De
Abessynië
missie
z
De avonturen van een verkeersagentje
aan den daq
plan bü me op. dat ik onmlddellük ten uitvoer
bracht.
in
Mgr. Jarosseau in
Frankrijk terug
w J
Dieren en muziek
Goudberging in 1860
b|j verttae van «'tam
Van praten
en zwijgen
Pag op by het aantic haffen
aan klokken!
Disharmonisch
klokgelui
DOOR
GARVICE
ZATERDAG 9 JULI 1938
lan* ondergegaan, de maan
Maar toen, ja toen kwam er een lumineus
mij
Zei
u
HOOFDSTUK X
VRIJ
tan
En toen begon de voetbalwedstrijd. Er sou gespeeld worden
om het kampioenschap van het bosch, tusschen de kikvorschen
en de veldmuisen. Het was een sterk elftal, dat de kikvor
schen in het veld brachten. Toen ae het veld betraden, waar
een leger fotografen hen wilde kieken, w«rd het volkslied, een
geweldig gekwaak aangeheven.
latere
Ttese-
jongen heer met een glimlach op ’t gelaat. Hij
had Guy vastgehouden op zün eerste pony
hij had hem geleerd een auto te besturen.
de
haar
mijn, vader is ziek, we moeten
naar
en
Wie «t bo*4
voor tech Hat
atoot éxtra
voorzichtig
wout Mj
voor*
rongswwg (óók
hot varkaar
von links laten
vóórgaan 9
zoi
uur i
voor
uur t
held
teestï
Z4
Stn.
tus
tijde
Wel<
kapt
hela
M,
voor
Geel
Ame
Dl
nes
als
Grot
W1
na J
ring
Tron
reths
DC
over!
nes i
Aghli
VR
Maar
ve, 7
Henr
voor
ZA
van i
Alph<
Joam
derscJ
Hart
zoi
laten
eob W
huls,
intent
tus w
MA.
Matth
7J0 v
voor
voor 1
voor t
dersch
DIN
Van C
Johan
land e
trulda
Koulni
WO1
van d<
130 v<
hannes
uur
Brielsc
DON
Mruuss
Goes e
Bede i
Voor J
Brielsc
VRIJ
*n ove
overl. 1
voor d
voor A
Mr;
ZAT!
MUssen
Wllheli
mede
4 B
tam. O
ZON!
Uur va
UUr vo
•15 vo
Boana
Het geval van de Haagsche zingende muls
Is voor het maandblad van den Bond voor
Daadwerkelijke Dierenbescherming te Amster
dam aanleiding om eens na te gaan hoe ver
schillende dieren op muziek reageeren. Aan dit
artikel is het volgende ontleend:
„In October van het jaar 18», aldus het
blad, strandde in de nabijheid van het
plaatsje Moelfra op het eiland Anglesea het
schip Royal Charter, dat met passagiers en
lading op weg was van Melbourne naar Li
verpool. t Was nog In den tijd van de gold
rush in Australië, en tot de lading van het
zeilschip behoorde dan ook een zending goud
bestaande uit baren, gemunt en stofgoud, die
volgens de gegevens van de ladingpapleren
Ook toen het elftal der veldmuizen op het terrein kwam,
werden ae met groot gejuich begroet, terwijl de muzikanten
het volkslied van „Piep zei de muis In het voorhuis" speelden
Natuurlijk werden ae ook gekiekt, want het zou een groote en
belangrijke wedstrijd worden.
ondag! 1 Is nog vroeg in den morgen,
bet zonnetje aan den
Nieuwsgierig
van
ge-
Vroolük straalt
helderen blauwen hemel,
kijkt een zonnestraaltje door een kiertje
het gordijn en speelt op mijn nog rustig
sloten oogen. In de verte slaat het dorpsklok je
zes uur en doet mij ontwaken. Met een sprong
verlaat ik mijn legerstede, doe het gordijn
open en laat het volle zonlicht in de kamer
schijnen. Mijn Dultache herder heeft ook al
haar mand verlaten, rekt zich uit, en legt haar
groote pooten op mijn schouders, en als ik tot
haar zeg: „Ga je mee naar de helde?" springt
ze alvast naar de deur en blijft daar geduldig
liggen tot ik gekleed ben. Mijn vacantlever-
blijf Ugt aan den rand van de heide, en bin
nen weinige oogenbllkken staan wij dan ook op
de wijde vlakte. Rondom bee recht nog zalige
rust, enkele vogels laten zich hooren en een
De pogingen van de „Karimata" om het
,Xutlne"-goud te bemachtltgen houden natuur
lijk de aandacht allerwegen gespannen. In ver
band hiermede is het niet onaardig kennis te
nemen van hetgeen een inzender in de „Nieuwe
Rotterdamsche Courant” schrijft over een ge
slaagde goudberging in 1M0.
vrede en harmonie klinkt daar de kleine drie
klank van F. Een ander geval deed zich voor
te Pui merend. Ook daar moest Ik adviaeeren
voor de nieuwe klok der Ned. Herv. Gemeente.
