeg: huldigen, want mün vriendin, die aan de Kunstacademie is. riep uit„Wat een model, die jongeman, wat een Appollo!" Terstond vroeg zü hem, haar toe te staan JUn portret te schetsen. De componiste noemde hem Don Juan en de chemiste bewonderde de kleur van zün haar, een blond, dat al de uit vinders van onsen tüd nooit hebben kunnen hamaken Jean-Pierre antwoordde lachenid en vriende- L«riuoiipi| ri. »<OU- Onbehaaglijkheid. Overal verkrijgbaar. Per 12 stuks 52 'AKKERTJES IWgenr rtcept mn Apothekor Dumont in chique restaurants dineeren. veel geld ver teren. naar minderwaardige theaters gaan Mü kon het niet schelen, dat hü er niet was. maar mama kon haar teleurstelling niet verbergen en gedurende het diner bleef zü zwügen. Lies telt immers niet mee. het is niet noodlg dal meisje wat op te vroolüken, dan kan zü zelf wel. Maar als Jean-Pierre aan tafel is. dan is het anders, dan is moeder geestig, vroolük. zü zou de somberste menschen doen lachen. Met haar zoon is zü coquet als een jong meisje, dat wil behagen. Zü vloeit over van teederheid voor dien knappen jongen, die dat niet eens schünt te bemerken Als Lies jaloersch was. zou zü wel te verontschuldigen zün! Het was een treurig diner en de soirée daarna kort Moeder zag er zoo vermoeid uit, dat ik haar aanried, dadelük naar berf te-gaan en vooral niet lang te blüven lezen. Binnen enkele dagen komt papa thuis en zü moet zorgen, er dan goed uit te zien. Zü glimlacht nauwelüks. belooft mü verstandig te zün en omhelst mü werktuiglük en büna haastig. Ik had dien indruk gekregen, maar hechtte er geen waarde aan. Ik ging naar mün kaïrfer. zette mü voor mün bureautje en begon te studgeren. Uren gaan voorbü en ik ben er mü niet van bewust. Tegen middernacht meen ik gerucht te hoorén. ik kük op mün pendule en bemerk, dat een groot gedeelte van den nacht reeds voorbü is gegaan Ik sta op en voel, dat mün 1 edema tan verstüfd zün door het het lange zitten. Als een jonge hond rek ik mün armen DELFT Gepromoveerd tot doctor in de technische wetenschap na verdediging van een proefschrift getiteld: Metingen aangaande de relatieve energieverdeeling van het continue waterstof-spectrum tusschen 2000 en 3000 a.e. en van stellingen de heer V. E. Gonsalves, na tuurkundig en electrotechnisch ingenieur, ge boren te Djocjakarta. bedroefd is? Ik geloof zeker te zün. mü niet te vergissen, maar mama is ongerust. Waar komt die onrust vandaan? Ik ben verbüsterd. alles is vreemd, ik heb te weel verdriet en toch wil ik dat onderzoeken, hoewel het mü smart zal doen. Komaan, Lies, wees moedig, o, me dunkt, het is noodlg I Je moet geen al te vroolük leven hebben, begon hü weer. Niet altüd. antwoordde zü. Maar we zün heel gelukkig samen, en als mün werk me maar een béétje meer opbracht.... Ik begrüp het. Zie je. ik werk nu al drie Jaar bü Dumont, en ze zün büzonder over me tevreden. Een paar maanden geleden maakte ik een bedeesde op merking over mün salaris, en toen beloofden ze me een verhooging; maar ha dien tüd is er niet over gesproken. Heb je aangehouden? Dat durfde ik niet..'.. Kpk eens. Jeanne, ik ben zelf zakenman, en ik wil je wel zóóveel zeggen, dat niemand je ooit uit eigen beweging zal aanbieden wat je niet vrAAgt. Ik ben zoo verlegen Als je eens wist Dat heb Ik al gemerkt. Maar ik zal je een methode leeren. Jeanne. Let eens op. of ze niet helpt. O. zeg het me. Siegfried! Hü merkte op. hoe hartelük dat klonk. 