<Kct ucïfiaal van dcndaq
De avonturen van een verkeersagentje
>1
n
I
B
SHEA
pan de lersche Brigade
mOGE-
AT J .F ABONNÉ’S F 750.- F 750.- F 250.-
ANAGRAMMEN-WERK MET
MOEILIJKHEDEN
ïtz
ZATERDAG 29 JANUARI 1938
ONS PRIJSRAADSEL
Er
Het nieuwe raadsel
Een nieuw
robleem
•m
EEN DWERGENCONCRES
ig vorig raadsel
oPi
uit. ver. wen.
ZIJ BERECHTTEN ELKAAR
Humor in de rechtspraak
J
DOOR RANDALL PARRI5H
I
F
Hoewel ze voor half geld willen
reizen, verlangen ze toch als „vol
wassenen" behandeld te worden
DE GRONDSLAGEN VAN
HET BIEDEN
Poirter sprij s vraag
1938
zyn nog eenige „vernuftige en
lastige" dito's in voorraad
’’4
A
GEEN VETPUISTJES MEER
doch een frisse he gave huid door geregeld
gebruik vaa Radox in Uw waschwater
Prijswinnaars
I
I De heilzame
kuur
Voor het katholieke volksboek
aan.af. be. be. bor.den.
der. dig. dingding .ge. ge. gen
gen. hang. in. la. lati.le. lei. me.
ming. mon. na.ne. noe.on.sel.
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERUJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
rs
29
Cath. Wever, Q. M, Oudük (gem. West woud).
We kunnen
algemee-
biedbare
P. H. A. TUIN.
En volgens een ander:
be-
Noord heeft:
n
n
Ons-
Van
in de eerstgeboden kleur, dus geen 4-kaart of
Zoodat de hooge ambtenaar in kwestie is:
Referendaris
de
de
weifelende
leven
te
be
te
Zuid
de volgende kaait zou
beslist minder goed, dan de volgende:
(Nadruk verboden)
T
ik
X
If-
I
I
Oost
paa
pas
West
PM
pas
West
P«
PM
Oost
pas
pas
pas
BJ.
iet
Noord
1 Harten
3 Ruiten
men, dat u allen weet, wanneer er op
een kleur geopend mag warden en wXh
partner een antwoordbod mag (moet)
Sch. x x
HA H X X
R. A H X X
KI. X X X
Noord
1 Harten
3 Ruiten
West
pas
PM
Indlë
Regel
Oplossingen worden tot Donderdagmiddag 13
uur Ingewacht bü den heer O. M. A. Jansen,
Ruysdaelstraat 60, Utrecht.
14.13.1S en 14.16.1S
20.1921 en 20.2321
26.25 27 en 26 28.27
sn
■1
in
Noord
1 Ruiten
3 Harten
pas
Zuid
3 Klaveren
3 Ruiten
pro-
zou
Het was volgens het oordeel van een onser
dichters:
Steil'’
Soort
Kijker
Godin
Grond
Graan
Trein
Einde
Blank
Zuid,
1 schoppen
pas
Eerst
Natie
Bloed
Genre
3enie
jen te
Wonde
Spier
Steel
Schor
3rint
rasch
>d
JP
ik
r..
40
1
I.
aan toe, „komen tegenwoordig zeer vaak voor.
Het is reeds het tweede geval van dezen aard,
dat voor de rechtbank behandeld moest worden."
flesch,
geweest,
een moet
toch in geschikte
versatle r/ Z
is het een trotsche heks, en wat een in-
dapper\or
bank lleti
den. dat
kruiste.”
„Daar behoef je je niet over te verootschul-
Een fijn exemplaar uit het anagrammen-spel:
Vernuftig én lastig: daarom beviel het mij wel,
En k gaf met plezier m'n heelen Zondagmorgen,
Om voor een volkomen juiste oplossing te zorgen.
We hebben nog eenige „vernuftige en lasti
ge” dito’s in het vet!
wordt.”
„Dat is al heel eenvoudig, alleen de heer
Amtor komt daarvoor in aanmerking I”
De jongeman verklaarde zich aanstonds en
onvoorwaardelijk bereid tot wat men ham
vroeg. Hij besefte terdege welk gevaar hij liep.
