<Kct ucïfiaal van dcndaq De avonturen van een verkeersagentje >1 n I B SHEA pan de lersche Brigade mOGE- AT J .F ABONNÉ’S F 750.- F 750.- F 250.- ANAGRAMMEN-WERK MET MOEILIJKHEDEN ïtz ZATERDAG 29 JANUARI 1938 ONS PRIJSRAADSEL Er Het nieuwe raadsel Een nieuw robleem •m EEN DWERGENCONCRES ig vorig raadsel oPi uit. ver. wen. ZIJ BERECHTTEN ELKAAR Humor in de rechtspraak J DOOR RANDALL PARRI5H I F Hoewel ze voor half geld willen reizen, verlangen ze toch als „vol wassenen" behandeld te worden DE GRONDSLAGEN VAN HET BIEDEN Poirter sprij s vraag 1938 zyn nog eenige „vernuftige en lastige" dito's in voorraad ’’4 A GEEN VETPUISTJES MEER doch een frisse he gave huid door geregeld gebruik vaa Radox in Uw waschwater Prijswinnaars I I De heilzame kuur Voor het katholieke volksboek aan.af. be. be. bor.den. der. dig. dingding .ge. ge. gen gen. hang. in. la. lati.le. lei. me. ming. mon. na.ne. noe.on.sel. AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERUJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL rs 29 Cath. Wever, Q. M, Oudük (gem. West woud). We kunnen algemee- biedbare P. H. A. TUIN. En volgens een ander: be- Noord heeft: n n Ons- Van in de eerstgeboden kleur, dus geen 4-kaart of Zoodat de hooge ambtenaar in kwestie is: Referendaris de de weifelende leven te be te Zuid de volgende kaait zou beslist minder goed, dan de volgende: (Nadruk verboden) T ik X If- I I Oost paa pas West PM pas West P« PM Oost pas pas pas BJ. iet Noord 1 Harten 3 Ruiten men, dat u allen weet, wanneer er op een kleur geopend mag warden en wXh partner een antwoordbod mag (moet) Sch. x x HA H X X R. A H X X KI. X X X Noord 1 Harten 3 Ruiten West pas PM Indlë Regel Oplossingen worden tot Donderdagmiddag 13 uur Ingewacht bü den heer O. M. A. Jansen, Ruysdaelstraat 60, Utrecht. 14.13.1S en 14.16.1S 20.1921 en 20.2321 26.25 27 en 26 28.27 sn ■1 in Noord 1 Ruiten 3 Harten pas Zuid 3 Klaveren 3 Ruiten pro- zou Het was volgens het oordeel van een onser dichters: Steil'’ Soort Kijker Godin Grond Graan Trein Einde Blank Zuid, 1 schoppen pas Eerst Natie Bloed Genre 3enie jen te Wonde Spier Steel Schor 3rint rasch >d JP ik r.. 40 1 I. aan toe, „komen tegenwoordig zeer vaak voor. Het is reeds het tweede geval van dezen aard, dat voor de rechtbank behandeld moest worden." flesch, geweest, een moet toch in geschikte versatle r/ Z is het een trotsche heks, en wat een in- dapper\or bank lleti den. dat kruiste.” „Daar behoef je je niet over te verootschul- Een fijn exemplaar uit het anagrammen-spel: Vernuftig én lastig: daarom beviel het mij wel, En k gaf met plezier m'n heelen Zondagmorgen, Om voor een volkomen juiste oplossing te zorgen. We hebben nog eenige „vernuftige en lasti ge” dito’s in het vet! wordt.” „Dat is al heel eenvoudig, alleen de heer Amtor komt daarvoor in aanmerking I” De jongeman verklaarde zich aanstonds en onvoorwaardelijk bereid tot wat men ham vroeg. Hij besefte terdege welk gevaar hij liep. Maar een man, die liefheeft en weet remind te worden, is tot alles bereid. Zoo ook magister Maediclus. En toen de dokter zijn gevaarlijke operatie gedaan had en het meisje met een prikkelend drankje den lang ontbeerden slaap hergaf; met dreigende stem verordonneerde, dat degene, die zijn bloed afgestaan had, lederen dag een poosje aan het bed der zieke moest .toe ven, toen verliet hij de woning van staats raad Ochser voor goed, met de vreugdevolle ge dachte, dat h(j het meisje tenminste had kun