I
DE MANCHESTERBROEK
N.
tent
den,
ecbe
nntui
betxx
trok
ontM
wen<
ten.
gener
leren
„gene
gerin
tiek,
heid»
ne
toon
door
werd
In d
phjsk
komst
moe*
nen
niet 1
Germ
gebied
dus
social!
JUBILEERENDE MARECHAUSSEE
VI
F/
VS
gezinnen
ZOektpeIrSone°l?Wbaar I FOTOREPORTAGE
EEN HANDIGHEIDJE
VLINDERS IN MEI
Ks«r
Plaats dan een „Omroeper”
voor 80.
T31
DE V.P.D.
Traditiegetrouw woonde de Engeische Koninklijke Familie Woensdag de Derby te
Epsom bij. Een kijkje in de Koninklijke loge
DONDERDAG 2 JUNI 1938
W-
■mbmm» DONDERDAG 2 JUNI 1938
- -
1
„Moe”
naar
PIET
Dx^|> &.UW009-
in hei
der vr
ulUati:
campa
staan
Zoo
in des
Jende 1
klaring
van Di
geren
een wt
van 1
en de
van „n
kroost
deken
leuze:
kwam
onder
Al 1
van de
Utlek t
on het
natuurl
ment d
Tot zijn groote tevredenheid merkte hij
dat zijn broek droog was en je kon er ook
niets van zien dat hij nat was geweest. Vlug
zorgde hij buiten te komen en fluitend ging
hij naar huis. Als ze nu maar niets wisten
van dat Ijs, dan zou alles wel goed afloo-
pen.
Maar toen hij de straat indraaide, waar
hij woonde, bleek die hoop ijdel te zijn.
Want hij zag nog net mijnheer Bongers,
hun onderwijzer, uit zijn huis konten. Vader
liet hem uit.
Met looden schoenen ging Heintje naar
dei
üft bij»
kunnen
I sodaliitlsi
Industrial
sullen otu
Christelijk
«en verpij
in ons lar
•P de we
«utarklstia
*«d med<
’•neen o<
«-tenden
had in
Bomme h,
«t ter be
huwde v
h^eslagen
«hvankel:
thans met
tahtameo,
«derden
hlükbaar
Wte,
Je legt ’n gulden op den rechter-elleboog, op
de manier zooals onderstaand teekeningetje laat
zien.
Daarna laat je je arm plotseling zakken en
probeert dan met je rechterhand den gulden
op te vangen.
Heb je de noodige handigheid in deze te pak
ken, probeer dan hetzelfde eens met een hoopje
van twee, drie, vier of meer geldstukken, totdat
je tenslotte er zóó handig in geworden bent,
dat je het kunststuk aan je kennissen tarnt ver-
Zooals gewoonlijk was het een feest, als
Henk van Voorden, de „groote broer” van
Toos en Mientje, student in de plant- en
dierkunde, thuis kwam. Meestal werd dan
een wandel- of een fietstocht op touw gezet
en het leek wel of Henk het altijd goed met
het weer moest treffen. Ditmaal was het
de bedoeling te kijken, welke vlinders zich
al vertoonden en Henk stelde zich ook voor,
rupsen te zoeken, die hij kon laten uitko
men. Een van de goede vrienden van de
familie van Voorden, wiens tuin aan de
helde grensde, had aangeboden, of de jon
gelui eens bij hem kwamen kijken. Niet
alleen had hij verscheidene gekweekte
planten, die voor vllnderbezoek In aanmer
king kwamen, maar achter in den tuin was
een soort wildernis, waar allerlei planten
door elkaar groeiden en daar zouden we!
de noodige rupsen tusschen zitten. ,Jk raak
ze dan meteen kwijt” had de tuineigenaar
lachend gezegd.