Maar een man, die liefheeft en weet remind
te worden, is tot alles bereid. Zoo ook magister
Maediclus. En toen de dokter zijn gevaarlijke
operatie gedaan had en het meisje met een
prikkelend drankje den lang ontbeerden slaap
hergaf; met dreigende stem verordonneerde, dat
degene, die zijn bloed afgestaan had, lederen
dag een poosje aan het bed der zieke moest .toe
ven, toen verliet hij de woning van staats
raad Ochser voor goed, met de vreugdevolle ge
dachte, dat h(j het meisje tenminste had kun
nen besparen, wat haar moeder en hem. dok
ter Paracelsus, zoo onuitsprekelijk had ver
droten.
Bij apothekers en erkende drogisten f 0.90
per pak en f 0.15 per klem pakje
RADOX
„U vergist u, Monsieur, ik kies mün eigen ge
zelschap."
.Ha! Maar zoudt ge dan een betere keus
kunnen doen! Al ben ik dan slechts een kapi
tein van de Garde, in Engeland ben ik Lord
Dalhousle, en Dorn hier heeft een bezitting in
Kent met een kasteel er bij, waar zelfs eens een
vorst te gast is geweest.”
Bij deze woorden keek zij van den een naar
den ander.
„Gij staat in uw eigen land dus als heeren
van aanzienlijken stand bekend?”
De kapitein boog.
.Zonder twijfel.”
.Maar waarom dan niét hier evenzoo gehan
deld? Ik ben een vroww zonder gelelde, ik zeg
niet, dat ik van adel ben. maar toch van goeden
stand. Ik ben niet een vrouw uit het kamp, die
men op beleedigingen onthaalt. Ik verzoek u
het in overweging te nemen eer het te laat is,
er zjjn er. die voor mij het zwaard uit de scheede
zouden willen trekken.”
„Daar twijfelen wij niet aan! Ik zelf zou er
geen oogenbllk voor aarzelen, maar het is niet
heel waarschijnlijk dat de bedreiging van een
zwaard iemand, die voor den oorlog is opge-
voAl. grootelijks zal afschrikken. Hoe denk je
erover. Dorn?"
,.A zou wel schik hebben in een dergelijke
vertoo^ng,” gaf de luitenant ten antwoord, een
igmensch, dat zich behaaglijk op de
en. .Het is al een week gele-
mjjn zwaard met een ander
„Er bestaat geen enkele reden. Waarom ik het
een van u beiden zou vertellen." gaf zij kort ten
antwoord, „t Is geen misdaad, een Frangaise te
zijn en 1 is ook geen misdaad om over de wegen
te rijden. Uw mannen hebben mij onderzocht
en niets van beteekenis gevonden, en als gü
mij hier hebt laten komen,” en zij keek min
achtend om zich heen, „om mij te ondervragen,
dan is dat eenvoudig tijdverlies. Ik zal noch u.
nóch uw hertog van Cumberland antwoord
geven.”
De kapitein begon te lachen.
„Laat dat zijn zooals het wil,” antwoordde
hij oogenschljnlijk goed gehumeurd. „U wordt
hier niet ondervraagd, en de hertog kan voor
zich zelf zorgen. Ik zelf ben maar een ruw
soldaat, beu van het eeuwige kampeeren en heel
bl|j weer eens naar zoo'n knap gezichtje -Is
het uwe te kunnen kijken, t Was om samen te
sou peer en, dat ik u hier liet komen, gezellig met
drieën. Kom, Mademoiselle, de stoel is voor u,
w(J zullen de bank deelen.”
Zij bewoog zich niet, al scheen haar tengere
Vele oplossers kwamen on^ dezen keer ver
tellen, dat de puzzle van de vorige maal niet
van de gemakkelUkste was. Het was inderdaad
een nummertje uit onze zware collectie, een
aparte bundel, waaruit wij zoo nu en dan een
greëp doen.
Sch. V x x
H. x x
R. V x x
KI. H V x x x
deze bledwtjze:
De zes uitgeloofde prijzen werden door het
lot toegewezen aan: J. O. Bouwmeester, La-
placestraat 1 bv„ Amsterdam-Oost; J. L. Ha-
□ewinckel, Delftlaan 67, Haarlem; mej. H. Leu-
venkamp, C 60, Groenlo; P. J. H. Oosterhaus,
Buys Ballotstraat 57 bis, Utrecht; mevr. J.
