Ziedaar Uw Moeder 73 Z PECH MET PASCHEN I Kruisiging en kruisdood REGINA COEL1 Romeinsche rechtspraak De geeseling u. De kruisweg Sl op den heuvel van droefenis n De procedure der kruisiging De Moeder der Moeders Straten van katoen HET KORTE VERHAAL T De Judaspenning De Judasboom ^Xieren-soeken" op Paasctunorgon Een daad van dank baarheid Lichtgevende reddings- gordel 31 millioen Zondags bladen in Amerika Kostbaar object voor de wetenschap 5 te. Oct, 0 te Bij het H. Graf (Naar W. A. Bouguereau) i BÉU (Paaschvertelling was een engel, maar UüfBWK KJIngenbos was In dia mate. gepriJK- slotte toch goedkooper uit. DE WEG NAAR GOLGOTHA hefU« GUIDO GEZELLE e L niet meer gebouwd mogen worden, liet te- keld, dat zij in tr probeerde haar te 41 het ke worst lag er naast. „Was dat uw vroegere want ik herinnerde my, toespelingen op vroegere Hij was Immers matroos I vroeg Ik, wel eens maakte had vele a Men kan zich indenken, dat een gegeeselde meer gesleept dan geleid werd. De ter dood veroor deelde moest zijn kruis altijd zelf naar de ge rechtsplaats dragen en wat een foltering dit beteekende, weten wij uit de lijdensgeschiedenis des Heeren. Het kruis «oor do terechtstelling had meestal den vorm van een Latynsche T; terwijl de ver oordeelde het naar de gerechtsplaats droeg, werd hij gewoonlijk met Joelen, vloeken en lachen door het gepeupel vergezeld. Op de plaats der terechtstelling werd de veroordeelde ontkleed. De ultkleedlng total ge heele naaktheid moest de eerloosheid en den smaad nog vermeerderen, die men op alle mogelijke wijze met dese dood straf trachtte te verbinden. uitbarstte. Ik, als man, iten en streek haar kal- meerend over het haar. Mijn vrouw, die ge wonnen had, wierp mij verontwaardigde blikken toe. Daarna verdeelden de dames van t kransje .Mannentrouw” zich In twee groepen, die elkaar verontwaardigde woorden toevoegden en vóór of tegen mij partij namen. Den volgenden dag was alles weer goed tus- schen ons. De zon scheen heerlijk en warm en de eerste spreeuw floot een lustig liedje. Tot aan den avond ging alles goed. Ik kocht een bosje heerlijk ruikende Parma-vlooltjes, deed ze In mijn knoopsgat en wandelde opgewekt naar huis. In de gang kwam Liesbeth me al te gemoet. „Wees niet boos op me,” fluisterde ze en kuste mijn keurig geschoren kin. .Maar lieveling,” zei Ik goedig, Jk zou niet weten waarom." Juist wilde Ik mijn Paaschver- rasslng gaan halen, toen Liesbeth mij al voor was en mjj een Paaschel overhandigde. ,Jk kon het toch niet over mijn hart verkrij gen,’* stamelde ae, ,Jk wilde je toch In leder geval *n kleinigheidje cadeau doen een das.” .Maar liefste,” zei ik ontroerd en opende het ei. Een prachtige blauwe das met witte stippels lag er In. Precies dezelfde had ik onderweg ge kocht, toen ik naar huls wandelde. Maar ik liet niets merken, deed of ik dolblij van vreugde was en verweet mijn vrouw zachtjes, dat zij zich niet aan de afspraak gehouden had. „Ja," zei Liesbeth met een slim glimlachje, ,Jk heb namelijk twee vliegen in één klap ge vangen. Omdat Jij je oude huisjasje niet meer wilde dragen en toch al een nieuw gekocht had, heb ik het oude maar verkocht!” „Verkocht," kreet ik uit. Jkwel, lieve Frits, en voor het geld dat ik er voor gekregen heb, heb ik nu deze das gekocht.” Sinds dien tijd beef ik voor het woord „ver rassing”. Ik heb besloten liever maar weer offi cieel een cadeau te geven. Dat komt me ten- Staat op, *t Is *1 koninglnnallad dat uit den orgel springt en over de rillende rultM schiet en bin’ de steenen dringt; staat op, zijt gij geen