Ziedaar Uw Moeder
73
Z
PECH MET PASCHEN
I
Kruisiging en
kruisdood
REGINA COEL1
Romeinsche rechtspraak
De geeseling
u.
De kruisweg
Sl
op den heuvel van droefenis
n
De procedure der kruisiging
De Moeder der Moeders
Straten van katoen
HET KORTE VERHAAL
T
De Judaspenning
De Judasboom
^Xieren-soeken" op Paasctunorgon
Een daad van dank
baarheid
Lichtgevende reddings-
gordel
31 millioen Zondags
bladen in Amerika
Kostbaar object voor
de wetenschap
5 te.
Oct,
0 te
Bij het H. Graf (Naar W. A. Bouguereau)
i
BÉU
(Paaschvertelling
was een engel, maar UüfBWK KJIngenbos was In dia mate. gepriJK- slotte toch goedkooper uit.
DE WEG NAAR GOLGOTHA
hefU«
GUIDO GEZELLE
e
L
niet meer gebouwd mogen worden,
liet
te-
keld, dat zij in tr
probeerde haar te
41
het
ke worst lag er naast.
„Was dat uw vroegere
want ik herinnerde my,
toespelingen op vroegere
Hij was Immers matroos
I
vroeg Ik,
wel eens
maakte
had vele
a
Men kan zich indenken, dat een gegeeselde meer
gesleept dan geleid werd. De ter dood veroor
deelde moest zijn kruis altijd zelf naar de ge
rechtsplaats dragen en wat een foltering dit
beteekende, weten wij uit de lijdensgeschiedenis
des Heeren.
Het kruis «oor do terechtstelling had meestal
den vorm van een Latynsche T; terwijl de ver
oordeelde het naar de gerechtsplaats droeg, werd
hij gewoonlijk met Joelen, vloeken en lachen
door het gepeupel vergezeld. Op de plaats der
terechtstelling werd de veroordeelde ontkleed.
De ultkleedlng total ge heele naaktheid moest
de eerloosheid en den smaad nog vermeerderen,
die men op alle mogelijke wijze met dese dood
straf trachtte te verbinden.
uitbarstte. Ik, als man,
iten en streek haar kal-
meerend over het haar. Mijn vrouw, die ge
wonnen had, wierp mij verontwaardigde blikken
toe. Daarna verdeelden de dames van t kransje
.Mannentrouw” zich In twee groepen, die elkaar
verontwaardigde woorden toevoegden en vóór
of tegen mij partij namen.
Den volgenden dag was alles weer goed tus-
schen ons. De zon scheen heerlijk en warm en
de eerste spreeuw floot een lustig liedje. Tot
aan den avond ging alles goed. Ik kocht een
bosje heerlijk ruikende Parma-vlooltjes, deed
ze In mijn knoopsgat en wandelde opgewekt
naar huis.
In de gang kwam Liesbeth me al te gemoet.
„Wees niet boos op me,” fluisterde ze en
kuste mijn keurig geschoren kin.
.Maar lieveling,” zei Ik goedig, Jk zou niet
weten waarom." Juist wilde Ik mijn Paaschver-
rasslng gaan halen, toen Liesbeth mij al voor
was en mjj een Paaschel overhandigde.
,Jk kon het toch niet over mijn hart verkrij
gen,’* stamelde ae, ,Jk wilde je toch In leder
geval *n kleinigheidje cadeau doen een das.”
.Maar liefste,” zei ik ontroerd en opende het
ei. Een prachtige blauwe das met witte stippels
lag er In. Precies dezelfde had ik onderweg ge
kocht, toen ik naar huls wandelde. Maar ik liet
niets merken, deed of ik dolblij van vreugde
was en verweet mijn vrouw zachtjes, dat zij
zich niet aan de afspraak gehouden had.
„Ja," zei Liesbeth met een slim glimlachje,
,Jk heb namelijk twee vliegen in één klap ge
vangen. Omdat Jij je oude huisjasje niet meer
wilde dragen en toch al een nieuw gekocht
had, heb ik het oude maar verkocht!”
„Verkocht," kreet ik uit.
Jkwel, lieve Frits, en voor het geld dat ik er
voor gekregen heb, heb ik nu deze das gekocht.”