Schellekens, Bakelscheweg 57. Helmond; mej.
zet zou slagen. Zijn eerste overwinning was de
algeheele gene
zing van staats,
raad Ochser, die
hem met een
zuurzoet gezicht
en enkele scham
pere opmerkin
gen de overeenge
komen f 300.— betaalde.
Van praten komt praten en toen de slepende
ziekte van het meisje te berde kwam, was dok
ter Paracelsus eensklaps een en al actie.
„Er is één middel, om haar te genezen! Daar
enboven kost het niets.... Ik bedoel, er aal
slechts durf voor noodig zijn,” liet hij er fijn
tjes op volgen.
Staatsraad Ochser glunderde.
„Spreek dokter, spreek! Ik sta geheel te uwer
beschikking!"
,Jk heb u niet noodig,” was het ontnuchte
rende antwoord. ,Jk bezit een recept.boven
dien alle ingrediënten. Alleen ontbreekt me het
allervoornaamste, nX drie gram bloed."
„Wel, als het anders niet is! Neem bet dan,
van wien het noodig is!”
.Dat is juist de kwestie. Bet moot zijn van
en baar echtgenoot
Door de directie van „Het Poirtersfonds” te
Eindhoven is een prijsvraag uitgeschreven voor
manuscripten van katholieke auteurs, ter uit
gave in dit fonds. De voorwaarden voor deel
name bevatten os. de volgende condities: in
zendingen moeten vóór 1 Juni 1938 onder motto
geschieden aan N.V. .Het Poirtersfonds”, Ga-
gelstraat 3, Eindhoven, terwijl notaris mr. H.
Ph. M. J. Janssen, Ten Hagestraat ll.^pind-
hoven, onder gesloten envelop moet wórden be
kend gemaakt met naam en woonplaats van den
schrijver, die het manuscript onder motto heeft
ingezonden.
Indien de auteur wenscht, dat zijn naam ook
bjj toekenning vsn een prijs geheim zal blijven
en dus zjjn werk onder pseudoniem moet wor
den uitgegeven, zoo dient hij dit kenbaar te
maken.
De schrijver of schrijfster moet Roomsch
Katholiek zijn.
De ingezonden, werken mogen niet zuiver
wetenschappelijk zijn (wel populair-weten
schappelijk) en mogen niet zijn uitgegeven of
op eenige wijze zjjn gepubliceerd.
secundair)de kans op een manche is dan vrij
wel nihil. Deze kennis zal remmend werken.
Als de partner dan ook 2 in de zelfde kleur
zou bieden zou Noord moeten passen. Hier doet
het dus niet veel terzake welke der twee kleu
ren geboden wordt, afgezien van het punten-
voordeel. Als de partner echter 1 in S. A. biedt
wijst dit op het feit, dat hü geen steun heeft
De dame glnf-het eerst den drempel over,
terwijl de man, Dorn ongetwijfeld, te oordeelen
naar zijn officiersuniform, de deur sloot. Gewik
keld als zij was in een lange, grijze rjjeape met
den capuchon op, viel er agn haar niet veel
anders waar 4e nemen dan haar tuchtigen en
toch vastberaden voetstap en de trotsche hou
ding van een oogenschjjnljjk tengere, meisjes
achtige gestalte. Maar toen ze in den 'vollen
glans van het haardvuur bleef staan, recht
tegenover den man aan tafel, die nog
maar steeds bleef zitten, maakte zij hek. lint
onder haar kin los en duwde den beschermen
den hoed met een witte hand achteruit. Ik
voelde mij hevig geschokt in het plotseling be
wustzijn, dat ik haar eerder had gezien.
Maar waar had ik dat gezicht vroeger gezien,
die donkere, minachtende oogen, dien mond,
die zelfs in toorn scheen te glimlachen? Het
moest toch ergens zijn geweest Maar hoe ik mij
ook inspande, ik kon er niet achter komen.
Ik bleef haar maar aanstaren, op gevaar af,
dat ik mijn verblijf zou verraden en ik ging
opnieuw het verleden na.
Ik kon mij niet herinneren, dat ik het meisje
eerder gezien had en ik kon ook niet aannemen
dat ik, na -haar eenmaal te hebben gesproken,
haar weer zou hebben vergeten. En toch had zj)
Mte zóó bekends over zich, dat het mij geen
rust liet en mij telkens opnieuw plaagde. Be
stond het alleen maar in een gelijkenis met een
Ben heele teer om uit het dubbele doeijntje
woorden,
Het twaalftal te smeden, zooals bet behoorde.
