G( De qtvonturen van een verkeersagentje G ïïCetu&fiaal van den daj I ALLE ABONNÉ’S F 750.- ORR1E Vreemdelingen L Om het centrale vliegveld W at aan te ver Achter Het miniaterieele antwoord gedacht Dapper Aardenburg RETRAITEHUIS BERGEN N. H. Rooster der retraiten DOOR CHARI.FS GARVICE AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UtTERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL Niet kwaad I I M6MSW6I ZATERDAG 18 JUNI 1938 stimuleeren wanneer men •V JULI en Ik natuurlek. Een prettig mensch. te verliezen. haufteur, en JUNI Dinsdag 21—34 Politiebond St. MlchaO. Dinsdag 38—1 Juli. Gehuwde dames; Den Helder, Amsterdam (St. Rita), volt. op dit blad zQn Ingevolge de vereekestngsvoorwaaraen tegen ongevallen vernetand voor oen der volgende uitkeeringen Met verbijsterende snelheid vloog men door de lucht. Het scheen alsof een nieuwe komeet verschenen was en op de aarde waren in den nacht geleerden in de weer, om te ontdekken, wat daar van de maan naar de aaide kwam. pan niet trost «eet «n 1 Hle fflU wij i broed besit, «n 1 hem om r maar ^^hrlstus heefl aaa DJa Kerk voor speld. dat sK om zqnontwUlo vervol* gingen soa moeten verduren. Zalig zg, die vervolging U|den om de Gerechtig heid. want hunner is hot Koninkrijk dor Hemelen. er humeurig uitzag. ..Hallo, Jack," zei hij. „Ik hoop, dat ik Je me geruimen tijd van iedere poging in die richting tot ik op zekeren dag dringend naar Parijs werd geroepen voor ’n tinancieele kwes tie. Zoo nam ik dien gedenkwaardigen morgen een taxi op het Generaalspleln, om me wederom naar het station te laten brengen. Het verbaasde me heelemaal niet, te consta- teerln. dat het dezelfde taxi was, die me Inder tijd naar Fleury had gebracht. Maar wat m« wél verbaasde, was het feit, dat ik in dien wi- gen weer een gele enveloppe vond, die wéér een portret van Marianne bevatte. Het leek me bui tengewoon. Stop! riep ik tegen den chauffeur. Wst heeft die gekheid te beteekenen? ongetwijfeld nog tal- zijn om den vreem- Toen men de aarde naderde, ontdekte Keesie, die weer het vliegtuig bestuurde, een andere vliegmachine, die ook boven de aarde rondvloog. Het is net alsof ik die machine meer heb gezien, dacht Keesie, maar schijn bedriegt, moet ik maar denken." storming was hevig. De gekwetste Beekman bleef op zijn post de verdediging besturen. De vijand wist een der buitenbruggen neer te halen, en drong in een voorwerk door, doch hier op eengepakt, werd hij bij gansche rijen geveld.* De brug, zijn eenige uitgang, werd door sta pels lijken versperd; aan vluchten viel niet te denken; overgave Was het eenige middel tot behoud, en zij, die aangerukt waren onder den kreet van „tue, tue!”, smeekten nu geknield om genade, en riepen: .Monsieur dUollande, Monsieur d'Hollande! Quartier; quartier!” Men gaf het, mits zjj het geweer neerlegden, de bru j ophaalden en bjj kleine hoopen binnenkwamen. 620 Franschen werden aldus door 386 Nederlan ders gevangen gemaakt, een groot aantal was gedood, 1500 geweren werden gevonden, en, wat niet minder belangrijk was, Vlaanderen was behouden, en het binnendringen in Zeeland lat ik ditmaal een taxi nam. Een telegram, .ie te laat bereikt had, verwittigde mij. dat Filip, die sinds eenige Jaren in het buiten- De chauffeur, die me blijkbaar niet herkende, keek me verbaasd aan. t Wat is er aan de hand, mijnheer? vroeg hij onthutst. c Ik duwde hem de enveloppe onder den neus. Dat is den tweeden keer, dat ik deze foto in je taxi vind. Je wilt me toch zeker niet wijs ma ken, dat het toeval is? Ik weet er niets van, mijnheer, zei de man met het onschuldigste gezicht van de wereld. Beste vriend, antwoordde ik op beslisten toon, als je me niet de