Sinds dien tijd beef ik voor het woord „ver
rassing”. Ik heb besloten liever maar weer offi
cieel een cadeau te geven. Dat komt me ten-
Staat op, *t Is *1 koninglnnallad
dat uit den orgel springt
en over de rillende rultM schiet
en bin’ de steenen dringt;
staat op, zijt gij geen kind van haar,
Is zij geen koningin
van U? Gij voert een borst, niet waar?
en 't woont een stem daarin?
Staat op dan, zingt, en, zingt gij niet,
staat op, en ondersteunt
met hoofd en brandenden blik het lied
dat In den orgel dreunt I
Staat opl Welk land of koninkrijk
met zulk een nationaal
gezang, met zulk een glorierijk
en grootsch triomfgeschal
als wij, het katholieke volk,
het Koninkrijk van Hem,
die spreekt en alle rijk en volk
doet beven op Zijn stem:
als wij, op wien Uw scepter blinkt
O Moeder, Maagd) Welaan,
staat op, 't Regina Coeli klinkt,
staat op en laat ons staan I
Van de geeseling ging men naar de plaats,
waar het vonnis zou worden voltrokken. Deze
lag ofwel midden In de stad of ver bulten de
stad, in de nabijheid van het huis van den beul.
Op weg naar de plaats der terechtstelling werd
de ter dood veroordeelde dikwerf zeer hard-
Ben Limburgsche legende verhaalt, dat Judas,
nadat hij Jezus verraden had, zich aan een wilg
ophing. Daarom wordt dese soms nog Judas
boom genoemd en daarom wordt hij. als hij
oud wordt, hol en berst open. Volgens de
Litauers hing de verrader zich aan *n espen
boom op, met het gevolg, dat deze begin te
beven en te sidderen, tot op den huldigen dag.
Het eerste bedrijf vóór dé terechtstelling aan
het kruis was: de geeseling. De Romeinsche
geeSel was een „waardig” instrument van de
onverbiddelijke Romelnsche rechtspleging: koor
den vol knoopen of een aantal leeren riemen,
waar op verschillende plaatsen nog kleine, pun
tige knoopen waren Ingenaaid, zoodat er na
tuurlijk aanstonds bloed vloeide en de geeseling
alleen reeds dikwijls den dood ten gevolge had.
Burgers kregen den geesel niet te voelen, zij wer
den voor de terechtstelling alleen met stokken
geslagen.
ellendigste ziel de dood van Haar Zoon nlet.te-
vergeefsch is,
..Ziet, ik ben de Moeder der moeders. Komt
allen tot MIJ, want hoe zou HU my iets kunnen
weigeren, aan wiens werk ik deel had en die
mU van alle eeuwigheid heeft uitverkoren. Komt
allen tot MU, Hyzelf zeide aan het kruis van
ZUn smarten op Golgotha: „Ziedaar Uw soon,
ziedaar Uw Moeder....”
slag, dat men op moest passen, om geen nat
1 pak te halen. Ik roeide wat ik kon, maar de
vloed kwam opzetten, en dan is het geweldig
zwaar er tegen in te roeien. Daar passeerde mU
een zeilboot en er werd my iets toegeroepen,
over een boot, die vast zat. Ik roeide wat ik kon
en kreeg elndeUjk mUn boot in *t gezicht. ZU
zat vast op een zandbank, die toen midden in
de rivier lag en veel schade veroorzaakte
Thans Is zy weggebaggerd. Maar als zU er toen
niet geweest was, had ik Anne-Margriet niet
meer levend gezien. De boot was vol water ge
raakt, niet alleen tengevolge van den golfslag,
dien de stoombooten veroorzaakten, maar ook
omdat zU een lek had. Anne-Margriet zei geen
woord, had alleen de starre uitdrukking van
iemand, die sterven gaat. Ik gaf haar een
fllnken teug cognac en bracht haar dan naar
mUn moeder, die haar in bed stopte en zoo
en ZUn dood zy zal ook aan het
heilig werk der verlossing deelhebben.
Want niet alleen HU, die met de doode oogen
vanaf ZUn Kruishout op Haar neerblikt, is haar
Zoon, maar alle onwaardige zenen der aarde
«Hn Haar zonen, alle, die HU onder Haar be-
■chermlng stelde.
▼oor ben was ai die smart van den God-
«ensch, voor hen was deze zee van leed, welke
Haar hart overstroomde. Zou ZU dan niet voor
•Hen de barmhartige Moeder zijn, zou ZU niet
aUen in Haar armen sluiten, opdat ook voor de
Paaschbloemen. „Dat jaar was het
vroege Paschen en ik weet niet.