De afstand was niet groot, maar toch
gingen ze per fiets, want voor het-bekijken
van vlinders moet je den tijd nemen. Van
gen wilde Henk ze niet; èn omdat hl] het
jammer vond de mooie dieren van hun
vrijheid te berooven èn omdat van veel
vlinders, die je zoo vangt in hun vlucht
de vleugels beschadigd zijn.
Christel
la, blijkt
coirespc
dim". 1
digde
na de
socialist!
mevr.
en het 1
bet arte
wen in
uitvoerin
gesteld 1
industrie
srbeidsta
un is,
onder de
Bet kun
en econc
de mobil
lijke ar
winneer
djn gest
nog een
heers
personeel
ten op c
op bet pi
•sntsl b
•oor he
•ttanstig
tunde o
near de
te gaan,
wouweljjl
onderwijs
liep zou hij nog vóór meester In de klas
zijn. Dat mocht eigenlijk wel niet, maar hjj
verstopte zich gewoon wider de bank. Wat
een geluk dat hij heelemaal achteraan zat!
Zoo gedacht zoo gedaan.
Vlug als de wind rende hij naar school,
ging de klas binnen en kroop onder de
bank, die vlak bij de verwarming stond.
Dat gaf hem weer een nieuw en een beter
idee. Hij trok fUn zUn broek, kousen en
schoenen uit en hing alles achter de ver
warming te drogen.
De jongens kwamen binnen. Ongemerkt
kroop Heintje ook omhoog en zat nu heel
gewoon In de laatste bank. ZUn buurman
en eenige anderen zagen wel, dat hU met
bloote beenen én voeten en In zUn onder
broek In de bank zat en ze lachten ook
wel zoo’n beetje zacht voor zich heen, maar
de onderwijzer merkte er niets van.
Eerst hadden ze les in aardrUkskunde.
Links en rechts vlogen de vragen door de
klas en de jongens gaven naar best ver
mogen antwoord.
„Heintje,” vroeg de onderwUzer onver
wacht, „waar ligt Roodeschool?”
HU keek daarbU over zUn brilleglazen
Heintje aan.
„Eh....” zei Heintje nadenkend om wat
tUd te rekken, „in-ehIn het Noorden
van Nederland!"
„Dat begrUp ik,” antwoordde de onder
maakt, met versche brandnetelbladeren
werden gedaan.
BU het zoeken naar nummervlindefrup-
sen was Henk ook rupsen tegengekon*»
van een andere soort, -nameUjk van den
dagpauwoog. Ook deze rupsen zoeken hun
voedsel op brandnetels. Ze zUn glanzi»
zwart van kleur met helder witte stippen
(Flg. 3). In een ander daarvoor klaarge
maakt doosje werden de dagpauwoogrup-
sen bewaard. Mientje had intusschen ook
niet stilgezeten. ZU kwam met een pa"
takjes van vruchtboomen aandragen, ys®'
op prachtig gekleurde rupsen zaten
3), namelUk de.rupsen van den ringelrups-
vlinder. Henk wilde ze graag hebben. 08
rupsen waren lichtbruin, behaard en Had
den aan weerszUden een witte en een bi*°'
we streep. De kop was blauw en had een
paar zwarte vlekken. Wilde Henk deze rw
sen graag kweeken, hU begreep, dat de
eigenaar van den tuin ze even graag,
niet nog liever. kwUt was uit zijn p®8"
boom. Dus gingen ze Uverlg met z’n drie®
aan het vangen en wat Henk niet gebruik*0
wilde, werd met petroleum overgoten
verbrand. Dat uitzoeken van de rUP*®
kostte zóóveel tUd. dat toen eindelijk de
boom geheel vrU was en ook de struiken
de omgeving voor alle zekerheid waren na
gekeken, het tUd was om hulswaaru te
gaan. Henk nam voor alle zekerheid nog
wat versch voedsel mee en na den eigenaar
van den tuin bedankt te hebben, die h®
op zUn beurt bedankte voor het wegvang®
van de schadelUke rupsen, ging het
weer huiswaarts.
zeurde Heintje, „moe, wanneer
krUg Ik nou zoo’n mooie manchesterbroek?"