kind van haar, Is zij geen koningin van U? Gij voert een borst, niet waar? en 't woont een stem daarin? Staat op dan, zingt, en, zingt gij niet, staat op, en ondersteunt met hoofd en brandenden blik het lied dat In den orgel dreunt I Staat opl Welk land of koninkrijk met zulk een nationaal gezang, met zulk een glorierijk en grootsch triomfgeschal als wij, het katholieke volk, het Koninkrijk van Hem, die spreekt en alle rijk en volk doet beven op Zijn stem: als wij, op wien Uw scepter blinkt O Moeder, Maagd) Welaan, staat op, 't Regina Coeli klinkt, staat op en laat ons staan I Van de geeseling ging men naar de plaats, waar het vonnis zou worden voltrokken. Deze lag ofwel midden In de stad of ver bulten de stad, in de nabijheid van het huis van den beul. Op weg naar de plaats der terechtstelling werd de ter dood veroordeelde dikwerf zeer hard- Ben Limburgsche legende verhaalt, dat Judas, nadat hij Jezus verraden had, zich aan een wilg ophing. Daarom wordt dese soms nog Judas boom genoemd en daarom wordt hij. als hij oud wordt, hol en berst open. Volgens de Litauers hing de verrader zich aan *n espen boom op, met het gevolg, dat deze begin te beven en te sidderen, tot op den huldigen dag. Het eerste bedrijf vóór dé terechtstelling aan het kruis was: de geeseling. De Romeinsche geeSel was een „waardig” instrument van de onverbiddelijke Romelnsche rechtspleging: koor den vol knoopen of een aantal leeren riemen, waar op verschillende plaatsen nog kleine, pun tige knoopen waren Ingenaaid, zoodat er na tuurlijk aanstonds bloed vloeide en de geeseling alleen reeds dikwijls den dood ten gevolge had. Burgers kregen den geesel niet te voelen, zij wer den voor de terechtstelling alleen met stokken geslagen. ellendigste ziel de dood van Haar Zoon nlet.te- vergeefsch is, ..Ziet, ik ben de Moeder der moeders. Komt allen tot MIJ, want hoe zou HU my iets kunnen weigeren, aan wiens werk ik deel had en die mU van alle eeuwigheid heeft uitverkoren. Komt allen tot MU, Hyzelf zeide aan het kruis van ZUn smarten op Golgotha: „Ziedaar Uw soon, ziedaar Uw Moeder....” slag, dat men op moest passen, om geen nat 1 pak te halen. Ik roeide wat ik kon, maar de vloed kwam opzetten, en dan is het geweldig zwaar er tegen in te roeien. Daar passeerde mU een zeilboot en er werd my iets toegeroepen, over een boot, die vast zat. Ik roeide wat ik kon en kreeg elndeUjk mUn boot in *t gezicht. ZU zat vast op een zandbank, die toen midden in de rivier lag en veel schade veroorzaakte Thans Is zy weggebaggerd. Maar als zU er toen niet geweest was, had ik Anne-Margriet niet meer levend gezien. De boot was vol water ge raakt, niet alleen tengevolge van den golfslag, dien de stoombooten veroorzaakten, maar ook omdat zU een lek had. Anne-Margriet zei geen woord, had alleen de starre uitdrukking van iemand, die sterven gaat. Ik gaf haar een fllnken teug cognac en bracht haar dan naar mUn moeder, die haar in bed stopte en zoo en ZUn dood zy zal ook aan het heilig werk der verlossing deelhebben. Want niet alleen HU, die met de doode oogen vanaf ZUn Kruishout op Haar neerblikt, is haar Zoon, maar alle onwaardige zenen der aarde «Hn Haar zonen, alle, die HU onder Haar be- ■chermlng stelde. ▼oor ben was ai die smart van den God- «ensch, voor hen was deze zee van leed, welke Haar hart overstroomde. Zou ZU dan niet voor •Hen de barmhartige Moeder zijn, zou ZU niet aUen in Haar armen sluiten, opdat ook voor de Paaschbloemen. „Dat jaar was het vroege Paschen en ik weet niet. De weg is beëindigd. Hier op den heuvel van droefenis