De weg is beëindigd. Hier op den heuvel van
droefenis zal het Offer worden voltrokken. Hier
ml temidden van menschen, die hun leven
lang niets deden dan kwaad Haar Zoon
hangen, HU. die in ZUn leven niets dan liefde
schonk, omdat HU zelf de liefde was. Hier op
dezen heuvel van de misdaad aller misdaden
zal Haar hart boordevol worden met leed, want
alleen Haar smart is in staat deze overmaat
j van smarten te aanvaarden. Hier op dezen heuvel
zal het wonder van de verlossing aller wereld-
■chuld geschieden, en hier zal ZU, die den Ver-
taser het leven schonk, ook aan ZUn dood deel
nemen met Haar door zeven zwaarden door
hoorde hart.
„O Heer, moest de weg, die Hem naar Gol
gotha voerde, door MU gaan?....”
„O Zoon, waarom mag ik slechts stomme ge
tuige zyn van Uw smart, in plaats van by den
aartsengelen?....”
„O hart, wees sterk tot het bittere einde, want
gelük ZUn Allerheiligst Hart, zoo moet ook gU
eenmaal schatkamer worden van onultputte-
UJke genaden....”
»Dw wil, o God, geschiede.’
liggen.
Frltsje glimlachte behaaglUk. HU werd gaar
ne herinnerd aan den tyd, dat hu nog een
flinke varensgezel was, maar hy schudde het
hoofd: „Nee, nee, dat was geen meisje van
mU, die ging immers met Hein Thornsen en ik
ben er by geweest toen zU zich verloofden en
zU een ring kreeg. Een van echt goud, want
Hein liet zich niet aan een beetje kennen. HU
was altUd royaal, alleen had hy een slecht ge
heugen.
Ik had In dien tyd juist geen reis en ver
huurde daarom een boot, waarin Ik met de
menschen Zondags ging roeien en ook op
mooie avonden, wanneer de maan scheen en
er hier of daar harmonica gespeeld werd. Op
bet water was het nog een beetje koud, maar
de liefde maakt warm en men kon Immers een
warme jas aantrekken. Destijds heb ik Hein
gevaren met Anna-Margriet. ZU zaten hand in
hand en kusten elkander en ik keek niet, om-
Uit haar oogen vloeide een stroom van tranen.
Ja, HU was het, Haar eenlge Zoon. Haar blik
bedroog Haar niet. Het was geen waan in de
overmaat van smart. HU was het. Haar Zoon,
die onder Haar zorgen tot knaap, jongeling en
man was opgegroeid, HU, voor wien de massa's
zich in deemoed hadden gebukt, Dezelfde, voor
wiens voeten het volk onder Hosannagejuich de
palmtakken had neergestrooid.
Welke vreeseiyke, onherkenbare menigte om
geeft Hem nu! Hoeveel vloeken schreeuwt men
Hem toe, hoeveel steenen treffen Hem!
Is er wel een moeder, die haar zoon niet met
eigen armen zou beschermen, die hen» niet zou
omarmen en bereid zou zyn hem van den dood
te redden?
Bn zU?
ZU loopt met dit wreede gepeupel mede en
smeekt met geen enkel woord om medeiyden.
ZU volgt het spoor zyner voeten, in plaats van
met de drommen mee te trekken naar den heu
vel, waar vervuld zal worden wat.... waar
HU.... waar Jezus.... O God, o God!
De Moeder valt in onmacht, doch de armen
der leerlingen vangen Haar op. Slechts'even
was Haar het bewustzyn ontvloden, om uit de
bron van den nacht te putten! slechts één oogen
blik was het lichaam gebroken onder den on-
menschelUken last. Ja, ZU moet samen met Hem
dezen kruisweg gaan, opdat vervuld zou worden,
wat sinds eeuwen was voorzegd. En ZU zal niet
alleen den weg -volgen, doch ook den heuvel be
klimmen, ZU zal ook onder het kruis van Haar
Zoon staan, als de Moeder van Smarten.
„O, wereld, zult gU nooit begrUpen, dat er geen
smart is gelUk aan de MUne?”
