OSS
EEN REPRISE
<KdwtfwMl winden daq
entje
1
een
H
ALLEAB
F 250-
I
een -
hoogstaand
3
11
Voorwerpen van
I enquête
Monumentale
raadhuizen
i
DONDERDAG 28 APRIL 1938
Eén in Christus
Aanwinsten in N oor d-Br akant
Henri Jonas
:h
Da Maastrichtsche schilder wordt
60 jaar
De Mooning van t
den soeprijder
HA HET ONGEVAL
litair
meLTCU
Leid-
DAM:
36268.
Mn
ECHT:
ARN-
ralLel-
741
•g-
HUIS
enachen,
ïasrlrm.
95780
B
M
W
K,
-
het
sal
hem
misschien
(Nadruk verboden)
be-
5743
1
1
vraag-
•n
HOOFDSTUK
C-
tn
11
S,
1
hjj de
75740
maanden
.soeprijder"
H.FOX
Vaart
in
in
hetgeen Je vader doet. Hij beoogt slechts jeM
aller geluk en werkt er aan met al ztjn krach
ten. HU zal ook zjjn doel bereiken, onder*» aEe
hinderpalen."
len zeggen,
tar moeder
t. O, vader.
fluisterde
die Ueve
scht op de
heeft niets
y Peel ge-
r, terwijl
sten zeg-
irm los, die
ik heb alles
>1 daar niet
eg om over
heeft weten
loei en dat
van hetgeen
zonder zijn
U 's avonds
n Lily volg
en spijt en
kder," zei zij
bef mij. Ja.
Sr hebt en
Ben volgen.
Biertje, ver-
evrsgzn
*5814
lantoor,
•N
Haar-
95804
el-
t
iet dorp
IU1S
kof.
andere
U Corn,
broek.
95781
■r TT yat een parlementdB
yy als die door den vl
berale Staatspartij 1
sou hebben te onderzoeken]
lesen in de N. R. Crt. van gü
het menigeen van onze
niet duidelijk is, welke lanl
bet spel staan, laten wij hi
vijf punten volgen, welke J
Crt. voldoende zijn „om de 3
te nopen, in het belang val
en de rechtvaardigheid, in 1
van de eer en den goeden
chaussee, gebruik te makel
wa enquête”.
Bewerkt naar
door CHRIS!
•ke kerk in
Ifiddelbeerz.
lbouw- en
r, is bulten
bn. onher-
l>Jannen in
uitgewerkte
te bes tem-
t. naar ver-
voernemens.
ben zal vor-
OVERTROJ^D.
„De kan het geluld van een leeuw zoo
precies nadoen, dat alle kinderen beven,
als ik begin te brullen”.
„Dat is nog nietsAls ik kraal, gaat de
zon op!"
zullen zich
bezig te
voorloopig
behandeling ook te Mlddelbeers het oude kerk
gebouw te stellen in dienst van het gemeente
lijk bestuur. Een in zijn voorname kleinheid
fraaiere schepping als dat daar, in de dorpeche
sfeer der Kempen, belooft te worden, kan man
zich nauwelijks voorstellen. Dit plan moet in
derdaad tot werkelijkheid uitgroeien!
h De vraag omtrent de
“d van den minister van
teocureur-generaal in Den E
richt? (Avondblad Telegntef 30 April, overgeno
men in Ochtendblad N. R Crt. 21 April
Zouden In verband met deze zaak tegen den
assurantiebesorger nog andere vooraanstaande
wereldlijke personen strafrechtelijk vervolgd
zjjn moeten worden, indien de rechtsgang voort
gang had gehad? (iCfededeellngen in verschil
lende bladen.)
5. Waarom
Kort daarna werd de verloving gevierd van
Marian met dr. James Brice. ZQ kenden elkaar
al sedert zooveel jaren en stilzwijgend hadden
zjj elkaar beloofd te zullen trouwen, aoodra Je
een of de ander rijk werd. Nu dit gebeurd
was. vervulden zjj die belofte. Het onverhoopte
fortuin, dat .Marian ten deel was gevallen, had
haar besluit niet veranderd en het. was met
volle overtuiging, dat zjj haar hand in die van
James legde.