nen besparen, wat haar moeder en hem. dok ter Paracelsus, zoo onuitsprekelijk had ver droten. Bij apothekers en erkende drogisten f 0.90 per pak en f 0.15 per klem pakje RADOX „U vergist u, Monsieur, ik kies mün eigen ge zelschap." .Ha! Maar zoudt ge dan een betere keus kunnen doen! Al ben ik dan slechts een kapi tein van de Garde, in Engeland ben ik Lord Dalhousle, en Dorn hier heeft een bezitting in Kent met een kasteel er bij, waar zelfs eens een vorst te gast is geweest.” Bij deze woorden keek zij van den een naar den ander. „Gij staat in uw eigen land dus als heeren van aanzienlijken stand bekend?” De kapitein boog. .Zonder twijfel.” .Maar waarom dan niét hier evenzoo gehan deld? Ik ben een vroww zonder gelelde, ik zeg niet, dat ik van adel ben. maar toch van goeden stand. Ik ben niet een vrouw uit het kamp, die men op beleedigingen onthaalt. Ik verzoek u het in overweging te nemen eer het te laat is, er zjjn er. die voor mij het zwaard uit de scheede zouden willen trekken.” „Daar twijfelen wij niet aan! Ik zelf zou er geen oogenbllk voor aarzelen, maar het is niet heel waarschijnlijk dat de bedreiging van een zwaard iemand, die voor den oorlog is opge- voAl. grootelijks zal afschrikken. Hoe denk je erover. Dorn?" ,.A zou wel schik hebben in een dergelijke vertoo^ng,” gaf de luitenant ten antwoord, een igmensch, dat zich behaaglijk op de en. .Het is al een week gele- mjjn zwaard met een ander „Er bestaat geen enkele reden. Waarom ik het een van u beiden zou vertellen." gaf zij kort ten antwoord, „t Is geen misdaad, een Frangaise te zijn en 1 is ook geen misdaad om over de wegen te rijden. Uw mannen hebben mij onderzocht en niets van beteekenis gevonden, en als gü mij hier hebt laten komen,” en zij keek min achtend om zich heen, „om mij te ondervragen, dan is dat eenvoudig tijdverlies. Ik zal noch u. nóch uw hertog van Cumberland antwoord geven.” De kapitein begon te lachen. „Laat dat zijn zooals het wil,” antwoordde hij oogenschljnlijk goed gehumeurd. „U wordt hier niet ondervraagd, en de hertog kan voor zich zelf zorgen. Ik zelf ben maar een ruw soldaat, beu van het eeuwige kampeeren en heel bl|j weer eens naar zoo'n knap gezichtje -Is het uwe te kunnen kijken, t Was om samen te sou peer en, dat ik u hier liet komen, gezellig met drieën. Kom, Mademoiselle, de stoel is voor u, w(J zullen de bank deelen.” Zij bewoog zich niet, al scheen haar tengere Vele oplossers kwamen on^ dezen keer ver tellen, dat de puzzle van de vorige maal niet van de gemakkelUkste was. Het was inderdaad een nummertje uit onze zware collectie, een aparte bundel, waaruit wij zoo nu en dan een greëp doen. Sch. V x x H. x x R. V x x KI. H V x x x deze bledwtjze: De zes uitgeloofde prijzen werden door het lot toegewezen aan: J. O. Bouwmeester, La- placestraat 1 bv„ Amsterdam-Oost; J. L. Ha- □ewinckel, Delftlaan 67, Haarlem; mej. H. Leu- venkamp, C 60, Groenlo; P. J. H. Oosterhaus, Buys Ballotstraat 57 bis, Utrecht; mevr. J. Schellekens, Bakelscheweg 57. Helmond; mej. zet zou slagen. Zijn eerste overwinning was de algeheele gene zing van staats, raad Ochser, die hem met een zuurzoet gezicht en enkele scham pere opmerkin gen de overeenge komen f 300.