H I HET KERSTSTALLETJE FOTOREPORTAGE DE «CENTAURUS» TE PRIOK. I Personeel H0( KERSTVERHAALTJE gezinnen Plaats dan een „Omroeper voor 80. Dti Vei in con- Zóó ging het wel! I DE ORANG OETAN KERSTNACHT Mi r- Als je 't maar weet b Japansche «parade» in de Internationale cessie te Sjanghai kwam het tot incidenten GEEN WONDER DAT HIJ NIET SPRAK De men Als de grenadiers en jagers het kamp Waalsdorp betre den, herinnert een kerstboom aan het naderend Kerstfeest vroegere kazerne zegt, misschien van het stadje Grave, dat, naar weer een garnizoen zal krijgen mmmmii DONDERDAG 23 DECEMBER 1937 ft f gaan. had ant- kUk dan maar namen hoeden en vachten CEDA Zü rilden onder hun vachten. aooH ....terwijl hij naar de lucht keek.... 4 I dat God als een kindje schreiend van kou in dien armlijken stal werd geboren, om ‘t gebed van de menschen van goede trouw door zijn menschwording zoo te verhooren. Een heel groote ster lichtte plotseling hel; en de herders op 't land, wat geschrokken, zij luisterden zwijgend naar 't hemelsch bevel, okken. In ’t stalletje was het ook duister en kil, Een olielamp lichtte van boven. Maar de herders knielden en baden sta en wilden het wonder gelooven Ook peil d In hel pacht en -t van i tuin lx Het Kindje lachte de herders toe en streelde hun grijzende haren. Zij haalden wat vachten en werden niet moe naar het Goddelijk Kindje te staren. En stapten heel blij naar den donkeren stal, waar de lichtende ster op hen wachtte. Het pad was besneeuwd en ’t was koud in het dal. Bij van pff*1 het der I der O noa bep< duel eenl aaide. jEn het moe, Juffrouw?’’ ,Jk weet ’n plekje In het bosch, waar Je De 1 de wei ling d aan ei van si raad, een to ring i van t beer 1 bil ov regelei eene i bedriji Voo heer verrui indust Evei die h< cale r bedryl (8X)J verkor worde bedrtj' bezit pacht' spreke niet-b niet 1 vaat 1 toekei De 1 dat eei landbo lande ten go nplever sen spi land- befflni veel ve De t tractie OBOE vele g< verhoo flomm der p volkini lijk no bepleit behc land maatn loopig, prjjzer nog n hoogir De «lin v men en tu kucht: Christ neutn ting, De Nedei Midd: bond vinkt Eerst dagss moge Aai denst het f «tand van denk< hike Ï4 Dl de wl Da doen stelle tewot «M 1 en hem .oof liet Prof. dr. P. G. T. Lelden la gekozen tot voorzitter van hot te Amsterdam ta houden internatio naal congres voor Verloskunde en Gynaecologie, als opvolger van wijlen prof. dr. A. H. M. J. van Rooy en Tineke dien avond naar bed, inet "hêT heerlijk* vooruitzicht, dat het morgen weer 1—- fijne feestdag zou zjjn. Karei zou met z’n vriendje gaan wan delen, Woensdagmiddag, maar het regende zóó, dat de wandeling allesbehalve prettig zou geworden zijn. Daarom vroeg Karel’s moeder of zijn vriendje, dat haar jongen kwam afhalen, met hem thuis bij hem wilde blijven spelen. Opeens zei het vriendje, wijzend op een kast: „Wat heb je daar In die kast zitten?” „Nou", zei Karei, Je mag er wel In gaan, als Je maar niet de deur open maakt.” „Hoe kan ik dat nou Ik kan toch niet door de deur heen?” „Nou, wil Je mij In dié kast zien zonder dat Ik de deur open maak?” vroeg Karei. „Dat kan JU net zoo mln als Ik,” woordde het vriendje. „Zou je denken? Nou, eens”. En Karei schreef op een stukje papier *t woordje „mij” en schoof dat onder de reet van de deur In de kast. hoort heel gauw kan nazeggen?” .Dat is ook zoo, mijnheer, maar de pape gaai heeft uw woorden niet gehoord, want hij Is doof. Jk’U tciÜCT PP* dlc^ Kindje zijn én brengen ons hart en gebeden. Is je hartje heel blank? Zijn je oogen zoo rein? Om zoo dicht bij het Kindje te treden? Heel stilletjes, zonder geruisch en gerucht. Kwamen engeltjes aangevlogen. Zij spijkerden sterretjes hoog in de lucht, langs de donkere hemelbogen. Jullie kunnen natuurlijk allemaal hon derd In cijfers schrijven, nietwaar? Een een toch gezegd, dat het dler elkweorddat bil en twee nullen, zoo. 100.i Met een blij hartje gingen Jan Maar kun Je nu ook honderd schrijven' met vier negens? Niet? En toch Is het hee gemakkelijk, kijk maar: 99 9/9. Dit Malelsche woord beteekent bosch- mensch en het Is een echt goed gekozen naam voor deze aapsoort, die heusch wel Iets menschelijks heeft en het liefst woont in de