Toen Julia zag. dat zjj de verlovingsringen
wisselden, had zjj gedacht, dat zij waarschijn
lijk wel een goed* gezin zouden stichten. Martan
zou asm het bestuur blijven, daar was geen
twijfel aan. maar dokter Brice zou zich ook niet
daartegen verzetten. Julja kende den jongeman
vanaf den dag. dat zij deel had uitgemaakt van
het gezin van dr. Mac-Rae en wist, dat hij on
danks zijn goedhartigheid of misschien jütat
daardoor geen vasten wil beaat en dat hg zich
liet leiden door anderen. Dat zon Marian doen,
zooals zjjn moeder, het vorig jaar rrrtu leden,
gedaan had.
punten der N. R. Crt. heeft ultgespela
(naar welk blad de heer Wendelaar in zijn
aanvrage verwezen heeft) zal zich wellicht
verwonderen, dat men het even trage als
zwaarwichtige apparaat van zulk een par
lementaire enquête in beweging wil zetten
om „helderheid” te brengen in zulke klein*
en min of meer kunstmatige duisterheden:
lijken, alsof
iemand naar rietvorens wil hengelen met
een hljschkraan. Maar deze lezer zou dan
vergeten, dat hier politiek moet worden
gemaakt. Bescheidener parlementaire mid
delen, vragen en interpellaties op grond
van de „nieuwe feiten”, schijnen daartoe
onvoldoende geacht te worden; blijkbaar
vreezen sommigen de als gevaarlijk geschil
derde welsprekendheid van den minister,
of heeft de pers geen vertrouwen meer in
de afgevaardigden, die den eersten keer in
ira et studio zijn tekort geschoten. Juist
het ongewone van een enquête-venoek
moet aan de groote affaire, waartoe men
Oss wil en zal promoveeren, de zoo ge-
wenschte celebrlteit geven; wordt echter
het verzoek door het parlement afgewezen
dan zal men van den „doofjjot” kunnen
spreken.
Wij onzerzijds laten de beslissing over
deze enquête-aanvrage gaarne aan het par
lement over. Als deze hljschkraan waarlijk
voor ons parlement het eenige middel zou
blijken te zijn, om zich heen te zetten over
de opgeblazen Ossche affaire, waarin men
nu al weken laag de landsbelangen aftelt
op de knoopen van een wachtmeesters-
uniform, dan kunnen wij weliswaar de
volksvertegenwoordiging
maar tenslotte „good riddance” wenschen.
Doch wij hopen, dat er tevens, hoe dan
ook, licht zal komenin den ach
tergrond van de antl-katholieke agita
tie, die met een rusteloose perscampagne
het gareel heeft geconstrueerd, waarin de
voorzitter der Liberale Staatspartij zich
heeft laten spannen.
p den parti-pris van de liberale pers,
Idle aan de afgevaardigden deze ge-
X-dragslljn heeft vóórgeschreven, is
door ons herhaaldelijk gewezen. Onlangs
nog merkten wij op. hoe de N. R. Crt. uit
een Telegraaf-artikel alles citeerde behalve
de enkele zinsnede, waarmee dat blad zich
zelf In den vinger sneed en de maatregelen
van minister Ooseling onbedoeld rechtvaar
digde.
Twee weken geleden wezen wij „De Tele
graaf”, „Het Volk”, „De N. R. Crt.” en .Hel
Vaderland”, die allen den Oss-schen burge
meester en het corps der Oss-sche gemeen-
tepolltie voortdurend beschuldigden, werke
loos berust te hebben bij de misstan
den, die eenige jaren geleden in Oss
stonden, o.a. op de volgende feiten:
de burgemeester deed den eersten stap
tot de zuivering van Oss door het instellen
van nachtdiensten voor zijn polltie-corps;
de eerste arrestatie-op-heeterdaad _v»a
bendeleden geschiedde in den^M^JB
op de roofmoord te Oyen vB
door den burgemeester in pB
van de 72 bendeleden, dieB^,'
ge:.:- terecht kw.nm-n. w<-:
d.xc inei-ntepolitH- H
bekentenis gebracht; B
met alleen de marechaus.B
gemeentepolitie en de
werden voor hun optreciei^H
H M de Koningin ondeB
Geen van de genoemdB
B
A
pers beschaamde B.
