<Kd vetóaal van den dag i Oostenrijk is ten ondergegaan FAMEL SIROOP Politiek en historie F 750.- -SHEA GEEFT AlLEN Steradent lil pan de lersche Brigade --i DONDERDAG 17 MAART 1938 BOEK EN BLAD Gastronomen OOOR RANDALL PARRISH i I UW KUNSTGEBIT AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERUES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL tXi o 6 Door KMX» tandartsen aanbavoiaa den Enkele 'j NISUWS UITGAVEN Een I g I I, werken door krachteloos (Nadruk verboden). XXV (Slot volgt). I I l HET ZONNEGLOREN VAN DEN DAG VAN MORGEN Italië liet bij levenslange geheels verlies van belde armen, der nadat Paedagegisch «tadieboek voor de N-akten, deel I. de boofdlünen van het opvoedkundig den ken na 1750, door P. de Rljcke, uitgave F. Noordhoff, Groningen. ■- I I I *inr«i ten behoeve nm de door ir. J. C. van Schoonne- veldt, uitgave H. Veenman en Zonen, Wage- ningen. o Drie .Je trot hem. „En om jhUie de kans te ontnemen, haar ml) te ontfutselen, zooals jullie geprobeerd hebben. Ik vond het gemeen van je maar.misschien had Ik In dit geval hetzelfde gedaan." Hü wenkte den kellnert. „Twee flesschen champag ne, ober!" derademhal lagsarganen KUMS *LACON 1.1» MOOTS FLACON 1.VO traagheid aan het Mussolini triomfen wordt als nieuw door SageWkseM behandeling met Ininder op een onwrikbaar besluit dan op berust, slechts triomfen bereidt geweld van den tegenstander, en Hitler hebben een reeks gekend, omdat de andere mo gendheden de „democratische en vrede lievende” hun weigerden, wat zjj toch niet vast besloten waren hun te onthou den. ZU vernetten zich juist genoeg, om het breken van dit verzet tot een roem rucht evenement te maken, en lieten het dan Inderdaad breken. Tot de glorie van het geweld hebben zij op die wijze het hunne bijgedragen. Kan men zich inden ken. hoe Europa er uit zou zien, als men aan Brünlng de helft had gegund van wat men Hitler heeft laten nemen? Heel langzaam kwam Ik tot het bewustaljn terug, om het gouden zonlicht op de steenen van den muur te zien schijnen en het aantrekkelijke gezicht van Mademoiselle met een blik van hartelijke toegenegenheid over mij te zien heen- gebogen. Haar handen hielden de mijne omvat en toen Ik probeerde te glimlachen, kwamen de woorden haar als vanzelf met oustuimigen aan- vend te lichaam? bouwkoorts voor Hitlers bezoek haar wenteling niet kon stoppen en omkeeren, toen Juli *34 zich herhaalde en Oostenrijk wankelde. Hij betaalde Vrijdag U. den prijs van Abessinlë. Italië heeft nu tachtig millioen Dultschers als buren gekregen, terwijl het zelf boven dien eenige honderdduizenden van hun stamgenooten regeert, op wie menige pas sage uit Hitler’s proclamatie van toepassing zou kunnen worden. Daaraan verandert het vriendenbriefje, dat Hitler door den prins van Hessen naar Rome liet brengen, weinig of niets. Duitschland erft de rol van Oostenrijk en politieke.erfenissen gaan over zonder beneficie van inventaris. De betui gingen van „heeren onder elkaar” betee- kenen in den loop der jaren niet veel tegen over historische en geografische feiten. Men zou Hitler’s briefje, dat den feodalen wil van den heerscher stelt boven de na tuurlijke gegevens en den historisehen drang van rassen en volken, zelfs merk waardig on-nationaal-socialistisch kunnen noemen. De nieuwe verhouding tusschen Italië en het Duitsche rijk is een feit, ook al draait de as, op kracht van de fascistische ideologie, voorloopig vroolijk