En met behulp daarvan tot den hoogen Ootne.
Als een referendaris immers is te komen.
i-werk geschiedt als volgt:
vormen we Residentie
Egelantier
Formidabel
Eersteling
Reisgenoot
Erkentelijk
Noodwendig
Driesprong
Aartsengel
Richtsnoer
Ingrediënt
Slachtbank
De jury bestaat uit den Zeereerw. heer H. de
Greeve, Haarlem, en de heeren AU. Timmer
mans, Weert en A. J. D. van Oosten, Rijswijk.
Na hetgeen nu behandeld is, kan ik aanne-
één in
leer de
geven.
Hopelijk zult u echter steeds de onderschei
ding positief antwoordbod, negatief antwoord
bod goed in het oog houden. Immers een na-
gatief antwoordbod (na een één in een kleur-
opening van den partner) Is 1 8. A. of 2 in
.dezelfde kleur en duidt op minder dan 2 top
dagen (P. T. S. 8. T. a>.
Een positief antwoordbod is ieder ander bod
en duldt op 2 of meer topslagen (P. T. S.
T. 8.).
Soms echter beschikt de opener over 3 bied-
bare kleuren (van gelijke lengte) en is dus
een richtlijn noodzakelijk om uit te kunnen
maken in welke kleur geopend moet worden.
Deze richtlijn is evenwel nog al vaag en be
rust op het z.g. anticipatie-beginsel, dus t ver-
wachtingsbegtnsel. De kpuze van kleur moet be
paald worden door de kleur welke de partner
volgens onze verwachting bieden zal. Met dezen
factor rekening houdend-moeten we dus trach
ten het Meden zoo laag mogelijk te h<
laten we een voorbeeld eens
handelen:
„Goed. Maar er is één voorwaarde. Het bloed
moet ik twee vingerbreedten oudeg .bet hart
aftappen, anders heeft de mixture geen uitwer
king. En dan kan het leven gevaar loopen.
Spreekt u met den man en stuurt hem dan mij!”
Maar de heer Amtor wilde zich niet aan le
vensgevaar bloot stellen. Een aderlating, nu, dat
wilde bij zich dan nog wel laten welgevallen,
tiaar precies onder het hart? Neen, dat was toch
zacht uitgedrukt al te gevaarlijk. Daar
enboven was een ziekelijke vrouw toch eigen
lijk ook een weinig benijdenswaardige partij!
Neen, hij zag er maar van af.
Wanhoop en onmacht plaagden staatsraad
Ochser dag en nacht. „Als ik maar eens wist.
pijnigde hjj zijn'hersenen.
Op den avond voor den dag, dat dokter Pa
racelsus de zieke weer zou komen bezoeken,
maakte staatsraad Ochser den swateu gang
naar magister Maediclus. Dat was de derde,
maar tevens ook de bitterste pil. welke de dok
ter hem liet slikken.
Onlangs gebeurde het in Australië, dat twee
politie-rechters zich aan dezelfde wetsovertre
ding schuldig gemaakt hadden. Zooals de zaken
op dat oogenbllk stonden, moesten zij over
elkaar het vonnis uitspreken. Politierechter
nummer 1 luisterde dus aandachtig naar zjjn
collega, oordeelde hem schuldig eh veroordeel
de hem tot een boete van 5 pond sterling. Daar
op verwisselden zij van plaats en polltie-rechter
nummer 2 veroordeelde zijn collega, wegens het
zelfde feit, tot een boete van 30 pond sterling.
WAT IK AFLUISTERDE
„Ga maar met ons mee,” zei een van de kabouters, ,.en geef
ons maar een arm, dan brengen we je wel naar ons huis en
daar zul je het goed hebben.” En het meisje gaf hun een arm
en zoo liepen ze door het bosch naar huis. „Dat vind ik nou
mooi", zei Keesie, „men is nu eenmaal in -de wereld om
elkaar te helpen.”
Niwmand kan twee heeren dienent
Alle heeren moeten God dienen.
Ook wanneer
lebben:
3-kaart met tenminste de vrouw in die kleur!