werking van dit spel letje uitlegt, zullen we allebei eens met den commissaris van politie gaan praten. Toen besloot de man te bekennen. Meneer, selde hij, ik dal u zeggen, hoe de zaken staan. Maar brengt u me dan alstu blieft niet in moeilijkhedenik heb een vrouw en vier kinderen, meneer, en de tijden zijn slecht. Ik heb er trouwens toch ook geen kwaad mee gedaan? Dat portret is van mijn zuster, meneer, en als ik nu iemand rijd, die haar wil leeren kennen, dan kan hij gaan zien, of die foto goed is. Op die manier.... Jawel, zei ik kregel. Maar zeg me eens, krijg Je een bepaald percentage voor dat soort propaganda? Ik? Welneen, meneer! Ziet u eens, naar Fleury is achttien kilometer, en dat komt alle maal op den taximeter.... Vanda voor geintjes wingent twmds i Zaterdag 3—5 Meisjes boven 17 jaar; verg, f ƒ.50. Dinsdag 5—g Gehuwde dames; Amsterdam (H. Maria Magd.), Alkmaar (St. Laurentius) ea. pl. Zaterdag 9—12 8t. Jos. Gezellen; Haarlem <IH), Amsterdam (IV). verg, f 630 Dinsdag 13—15 Dames; Amsterdam (St. If- natluscl.), volt. Zaterdag 18—19 Mannen; St. Ger. retraite Ver (Den Haag) eju verg, f 630. Dinsdag 19—22 Meisjes boven 17 jaar; Haar lem (O. L. Vr. v. d. Roz.) en. Zaterdag 23—26 Mannen; Amsterdam Ignatiuscl. I.) ea. Donderdag 28—31 St. Christoff el; Haarlem. Alkmaar ea. pl. Zondag 31—3 Aug. Meisjes boven 17 jaar; Amsterdam (H. Maria Magd.) es. pas vjjf minuten rjjk waren, hun goeden smaak vandaan? Diana begon geen conventioneel dlnergesprek met hem. Daar was zij te verstandig voor. Ze liet twee of drie gangen voorbijgaan zonder na genoeg Iets te zeggen. Eindelijk merkte zij op: „Wist u, dat mijn broer op Latcham Court gelogeerd heeft, lord Kendale?” „Neen,” zei Guy, opschrikkend en hy keek naar Seymour Melford, die aardige complimen tjes fluisterde in Greta's oor. Waarom zou zijn vader in vredesnaam dien vent op de Court hebben uitgenoodigd? „Ja. Hi) vertelde mij, dat het een heel mooie plaats is.” ,Jk geloof het graag," zei Guy. „Wij vinden het landgoed natuurlijk mooi.” „Dat spreekt vanzelf. Mijn broer vond het er heerlijk. De graaf was werkelijk heel vrién delijk voor hem en mijn bfoer zegt, dat hij die aangename logeerpartij nooit zal vergeten." „Daar ben ilk blij om," zei Guy. Ja, vader kan erg vrooiyk zjjn, als hy wil.” „Wil hij niet altijd?” vroeg zij. „O, hjj wordt nu en dan” geplaagd door jicht en dan is het devies: „Pas op den hond," weet u." .Jicht is een pijnlijke ziekte,” mengde Mel ford zich met zijn lulde stem in het gesprek. .Jk heb wel eens gehoord, dat het dragen van een rauwen aardappel in den zak de jicht op de vlucht drijft. Maar je moet den aardappel stelen. zate nnO. 1 eindigt ZONE nentsda fag G unbidd dringenc tanen i leder HR. M 11» tol ta de k H. Sacr vraagt net de en dage bijronde beden w over 8 1 tot bove 115 ple< Na de 1 bet AU« worden ■ogen, btacbop voor R UJO gei de Jong bidding terk is het was] voor de rhe H. Dram der het tosten. iron uur te vsnrege DINS1 |en H. 1 King. dcne toet uite 1# gelen huwelijk fclegent ranwege vrachten voor het althans tenblddi VRUi door Z. ran der ■naar ee eerzocht n® tot hiking Jdvchtlg de leder Bart; g voor aU toewijdlj tever B. Mis. boete as tollen b >*t boel J1 (s.v.p toiutle i Derde c ZATE] ran den Bart vai ®*m te «ksntje «elegen! erleden jaar Februari om precies te zijn: den 13den, om 530 uur nam ik een taxi op het Generaalspleln. Als een buitenge wone omstandigheid mijn gewoonten niet in de war had gestuurd, zou ik dien avond, op dat uur. hoogstwaarschijnlijk mijn gewone bittertje hebben genomen. Maar het noodlot, dat zich altijd met onze particuliere zaken bemoeit, wil de- dat rn< oom 1 -- - land woonde, met den sneltrein