voort. „Zljt gU dan geen oogenbllkje bü mij vandaan geweest?” .Neen, Monsieur, ik kwam hier toen gij neeV- vleit Het greep mij zoo aan; ik dacht aan niets dan dat gij daar gewond neerlag.... dat ik hier alleen achterbleef. Maar.... maar ik ben toch bang, dat Charles dood is, hu ligt zoo stil." Het gezicht van Charles d’Enville rustte op zUn eenen arm; zün beenen waren onder zijn lichaam opgeschoven. Ik legde de paar schreden af, die mü van hem scheidden, en stapte daarbij over een in lompen gekleeden boer, en onder zocht hem nauwkeurig. Een enkele blik was voldoende; een zware slag van achteren had hem den schedel gekloofd. Ik haalde diep adem en durfde het meisje bijna niet aan te zien. ,Js hU dood, Monsieur?” .Helaas Ja. Mademoiselle,” gaf ik fluisterend ten antwoord. „Maar hij ia getroffen zooals hjj zelf wel gewenscht zal hebben." Sedert meer dan 30 jaar wordt Siroop Famel door doktoren gewaardeerd als een betrouw- baar geneesmiddel ter bestriding van HARDNEKKIGE HOEST, BRONCHITIS veel pUn en mUn geest was nog altüd niet tot rust gekomen. Maar toen mijn oogen over de dakruimte heen dwaalden, die nu in het volle licht van den dag lag. begon er iets in mUn bloed te werken. Ha! het was een gevecht ge weest, lederen krUgsman waardig, een wapen spel. waarover men in het kamp en aan het hof kon spreken, zonder dat men behoefde te vree- zen geen luisteraars te vinden. D’Enville had. voor hü gevallen was, zich als een onverschrokken strUder doen kennen, en ik had ook met eer aan het gevecht deel genomen. De beweglnglooze lichamen van de mannen lagen daar bU elkander gegroept, juist als »U waren neergeveld hier, dicht bü de plek, waar ik stond, de mannen, die de kracht van het oude wapen van den Chevalier op zich had den voelen neerkomen, en daar, verderop, die meer In de achterhoede hadden gestreden. Ik zag Jules* gezicht, met den zwarten baard; het scheen of hjj zelfs In den dood nog zuur keek, en de lUkkleurige trekken van den «f- schuwelUken dwerg, wiens dunne lippen tot een grijns waren verwrongen. En d’Enville.... „Uw broer. Mademoiselle vroeg flt met bevende lippen. ,Js hU nog In leven?” ,Jk weet het niet. Monsieur; ik heb nog geen tijd gehad te gaan kijken.” en de torentrap in. Het vage licht van den i aanbrekenden dag toonde ons het rimpelige ge- zicht van Francois; de man had een geweer in zUn handen. Maar al was hu ook gewapend zUn houding was echt de houding van iemand, die besluiteloos is en buiten zichzelf van schrik. De plotselinge dood van de Saule had ongetwU- feld zün vechtlust aanmerkelUk bekoeld. Ik gaf hem trouwens geen bedenktUd en sprong op hem af. HU draalde zich om, snelde de trap af, doch struikelde en verloor daarbU zijn ge weer. St. Anne! Ik zou hem zeker geraakt heb ben als ik niet over een stuk van d’Enville's weggeworpen wapenrusting was komen te vallen! ongeschiktheid tot werken door Bs* Ml eest gncovM EM* p4 a, beide Mmira of belde oogen vv.’ toodehjkm afloop GUU. -j- -r it Oostenrijks schielijk einde zon- I der twijfel het grootste gebeuren sinds den wereldoorlog van welks historisehen achtergrond wU enkele aspec ten hebben trachten te belichten, is voor de Europeesche politiek menige les te trek ken. Hier mogen nog twee overwegingen kort worden aangestipt. De eerste is de onvruchtbaarheid van een negatieve politiek, die zich uitput in een nlet-willen. Tegenover den drang tot aaneensluiting,'die machtig bleef, óók toen