„Luister eens,” zei ik eenlge weken voor Pa
schen tegen myn vrouw, „dit jaar geven we
elkaar eens niets. Tenslotte zUn we toch geen
kinderen meer en Kerstmis heeft ons al geld
genoeg gekost.”
„Zeker,” meende myn vrouw, „ook ik wilde
je eigeniyk dit voorstel doen. Al vind ik het
nog zoo leuk je met een of ander kleinigheidje
te verrassen, toch vind ik het vervelend, wan
neer je je steeds zooveel onkosten op den hals
haalt.”
„We weten immers toch wel, dat we van
elkaar houden, nietwaar, Liesbeth?”
.Maar natuurlijk, Frits.... en dan, we zyn
toch ook niet meer in de wittebroodsweken!"
Hiermee waren wü het dus weer eens, vol
komen eens. Toen evenwel de feesten steeds
meer naderby kwamen, maakte berouw zich van
mU meester. Was ik met mUn voorstel eigeniyk
niet een beetje al te gierig geweest? Ik zal er
wel overheen komen, wanneer ik myn huisjasje
niet krUg. dat ik toch naderhand .sowieso”
noodlg heb en dan toch koop. Maar Liesbeth?
Wanneer krUgt zoon lief vrouwtje .nu een
Paaschel, als ze dit met Paschen niet krUgt?
Het einde van myn overwegingen was na-
tuuriyk, dat ik drie dagen voor Paschen vast
besloten een Juwelierswinkel binnenstapte, om
een kleinigheidje uit te kiezen. Want je kunt
toch moeiiyk een leeg Paaschel cadeau doen!
Eenigszins uit myn humeur, kwam ik een kwar
tiertje later uit den winkel. Zóó iets duurs had
ik nog nooit gekocht.
Nu moest ik echter nog Iets bedenken: een
schuilplaats. Liesbeth
De dood aan het kruis was uiterst pUniyk en
wreed. Vooreerst leed de gekruisigde door het
hangen en het vastgebonden zyn aan den dwars
balk van het kruis ondraagiyke pUnen. De
zwaarte van het lichaam trok dit na enkele
minuten reeds meer en meer naar beneden, ter-
wyi het zakken toch vrywel onmogeiyk was.
omdat het lichaam immers boven door touwen
werd vastgehouden. Na verloop van tyd zakte
het lichaam echter toch en des te pUniyker
sneden de touwen en riemen in de armen en
gewrichten. Niet alleen de armen werden aan
het kruishout vastgebonden, doch ook de voeten.
De touwen wedden zoo vast aangetrokken als
met menscheiyke kracht maar eenigszins moge-
iyk was. De spieren werden gescheurd, het bloed
begon in de aderen te stollen, zoodat ze be
gonnen te zwellen. Zoo werd de laatste lUdens-
weg van een gekruisigde van oogenblik tot
oogenblik smartelyker en pUniyker. Tenslotte
werden handen en voeten met groote spUkers
doorboord, die alweer de gewrichten scheurden.
De wonden werden wyder. begonnen in de bran
dende hitte der zon te ontsteken, zoodat een
gloeiende koorts het heele lichaam aangreep
en .de veroordeelde aan het eind van zyn leven
nog moest voelen, hoezeer de wondkoorts kwelt.
Die gloed van binnen en dat branden der won
den verklaart gemakkeiyk, dat alle gekruisigden
al spoedig om een dronk water riepen, een kreet,
opgeweld in ontzettende smarten. Meestal stierf
die kreet van dorst onverhoord weg. Met den
dood aan het kruis had men de meeaten ook
den dood Van de versmachting prUsgeven.
Wanneer men het afschuwelyk beeld in al
zyn verschrikkingen wil schilderen, dan moet
men ook nog aan het vliegende ongedierte den
ken, dat zich in heete streken steeds in de buurt
van menschenlichamen verzamelt en steeds tal-
ryker wordt, als het niet wordt weggejaagd.
De veroordeelden hUgden op het kruis lang
zaam hun leven uit. Langzaam stierven zy. Ieder
lichaamsdeel stierf afzowdwiyk. Sommige deelen
van het lichaam werden gevoelloos en dood, tot
het hart allengs ophield met kloppen, het leven
uitdoofde en de gekruisigde het hoofd liet zin
ken op de borst.
Niet altyd werd de gekruisigde begraven. Dit
moest eerst aan de overheid worden verzocht.