van 5.42 zou arriveeren. Ik had dus geen tijd t‘ Naar het station! zei ik den stapte in de grootste haast in. Om de waarheid geen afbreuk te doen, ben ik verplicht te bekennen, dat oom Filip een on handelbaar ken ondraaglijk iemand is. In dat opzicht ben ik nog altijd van meening, dat als er een wedstrijd voor ondraaglijke ooms werd uitgeschreven de broer van mijn vader den eersten prijs zou behalen, met een enormen voorsprong op zijn mededingers. Om die reden liet ik me naar het station rij den met dezelfde geestdrift, als waarmee men op weg gaat, om zich een kies te laten uit trekken. Niettemin zou ik mij. Ingevolge een traditioneel plichtsgevoel, dat in mijn familie heel sterk to, van mijn taak gekweten hebben, als een bijzondere omstandigheid me niet van mijn goede voornemens had afgebracht. Ik had een honderd meter gereden, toen ik, toevallig omkijkend, bemerkte, dat er in een hoek van den wagen een groote gele envelop lag, die een of ander moest vergeten hebben. Ik raapte 'm op, en daar hjj open was, haalde ik eruit wat er in zat. Het was een foto van groot formaat, die een beeldschoone jongedame voorstelde. Allemachtig! riep ik uit. Dat Is me nog eens een juffertje! Ik zeg- het niet uit grootspraak, maar op het gebied van vrouwelijk schoon ben ik een ken ner. Zóó'n knap gezichtje had ik nog nooit gezien. In een hoek van het portret stond kennelijk met een vrouwenhand geschreven: „Marianne Duval. Rfle de la Prairie 6, Fleury." Dat kon niet anders dan het adres wezen van die foto grafische schoonheid. Een voortreffelijke gele genheid werd mij geboden, om jiaar te leeren kennen en tevens had ik een voldoende voor wendsel om de verwelkoming van oom Filip uit te stellen, zonder mijn geweten al te veel ge weld aan te doen. Jongeman, zei ik tot den chauffeur, is Fleury nogal ver hier vandaan? Achttien kilometer, mijnheer. Dan naar Fleury. Toen we in Fleury aankwamen, was het al donker geworden. Doch met behulp van de lan taarns konden we de woning van de schoone Marianne ontdekken. Wacht hier op me^zei ik tot den chauffeur. En even later klopte ik aan op no. 6. Een onooglijke oude vrouw deed open. Woont hier een mejuffrouw Marianne Duval? De oude knikte en zei: Ik zal haar roepen. Even later verscheen Marianne in persoon. Ter wille van de oprechtheid moet ik verklaren, Als er iets was, waaraan Jack boven alles een geweldigen hekel had, dan was het om mijnheer John genoemd te worden; maar hij' grijnsde, zooalj van hem werd verwacht en wendde zich tot Seymour. Langzaam kropen de minuten voorbij, maar lord Kendale kwam niet opdagen. Melford Ja papa; maar ik* wil niet, dat Lord Ken dale later bij anderen spot over het tentoon stellen van alles, wat die pas rUkgeworden menschen bezaten." De heer Melford knikte een paar maal en stak zijn groote roode handen in zijn zakken. Juist. Ik' geloof, dat je gelijk hebt. Ja Diana, jy weet het, geloof ik, het beste.” En Seymour had haar met glinsterende'oogen aan gekeken en gefluisterd: Je. hebt volkomen ge lijk volkomen.” „Wat aardig, dat u gekomen bent,” wendde «U zich tot Greta. „Wat jammer, dat uw suster niet meegekomen is." „Hoe gaat het met u domlné,” zei Melford, terwijl hij zijn rechterhand greep. „Ik ben blij n te zien Ik hoop, dat het u ook goed gaat, mijnheer John.” - van een modernen Griek geen heer was, on danks alle uiterlijk vernis. Daar hij geen gedachtenleser was en even min knap in het ontrafelen van karakters, zag hij niet beneden de oppervlakte. Als hij dat* had gedaan dan had hij het glimlachende gelaat waarschijnlijk den rug toegedraald en den eigenaar er van geschuwd. „Het speet me, dat ik niet thuis was, toen u mi) een bezoek