zal het Offer worden voltrokken. Hier ml temidden van menschen, die hun leven lang niets deden dan kwaad Haar Zoon hangen, HU. die in ZUn leven niets dan liefde schonk, omdat HU zelf de liefde was. Hier op dezen heuvel van de misdaad aller misdaden zal Haar hart boordevol worden met leed, want alleen Haar smart is in staat deze overmaat j van smarten te aanvaarden. Hier op dezen heuvel zal het wonder van de verlossing aller wereld- ■chuld geschieden, en hier zal ZU, die den Ver- taser het leven schonk, ook aan ZUn dood deel nemen met Haar door zeven zwaarden door hoorde hart. „O Heer, moest de weg, die Hem naar Gol gotha voerde, door MU gaan?....” „O Zoon, waarom mag ik slechts stomme ge tuige zyn van Uw smart, in plaats van by den aartsengelen?....” „O hart, wees sterk tot het bittere einde, want gelük ZUn Allerheiligst Hart, zoo moet ook gU eenmaal schatkamer worden van onultputte- UJke genaden....” »Dw wil, o God, geschiede.’ liggen. Frltsje glimlachte behaaglUk. HU werd gaar ne herinnerd aan den tyd, dat hu nog een flinke varensgezel was, maar hy schudde het hoofd: „Nee, nee, dat was geen meisje van mU, die ging immers met Hein Thornsen en ik ben er by geweest toen zU zich verloofden en zU een ring kreeg. Een van echt goud, want Hein liet zich niet aan een beetje kennen. HU was altUd royaal, alleen had hy een slecht ge heugen. Ik had In dien tyd juist geen reis en ver huurde daarom een boot, waarin Ik met de menschen Zondags ging roeien en ook op mooie avonden, wanneer de maan scheen en er hier of daar harmonica gespeeld werd. Op bet water was het nog een beetje koud, maar de liefde maakt warm en men kon Immers een warme jas aantrekken. Destijds heb ik Hein gevaren met Anna-Margriet. ZU zaten hand in hand en kusten elkander en ik keek niet, om- Uit haar oogen vloeide een stroom van tranen. Ja, HU was het, Haar eenlge Zoon. Haar blik bedroog Haar niet. Het was geen waan in de overmaat van smart. HU was het. Haar Zoon, die onder Haar zorgen tot knaap, jongeling en man was opgegroeid, HU, voor wien de massa's zich in deemoed hadden gebukt, Dezelfde, voor wiens voeten het volk onder Hosannagejuich de palmtakken had neergestrooid. Welke vreeseiyke, onherkenbare menigte om geeft Hem nu! Hoeveel vloeken schreeuwt men Hem toe, hoeveel steenen treffen Hem! Is er wel een moeder, die haar zoon niet met eigen armen zou beschermen, die hen» niet zou omarmen en bereid zou zyn hem van den dood te redden? Bn zU? ZU loopt met dit wreede gepeupel mede en smeekt met geen enkel woord om medeiyden. ZU volgt het spoor zyner voeten, in plaats van met de drommen mee te trekken naar den heu vel, waar vervuld zal worden wat.... waar HU.... waar Jezus.... O God, o God! De Moeder valt in onmacht, doch de armen der leerlingen vangen Haar op. Slechts'even was Haar het bewustzyn ontvloden, om uit de bron van den nacht te putten! slechts één oogen blik was het lichaam gebroken onder den on- menschelUken last. Ja, ZU moet samen met Hem dezen kruisweg gaan, opdat vervuld zou worden, wat sinds eeuwen was voorzegd. En ZU zal niet alleen den weg -volgen, doch ook den heuvel be klimmen, ZU zal ook onder het kruis van Haar Zoon staan, als de Moeder van Smarten. „O, wereld, zult gU nooit begrUpen, dat er geen smart is gelUk aan de MUne?” „Luister eens,” zei ik eenlge weken voor Pa schen tegen myn vrouw, „dit jaar geven we elkaar eens niets. Tenslotte zUn we toch geen kinderen meer en Kerstmis heeft ons al geld genoeg gekost.” „Zeker,” meende myn vrouw, „ook ik wilde je eigeniyk dit voorstel doen. Al