Op 8 Mei as. hoopt de Maastrichteche kunst
schilder en glazenier Henri Jonas zjjn zestig
sten verjaardag te vieren. Op dienzellden <teg.
een Zondag, wordt er in bet Stedelijk Museum
aan bet Vrijthof een eeretentnon stelling ge
opend, samengesteld uit werken vin Jonas. Het
zal velen tot verheuging stemmen, dat men
op deze wijze den bescheiden, maar beteekenia
vol 1 en Maastrichtechen kunstenaar huldigen
wil.
Na een zware ziekte is hij sinds eenigen tfad
in zijn vaderstad teruggekeerd en opnieuw
aan den arbeid getogen. Bij de tentoonstelling
van Llmburgsche kunst te ’sOravenhage is
er door de pers van het Noorden uitvoerig op
zjjn beteekenis gewezen.
Kr is een Bere-omitê gevormd, waarin ds
volgende personen zitting hebben: Jfar. Mr. W.
Michiels van Kessenich, burgemeester van
Maastricht, eere-voorzitter; de beer J. Scbaep-
kens van Riempet. wethouder van O„ K. en
W. van Maastricht, voorzitter; verder de fase
ren Hugo van der Broek, Maastricht, Prof. Dr.
Gerard Bron. Nijmegen. Prof. Dr. M. J. H.
L Cobbenhagen, Tilburg, Jan ngelman, Utrecht,
Henri Hermans. Maastricht. Mr. K. Janssen de
Urnpens, Gulpen. Pastoor L. Unseen, Heugem.
Prof. Dr. P. H. van Moerkerken, Amsterdam.
Prof. R. N. Roland Holst. Bloemendaal. A. A.
M. Stole, Maastricht, Charles Vos. Maastricht,
A. J. N. Boosten, Maastricht, H. Specken, voor
zitter kunstenaarsvereenlging „Limburg” en W.
G. H van Beek, voorzitter Llmburgsche Kunst
kring.
gedeeld (laatstelijk in het avondblad van De
Telegraaf van 20 April, overgenomen in ons
ochtendblad van 21 April), n.l. dat de wacht
meester nog nadien verklaard heeft, dat de
Officier van alles (d wz. én van het niet hoo-
ren van den verdachte èn van de staking van
het onderzoek) geweten heeft en dat de Officier
hem mededeelde de zaak niet te willen vervol
gen, omdat hjj de affaire wel met den btsschop
zou regelen, waarom moet de wachtmeester dan
de beschuldiging van valschheid In geschrifte
op zich laten rusten?
Wat waren de .gronden, aan het algemeen
belang ontleend”, waarop in het door den
«Uchtmeester opgemaakte prcces-verbaal wordt
gezinspeeld?
3. Is het juist, dat de procureur-generaal in
DAi Bosch zich reeds langeren tijd met over
schrijding van zUn wettelijke bevoegdheid te
veel inlaat met de interne aangelegenheden
van de marechaussee, vooral door de beoordee-
llng van de dienstverrichtingen en het gedrag
van het personeel en van de door de comman
danten te nemen krljgstuchteljjke maatregelen?
(Avondblad^ N. R. Crt. van 13 April.)