bracht. Ik hoop, dat u nog eens zult komen. De barakken van Carshal zijn nu wel niet de meest amusante plaats, maar ik denk, dat wij er toch wel een paar vroolyke uren kunnen doorbrengen.” Seymour Melford boog en verklaarde, dat hjj heel graag zou komen en toen kondigde de butler op plechtigen toon aan. dat het diner gereed was. De keukenmeid van de Melfords was uit stekend en het door Diana uitgekozen menu schitterend zoodat het diner, als maaltijd ge nomen. goed geslaagd mocht heeten. Maar lord Kendale keek niettemin om de een of andere reden niet vroolijk, hoewel hij naast de mooie Diana at Misschien woog de gedachte hem zwaar, dat hü als een gehoorzame soon den plicht had om Diana Melford het hof te maken; misschien drukte hem het idee. Jat Melford de man sou zijn, die z|jn toekomstige schoonvader moest worden. Hjj keek een paar maal de kamer rond en de aankleeding van het vertfek verbaasde hem evenzeer als Diana's Japon het had gedaan. Waar haal den die menschen, die cm soo te aeggen veriles van belde armen, beide beonen of bel tie oogen r /ou.- F 250.-W haalde zijn reusachtig horloge uit den zak keek er met gefronste wenkbrauwen op. Jk begrijp niet, waar lord Kendale zit," zei hij met zijn zware en zwaarwichtige stem. „Hij is twintig minuten te laat." „Niet punctueel zijn is gewoonlijk te laken,” glimlachte de dominé, „maar wanneer het etenstijd is, dan wordt het waarlijk een mis daad.” „Guy is nooit op tijd, constateerde Jack. „Lord Kendale is een dikke vriend van je, nietwaar?" vroeg Seymour. Ja,” zei Jack, „we zijn goede w spreek hem vaak. Ik ga in het leger als ik er in kan komen en ik ben dikwijls in de barakken.” „Ah Juist, nietwaar?" „De beste kerel van de wereld." antwoordde Jack. „Dat heb ik gehoord. Ik heb hem Maandag een bezoek gebracht, maar hij was niet thuis. Mijn vader kent zijn vader, den graaf van Latcham." Op dat oogenblik verscheen juist „de beste kerel van de wereld,” niet zenuwachUg of ver legen of met een schuldig gezicht, zooals de meeste menschen, diepte laat komen, maar bedaard, rustig en vol zelfvertrouwen. ,Jk vrees, dat ik erg laat ben," zei hjj tegen Melford, die juist het dichtst by de deur was. Het spyt me, ik werd opgehouden in de barak ken." Toen Diana voorwaarts gleed op haar ge wone sluipende manier, liet hy plotseling papa Melfords hand los en zag verbaasd op. kleede persoon met het gelaat en den glimlach •f T et an^woord van minister van Buuren I—I op de vragen van het Tweede Kamer- ha, dr. J. vkn den Tempel, betreffen de het centrale vliegveld te Leiderdorp, toont overtuigend aan, dat de minister zich in een avorttuur begeven heeft, waaraan hij goed zal doen zich zoo spoedig mogelijk te onttrekken. Het tragi-comische in deze zaak is, dat met iedere verdediging van het plan Wh Waterstaat eerst door de pers conferentie van den directeur van den Luchtvaartdienst en thans door het ant woord van den minister de argumenten van de voorstanders van behoud van Schip hol en Waalhaven, (subs. Overschie) ver- zterkt worden. De minister maakt en dit is te waar- deeren in zijn antwoord de quaestie een voudiger door te erkennen dat het defqn- ■ie-belang secundair is. Uit zijn nadere toelichting blijkt, dat dit eigenlijk nog overdreven is, het defensie-belang is er heelemaal niet bij betrokken, alleen het financieel belang van de defensie zou er bij betrokkeii kunnen worden als.’