hij slechts van één kant kwam, hebben de mogendheden, wien OostenrUks bestaan zoo dierbaar heette, slechts een verbod gesteld, maar niet de schepping van positieve krachten zooals de restauratie dat zou geweest zijn toegelaten. Het resultaat kenmerkt de methode. De tweede is, dat een conservatisme, dat Onze Amphibieën en reptielen door J. O. Th. van Nes, korte beschrijving van uiterhjk en leef wijze van alle Nederlandsche amphibieën en reptielen met 22 penteekeningen van A. O. „Ik heb alle drie hetzelfde antwoord gege ven „En dat is?” onderbrak Peter haar, onbe leefd wordend door zün angst. .Dat ik niet verkies te veranderen.” Toen keek Roeien naar den grond, om haar blos te verbergen. En Peter' verloor ook nog het restje zelfbe- heerschlng en sloeg zün armen om haar heen, zeggend: .Roslen, ik had Je al lang een vraag willen stellen.... Of je met mü aoudt.... of wU samen niet zouden kunnen trouwen?" „Ik wil wel," zei Roeien. „En zelfs niet liever dan dat.” „Wat zullen ze opkUken!” triomfeerde Peter. .Ja. ik laat mU door, die lekkerbekken onder de duiven schieten." .Hou je dan van me?" ,Ja, ja, natuurlUk. We waren het er allemaal over eens, dat je niet leelUk bent. Wat een heerlUke feestdag voor me, kind!” Den avond daarop vertelde hü zün vrienden, stil genietend van zUn triomf, maar met een ernstig gezicht: ..Binnenkort vertrekt mün huis houdster." „Vertrekt ze?” vroeg het drietal, elk voor zich hopend, dat Roslen zUn aanbod toch aan vaardde. ,Ja, naar.... Zwitserland." Ze vielen terug in hun zetels. .Naar Zwits..? Hoe komt ze dtartoe?" „Op huwelUksrels.” „Wat zeg je?’ ,Ja. met mü.” Peter klopte zich op de borst en stak toen zün duimen in de armsgaten van zUn vest. HU stond daar als overwinnaar. .Prachtig geleverd, niet?" aasde gezichten staarden hem aan. alleen voor je maag,” verweet men hield zUn lippen stUf opeen geklemd, ter- W *Un tastend en zoekend staal het müne JMte met die zachte, verlokkende streellng, op een doodelük treffen wUst. En Ik drong hem zonder mededoogen terug en noodzaakte <C1' zich te verdedigen en liet hem geen ge- •etenheid voor een aanval. Het was toestooten pareeren, onrustig en gejaagd sprong het »an den een op dat van den ander over. ke*r maakten wU een ronde en deden ~J*tWefs moeite om doel te treffen; ééns raakte •Ijken J*®*1 stroomde te digen opvolger o verblijven? De vraag schijnt op heden slechte een teleurstellend antwoord te kunnen vinden, wanneer meu het exclusieve nationalisme en de rassen gedachte, die het Derde Rijk inspireeren, vergelijkt met die Idee der oude monarchie. Maar de wegen der historie liggen niet altijd aan de oppervlakte; en de geest ver gaat niet. x-'w p het derde der historische processen, f I waarvan wij gewaagden, is intusschen reeds terloops de aandacht gevallen. Het is de'positie van Italië in Europa, onaf scheidelijk saamgevlochten met zijn ver houding tot Oostenrijk. De geschiedenis van de wording naties in de negëntiende eeuw. Napoleons ploeg over Europa gegaan was, is voor Italië een geschiedenis van op standen eerst en later oorlogen tegen Oos tenrijk, meest in verbond met Pruisen, of met Frankrijk. Geleidelijk brak Italië het Oostenrijksche gezag over zijn noordelijke landstreken af. De erf vijandschap tegen Oostenrijk was ook de grond, waarom Italië in 1914 zijn bondgenooten niet volg de en zich in *15 bij de geallieerden aan sloot. Hét groote effect van den wereld oorlog was