't Gaat om een heel eenvoudigen truc, dien ik zelf heb uitgedacht, toen ik. nog héél jong, door mün verlegenheid alle deuren gesloten vond n.l. de telefoon. Leg het eens uit. als je wilt. Onderzoek je eigen verlegenheid eens. Jeanne: dan zul je zien, dat datgene, wat je belet om voor je rechten op te komen. Is: dat je tegenover iemand staat O. je kunt je niet voorstellen hoe! Het koude zweet breekt me uit, ik begin te stotte ren en dan keer ik me om. met een belachelük excuus, alleen maar om zoo gauw mogelük een einde te maken aan het gesprek Zie je wel. dat ik gelük heb? Maar ga nu eens aan de telefoon staan. De persoon, met wien je spreekt, is ver weg. je ziet hem niet. H ziet niet, of je een kleur krügt of verbleekt, of je oogen neerslaat, en Jü zegt alles, wat je te zeggen hebt! Ik zal het probeeren. Siegfried, zei Jeanne In leder geval wel bedankt voor je raad. Twee weken later, toen ze allebei op den autobus stonden te wachten, sprak Siegfried de eerste woorden van liefde. Zoo heel onver wacht was het niet. In die veertien dagen had den ze elkaar verscheidene malen gezien al of niet toevallig en hü voelde zich steeds meer tot het knappe blonde meisje aangetrok- ken, zonder dat hü er evenwel toe was geko men om zün gevoelens onder woorden te bren gen. Maar dien middag was zün besluit genomen en onthaalde hü het verraste meisje op be woordingen. die aan duidelükheid niets te wen- schen overlieten Waarom zeg je me dat allemaal? stamel de zü- Heb ik er verkeerd aan gedaan? Je moet het toch begrepen hebben Zü bloosde en keek een anderen kant uit. Ik ben ontzettend moe. Vandaag heb ik me overwerkt, zuchtte ze. Jeanne, waarom verander je van onder werp? Geef me antyoord»^^, Wat zei ik je ook weer? Een oogenblik dacht hü bü zichzelf schlen houdt ze niet van me. Maar wi heeft ze dan altüd mün gezelschap goedgevon den? Eenzaamheid misschien? Behoefte aaïr afleiding? Dan herinnerde hü zich haar ver legenheid, en in de lün van zün gedachten stelde hü haar de vraag: Heb je toen nog je patroon getelefoneerd? Met een schok kwam ze tot de werkelükheid terug, blü dat het gesprek een andere wending nam. Ik had je allang moeten bedanken. Sieg fried! Ik héb volledig succes gehad. Nu ken ik de methode en ik zal ze in eere houden. Nog eenswél bedankt Het verdere van den rit bleef Siegfried zwü gen. Een plotselinge zwaarmoedigheid had zich van hem meester gemaakt. Jeanne van haar kant zweeg eveneens. Thans zou het 't juiste oogenblik geweest zün. om hem de volle waar heid te zeggen Ze zou het allang gedaan heb ben, als ze maar gedurfd had. Nü besefte zü het lichtvaardige van haar gedrag thans, nu Siegfried zich niet meer had kunnen Inhouden. Op de plaats van bestemming gekomen, nam zü vriendelük afscheid van hem. Heb nog even geduld, Siegfried, zei ze. Morgen spreken we elkaar nader Ik ben vanavond zoo moe! lük. Ik moet het bekennen, hü bezit in de hoogste mate dien wereldschen toon, die aan sommige vrouwen behaagt. Niemand kan beter dan hü een fün complimentje maken, een ge baar bewonderen, iets aardigs over een toilet zeggen, over een geestig woord lachen. Hü kan behagen, dat is zeker en als ik hem niet zoo goed kende, zou ik met de anderen meelachen. Maar dan denk ik aan papa, die zoo op hem rekent, hü moet zün opvolger worden! Het is zoo'n verschrikkelük vooruitzicht! Mün vader heeft zoo'n groot verstand, hü is zoo’n ontzag- lüke werker, naast hem lükt Jean-Pierre zoo klein, zoo nietig! Mama was gelukkig met het succes van haar zoon bü mün vriendinnen. Als zü niet zoo dis creet was geweest, zou zü heel den middag bü ons gebleven zün, maar zü ging heen en