„Dat zullen we nog wel eens zien, jon
gen," antwoordde moeder, „misschien aan
het einde van de maand, als je tenminste
goed je best doet op school!”
Heintje zuchtte.
Dat Had moeder al zoo vaak gezegd, en
nog steeds moest hU het zonder de broek
doen, die hU toch zoo graag zou willen
hebben. Tientallen malen had hU verlan
gend voor de etalage gestaan, waar die
mooie broek hing. Het was niet zoo’n ge
wone geel-brulne manchesterbroek. Nee
de kleur wgs mulsgrUs en als je d’r over
heen streek, voelde het zoo zacht aan als
fluweel. J
Maar toen de maand om was mocht
Heintje elndelUk mee naar den winkel om
de llevelingsbroek te koopen.
„Het is echt manchester uit Engeland.”
zei de verkooper en In de oogen van Heintje
werd de broek daardoor nog waardevoller.
Trotsch als een pauw stapte hU met zUn
moeder den winkel uit en hU vond het
jammer dat hU zUn overjas aan had, want
nu kon niemand zUn broek zien. HU had
hem al aan mogen houden, snap je. Den
heélen verderen dag bewonderde hU zich
zelf en iedereen moest zUn oordeel over de
broek geven. Ówee, als dat oordeel niet
vleiend was.
Het was winter en het vroor stevig.
De dag nadat hU ven moeder de broek
had gekregen, ging Heintje met zUn
vriendjes vóór schooltijd nog even probee-
ren of het U« In de gracht sterk genoec
was. Het kraakte wel flink krrrrr-krrrrr,
maar daar trokken ze zich niets van aan
en als echte waaghalzen liepen ze vlug van
de eene zUde naar de andere. Daar ging
Heintje weer krrrrr-krrrrr bUna was hU
aan den overkant, daar scheurde het U»
onder hem weg en zakte hU tot aan zUn
middel In het water.
Met man en macht trokken zUn vriend
jes hem uit het Uskoude water. Daar stond
hij, bibberend als een blad, aan den kant.
Wat moest hU nu doen?
Naar huls gaan?
Nee, dat durfde hU niet. Dan zou het van
klitskletsklandere geven op de nieuwe
broek, die nu allen glans verloren had.
Het was kwart voor twee. Als hij hard
Dicht bU de wildernis was een bank en
daar gingen ze op zitten, onj af te wach
ten, welke vlinders zoo vrlendelUk zouden
zUn zich te vertoonen. Vele waren het niet
Enkele blauwtjes (Flg. 1) en dlstelvlinders
(Fig. 1) vertegenwoordigden de dagvlin
ders, zooals Henk vertelde. Dat kon je goed
zien aan hun uitgespreide vleugels, als ze
gingen zitten en aan hun sprieten, die ein
digen in een verdikt gedeelte. Een enkel
uiltje vertoonde zich ook (Flg. 2). Henk
meende, dat het t gamma-uiltje was, zoc
genoemd, omdat op de vleugels een teeke-
nlng voorkomt, die aan de Orleksche let
ter g herinnert.
Het tweede doel, waarmee ze gekomen
waren, was rupsen zoeken. Dat was geen
gemakkelUk werk. De meeste zaten zoo ver
stopt onder de bladeren en waren boven
dien door hun kleur beschermd, waardoor
het zoeken nog moellUker werd.
Henk hield zich het meest bezig met
brandnetels. HU wilde rupsen van den
moolen nummervlinder hebben. De dicht
gevouwen blaadjes van den brandnetel ver
raadden de aanwezigheid van rupsen (Flg
3). Na eenlg zoeken had hU een tiental
rupsen bU elkaar, die in een sigarettendoos,
Nagel! ven Ampsen, die wegens ge
zondheidsredenen ontslag heeft ge
vraagd als grootmeesteres van H. M.
de Koningin
binnen. Maar móeder deed of er niets aan
de hand was en zette gewoon boterhammen
klaar. Heintje hacT honger en met veel
smaak at hU ze op.