vind ik het nog zoo leuk je met een of ander kleinigheidje te verrassen, toch vind ik het vervelend, wan neer je je steeds zooveel onkosten op den hals haalt.” „We weten immers toch wel, dat we van elkaar houden, nietwaar, Liesbeth?” .Maar natuurlijk, Frits.... en dan, we zyn toch ook niet meer in de wittebroodsweken!" Hiermee waren wü het dus weer eens, vol komen eens. Toen evenwel de feesten steeds meer naderby kwamen, maakte berouw zich van mU meester. Was ik met mUn voorstel eigeniyk niet een beetje al te gierig geweest? Ik zal er wel overheen komen, wanneer ik myn huisjasje niet krUg. dat ik toch naderhand .sowieso” noodlg heb en dan toch koop. Maar Liesbeth? Wanneer krUgt zoon lief vrouwtje .nu een Paaschel, als ze dit met Paschen niet krUgt? Het einde van myn overwegingen was na- tuuriyk, dat ik drie dagen voor Paschen vast besloten een Juwelierswinkel binnenstapte, om een kleinigheidje uit te kiezen. Want je kunt toch moeiiyk een leeg Paaschel cadeau doen! Eenigszins uit myn humeur, kwam ik een kwar tiertje later uit den winkel. Zóó iets duurs had ik nog nooit gekocht. Nu moest ik echter nog Iets bedenken: een schuilplaats. Liesbeth De dood aan het kruis was uiterst pUniyk en wreed. Vooreerst leed de gekruisigde door het hangen en het vastgebonden zyn aan den dwars balk van het kruis ondraagiyke pUnen. De zwaarte van het lichaam trok dit na enkele minuten reeds meer en meer naar beneden, ter- wyi het zakken toch vrywel onmogeiyk was. omdat het lichaam immers boven door touwen werd vastgehouden. Na verloop van tyd zakte het lichaam echter toch en des te pUniyker sneden de touwen en riemen in de armen en gewrichten. Niet alleen de armen werden aan het kruishout vastgebonden, doch ook de voeten. De touwen wedden zoo vast aangetrokken als met menscheiyke kracht maar eenigszins moge- iyk was. De spieren werden gescheurd, het bloed begon in de aderen te stollen, zoodat ze be gonnen te zwellen. Zoo werd de laatste lUdens- weg van een gekruisigde van oogenblik tot oogenblik smartelyker en pUniyker. Tenslotte werden handen en voeten met groote spUkers doorboord, die alweer de gewrichten scheurden. De wonden werden wyder. begonnen in de bran dende hitte der zon te ontsteken, zoodat een gloeiende koorts het heele lichaam aangreep en .de veroordeelde aan het eind van zyn leven nog moest voelen, hoezeer de wondkoorts kwelt. Die gloed van binnen en dat branden der won den verklaart gemakkeiyk, dat alle gekruisigden al spoedig om een dronk water riepen, een kreet, opgeweld in ontzettende smarten. Meestal stierf die kreet van dorst onverhoord weg. Met den dood aan het kruis had men de meeaten ook den dood Van de versmachting prUsgeven. Wanneer men het afschuwelyk beeld in al zyn verschrikkingen wil schilderen, dan moet men ook nog aan het vliegende ongedierte den ken, dat zich in heete streken steeds in de buurt van menschenlichamen verzamelt en steeds tal- ryker wordt, als het niet wordt weggejaagd. De veroordeelden hUgden op het kruis lang zaam hun leven uit. Langzaam stierven zy. Ieder lichaamsdeel stierf afzowdwiyk. Sommige deelen van het lichaam werden gevoelloos en dood, tot het hart allengs ophield met kloppen, het leven uitdoofde en de gekruisigde het hoofd liet zin ken op de borst. Niet altyd werd de gekruisigde begraven. Dit moest eerst aan de overheid worden verzocht. Het lichaam van den veroordeelde, die geen vrienden had, bleef aan het kruis hangen, tot de gieren hem verslonden. Pas in tateren tUd werd door *n wet de begrafenis van het lichaam, ook van de