Geertruidenberg gaat feesten
De avonturen van een verkeersagentje
1
n
I -- -
wuidcn
Historie der stad
F 250-
ORRIE
I
1
GOUDDORST
fe-.
HET LAAGST
IN PRIJS
HET HOOGST,M
KWALITEIT
-
1
Een huiselijk
drama
1
DOOR
CHARLES
GARVICE
Journalistiek gepas
seerd
VRIJDAG 29 JULI 1938
■mnmBaBamBta^mBSMBHmaBans^aea==
E-
Oorlog en geloofsvervolging
en
van
i
Onder Floris V
Ben autowetMrtid
Toen kwam een zeer aardige wedstrijd.
De koning, nog steeds met zün kroon op bet hoofd, hing den
tiende eeuw herhaaldelük
begunstigd.
met slakken als bestuurders. De auto’s waren al aardig ge-
klkvorsch een krans om de schouder, terwijl hjj ook de veld-
noeg. Het waren uitgeholde roode wortels, awaraan het taf, nog
muis toesprak, om hem te zeggen» dat hij zich kranig had ge-
zat.
de geschiedenis
houden.
Lorrie sar-
I
i
den
vuur staren.
f
I
riep hij uit. „Een
eensloeg.
verbazing op Greta’s onverstoorbaar
zich
om-
E
Geertruidenberg en Oranje
Op 1 September 1573 bezocht de Prins van
t
hoofd wegstreek. Jk daasde maar wrft in de
ruimte. Dat doe ik dikwijls. Let er maar niet
op. Ik ben wel eens meer idioot,"
Greta ging naar haar toe en zei hartelUk en
kalmeerend:
-J
In de dertiende eeuw werd de naam van Sint
Geertrudis aan de stak»gegeven, omdat de
dochter van Pepijn van Landen Juist in de
dertiende eeuw werd zij heilig verklaard
te Oeverberg verbleven had. ZIJ was omstreeks
625 geboren in het kasteel van den hofmeier
en stierf 17 Maart 658 of 659 te Nüvel als
abdis. Als eerste Vrouwe van Strtfen bezat zij
goederen te Geertruidenberg en het schijnt wel
vast te staan, dat ze er eenigen tijd woonde.
Toen zij heilig verklaard werd, leefde in de
Zuidelijke streken van Nederland de vereerlng
der Heilige Oeertrudis snel op. Men kan dit
verschijnsel van de dertiende eeuw wellicht het
best vergelijken bij de snelle verbreiding der
devotie tot de Heilige Theresia van Lisleux in
onze dagen. Op vele plaatsen werden kort na
elkander kerken en kapellen ter eere van de
nieuwe heilige gesticht, uiteraard ook op de
plaats, waar zij vroeger bezittingen had ge
had en vertoefd had. Van de oude Sint Geer-
trudiskapel te Geertruidenberg is thans niets
meer over, doch een krypte, gevonden in 1895,
wees er op, dat hier een gebedshuis uit den
eersten tijd van het Christendom moet hebben
gestaan. We groote kerk was aan de stadsheillge
toegewjjd.
op;
Reeds too menig keertje werd een
stro»;
Maar waar anderen nog faalden
Kwam de Karimata aan,
Met de Karimata zal het,
Naar men hoopt, misschien wel gaan.
De Lutine, ’t schip vol waarde.
Ligt, gebroken, diep in ’t zand.
Maar ze werd reeds tot een zegen
Voor een deel van Nederland!
j pan Terschelling
Vindt ’t een goudmifti, of de schat
Nu gevonden wordt of niet, want.
3 't Voordeel heeft ze al gehad!
Nu wil men dan goud gaan winnen
Uit het water in Japan,
Lieve deugd, in 't nijver Neerland
Doet men al zóo lang daardn!
Dan moet u ons volkje kennen:
3 Zit er ergens zulk een buit,
Nu, di enhaalt de Nederlander
3 Vroeg of laat er heusch wel uit!
3 En mocht het beslist niet lukken
Neem eenen goeden raad van mij:
3 Haal er dan dat is afdoende!
Eenbelastingambt’naar bij!
HERMAN KRAMER
miiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiuiiiiiiiiiHiim
worden, of wier portret evenzeer een plaats
had verdiend als dat van zop vele an
deren. Ook de Journalistieke bedrijven,
waarvan er meer dan één door energieke
directies wordt uitgeoefend in gebouwen,
die er mogen Zijn, en de zich zoo geweldig
ontwikkelende technische installaties, wa
ren voor foto’s interessante stof geweest.
Om nog te zwijgen van het vereenlglngs-
leven op djt terrein. Maar het is alles ge
heel of vrijwel geheel genegeerd, en dit
moet diep worden betreurd bij dit mooie
Jubileum onzer vereerde Vorstin.