4. Is het juist, dat de handelingen van de
marechaussee in de zaak tegen den assurantie-
beaorger, den zgn. bankier, door de wet èn door
den Officier van Justitie gedekt waren, en de
man tot 38 Maart ook voor den rechter-com
missaris verdachte was, terwijl de minister
reeds twee dagen eerder in deze zaak aanlei
ding had gevonden een onderzoek tegen de
brigade te openen? (Avondblad N. R. Crt. van
12 April.) Was ook de rechter-commissaris van
oordeel, dat er geen bewijs van schuld was,
toen hij (Avondblad Telegraaf van 20 April,
o’ ergenomen In ons Ochtendblad van 21 April)
-* rilheid- - -i- -Jj,*
I w-^e liberale en neutrale pers, gesecun-
Ideerd door de socialistische en na-
I L/ tlonaal-socialistische, Is er dan toch
1 jg geslaagd, de parlementaire vertegen-
I «oordigers van het liberalisme te overtui-
I gen, dat zij bij de behandeling van de in-
I terpellatie-Drop al te gauw een kluif heb-
ben losgelaten, waar nog heel wat politiek
I vieesch aan zat. Zij hebben de zaak-Oss
J destijds sine ira et studio bekeken efl zich
I na de informaties en de argumenten van
I den minister van Justitie voldaan verklaard
alsof er geen parti-pris bestond. Wij
zagen het en waren verheugd, misschien
ook een tikje verwonderd. Helaas te vroeg'
Achteraf heeft men, door de pers berispt,
zich bedacht en besloten, het nog eens over
te doen. „Nieuwe publicaties in de pers”
I goo heet het hebben bij degenen, die
zich veertien dagen geleden voldaan ver
klaarden. „den Indruk gewekt, dat de zaak
met de rede van den minister niet uit kan
zijn”. De heer Wendelaar heeft den vorm
van een enquête-verzoek gevonden, om de
kluif opnieuw tusschen de tanden te ne
men. Het Oss-sche gerecht zal in het honge
rige parlement een tweede maal worden
geserveerd. Maar deze opgewarmde schotel
is nu door en door politiek gekruid.
Het politieke oogmerk van deze parle
mentaire actie der liberale zijde is blijkbaar
gericht op een disqualificatie van den
minister van Justitie en met hem van de
Katholieke Staatspartij, d wz. op een poli
tieke verzwakking vap de georganiseerde
katholieken. Is zjj de reactie op de Kabi
netsformatie van nu bijna een jaar geleden?
et stadsbestuur van Helmond, dat des
tijds het oude raadhuis aan de Markt ver
liet om zijn intrek te nemen in het histo
rische Kasteel, waardoor het vermaarde en om
zijn pracht wijd-bekende Kasteel-Raadhuis der
stad van Peelland ontstond, maakt school. Er
bestaat gegronde verwachtingdat binnen af-
zlenbaren tijd In het Brabantsche land meer
monumentale gebouwen door gemeentebestu
ren zullen betrokken worden.
Het meest belangrijke en ook het meest met
Helmond analoge geval te dat te Oosterhou:.
Het bestuur dier gemeente is door aankoop
eigenaar geworden van het historische .Huize
een kasteel, dat tot de meest waar-
■Mtandelljke gebouwen uit de Baronie
gerekend worden Evenals te
hier k achten het kas-
door een rijke boo-
Mk
B
'^Beteekenis
l.-r- Bra-
een to*-
B
B1, n ontkomen
e Luzem is een nieuwe brug gebouwd.
Het stadsbestuur verzocht aan verschillen
de corporaties om toezending van een of
ander toepasselijk document, d.< namens de
betrokken corporatie in een der pijlers van de
nieuwe brug zou Ingemetseld worden, zoo lezen
we in het laatste nummer van ..De Strijd
kreet", het weekblad van het Leger des Hells in
Nederland. Het Kerkbestuur van de Christeitjk-
Katholieke gemeente heeft aan de ultnoodlging
voldaan en een document Ingezonden, dat met
de volgende (vertaalde) woorden begint:
„In een tijd, warin zich weer diepe kloven
tusschen mensch en mensch, volk en volk, ras
en ras openbaren, moge de bouw van de nieu
we brug ons aan den emstigsten plicht herin
neren, dat wij in dienst van den waren Pon
tifex Maximus, van Hem, die een brug sloeg
van den hemel naar de aarde, en bezield door
geloof en liefde, over de scheuringen van het
leven bruggen van geestelijke en stoffelijke
hulp naar elkander moeten bouwen, opdat
waar zij:
geen Jood noch Oriek
geen slaaf noch vrije
geen man noch vrouw
maar één
in Christus
Jezus.”