— betaalde. Van praten komt praten en toen de slepende ziekte van het meisje te berde kwam, was dok ter Paracelsus eensklaps een en al actie. „Er is één middel, om haar te genezen! Daar enboven kost het niets.... Ik bedoel, er aal slechts durf voor noodig zijn,” liet hij er fijn tjes op volgen. Staatsraad Ochser glunderde. „Spreek dokter, spreek! Ik sta geheel te uwer beschikking!" ,Jk heb u niet noodig,” was het ontnuchte rende antwoord. ,Jk bezit een recept.boven dien alle ingrediënten. Alleen ontbreekt me het allervoornaamste, nX drie gram bloed." „Wel, als het anders niet is! Neem bet dan, van wien het noodig is!” .Dat is juist de kwestie. Bet moot zijn van en baar echtgenoot Door de directie van „Het Poirtersfonds” te Eindhoven is een prijsvraag uitgeschreven voor manuscripten van katholieke auteurs, ter uit gave in dit fonds. De voorwaarden voor deel name bevatten os. de volgende condities: in zendingen moeten vóór 1 Juni 1938 onder motto geschieden aan N.V. .Het Poirtersfonds”, Ga- gelstraat 3, Eindhoven, terwijl notaris mr. H. Ph. M. J. Janssen, Ten Hagestraat ll.^pind- hoven, onder gesloten envelop moet wórden be kend gemaakt met naam en woonplaats van den schrijver, die het manuscript onder motto heeft ingezonden. Indien de auteur wenscht, dat zijn naam ook bjj toekenning vsn een prijs geheim zal blijven en dus zjjn werk onder pseudoniem moet wor den uitgegeven, zoo dient hij dit kenbaar te maken. De schrijver of schrijfster moet Roomsch Katholiek zijn. De ingezonden, werken mogen niet zuiver wetenschappelijk zijn (wel populair-weten schappelijk) en mogen niet zijn uitgegeven of op eenige wijze zjjn gepubliceerd. secundair)de kans op een manche is dan vrij wel nihil. Deze kennis zal remmend werken. Als de partner dan ook 2 in de zelfde kleur zou bieden zou Noord moeten passen. Hier doet het dus niet veel terzake welke der twee kleu ren geboden wordt, afgezien van het punten- voordeel. Als de partner echter 1 in S. A. biedt wijst dit op het feit, dat hü geen steun heeft De dame glnf-het eerst den drempel over, terwijl de man, Dorn ongetwijfeld, te oordeelen naar zijn officiersuniform, de deur sloot. Gewik keld als zij was in een lange, grijze rjjeape met den capuchon op, viel er agn haar niet veel anders waar 4e nemen dan haar tuchtigen en toch vastberaden voetstap en de trotsche hou ding van een oogenschjjnljjk tengere, meisjes achtige gestalte. Maar toen ze in den 'vollen glans van het haardvuur bleef staan, recht tegenover den man aan tafel, die nog maar steeds bleef zitten, maakte zij hek. lint onder haar kin los en duwde den beschermen den hoed met een witte hand achteruit. Ik voelde mij hevig geschokt in het plotseling be wustzijn, dat ik haar eerder had gezien. Maar waar had ik dat gezicht vroeger gezien, die donkere, minachtende oogen, dien mond, die zelfs in toorn scheen te glimlachen? Het moest toch ergens zijn geweest Maar hoe ik mij ook inspande, ik kon er niet achter komen. Ik bleef haar maar aanstaren, op gevaar af, dat ik mijn verblijf zou verraden en ik ging opnieuw het verleden na. Ik kon mij niet herinneren, dat ik het meisje eerder gezien had en ik kon ook niet aannemen dat ik, na -haar eenmaal te hebben gesproken, haar weer zou hebben vergeten. En toch had zj) Mte zóó bekends over zich, dat het mij geen rust liet en mij telkens opnieuw plaagde. Be stond het alleen maar in een gelijkenis met een Ben heele teer om uit het dubbele doeijntje woorden, Het twaalftal te smeden, zooals bet behoorde. En met behulp daarvan tot den hoogen Ootne. Als een referendaris immers is te komen. i-werk geschiedt als volgt: vormen we Residentie Egelantier Formidabel Eersteling Reisgenoot Erkentelijk Noodwendig