OEFENWEDSTRIJD VAN HET BONDSELFTAL W Loontje komt reet RW ®W. W r.ra w A “n om zijn boontje v; Zoekt gij betrouwbaar Personeel? In Hf Een leuk Kunstje if W V i-X-K ‘S.-XOh V voor 80. Plaats dan een „Omroeper” gezinnen I r ft Hef verhaal van Bram ft - 1 -I f r e y t J I i™ 1 7 Een vreemde vogel Tïg I k;wt Vwi Vleiend Bï* yjx:^ B i 'I ^^17^ 9 DE VJ>D. De automobieltentoonstelling te Berlijn in wording. Ken wagen In doorsnee 4g t< ton ring derii ach voor de I treft reed. ||K üBÉO ij - DONDERDAG XI FEBRUARI 1998 1 IM'X-Xiöi. x. TV» A- f i 1 M W f s- I 1’. Sari PIKT BROOS O i «S5^ >7. |C n mi kwa Tere «ak< De aan hreel «telte toch «tl 33 te be da <U< me C Me nq uui om rer he Z mo Wllhelmsen te Oslo, Ktrdsoe voor do pTM i op» n A 0 4 te ‘XS5* Vogd toe •*«-• ka». Por K-LM.-idlegteij werden -Croydon qvergebracht t worden Z. kelfj -'Ha'. tor* h fa bl Pi te n ff M Ves vtoj B i ten. Hjk Ne - de de te tegen dat i (edai Jtege werk] •uUa Lie gevta aangt een wel o recht f Wat bet be aldus: heden »en te niet al •trafba leen t porder •mak kring i oordeel bekflke «de j hoort l is de allen een gon: „De waardige FOTOREPORTAGE in. Daar kwatn hef ekstervrouwtje thuis. ‘„Vrouw,” zei de ekster, „ik heb den dief ontdekt.” „Wie is het?" vroeg de vrouw vlug. „Gladaard, die hier beneden woont te Dq Neder lendache sohaatsenrjden Lengedijk vertrokken Woerva- Leteond voor de IMornoMo- De wieg, welke door het Poolsche Staetsboschbeheer aan H. K. H. Prinses Beatrix is geschonken, is Woensdag ten palelze Soestdijk door de Nederlandsche vertegen woordigers van het Poglsche Staetsboschbeheer aangeboden Klein meisje komt aan het loket en vraagt voor de vierde maal, wat een kaartje naar Zandvoort kost. Weer vertoont de beambte toch en zegt onge duldig: „Dat Nteb ik je al driemaal gezegd". ,4a mijnheer, maar mijn broertje Jan vindt het zoo aardig, als u weer voor t hek komt; t is net a|s in Artis”. uit de voeten maken. Maar net kwam tea Ekster aangevlogen. Die zag den leelijk^ roover en pikte met zijn sterken snavel naar de oogen van de dievegge. Die liet zich naar beneden gljjdei Daar kwam het e Wat ben km tre ten nu: team b Aai brei* Neem drie glazen en vul die alle drie balt met water. Verder neem Je een stuk goed stevig papier van ongeveer 10 c.M. breed en 20 cJd. lang. Nu leg Je het papier op den rand van twee der glazen en zet het derde glas op het papier (zonder het los te laten). Ieder een ziet dan, dat het papier doorzakt en het glas zou vallen als je het los liet. Je schuift de glazen wat dichter bij el kaar en probeert het nog eens, maar weer zakt' het papier door. Dan neem Je het papier weer van de gla zen, legt het op tafel, zet er ook het derde glas bij en zegt tegen Je vriendjes: ziet, dat het papier doorzakt en het glas dus zou vallen, als ik het losliet en toch is het mogelijk het glas op het papier te zetten. Wie van Jullie kan het doen?" Ze gaan dan allemaal probeeren, maar lukken doet het niet en ten slotte zullen ze zeggen, dat het ónmogelijk is. „Ónmogelijk?” zeg Je, „dat denk je maar; wil ik het Jelui eens voordoen?” En dan neem Je het papier, vouwt bet over de lengte in plooien, zoodat het er uit ziet als gegolfd plaatijzer, waarvan ze wel daken van schuurtjes maken, trekt de plooien weer