den betrokken dlvlaie-commandant der mare
chaussee namens den minister mede te d-e-
ten^ dat de brigade te Oss tot nader order
rich, behoudens uitdrukkelijken last van den
procureur-generaal, te onthouden heeft van
ieder opsporingsonderzoek. (Rede van den mi
nister, Handel, bl. 151«).
3. Op bl. 1509 van de Handelingen haalt
de minister een door den wachtmeester der
marechaussee op 34 Maart opgemaakt proces
verbaal aan, waarin wordt medegedeeld:
„C^> gronden, aan het algemeen belang ont
leend, is de verdachte" (een der beide geeste
lijken) „met medeweten van den beer Officier
van Justitie bjj de arrondissementsrechtbank
te ’s-Hertogenbosch niet gehoord en Is het
onderzoek in deze gestaakt.”
De minister haalt daartegenover aan een
brief van den Officier van Justitie ain den
p/ocureur-generaal van 29 Maart, waarin staat:
,De niededeellng in de voorlaatste alinea van
het proces verbaal betreffende X. betreffende
de staking van het ondersoek en het verhoor
van den verdachte zijn in strijd met de waar
heid; er is nJ. niet het minste overleg ge
pleegd.”
■Conclusie: de wachtmeester sou, niet ten aan
zien van beoordeelingen van feiten,
maar ten aanzien van twee feiten zelve, een
valsch proces-verbaal hebben opgemaakt. De
minister zelf spreekt van een „onware vermel
ding in het proces-verbaal.”
Dit zou valschheid in geschrifte zijn, een
ernstig vergrijp, waarbij de eer en goede naam
van den wachtmeester betrokken zjjn. Waarom
is ten deze door den divlsie-commandant der
marechaussee geen onderzoek gelast ten einde
te kunnen beoordeelen, of deze zaak bjj den
Krijgsraad diende te worden aanhangig ge
maakt? Was hjj tot dat onderzoek niet wetteljjk
verplicht?
r V t wt u wat .aoeprijden" la? Het ia de
eigenaardige uitdrukking waarmee oen
v uitermate gevaarlijk beroep wordt aan
duld. Iedereen weet wat ,aoep~ ia In de mljn-
werkerswereld in de Vereenlgde Staten wordt
dit woordje gebruikt voor een springstof: nitro
glycerine. een gele ontplofbare olie, die bij liters
in de springgaten wordt gegoten. Die nitro
glycerine wordt in open kannen van rubber
vervoerd op groote. rood geverfde vrachtwagens.
De chauffeur op zoon wagen, de .soeprijder'.
verdient 400 A 500 dollar per maand. Dte .xoep-
wagens” rijden slechts op afgelegen wegen, de
groote verkeerswegen zijn voor hen verboden,
daar de olie snel ontplofbaar is en op den ge-
ringsten schok reageert.
Wanneer zoo'n vrachtauto bijv, over een
steen of over een andere oneffenheid rijdt, dan
springt op t zelfde oogenbllk de heele wagen
uit elkaar. Dan wordt er vaak een gat in den
weg geslagen, waarin een heele garage zou kun
nen gebouwd worden. Het gat wordt dan zoo
spoedig mogelijk dicht gemaakt en den volgen
den dag rjjdt weer een ander transport .soep”
over dezelfde plek. -
Menig chauffeur oefent al jaren huig het ge
vaarlijke beroep uit en maakt het uitstekend. Er
zijn echter ook chauffeurs, die reeds bjj hun
eersten rit den dood vinden, terwijl anderen op
den laatsten dag van hun contract er het leven
bij inschieten. Sommige beginnelingen laten
hun wagens midden op den weg in den steek en
nemen, aangegrepen door *n plotsellngen angst
voor een ontploffing, de vlucht
Marc Denny was juist drie
Oregon bij Jethro Voyce als
dienst, toen hem het volgende overkwam:
HIJ had op een oude boerderU. die ongeveer
350 meter van den weg Verwijderd lag. reed-
niet fellciteeren, eenige keeren water gehaald. De boerderU werd
bewoond door een weduwe, die een kind had.