Juist in onze dagen is de pers van zoo
ontzaglijk veel belang voor het nationale
leven en ter handhaving van volksrechten
en volksvrijheden, dat dit tekort aan waar
deering in de kringen der Journalisten en
der dagbladdlrectles pijnlijk moet worden
gevoeld. Zoowel voor hun werk als voor
him persoon.”
Sint Elisabethsvloed van 1421, waardoor tal
rijke dorpen en gehuchten der omgeving in den
Biesbosch verzwolgen werden, zoodat de jaar
markten van Geertruidenberg hun belang gaan
deweg verloren en de gemeenschap-over-
land met Dordrecht, en dus met Holland,
onmogelijk werd gemaakt. Pogingen om het
verloren gebied in te polderen werden welis
waar op kleine schaal ondernomen, maar had
den eerst in later eeuwen eenlg succes.
Oorlogsgeweld teistert daarna herhaaldelijk
het stadje. Het krijgt de kans niet, zich te her
stellen. maar wordt j een strategisch steunpunt
voor de anti-Spaansche ondernemingen van den
Zwijger en diens zoons. Zoodra de stad in 1573
door de Staatschen bezet was. werden er de
priesters vermoord. Het deerlijk verminkte lijk
van kanunnik Willem van Galen heeft twee da
gen geheel naakt op straat gelegen zonder dat
iemand het verwijderde, het werd eindelijk in
het water van de stadsgracht gegooid Vs oud
vuil; Arnoldus Swaens, de deken van het
kapittef, sprong in de gracht en hield zich
gedurende 14 volle uren staande in het water;
telkens wanneer de Staatsche soldaten op hem
schoten, bukte hij zich en dook dus onder wa
ter. Maar hij slaagde er aldus in, bij donker
naar België te vluchten. Een ander priester
had hetzelfde buitenkansje, na een dag van
doodsnood in de kleine wilgenboschjes buiten
de veste. Pater Willem Poppens van de min
derbroeders weerstond de hem geboden kans
om door geloofsafval zich het leven te redden.
HU stierf als martelaar aan de galg. Estius
verhaalt zijn dood na de geschiedenis der Gor-
kumsche Martelaren. In het geheel werden ne
gen priesters vermoord, de nonnen werden uit
de stad verdreven. Tot 1686 heeft Geertruiden
berg geen katholieke kerk meer gehad, daarna
werd de uitoefening van den godsdienst oog
luikend toegelaten en in 1767 verre»» de eerste
schuurkerk. Het duurde tot 1862. eer er weer
een katholieke kerk de thans nog bestaande
werd gebouwd.
De goede Journalist, de goede journalis
tiek, zij bekleeden in het geestesle^n
ons vaderland een voorname plaats.
Onder Koningin Wilhelmina heeft de pers
zich, technisch en ideëel, naar alle kanten
zóó ontwikkeld, is de journalistiek van zoo
groote beteekenis geworden, hebben zoo
vele voortreffelijke journalisten van dag tot
dag hun moeilijke taak verricht, dat het
tekort aan erkenning en waardeering, dat
thans uit die Gedenkboeken spreekt, als
een schromelijke en kortzichtige fout moet
worden gesignaleerd.
De samenstellers van die boeken hadden
er voor dienen te zorgen, dat aan de jour
nalistiek een ruime plaats ware verleend,
zoowel redactioneel als illustratief. Er heb-
oen in de beschreven periode in onze va
der landsche Journalistiek mannen gearbeid,
of hun loopbaan beëindigd, of zij zijn aan
hun beroep ontvallen, die in deze herden-
kingsliteratuur vermeld hadden moeten
Zij zweeg en verborg haar gelaat een oogen-
blik in haar handen, toen hief ze het koppig op.
„Waarom ik je niet vertelde, dat hü maakte,
dat ik hem llefkreeg? dat ik hem met hart
en ziel liefhad? Omdat we overeenkwamen, dat
we het niet zouden vertellen dat we vrtj zou
den zijn. Begrijp Je? Geef hem de schuld niet;
w*s vrij. Er was niets tusschen ons. HU was
vrU osn iedere andere vrouw het hof te gaan
maken om Diana een aanzoek te doen en
dat heeft hu gedaan! Dat is alles! Waarom kijk
Je me zoo aan?” vroeg ze boos, maar met een
snik in haar stem. „Je moet geen medelijden
met me hebben. Greta; dat kan ik niet verdro
gen! Zeg, niets! Laat alles precies zün als voor
kleef bestaan.
Een groote datum en een tragische datum in
1—-_i van Geertruidenberg is de
deur bleef staan, ,Je bent toch een wonderlük
schepseltje. Lorrie. Je doet, alsof de vele be
zoeken van Seymour Melford een straf zijn en
Je hebt hem den laatsten tüd meer aangemoe-
rligd dan wU een van allen, papa niet buiten
gesloten.”