.Schiphol eens leeg kwam te staan. Inderdaad, dan zou Defensie dit terrein kunnen gebruiken. Doch dit is een financieel en geen defen sie-belang! In dit verband wijzen wij op een weinig fraai slot van het ministerieele antwoord: JJe aan Schiphol ten koste gelegde bedra- gen zijn, voor zoover het de waarde betreft, welke dat luchtvaartterrein voor het Depar tement van Defensie vertegenwoordigt, bij een oplossing, als hiervoor omschreven, niet als verloren te beschouwen." Men kan zich nu afvragen: Wat is niet als verloren te beschouwen? De aan Schiphol ten koste gelegde bedragen, dus de ruim 7 mlllioen? Welneen, de tusschenzkli is duidelijk: voor zoover het de waarde betreft, welke het luchtvaartterrein voor Defensie vertegen woordigt. Dat kan óók één mlllioen zijn! Of nóg minder! Intusschen, het gaat niet over de kosten van Schiphol, het gaat over de vraag of het juist is. Schiphol te doen verdwijnen, het Rotterdamsch vliegveld niet tot stand te laten komen en bij Den Haag een nieuw vliegveld aan te leggen. De minister zegt nu: Concentratie op één vliegveld zal lel den tot aanmerkelijke besparingen voor de K.L.M. Uitgangspunt is dus: er moeten be sparingen voor de K.L.M. gevonden worden en dit uitgangspunt lijkt ons juist, daar de K.LM. door de regeering zwaar gesubsi dieerd wordt. Echter, dan is de eerste vraag of de K.L34. zelve daartoe meewerkt, m.a.w. of haar financieel beheer getuigt van een -- wijs beleid. Wij hebben redenen om dit te betwijfelen en de minister zal, als hij wil aantoonen, dat alleen concentratie op één vliegveld tot besparing zal leiden en de noodigemillloenen daartoe aan het Parle ment aan vraagt, toch eerst moeten bewij zen, dat de K.L.M. een toonbeeld is van zui nig beheer.... Doch gesteld at dat dit het geval is, dan nog is ’t de vraag, of de c<m- centratie tot aanmerkelijke besparing zal leiden. De minister gaat blijkbaar uit van de stelling, dat de Rotterdamsche lucht haven een tweede Schiphol zal worden. Deze stelling is echter onhoudbaar. Voor eerst heeft het Rotterdamsche gemeente bestuur zelf reeds verklaard, dat het niet in de bedoeling ligt om van Overschie een primaire luchthaven te maken, doch boven dien heeft de ervaring geleerd, dat handel en verkeer te Rotterdam ten aanzien van de luchtvaart anders zijn ingesteld dan han del en verkeer te Amsterdam, hetgeen door de cijfers betreffende goederen- en perso nenvervoer overduidelijk wordt aangetoond. De minister ziet dit over het hoofd en zijn geheele betoog berust op de onderstelling van twee primaire luchthavens in eikaars nabijheid. Concentratie zou dan besparing opleveren. Het betoog luidt aldus: „Vaststaat, dat de exploitatie van luchtvaartterreinen Voor het internationale verkeer steeds hoogere elschen zal stellen aan veillgheldsinrichtln- gen en verdere voorzieningen. Wegens de grootte der kapitalen, welke In dergelijke terreinen nog zullen moeten worden ge stoken, bestaat geen uitzicht op de moge lijkheid van loonende exploitatie, maar zal gerekend moeten worden op steeds toene- EElke baprfeaving biedt kans op hooger deugd. gen-industrie in Nederland dan zal dat niet zoo zeer moeten geschie den door een proi>aganda voor vacantie in eigen land, maar dan zal men meer con tact moeten zoeken met het buitenland. Het wil ons voorkomen dat men in het buitenland voldoende interesse kan kwee- ken voor de eigen geaarde schoonheden van ons land. Deze Interesse kan echter niet alleen gewekt worden door min of meer, hoewel hoogstnoodzakelijke, propa ganda. Men moet ook weten te concur* reeren. Italië en Duitschland bieden voordeelig geld. Iets wat wij voor ons land niet graag kunnen aanbevelen; België heeft een goed- koopen levensstandaard; Frankrijk biedt ons tentoonstellingen en speelzalen, Zwit serland heeft ’n prachtig georganiseerd hotelplan en wij, wij hebben slechts de goede reputatie van ’t degelijk Hollandsch ontbijt. Er kan in ons land ter stimuleering van de vreemdellngen-lndustrle