de vernietiging der Donaumo narchie; daarom beschouwen de Italianen zich als de groote overwinnaars in dien oorlog. Na St. Germain en Trianon zocht Italië over Oostenrijk en Hongarije heen de rol der oude dubbelmonarchie in Oost- Europa en Donaugebied over te nemen. De „Anschluss”, waardoor opnieuw een groot Duitsch rijk dicht bij de Adriatlsche Zee en den Brenner zou komen te liggen, was dan óók het schrikbeeld, dat Musso lini’s Europeesche politiek beheerschte en hem nog in Juli ’34 bewoog om den oorlog tegen Duitschland te riskeeren. De Ita- liaansche bladen herinnerden zich destijds, dat de Duitsche keizers der middeleeuwen hun burchten over heel Zuid-Italië bouw den en zich in Palermo lieten krotten, maar schreven zij het was hun slecht be komen. Toen Mussolini tot uitvoering van zijn Abessinlsche plannen schreed, dacht men vooral In Parijs, dat de zorg om Oostenrijk hem ervan zou weerhouden, in kl te diep water te gaan. De Duce deed toen echter de gedenkwaardige verklaring, dat zich niet voor eeuwig als waakpost vastnagelen aan den Brenner. De Abessinlsche oorlog bracht vervreem ding van Engeland en Frankrijk en nood gedwongen heul bij Duitschland. De „as” kwam tot stand en zij draalde zóó glad en snel, dat zelfs de Duce met Rome in ,Ach, Monsieur! Wat was het toch vreeselük u in dien toestand te zien! Ik wist niet, wat ik moest beginnen, en hoe ernstig gU gewond waart.” „Ba, het heeft niets te beteekenen, gU maakt er te veel ophef van," gaf ik ten antwoord, een beetje beschaamd over mUn onhandigheid om over dat ding te struikelen en mü inspannend om overeind te gaan zitten. ,Jk struikelde als een lompe boerenjongen en viel, en het kwam leelijk aan op mün hoofd. Ik ben er nog een beetje duizelig van, maar het heeft toch niet veel te beteekenen. Is de laatste man er van door gegaan?" Monsieur, ATT TT A 9C °P «Ut blad zUn ml^olge de verzekerlngsvoorwaarden tegen /Al «I «r, MDX-/1 v 1 wj_4 O ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeerlngen a dolf Hitler heeft Zaterdagavond te Linz den grootsten dag van zijn X*- fantastische leven gevierd. Hij voeg de zUn geboorteland, de Duitsche resten der Oostenrljksch-Hongaarsche dubbel monarchie, bij het Duitsche Rijk, waarvan een grondeloos diepe revolutie hem tot jieerscher maakte. Men kon het ditmaal wel begrijpen, dat hij zooals menigmaal te onpas van ^voorzienigheid” gewaagde, terwijl hij met één slag van zijn onbedreven handen een schakel dichtsloeg, die eeuwen van ge-1 ichledenis verbindt. De vroegere schilders gezel, de slaapgast uit dakloozentehuizen. nam daarmee een plaats in in de rtj der keizers, die de Duitsche geschiedenis heb ben gemaakt.... en gebroken. Het persoonlijke en zelfgevoellge ,Jk”, I dat in de redevoeringen van den „Führer” den laatsten tijd een steeds grootere plaats inneemt, klonk Zaterdagavond door de luidsprekers heftiger en heescher dan ooit. Het was op de eerste plaats zijn eigen kwelling, die gedelgd, zijn eigen droom, die verwerkelijkt, zijn eigen lot, dat vervuld werd. De verdeeldheid der beide Duitsche rijken was van zUn jeugd af voor zijn, in primitieve politieke vormen denkenden geest, het groote probleem en de groote drijfveer geweest; het moderne jargon zou het misschien een „complex” noemen, alsof dat woord iets verklaarde. Misschien kan men zeggen, dat Hitler Zaterdag zijn levensdoel heeft bereikt. e I samenwerking met Italië en Hongarije aan vaardt (en die daarom *t verwijt moet hoe ren, dat hij de Oostenrijksche stambroeders in Zuid-Tirol verraadt) voert een autoritair bewind en sneuvelt op 25 Juli 1934. Musso lini zendt troepen naar den Brenner en redt Oostenrijks bestaan. De mogendheden zijn verheugd, maar tegenover den econo- mlschen druk, dien Duitschland uitoefent, stellen zij geen tegenwicht. Schuschnigg, kanselier sedert 30 Juli *34, zoekt een ba lans tusschen Italiaanschen en Dultschen invloed en sluit op 11 Juli 1936 een verzoe- ningsovereenkomst met Berlijn. Tusschen dit verdrag en de Romeinsche protocollen hangt verder Oostenrijks hachelijk bestaan. De politiek van de as Rome-Berlijn schijnt op Oostenrijks onafhankelijkheid als voor waarde gegrond, maar doet in werkelijkheid de spanning van het koord, waarop Oos ten rijk danst, verslappen. Schuschnigg. tracht de inwendige kracht van het land met een uiterste inspanning te consolidee- ren. Met succes? Op het oogenblik, dat hij de proef probeert, marcheert Hitler; Musso lini ziet toe, de mogendheden protesteeren met woorden. Duitsch-Oostenrijk is verdwenen en daar mee voor het oog althans een groot ideaal. ^Ia, Monsieur, ik heb hem niet meer ge zien.... maar gU--*- gi) zift leelUk gewond, ik zie van alle kanten bloed." .Niets dan schrammetjes. Mademoiselle, die met een beetje water weer in orde komen. In het garnizoen was Ik andere toestanden gewoon, al was het dan maar bU een schepnpartu. De Saule was de eenige onder hen, die met het zwaard kon omgaan; hU heeft mU aardig wat te doen gegeven. Ik zal nog even de hulp van uw hand behoeven om weer op mUn beenen te staan.... ha, ik voel het «d, ik zal zoo aan stonds weer de oude zUn.” ZU steunde mU een weinig, daar ik nog een beetje onvast op mijn beenen stond; ik had nog De beteekenis der veerserg in de heelkunde, rede uitgesproken bU de aanvaarding van het hoogleeraarsambt aan de RUksuniverslteit te Groningen op 19 Februari J.l. door dr. L. O. Eerland. Uitgave J. B. Wolters, Groningen. toumooi; het aangroeiende daglicht tintelde op de blanke bladen, terwUl zU zich rusteloos op en neer bewogen. Zeker, hU was de sterkste van ons tweeën en het knapste in den strQd, maar ik had mUn jeugd voor, een zekere roekeloosheid en een meer geoefende pols. HU vocht ais een duivel, maar toch wist ik hem langzamerhand terug te «rin gen, zoodat hu ten slotte geheel tegen den muur stond aangedrukt. En daar kwam de twee- strüd tot een eind hu met hooge stootplaat om mUn schUnaanval op zUn rechterschouder af te weren, ik met de punt van mUn stalen blad op zUn hart gericht. De stoot, trof doel, zUn zwaard viel kletterend aan mUn voeten neer en zUn lichaam zakte ineen. Een oogenbllkje stond ik naar *t beweglng looze lichaam te staren; ik omknelde het ge vest van mUn zwaard en waggelde op mUn beenen els een dronken man. Alles was zóó vlug in zUn werk gegaan, dat het mU als het ware duizelde.... een minuut geleden vocht hü als een krankzinnige en nu lag hU aan mUn voeten zonder eenige leven. .Monsieur.de andere mant" Haar stem wekte mU uit mUn gepeins. Ik keek om mU heen en maakte het blad van mUn zwaard vrij; het bloed drupte neer van .Hoe oud is ze?” „VUf en dertig," antwoordde Peter. „Weduwe?” .Neen. Nog Jonge dochter.” „Geen onaardig gezicht. Je zoudt zeggen, waarom is zoon meisje niet getrouwd? ongelukkige liefde misschien?” „Waag een botje, RlndUk,” grinnikte Blaats. ,Jk zou het met Werters aan den