Lorrie schuifelde onrustig met haar voet en
lachte, maar er was geen vreugde in haar
lach.
„Heb ik dat gedaan? Misschien wel, maar ik
moet me een beetje amuseeren. En Seymour
Melford is de eenige beschaafde mensch, die
hier komt. En hU is hier nog niet geweest van
daag. Zonderling. Ik denk dat paps daarom de
studeerkamer op en neer loopt als een tUger
In zün kool. HU wacht op hem, Greta,” zei ze
plotseling zenuwachtig, „heb JU wel eens ver
langd, dat Je den tüd kon dooden? Ik bedoel
niet door armen te bezoeken en tractaatjes en
bouillon uit te deelen; dat is jouw manier;
maar heb je nooit gewenscht, dat je een aan
tal dagen tegelUk kon dooden ze dooden,
zoodat ze allemaal onmiddelIUk verdwenen
het heele zootje, zooals Jack sou zeggen?”
„Neen, nog nooit,” zei Greta opgewekt.
„Dan begrijp J« niet, wat ik bedoel,’’ ant
woordde Lorrie kortaf, „o. Ik wou. dat ik den
tüd tot het einde van de maand kon dooden!"
ZU zweeg plotseling, gewaarschuwd door den
blik van verbazing op Greta’s onverstoorbaar
gelaat.
„Wat bedoel Je?"
„Niets, niets en nog eens niets,” antwoordde
Lorrie terwUl ze haar lokken het zware haar
dat lord Ksndale had gekust van baar vosr-
De heer J. Bianchi, burgemeester van
Geertruidenberg
a 's-Hertogenbosch, na Bergen op Zoom
zal thans het oude stadje Geertruidenberg
X v in Noordbrabant zün stadsfeesten heb
ben; het wordt een mooie Brabantsche traditie,
aldus het stadsbestaan u te vieren en de groote
gebeurtenissen, waaraah de bevolking in het
verleden deel had, plechtig te herdenken. Toch
la Geertruidenberg misschien niet „een Bra
bantsche stad” te noemen in denzelfden zin
als den Bosch of Bergen op Zoom, want eerst
sedert 1815 maakt deze gemeente deel uit van
de provincie Noordbrabant. Tevoren heeft ze
eeuwenlang de graven van Holland als haar
meesters erkend, en daar deze toestand intrad
in het Jaar 1213, zal de stad Geertruidenberg
dezen zomer het 725-jarig bestaan als Hol-
landsche stad vieren. Het is een betrekke-
ÜJk willekeurig beginpunt van de stadsgeschie
denis, zooals ook de datum 5 Juni 1288 de
slag van Woeronc te Bergen op Zoom her
dacht, betrekkelUk willekeurig was. Immers het
elgenlUk ontstaan van Geertruidenberg ligt
evenals het ontstaan van Bergen op Zoom in
het duister. Het plaatsje behoort in leder geval
tot de oudste steden van ons land. Waarschün-
lUk dankt het zün naam aan de heuvelachtig
heid van den oever, zoodat wU in LatUnsche
documenten uit de vroege middeleeuwen hoo
ien gewagen van Mons Litoris, d.w.z. Oever
berg. Of echter het woordje „Berg” niet eerder
verband houdt met het werkwoord tbergen",
blUft een vraagpunt. Sommigen meenen, dat,
de oude naam Oeverberg samenhangt met de
gunstige gelegenheid, die de rivierkant er bood
aan schippers en vlsschers om bU zwaar weer
hun schuiten te „bergen”, anderen denken eer
der aan „burg maar de meest voor de hand
liggende verklaring, die zich op de heuvel
achtigheid van den oever beroept en verwijst
naar de aanduiding „Raamsdoncksche bergen”
voor een soortgelUke bodemverheffing, kan zich
zoo dunkt ons op de meest houdbare
argumenten beroepen.
De heilige Geertrudis
„Ons treft dikwUls, en ook thans weer
in deze gedenkboeken, de o v e r-schattlng
van het literaire en de o n d e r-schattlng
van het journalistieke.
Een heer of dame, die een goed boek, of
een paar goede boeken schrUft, staat al
spoedig als kunstenaar vermeld en wordt
dan in herdenk lags-geschriften genoemd
en representatief geacht. Een goed journa
list, die vele jaren achtereen op voortref-
Heel wat oogen in ons land zijn
3 Op dat punt in zee gericht,
3 Waar reeds lang die mooie molen.
Waar de Karimata ligt.
3 Midden in de zee gaan daar steeds
Baggeremmers weer omhoog,
Waarvan d’ inhoud nagespeurd wordt
Met een zeer gouddorstig oog.
