DE SCHUTSLUIS TE VREESWIJK OPENGESTELD. H f BROM EN BRUIN Ij i-r1 KX 1 fc Lm I I i I I O Ut Hl Zoekt gij betrouwbaar Personeel? l i >a LillIC ?r ff b F MM XX’ Plaats dan een „Omroeper” voor 80.000 gezinnen f rZ f Bi IN DE GESCHIEDENISLES 2h I tl [X' JK k':xèwl Wat in het aquarium te zien was 1 zrft< 1 '4\ w v WAS DAT EERLIJK VERDEELD? J f DONDERDAG 24 MAART 1938 OM W; T i i »E - F i 1 a t g v J K- c Ir DE V.P.D. F t*r I 4 I I 4 I 3 4 i i l 4 I w •e II 4 t 4 11 <1 t l J* tehw verv M - Mm 4 b i -i®. I th- T Mr .4. r J f I ,0 cr - FOTOREPORTAGE •h’v. V rr s 4 i i i'Wi i 1 o' de te' de toe] den V< s. 4< ji te r. PIET BROOS Met. ül •CKAPt E»t f.' I van Sevenum, Karthuizerstraat 88.” De maaltijd dar Spaansche vluchtelingen, die door Fransche torpedo* jager* te Port Vendre* aan wal zijn gebracht I I sette de ze- «ik op een ling i hoort „Als Henk weer bij jullie ia, vraag hem dan óf hij en de andere jongelui lust heb ben, naar mijn aquarium te komen kijken. Ik heb iets bizonders, dat ik hun wil laten zien en waarover Henk misschien inlichtin gen geven kan. Met vriéndelijke groeten, op het onti In he «egels, 5e. 3e. schen ting i wet een 1333 dig I dien xiet i der c de el ten 1 kist set het Om het Nedertendsch blij Woensdagavond te Rotterdam de weditrij 1 3 belang wenschj van dit «tin am oog o drilfst een n re voi lang v| dat val lang J in vele fing dl of mee groote I dwan« gen da lasting brikant merkt. In ai Baatsta heffing in roert •teld el staat, i kere bij zont r -4' le. te v< 3e. de bel ook li De sheik was verrukt over de ban» digheid van den kadi, dat hij een oogetr blik later in volle berusting ook sijn «n» dere been in het graf sette. Maar, wks de verdeellng wel soo eerlijs Dit briefje was in de bus bij de familie Van Voorden gevonden. Mijnheer van Se venum was een goede kennis van Henk’s vader, die een paar mooie aquariums had Reeds vroeger waren „de jongelui” wesen kijken naar de mooie visschen. Uit bet briefje bleek, dat er ditmaal iets blzonders te slen moest sljn. Het kwam goed uit, dat i I s a Het door de kunstnaaldwerkster Joanns Wichmann geborduurde kleed, voor stellende .Moeder en Kind', dat aan H. K. H. Prinses Juliana zal worden z' aangeboden milken «eren te u?*n*n krschtens - Over ii ®en be •Htelüke belast de eerst!” Hij stapte op de zwakke brug, maar nau welijks stond hij er met zijn vier pooten op, of het ding zakte met een geweldig gekraak in elkaar en Bruin lag in de modder te spartelen. Hij krabbelde naar den kant en gromde: „Nou, kijk mijn prachtige vel eens. Vol met vleze modder en*eendenkroos.” Brom stond er bij te lachen. „Je hebt eerlijk de grootste helft van de modder in de sloot laten zitten,” zei hij, ,maar ik bedank er voor om die er uit te halen. Jfj hebt ook jouw helft niet uit den honingpot gehaald!” -s sche schokken, die zoo’n groot exemplaar kan uitdeelen. Kleine dieren werden veel in aquariums gekweekt, maar ze zijn berucht om hun onverdraagzaamheid. Een bekend natuuronderzoeker had twaalf siddermeer- vallen, die hij vier aan vier in een aquarium zette van 1 meter lengte. De visschen gin gen vechten, ofschoon ze voedsel genoeg hadden, tot er in eiken bak maar één meer over was. Als voedsel gebruiken ze vooral wormen. Overdag zitten deze visschen meestal stil op den bodem om *s nachts rond te zwemmen op zoek naar buit. Net als de andere meervallen hebben ze aan den bek voeldraden.” ,J)e slddenneerval is niet de eenige elec- trlsche visch, wel?” vroeg Toos. „Neen, de andere zijn de sidderaal en de sidderrog De sidderaal leeft in Zuid-Amerika (Fig. 2), de sidderrog komt in de meeste warmere zeeën voor. De sidderaal is een visch van het zoete water. Hij is van boven olijfgroen, van onderen prachtig oranjerood. Gevaar lijk zijn deze vispchen wel. Om de dieren te vangen worden groote netten gebruikt. Met gummihandschoenen worden ze uit de netten gehaald. De sidderaal kan ge vaarlijk worden voor badende menschen, wien hij soms gevaarlijke schokken toe brengt.” „Ik hoor je nu wel vertellen over electri- sche schokken,” nam mijnheer van Seve num het woord, „maar hoe gaat dat eigen lijk in zijn werk? Zoo’n visch heeft toch geen electriseermachlne in zijn lijf?” „Toch wel iets, dat er veel op lijkt” en Henk lachte een beetje. „Elke