Vlakbij stond de Luthersche kerk; deze had
een klokje, toon Dis. en de Herv. kerk kreeg
een daarop zuiver afgestemde klok Dis. maar
een octaaf lager, en In rein octaaf roepen belde
de gemeente ieder naar hun eigen kerk. Laat
men dus bij het aanschaffen van klokken voor
nieuwe kerken nastreven in harmonie met zijn
buurman te leven, het zal én den klokkenzang
èn den toehoorder ten goede komen
J. VINCENT
Guy was een gehoorzame zoon in alle op
zichten, behalve in zaken, zijn huwelijk betref
fende Hjj aarzelde dus geen oogenbllk, al dacht
hU wel met spijt aan het onderhoud, dat hü
met Lorrie had willen hebben.
wwi 80 mca. wc mvcucil ovvbaw *uuw w wnvJivc.il. vaieatas iv--r
Latcham." zei hü- „Maak zijn grijze haren groette zün knappen, slanken
breng een briefje naar de J
AT T P* A op dit blad MJn ingevolge de verzefcerlngrvoorwaarden tegen T”? bfl levenetange geheete ongeechfkthefcj tot werken door bü een ongeval met TJ» QEfk
«r I /tDvIiIIIL O ongevallen vereekerd voor een der volgende uitkeerlngen 'F f OUs“ verlies van belde armen, belde tmmen of beide oogen A Dvle“ doodelijken afloop F
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
Toen lord Kendale den volgenden morgen
ontwaakte, voelde hjj Heb zoo gelukkig, dat-ijü
Lord Kendale was overal populair en er
geen bediende op het kasteel die hem niet den
4a mylord, dat stopte hij in zijn aak.”
.Ja, en daar bluft het In zitten en mijn
boodschap er bü." mompelde Guy spUtig.
Het station dat het dichtst bü Latcham ligt,
is er nog altijd drie mijlen vandaan, maar er
stond een auto te wachten. De chauffeur met
komstige gravin van Latcham te promoveeren.
Iedere dag brengt zün eigen zorgen en aan
toekomstige dacht hü maar liever niet.
En waarom zou hü het niet doen? HU had,
behalve Lorrie ook nog ongeveer duizend pond
gewonnen! Met liefde in zün hart en geld in
zün zak is een man gewoonlük op goeden voet
met de geheele wereld. HU zong luid, terwül hü
zich afdroogde en Rawlings, die in de andere
kamer zün uniform klaarlegde, glimlachte en
verkneuterde zich van plezier.
„Breng na den dienst de merrie voor,
Rawlings,” zei hü, terwül hü de kamer binnen
kwam
HU was van plan om even naar de pastorie
te rijden om te vragen hoe de dames het maak
ten na de inspanning van den vorlgen dag.
Wie weet, misschien lukte het hem. Lorrie een
paar minuten alleen te spreken.
„Ja mylord. Hier zün uw brieven."
„O, leg ze maar op den schoorsteen,” zei lord
Kendale.
.Ja mylord. Er is er een bü van Latcham-
Court." zei Rawlings, terwül hü naar net
kroontje op de enveloppe keek.
Lórd Kendale pakte den brief aan met eenige
gewetenswroeging. Zou het weer een brief van
den graaf met goede raadgevingen en Verma
ningen zün?
Het was te kort om een brief te worden ge
noemd.
„Beste Ouy Mün jicht U erger dan ge
woonlijk. Ik zou graag willen, dat je een paar
dagen verlof nam en dadelük kwam. Je lief
hebbende vader T-eteham
rukt met gesloten oogen in deze houding,
tot de laatste tonen wegsterven. Berichten
over jjese merkwaardige liefde voor mu
ziek bü deze waterbeesten kennen wü al
uit de oudheid. Ook de oude zeehondenja
gers der Hebrlden waren met dit verschünscl
bekend; zü plachten hun bult binnen het
bereik van hun wapens te lokken, door op
een viool en een mond- of handharmonica
een zoogenaamd .zeehondenlied" te spelen
een list, .welke zeer zelden faalde. De
aandacht der dieren schünt inderdaad
meer te zün dan louter vluchtige nieuws
gierigheid; zü is eerder de bevrediging van
een echt, hoewel primitief aesthettech ge
voel.
Op reptielen schünt muziek nauwelüks
indruk te maken, behalve op krokodillen;
vooral jonge krokodillen zün gevoelig voor
muziek. Krokodillen, welken men iets voor -
speelt, luisteren, tot de laatste noot toe,
vol aandacht met hun kop hoog boven het
water uitgestrekt.