Modder, modder, zand en water
Haalt die mooie molen
Aanval op dat goud een str<
s
S De bevolking van Terschelling
Vergeefs bekende Annie aan haar moeder, dat
van
5 was. op straat ge
ding vergezeld van
wU haar hart ver
pand had aan een anderen jongeman. Maar
deze werd door haar vader beschouwd als een
felUke wUse en in de spanning en de Jacht
der gebeurtenissen zUn taak verricht, en
zUn voorlichtend of beschrUvend of ver
slaggevend werk doet, neen, dat is, zeggen
velen, geen literator en dus de moeite van
het vermelden niet waard. Geheel afgezien
nog van het gebrek aan persoonlijke
waardeering, dat hier in zit. schuilt er ook
nog een zake! Uk misverstand in: men
trekt de grens tusschen kunst en journa
listiek vaak veel te scherp, men vergeet,
dat in goede journalistiek een stuk kunst
zit, („half kunst, half wetenschap" wordt
de journalistiek wel genoemd), dat er even
zeer aanleg, bezieling, inspiratie, intuïtie,
en zuiver natuur-talent voor noodlg is als
voor het schrUven van een goed boek (vaak
vordert de Journalistiek bovendien veel
meer kennis) en dat een goed Journalist
dikwUls veel meer be teek ent. veel meer in
zUn mars heeft, dan bepaalde literatoren
die als zoodanig bekend staan en altUd
maar weer vermeld worden.
„Lorrie, Je bent niet in orde. Je bent je heele
opgewektheid kwüt en en je schUnt zwaar
moedig te zUn en zoo anders dan anders.
Waarom zeg Je me niet, wat er aan scheelt.
Ga eens naar dokter Cox.”
Lorrie lachte spottend.
„Naar dokter Cox gaan! Je doet net of
iemand beter wordt, alleen van het gaan naar
dokter Cox. Zou het ook helpen, als je dién
toovenaar door een telescoop zag? Kort-, en
goed, ik wil niet naar dr. Cox met zUn opwek
kende drankjes, zUn U»er en kinine. Ik ben best,
zeg ik je. Het eenige, dat me misschien scheelt,
is dat ik me
.JSoodverveel” wilde ae juist eindigen, toen
Jack met ztjn geweer In de hand binnen kwam
stormen.
.Luister eens Greta!”
nieuwtje voor Je
,JDoe de deur dicht,” zei Lorrie geprikkeld.
„Ik ben nog nooit in mUn leven zoo verbaasd
geweest,” zei hU, terwijl hU de deur een trap
gaf. „Het is werkelUk een reuze nieuwtje!”
Lorrie keek hem over haar schouder heen
aam.
„Wind Je niet op. Greta. Ik ken de waarde
van het nieuws van Jack. HU heeft Juist ontdekt
dat de wereld rond is of dat buskruit ontploft,
wanneer je er een lucifer bU houdt.?
niet
kan!
hem i
achter
Een oogenbllk zwegen ze. Greta zag haar borst
hUgen, zag. dat het gebogen hoofdje moeite deed
zich weer op te richten met haar gewonen
trots; toen sprak ze opnieuw.
„O Lorrie!”
„Stil! Praat nog niet tegen me! O hemel -
Is het waar! Greta, ia het waar?” en ae kneep
Greta in haar arm. „Vertel het me eens! Denk
Je, dat het waar is? De menschen vertellen soms
zulke leugens! Het kan een een vergissing
zUn!” en haar oogen die grooter en’donkerder
geworden schenen te zUn trachtten koorts
achtig op Greta’s gezicht een twUfel af te
leeen.
Jk dank, dat het waar la," fluisterde Greta
De overgang naar de Hollandsche graven was
voor Geertruidenberg niet nadeellg, vooral
Graaf Floris V, der Keerlen God, begunstigde
de plaats en schonk haar het recht op vier
vrije jaarmarkten benevens eenige bijzondere
.voorrechten, welke erop wUzen, dat de stad met
haar gasthuis, haar groote kerk, haar Heilige
Geesteshuis en haar Broederschap van onze
Lieve Vrouw aanzienlUk geacht werd onder de
Nederlandsche steden van het einde der 13e
eeuw. Gwljde van Henegouwen hield er tegen
1300, toen hU als voogd over Jan van Holland
optrad, zijn hof, doch slechts voor korten tUd,
«rant de zoon van Floris V vertrok voor de
voltooiing zUner opvoeding naar Engeland en
stierf kinderloos in 1299.