Het lichaam van den veroordeelde, die geen
vrienden had, bleef aan het kruis hangen, tot
de gieren hem verslonden. Pas in tateren tUd
werd door *n wet de begrafenis van het lichaam,
ook van de gekruisigde slaven, bevolen.
Het veelvuldlgst werd de kruisiging toegepast
in de Rotheinsche rechtspraak. De oude Romei
nen behandelden alles, ook hun rechtspleging,
volgens streng-logische classificaties. Daar het
onderscheid tusschen vrijen en lyfeigenen sinds
lang in de wetgeving was vastgelegd, werd er
ook onderscheid gemaakt in de lichaams- en
levensstraffen. By groote misdaden kreeg de Ro
meinsche burger de byi, soms ook werd wur
ging toegepast en in den tUd van de ontaarding
van alle zeden werden zU op den brandstapel
geworpen of door de wilde dieren verscheurd.
Slaven, gladiatoren en roevers daarentegen wer
den zonder uitzondering aan het kruis geslagen.
De dood aan het kruis had toentertUd ongeveer
dezelfde beteekenis als nu de dood aan de gaig. -
In de provincie handhaafden de Romelnsche
stadhouders de wet der kruisiging met groote
willekeur, en uit de heele situatie van de his
torische verhoudingen is het te verklaren, dat
ook Jezus aan den kruisdood werd overgeleverd.
Zooals ieder Jaar, hebben de Amerikaansche
krantenuitgevers ook dit jaar weer een Jaar
verslag uitgegeven. Hieruit biykt, dat er in het
afgeloopen Jaar 91 tydschrlften bygekomen zyn,
terwyi 221 dagbladen opgehouden hebben te
bestaan. Ondanks het verdwynen van deze 221
kranten, is het aantal dagbladen altyd nog zeer
groot. Er bestaan namelUk ruim 3100 dagbladen,
die dagelijks in de Engelsche taal verschU-
nen. DaarbU komen dan nog 11.000 weektyd-
schriften. De totale oplaag van de Amerikaan
sche kranten bedraagt per dag 41 millioen.
Merkwaardig is het echter, dat het aantal
morgenbladen met 15.8 millioen heel wat ge
ringer is, dan het aantal avond- of middag
edities, die In een oplaag van 25.8 millioen
exemplaren verschUnen. Het aantal zondags
bladen is enorm groot. De gemiddelde oplaag
bedraagt volgens de statistiek ongeveer 31 mil
lioen exemplaren.
Vóór den Secessieoorlog van 18611865 in
Amerika waren de eigenaars van katoenplan
tages rijk en gaarne gezien. De arbeidskracht
der negers, die voor de plantages zorgden, was
goedkoop en de prUs van het katoen was hoog.
Na dien vreeselUken oorlog van omstreeks 1860
is dit alles grondig1 veranderd. Het is ’n voort
durende zorg voor de regeering, hoe zU de
planters in het Zuiden helpen moet. De staat
New-Jersey heeft daarom thans besloten ka
toen in groote hoeveelheden te gebruiken bU
den aanleg van straten. Onder het straatdek
zal een laag katoen aangebracht worden, om
den samenhang van t materiaal te versterken.
Dit is dus hetzelfde principe als van de be
tonwegen. Immers, die worden met 'n stalen
net versterkt. Men is van meenlng, dat de ka
toen de straten sterk en elastisch maakt en tot
nu toe is dit ook Inderdaad juist gebleken. Men
hoopt nu op deze wUze een groqter afzetgebied
voor het katoen te vinden, waardoor de pryzen
weer meer de hoogte in kunnen gaan.
k bracht den ouden Frits myn Paaschbloe
men en nog een klein geschenk. Hy woonde
vlak aan de Elbe, in een der kleine huisjes,
die daar r" z_zzz 1
Maar zij zyn gezellig en Frltsje kon 'zich jni.
indenken, dat men ergens ter wereld zoitf t.
vreden zou kunnen zUn als vlak aan de Elke.
Toen ik binnenkwam stond een vrouw dp„ die
tegenover den ouden man zat; ze zei nog é«u
kele woorden en ging vlug heen. De kon nog
juist zien, dat zy een vriendelyk gezicht had en
verloofde?”
dat Fritóje
verloofden
geweest en
reizen gemaakt. Tot het groote ongeluk kwam,
dat hU uit den mast viel en lang moest bUjven
Amerika is nu eenmaal het land van de uit
vindingen en zoo heeft men onlangs iets uit
gevonden, dat vooral voor zeelui van groot be
lang zUn kan. Het is een bekend feit, dat. wan
neer een schip vergaat, men er niet in slaagt,
de zeelieden te vinden, die op zee in een red-
ringsgórdel dry ven en angstig op hulp wachten.