electrische visch heeft een zoogenaamd electrisch orgaan. Eigenlijk is een electrisch' orgaan een heel bizondere spiermassa. Ik heb hier een plaatje (Fig. 3). waar het electrisch orgaan van den sidder rog op is afgebeeld. Het neemt een belang rijk deel van het lichaam van het dier in beslag. Bij dit dier zijn dus de belde zijden electrisch, bij den sidderaal krijgt men den grootsten schok als men kop en staart te gelijk aapraakt.” „Nu, ik dank je wel voor je inlichtingen.” „En wij zijn blij iets ongewoons gezien te hebben,” verklaarde Henk. „Als ik weer iets bizonders heb, laat ik het jullie dadelijk weten en nu tot ziens Na deze vriendelijke woorden namen de jougelui afscheid. l D.d I S.44- l«(«A*kt rij en zette daar den eenigen kameel dien hij zelf bezat naast, zoodat er achttien ka* meelen stonden. Nu begon hl) te tellen. u>t B»le oml Prijs, wal ’sn «en teen sto HUen e «of heef bsttaghe fc Ud v berekend öemeltjk Ijartkampioenschap 1ste klas driebanden zUn rdam de wedstrijden aangevangen. Tijden* de r* (Den Haag) on B. Conen (Rotterdam) „Nou, ik wou, dat Ik driehonderd jaar ge leden geleefd had.” «el Jan onder de geschie denisles tot sijn buurman Gerrit. „Waarom?” vroeg Gerrit fluisterend. .Nou, dan had ik toch veel minder geschie denis boeven te leereni” v - Henk juist een Zaterdag en Zondag over wilde komen. Natuurlijk werd hij direct op de hoogte gesteld van de uitnoodiging en hij was bereid zoo gauw mogelijk te gaan kijken. Toos en Mlentje gingen ook mee. Mijnheer van Sevenum was thuis en nam de jongelui dadelijk mee. Br waren allerlei prachtige soorten te bewonderen, maar de reden van de uitnoodiging was een vischje, dat een heel aquarium voor zich alleen had. Het diertje was ongeveer 30 centimeter lang, het had geen rugvin, een grijze kleur en onregelmatige zwarte vlekken, die ook op de vinnen voorkwamen (Fig. 1). Toos en Mientje vroegen zich af, vat er voor bizon ders aan het vischje zou zijn. „Steek je hand maar eens In het aquarium en neem hem even In je hand.” „Hè, wat een gek gevoel.” Ook Toos moest zich overtuigen, dat er iets vreemds waar te nemen was en eindelijk wilde Henk niet achterblijven, of schoon hij wel begreep, wat er aan de hand was. ,Nu, mijnheer de professor,” vroeg mijnheer van Sevenum, „weet je wat het is?” ,Jk zou denken een slddermeerval, mijn heer. Hij lijkt tenminste veel op een dwerg- meerval en die ken Ik wel.” „Juist: ik kreeg hem van een vriend cadeau en hoop hem in *t leven te houden. Kun je mij iets meer over zijn vaderland en leefwijze vertellen?’ Henk ging even de kamer uit en kwam met een boek terug, ,4a, mijnheer, ik heb hier een heele beschrijving. Ik dacht wel, dat het over een bizonderen visch ging en heb daarom een boek over visschen meege bracht. De slddermeerval behoort In Afrika thuis. Hij kan meer dan 1 meter lang wor den.” „Dan heeft deze nog den tijd,” merkte mijnheer van Sevenum op. „De vlsschers uit het Congogebled,” ging Henk voort, „vangen hem graag terwiUe van zijr vleesch, maar ze zjjn bang voor de electrl- rom en Bruin waren broers, twee be ren. Brom was verreweg de dikste van de twee en een echte goedzak. Bruin was de oudste en de grootste. Maar hij had niet zoo’n zonnig humeur als zijn broer en hield meer van mopperen en grommen dan van lachen. Op zekeren dag maakten de twee een wandeling door het boech. >rHè, hè,” zei Drom, „wat zou jij er van denken om eens wat honing op te zoeken. Bruin?” 3<let veel,” antwoordde Bruin, ,Je kan er wel aan denken, maar vinden, ho maar!” «Ik weet.een boschwachter te wonen, die wel 20 korven met bijen heeft,” zei Brom, „Maar je kunt er niet bij komen, want er wtedt altijd bij gewaakt.” „Wat zou dat," riep Bruin, „laten we d’r maar vlug naar toe gaan.” ie slopen zoo zacht ze konden naar de woning van den boschwachter en keken eens rond of er ook iemand in de buurt was. Maar de boschwachter zat binnen te •ten. Toen zagen ze een grooten pot staan en nieuwsgierig kwam Brom naderbij en rook er eens aan. Er lag een plankje op de ope ning en dat sloeg hij er met zijn poot af. De heerhjkste honing, dien hij nog ooit gezien had, glom hem tegen. „Luister," zei Brom, „ga jij nu even op wacht zitten, want als de boschwachter komt, zijn we de pisang. Ik eet dan vlug de kleinste