Geertruidenberg zoo verhaalt Wagenaar
behoorde bU de Hollandsche steden, die óp 17
October 1299 plechtig met Jan van Avennes
eerste graaf van het Henegouwsche Huis
overeenkwamen, dat zU met de moordenaars
van Graaf Floris V en derzelver nakomelingen
nimmer zoen noch vrede zouden maken, noch
zouden helpen maken, doch dat zij integendeel
dezen uit hun gebied zouden weren, zoomede
hen op alia mogelUke wijzen zouden schaden
aan Hjf en goed. In 1304 werd Geertruidenberg
belegerd door Jan II van Brabant, die met
Jan n van Holland in oorlog was geraakt;
slechts na een lange en hardnekkige verdedi
ging viel de dappere stad; drie der voornaam
ste Ingezetenen werden om hals gebracht. Doch
Nicolaas van Putten heroverde Geertruidenberg
nog in hetzelfde Jaar vwi HMUMur-’
Leest men de romantische historie van de
onderling vechtende graven en hun generaals,
de berichten omtrent overval en verdediging,
de gruwelUke geschiedenissen van moord en
bloedwraak, dan blUkt de grens- en havenstad
Geertruidenberg telkens belangrUk voor de mili
taire situatie, maar tevens voor den handel en
«le scheepvaart, die er tot loon voor betoonde
dapperheid door Hollands graven in de veer
tiende eeuw herhaaldelUk wordt begunstigd.
Willem van Duivenvoorde, die in 1353 stierf,
omringde de stad met sterke muren en bouwde
er een kasteel, dat echter nog geen volle eeuw
U had geen tUd, om goed te zien en iets
als het ruiachen van een japon ging rake
lings langs hem heen. HU draalde zich om.
en zag een slanke gedaante, die met vluggen
tred haar weg vervolgde.
Meneer Knap werd er dusdanig door aange
trokken. dat hU. zonder zich ook maar een
oogenbllk te bedenken, de onbekende in den
regenmantel begon te volgen. HU had een on
metelijk verlangen naar een vrouwtje, waarvan
hU kon houden en dat hU eenmaal de zUne kon
noemen. Dat was het besluit, waartoe hU ge
komen was na 33 eenzame jaren.
De vlugge gedachte vóór hem keek op een
oogenbllk om ingeboren intuïtie van de
dames, die voelen, dat ae de aandacht trekken,
en gevolgd worden! en bemerkte meneer
Knap. 1 Kwam hem zelfs voor, dat ae schalks
glimlachte. Dan verdween het meisje in den
portiek.
Meneer Knap legde de wapens niet neer. Door
de medeplichtigheid van een goedhartig por
tier slaagde hU er in, naam en toenaam, als
mede verdere bU Bonder heden aangaande de on
bekende te weten te komen.
En den volgenden morgen vervoegde hU «ich
ten huize van meneer Flipsen.
Excuseert u me, bent u meneer Fllpeen?
Die ben ik heelemaal. Gaat u zitten.
Meneer Knap raakte geen oogenbllk van zUn
stuk. In den salon gezeten, verklaarde hU. zon
der omhaal van woorden, den verbaasden heer
Fllpeen de reden van zUn bezoek.
Mag ik het even verwerken, met uw wel
nemen, zei de heer Flipsen. toen de ander had
uitgesproken. U hebt er behoefte aan. een
Jongedame te trouwen. Best. En nu bent u ver
liefd geraakt op m’n dochter, als ik me niet ver
gis, die u alleen maar even gezien hebt en op
straat achterna bent gegaan. TamelUk haastig
zou ik aeggen. Maar....
Meneer Flipsen was een man. die orde op sUn j
gedachten had en tevens een vooruitaienden
geest beaat. Een dag als dezen had hU allang
verwacht. HU had zelfs al een heel programma
tot in bijzonderheden uitgewerkt. Dienself
den dag sprak hU. op plechtige wUze. met sUn
vrouw over het alleszins merkwaardige voorstel.
dat de heer Knap hem gedaan had. En met
bureaucratische nauwgezetheid bepaalde hU. dat
Annie zUn jongste dochter (want die betrof het
klaarblUkelUk) zich beschikbaar sou stellen, om
den vermoedelUken aanstaande te ontvangen;
terwUl Mies, zUn andere dochter, verzocht werd.
gedurende het bezoek (en eventueele verdere
bezoeken) van den heer Knap op haar kamer te
NU ven.
En aangezien Mies vanjetwat weerbarstigen
aard was, sloot papa Flipsen al haar goede Ja-
ponnen weg.
Vergeefs protesteerde Mies, daarin gesteund i
door haar mama en haar zusje, tegen dit voor
nemen van haar vader, dat zij eenvoudig erger
lijk noemde. Meneer Flipsen, die in het gewone
leven maar een schuchter mannetje was. ge
droeg zich in huis gaarne als een tiran. En zoo
werd Mies veroordeeld, om den bewusten avond
(of avonden) op haar kamer te bUJven, met een
geel en groen gestopte Japon aan en aan een
zenuwaanval ten prooi.