nog veel ge beuren. Onze hotels en restaurants zijn gedwongen overmatig hooge prijzen te vra gen, onze vele regels en ordebepallngen maken het den vreemdeling heusch niet gemakkelijker. Een goede organisatie in den geest van het Zwitsersche hotelplan zou zeer zeker een stoot in de goede rich ting geven, terwijl er r looze mogelijkheden zi deling te trekken. Het Is zaak deze moge lijkheden op te zoeken en uit te bulten. Hy had verwacht een jongedame te zien in v vuurrood fluweel op zyn minst en behangen met een groote lading Juweelen een jonge dame.^burgeriyk en dom lachend in haar op treden en de echte Diana scheurde het schil- ilerii^ dat, hy zich in gedachten van haar ge maakt had, in flarden. Hy was zoo verbaasd, dat hjj haar zwygend een hand gaf; toen wendde hy zich tot Greta, maar zyn oogen zochten door het vertrek; „Hoe gaat het met u, juffrouw Latimer? Ben mooie avond», nietwaar. Is is uw zustA" niet hier? Ik zie haar niet.” Neen, myn zuster to er niet," zei Greta, die het niet over zich kon verkrygen om de leugen te uiten, die Lorrie haar in den mond had gegeven. Hy keek ernstig eg tameiyk teleurgesteld. Van iemand, die niet zoo'n knap gezicht had als hy zou men zeker hebben beweerd, dat hy n het rampjaar 1872, toen ons land zoo erg van de vyanden te lyden had, speciaal van de Franschen, kwam het toch ook voor, dat dien vyand geduchte tegenstand geboden werd. Rabenhaupts verdediging van Groningen tegen de Munsterschen, de herovering van Coevorden. volgens het plan en onder de leiding van den vestingbouwkundigen en onversaagden onderwy- zer Van der Thynen, herinneren hieraan. Den Franschen werd hevige tegenstand geboden by Aardenburg. Dit geschiedde in de maand Juni 1673. Aardenburg, een klein plaatsje in Staats- Vlaanderen, was zwak versterkt, en door slechts veertig man, onder den vaandrig Elias Beek man, beaet. De snelle tocht van de Franschen tot in het hart des lands, verspreidde ook dAar schrik, welke nog toenam op het bericht, dat etteiyke duizenden tegen de stad oprukten (25 Juni 1673). Evenwel besloot het heldhaftige stadsbestuur, door den genoemden vaandrig aangemoedlgd, tot weerstand. Behalve de sol daten waren èr 186 gewapende burgers, van wie velen reeds bejaard waren, onder de wapenen. Men had vier bruikbare stukken geschut; kruit, kogels en al wat tot verdediging strekken kon, werd, ook met hulp van vrouwen en kinderen, vervaardigd en naar de wallen gesleept. De Franschen rukten in den nacht aan, maar af geslagen, besloten zy, tot 8000 of 9000 aange groeid, tot een heviger aanval in den volgenden nacht. De vrome burgery had intusschen in de kerk den goddeiyken bystand afgesmeekt, en was met 160 krijgslieden versterkt. De be- „O, dat zal ik aan myn vader vertellen," «i Guy. „Ik denk niet, dat de graaf er iets voor zou voelen om een aardappel in zyn zak te dra gen," zei Seymour Melford op een toon, al»“ hy den graaf jaren had gekend. „En wat hst stelen betreft, dat zou een beetje gék zyn, om dat hy zelf een overheidspersoon is. HU roo zich misschien genoodzaakt gevoelen zichzelf aan te geven en van den diefstal te beschul digen, om daarna zichzelf acht dagen gevan genisstraf op te leggen.” .Misschien zou die kuur meer resultaat op leveren dan de aardappel,” zei de domlné open- hartig. „Ik heb nog nooit Jicht gehad, merkte mUn" heer Melford pp. ,Jk heb er nooit tyd voor ge had." „Een uitstekende reden,” antwoordde de oo- miné goedig. „U hebt een werkzaam leven ge had, nietwaar mynheer Melford?” ,X>at zou ik meenen!” bevestigde deze wichtig”, ,4k heb hard moeten werken sin® ik een jaar of veertien was en het heeft m® geen kwaad gedaan. Ik houd van hard werken. Geef my