boomen. Ze leven van vruchten, dus zijn echte ve getariërs. Als ze van boom tot boom trék ken, zwaaien ze zich af aan hun armen en kunnen zonder inspanning wel 10 KJ4. per uur afleggen. Ze leven altijd in paren bij elkaar, mannetje en vrouwtje, zijn over 1 algemeen vreedzaam, maar soms echte vechtersbazen. Hoog boven den grond hebben ze hun nesten, waar ze ook des nachts slapen en elk heeft wel eens op gelet, hoe ze hun gelaatsuitdrukking kun nen veranderen, waardoor ze bijna inte ressant worden. Ze zijn echter minder Intelligent dan de chlmpansé, die soms stellig iets volkomen menschelijks heeft en medelijden vervult ons, als we zien hoe de arme dieren in hokken en kooien moeten leven, terwijl ze hooren in de vrije natuur, in de bosachen, in groote groepen vrienden. Van dat fijne, zachte moe kunt vinden,” kwam nu Kees er tusschen. ,J(u, Kees, neem dat mandje maar en ga het dan gauw halen. Niet te lang wegblij ven, want we wachten er op.” Weg was Kees. Het bosch was maar *n kléin eindje buiten het dorp en hij kende den weg op zijn duimpje, want lederen Zaterdag moest hij er voor zijn tante hout zoeken. Het duurde niet lang, of hij een mandje vol mos. „Ik moest maar terug gaan, want het wordt al donker,” dacht Kees, terwijl hij naar de lucht keek. De groote oude beuk had al zijn blaadjes verloren, maar tus schen die twee dikke takken leek wel een vogelnestje te zitten. Er waren om dezen tijd toch geen eitjes in, dus kon hij het best gaan pakkend ’t Was altijd zoo fijn, om een nest te hebben! De juffrouw zei wel, dat ik gauw terug moest komen, dacht Kees, maar het is in één minuut gedaan en wie weet of het nestje ook niet voor den Kerststal kon die nen. Zoo tegen de rotsen zou het best prooi staan! Kees kon klimmen als een eekhorentje Gouw was hij boven in den boom en *n paar tellen later stond hij al weer op den grond Het was een bizonder groot nest. Het moest wel van een grooten vogel zijn! Terwijl Kees vlug terugliep, pluisde hij met zijn vingers in de strootjes en takjes, waaruit het nest gemaakt was. Er scheen wel Iets te glinsteren daaronder! Opeens wordt de jongen warm en rood van blijdschap, want daar haalt hij een klein horloge aan een smal zijden bandje te voorschijn! Buiten adem, met het nestje stijf tegen zijn borst geklemd, komt hij de klas In. „Juffrouw, Juffrouw uw horloge het nest.... Hij kan niet verder spreken, maar houdt het horloge vlak onder het gezicht van de juffrouw. Die krijgt tranen in haar oogen en alle jongens staan daar stil en stom van verwondering. „Waar heb je dat gevonden?" vraagt ein delijk Plet Baas. En nu begint Kees het heele verhaal te vertellen. „Het is een eksternest,” zegt eindelijk de juffrouw. .Dus die leelijke dief heeft het van de vensterbank afgepikt en is er mee naar het bosch gevlogen.” Toen de stal heelemaal klaar was, stak de juffrouw de kaarsjes aan en zei: .Daten wij nu samen tot het Kindje Je zus bidden, om Hem te bedanken, dat Hij mijn horloge heeft laten terugvinden, want als het niet voor ’t stalletje van den kleinen Jezus was, dat Kees het mos is gaan halen, had ik het nooit teruggekregen en jongens, wij zullen het nest met het armbandje er in vlak voor de kribbe leggen, dan kan iedereen zien, dat er hier In de school geen dieven zijn, maar dat ze voor de eksters moeten oppassen!” „En zou ik dezen papegaai ook kunnen leeren praten?” vroeg de kooper aan den vogelhandelaar. „Praten, mijnheer? Het beest kan, om zoo te zeggen elk woord dat hij hoort heel gauw nazeggen.” De man kocht den papegaai en nam hem mee naar huis, maar hoeveel moeite hij zich ook gaf om het dier te leeren spre ken, geen enkel woord kwam er uit zijn snavel. Eindelijk ging hij weer naar den hande laar om zich te beklagen. „Maar U hebt me Kees Broos. Jan was de beste en braafste leerling van de klas. HIJ was zoo eerlijk als goud en de juffrouw had hem nog nooit op een leugen betrapt. Met Kees was het an ders gesteld. Van den eersten dag had de juffrouw al last met den jongen gehad. Voortdurend moest ze hem tot de orde roe pen. Of hij zat z’n buurman onder de bank te schoppen, óf hij spuwde op zijn werk. Het was in één woord een echt boefje. Maar hoe zou het