Daar eging de deur epen.
Vader kwam binnen.
„Zoo, zoo,’’ zei hU, „ben- jU d’r al achter
waar Roodeschool ligt? Ik denk van niet,
maar kom maar eens mee, dan zal ik het je
toonen.”
En kletsende slagen bewezen even later
dat de echt Engeische manchesterbroek.
ook wat dat betreft, IngewUd was.
Voor het laatst?
De oefeningen der genietroepen uit Utrecht te Loenen werden
Woensdag door Z. K. H. Prins Bernhard bijgewoond. De Prins
volgt de verrichtingen bij het slaan van een brug
wUzer, „maar Ik geloof toch niet dat JU
precies weet waar het ligt. Kom eens voor
de landkaart enwUs het aan met den
stok!”
Heintje werd rood en bleek tegelUk. Hoe
kon hU nu op zUn bloote voeten voor de
klas komen! HU bleef zitten.
„Komt er nog wat van?” vroeg de onder
wijzer streng, „moet ik de kaart misschien
naar jou toebrengen?”
Rood tot in zUn hals en met gebogen
hoofd ging Heintje naar voren. De jongens
gierden van het lachen.
Verbaasd keek de onderwUzer
Helntje’s costuum.
„Wat is dat voor comedle?” vroeg hU-
„Zeg, waar Is jouw broek en waar zUn jouw
kousen?”
„Die hangen achter de verwarming,'
antwoordde Heintje, „Ik-lk ben door het
Us....i”
„Kwajongen!" viel de onderwUzer hem In
de rede. ,,Moet je een longontsteking krU-
gen? Moet je doodgaan? Vlug naar huls en
naar bed!”
Enkele minuten later stond Heintje voor
het schoolgebouw en dacht er óver na, wat
hU zou doen. Als hU naar huls ging, dan
wist hU zeker dat hU er niet zonder straf
af zou komen. Had vader vanmorgen niet
gezegd dat het U° nog niet sterk genoeg
was en dat hU het niet moest wagen er op
te gaan loopenl
Nee, dat ging niet. Maar waar moest hU
dan naar toe?
Langzaam liep hU de straat uit en kwam
voorbU het kleine station. HU keek eens in
de wachtkamer derde klas en zag dat er
niemand aanwezig was. Vlug sloop hU naar
binnen. Fijn warm was het er. Maar dlrekt
■ouden ze hem hier wel wegjagen. Wacht,
als hU eens onder de bank kroop. Dan lag
£U ook vlak WJ de verwarming en niemand
zou hem daar ontdekken, want het was
er donker genoeg. En als het vier uur sloeg,
ging hU gewoon naar huis. Dan zou zUn
broek allang droog zUn.
TerwUl hU daar zoo lag, dacht hU na over
de woorden van den onderwUzer. Longont
steking, doodgaan, het was niet prettig. HU
legde zUn hoofd op zUn arm. Langzaam
vlel'hU in slaap.
„Voor Zwolle instappen!" hoorde hU
plots roepen. Zware stappen van reizigers
maakten hem klaar wakker. Voorzichtig
kroop hU onder de bank vandaan. In de
wachtkamer brandde licht en de klok wees
zes uur aan. HU had felch verslapen. Wat
moest hU nu seggen thuis?
Ai
Douairière Gravin van Lynden van
Prinses Eugenie van Griekenland en
Prins Radziwill op de huwelijksreis even
voor het vertrek van den boottrein uit
Parijs naar de -lie de France* voor
de reis naar Amerika
H. M. de Koningin bezocht Woensdag
de jubileerende Marechaussèe te
Apeldoorn. Na Haar aankomst inspec
teerde de vorstin de manschappen en
woonde vervolgens de rijproeven en
demonstraties bij
’-êU:
#J(