Men heeft nu bedacht, aan den reddingsgordel
kleine vuurtorentjes te bevestigen, die licht be
ginnen te geven, zoodra ze met het water in
aanraking komen. Het is duideiyk, dat men er
op deze wyze veel gemakkelUker in slagen zal. handig. Ja gewoonweg onmenscheiyk behandeld,
de drenkelingen te vinden.
In Engeland heeft men voor de zeelui ook
wat bedacht. Bekend is. dat veel zeelieden oor
ringen dragen, omdat dit volgens hen een mid
del tegen rheumatiek is. Men is nu van ptan,
aan deze oorringen dunne metalen plaatjes te
bevestigen, waarop de naam en het adres van
den drager gegraveerd staan. Het doel hiervan
is natuurlUk. dat man eventueel aangespoelde
lyken gemakkeiyk kan identlficeeren.
Anne-Margriet, toen was zU tevreden. Daarna
boorden wy niets meer van haar en moeder is
gestorven. Toen kwam er een krans van Anne-
Margriet en den volgenden Paschen kwam zU
zelf om naar mU te zien.
ZU was met een kleinen boer getrouwd en
had het goed naar haar zin. ZU had toen twee
jongens, nu zUn het er vier. ZU heeft mU nooit
met woorden bedankt omdat ik haar het leven
gered heb, maar met daden, wat beter is. ZU
zegt ook nooit, wat haar plan was. toen zU met
mUn boot te water ging. ZU 1» een van die stil
len gebleven, maar als zU komt zegt zU altyd:
„Vanwege.... en daarom zeg ik het ook."
,Xn Hein Thomson." vroeg ik.
Frltsje trok de schouders op. „Van hem is
niets meer bekend. HU heeft ook zyn deel van
het leven gekregen. Alle menschen kunnen niet
gélukkig worden, maar wanneer Anne-Margriet
komt en zegt: „Vanwege....” dan meen ik dat
zU tevreden is. Juist zooals ik tevreden ben
Omdat het aangenaam is te weten, dat men
een mensch het leven gered heeft, die er later
goed mee weet om te gaan.
Wilt u nu alweer gaan? Dank voor de bloe
men en de eieren. En ook een Zalig Paasch-
feest.”
een gesloten korf droeg.
Op tafel stonden Paaschbloemen en een dik-
- kIo^ken, die utt Rome terugkeeren
Paa*cMtjet uitrtroQien. Naar een
Benina van Felix Timmermans
Bet was volbracht. Het Offer was voltrokken.
HU hing aan het kruis Haar Zoon Haar God wonderd, omdat ik verwonderd
Haar Heer.
En ZU staat onder het kruis van ZUn lUden
de Moeder vol onmeteiyke smart.
Het was volbracht, alles was in vervulling ge- schoof op zyn harde sofa heen
gaan, wat vervuld moest worden. En van dit door zUn dik grijs haar: „Wat schrok ik
"ogenblik af zal de geheele wereld in droefenis *«*n.nee, zóó ben ik nog nooit geschrok-
en leed naar den vee» >.n Wnt. ee-n y| ken! Anne-Margriet was een van de stillen...-
d'n voet van dit kruis gaan. wel u lmmers
Ztl' de onafscheideiyke gezellin van ZUn bU dle stule naturen, zy houden alles voor
zich zelf. De boot van Peter Prausen lag juist
bU de brug. Ik nam ze ongevraagd en ging er
mee tusschenuit. Tevoren had de zon gesche
nen. Nu werd het donker en ik moest werken
wat ik kon, want de groote stoomschepen, die
met Paaschzondag in de havaft wilden zyn,
maakten spektakel en veroorAakten een golf-
De straf der kruisiging, die ons tegenwoordig
wel de meest barbaarsche van'alle doodstraffen
lükt. was bü de volkeren der oude wereld tan
gen tyd zeer verbreid. BU de Babylonlërs, Perzen
en Phoenlciërs waren huid-aftrekken en krui
sigen aan de orde van den dag. Ook by de
naburen der Perzen, by de Syriërs, én meer
naar het Westen by de Carthagers werd even
eens de kruisiging als zwaarste doodstraf in
gevoerd. Zoo liet konlng Darius na de verovering
van Babylon 3000 voorname gevangenen krui
sigen en de Carthaagsche senaat kwelde op deze
wyze zUn veldheeren dood, wanryeer zy onfortuin-
lyk geweest waren in hun stryd tegen den vyand.