gekruisigde slaven, bevolen. Het veelvuldlgst werd de kruisiging toegepast in de Rotheinsche rechtspraak. De oude Romei nen behandelden alles, ook hun rechtspleging, volgens streng-logische classificaties. Daar het onderscheid tusschen vrijen en lyfeigenen sinds lang in de wetgeving was vastgelegd, werd er ook onderscheid gemaakt in de lichaams- en levensstraffen. By groote misdaden kreeg de Ro meinsche burger de byi, soms ook werd wur ging toegepast en in den tUd van de ontaarding van alle zeden werden zU op den brandstapel geworpen of door de wilde dieren verscheurd. Slaven, gladiatoren en roevers daarentegen wer den zonder uitzondering aan het kruis geslagen. De dood aan het kruis had toentertUd ongeveer dezelfde beteekenis als nu de dood aan de gaig. - In de provincie handhaafden de Romelnsche stadhouders de wet der kruisiging met groote willekeur, en uit de heele situatie van de his torische verhoudingen is het te verklaren, dat ook Jezus aan den kruisdood werd overgeleverd. Zooals ieder Jaar, hebben de Amerikaansche krantenuitgevers ook dit jaar weer een Jaar verslag uitgegeven. Hieruit biykt, dat er in het afgeloopen Jaar 91 tydschrlften bygekomen zyn, terwyi 221 dagbladen opgehouden hebben te bestaan. Ondanks het verdwynen van deze 221 kranten, is het aantal dagbladen altyd nog zeer groot. Er bestaan namelUk ruim 3100 dagbladen, die dagelijks in de Engelsche taal verschU- nen. DaarbU komen dan nog 11.000 weektyd- schriften. De totale oplaag van de Amerikaan sche kranten bedraagt per dag 41 millioen. Merkwaardig is het echter, dat het aantal morgenbladen met 15.8 millioen heel wat ge ringer is, dan het aantal avond- of middag edities, die In een oplaag van 25.8 millioen exemplaren verschUnen. Het aantal zondags bladen is enorm groot. De gemiddelde oplaag bedraagt volgens de statistiek ongeveer 31 mil lioen exemplaren. Vóór den Secessieoorlog van 18611865 in Amerika waren de eigenaars van katoenplan tages rijk en gaarne gezien. De arbeidskracht der negers, die voor de plantages zorgden, was goedkoop en de prUs van het katoen was hoog. Na dien vreeselUken oorlog van omstreeks 1860 is dit alles grondig1 veranderd. Het is ’n voort durende zorg voor de regeering, hoe zU de planters in het Zuiden helpen moet. De staat New-Jersey heeft daarom thans besloten ka toen in groote hoeveelheden te gebruiken bU den aanleg van straten. Onder het straatdek zal een laag katoen aangebracht worden, om den samenhang van t materiaal te versterken. Dit is dus hetzelfde principe als van de be tonwegen. Immers, die worden met 'n stalen net versterkt. Men is van meenlng, dat de ka toen de straten sterk en elastisch maakt en tot nu toe is dit ook Inderdaad juist gebleken. Men hoopt nu op deze wUze een groqter afzetgebied voor het katoen te vinden, waardoor de pryzen weer meer de hoogte in kunnen gaan. k bracht den ouden Frits myn Paaschbloe men en nog een klein geschenk. Hy woonde vlak aan de Elbe, in een der kleine huisjes, die daar r" z_zzz 1 Maar zij zyn gezellig en Frltsje kon 'zich jni. indenken, dat men ergens ter wereld zoitf t. vreden zou kunnen zUn als vlak aan de Elke. Toen ik binnenkwam stond een vrouw dp„ die tegenover den ouden man zat; ze zei nog é«u kele woorden en ging vlug heen. De kon nog juist zien, dat zy een vriendelyk gezicht had en verloofde?” dat Fritóje verloofden geweest en reizen gemaakt. Tot het groote ongeluk kwam, dat hU uit den mast viel en lang moest bUjven Amerika is nu eenmaal het land van de uit vindingen en zoo heeft men onlangs iets uit gevonden, dat vooral