Het is dan dus gewenscht. dat een andere
biedbare kleur geboden wordt en de partner
moet een keus kunnen maken. Stel, dat Noord
1 ruiten opent en de partner Zuid de volgende
kaart heeft:
4
Nog een
toó goed
Hik nóg
onderste treden dus alle lettergrepen tweemaal
óf als begin-, óf cis middelste, óf als eindlet
tergreep van een woord op.
Er zullen verschillende goede ketting-serles
te vormen zijn: we zijn natuurlijk met één se
rie tevreden. Om het aantal variaties wat te
beperken, hebben we die lettel greep noe in de
figuur geplaatst ze moet daar in vak 16
blijven staan! De serie kan alleen worden goed
gekeurd. als er bij <fe 20 woorden geen „eigen
gemaakte" voorkomen.
Onder de inzenders van een goede oplossing
worden weer zes fraaie prijzen verloot.
Thans zetten wij onzen puzzelaars een nieuw
probleem voor:
123 en 1.43 5.4.6 en 5.7.6 6.73 en 6.103
11.10.12 en 11.13.12 -
17.16J8 en 17.19.16
23.22.24 en 23.25.24
2928.30 en 293130. Behalve de bovenste en
okter Paracelsus was naast een groot ge-
I I neesheer een menschenkenner. Dit was
in Hohenheim algemeen bekend. Het di
recte gevolg van deae faam was, dat adspl-
rant-patlënten zich wel tweemaal over nun
kwaal bedachten, voor zij het waagden, hun
lichamelijke stoornissen aan den dokter te open
baren. Ingebeelde zieken haatte dokter Paracel
sus meer dan zijn grootsten vijand. Maar van
de laatsten bestonden er nu juist niet zoo erg
veel.
Op zekeren dag meldde zich de bediende van
den rijken en hoogmogenden raadsheer Ochser
bij Paracelsus en bracht dezen een brief, waarin
de meester aan het bed van den zieken heer
geroepen werd. Met eenige verwondering las de
dokter het schrijven, vouwde het daarna dicht
en legde de vlakke hand tegen het voorhoofd
boven de oogen. die in nadenken gesloten waren.
Plotseling steeg de herinnering -en een beeld
uit gelukzalige jeugd rees voor hem op. Zoet en
groot was dat liefdegeluk geweest en toch had
het een .treurigen afloop gevonden. De arme,
nauwelijks bekende dokter had voor den zwa-
ren geldbuidel van den rijken koopman moeten
wijken. Gehoorzamend aan de ouders, onder
wierp de geliefde zich aan haar lot om met
Peter Ochser in het huwelijk te treden
Onverwijld reed Paracelsus naar het huls
van den gierigen, cholerisch humeurigen Och
ser. In het halfdonker van het ruime trappen
huis ontmoette de dokter de vrouw van den
raadsheer. Paracelsus was op dit oogenbllk
voorbereid en reikte haar, zonder verlegenheid,
de hand.
„Vergun mij, edele vrouw, u bij dit wederzien
hartelijk te begroeten en als oude kennis u te
vragen, hoe het u sindsdien ging.”
De slanke, nog altijd knappe vrouw beant
woordde den blik van zijn vorschende oogen
vast en hartelijk.
.Mijn varhaal?” zeide zij vol verbazing. ,Jk
heb geen verhaal gedaan."
.Dat weet ik zelf al te goed, maar toch zult
gij wel een verhaal hebben, dat de moeite van
het aanhooren waard is. t Is toch geen ge
woonte van een dame van uw stand, om zonder
doel alleen langs de Vlaamsche wegen te rijden.
En het zal u veel gemakkelijker vallen om het
mij te vertellen dan Cumberland h(j is een
ruwe, oude zeehond."
Sch. H x x x
H. x x
R. x x x
KI. H B x x
Zuid moet dan 1 8. A. bieden. Néord
leert de andere kleur: 3 Harten en Zuid
ofwel 2 8. A. moeten bieden (die nooit gemaakt
kan worden), ofwel de ruiten kleur moeten
kiezen: 3 ruiten, welk contract eveneens moei
lijk te vervullen 1st Wanneer Noord echter met
1 In Harten zou geopend hebben, was het ant-
woord van Zuid eveneens 1 8. A. geweest en
sou Noord ook zijn tweede kleur, maar nu rui
ten, geboden hebben. Het verschil is echter,
dat Zuid nu zou kunnen-passen, aangezien deze
kleur hem beter ligt. De bieding verloopt in dit •>Der8elWte wetsovertredingen”, voegde hij er
geval dus beter, omdat de opener eerst de ------
hoogste kleur bood. Wanneer Zuid echter drie
kleine Harten en twee kleine Ruiten had ge
had, zou het contract nog op hetzelfde niveau
zijn gebleven, want dan had Zuid twee'Harten
moeten bieden!