Driesprong Aartsengel Richtsnoer Ingrediënt Slachtbank De jury bestaat uit den Zeereerw. heer H. de Greeve, Haarlem, en de heeren AU. Timmer mans, Weert en A. J. D. van Oosten, Rijswijk. Na hetgeen nu behandeld is, kan ik aanne- één in leer de geven. Hopelijk zult u echter steeds de onderschei ding positief antwoordbod, negatief antwoord bod goed in het oog houden. Immers een na- gatief antwoordbod (na een één in een kleur- opening van den partner) Is 1 8. A. of 2 in .dezelfde kleur en duidt op minder dan 2 top dagen (P. T. S. 8. T. a>. Een positief antwoordbod is ieder ander bod en duldt op 2 of meer topslagen (P. T. S. T. 8.). Soms echter beschikt de opener over 3 bied- bare kleuren (van gelijke lengte) en is dus een richtlijn noodzakelijk om uit te kunnen maken in welke kleur geopend moet worden. Deze richtlijn is evenwel nog al vaag en be rust op het z.g. anticipatie-beginsel, dus t ver- wachtingsbegtnsel. De kpuze van kleur moet be paald worden door de kleur welke de partner volgens onze verwachting bieden zal. Met dezen factor rekening houdend-moeten we dus trach ten het Meden zoo laag mogelijk te h< laten we een voorbeeld eens handelen: „Goed. Maar er is één voorwaarde. Het bloed moet ik twee vingerbreedten oudeg .bet hart aftappen, anders heeft de mixture geen uitwer king. En dan kan het leven gevaar loopen. Spreekt u met den man en stuurt hem dan mij!” Maar de heer Amtor wilde zich niet aan le vensgevaar bloot stellen. Een aderlating, nu, dat wilde bij zich dan nog wel laten welgevallen, tiaar precies onder het hart? Neen, dat was toch zacht uitgedrukt al te gevaarlijk. Daar enboven was een ziekelijke vrouw toch eigen lijk ook een weinig benijdenswaardige partij! Neen, hij zag er maar van af. Wanhoop en onmacht plaagden staatsraad Ochser dag en nacht. „Als ik maar eens wist. pijnigde hjj zijn'hersenen. Op den avond voor den dag, dat dokter Pa racelsus de zieke weer zou komen bezoeken, maakte staatsraad Ochser den swateu gang naar magister Maediclus. Dat was de derde, maar tevens ook de bitterste pil. welke de dok ter hem liet slikken. Onlangs gebeurde het in Australië, dat twee politie-rechters zich aan dezelfde wetsovertre ding schuldig gemaakt hadden. Zooals de zaken op dat oogenbllk stonden, moesten zij over elkaar het vonnis uitspreken. Politierechter nummer 1 luisterde dus aandachtig naar zjjn collega, oordeelde hem schuldig eh veroordeel de hem tot een boete van 5 pond sterling. Daar op verwisselden zij van plaats en polltie-rechter nummer 2 veroordeelde zijn collega, wegens het zelfde feit, tot een boete van 30 pond sterling. WAT IK AFLUISTERDE „Ga maar met ons mee,” zei een van de kabouters, ,.en geef ons maar een arm, dan brengen we je wel naar ons huis en daar zul je het goed hebben.” En het meisje gaf hun een arm en zoo liepen ze door het bosch naar huis. „Dat vind ik nou mooi", zei Keesie, „men is nu eenmaal in -de wereld om elkaar te helpen.” Niwmand kan twee heeren dienent Alle heeren moeten God dienen. Ook wanneer lebben: 3-kaart met tenminste de vrouw in die kleur! Het is dan dus gewenscht. dat een andere biedbare kleur geboden wordt en de partner moet een keus kunnen maken. Stel, dat Noord 1 ruiten opent en de partner Zuid de volgende kaart heeft: 4 Nog een toó goed Hik nóg onderste treden dus alle lettergrepen tweemaal óf als begin-, óf cis middelste, óf als eindlet tergreep van een woord op. Er zullen verschillende goede ketting-serles te