Na aldus alles te hebben geregeld, als een
goed veldheer vóór den slag (meneer Fllpeen
vond het Inderdaad zooveel als een veldslag, een
dochter aan den man te brengen), stond hU
meneer Knap twee dagen later toe, zich aan
de familie in allen vorm te komen voorstellen
T- - - - -
w—-«■■laan, vaasn asacM KIVCUCX
ze nooit iemand, op wlen de beschrUvlng
meneer Knap van toepassini
zien had! Haar verklaring^
riJkelUke tranen, aangezien
„O Lorrie! Lieveling waarom heb Je het me
niet verteld? Ik heb het nooit vermoed
Een heesche, schorre lach kwam over de
bleeke. strakke lippen. „Waarom ik je niets
verteld heb? Waarom zou ik het je vertellen?
Er was niets niets tusschen ons, niets be
halve dat
draaide met vuurrood gelaat en vlammende
oogen „Vertel het aan het heele dorp. Jack.
Laat de klokken lulden set het in de/kran
ten
Jack staarde van de een naar de ander. Greta
nam hem 1>U den arm.
„Ga weg. Jack,” zei ze zacht en toen hU heen
ging, wendde zU zich tot het teere meisjes
figuurtje bU het vuur.
.Lorrie!” was alles wat ae zei, maar het was
voldoende.
Met een kreet viel Lorrie naar voren, haar
hoofd in haar handen.
^Lorrie! O, lieveling! Lieveling!” fluisterde
Greta, terwUl ae haar armen om haar susje
heensloeg.
,Btll! Spreek niet tegen me Raak me niet
aan!” kermde Lorrie.
Er zijn in den loop der jaren in ons vader
land bij telkens andere gelegenheden geregeld
gedenkboeken gepubliceerd, waarin men een
beschrUvlng vond van alles, dat samenhangt
met het openbare leven. Zoo o.a. 15 Jaar ge
leden bU het zilveren regeeringsjublleum van
H. M. de Koningin, verder de vri? recente pu
blicatie van Brugman's „Geschiedenis van
Nederland onder de regeerlng van Koningin
Wilhelmina”, en van zeer onlangs o.a. nog het
„Officieel Gedenkboek” onder leiding van den
heer W. G. de Bas en 'n commissie van veel
hooggeplaatsten. Opvallend in die gedenkboe
ken, schrUft de Avondpost, is de volkomen of
bUna volkomen verzwUging van de Journalis
tiek:
dat voordat hU kwam."
Toen was het met haar kracht gedaan «n
met een sachten kreet viel ae tegen Greta aan.
He vol medelijden haar armen om haar aasje
»Je zou me allesbehalve een verstandig
mensch noemen, als er vandaag geen pudding
®P tafel kwam,” antwoordde Greta met haar
bedaard lachje.
.Pudding! Ik haat pudding! Ik geloof, dat JU
Mn niets anders denkt dan aan pudding!”
-Waar denk JU dan wel aan?" vroeg Greta
den toon van iemand, die niet bepaald
bleuwsgierlg is naar antwoord. .Je ziet er van
morgen niet al te best uit. Lorrie!"
>O«2i, schel uit,” smeekte Lorrie; ,Jk heb er i
•enoeg van om voortdurend te verzekeren, dat l
Ik me volkomen goed gevoel; het verveelt me i
om steeds te hooren, dat ik er niet goed uitzie,
OM Ik mager ben en dat ik niet genoeg eet.
oen gezond zoo gezond mogelük. Nou weet
^et!'' En ze ging ongeduldig naar het raam,
“W het gure weer en wendde zich hutve-
*en<l naar het vuur.
’4» Seymour Melford hier vanmorgen al
*»eest?" vroeg ze.
niet, maar ik denk, dat hU toch wel
•delük zal komen,” antwoordde Greta.
JMtuurlUk,” merkte Lorrie verveeld en ge-
°P- ..Geen dag zonder einde, geen dag
■™er Seymour Melford!"
■•eg eens!” riep Greta uit, terwUl se aaa de
A I T e* A epdKbtad«Unin«evoteede veroekertngsvoorwaartta» Sta— p bfl tem«taange gebeeto oa«eechlk«tad Set wwfc—7KA ,n*1*1*
fAI sl y\i5LxIw IN Us ongevallen veraekerd voor een der volgende «ritkeertngen F OUe“ verfjes van belde armen, belde heen in at belde ootan F OVFe" doodeltJtan afloop
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
„Nonsens!" fel Jack opgewonden. „Ik heb
zoojuist Seymour Melford gezien.”
„Geweldig, buitengewoon!” zei
castlsch.
„En hU zegt,” vervolgde Jack, zonder op de
onderbreking te letten, „dat zUn zuster Diana
verloofd Is met Guy Kendale.”
Greta's blauwe oogen en haar onschuldige
mond stonden wagenwUd open, op Jack's gezicht
stond de zelfvoldane glimlach van iemand, die
belangrijk nieuws vertelt Lorrie bleef naar het
vuur staren, maar haar handen grepen
schoorsteenmantel stevig vast.