Dit was dus het geval, dat Zuid negatief ant
woordde. stel nu, dat Zuid positief antwoord
kan geven en laten we voor het gemak alleen
de waarschijnlijkste gevallen bekijken, n.L dat
Zuid schoppen of klaveren biedt Als Noord met
1 In ruiten opent en Zuid heeft:
Sch. A V B x
H. x x x
R. V x x
KI. XXX
Het juiste antwoord is dan 1 schoppen!
Noord biedt nu 3 Harten en Zuid moet 3
"toton bieden, welk eindbod waarschijnlijk net
Mn te hoog is! Wanneer «Noord echter met 1
tarten zou geopend hebben, dan was het bie
den aldus verloopen:
HÜ heeft 4 primaire topslagen en is dus ver
plicht te openen! Er zijn echter twee even lan
ge biedbare kleuren aanwezig en Noord twij
felt dan ook tusschen Harten en Ruiten. Het
anticipatle-principe zal dus van stal gehaald
moeten worden. Wat zal de partner bieden?
Wanneer deze een negatief antwoord geeft,
heeft hü minder dan 2 topslagen (primair en
Oost Zuid
pas 2 Klaveren
pas pas
hieruit dus alvast één
nen regel afleiden n.l.:
Uit t even lange opeenvolgende
kleuren moet men altijd de hoogste bieden!
Deze regel mag echter absoluut niet blinde
lings analoog toegepast* worden, wanneer de
kleuren niet opeenvolgend zün. Het bieden van
de hoogste kleur is dan altijd foutief, wannier
men verwachten kan. dat de partner de tus-
schenliggende kleur zal bieden. We zullen ech
ter de mogelükheden, die zich hlerbü voordoen,
de volgende maal uitvoerig bekijken. D gelieve
echter intusschen In de practük nog eens extra
op deze gevallen te letten.
In Februari 1938 zal in de Hongaarsche
hoofdstad het eerste dwergencongres plaats
vinden, waarop buiten Europa Zuid-Amerika,
Australië, Afrika en Azië vertegenwoordigd zul
len zün. Het programma, dat de dwergen heb
ben opgesteld en.dat op deze büeenkomst moet
worden afgehandeld, Is zeer omvangrük. Op
het eerste punt zullen het sociale vraagstuk
ken zün, welke In behandeling komen. Verder
verlangen de dwergen ofwel lilliputters, halve
treingelden op hun treinreizen en in de trams
en autobussen, doch anderzüds eischen zü. dat
zü niet als kinderen, doch als volwassenen zul
len worden behandeld door alle personen van
normale lengte. Tenslotte wenschen zü. dat de
betaling der lilliputters op, tentoonstellingen
onder staatsbeheer komt, omdat maar al te
vaak is voorgekomen, dat de directies van cir
cussen en wereldexposlties de lilliputters ach
ter stelden of financieel te kort deden. Ten
slotte zal nogmaals worden besproken de stich
ting van een speciale lilliputtersstad in Hon
garije, het land, waar de meeste dwergmen-
schen leven.
ander? als dat zoo was, met wie dan?
Elke, tot de kleinste beweging, die zü maakte,
droeg er toe bü mün verwarring nog te ver-
grooten maar kon toch niet mün sluimerend
geheugen wakker schudden. Als ik haar eerder
had ontmoet, dan moest het jaren zün geleden,
maar dat kon toch ook niet, want het meisje
was nog heel Jong, twintig jaar volgens mün
schatting. Datzelfde bekende merkte Ik ook op
in haar stem, een volle, heldere stem, trillend
van verontwaardiging, terwijl zü het woord tot
den op de bank liggenden kapitein richtte.
„Welke nieuwe beleedlging wordt mij nu weer
aangedaan, Monsieur?” vroeg zü in het Fransch>
en notitie nemend van Dom, die grinnikend
naast haar stond.