uit elkaar en legt het dan zóó op de beide glazen. Het half met water ge vulde derde glas zal er, dan gemakkelijk op gezet kunnen worden. Nog even een goede raad: Repeteer het kunstje eerst eens voor Jezelf, vóór je het aan je vriendjes laat zien Je bent dan zeker hoe je het doen moet en mislukken is uitgesloten. Hai B660 tea awtmUe aas. .Trafalgar», bij de Ned. Scheepsbouw ba Amsterdam gebouwd voor Wl Membreg op weg neer de ■V dan légl sfj haar sieraden en paarlen hals snoer steeds in een hollen boom, die niet ver van den oever staat.Ga daar nu in dien boom zitten en steel het paarlen hals snoer. Van den boom echter tot aan de wo ning van de slang moet je telkens een pa rel laten vallen. En de rest van het snoer in het nest van de slang leggen. Daarna wacht je maar af wat er gaat gebeuren.” De ekster bedankte Relntje voor zijn goe den raad en vloog in den hollen boom, waar niet lang erna vorstin Leona met haar gevolg arriveerde. Zij legde haar sie raden werkelijk op de aangeduide plaats en pa Ekster stal het snoer met witte paarlen en deed vervolgens precies wat Relntje de vos hem aangeraden had. Na het bad miste de koningin haar paar len. Zij brulde van woede en beval haar ge volg In alle richtingen In het bosch te gaan zoeken. Het was overbodig. ^Want een van de bedienden had reeds Iggn parel gevonden en een eind verder weer een en zoo vonder^ ze er telkens een tot aan de woning van Gladaard de slang. In haar nest vonden zij de overige parels. „Dus de dievegge heeft zich zelf verra den,” zei de leeuwin, „we zullen wachten tot zij thuiskomt.” Toen Gladaard thuiskwam, werd zij ter stond gegrepen'en lybaart, de kater, trok zijn zwaard en hakte de slang den kop af. Nu konden de dieren In den omtrek weer In vrede leven. Want niet alleen de ekster- famllle had last van haar. En enkele weken erna werd de wensch van moeder Ekster vervuld en kon zij voor vier kleine eksterjongen zorgen, die hun zachte donslijfjes tegen haar vleugels drukten en waar we zoo bevriend mee zijn. Maar we zullen ons wreken. Als ik maar wist hoe!” „Hoe la het mogelijk,” antwoordde de ekstervrouw, „en zij kwam ons vorigen keer nog wel condcrieeren met het verlies van ons broedsel. O, wat een valschaard. Ga maar gauw naar Relntje, den rechter, die weet overal raad op!” Vader Ekster vloog „vliegensvlug” naar Relntje, aan wien hij het geval voorlegde. JZoo, zoo,” zei de vos, „hm, hm, nou daar moet Ik eens een tijdje kalm over na denken." Hij kroop in zijn hol en dacht een poosje met zijn oogen dicht na. Toen kwam hij weer te voorschijn. „Gladaard moet gestraft worden,” zei hij tot den ekster, „want Ik geloof niet dat we haar met woorden tot andere gedachten kunnen brengen. Ja, zij zal wel duizend maal beterschap beloven, maar Ik meen den aard van een slang beter te kennen. Luister dus goed, naar wat ik Je opdraag. Hier in de buurt Is een groote vijver, lederen morgen komt koningin Leona, de leeuwin, daar baden met haar gevolg en Oomi scoort het derde Nederlandsche doelpunt tijdens den oefen wedstrijd, welke het voorloopig Nederlandsche elftal Woensdagmiddag op Spangen tegen den Engelschen derde klasser Newport County speelde t Met «Mcd hreft h W de «*Mt |co|> VA.