Maar dit laatste bleek hem eerst op den dag.
dat het ongeluk gebeurde en de kleine zich
alleen in het brandende huls bevond. HU tuurde
scherp op den weg, om elke oneffenheid met
de grootste zorgvuldigheid te vennüden en
daardoor bemerkte hU eerst het vuur in de
boerderU, toen hU er voorbU was. Zoodra hU den
brand zag was Marc’s eerste gedachte: „door-
rijden!”
Voor een .aoeprUder” was dit de natuurlljk-
ste zaak ter werold, daar het plotselinge rem
men reeds menlgen collega het leven had ge
kost Bovendien was de lucht boven de boer
derU êén vonkenregen waarvan een enkele
vonk voldoende was om z’n heele lading te doen
ontploffen.
Maar het hulpgeroep van een jammerende
vrouw, die door twee oude mannen in bedwang
werd gehouden, deed hem op z’n eerst geno
men besluit terugkomen. Mare klemde de tan
den op elkaar en stopte.
Nog geen minuut later stond hU voor het fel
brandende huls, waarin zich op de eerste ver
dieping nog het kind bevond.
De trap stond reeds in lichter laaie en lad
ders waren niet in de nabijheid. Niettemin wilde
de radelcoze moeder met alle geweld het huls
binnen om haar kind te redden. ZU worstelde
als een waanzinnige met twee mannen. Met één
is het mlnisterieele onderzoek
alleen geschied in overleg met den procureur-
generaal, of liever: waarom heeft, nadat deze
laatste hoofdpersoon in de Oss-sche affaire den
minister daarin gehaald had. de minister het
onderzoek niet in handen gesteld van het mi
nisterie van Defensie, die het had kunnen op
dragen aan de autoriteiten van het wapen der
marechaussee? Afgescheiden nog van de zot
tigheid, kan het onderzoek in den vorm, waar
in het heeft plaats gehad, niet eens als een
behoorlUk overleg met de hlerbU betrekken
En zoo het juist is, wat in de pers is mede- *utoritelten der marechaussee gelden, daar bl'
het onderhoud ten parkette in Den Bosch van
den procureur-generaal met den inspecteur van
het wapen en den betrokken divlsle-comman-
dant, deze beide laatsten in de gelegenheid
werden gesteld „van alle stukken kennis te ne
mén” (Rede' van den minister Handel, bl. 1510
en Avondblad N. R. Crt. van 12 April) op d e n-
zelfden dag, dat de opsporingsbevoegdheid
werd ontnomen. Waarom is dien Inspecteur en
dien divlsie-commandant voor het raadplegen
van de stukken niet meer tUd gelaten en waar
om zijn zU niet tevens in de gelegenheid gesteld
de brigade, de veroordeelde partU, te hooren?
Op welk oogenbllk heeft de minister zUn op
dracht tot ontneming van de opsporingsbe
voegdheid op den len April ter kennis van den
procureur-generaal gebracht? Zijn de belde
functionarissen van het wapen, ook al zouden
zij op 1 en 2 April in de reeds getroffen maat
regelen hebben berust (rede van den minister
Handel, bl. 1510), later op dat standpunt blij
ven staan? (Avondblad N. R. Crt. van 12
April.)"