„Neen toch Jack!” riep Greta uit.
.Het is een feit.” zei Jack. ..Seymour Melford
heeft zoo Juist een telegram gehad. Guy heeft
gisteravond aanzoek gedaan en is aangenomen
Diana telegrafeerde Stel Je voor een Melford,
die gravin van Latcham wordt! O, het is abso
luut waar; Seymour Melford had het telegram
in «Un hand en liet het me zien!’'
,X>at is dan precies wat ik verwachtte!”
riep Greta uit op een toon van: ik heb het wel
voorspeld. „Gisteravond aanzoek gedaan! En
vanmorgen getelegrafeerd! Wat zal ze blü »Un!
Lorrie, hoor je het wel! Diana Melford wordt de
toekomstige gravin van LatchamI”
Kwam het doordat het meisje bleef «wilgen,
of omdat ze zoo onbeweeglUk bleef staan of
wat was het. dat Greta plotseling trof. Ze werd
bedaard en ernstig.
„Ga ga het papa vertellen Jaek," zei ae
zacht.
„Ja!" riep Lorrie uit, terwUl
P J
nietsnut en de wil van haar vader duldde geen
Aldus verscheen de heer Knap In den butse-
UJken kring. Papa Flipsen stelde Annie aan hem
voor en gaf In enkele welgekozen bewoordingen
uiting aan rijn beste wenschen aangaande het
uiteindelUk resultaat. Het was voor meneer
Knap een genoegUJke avond bevredigd als
hU zich voelde door de huiselUke sfeer en om
ringd door de vrlendelUke zorgen van het kM-
paar Flipsen. Zóó genoeglUk vond hU het «elft,
dat hU niet eens tUd had. om een zeker verschil
te beseffen tusschen het slanke figuurtje, dat
hU op straat gevolgd was en de tamelUk gevulde
Annie, die naast hem «at. Deze scheen een en
al glimlach, onder het waakzaam oog van haar
vader en zoo werd de Jongeman gaandeweg ver
liefd.
Eerst toen hü den huize Flipsen verliet, besefte
meneer Knap, zoo terloops, dat die Ueve Annie,
die op straat zoo slank leek, in huls meer ge
vuld scheen te wezen. Maar tenslotte zet hU tot
zichzelf, dat «ulks toch maar een heel bijkom
stige omstandigheid was.
De tragische zijde van de beschikking van
papa Flipsen openbaarde zich, naarmate do
kennismaking tusschen de belde jongelui werd
voortgezet. Mies had tenslotte haar moeder toe
vertrouwd. dat z U dien avond het voorwerp van
meneer Knaps belangstelling was geweest.
Mama Flipsen, die een brave vrouw was, zag*In
die persoonsverwisseling de hand van den dui
vel. Tot overmaat van ramp was Annie ontroost
baar over het verlies van den jongeman, dien ae
met hart en «lel aanhing. Inderdaad, 1 was een
zware verantwoordelijkheid, die Ibapa Flipsen op
zich laadde.
Doch op zekeren middag, dat Annie en haar
moeder inkoopen waren gaan doen en de heer
des huizes op «Un kantoor was, deed de bel
juffrouw Mies opschrikken Het was meneer
Knap, die erin geslaagd was. een paar uur eer
der van «Un werk te komen. Onder deze om
standigheden bleef Mies niets anders over dan
hem van achter de gesloten deur toe te roepen,
dat er niemand thuis was. De vreemde manier,
waarop hem hier van antwoord werd gediend,
deed meneer Knap een mysterie vermoeden. HU
begon zelfs te twU telen asm de goede trouw van
de heele familie Flipsen; en ten laatste dreigde
hU. dat hü een helsch lawaai zou maken, als
hem niet werd opengedaan.
Maar Ik heb
u toch gezegd, r""”’”"’’
dat ik u
ontvangen
riep Mies
toe, van
de deur, die nu
op een kier stond.
Ik ben alleen thuis. Mama en Annie zUn
uKgegaan. En ik als u het dan werkelijk wilt
weten heb een onmogelUke japon aam. Ik
zweer u, dat ik niet verschUnen kan
Wat voor mysterie was dót? Nóg een meisje
in de huize Flipsen? In een onmogelUke Japon?
Ten laatste stak meneer Knap «Un hoofd door
den kier en met een kreet maakte Mies zich uit
de voeten en liet den weg vrU. Dezelfde onder
nemingslust. die meneer Knap op dien bewusten
avond de onbekende had doen volgen, ontwaak
te in hem. Hü begon alle vertrekken te door
zoeken en vond Mies in de achterkamer, waar
ze op den divan lag te snikken. Meneer Knap
nam een stoel en ging naast haar ritten
Beste jongedame, begon hü.....