* kiwi-kiwi ‘J Hij kan plet vliegen en mist den kam op het borstbeen, die voor vliegende vogels zoo kenmerkend ls‘ (Flg. 2). Daarom wordt hij bij de loopvogels gerekend, waartoe ook de struisvogel behbort, maar de Uwi kiwi is lang niet zoo groot. Men heeft mij ver teld, dat hij niet grooter is dan een flinke kip. Zijn veeren zien er net uit als haren, zijn pooten zijn dik en zijn snavel is lang' Waar de snavel aan den kop zit, heeft hij lange tastbaren (Flg. 3). Die snavel heeft nog iets heel bizonders, dat je op de plaat goed kunt zien: de neusgaten, die bij de meeste vogels bovenaan den snavel zijn ge plaatst, zitten by den kiwi kiwi aan den punt. Een staart houdt de vogel er niet op na. De pooten zijn wel kort, maar van ste vige teenen en graafnageis voorzien; Achter aan den poot bevindt zich nog een teen, die niet op den grond komt, maar wel van een stevigen klauwachtlgen nagel is voor zien en daardoor doet denken aan de spoor van een haan. Tweemaal per jaar wordt een ei gelegd.” ,Js dat de reden, dat de kiwi kiwi uitsterft?” vroeg Rob, die zich nu herinnerde wel eens lets over den kiwi kiwi op school te hebben gehoord. „Een van de redenen,” antwoordde Bram. „Een an- derais, dat de menschen ze jagen. Dat de den de inboorlingen vroeger al om van de huiden mantels te maken. De Europeanen Jagen ze, omdat het zulke vreemde dieren zijn. Ook de op Nieuw-Zeeland Ingevoerde en verwilderde, katten doen hun veel kwaad. Vlug is de kiwi kiwi wel. Hij springt over hoogten van meer dan een halven metér. Als een rat sluipt hij in de scheme ring rond, stil, geruischlooe. Als hij stil staat, heeft hij de gewoonte zijn hals In te trekken en lijkt dan heelemaal rond. Om te eten stoot hij zijn langen snavel diep in den grond, tot aan den kop. Meestal trekt hij den snavel terug met een worm er In, die hij voorzichtig beetpakt, om hem nlet in stukken te doen vallen. Heeft hij zijn bult op den grond gelegd, dan werpt hij hem met een ruk omhoog en slikt hem in. Behalve van wormen, leeft de kiwi kiwi van insekten en van tijd tot tijd slikt hij, evenals de kip, steentjes in. Als hij kwaad wordt, stampthij met een poot op den grond. Daar de kiwi kiwi pas In de scheme ring voedsel gaat zoeken, brengt hij den dag door In een zelf gegraven hol en wel het liefst onder de wortels van een grooten boom. BH deze vogels broedt alleen het wijfje. Er zijn wel vijf soorten kiwi’s be kend, alle 'op Nleuw-Zeeland, in de meest ontoegankelijke bosschen.” Mlentje wou weten, waarom het dier dien elgenaardlgen naam kiwi had gekregen. Gelukkig kon Bram haar Inlichten. ,De naam kiwi kiwi Is overgenomen van de In boorlingen, die opgemerkt hadden, dat de vogel In den arend vóór middernacht een eigenaardig roepend geluld mAakt, dat het beste met „kiwi kiwi” overeenkomt.” Eve lien wou weten hoe de vogel van kleur was en of er niets gedaan werd om het uitster ven van deze vogels tegen te gaan. Over het eerste kon Bram haar Inlichten; de kiwi Is bruin van kleur. Pas In het begin van dg negentiende eeuw heeft men den vogel ontdekt. Op de tweede vraag wist hü geen antwoord. Allen waren het er over eens, dat zij weer een gezelligen middag hadden gehad. Nadat er besloten was nog even een brief aan Henk te schrvijven en allen daar hun bijdrage toe geleverd hadden, ging de