ver deze vragen dus eigenlijk ge-
Izegd over een tweetal dagblad-artl-
kelen heeft de heer Wendelaar
een parlementaire enquête verzocht. De
afdeellngen van de Kamer
met dit verzoek hebben
houden en daarover een
verslag uitbrengen; de heer Wendelaar zal
daarop antwoorden met een Memorie van
Antwoord, dan volgt de mondelinge behan
deling in de Kamer en, zou de Kamer daar
toe besluiten, de enquête zelf, eenXnquête,
die uit haar aard zeer omslachtig en lang-
Bh^zal zijn, de eerste slnds*1888, toen er
Bte^ooten om vang en belang werd
^■M^^rbeidstoestanden in fa-
komt een taxi aan!"B
■J», ze houdt stil.” I
„W“r! 8aat verder 1
-«een, maar nu is het meenB
‘=*£ra,^_deiW liep.
wilden allen tegel
SwS.f^ar Cecile was de vl
1 «n taxi voor de s|
WheT^rti gestept en jal
Térobr dokter Mac-RaJ
J«will deze den chauffej
de handkoffers ui* £1
tJL Ja?es Wnnen I
oogopslag had Mare Denny den toestand over
zien. Was bet dan absoluut ónmogelijk om bo
ven in t huis te komen?
Maar reeds had hU een uitweg ontdekt. In de
open staande schuuf sag hij een ouden vracht
wagen staan. Dit voertuig haalde hij te voor
schijn, wierp er een paar leege kisten op en
rolde bet gevaarte voor bet venster. Mare was
een uitstekend klimmer, en in een oogwenk was
hU binnen en kwam weer te voorschijn met bet
slapende kind onder z’n arm.
Op t oogenbllk dat bjj van den wagen sprong,
viel een kant van t brandende gebouw ineen,
waarvan ook een groot doe' op de kisten terecht
kwam. Schreiend van geluk nam de moeder haar
geredde lieveling van den jBoeprijder* over, die
daarna langzaam weer naar den weg terug liep.
Maar eensklaps staarde bij. als door den donder
getroffen naar één punt, z’n roode vrachtwagen
had blijkbaar op
een kleine hel-
\\nu van den
weg gestaan, en
was heel lang
zaam terug ge
gleden, terwijl een
kan met die
vreeseljjke nytroglycerlne op t uiterste kantje
van den wagen stond. Elke windstoot, de ge
ringste beweging kon haar doen kantelen.
Marc Denny werd doodsbleek. Ook de beide
oude boeren keken met verschrikte oogen naar
den vrachtwagen.
Wat sras er gebeurd? vroeg de ..Soeprijder”
zich verschrikt af. Alle sloten had hjj toch sorg-
vuldig nagekeken vóór hij weg reed. Bij sQn
weten had htf geen vijanden in t bedrijf. HIJ
kon het raadsel niet oplossen, maar een rilling
van ontzetting voer hem door de leden, als hij
er aan dacht, wat er gebeurd zou zijn, als hij
doorgereden was.
Eensklaps stiet hij een kreet uit, sprong blik
semsnel op de vrouw toe en trok baar met rich
op den grond. De beide mannen deden betselMe.
HU had gezien, dat de kan met de moordende
vloeistof langzaam naar beneden schoof.
Hjj balanceerde nog een paar seconden op
den uitersten rand van den vragen, toen hoorde
men een doffen slag.en op t zelfde mqtnsnt
doorkllefden twee reusachtige zwavelachtige
vlammen de lucht, die gevolgd werden door een
oorverdoovenden donderslag. Een geweldig zwart
rookgordijn steeg op en een lawine van sand
en steenen verpreidde zich over de velden. Door
den onteettenden luchtdruk werden met één slag
heele rijen boomen uit den grond gerukt.
Bleek als de dood zagen de vier menachen
toe. Hoog over het brandende huis heen zweef-
de een groot glimmend voorwerp en viel met
een ontzettenden slag op de binnenplaats der
boerderij, t Was de motor van den jsoepwa-
gen”. Een paar minuten lang regende het stee
nen en verschroeiende rubber.
Toen alles voorbij was, sag men Mare Denny,
den doodsbleeken, zwijgenden „soeprijder", stil
op den grond zitten *ft er over nadenken, boe
een goed werk hier op aarde dikwijls reeds haar
belooning vindt.