maar een man, die negen of tien u® per dag werkt en die alles kan eten wat w pot verschaft. Geloof me, zoo een heeft gee kwaaltjes. Seymour hier klaagt nu al ovct W spysvertering en op zyn leeftyd had ik baksteen kunnen verorberen. Probeert u m wyn eens, mylord; ik denk, dat u daar niet re» op aan te merken zult vinden.” (Wordt vervolg®* meden worden dpor concentratie op één luchtvaartterrein, waarmede (belangrijke verlaging van Overheidsuitgaven zal wor den bereikt.” Verander in deze beide zin nen het woord „luchtvaartterrein” in „zee haven” en de minister heeft betoogd, dat de havens van Amsterdam en Rotterdam beter afgesloten kunnen worden en ver vangen door een zeehaven bij Den Haag! De minister heeft uit het oog verloren, dat verkeersmiddelen daar moeten zijn waar handel en verkeer ze noodig hebben, dat zijn, in casu, Amsterdam en Rotterdam en dan liefst zoo dichtbij mogelijk. Wat ons trouwens in deze geheele geschiedenis op valt is, dat noch de directeur van den luchtvaartdienst, noch de minister ook maar een poging doet om met. zij het dan maar globale, cijfers aan te toonen, dat er in derdaad besparing en nog wel aanmerke lijke besparing voor de K.L.M. valt tè be reiken. Alsof 't een zaak was van weinig be- teekenis zegt de minister: ontkend wordt niet, dat de concentratie van het lucht verkeer aan beide steden eenige bedrij vigheid zal onttrekken. Maar, Excellentie, dat-is nu Juist een van de hoofdbezwaren. Rotterdam en Amsterdam leven van de be drijvigheid. dat is hun welvaartsbron en onttrekking daarvan is precies het omge keerde van wat ze noodig hebben! En onttrekking daarvan is Juist.... het tegendeel van besparing. Door dat ééne zin netje. deze terloopsche erkenning heeft minister van Buuren o.l. er niet weinig toe bijgedragen den tegenstand tot zijn plan te versterken! Omtrent de andere bezwaren zwijgt de minister. Dat het binnenlandsche luchtver keer zal verdwijnen, Z. Exc. blijkt er onge voelig voor te zijn en wijst op de voordeelen van trein- en autoverbindingenDat de alr-mlndness der bevolking zal achteruit gaan, het is niet in geld uit te drukken en derhalve van minder beteekenis. Leiderdorp is Leiderdorp en ontkend wordt niet, dat de concentratie van het luchtverkeer aan beide steden eenige bedrijvigheid zal ont trekken.... Wie ter wereld kan den minister dit dwaze plan hebben ingegeven? En was er ten Departemente niemand, die den minis ter er op attent maakte, dat concentratie mogelijk was zonder de millioenen-uitgaven voor Leiderdorp, zonder ‘onttrekking van bedrijvigheid, mét behoud-en ontwikkeling van de binnenlandsche luchtvaart, mét inachtneming van de belangen van Rotter dam, en mét zij het dan slechts éénig respect voor hetgeen de Amsterdamsche burgerij tot stand heeft gebracht, nJ. con centratie diir waar zij al bestaatop Schiphol? Na alles wat over deze-quaestie is ge schreven, kunnen wij de gedachte niet van ons afzetten: dit plan had noo|t in ernstige overweging genomen moeten worden, hoe eerder er van wordt afgezien des te beter. taxi op het Generaalspleln. Juffrouw Marianne v< daad de foto dien morgen-- liggen, toen ze in de stad inkoopen had en zy betuigde mij haar hartelyken dank" de aangenaamste bewoordingen. Iedereen weet hoe bet In dergeiyke gevallen gaat. Ik hoef er dus alleen maar by te zeggen, dat ik dien avond oom Filip en ai myn andere verwanten in d*n eersten graad totaal vergat. De'afstand, die me van Marianne scheidde, belette my om haar dlkwyis te zien. Bovendien weerhield een samenloop van vervelende om. standigheden, die me danig op de proef stelde' vma rroriiiman fiirl meeeeemiemtetiieeeimzeee»». Indelijk is het zomer. Er zijn weer zon