vormen zijn: we zijn natuurlijk met één se rie tevreden. Om het aantal variaties wat te beperken, hebben we die lettel greep noe in de figuur geplaatst ze moet daar in vak 16 blijven staan! De serie kan alleen worden goed gekeurd. als er bij <fe 20 woorden geen „eigen gemaakte" voorkomen. Onder de inzenders van een goede oplossing worden weer zes fraaie prijzen verloot. Thans zetten wij onzen puzzelaars een nieuw probleem voor: 123 en 1.43 5.4.6 en 5.7.6 6.73 en 6.103 11.10.12 en 11.13.12 - 17.16J8 en 17.19.16 23.22.24 en 23.25.24 2928.30 en 293130. Behalve de bovenste en okter Paracelsus was naast een groot ge- I I neesheer een menschenkenner. Dit was in Hohenheim algemeen bekend. Het di recte gevolg van deae faam was, dat adspl- rant-patlënten zich wel tweemaal over nun kwaal bedachten, voor zij het waagden, hun lichamelijke stoornissen aan den dokter te open baren. Ingebeelde zieken haatte dokter Paracel sus meer dan zijn grootsten vijand. Maar van de laatsten bestonden er nu juist niet zoo erg veel. Op zekeren dag meldde zich de bediende van den rijken en hoogmogenden raadsheer Ochser bij Paracelsus en bracht dezen een brief, waarin de meester aan het bed van den zieken heer geroepen werd. Met eenige verwondering las de dokter het schrijven, vouwde het daarna dicht en legde de vlakke hand tegen het voorhoofd boven de oogen. die in nadenken gesloten waren. Plotseling steeg de herinnering -en een beeld uit gelukzalige jeugd rees voor hem op. Zoet en groot was dat liefdegeluk geweest en toch had het een .treurigen afloop gevonden. De arme, nauwelijks bekende dokter had voor den zwa- ren geldbuidel van den rijken koopman moeten wijken. Gehoorzamend aan de ouders, onder wierp de geliefde zich aan haar lot om met Peter Ochser in het huwelijk te treden Onverwijld reed Paracelsus naar het huls van den gierigen, cholerisch humeurigen Och ser. In het halfdonker van het ruime trappen huis ontmoette de dokter de vrouw van den raadsheer. Paracelsus was op dit oogenbllk voorbereid en reikte haar, zonder verlegenheid, de hand. „Vergun mij, edele vrouw, u bij dit wederzien hartelijk te begroeten en als oude kennis u te vragen, hoe het u sindsdien ging.” De slanke, nog altijd knappe vrouw beant woordde den blik van zijn vorschende oogen vast en hartelijk. .Mijn varhaal?” zeide zij vol verbazing. ,Jk heb geen verhaal gedaan." .Dat weet ik zelf al te goed, maar toch zult gij wel een verhaal hebben, dat de moeite van het aanhooren waard is. t Is toch geen ge woonte van een dame van uw stand, om zonder doel alleen langs de Vlaamsche wegen te rijden. En het zal u veel gemakkelijker vallen om het mij te vertellen dan Cumberland h(j is een ruwe, oude zeehond." Sch. H x x x H. x x R. x x x KI. H B x x Zuid moet dan 1 8. A. bieden. Néord leert de andere kleur: 3 Harten en Zuid ofwel 2 8. A. moeten bieden (die nooit gemaakt kan worden), ofwel de ruiten kleur moeten kiezen: 3 ruiten, welk contract eveneens moei lijk te vervullen 1st Wanneer Noord echter met 1 In Harten zou geopend hebben, was het ant- woord van Zuid eveneens 1 8. A. geweest en sou Noord ook zijn tweede kleur, maar nu rui ten, geboden hebben. Het verschil is echter, dat Zuid nu zou kunnen-passen, aangezien deze kleur hem beter ligt. De bieding verloopt in dit •>Der8elWte wetsovertredingen”, voegde hij er geval dus beter, omdat de opener eerst de ------ hoogste kleur bood. Wanneer Zuid echter drie kleine Harten en twee kleine Ruiten