Geheel anders is het geval bij slangen.
Niettegenstaande alles, wat over dit onder
werp geschreven werd, hebben vele men-
schen nog steeds de illusie, dat slangen
zich laten „bezweren" door een bepaalde
soort klankopeenvolging. Voor deze opvat
ting bestaat echter geenerlei wetenschappe-
lüke grondslag. Het staat vrüwel zeker vast,
dat slangen geen gehoor-zintulgen bezit
ten; wanneer een slang danst oogen-
schünlük op de weemoedige klanken, welke
de slangenbezweerder uit zün instrument
haalt volgt zü in werkelükheid de rhyth-
mlsche bewegingen van het lichaam van
den man, waarbij zü voortdurend naar een
gelegenheid zoekt om toe te büten.”
„Van de vleescheters van het vasteland
schünen hoofdzakelük wolven, jakhalzen en
honden op muziek en wel in het Wjzon-
der op mol-toonladders te reageeren.
daar zü dan dadelük met een naar boven
gewenden kop hartverscheurend beginnen
te hullen.
Een soort luipaard, welke behoort tot de
fupllle der katten, stelt eveneens belang
iff muziek en bezit hiervoor zelfs een on
derscheidingsvermogen. Vroolüke wüsjes
schünen hem genoegen te verschaffen, ter
wijl mol-klanken hem treurig of zeer op
gewonden stemmen. Andere dieren, zooals
büvoorbeeld de rhinoceros, logenstraffen
echter het woord van Shakespeare over den
invloed van muziektonen op wilde dieren.
Zü zün zeer onverschillig voor muziek en
zelfs Orpheiu zou spoedig zün heil in een
snelle vlucht hebben moeten zoeken, wan
neer hü de macht van zün lier op deze dik
huiden had willen beproeven.
Geheel anders gedragen zich zeehonden,
zeeleeuwen en dergelüke dieren tegenover
de muziek: hun schünt ieder stuk, of het
nu klassiek of modem is, een groot genoe
gen te doen. Vanaf het eerste moment,
waarop een instrument in hun nabüheld
een toon laat hooren, richten zü hun boven
lichaam uit het water op en blüven ver-
„Natuurlük münheer." zei Wheeler.
„Juist Ik heb altüd wel gedacht, dat dat
mis sou gaan. Wat is er verder nog voor ge-
Wartüks?”
Mr. Wheeler zag een boek in en bestudeerde
de posten, terwül zün chef tegen den lessenaar
Jtal We hebben nog de Wheal Rose Mün
'•Company, münheer.”
„Ah!"
4a münheer. Voor het oogenbllk is het veel-
frritwmd betaalt een dividend van 20 procent.
Maar ik geef ae oen maand, münheer Seymour,
en dan
Hü haalde lachend de schouders op.
Seymour keek hem strak aan.
rtenk je dat de Wheal Rose bet een maand
"ja, münheer.”
1 dan komt dan het einde en de
L krach?"
E „Vast münheer. Langer dan een maand geef
ik» niet. Wü zün promotor geweest van de
onderneming, als u het zich nog herinnert,
Rawlings,
onmlddellük
alles klaar
pastorie."
HU schreef een paar regels aam Jack om
hem te zeggen, dat hü was weggeroepen en
waarom en voegde er in een postscriptum bü:
•Zeg s vp. aan je zusters, dat ik ze vanmorgen
k was met vacantie de drukke en woelige
stad ontvlucht en had nu al een paar dagen
m n Intrek genomen in een der hotels van
Scheven! ngen.
Op den derden avond van m*n aankomst zat
ik rustig op ’t terras onder 1 genot van een
füne sigaar en een glas bier naar de kalme,
diepblauwe zee te kükeh Zóó volkomen eras de
stilte en de rust om me heen, dat....
Ik keek even op en schrok geweldig. Daar zag
ik links van me Hermanus naderen, een ken
nis van me, dien ik in m'n vacantietUd maar
liefst niet ontmoet, en rechts juffrouw Amanda
op me toekomen.
Misschien denkt u na deze inleiding, dat ik
menschenschuw of een zonderling ben. Maar
dan heeft u t mis. Neen, maar u kent nóch
Hermanus, nóch juffrouw Amanda!
Hermanus is een mensch, die, als hü bü je
zit, altüd aan t woord is. Je kunt er self geen
woord tusschen krügen. HU vertelt maar door,
uren lang. Ik geloof, dat hü in t onophoudelük
spreken en vertellen de kampioen is van t
Europeeeche Vasteland. Geen bloedverwant,
vriend of kennis is veilig voor z'n vertelwoede.
Hü vertelt maar raak, te pas of te onpas, over
alle mogelüke onderwerpen.