voor zeelui van groot be lang zUn kan. Het is een bekend feit, dat. wan neer een schip vergaat, men er niet in slaagt, de zeelieden te vinden, die op zee in een red- ringsgórdel dry ven en angstig op hulp wachten. Men heeft nu bedacht, aan den reddingsgordel kleine vuurtorentjes te bevestigen, die licht be ginnen te geven, zoodra ze met het water in aanraking komen. Het is duideiyk, dat men er op deze wyze veel gemakkelUker in slagen zal. handig. Ja gewoonweg onmenscheiyk behandeld, de drenkelingen te vinden. In Engeland heeft men voor de zeelui ook wat bedacht. Bekend is. dat veel zeelieden oor ringen dragen, omdat dit volgens hen een mid del tegen rheumatiek is. Men is nu van ptan, aan deze oorringen dunne metalen plaatjes te bevestigen, waarop de naam en het adres van den drager gegraveerd staan. Het doel hiervan is natuurlUk. dat man eventueel aangespoelde lyken gemakkeiyk kan identlficeeren. Anne-Margriet, toen was zU tevreden. Daarna boorden wy niets meer van haar en moeder is gestorven. Toen kwam er een krans van Anne- Margriet en den volgenden Paschen kwam zU zelf om naar mU te zien. ZU was met een kleinen boer getrouwd en had het goed naar haar zin. ZU had toen twee jongens, nu zUn het er vier. ZU heeft mU nooit met woorden bedankt omdat ik haar het leven gered heb, maar met daden, wat beter is. ZU zegt ook nooit, wat haar plan was. toen zU met mUn boot te water ging. ZU 1» een van die stil len gebleven, maar als zU komt zegt zU altyd: „Vanwege.... en daarom zeg ik het ook." ,Xn Hein Thomson." vroeg ik. Frltsje trok de schouders op. „Van hem is niets meer bekend. HU heeft ook zyn deel van het leven gekregen. Alle menschen kunnen niet gélukkig worden, maar wanneer Anne-Margriet komt en zegt: „Vanwege....” dan meen ik dat zU tevreden is. Juist zooals ik tevreden ben Omdat het aangenaam is te weten, dat men een mensch het leven gered heeft, die er later goed mee weet om te gaan. Wilt u nu alweer gaan? Dank voor de bloe men en de eieren. En ook een Zalig Paasch- feest.” een gesloten korf droeg. Op tafel stonden Paaschbloemen en een dik- - kIo^ken, die utt Rome terugkeeren Paa*cMtjet uitrtroQien. Naar een Benina van Felix Timmermans Bet was volbracht. Het Offer was voltrokken. HU hing aan het kruis Haar Zoon Haar God wonderd, omdat ik verwonderd Haar Heer. En ZU staat onder het kruis van ZUn lUden de Moeder vol onmeteiyke smart. Het was volbracht, alles was in vervulling ge- schoof op zyn harde sofa heen gaan, wat vervuld moest worden. En van dit door zUn dik grijs haar: „Wat schrok ik "ogenblik af zal de geheele wereld in droefenis *«*n.nee, zóó ben ik nog nooit geschrok- en leed naar den vee» >.n Wnt. ee-n y| ken! Anne-Margriet was een van de stillen...- d'n voet van dit kruis gaan. wel u lmmers Ztl' de onafscheideiyke gezellin van ZUn bU dle stule naturen, zy houden alles voor zich zelf. De boot van Peter Prausen lag juist bU de brug. Ik nam ze ongevraagd en ging er mee tusschenuit. Tevoren had de zon gesche nen. Nu werd het donker en ik moest werken wat ik kon, want de groote stoomschepen, die met Paaschzondag in de havaft wilden zyn, maakten spektakel en veroorAakten een golf- De straf der kruisiging, die ons tegenwoordig wel de meest barbaarsche van'alle doodstraffen lükt. was bü de volkeren der oude wereld tan gen tyd zeer verbreid. BU de Babylonlërs, Perzen en Phoenlciërs waren huid-aftrekken en krui sigen aan de orde van den dag. Ook by de naburen der Perzen, by de Syriërs, én meer naar het Westen by de Carthagers werd even eens de kruisiging als zwaarste