had ge had, zou het contract nog op hetzelfde niveau zijn gebleven, want dan had Zuid twee'Harten moeten bieden! Dit was dus het geval, dat Zuid negatief ant woordde. stel nu, dat Zuid positief antwoord kan geven en laten we voor het gemak alleen de waarschijnlijkste gevallen bekijken, n.L dat Zuid schoppen of klaveren biedt Als Noord met 1 In ruiten opent en Zuid heeft: Sch. A V B x H. x x x R. V x x KI. XXX Het juiste antwoord is dan 1 schoppen! Noord biedt nu 3 Harten en Zuid moet 3 "toton bieden, welk eindbod waarschijnlijk net Mn te hoog is! Wanneer «Noord echter met 1 tarten zou geopend hebben, dan was het bie den aldus verloopen: HÜ heeft 4 primaire topslagen en is dus ver plicht te openen! Er zijn echter twee even lan ge biedbare kleuren aanwezig en Noord twij felt dan ook tusschen Harten en Ruiten. Het anticipatle-principe zal dus van stal gehaald moeten worden. Wat zal de partner bieden? Wanneer deze een negatief antwoord geeft, heeft hü minder dan 2 topslagen (primair en Oost Zuid pas 2 Klaveren pas pas hieruit dus alvast één nen regel afleiden n.l.: Uit t even lange opeenvolgende kleuren moet men altijd de hoogste bieden! Deze regel mag echter absoluut niet blinde lings analoog toegepast* worden, wanneer de kleuren niet opeenvolgend zün. Het bieden van de hoogste kleur is dan altijd foutief, wannier men verwachten kan. dat de partner de tus- schenliggende kleur zal bieden. We zullen ech ter de mogelükheden, die zich hlerbü voordoen, de volgende maal uitvoerig bekijken. D gelieve echter intusschen In de practük nog eens extra op deze gevallen te letten. In Februari 1938 zal in de Hongaarsche hoofdstad het eerste dwergencongres plaats vinden, waarop buiten Europa Zuid-Amerika, Australië, Afrika en Azië vertegenwoordigd zul len zün. Het programma, dat de dwergen heb ben opgesteld en.dat op deze büeenkomst moet worden afgehandeld, Is zeer omvangrük. Op het eerste punt zullen het sociale vraagstuk ken zün, welke In behandeling komen. Verder verlangen de dwergen ofwel lilliputters, halve treingelden op hun treinreizen en in de trams en autobussen, doch anderzüds eischen zü. dat zü niet als kinderen, doch als volwassenen zul len worden behandeld door alle personen van normale lengte. Tenslotte wenschen zü. dat de betaling der lilliputters op, tentoonstellingen onder staatsbeheer komt, omdat maar al te vaak is voorgekomen, dat de directies van cir cussen en wereldexposlties de lilliputters ach ter stelden of financieel te kort deden. Ten slotte zal nogmaals worden besproken de stich ting van een speciale lilliputtersstad in Hon garije, het land, waar de meeste dwergmen- schen leven. ander? als dat zoo was, met wie dan? Elke, tot de kleinste beweging, die zü maakte, droeg er toe bü mün verwarring nog te ver- grooten maar kon toch niet mün sluimerend geheugen wakker schudden. Als ik haar eerder had ontmoet, dan moest het jaren zün geleden, maar dat kon toch ook niet, want het meisje was nog heel Jong, twintig jaar volgens mün schatting. Datzelfde bekende merkte Ik ook op in haar stem, een volle, heldere stem, trillend van verontwaardiging, terwijl zü het woord tot den op de bank liggenden kapitein richtte. „Welke nieuwe beleedlging wordt mij nu weer aangedaan, Monsieur?” vroeg zü in het Fransch> en notitie nemend van Dom, die grinnikend naast haar stond. „Geen enkele,” en alsof de officier zich plot seling zün weinig gracieuze houding bewust werd, nam hü zün bemodderde