Zoo kan hü büv. een uur of drie zonder op
houden oreeren over t verzekeringswezen in
Labrador, zoodat. als ik soms van plan was mü
in Labrador te vestigen en m'n leven daar wilde
verzekeren, ik wèl wist, tot wlen ik me moest
wenden.
Maar in dit onderwerp en in soortgelüke on
derwerpen, waarin Hermanus specialist is, stel
ik heel weinig belang. Dat zal wel aan m’n op
pervlakkigheid liggen, maar dat is nu eenmaal
zoo.
Als men dan tegenover hem zit, dan kan men
wel wachten op een kleine pauze, om dan direct
met een of andere uitvlucht voor een dringende
afspraak weg te komen, maar die pauze....
komt nooit.
Juffrouw Amanda praat ook, en ze praat vrü
onderhoudend, maar over onbeduidende onder
werpen; büv. over de aanstaande verlovingen
van haar kennissen of kennissen van haar ken
nissen. die gü niet kent. Ze praat-verbazend
vlug. Als een tornado die over de Amerikaansche
prairiën giert, zoo praat se over haar toehoor
ders heen. In haar praat-manler sleurt ae alles
met zich mee wat haar vaart wil stuiten.
Nu kunt u zich misschien een voorstelling
maken van mün toestand, toen ik daar kalm op
t terras van het hotel in Scheveningen naar
de zee zat te küken, en van links Hermanus en
van rechts juffrouw Amanda op me aan zag
stevenen, op mü. die rust zocht
zich een oogenbllk er over verwonderde, wat
er met hem gebeurd was, totdat de herinne
ring aan den vorigen avond zich van hem
meester maakte en hü tot de ontdekking kwam,
dat van alle gelukkige, door-de-fortuln-begun-
stlgde stervelingen op dezen aardbodem, burg
graaf Kendale wel de gelukkigste was.
Lorrie had hem lief! Het liefste, beste, meest
betooverde meisje van de wereld had beloofd
zün vrouw te worden. Wel niet precies beloofd,
maar ze had toch beloofd, dat ae het over
drie maanden zou beloven.
Zelfs deze terughouding van zün zaligheid
maakte hem niet neerslachtig, want zoo zei
hü tot zichzelf, terwül hü in zün bad rond
spatte, wat beteekenen drie maanden? Die gaan
onder de meeste omstandigheden gauw genoeg
voorbü, te gauw, dat weet de hemel, als je
büvoorbeeld een rekening voor dien tüd hebt
uitgesteld en ze zouden zeker snel voorbügaan
in het gelukkige gezelschap van het liefste
meisje op de wereld want natuurlük zou hü
Lorrie dlkwüls spreken. Als hü haar niet
lederen dag kon zien, moest hü toch moeite
doen haar om den anderen dag te zien te
krügen. Hü moest zorgen, dat Jack hem op de
pastorie uitnoodigde, uitstapjes verzinnen, pic
nics, lunch-partütjes, kortom alles wat hem
maar een excuus zou geven om dicht bü Lorrie
te zün.
Niemand is zoo blind als hü. die niet zien
wil en voor het oogenbllk. het gelukkige nu.
weigerde lord Kendale de honderd en een be
zwaren te zien, die er warén tegen zün plan
om een doodarm domineeedochtertje tot toe
aanbaden hem letterlük allen. De staljongens
bleven ronddraaien om een goed, woord van hem
te krügen en de dienstboden deden moeite om
hem altüd toevallig op de trap tegen te komen,
omdat hun groet altüd door een vriendelijk
knikje en een glimlach werd beantwoord,
Eén meisje had zich de ongenade Van de
anderen op den hals gehaald, omdat ze zoo
gelukkig was geweest zün slobkousen te mogen
toeknoopen op een ochtend, dat Rawlings er
niet was en zü zich toevallig in de buurt be-
vond.
Jk ben biü u te zien mylord,” asi de oude
knecht, eerbiedig buigend.
„Dank ja well Je ziet er portent wit Guifflths.
Is myn vader erg ziek?”
De chauffeur schudde zün hoofd.
(Wordt vorvolffl)
,4a. ik weet het. Hebben we aandeelen?”
Mr. Wheeler glimlachte.
„Neen münheer. natuurlük niet!”
„Juist." zei Seymour. „Wil Je dan voor
voor tienduizend pond koopen Wheeler?”.
Mr. Wheeler keek hem verbluft aan.
„Wat zegt u. münheer Melford?
koopen?"
.Ja, koop er voor tienduizend pond.”
Mr. Wheeler maakte een santeekenlng en
wendde zich toen weer tot zün chef.