stok krij gen. Waar haalt hU weer zoon wonder van daan?” En ze heeft de tafel zoo mooi versierd." .Alles plekfün gerangschikt. Dat moet gezegd. Zé is een Juweel.” „Ik zeg maar: Werters. je bent een boffer.” .Jullie drinken niet,” zei Peter, die al dien lof op zUn huishoudster beschouwde als kwam ook hem die toe. Er werd weer geklonken. .Het Klaverblad" was luidruchtig, maar zoodra Roslen in de kamer verscheen, trad er stilte in: stilte die benauwde en die .Het Klaverblad" onhandig maakte en beschaamd, alsof zU opeens geen enkel woord meer wisten te zeggen. Allen keken schaapachtig voor zich. Het feest nam een einde. De gasten gingen om beurt naar de keuken, om Roslen drinkgeld ter hand te stellen. Maar allen schenen haar tevens iets te zeggen, of te vragen hebben, dat de ander niet mocht hooren. want ze sloten l“ zorgvuldig de deur achter zich. Toen het drie tal vertrokken was, viel Roslen lachend op een stoel en zei: „O! die mannen! Weet u, wat uw vrienden mU voorstelden, me neer?” „U voorstelden?” vroeg Peter nieuwsgierig. „Of ik tegen hooger loon dan ik hier verdien, bU hen in betrekking wilde komen.” „Vroegen zU dat? Zoo’n schobbejakken! Zoo’n onderkruipers! En.... wat hebt u ge antwoord, als ik vragen mag?” Peter voelde zich op dat oogenblik in staat een tweegevecht aan te gaan met zün vrienden. HU keek Roeien in bange afwachting aan. Als ze vertrok.... als ze eens bU een van de anderen ging.... n den nu voltrokken „Anschluss” vindt echter ook een grooter historisch pro ces dan het bestaan en vergaan van I het na-oorlogsche Duitsch-Oostenrijk zijn voltooiing. Opnieuw is een groot Duitsch rjjk tot stand gekomen, zooals Europa dat sedert Karei den Grooten in diverse vormen heeft zien worden en verworden. In 1740, bijna tweehonderd jaar geleden, begon Frederik de Groote, bondgenoot van Frankrijk, als derde koning van het twee- en-een-half millioen inwoners tellende Pruisen, den eersten van een reeks oor logen tegen het rijk van Maria Theresia, het rjjk, welks glorie eenmaal werd gefor muleerd in het befaamde A. E. I. O. U.: Austriae Est Imperare Orbl Unlverso, Oos tenrijks deel Is het, te heerschen over het gansche aardrond. In 1866 streed Bis marck, verbonden met Victor Emmanuel II van Italië, den laatsten. In 1870 ont stond het Duitsche Rijk onder Pruisische hegemonie; het doorstond den wereldoor log en absorbeerde op 13 Maart 1938 dc laatste rest van het oude Duitsche rijk. Daarmede erft het nieuwe Duitsche rijk ook een politieke nalatenschap. Om van die erfenis slechts het meest ac- tueele deel te' vermelden: het Duitsche rijk wordt, door de „Angliederung” van Oosten teer maakten wU een ronde en deden VIU UUCl 1>C WVMVU, CVAJ0 schouder, en twee keer voelde ik. dat stoot vleesch raakte! Maar geen van nam een oogenbllkje rust of wilde van weten. WU snakten naar adem( het -~wu»ue ons langs het lichaam. Saint "•■k! Dit was nog eens een strijd om over Pochen een echt gevecht, geen acherm- v-x eter Werters sprak met zUn huishoudster P* over het menu van het feestmaal dat hU ter gelegenheid van zün verjaardag zUn drie kaartvrlenden wilde aanbieden. „Ik zou graag hebben, Roslen, dat het uit munt door fUnheid. Denk er om, zU zUn ook vrUgezel en evenals Ik aangewezen op een huis houdster en niet allen zUn even bekwaam in het koken als u. Sinds u hier bent, heb Ik geen klagen over het eten. Integendeel. Ik word nu verwend, iets wat mU nog nooit