N.J.V. 1 m t w dé ik Fr1 tl W' /J Ei SÜ| s!il EEN WATERKAMP VAN HET I De kleinste clown de wereld van Zoekt gij betrouwbaar Personeel? E K I Plaats dan een „Omroeper” voor 80.000 gezinnen z 1» Gevaarlijke buren w KB w -1 - iiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiitiirniiniiiiniiiiiiiii 0 L_ Ié f “4 IBM fin 1 I fl y.'< V.P.D. 4 J nmiimiiiiiiiinmnininiiinmniiiiiiiinniiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiir R il V Z. 4 L werk öevoh pers tin DONDERDAG 11 AUGUSTUS 1938 Zelf gemaakt IP 1 r I pjsi’l® 1 sflll Advies Zij wist het te K.JA 4** JHH ui I A 4’ I H 4 ;V^ 1 JU kS**S?> i. bezoek 6 <is. I <7 CEEXA ruiten Kobina j M 1 I r rl o. f kletterde, was de heele club bijeen. Bram had beloofd iets te vertellen, dat hij self beleefd had en vol belangstelling zaten de .gen, die zoo ver weg woont, als hij ten minste geen ezel is?” op. Het was, of hl dig, hoe treurig sterdéfc restaura! ■W4 -4 t ii’H' - Woord I ‘r. ont ralise I pers, gewee verga I - ten t< reden thoUe sonde j Zie, I den 1c verdie J eische I Eeke J en ha take lijk fa mag hit wi verte? I hooge woord ia Bij die oi gelijk! den, sla vi het teeste het a werk L Rn g telpai tigem sooni Mar i her n besch. kruiei dat a wden hebbe lijke FOTOREPORTAGE o Het sein voor het middagmaal tijdens de Fransche legermanoeuvres in de omgeving van den .Col du Lautaret* De commandant der Koloniale Reserve heeft Woensdag te Nijmegen een aantal sergeant-cadetten, die tot tweqd* luitenant bij het Kon. Ned. Indische Leger benoemd zijn, beëedigd. Tijdens de plechtigheid De aankomst te Den Helder van de deelnemers aan het derde zeekamp van het Nationaal Jongeren Verbond te Den Oever, die Woensdag een bezoek aan den Helder brachten Z. H. Exc. Mgr. Lemmens met Mgr. dr. Poets op weg naar de sluiting van de veertiende Limburgsche Sociale Studieweek te Rolduc „Hein, hoe komt het, dpt vandaag alle soos- men goed zijn, die je. thuis hebt gemaakt?” «Vader is op rek!” 'Tv. k - j De dorpsonderwijzer wil kippen gaan houden, maar onkundig als hij nog is, vraagt hjj aan een zijner leerlingen, zoon van een kippenhou- der, welk voedsel het béste ia, om de* kippen aan den leg te krijgen. „Mijn vader geeft ze warm voer, daar leggen ze reuse van”, zegt Kees. Jaap, een Amsterdammertje, dat pas in bet dorp is komen wonen, steekt zijn vinger op en verzekert: p ,J4e fader hep geseg, asdat je se maar een flinke mep- op der kop mot gefe, dan blaave se legge.” den boom liggen. Zoo eindigde mijn avon tuur niet de gevaarlijke buren. Maar na tuurlijk moest ik de plaatjes van wespen nesten eens extra goed bestudeeren. Zoo zag ik een plaatje van een nest, zooals de wespenkoningin in het voorjaar, April tot Mei, alleen bouwt. Xk teekende het na (Fig. 2) om beter te begrijpen hoe het. in elkaar zat. Het vreemde is, dat de larven met den kop naar buiten hangen en toch niet uit de cellen vallen. Een voltooid nest ziet er heel anders uit. Daar is een heele wand om heen i pier achtige stof, De groote vacantle. was begonnen. Dat was een feest, zelfs al werkte het weer niet mee. De vacantieplannen waren wel gemaakt, maar voor een tocht naar Ter schelling was het nog wat te vroeg. Dus moesten de jongelui zich nog zoo lang thuis vermaken. Moeilijk was dat niet, want én Henk én Bram waren thuis. En belden kon den veertien dagen