„Neem mü niet kwahjk münheer, maar het
is mün plicht u te vertellen dat die maat
schappij ten doode is opgeschreven. De aan
deelen zullen tot niets terugloopen en de aan
deelhouders zullen geruïneerd worden. Het is
een ongelimiteerde maatschappU, münheer
Melford."
Seymour glimlachte
,J»e zooals ik gezegd heb,” zei hü .Koop
voor tienduizend pond aandeelen Wheal Rose
Mün voor me" en terwül hü rondkeek als
iemand, die zich van alles om zich heen
eigenaar voelt, knikte hü tegen zün zaakwaar
nemer en slenterde naar buiten.
Mr. Wheeler, ,dle slechts een werktuig van
Seymour Melford was, wreef zün voor-
hoofd.
Wat ging Seymour Melford doen met die ge-
vaarlüke Wheal Rose aandeelen?
had willen bezoeken om eens te informeeren. nobelsten man vond, die er ooit geleefd had; ze
hoe de tocht van gisteren hun was bekomen
en zeg ook dat ik hoop, dat juffrouw Lorrie den
dag van de wedrennen in Carshall niet zal
vergeten.”
.Het is best mogelUk, dat hü ze die bood
schap niet overbrengt of dat de uil heelemaal
vergeet te vertellen, dat ik weg ben. maar
duidelüker durf ik toch niet te schrüven. O
Lorrie, waarom liet je me die dwaze belofte
doen? Drie maanden! Ik moest vanmorgen
elgenlük naar je vader gaan om te vragen of
hü je aan me zou willen afstaan en nu kan
ik je nog niet eens schrüven. dat Ik je liefheb."
„Heb Je een van de dames ook gezien?” vroeg
hü aan Rawlings, toen deze terugkwam.
.Neen mylord. Ik ontmoette münheer Latimer
bü het hek, hü ging visschen. Hü zei: ^eg aan
lord Kendale. dat het me erg spüt en dat ik
hoop, dat hü gauw terug zal zijn."
..Heb je ook gezien, wat hü met mün bzlef je
deedf”
een waarde moet hebben vertegenwoordigd
van ongeveer 335 000. Bovendien voerden de
pasagiers nog goud met zich dat totaal op
130.000 werd geschat.
Daar het van het begin af duldelük was,
dat aan de redding van het schip niet viel te
denken, is men zonder tüd te verliezen be
gonnen aan de berging van het goud. En
met succes, want in Januari 1880 konden de
kranten al berichten, dat er voor een waarde
van omstreeks 330.000 boven water gebracht
was. Het waren behalve baren en goud in
kisten, ook nuggets en cemunt goud. meest
sovereigns.
Als men in aanmerking neemt, dat het
werk door duikers is moeten gebeuren op een
betrekkelük primitieve manier, dan mag
men zeggen dat hier geen half werk gedaan
is. De kranten van dien tüd vermelden zellk,
dat men een groot deel van het stofgoud wist
te bergen door het zand op en rondom het
wrak boven te brengen en te ziften. Esa
mededeellng. die, dunkt cos, met een korreltje
zout moet worden genomen. In leder geval,
dat de duikers er „a clean job” van gemaakt
hebben, is zonder twUfel waar.
Bü de berging deed zich nog een curieus
ding voor. Door de duikers werd naar boven
gezonden een zware üzeren plaat, vermoede-
lük afkomstig van de velllgheidsbekleedlng
der goudkamer. In een scheur in dese plaat
zat een stuk vastgeklemd van een baar goud,
en wel zóó vast, dat de duikers blükboar geen
kans zagen, onder water het goud van de
plaat te verouderen. Het door die plaat af
geknepen gedeelte van die baar goud is even
eens gevonden. De beide stukken aan elkaar
gepast gaven te lezen „Bonk of Australasia”.
Op diezelfde üzeren plaat waren een aantal
sovereigns vastgeraaM in de roestlaag. die
men niet zonder moeite heeft kunnen los
maken.
Alles bü elkaar is het een zeer bevredigende
berging geworden, en zün assuradeuren er
goed afgekomen, tenminste wat de zending
goud voor de Bank of England betreft. De
passagiers sullen wel minder reden tot tevre
denheid hebben gehad, want het is niet aan
te nemen, dat die over het algemeen aan ver
zekering gedacht hebben.”
Mgr. Jarosseau vroeg hem daarop om eenlg
uitstel, want hü verlangde de aangelegenheden
van zün dierbare missie in handen te stellen
van den aalmoezenier van den gouverneur; hü
schreef zelfs een lang verslag, waarin hü er
op aandrong, dat de belangen van de IJerk
in het geheels vicariaat geëerbiedigd zouden
warden. Tot de paters der missie richtte hü
een afscheidsschrüven. met het verzoek het ter
kennis van alle Christenen te brengen. Er was
inmiddels overeengekomen, dat Mgr. Jarosseau
zou vertrekken met Père Charles, die vüf en
twintig jaren lang aan het hoofd van het me-
laatschenhuls l^d gestaan.