Maar zU keerde zich naar hem om, alsof een
adder haar had gebeten.
Hoe durft u! riep ae, tusschen haar snik
ken door. Is al de ellende, die u hier In huls
gebracht hebt, nog niet genoeg?
Ellende.... die ik hier in huls gebracht
heb? stamelde meneer Knap. Wat bedoelt u
is ’s hemels naam?
O, doet u alstublieft niet, alsof u nergens
van weet! Door Aw schuld zal Annie gedwon
gen worden, om met u te trouwen, ook al houdt
ze van een ander. Ja, want ze la feltelük ver
loofd met een ander. Maar papa wil het soa
En door w schuld zün al mün goede japonnen
weggesloten en kan ik op m’n kamer blüven.
Nu, als u het dan met alle geweld weten wilt,
ineneer, dan zal ik u zeggen, dat u m op dien
avond achterna geloopen bent.... Goede ge
nade. wat moet dat allemaal worden?
Meneer Knap zat als versteend. Ja. wat moest
dat allemaal worden? Maar meneer Knap had
«Un oogen niet in «Un zak ritten. En hü was
boos, ontzettend boos. Hem zóó er tusschen te
némen! Het gevolg van een en ander was, en
kele uren later, een krachtige uiteenzetting tus
schen meneer Knap en meneer Flipsen tijdens
welke Annie weende (van vreugde) en Mies het
op haar zenuwen kreeg en mama Flipsen flauw
viel. Het heele programma van meneer FUpeen
stortte ineen en hü zelf zeeg in een armstoeL
Eenige weken later trouwde meneer Knap met
de slanke Mies en Annie met héér uitverkorene.
Oranje de stad; hü genoot er een vischmaal.
waarvoor blükens de stadsrekeningen zekere
Peter Joosten de visch leverde, doch wat hü
er verder deed, is niet precies bekend. Vier Jaar
later onderhandelt don Juan er vergeefs over
den vrede. De Prins is bü die onderhandellngen
o m. vertegenwoordigd door Mamix; hüzelf be
zocht nog hetzelfde Jaar Geertruidenberg op
nieuw; de verrassing van Breda in 1577 werd
er voorbereid.
Leicester legde troepen te Geertruidenberg,
doch betaalde ae niet, soodat ze aan het mui
ten sloegen en ook de voorbüvarende schepen
beroofden, waarop Prins Maurits er 1 Engejsche
garnizoen kwam belegeren met het eindresul
taat, dat Parma in 1589 de stad in handen
kreeg, overeenkomstig de historische wet der
twee honden, die om een been vechten. Eerst
in 1593 heroverde Maurits de stad en liet de
verraderlüke besetting gedeeltelük opknoopen.
Dese verovering van Maurits was een mees
terstuk van krügstechnlek. Frederik Hendrik
werd nu gouverneur der stad. In 1600 werd door
de Spaanschgezinden een nieuwe aanslag be
raamd, waarbü zich de hulp verzekerden
van ritmeester Van der Wei, doch diens ver
raad werd ontdekt. HU is 5 Januari 1601 gevie
rendeeld op de markt.
Inmiddels woedde van 1596 tot 1606 de
pest te Geertruidenberg, en nauwelüks was deze
kwaal geweken of in 1606 en '07 teisterden ern
stige overstroomingen de verarmde bevolking.
Nog voor de Vrede van Munster verademing
gaf van het gedurig krUgsrumoer, brak in 1635
opnieuw de pest uiten beheerychte vier lange
Jaren de gemeente, zoodat het Pesthuis in
1601 gebouwd te klein was. Tot 1672 is het
betrekkelUk rustig in het starje; dan is er
weder oorlog, thans tegen de Franschen. maar
de bezetting van Geertruidenberg houdt zich
dapper. Tüdens de 18e eeuw verliest de stad
haar aanzien. Ze zit diep in de schulden, prins
Willem IV moet een jaarlüksche subsidie ver-
leenen, de brouwerijen gaan achteruit, in 1793
nemen de Franschen de stad, het Comité Revo-
lutionnalr der Bataaven tyrannlseert de inge
zetenen, de Prins herneemt de stad, ze herbergt
Lodewük Napoleon, ze wordt in 1815 een stad
in de provincie Noordbrabant en herstelt zich
langzaam uit een verval, veroorzaakt door ca
lamiteiten, die heel Nederland teisterden, doch
die zich te Geertruidenberg telkens concen
treerden.
In de Groote thans protestantsche Kerk
ligt begraven Johan Arnold Zoutman, over
winnaar van de Doggersbank. zoomede de dich
teres Juliana Cornelia de Lannoy.
I
3 En mocht het beslist niet lukken
Neem eenen goeden raad van mij:
3 Haal er dan dat is afdoende!
Een...