blijven. Over een' week zou de tocht naar het eiland worden ge maakt, waar de familie van Voorden een week of zes bleef. Henk en Bram zouden daar alleen de eerste week van medepro- fiteeren. Nu, terwijl de regen tegen de Dien avond wandelde meester Brlllesteln mee in een stroom van menschen, die naar de circustent gingen, die nu al veertien dagen lang op een weiland bulten het dorp stond. Het was anders zijn gewoonte niet, naar opepbare vermakelijkheden te gaan, maar hij had een moeilijken dag gehad met zijn leerlingen en een klein ver zetje had hij daarom wel noodig. Hij be taalde twee kwartjes aan de kassa en ging onder het opgeslagen zeil door. Het schouw spel was werkelijk wel 50 centen waard Er waren dansende paarden en rekenende 'Olifanten, een dikke man, die met zijn buik sprak, in plaats van met zijn mond, een -toovenaar uit Amerika, die twee ratelslan gen op muslek liet dansen.... er was ook een clown van 220 centimeter' lengte en mager als een boonestaak, die grappen maakte met zijn maat, een clown van twee turven hoog. „De kleinste clown van de wereld” stond er1 in het programma. Zij renden elkaar achterna, wat erg grappig was, want de groote maakte wel drie maal het rondje tegen dat de kleine één cir keltje geloopen had. De kleine kroop over den bulk van Oigante, zoo heette de reus, of hij een vlieg was. Het ventje werd ge rold en gegooid als een elastieken bal. Het was een nummer, waar de menschen veel pleizier in hadden. Zij klapten dan ook op getogen in hun handen en de twee clowns bedankten het publiek door naar alle kan ten te buigen. Toen meester Brlllesteln het circus ver liet, kon de gedachte aan dien kleinen clown hem maar niet loslaten. Het was of hij het ventje al jaren lang kende.... dat groote, bleeke hoofdToen schoot het hem te binnen. Vast besloten sloeg hij den weg in naar de herberg Boschlust. Hij be stelde er een glas bier en terwijl hij be taalde, vroeg hij aan den waard: „Een zekere Timmes.?.woont die hier ver vandaan?" „Timmes, zegt u? Die is al een half jaar dood, mijnheer, maar de weduwe woont hier nog wel twee kilometer vandaan met haar zoontje.... de stumperd werkt voor zijn moeder...." lUMoen pas zag, hoe annoe- en vervallen de jongén er uitzag. Hij zocht wat naar zijn woorden en zei toen, ’n beetje verstrooid: .Morgenochtend kom je net als de an deren om negen -uur, Timmes, begrepen? Om negen uur!” I beelei gtdaa werkt lenhjl I f06*1 1 ander I persex doordi plan, tan e tanbe ne, di gunstl pers maar slecht dat d niéts vtjsbs katM jehoo wordt of n dank die b selfs taire «elfde gebrol van «oek een fout goed van d tear i Zoo gebeu brand tlag, schrif tentie als kiet weest laten fout I naar .heeft teerer eatie meest Wke i midde gaam gegre] van fatooe pan, paald beetei -'«Jl Een aardig detail van het groote bloemencorso, dat Woensdag door de V.V.V. te Bergen (N.H.) in het Van Reenenpark werd georganiseerd „In het circus?” „Juist, mijnheer, hij is „de kleinste clown van de wereld". Na dien dag vergat meester Brlllesteln, anderen te luisteren. Bram begon: eiken dag de laatkomers te noteeren, nog wel 14 dagen lang, al den tijd, dat het cir cus op het weiland bulten het dorp bleef staan. Koos Timmes kwam soms op tijd en soms niet, maar tot groote verwondering van de andere leerlingen sloeg meester daar geen