laarzen van de bank en ging overeind staan, met een schün van beleefdheid een buiging makend. „In het kamp leven doet zich daarentegen zelden een gelegen heid voor om eenige hoffelükheld* te betoonen. Dank den oorlogsgoden zün wü in bezit geko men van voedsel, van drank, vanr een knap pend vuur en van een dak. En het zou ons een groot genoegen zijn, dit met onze schoone gast te deelen „Uw gevangene wilt gü zeggen." „Om de waarheid te zeggen. Mademoiselle, ik weet nog niet op welke van de twee benamingen .gü het meeste recht hebt. Wü zün natuurlük verplicht u vast te houden. Maar als uw verhaal waar blükt, dan zou het blaadje wel eens gauw kunnen omkeeren." gestalte zich een weinig op te rtchtet» Jk ben gelukkig u gezond Ai wel in den zegen van uw arbeid terug te zien,” antwoordde ze eenvoudig. En zacht voegde ze er aan toe: „Vaak dacht Ik aan u, al die jaren.. altijd.. Zonderling is het nu, dat mün man juist u roept, ik had het nooit gedurfd." Zü bracht den- heelmeester In de zieken kamer. De patiënt lag In het breede, diepe bed, kreunde, steunde, proestte en jammerde.... -.t- .Een half jaar al lig Ik in dit bed en ik heb twWfelde muwelik» aan, dat hü In zün op- nog zooveel te doen!” „U bent wel te helpen, als u mün raad ter harte neemt en getrouw slikt, wat Ik u voor- schrüf!” De patiënt vertrok zün gezicht tot een gri mas. „Tien jaar lang word ik nu met stekte geplaagd en nu komt gü me daar In een om mezien de genezing belovenIk ken uw kwakzalverüenMaar behandel me gerust! Heeft het succes, dan zal Ik u betalen, eer niet!” „Goed,” was het prompte antwoord, „maar de rekening bepaal ik.” De zieke werd zandachtig, diepe rimpels kwa men er in zün voorhoofd. .En hoeveel vraagt u?” was vraag jrol argwaan. Saunders, deze Is dat ik er noodzake- hebben, en ik moet conditie zün om de con- met de dame te voeren! Lieve hemel, beelding! t Is toch Jammer haar aan de ge nade van Lord Hay te moeten overlaten hst, de glazen en de borden hier neer. Ik moet “SS41* een mooie kan is het brouwsel waard. Kampeeren In Vlaanderen zou geen kwaad werk *ün, als wü lederen avond zoo gelukkig waren «en herberg als deze te bemachtigen. Ziezoo, de “fel is klaar, zie ik; zeg luitenant Dorn de *»«»e dame hier te brengen.” ...^‘daat verdween en liet de buitendeur op staan In de schamele lichtstralen, die ’an binnen uit vielen, kon ik den schildwacht op en neer loopen. Ik kon zün ledematen a*« onderscheiden en Ik zag duldelüker het !?Ut^ren v*n zÜn sabel, en ergens ver weg Z. duisternis zong een tenorstem een geisch lied. Toen Ineens bleef de man staan te vrouw verschenen tegelijk De figuur .vertoont 31 vakjes, welke met de 31 in alfabetische volgorde gegeven lettergre pen moeten gevuld worden. Heel in ’t midden is de lettergreep noe al op haar juiste plaats aangebracht. De vulling moet nu zoodanig ge schieden, dat men een kettlng-serie van 20 drielettergrepige woorden te lezen krügt, n. L: „Vóór u 300 gulden I” klonk het beslist. Als dooi een adder gebeten, vloog de patiënt In zün bed omhoog. „Bent u gek? ƒ300.— verdienen zes raads- heeren nauwelüks samen in weken!” ,Ees raadsheeren te zamen zullen u ook niet genezen! Laat ze anders maar gerust eens pro- beerenl” „ƒ300.