fluis terde mü aan de deur toe: ..Lies, ik dank je. lieveling!” Mü bedanken? Waarom? Omdat ik vriendin nen heb, die haar zoon afleiding kunnen bezor gen! Het schünt mü toe. dat als het Jean-Pierre betrefö, mama niet meer dezelfde is. Ben ik de eenlge, die dat merkt? Zou mün vader, die zün vrouw zoo teeder bemint, zich er geen reken schap van geven, dat zü soms zenuwachtig en Toen Ambroise Paré, de grootste chirurg van de l#e eeuw, en schrijver van vele uitmuntende werken, de rechten van "n doctor in de Genees kunde kreeg, ondervond hü den grootsten te genstand, omdat hü van barbier was opgeklom men en niet den voorgeschreven studlecursus had doorloopen. Toen Semmelwelss in het midden der vorige eeuw het middel had gevonden, om de kraamvrouwenkoorts te voorkomen, en aldus duizenden en duizenden moeders In het leven te behouden, werkte hem niét alleen zün superieur Prof. Klein tegen, maar ook de meest beroemde vrouwenartsen wilden er niet aan, en geloofden er niets van, hoewel de feiten een duidelüke taal spraken. De negentiende eeuw is "n tüd van enormen vooruitgang in de geneeskunde. Maar ook in dezen tüd gingen roem en schande hand in hand. Skoda, een der lichten aan de Nieuwe Weensche School, heeft de juiste methode aan gegeven van bekloppen en beluisteren van borst kas. en daarmede de diagnose van de ziekten aan hart en longen buitengewoon veel verder gebracht. Maar dezelfde Skoda was tevens de vader van het nihilisme: alle behandelingswijzen van de inwendige geneeskunde waren volgens hem niets waard, en daar hü een der grootste leermeesters was van de Duitsch-sprekende lan den. en ook van Nederland, werd de wetenschap- pelüke inwendige geneeskunde een kunst van diagnose, en verder van niets-dcen. Daarbü kwam, dat hü en zün leerlingen van wat buiten Duitschland gedoceerd werd, heel weinig ge loofden Sommigen zelden: diphtheric, bestaat niet; anderen: typhus bestaat niet, omdat die ziekten door Franschen beschreven waren. Het gevolg was, zooals door vele verderziende dok ters werd gezegd, dat de menschen hun toe vlucht namen tot de kwakzalvers, of tot zooge naamde kwakzalvers Geheele behandelingsme thoden werden door leeken, bü wüze van spre ken, opnieuw uitgevonden; zoo de waterverban- den door den Boheemschen boer Priesnutz, de waterbehandeling door Pastoor Kneipp. de be handeling van beenbreuken met beweging door Metzger. Wü zün deze periode van het nihilisme juist te boven. Ik bezit nog een boekje geschre ven door Dr. 8. C. M. Saer, getiteld: „Wie was Kneipp? Eg past het Prof Treub zoo Iemand kwakzalver te noemen". Tegenwoordig wordt de groote waarde van zün kuur algemeen aan vaard. (Natuurlük niet, dat alles, wat hü ge schreven heeft, een orakel zou zün). De behandelingsmethoden, die door de ni hilistische school werden weggeworpen, komen voor een groot deel terug. Natuurlük lang niet alles, want inderdaad was er toen een groote hoeveelheid nonsens. Van beide zoden, zoowel door de voorultstrevenden als door de conser vatieven, werden domme fouten gemaakt. De voorultstrevenden vervielen in de domme fouten van het nihilisme; en evenzeer tot het materialisme, waardoor het kwam, dat men in dien tüd niets begreep van de werking van de ziel op het lichaam, en dus ook heel weinig van de psychiatrie Daarbü kwam dan nog, dat de voorman van de materialisten. Haeckel, er niet voor terugdelnsde, vervalsching te plegen, om zün evolutietheorie te doen zegevieren. De conservatieven hebben wederom schande op zich geladen, door de feiten, die