overkomen is. Ik ben dus zeer tevreden over u. De vischkro- ketjes, die u maakt, zUnverrukkelUk; de mayon naise Is altUd overheerlUk en de puddingen steeds extra rijn. En daar ik bU mUn vrienden uw kookbekwaamheden wel eens roem, zUn ze natuurlUk nieuwsgierig, wat hun morgen opge- dlscht zal worden. Vergeet niet. Rosten, vrij gezellen zUn meestal gastronomen, echte smul papen,” lachte Peter. ,Jk zal mün best doen, meneer,” beloofde Roslen. .Het is najaar, dus moet ik daar reke ning mee houden.” Ze somde op, hetgeen ze klaar zou maken. ,Als u maar zorgt, dat we een flinke portie van alles hebben, want mUn vrienden zUn voor een beetje niet bang. Ik bemoei mU natuurlUk met den wUn en andere dranken.” Deze zorg achter den rug. wreef Peter zich tevreden de handen. Wat zouden Blaats, Rln- dUk en Smets groote oogen opzetten! Andere jaren met zUn stoethaspels van huishoudsters was zoo’n diner altUd zoo doodgewoon, zoo al- ledaagsch en nu.... schotels waarvan hU zelfs nog nooit gehoord had, laat staan gebruikt. Maar hU had zich gehouden, alsof hU er veel verstand van had. Paddenstoelensoep, garnalen- ragoüt. of rissoles met visch.... kreeftcock- tail.... kalfstong in gehakt.... ananasbava- rois.... en wat nog al meer. Het had hem geduizeld, toen Roslen die namen noemde en vroeg, wat hU verkoos. En nu spitste hU zich op den avond en de bewonderende blikken van zijn vrienden. Het zou een uitgelezen diner wor den en een gezellige fuif. Alleen nu nog de vraag, of zU Roslen een fooi zouden kunnen geven? Hierover zouden ze hem wel polsen. Maar wat moest hü dan antwoorden? Ze was vergeleken bü de andere huishoudsters een ech te dame. Het beste was maar eens te vorschen, zoo kon hU haar misschien voor een affront vrijwaren en zUn vrienden eveneens. Voorzich tig kleedde hü zün vraag in. toen hU den mor gen van zün feestdag een bloemstuk met haar naamkaartje op de tafel zag staan. ,Ja, ziet u, Roslen, Ik zou u nu graag voor deze lieve attentie een vergoeding geven, hè, maar Ik ben bang, dat u dit als een fooi zult beschouwen. Vele huishoudsters zien zich hier door vernederd en ik heb er zelfs eens een ge had. die zei: ,Jk ben geen dienstbode.”. .Nu ik kan altUd best een fooi gebruiken,” lachte Roslen. ,MU beleedigt niemand er mee. En Ik zal zonder blozen „dank u” zeggen.” Peter wist genoeg. HU zocht in zün beurs en stopte haar wat geld in de hand. En nu kon hU zün vrienden gerust zeggen: „Ga maar even naar haar toe.” Het clubje, dat zich .Het Klaverblad” noem de, zat rond de tafel. Roslen diende op, werd begluurd door vier paar oogen: Peter trotsch en de andere drie vol bewondering over haar kook kunst. .Alles is voortreffelijk”, prees Blaats smul lend. „OverheerlUk.” vond Rindük. „Ik zal nog maar wat van dit fijne goedje nemen. Het is buitengewoon lekker! BültengewoonI „In één woord verrukkelük.” zei Smets en draaide met zün oogen geheel in extase over de tractatie. „Zou.... zou zü,” knikte hü in de richting van de keuken. ,mü het recept van dezen zaligen pudding niet willen geven? Dan liet ik hem ook eens door mün huisplaag klaar maken." „Vraag het maar, als je haar straks een fooi geeft.” „Denk je, dat ze die aanneemt?” vroeg Smets en de anderen keken Peter eveneens vragend aan. ,Je -zult haar niet beleedigen. Op mün ver antwoording.” Allen zwegen, want Roslen kwam binnen om de borden te verwisselen. Toen de deur achter haar gesloten was, kwamen de tongen weer