doodstraf in gevoerd. Zoo liet konlng Darius na de verovering van Babylon 3000 voorname gevangenen krui sigen en de Carthaagsche senaat kwelde op deze wyze zUn veldheeren dood, wanryeer zy onfortuin- lyk geweest waren in hun stryd tegen den vyand. Ook van den Macedoniër Alexander weet de geschiedenis te verhalen, dat hy de verdedigers van versterkte steden na de verovering liet kruisigen. HU liet soms zelfs zoovele menschen aan het kruis staan, dat ze .groote stukken van den oever omzoomden”. De luchthartige en meer op het schoone ge richte geest der Grieken weerhield dezen in vreedzame tyden van de vreeselUkste doodstraf des kruises. Zelfs bU de Spartanen werd de krui siging als doodstraf nooit wettelUk ingevoerd. U volgde het spoor van ZUn bloedige tranen en ZUn doodszweet. Zy schreed op den weg van ZUn taatsten aardschen pelgrimstocht, dien HU OP Zlch genomen had, ontvlamd in Uefde tot de menschen. Hoe dikwyis was Hy gje onvermoeide Leeraar, als Geneesheer voor eüe menscheiyke leed, als Trooster der zielen, «m de Goede Herder Zyner geliefde kudde door dit land getrokken! gn nu liepen al zyn levenspaden op dien jtfnen. breeden, steenigen weg naar Golgotha uit.... Zie, HU schrijdt lan*aam voort op dien veg, gebogen onder den vreeseiyken last van bet kruis voor de laatste maal in het witte kleed, dat moederhanden voor Hem hadden ge weven. ..zyt gU het, mUn eenlge Zoon, wiens komst op dese wereld door engelenkoren werd be- I groet?.... GU. <Ue gehuldigd werd door de ko- ningen uit het Oosten?.... GU. voor wien de eenvoudigste menschen in warme liefde hun gaven aan de kribbe neerlegden?.... Zyt gy het?’ dat dat niet paste. Frltsje zuchtte even en pakte naar de gele l ook ’n dat ik Paaschbloemen gevonden heb. MUn zwager, die in Blankenese woonde, had een Vlschhandel verstandig was, geen woord te zeggen. Het heele Paaschfeest heeft Anne-Margriet styf op bed gelegen en geen woord gezegd. Toen heeft zy vreeselük geschreid, viel myn moeder om den hals en ging naar huis, naar haar ouders die op het platteland woonden. Moeder had eerst nog eens ernstig met haar gesproken en haar op het hart gedrukt geen domme dingen te doen, en dat vele mannen niet deugden. Frltsje glimlachte weer by dese woorden. „Daarna heb ik langen tyd niets meer van Anne-Margriet gehoord. Hein Thomson vroeg nog eens naar haar, toen dat andere meisje hem ontrouw was geworden, maar ik kon met goed geweten ver zekeren, dat ik niet het minste van Anne- Margriet wist. Moeder zei eens, dat de meeste meisjes niet deugden, maar toen zy op een Paaschzaterdag 's avonds een vetten haan ge stuurd kreeg, met een harteiyken groet van in Blankenese woonde, en daar zUn vrouw ziek was, moest ik bU het visschen helpen. Het was toen anders dan te genwoordig, men mocht toen nog vry visschen heelemaal tot Krautsand. U weet toch zeker wel waar Krautsand ligt? Het is een mooi eiland in de Elbe. Terwyi wij daar aanlegden, omdat wU een bestelling hadden, legde een andere boot bU dezelfde brug aan. ,Jié!," zei mUn zwager, „Hein Thomson, heb nieuwsgierig dat ze was.... Daartegen was een ekster niets. Na tang nagedacht te hebben, stop te ik den ring want ik had een prachtigen diamanten ring gekocht in het bovenste takje van myn oude huisjasje. 