„Geen enkele,” en alsof de officier zich plot
seling zün weinig gracieuze houding bewust
werd, nam hü zün bemodderde laarzen van de
bank en ging overeind staan, met een schün van
beleefdheid een buiging makend. „In het kamp
leven doet zich daarentegen zelden een gelegen
heid voor om eenige hoffelükheld* te betoonen.
Dank den oorlogsgoden zün wü in bezit geko
men van voedsel, van drank, vanr een knap
pend vuur en van een dak. En het zou ons
een groot genoegen zijn, dit met onze schoone
gast te deelen
„Uw gevangene wilt gü zeggen."
„Om de waarheid te zeggen. Mademoiselle, ik
weet nog niet op welke van de twee benamingen
.gü het meeste recht hebt. Wü zün natuurlük
verplicht u vast te houden. Maar als uw verhaal
waar blükt, dan zou het blaadje wel eens
gauw kunnen omkeeren." gestalte zich een weinig op te rtchtet»
Jk ben gelukkig u gezond Ai wel in den
zegen van uw arbeid terug te zien,” antwoordde
ze eenvoudig. En zacht voegde ze er aan toe:
„Vaak dacht Ik aan u, al die jaren.. altijd..
Zonderling is het nu, dat mün man juist u
roept, ik had het nooit gedurfd."
Zü bracht den- heelmeester In de zieken
kamer. De patiënt lag In het breede, diepe bed,
kreunde, steunde, proestte en jammerde.... -.t-
.Een half jaar al lig Ik in dit bed en ik heb twWfelde muwelik» aan, dat hü In zün op-
nog zooveel te doen!”
„U bent wel te helpen, als u mün raad ter
harte neemt en getrouw slikt, wat Ik u voor-
schrüf!”
De patiënt vertrok zün gezicht tot een gri
mas. „Tien jaar lang word ik nu met stekte
geplaagd en nu komt gü me daar In een om
mezien de genezing belovenIk ken uw
kwakzalverüenMaar behandel me gerust!
Heeft het succes, dan zal Ik u betalen, eer niet!”
„Goed,” was het prompte antwoord, „maar
de rekening bepaal ik.”
De zieke werd zandachtig, diepe rimpels kwa
men er in zün voorhoofd.
.En hoeveel vraagt u?” was
vraag jrol argwaan.
Saunders, deze Is
dat ik er noodzake-
hebben, en ik moet
conditie zün om de con-
met de dame te voeren! Lieve hemel,
beelding! t Is toch Jammer haar aan de ge
nade van Lord Hay te moeten overlaten hst,
de glazen en de borden hier neer. Ik moet
“SS41* een mooie kan is het brouwsel waard.
Kampeeren In Vlaanderen zou geen kwaad werk
*ün, als wü lederen avond zoo gelukkig waren
«en herberg als deze te bemachtigen. Ziezoo, de
“fel is klaar, zie ik; zeg luitenant Dorn de
*»«»e dame hier te brengen.”
...^‘daat verdween en liet de buitendeur op
staan In de schamele lichtstralen, die
’an binnen uit vielen, kon ik den schildwacht
op en neer loopen. Ik kon zün ledematen
a*« onderscheiden en Ik zag duldelüker het
!?Ut^ren v*n zÜn sabel, en ergens ver weg
Z. duisternis zong een tenorstem een
geisch lied. Toen Ineens bleef de man staan
te vrouw verschenen tegelijk
De figuur .vertoont 31 vakjes, welke met de
31 in alfabetische volgorde gegeven lettergre
pen moeten gevuld worden. Heel in ’t midden is
de lettergreep noe al op haar juiste plaats
aangebracht. De vulling moet nu zoodanig ge
schieden, dat men een kettlng-serie van 20
drielettergrepige woorden te lezen krügt, n. L:
„Vóór u 300 gulden I” klonk het beslist.
Als dooi een adder gebeten, vloog de patiënt
In zün bed omhoog.
„Bent u gek? ƒ300.— verdienen zes raads-
heeren nauwelüks samen in weken!”
,Ees raadsheeren te zamen zullen u ook niet
genezen! Laat ze anders maar gerust eens pro-
beerenl”
„ƒ300.— is een vermogen.”
.Juist groot genoeg om uw
houden.”