Den Jtsten Mei was alles gereed voor het
vertrek en wachtte de Apostolisch Vicaris op
de laatste bevelen. Met groote vurigheid bad
hü tot O. L. Vrouw van Büstand, die Plus VII
naar Rome had teruggevoerd.
Na afloop der Vespers kwam men hem bood
schappen, dat de bevelvoerende generaal hem
verlangde te spreken. „Ik deed hem binnen
komen." verhaalt Mgr. „HU overhandigde mü
een officieel telegram, afkomstig van Rome,,
dat hetuitzettingsbevel herriep. <Dlt was te
danken aan een tusschenkomst der Fransche bü
de Itallaansche regeezlpg) Terwül de generaal
het mü overhandigde, schreide hü- Ik omhelsde
hem. Eh allen begaven wü ons naar de kapel,
om er uit dankbaarheid een „Magnificat" te
zingen."
Dit speelde zich echter niet meer te Harrar
af maar te Diré-Doua. waarheen een detache
ment Itallaansche soldaten Mgr. Jarosseau be
geleid had, en dat hem ook verder naar Dji
bouti had moeten brengen.
Na de plechtigheid van het „Magnificat"
vroeg de generaal
„Wanneer wilt U naar Harrar terugkeeren?”
Mgr. Jarosseau antwoordde;
„Zoo spoedig mogelük.”
Waarop de generaal zelde.
„Ik had order gekregen U naar Djibouti te
brengen: ik zal U nu naar Harrar terugvoeren,
wanneer U dat verlangt, en met alle eerbetoon
dat toekomt."
Het was onder ontplooiing van een heel mi
litair apparaat, dat de Apostolisch Vicaris met
zün gevolg den terugtocht naar het centrum
der missie ondernam
Tot 8 Juni 1938 is Mgr. Jarosseau toen nog te
Harrar gebleven, waar hü ervoor heeft gezorgd,
dat het Abessinische missiewerk zoo vlot mo
gelük overging uit de handen van de Fran
sche missionarissen in de handen der Italiaan-
sche, die later door de Congregatie der Propa
ganda Fide werden aangewezen.
(Van onzen Rarüachen correspondent)
e verovering van Abesslnlë door de Ita
lianen heeft, zooals men weet, ook ten-
gevolge gehad, dat dg H Congregatie der
yiopoganda Fide. in overleg met de nieuwe
beersetters. tot een reorganisatie der mlssionnee-
rtng van het land is overgegaan Deze reorgani
satie heeft meegebracht dat de Fransche mis
sionarissen. Capucüner paters van de orde-pro
vincie van Toulouse, die onder het bestuur van
den „konlng der koningen" de blüde boodschap
in Abessinlë verkondigden, vervangen werden
door Itallaansche. terwül de Capucünen van
Toulouse reeds een niéuw missiegebied toege-
wezen kregen in Aequatorlaal Afrika.
Zooals vanzelf spreekt is het niet zonder
eenlgen weemoed, dat de Fransche mlssiona-
Hssen het terrein, waar zü tot dusverre van de
verbreiding van het RUk Gods hun levenswerk
hadden gemaakt, hebben verlaten. En in Frank,
rüka wereldlüke bestuurskrlngen, waar, zelfs in
de tüden van het heftigste binnenlandse he
antl-clertcallsme. het Fransche misslonneerlngs
werk werd bevorderd, omdat men. o paradox!, in
de Fransche verkondigers van het Christen
dom tevens de beste vertegenwoordigers van het
«Pkansche genie" zag, is hun vertrek gevoeld sis
het verloren gaan van een stukje Fransch cul
tuurgoed.
Dit verklaart dan ook ampel de bijzonder eer
volle wüse. waarop Mgr. Jarosseau. de 81-jarige
ex-Apostoliach Vicaris der Galla’s te Djibouti,
door de hoogste Fransche autoriteiten werd ont
vangen, nadat hü begin Juni JL definitief
Abessinlë had verlaten, het land, waaraan hü
37 jaren lang zün krachten had gegeven
Weinigen der veteranen onder de missie
bisschoppen zullen op een zoo prachtlgen en
bewogen staat van dienst kunnen wüaen als
deze zoon van 8t. Franciscus.
Onmlddellük na zün priesterwüdlng in 1881
vertrok père André Jarosseau naar Ethiopië.