en uitbundig leven in de natuur en een verkwikkende en weldadige prikkeling gaat door ons volk, dat zich bezig houdt met plannen voor een qgoed bestede vacantie. De Nederlander zakt, ondanks de goed bedoelde en zeer zeker gerechtvaardigde „Vacantie-lA-eigen-land-propaganda” zeer begrijpelijk naar het buitenland. Men kan het hem onmogeiyk kwalijk nemen dat hy de lust in zich voelt opkomen om de enge grenzen van ons duur en dierbaar vader land te overschryden en de wonderiyke bekoring te ondergaan die vreemde landen en menschen altoos weten te brengen. Wy weten wel, ook ons land biedt prach tige vacantiegelegenheden. Daar zyn bosch en hei, daar zyn duinen en strand en ook onze groote steden bieden den verstrooiing zoekenden reiziger diverse genotbrengende zaken, maar als men open oog heeft voor de realiteit dan zal men moeten erkennen dat het voor den treklustlgen Nederlander, hard en moeiiyk is om onder de voor hem zoo gemakkeiyke en gunstige momenteele omstandigheden niet toe te geven aan de verlokkingen die hem van uit het buiten land toelachen. Het is alleszins begrypeiyk dat men er uit trekt en het in eigen land verdien de geld voor een deel in den vreemde ver teert. Dit laatste zou, economisch gezien, geen zorgwekkend verschynsel zyn, in den vreemde het zelfde principe huldigde als ten onzent en men ook daar den blik gericht hield op wyde horizonten. Helaas, moeten wy constateeren dat men den Nederlandsche horizon nog te weinig heeft weten te ontdekken. De Nederlander heeft meer belangstelling voor de Zwitser sche bergen dan de Zwitser voor de Hol- landsche windmolens. Dit wordt ons duideiyk gemaakt in een cyferstaat van de „Balances des Paie- ments”, uitgegeven door den Volkenbond, dat wy aantroffen in de R.K. Werkgevei en waarin wordt aangetoond dat Neder land ten aanzien van het vreemdelingen verkeer in 1936 plm. 32.500.000.meer uitgeeft dan het ontvangt, een situatie, die onze internationale betalingsbalans niet weinig ongunstig beïnvloedt. In dat’ zelfde Jaar had België van het vreemdelingenver keer plm. 42.500.000.meer ontvangen dan uitgegeven. Het is uiteraard zeer moeiiyk hier ver- geiykingen te trekken, omdat de toestand van beide landen te zeer verschillend is. België heeft een lageren levensstandaard en het land is wellicht voor den toerist gevarieerder en attractiever dan Neder land. Maar toch komt het ons voor dat er voor een zoo groot financieel verschil geen reden bestaat. Willen wij de vreemdelin- dat bet origineel niet volkomen beantwoMu. aan het portret. Niettemin leek het melsj. 2. een niet te versmaden wezen. e Juffrouw, zei ik, haar de enveloppe over reikend. ik kom u deze foto brengen, die denkeiyk toebehoort. Ik heb ze gevonden in ml taxi op het Generaalspleln. Juffrouw Marianne verklaarde, dat ze inder daad de foto dien morgen In een taxi had tetta érwan wa Ho cfazJ i va Ir rwa«>Aw« l*^a ia diner niet vergald heb." .Myn broer, lord Kendale,” stelde Diana voor en de twee mannen, die gedoemd waren in de toekomst zooveel invloed ten goede of ten kwade in elkanders leven uit te oefenen, stonden tegenover elkaar. Een flauw glimlachje speelde Seymour Melford om de lippen en in zyn donkere oogén en lord Kendale nam hem op met een kalmen blik en de gemakkeiyke, rustige manier van -een geboren patriciër. Een echten heer kende hy op bet eerste gezicht en hy voelde onmiddeUyk dat deze zorgvuldig ge- mende exploitaUe-verllezen voor de betrok ken gemeenten, alsmede op toenemende tekorten van het Ryk ten behoeve van vei- llghelds-inrichtlngen. Deze uit een finan cieel oogpunt onduldbare toestand zal ver-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1938 | | pagina 22