Pasteur en Semmelwelss naar voren brachten, niet te wil len gelooven. Zoo is er in eiken stand roem en schande naast elkaar; en het besef daarvan doet ons met eenige bescheidenheid denken over onze kennis. Maar, zal men zeggen, in lederen tüd meent men toch de waarheid te hebben. Neen, dat is niet noodzakelük. Een groot stuk waar heid is er te allien tüde in de geneeskunde ge weest, en wel vooral op die punten, waarop de ervaring geldt. Men leerde den aard en het ver loop der ziekten met groote zekerheid kennen. Moeilüker te beoordeelen is de oorzaak en de behandeling. En omtrent deze dingen is er dan ook büna altüd een verstandige twüfel. Daar bü moet iedereen uitgaan, van wat hü op de school geleerd heeft; wel kan hiy op enkele punten twüfelen. maar niet op alle punten, want dan zou hü in t geheel niet in staat zün de geneeskunde, of welk ander beroep ook, uit te oefenen. De verandering der ideeën moet dus, kan niet anders dan langzaam en geleidelijk gaan Niet geleerd schande van zulk een verzet als tegen „Vesahus, Pasteur en Semmelwelss is gepleegd. Alles is betwü- felen leidt tot fantasterü, zooals de schande van bet nihilisme. Zün er dan tegenwoordig tendensen in de geneeskunde, het leed geleden? Helaas neen, wü hebben te genwoordig de gevaren uit de bedrijvigheid der chemische Industrie, en welke fabelen worden ons niet medegedeeld over vitaminen en or- gaanpreparatenHet onaangename is. dat de leeken daar dapper aan mee doen. Er zal be slist iets tegen gedaan moeten worden. pasteur was. hoewel geen arts, lid van de M Académie de Médeclne geworden; en daar trof hü *n groot geleerde Claude Bernard, die niet de praktük uitoefende, maar in 'n labo ratorium proeven nam. vooral op dieren. Claude Bernard had minachting voor de plechtige en pompeuze gedragingen van sommige geneeskun dige professoren, die in hun praktük beroemd heden waren, en hü fluisterde Pasteur tn t oor: _Hebt ge wel gemerkt, dat die heeren. wanneer zü in geselschap komen, steeds het air hebben van te zeggen: zoo juist heb ik "n medemensch gered!’ Een dokter kan bescheiden zün op twee wüzen ten eerste kan hü ren niet te hoogen dunk heb ben van zün eigen kunde; ten tweede kan hü eer» bescheiden dunk hebben van de geneeskun dige wetenschap. En hoeveel goeds en grootsch er ook door de geneeskunde, of liever door hare beoefenaren is gedaan, verschillende bladzüden geschiedenis. Tot in de 18de eeuw volgens Galenus <100 na Chr geleerd; maar Gslenus' kennis was in de meeste dingen ge- brekking Toen Vesalius in 1543 zün groote werk over de ontleedkunde publiceerde, een werk dat gebaseerd was op hetgeen hü gezien had. en door iedereen kon gezien worden, ondervond hü de grootste tegenkanting. Zün leermeester, prof Sylavius in Parüs. noemde hem een dwaas. Toen vlak daarop in Leiden de „kwestie” besproken werd, of er in het hartetusschenschot een opening was, brachten de professoren in de ontleedkunde Heumius en Van Valkenburg!) deae opening tersluiks aan, opdat Galenus toch maar gelük mocht hebben. In de Middeleeuwen gebeurde het zelfs, dat. wanneer men met de oogen bevond, dat Galenus ongeluk had. deze zaak zoo verklaard werd, dat de mensch sedert den tüo van Galenus ont aard was. Toen In 1632 de kinabast uit Peru door een Jezuïet naar Europa gebracht was. ont stond ook daarover een groote discussie, soms aelfs omdat de Jezuïeten niet vertrouwd wer den. Het duurde tientallen jaren. voordat de strijd beslecht was.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1937 | | pagina 9