,HÜ anderen doet u het toch goedkooper..ham, die haar liefheeft
Zelfs wel voor niets, naar ik hoorde
digen,” zei Awlright lachend, „want juist aoo-
lang zün wü op marsch geweest, zonder dat
zich één enkele bloode Franschman heeft laten
zien. Mademoiselle, misschien zou u ons kun
nen vertellen, waar ae dekking hebben ge
zocht?”
„Ik zou het misschien kunnen, maar ik ben
het niet van plan, t Is mün Idee, dat gü op
eigen risico suit handelen.”
„Mogen de góden ons genadig zün! Hét heeft,
tot nu toe veel van een vossenjacht gehad en
ik ben zelfs vergeten, dat ik een soldaat ben.”
„Dat is nog niet alles, wat gü vergeten hebt.
Monsieur."
„Oü doelt zeker op het heer-zün. Op mün
woord, dit is niet meer dan een gezichtspunt.
Volgens mü hebt gü niet veel reden om te
klagen. Natuurlük staat gü onder toezicht. Ik
kan toch onmogelük anders doen ten opzichte
van iemand, die in het geheim onze linie tracht
te doorbreken. Mün orders laten aan duldelük-
heid niets te wenschen over en Lord Hay ts
niet iemand, bü wien men met verontschuldi
gingen moet aankomen. Ik ken mijn lesje.
Madam. Toch zult gü moeten toegeven, dat
Ik u behoorlük heb behandeld en dat geen
enkele mijner mannen ruw tegen u is opge
treden. Ia het niet zoo? Waarover beklaagt gü
u dan? Misschien omdat ik u gevraagd heb
ons geselschap te houden bü het beste maal,
dat ons sinds een-maand is te beurt gevallen?”
„Gü hebt mü niet gevraagd. Monsieur, gü
hebt mü gedwongen. Toen ik verontschuldiging t
vroeg, dreigde men mü en werd ik gedwongen
bier te verachünen.” (Wordt vervolgd.)
I „Kan best zün, maar nu doe ik er geen cent
I van af.”
I Na lang lamenteeren legde de patiënt er zich
tenslotte bü neer. Dat was de eerste bittere pU,
welke de oude egoïst te slikken kreeg.
Wat de ziekte zelf betreft, Paracelsus had
direct geconstateerd, dat alleen veel te over
vloedig eten, traagheid en arbeidsvrees daarvan
de oorzaak waren. Hü gaf den zieke eenige pil
len uit z‘ a medicünklst en schreef hem voor,
zich geheel te onthouden van wün. en inplaats
daarvan kruidenthee te drinken, matig te leven,
één dag in de week te vasten en lichamelüken
arbeid te verrichten.
De raadsheer spuwde gal en venün.
.Dulvelsche kerel...." tierde hü.... Joop
naar de hel.”
„Als ik er niet van overtuigd was, dat u aan
een ernstige ziekte laboreert, zou ik u beleefd
uitnoodigen mü te vergezellen.”
En sonder den man verder een blik waardig
te keuren, verliet dokter Paracelsus het vertrek.
Voor de deur van de ziekenkamer greep me
vrouw Ochser de hand van den meester. „We
hebben nog een zieke in huis,” fluisterde ze.
„Volg me alsjeblieft.”
Het eenigste kind was al maanden bedlege
rig. Met een blik op het witte gezichtje nam
Paracelsus de fijne, smalle hand in de züne en
keek haar langden haast ontroerd in het ge
zicht, waarin hü de edele trekken van de moe
der terugvond. Voor hü zün diagnose gesteld
had. verliepen er vele minuten, maar toen stond
het voor dokter Paracelsus onomstootelük vast,
dat zich aan lichamelüke zwakte een geestelüke
ziekte paarde.
Dokter Paracelsus zou dokter Paracelsus niet
zün geweest, als hü er niet achter was geko
men, dat Ochser besloten had, zün dochter met
den rüken specerüen-handelaar Amtor te laten
trouwen. Het meisje daarentegen beminde den
magister Carolus Maediclus vurig.
,De geschiedenis herhaalt zich” zegt bet
spreekwoord, „maar bet sou me een lief ding
waard zün het nu eens te logenstraffen”. Dit
was de gedachtengang van den geneesheer in
de komende weken. En wie de beslistheid en de
sterke persoonlükheld van den dokter kende.
10
16
noe