ook anders? Hij had geen vader of moeder meer, was thuis bij een oude tante, die weinig naar hem omkeek, hem maar ’n bitter beetje te eten gaf en met gehavende kleeren naar schc„ gaan. De juffrouw van de derde klas had op alle manieren geprobeerd, Kees ’n beetje op te voeden, maar het was haar nog steeds niet gelukt. En nu dit! Was het mogelijk, dat de jon gen haar horloge gestolen had? Het raamp je was wel hoog, maar Kees zat al voor het tweede Jaar In de derde en was een stuk grooter dan de anderen. De diefstal was half December gebeurd nu was het één dag voor Kerstmis en de juffrouw had nog steeds geen moed ge had, om den Jongen onder handen te ne men of de zaak bij de politie aan te geven. Wie kon er nu aan zulke nare dingen den ken? De Kerststal moest klaar gezet wor den en ze wilde nu haar stemming en die van de kpideren niet bederven. Het werd een prachtige stal! Heelemaal bedekt met grijsgroen papier, of hij zoo in de rotsen was uitgehouwen. In het krib betje lag echt stroo. Het kindje in zijn Witte hemdje werd er zorgvuldig opgelegd. Er waren natuurlijk Maria en Jozef, de os en de ezel en wel vijf herders met ik weet niet hoeveel schapen. Toen alles klaar was, zei een van de Jongens: „Hé, Juf, we moesten tegen de rotsen hier en daar zoo’n beetje mos leggen en op den grond van dat witte glinstergoed, dat net sneeuw is.” „O, dat kun je bij Van Dalen koopen.” riep Piet, „ik heb het vanmorgen nog ge zien, t kost 15 cent per pakje.” „Nu, ga JU dat dan maar halen." zei de terwijl flj het veld uit iiagr beurs JBet armbandhorloge van de Juffrouw uit de derde klas is gestolen!” Dit nleüws bracht opschudding in de heele school. „Gestolen? Welnee, ze zal het verloren hebben,” zei de een, „en misschien heeft ze het wel thuis gelaten," zei de ander. „Niks hoor,” zei Piet Baas, een haantje de voorste, „echt gestolen is het. De Juf frouw was haar handen gaan wasschen aan het fonteintje in de gang en had haar armbandhorloge op de vensterbank gelegd van het kleine raampje boven de fontein. In haast was ze naar de klas teruggegaan en toen ze een half uurtje later wilde zien, hoe laat het was, merkte zU, dat ze haar armband had vergeten.' Gauw liep ze terug, maar Jawel: het ding was verdwenen!" Gestolen? Het raampje stond wel open, maar was zoo klein, dat er zelfs geen jon gen van 6 jaar door kon krulpen. De deu ren waren onder schooltUd gesloten een vreemde zou niet naar binnen gekomen zijn. Het kon dus niet anders of een van de jongens van de klas had het gestolen! Maar wie? Er waren er maar twee in dat half uurtje weg geweest: Jan van der Lugt en Er was feest bU dé familie Mulder. Niet alleen omdat het Kerstmis was, maar ook nog om iets anders. Je moet dan weten, dat de familie Mulder vergroot was met een klein Muldertje, Keesje. Dat wil dus zeg gen, dat op den eersten Kerstdag de kleine Keesje Mulder geboren was. En jullie be- grUpen wel, dat er dubbel feest gevierd werd. O, wat vonden ze het allemaal echt. Nee maar, een broertje, dat op Kerstmis geboren was! Tineke en Jan liepen ieder oogenblik naar de wieg, om het kleine broertje te zien. Het was een snoesje. Net een engeltje, vond Tineke. En wat wa» moeder trotsch op haar Kerstkindje. Toen het donker begon te worden, stak vader kaarsjes In den Kerstboom aan. Prachtig vonden de kinderen het. Met groote oogen en open mondjes keken se naar den verlichten boom. Wat glinsterden die gekleurde balletjes, net een sprookjes- boom, zei Jan. Maar ’s avonds begon het eigenlijke feest pas. Vader speelde Kerstliedjes op de piano en de kinderen zongen er bU- Moeder genoot er ook van, hoorl Want ze hadden de schuifdeuren open gezet, dus kon moeder er van mee genieten. Toen het tijd werd voor Tineke en Jaa om naar bed te gaan, brachten ze eerst nog even een bezoek aan moe Ier en kleine Keesje. En Jan vond, dat Keesje al veel grooter was dan vanmorgen, maar dat was natuurlijk verbeelding. Hat dubbelschroef-motorschlp «Bandeiriante, voor rekening van den staat Rlo Grande del Sul op de werf .De Merwede» te Har- dinxveld gebouwd, heeft Woens dag op de Noordzee een proef vaart gemaakt

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1937 | | pagina 14