club uiteen. A. U •w-a rgens, hier ver vandaan, lag een dicht H en donker bosch, waar talrijke dieren *ln vrede en vriendschap bij elkaar leefden. Pas hadden zij aan koning Nobel nog plechtig beloofd elkanders rechten te eerbiedigen, nooit meer te vechten onder ling en elkaar zooveel mogelijk behulpzaam te zijn. Maar in datzelfde bosch leefde Gladaard. de slang. Haar huis was gebouwd In een hollen boom, omgeven door varens en dicht, struikgewas, waartusschen zij ongezien op de loer kon gaan liggen om argelooze kleine dieren, die voorbijkwamen, te beslui pen en op te eten. Boven in den boom had een ekster zijn nest gebouwd. Vredig woonde hij er met zijn vrouwtje en al spoedig lagen drie ge spikkelde, grauwe, peervormige eitjes In het nest. De slang lag op de loer, te wach ten op het oogenblik, waarop de twee ek sters even het nest zouden verlaten. Dat gebeurde niet lang erna en vlug als de wind slingerde de slang zich om den stam naar boven en stal de drie eieren, die zjj in het donkerste van haar hol oppeuzelde. Toen de eksters terugkwamen, waren de eieren verdwenen en diepbedroefd zaten ze op den rand van het nest. „Och, och,” zuchtte het ekstervrouwtje, „nu heb ik over een tijd geen kleintjes om te verzórgen. Wie zou die brutale dief zijn?” „Ik weet het niet,” antwoordde de ek ster, „maar gelukkig is bet nog vroeg In het voorjaar, laten we maar aan een nieuw broedsel beginnen.” Een tijd later lagen er weer vier gespik kelde eieren In het nest. Het ekstervrouw tje was reuzebUj en droomde van donzen kindertjes, die zij onder haar vleugels zou kunnen koesteren en’ verzorgen. Maar de droom bleef een droom. Want de verraderlijke Gladaard zat te loeren op een gunstige gelegenheid om ook deze eieren te stelen. Dat was nu niet zoo gemakkelijk, want de vogels gingen niet ver van huls, efwel de een bleef thuis, ter wijl de ander voedsel zocht. Maar op een keer waren ze allebei even weg en daar had de slang al dagen op gewacht. Snel en ge- ruischloos werkte zij zich naar boven, greep ma d tuÉscten Jtiur tonden en wilde zich T200 kuikens UlMon naar Engeland. Woensdag van Schiphol 1200 kuikens naar Croydon gvorg voor de verbetering van den Engelschen veestapel. De kuikens in hot vliegtuig geladen ■j—w ram’s vacantle was al vroeg begonnen en hij was te logeeren gevraagd b(j de familie Van Voorden. Natuurlijk moest de club Vereeniglng Plant en Dier” van deze zeldzaam voorkomende ge legenheid ffroflteeren, om Bram weer als van ouds iets te laten vertellen. *t Was wel repetitletljd, maar één middag kon ieder een zich toch wel vrij maken. Zoo zaten ze in afwachting, toen Bram met een dik boek onder den arm binnenkwam. „Over grelk kolibrietje zul Je het vanmiddag hebben?" „Over geen kolibrietje,” gaf Bram ten ant woord, „maar wel over een van de merk waardigste vogels, die op twee pooten rond- loopen.” „En op twee vleugels rondvlie gen?” vroeg Kees, die een grapje wilde ma ken. „Mis man, de vogel, waar ik over wil spreken en Jullie een paar plaatjes van wil laten zien, kan heelemaal niet vliegen. Het Kiwi kiwi”. (Flg. 1). Nu schikten beetje dichter bij en Bram be- klwl kiwi 14 een van de merk- bewoners van Nleuw-Zeeland.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1938 | | pagina 4