's Avonds verscheen ik in myn nieuw huis jasje, hoewel we overeen gekomen waren, dat ik eerst het oude zou afdragen. Natuuriyk viel deze verandering myn vrouw dadelUk op. Schynheilig zeiiik tegen myn vrouw, dat ik me voor onze diensbode Lina schaamde om in het oude jasje te verschUnen. Deze opmerking ont lokte nog eenlge kwade woorden, waardoor de dialoog een steeds scherper karakter aannam, totdat tenslotte ntyn vrouw diep verontwaar digd de kamer verliet. Ook ik was woedend. Dat' had je T1U van die verduivelde goedigheid! Ik besloot nooit en nooit meer van myn leven voor een verrassing te zorgen en eindeiyk ging ik kwaad naar bed. Den volgenden morgen stond ik met hoofd- PÜn op. Buiten regende het pUpestelen en een wilde voorjaarsstorm loeide om het huis. De geheele dag bestond uit een aaneenschakeling van onaangename dingen. De eene ergernis kwam na de andere. Het zou me hier te ver voeren, alle gebeurtenissen afzonderiyk te be schrijven. Laat ik er mee volstaan te vertellen, dat ik met myn vulpen op myn Jas spatte, dat we 's middags witte boonen aten, die ik niet zien kan en dat myn geliefde Liesbeth 's avonds veertien vriendinnen ultgenoodlgd had, die „Mensch, erger Je niet” speelden. Maar natuuriyk ergerden zy zich wel. Vooral Je weer eens een ander meisje?" Waarachtig, Hein stapte met een stevig meisje uit de boot. Maar Anna-Margriet was het niet! ,JIeln!” zei ik, „waar is Anne-Margriet?" Toen lachte hy: „Verandering maakt het leven zoet!" MUn zwager lachte ook, maar ik ergerde mU, want Anne-Margriet was een net meisje en zy Vader in den hemel te smeekén om de hulp der I hield van Hein. Het paar ging hand aan hand het eiland op en wy hadden werk met onze visschen. MUn zwager kende het meisje. ZU moest geld hebben en Anne-Margriet was arm. Nu, ieder moet zelf weten wat hy doet. Maar ik moest aan Anne-Margriet denken en ik hoopte, dat zU spoedig een anderen jongen zou krijgen. Dit allés gebeurde in de Goede Week. Des avonds voor Paschen ging ik weer naar myn boot, die voor ons huls in het water lag. Maar hoe ik ook keek, myn boot was weg, en moeder sei, dat Anne-Margriet ze genomen had. Dat verwonderde my en moeder was ver- -l was. „Ze heeft gezegd, dat ze Jou met de boot af zou halen.” MUn boot was niet heelemaal in orde, zU maakte tameiyk veel water en Anne- Margriet kon ternauwernood roeien. Frltsje j en weer en streek „Wat schrok Het Derth-ziekenhuls in Sidney heeft op het oogenblik een patiënt, voor wien de doktoren zich sinds korten tyd heftig interesseeren, daar by onderzoek geconstateerd werd, dat de man twee harten heeft. Eenigen tyd geleden kwam in het Derth-ziekenhuls een landarbei der, afkomstig uit Italië en Alvara genaamd. De man. die 57 jaar oud is, had tal van klach ten. Men onderzocht hem qn kon nu consta- teeren. dat hy in het bezit van twee harten was. ZUn eigeniyk hart, dat grooter is dan een normaal hart, ligt aan den rechterkant van zyn borstkas, terwyi het tweede, kleinere hart, links in zUn borstkas ligt. Beide harten slaan gelUktUdlg. Een wetenschappelUk instituut, dat van dezen wonderbaariyken patiënt verno men had, heeft den man 10.000 pond sterling aangeboden om In het bezit van zyn lichaam te komen, wanneer hy mocht komen te over- lUden. Alvara wil hiervan evenwel niets weten en heeft het aanbod afgeslagen. Toch is het merkwaardig, dat de man tot nu toe nooit ziek geweest is. De klachten, die de man thans heeft, staan dan ook in geenerlei verband met zyn belde harten. 1 De hauwtjes dezer plant laten de zaden doorschynen, zoodat het lijkt of er Hebreeuw- sche letters op geschreven staan, waardoor zy aan munten doen denken. Men bracht daar om de plant in verband met de 30 zilverlingen, welke Judas als loon ontving voor het door hem gepleegde verraad.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1938 | | pagina 21