Ook van den Macedoniër Alexander weet de
geschiedenis te verhalen, dat hy de verdedigers
van versterkte steden na de verovering liet
kruisigen. HU liet soms zelfs zoovele menschen
aan het kruis staan, dat ze .groote stukken
van den oever omzoomden”.
De luchthartige en meer op het schoone ge
richte geest der Grieken weerhield dezen in
vreedzame tyden van de vreeselUkste doodstraf
des kruises. Zelfs bU de Spartanen werd de krui
siging als doodstraf nooit wettelUk ingevoerd.
U volgde het spoor van ZUn bloedige tranen
en ZUn doodszweet. Zy schreed op den weg
van ZUn taatsten aardschen pelgrimstocht,
dien HU OP Zlch genomen had, ontvlamd in
Uefde tot de menschen. Hoe dikwyis was Hy
gje onvermoeide Leeraar, als Geneesheer voor
eüe menscheiyke leed, als Trooster der zielen,
«m de Goede Herder Zyner geliefde kudde door
dit land getrokken!
gn nu liepen al zyn levenspaden op dien
jtfnen. breeden, steenigen weg naar Golgotha
uit.... Zie, HU schrijdt lan*aam voort op dien
veg, gebogen onder den vreeseiyken last van
bet kruis voor de laatste maal in het witte
kleed, dat moederhanden voor Hem hadden ge
weven.
..zyt gU het, mUn eenlge Zoon, wiens komst
op dese wereld door engelenkoren werd be- I
groet?.... GU. <Ue gehuldigd werd door de ko-
ningen uit het Oosten?.... GU. voor wien de
eenvoudigste menschen in warme liefde hun
gaven aan de kribbe neerlegden?.... Zyt gy
het?’
dat dat niet paste.
Frltsje zuchtte even en pakte naar de gele
l ook ’n
dat ik
Paaschbloemen gevonden heb. MUn zwager, die
in Blankenese woonde, had een Vlschhandel
verstandig was, geen woord te zeggen. Het
heele Paaschfeest heeft Anne-Margriet styf op
bed gelegen en geen woord gezegd. Toen heeft
zy vreeselük geschreid, viel myn moeder om
den hals en ging naar huis, naar haar ouders
die op het platteland woonden. Moeder had eerst
nog eens ernstig met haar gesproken en haar
op het hart gedrukt geen domme dingen te
doen, en dat vele mannen niet deugden. Frltsje
glimlachte weer by dese woorden. „Daarna heb
ik langen tyd niets meer van Anne-Margriet
gehoord. Hein Thomson vroeg nog eens naar
haar, toen dat andere meisje hem ontrouw was
geworden, maar ik kon met goed geweten ver
zekeren, dat ik niet het minste van Anne-
Margriet wist. Moeder zei eens, dat de meeste
meisjes niet deugden, maar toen zy op een
Paaschzaterdag 's avonds een vetten haan ge
stuurd kreeg, met een harteiyken groet van
in Blankenese woonde,
en daar zUn vrouw ziek was, moest ik bU het
visschen helpen. Het was toen anders dan te
genwoordig, men mocht toen nog vry visschen
heelemaal tot Krautsand. U weet toch zeker
wel waar Krautsand ligt? Het is een mooi
eiland in de Elbe.
Terwyi wij daar aanlegden, omdat wU een
bestelling hadden, legde een andere boot bU
dezelfde brug aan.
,Jié!," zei mUn zwager, „Hein Thomson, heb
nieuwsgierig dat ze was.... Daartegen was een
ekster niets. Na tang nagedacht te hebben, stop
te ik den ring want ik had een prachtigen
diamanten ring gekocht in het bovenste takje
van myn oude huisjasje.
's Avonds verscheen ik in myn nieuw huis
jasje, hoewel we overeen gekomen waren, dat
ik eerst het oude zou afdragen. Natuuriyk viel
deze verandering myn vrouw dadelUk op.