HU maakte deel uit van de eerste karavaan Ca-
pucüner-paters van Toulouse, waarom Mgr. Tau.
rln, die toen Apostolisch Vicaris der Galla’s was,
had gevraagd. In 1900 volgde hü dezen op als
titulair-Blsschop van Loatro. Hü legde zich
vooral toe op de ontwikkeling van het inheemsch
onderwüs. de vorming van een inheemsche
geestelükheld en de bestrijding van de me-
laatschbeid. Zeer groot was zün invloed aan het
keizerlük hof; voor een niet gering deel heeft
hü bügedragen tot het succes van het bezoek dat
de keizer bü den H. Vader aflegde en van de
pauselüke missie, die in 1929 door Pius XI naar
Ethiopië werd gezonden, waaraan de
Kardinalen Marchetti, Selvaggiani en
rant deelnamen.
Br is nogal oen en ander geschreven over de
situatie, waarin Mgr. Jarosseau verkeerde ge
durende den Abessinisch-Italiaanschen oorlog
en in den Ujd na de Itallaansche overwinning,
in het büzonder over zün verhouding tot de
Abessinische heerschers van het land en tot ds
itallaansche veroveraars. Dat kwam lang niet
allemaal uit betrouwbare en onverdachte bron.
Het is daarom te Interessanter eenige passa
ges weer te geven uit het relaas, dat de hoog
bejaarde missie-bisschop bü zün terugkoer lu
het Fransche vaderland aan een redacteur van
do katholieke „Croix" dood-
Op 8 Mei, den dag waarop de voorhoede van
Grasianl's leger Harrar, de bisschoppelüke re
sidentie, waar Mgr. Jarosseau voortdurend aan
de züde der Abesslnlërs was gebleven, was bln-
nengetrokken en terwül het centrum der stad
door de Itallaansche tanks bezet was, hoorde
hü aan de deur van de zwaar gebarricadeerde
missie kloppen. Op zün vraag wie daar was,
kwam het antwoord: ..Een Itallaansch officier.
Maak openl”
De Bisschop bevond zich daarop tegenover
een door Graziani gezonden luitenant, die hem,
na wederzüdsche begroeting, vroeg, of hü iets
noodig had en of hü in gevaar was. Op zün
antwoord, dat hü een lüf-garde van Abessini
sche soldaten bü zich had de stad was eenige
dsgen lang de prooi van Abessinische plunde-
raars geweest zelde de luitenant: „Laat ze
mü zien!” En hü voegde eraan toe: „Voortaan
zal ik U bewaken Vervolgens gelastte hü de
lüfrarde de wapenen af te leggen.
Eenlgen tüd daarna ontving Mgr. Jarosseau
bezoek van den nieuwen militairen gouverneur
van Harrar, die vergezeld was van zün aal
moezenier. een pater Redemptorist. HU vroeg
eenige inlichtingen, die Mgr. Jarosseau hem
gaf.„
Den léden Mei tweede bezoek van den mili
tairen gouverneur. BUna op den man af zelde
dese hem toen: „U zult uit het land gezet wor
den. U heeft gedurende den oorlog een rol ge
speeld, die ons noopt aldus op te treden."
„De slag was hard,” zelde Mgr. Jarosseau.
„Ik gaf den gouverneur te kennen, dat mün rol
in het minst niet verocrdeelenswaard was ge-
weest.’
„Het was mün plicht, münheer de gouver
neur, de zaak van Ethiopië te ondersteunen,
welke ik als de zaak van het recht beschouwde;
en de stem der dankbaarheid legde mü den
plicht op aan den persoon van den keizer trouw
te blüven.”
Waarop de gouverneur antwoordde„Ik
begrÜP U, Monseigneur. Ik ben begaan met
UW.... situatie. Wanneer U vertrekt? Ik zal U
dat later doen weten.”
Drie dagen later deelde hü den Bisschop
mede, dat de stappen, welke ondernomen wa
ren teneinde het hem mogelijk te maken, dat
hü te Harrar zou blüven. zonder resultaat wa
ren gebleven en dat hü dus vertrekken-moest.
Ik stelde de twee praat-machlnes, die elkaar
niet kenden, aan elkander voor, en liet ae als
t ware op elkander los.
Ze begonnen direct hun krachten met elkaar
te meten. De was geheel overbodig geworden en
slaagde er in, me ongemerkt te verwuderen.
Even daarna stond ik op t balcon van m'n
kamer. De laatste stralen der ondergaande zon
beschenen de spiegelgladde zee. Beneden op t
terras zaten Hermanus en juffrouw Amanda en
praatten.
De zon was al
kwam langzaam
op en Herma
nns èn juffrouw
Amanda waren
aan t praten.
Sprookjesachtig
goot de volle
maan haar zil
veren stralen over de elndelooee watervlakte en
Hermzmusen juffrouw Amanda zaten nog steeds
te praten.
Den volgenden morgen al tamelük vroeg, ver
trok ik voorzichtigheidshalve naar een andere
badplaats, naar Noordwük.