helft op en daarna ga ik de wacht houden en eet jij de grootste helft op, om dat jij grooter bent.” „Best,” gromde Bruin, „maar als de boschwachter komt, is hij nog niet klaar met me. Schiet Intusschen een beetje op, want het water loopt langs m’n tanden." Brom slokte en slokte met zijn kop diep in den pot, zoodat hij tot aan zijn ooren vol honing zat en Bruin hield de wacht. Daar ineens verslikte Brom zich en hij begon te hoesten. De boschwachter hoorde dat vreemde geluid en keek eens door het raam. Daar zag hij dè twee dieven. Vlug greep hij zijn geweer en snelde naar bul ten. Bruin stond al op zijn achterpooten om den man aan te vallen, maar zoodra hij het ding sterk genoeg zijn om ons te dragen?" „We zullen het wel een voor een moeten doen,” meende Brom, „het beste ial zijn dat ik het eerst eens probeer. Ik ben niet zoo zwaar als jij. Als de planken niet erg kra- a ken, kom jij d’r ook wel overheen.” „Op zij!” snauwde Bruin. „Wat denk jii eigenlijk wel? Eerst eet je vóór mij van den honing en nu wil je ook weer als eerste over de brug. Geen denken aan, ik ga hjj op de helft kwam, dus tot negen en gaf die negen kameelen aan den oudsten «oen Toen een derde, dus zes, aan den tweeden en een negende, dus twee aan den derden- Met him drieën hadden ze dus zeventien kameelen gekregen en de achttiende, die immers het eigendom van den kadi was, werd door dezen weer meegenomen, natuurlijk zijn recht was. - geweest? Denken jelui er maar eens over nz. Het Ned. Bondselftal ipeelde Woensdag in het Sparta-stadion te Rotterdam een oefenwedstrijd tegen de Engelsche 3de divisie club .Crystal Palace*, welke door J onze landgenooten met 3 2 werd gewonnen. Schermutseling voor het doel der gasten Een sheik was doodziek en stond, zooals men dgt noemt/ al met zijn eene been in het graf. Al wat hij bezat en dat waren 17 kameelen, wilde hij aan zijn drie zonen nalaten en hij riep zijn jongens aan sijn sterfbed en zei hun, dat hij besloten bad, den oudste de helft van zijn eigendom na te laten, den tweede een derde en den jongste een negende. De drie zoons legden zich bij vaders beschikking neer en zeiden de verdeellng nauwkeurig te zullen doen geschieden zooals vader dat verlangde. Maar de stervende sheik wilde niet, dat een zijner kameelen, die hij lief had, iets kwaads zou geschieden, laat staan dat er een gedood zou mogen worden. Hoe dat echter klaar te spelen? De oudste zoon toch had recht op 8M, de tweede op 52/3 en de jongste op 18/8 kameel. De sheik wilde de zaak dadelijk tot een oplossing gebracht zien, daar hij, zooals hij beweerde, zoo niet gerust zou kunnen sterven-. Hij besloot dus den wijzen kadi (kadi B, de Arabische naam voor rechter) te ontbie den en dien te vragen hem een oplossing aan de hand te doen. „Dat is de eenvoudigste zaak ter wereld.** zei de kadi, ,4k zal de vefdeellng wel even voor je uitvoeren." En hij deed dat aldus: Hij ventten kameelen van ^en s De dubbele schutslui* te Vreeswijk, de grootste van Europa, is Woens dag voor de scheepvaart opengesteld. Reed* bij het eerste schutten waren de beide sluiskolken geheel met schepen gevuld geweer zag, maakten hjj en Brom, dat ze uit de voeten kwamen. Want een geweer kenden ze maar al te goed. De boschwachter zond hun nog een paar schoten achterna, maar gelukkig raakte hij hen niet. Bulten adem bereikten ze een veilige schuilplaats. - „Hè, hè,” hijgde Brom, „dat is meer ge luk dan wijsheid. Daar zijn we goed van af gekomen.” „Wat je zegt," gromde Bruin, Je bedoelt zeker dat JU er goed van af bent gekomen. Jij hebt in ieder geval je buik rond kunnen eten en ik loop nog met een leege maag rood.” .Dat Is mjjn schuld niet,” meende Brom, „dan had je me maar niet zoo moeten haasten.” Toen ze wat gerust hadden, verlieten ze het bosch om te probeeren of ze in de ak kers iets eetbaar* konden ontdekken. Ineen* stonden ze voor een moddersloot. Een wankel bruggetje lag er over, maar het zag er niet erg betrouwbaar uit. „Wat denk je,” vroeg Bruin, dat Door de vereeniging .Nederland Hongarije' zijn Woensdag drie schilderijen aan net gemeentebestuur van Amsterdam aangeboden. Een foto tijden* de aanbieding in de Burgemeesterskamer ten stodhutae

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1938 | | pagina 12