Schynheilig zeiiik tegen myn vrouw, dat ik me
voor onze diensbode Lina schaamde om in het
oude jasje te verschUnen. Deze opmerking ont
lokte nog eenlge kwade woorden, waardoor de
dialoog een steeds scherper karakter aannam,
totdat tenslotte ntyn vrouw diep verontwaar
digd de kamer verliet. Ook ik was woedend.
Dat' had je T1U van die verduivelde goedigheid!
Ik besloot nooit en nooit meer van myn leven
voor een verrassing te zorgen en eindeiyk ging
ik kwaad naar bed.
Den volgenden morgen stond ik met hoofd-
PÜn op. Buiten regende het pUpestelen en een
wilde voorjaarsstorm loeide om het huis. De
geheele dag bestond uit een aaneenschakeling
van onaangename dingen. De eene ergernis
kwam na de andere. Het zou me hier te ver
voeren, alle gebeurtenissen afzonderiyk te be
schrijven. Laat ik er mee volstaan te vertellen,
dat ik met myn vulpen op myn Jas spatte, dat
we 's middags witte boonen aten, die ik niet
zien kan en dat myn geliefde Liesbeth 's avonds
veertien vriendinnen ultgenoodlgd had, die
„Mensch, erger Je niet” speelden.
Maar natuuriyk ergerden zy zich wel. Vooral
Je weer eens een ander meisje?"
Waarachtig, Hein stapte met een stevig
meisje uit de boot. Maar Anna-Margriet was
het niet!
,JIeln!” zei ik, „waar is Anne-Margriet?"
Toen lachte hy: „Verandering maakt het
leven zoet!"
MUn zwager lachte ook, maar ik ergerde mU,
want Anne-Margriet was een net meisje en zy
Vader in den hemel te smeekén om de hulp der I hield van Hein. Het paar ging hand aan hand
het eiland op en wy hadden werk met onze
visschen. MUn zwager kende het meisje. ZU
moest geld hebben en Anne-Margriet was arm.
Nu, ieder moet zelf weten wat hy doet. Maar
ik moest aan Anne-Margriet denken en ik
hoopte, dat zU spoedig een anderen jongen zou
krijgen.
Dit allés gebeurde in de Goede Week. Des
avonds voor Paschen ging ik weer naar myn
boot, die voor ons huls in het water lag. Maar
hoe ik ook keek, myn boot was weg, en moeder
sei, dat Anne-Margriet ze genomen had.
Dat verwonderde my en moeder was ver-
-l was.
„Ze heeft gezegd, dat ze Jou met de boot af
zou halen.” MUn boot was niet heelemaal in
orde, zU maakte tameiyk veel water en Anne-
Margriet kon ternauwernood roeien. Frltsje
j en weer en streek
„Wat schrok
Het Derth-ziekenhuls in Sidney heeft op het
oogenblik een patiënt, voor wien de doktoren
zich sinds korten tyd heftig interesseeren,
daar by onderzoek geconstateerd werd, dat de
man twee harten heeft. Eenigen tyd geleden
kwam in het Derth-ziekenhuls een landarbei
der, afkomstig uit Italië en Alvara genaamd.
De man. die 57 jaar oud is, had tal van klach
ten. Men onderzocht hem qn kon nu consta-
teeren. dat hy in het bezit van twee harten
was. ZUn eigeniyk hart, dat grooter is dan een
normaal hart, ligt aan den rechterkant van zyn
borstkas, terwyi het tweede, kleinere hart,
links in zUn borstkas ligt. Beide harten slaan
gelUktUdlg. Een wetenschappelUk instituut,
dat van dezen wonderbaariyken patiënt verno
men had, heeft den man 10.000 pond sterling
aangeboden om In het bezit van zyn lichaam
te komen, wanneer hy mocht komen te over-
lUden. Alvara wil hiervan evenwel niets weten
en heeft het aanbod afgeslagen. Toch is het
merkwaardig, dat de man tot nu toe nooit ziek
geweest is. De klachten, die de man thans
heeft, staan dan ook in geenerlei verband met
zyn belde harten.
1
De hauwtjes dezer plant laten de zaden
doorschynen, zoodat het lijkt of er Hebreeuw-
sche letters op geschreven staan, waardoor zy
aan munten doen denken. Men bracht daar
om de plant in verband met de 30 zilverlingen,
welke Judas als loon ontving voor het door
hem gepleegde verraad.