Een jaar daarna kwam ik omstreeks denzelf-
den tüd weer in Scheveningen en nam m’n In
trek In 1 zelfde hotel. Weer stond Ik op een
avond op t balcon van m'n kamer en wierp een
blik naar beneden. Ik wreef m’n oogen uit. Leed
ik soms aan zinsbegoochelingen? Neem Daar
zaten, beneden op 1 terras, Hermanus Tn Juf
frouw Amanda aan t zelfde tafeltje als t vorig
Jaar.
Verbaasd keek ik toe, totdat m’n nieuwsgierig
heid het won van m'n angst voor het dreigende
gevaar. Ik verliet m’n kamer en ging naar be
neden.
Op 't terras gekomen, aocht ik dekking achter
een paar groote parasols, keek nauwkeurig toe
en zag. dat m'n vrees ongegrond was, want....
o wonder ze zwegen.
Ik wachtte twee minuten, vier, vüf minuten.
Nog altüd zwegen ze. Reeds waren tien minuten
verstreken en nog steeds duurde hun zwügkuur
voort. In diep zwügen verzonken, zaten se tegen
over elkaar.
Toen ging ik op hun tafeltje af. Hermanus
en juffrouw Amanda waren zeer verheugd mü
te zien. - i
„We zün hier gisteravond pus aangekomen,"
zei Hermanus
„Maar, dat te waar ook, Ik geloof met. dat je
t weet. We* zün nu een half jaar getrouwd
Amanda en ik!”
En. als bü afspraak, begonnen ae gelüktüdig
op me los te praten! (Nadruk verboden)
vroege wlelrüder gaat zingend over het rüwiel-
pad. Als wü moe van het wandelen en spelen
op huls aan gaan, slaat het dorpsklokje halt
tien. .Nora, wü gaan hier nog een halt uur
rusten, zeg ik tegen den hond, en terwül ik
mü behaaglijk neervlü. legt zü haar kop op
mün been en wü genieten beiden van stilte,
rust en warmte. Plotseling klinkt uit de verte
een zwaar klokgelui! 't Begint zacht en eenigs-
zins stootend. maar weldra is de klok op gang
en laat ze haar vollen toon krachtig hooren. Ik
constateer: de toon te O Een tweede klok komt
zich aanmelden en begint met hooger stem B
te zingen Prachtig klinken deze beide klok
ken van de R.K. kerk en zingend galmt het
over dorp en heide GB. GB, GB. Maar
hoor! Dgar mengt zich van de Gereformeerde
kerk, die 200 meter verder ligt, een derde stem
in het koor. Ook zü begint, gewekt uit haar
rust, zacht en bedeesd te zingen, maar hoe
meer zü in kracht toeneemt, hoe oorverscheu-
render haar toon Pis zich opdringt. Het galmt
nu door het luchtruim: FisG-B. FisGB.
Zoolang het achter elkander gaat is het aan te
hooren, maar wanneer FisG gelüktüdig
klinken, krügt men een koude rilling, in weer
wil van het warme Augustus-zonnetje. Nog
een vierde klok meldt zich aan: het is de op
een halven kilometer verder gelegen Neder
landsen Hervormde kerk. Haar toon is F, en
als zü met volle galmen begint mede te zin
gen is de cacaphonie volkomen. *t Is niet om
aan te hooren en beide ooren stop ik dicht.
FFisG. daar klinken ze alle drie gelijk, en
als het waarheid is dat klokgelui den duivel op
de vlucht jaagt, dan zal Satan voor dezen
wanklank zeker een auto nemen om nog spoe
diger uit dezen warboel te komen. lederen Zon
dag van mün vacantie zou ik dit moeten aan-
hooren? Dank u! Om 9 uur spring ik op mün
flets en zorg minstens 10 K.M verder te zün.
Het is geen droombeeld wat ik hier neer
schreef; in heel wat steden en dorpen ben ik
geweest, en altüd te bat mü opgevallen hoe
een chaos van klanken den Zondag verstoort.
Toch is dit met eenlg nadenken te voorkomen.
In het vorig jaar vroeg Ds. Kunst, Ger. predi
kant te Deventer (thans te Rotterdam), mü
hem te advlseeren omtrent de luidklok die op
de nieuwe kerk aou komen. Dadelük flitste
het bovenstaande mü door het hoofd en was
mün eerste vraag „U ziet hier 60 meter vanaf
de R.K, kerk; zijn daar klokken in den to
ren?" Ik kreeg- een bevestigend antwoord en
mün eerste schreden waren naar den Pastoor,
die mü vrlendelük toegang gaf tot oen toren
om de klokken te onderzoeken. Deze klokken
hadden tot toon AsC. Wü konden dus hier
mede rekening houden; de Geref. kerk kreeg,
gezien het beschikbare bedrag, een F, en in
De Rijn bü Keulen