— is een vermogen.” .Juist groot genoeg om uw houden.” ,HÜ anderen doet u het toch goedkooper..ham, die haar liefheeft Zelfs wel voor niets, naar ik hoorde digen,” zei Awlright lachend, „want juist aoo- lang zün wü op marsch geweest, zonder dat zich één enkele bloode Franschman heeft laten zien. Mademoiselle, misschien zou u ons kun nen vertellen, waar ae dekking hebben ge zocht?” „Ik zou het misschien kunnen, maar ik ben het niet van plan, t Is mün Idee, dat gü op eigen risico suit handelen.” „Mogen de góden ons genadig zün! Hét heeft, tot nu toe veel van een vossenjacht gehad en ik ben zelfs vergeten, dat ik een soldaat ben.” „Dat is nog niet alles, wat gü vergeten hebt. Monsieur." „Oü doelt zeker op het heer-zün. Op mün woord, dit is niet meer dan een gezichtspunt. Volgens mü hebt gü niet veel reden om te klagen. Natuurlük staat gü onder toezicht. Ik kan toch onmogelük anders doen ten opzichte van iemand, die in het geheim onze linie tracht te doorbreken. Mün orders laten aan duldelük- heid niets te wenschen over en Lord Hay ts niet iemand, bü wien men met verontschuldi gingen moet aankomen. Ik ken mijn lesje. Madam. Toch zult gü moeten toegeven, dat Ik u behoorlük heb behandeld en dat geen enkele mijner mannen ruw tegen u is opge treden. Ia het niet zoo? Waarover beklaagt gü u dan? Misschien omdat ik u gevraagd heb ons geselschap te houden bü het beste maal, dat ons sinds een-maand is te beurt gevallen?” „Gü hebt mü niet gevraagd. Monsieur, gü hebt mü gedwongen. Toen ik verontschuldiging t vroeg, dreigde men mü en werd ik gedwongen bier te verachünen.” (Wordt vervolgd.) I „Kan best zün, maar nu doe ik er geen cent I van af.” I Na lang lamenteeren legde de patiënt er zich tenslotte bü neer. Dat was de eerste bittere pU, welke de oude egoïst te slikken kreeg. Wat de ziekte zelf betreft, Paracelsus had direct geconstateerd, dat alleen veel te over vloedig eten, traagheid en arbeidsvrees daarvan de oorzaak waren. Hü gaf den zieke eenige pil len uit z‘ a medicünklst en schreef hem voor, zich geheel te onthouden van wün. en inplaats daarvan kruidenthee te drinken, matig te leven, één dag in de week te vasten en lichamelüken arbeid te verrichten. De raadsheer spuwde gal en venün. .Dulvelsche kerel...." tierde hü.... Joop naar de hel.” „Als ik er niet van overtuigd was, dat u aan een ernstige ziekte laboreert, zou ik u beleefd uitnoodigen mü te vergezellen.” En sonder den man verder een blik waardig te keuren, verliet dokter Paracelsus het vertrek. Voor de deur van de ziekenkamer greep me vrouw Ochser de hand van den meester. „We hebben nog een zieke in huis,” fluisterde ze. „Volg me alsjeblieft.” Het eenigste kind was al maanden bedlege rig. Met een blik op het witte gezichtje nam Paracelsus de fijne, smalle hand in de züne en keek haar langden haast ontroerd in het ge zicht, waarin hü de edele trekken van de moe der terugvond. Voor hü zün diagnose gesteld had. verliepen er vele minuten, maar toen stond het voor dokter Paracelsus onomstootelük vast, dat zich aan lichamelüke zwakte een geestelüke ziekte paarde. Dokter Paracelsus zou dokter Paracelsus niet zün geweest, als hü er niet achter was geko men, dat Ochser besloten had, zün dochter met den rüken specerüen-handelaar Amtor te laten trouwen. Het meisje daarentegen beminde den magister Carolus Maediclus vurig. ,De geschiedenis herhaalt zich” zegt bet spreekwoord, „maar bet sou me een lief ding waard zün het nu eens te logenstraffen”. Dit was de gedachtengang van den geneesheer in de komende weken. En wie de beslistheid en de sterke persoonlükheld van den dokter kende. 10 16 noe

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1938 | | pagina 9