los. ■rt n tegelijk heeft hij dan drie histö- H rische processen bezegeld. Van die drie is het bestaan en vergaan van Buitsch-Oostenrük als zoodanig wellicht het minst belangrijke. Het zal nu wel eeuwig een vraag blijven, of Schuschnigg, indien zijn volksstemming ware doorge gaan, daarmee de vrucht zou hebben ge plukt van dien even harden als vreugde- loozen arbeid, die hem tot den meest be- wonderens- en beklagenswaardigen staats man van Europa maakte. Het zal een vraag blijven, of de Oostenrijksche zelf standigheid, alléén door zijn beleid, op Zon dag 13 Maart voor het eerst van een ver loren tot een gewonnen zaak zou zijn ge worden. Het schielijke Ingrijpen van het nationaal-socialistische Duitschland schijnt op die vraag een bevestigend antwoord te suggereeren. De .Anschluss” van het Duitsche res- rijk, erfstaat van de oude Donaumonarchie. tant der Donaumonarchie bij het versla- Het wordt de grootste onder die successie- gen, maar héél gebleven Duitsche rijk lag staten, aanzienlijk machtiger dan Italië, terstond na den oorlog voor de hand als I dat tot nog toe die positie Innam. De rol een tegenwicht tegen den druk van den van de Donaumonarchie in Oost-Europa verloren krijg. Reeds de eerste nationale een rol, wier grootte men weer is gaan be vergadering van den Duitsch-Oostenrijk- I seffen, toen de speler haar onbezet liet schen vrijstaat nam daartoe op 12 Nov. valt, zij het in gewijzigde omstandigheden. 1918 het besluit. Maar in het vredesverdrag het nieuwe rijk ten deel. van St. Germain (10 Sept. 1919) werd de Wat zal er echter van de cultureele erfe- Anschluss” uitdrukkelijk en onvoorwaar- I nis der oude monarchie, een erfenis, die deUjk door de geallieerden verboden en I de bondsrepubliek de laatste jaren zoo vu- tien dagen later werd ook artikel 61 in de rig trachtte levend te houden, bij den hul- grondwet van het Duitsche rijk, dat dien Anschluss” voorzag en regelde, op elsch der geallieerden af geschaft. Oostenrijk moest zelfstandig blijven. Maar het was in economisch en politiek opzicht zwak. De wensch naar den .An schluss” bleef leven. Nog In 1931 besloten de beide regeeringen tot een tolunie, maar de Volkenbond en het Haagsche gerechts hof verboden de uitvoering. Intusschen is Oostenrijks geschiedenis van deze jaren een geschiedenis van steun- soeken. De Volkenbond laat het niet ster- ven, maar geeft het ook geen kracht. Te genover de redelijkheid van de Anschluss- gedachte helpt niemand een andere rede lijkheid stellen, die bezielde Ooatenrljkers Vinden in de historische roeping van hun land, volkenverblndend te bovennationale cultuur. Hoe die idee le- houden in een De komst van het natlonaal- Kcialisme in Duitschland en vooral zün spoedig geopenbaarde ras- en godsdienst- politiek komen weliswaar in 1933 die Oos tenrijksche roeping tot sterker bewust zijn wekken en concretlseeren haar in de gedachte van den Duitschen chrlstelüken Standenstaat. De Kerk biedt moreelen Steun; materieele hulp blüft ontbreken. Tusschen Italië en Duitschland zoekt de republiek haar hell. Dollfuss, die vooral bü Italië steun zoekt en In de Romeinsche pro tocollen van 17 Maart 1934 een stelsel van Grotegoed, uitgave Joh. Enschede en Zonen N.V., te Haarlem. stichting ons kind HET NATIONAAL GESCHENK VOORH K H PRINSES JULIANA TEN BATE VAN HET NEDERLANDSCHE KIND LAAT DE RAMMELAAR RAMMELEN'

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1938 | | pagina 15