acht op. et was nu al veertien dagen lang, dat de kleine Timmes bij het ochtend gebed in de derde klas ontbrak. „Als het nu nog eens 5 minuten of hoog stens een kwartier was,” dacht meester Brlllesteln, „kon ik het nog begrijpen, ver oorloven niet, nooit.... maar zoo kon het toch niet- doorgaan. Smithuizen, waar woont Timmes, let op, ik vraag: waar woont Timmes?” Jta het huis na het.mijne, meester,” was het antwoord. „Denk je nu, dat ik wéét, waar jij woont, domoor!” „Achter den molen, meester, meer naar links.” ^Us je geen beter antwoord kunt geven, Sdithuizen!" ,J>e weg van café Boschlust, meester, nog wel 2 kilometer verder.” „O, eindelijk! En wat doet nu een Jon- De bruggenbouwer aan her werk tijdens de zandwedstrijden voor de jeugd, welke Woensdag te Zandvoort werden georganiseerd door de Vereeniging voor Vreemdelingenverkeer „Ik had al lang genoeg van het offlcleele zwembad en. dacht er over, waar ik gaan zou om ongestoord van het jrater te kun nen genieten. Op mijn fietstochten meende ik eindelijk een goede plek gevonden te hebben. Een zandpad leidde naar een hel dere beek, met gras aan den kant. Daar zou ik mijn geluk gaan beproeven. Er Was geen mensch in den omtrek te zien en ik genoot van het lekker koele water. Dén volgenden dag was ik weer op mijn plekje, maar ik was niet zoo alleen, als ik mij had voorgesteld. Het bleek namelijk, dat deze beek ook door soldaten werd gebruikt als zwemplaats. Daar zij echter een heel eind van mij vandaan waren en wij elkaar dus niet hinderden, schonk ik verder geen aan dacht aan mijn medezwemnfers. Verschei dene malen zwommen wij zoo, op een .af stand van elkaar. Op zekeren dag echter, ik was vroeg geweest en de militairen la ter, zag ik hoe zij onrustig langs het wa ter liepen. Een paar gingen op de fiets weg en kwamen na een poos met een dreg te rug. Toen begonnen zij weer het water af te zoehpn en na een klein half uur werd een drenkeling opgehaald.' De man had niet goed kunnen zwemmen en was blijkbaar tusschen boomwortels beklemd geraakt. *t Was een akelig gezicht en ik kan jullie verzekeren, dat ik drie dagen noodig had, om er over heen te komen en weer op mijn gewone plekje te gaan zwem men. Toen ik weer terugkwam, had ik een ander avontuur, dat niet akelig was. Ik had al eerder opgemerkt, dat er zoo nu en dan een groote wesp (Fig. 1) was, die brom mend langs mij vloog, als ik uit het water kwam. Toen ik er beter op ging letten, bleek het een hoornaar te zijn, die groote wesp, waarvoor de meeste menschen zoo bang zijn. Na even om mij heen gevlogen te hebben, ging het dier op een dikken boom af, die aan den waterkant stond en verdween in een gat. Ik begreep, dat daar een nest moest zijn en toen ik even wacht te, zag ik meer hoornaars hun weg naar den boom nemen. Erg leuk vond ik die buren niet. Terwijl ik naar huis fietste, zag ik een paar boeren, die ik wel kende. Ik vertelde hun van de hoornaars en ze be loofden het nest te zullen ultrooken. Zij wisten allerlei gevaarlijke gevallen te noe men, waarin menschen en dieren door hoornaars bijna gedood waren en ofschoon ik niet alles kon gelooven, leek het mij toch veiliger, dat ze met hun nest opge ruimd werden. Een paar dagen later zag ik een deel van de raten half verbrand bij Onderwijzeres: ..Marietje, Ik aal je even een som opgeven. Veronderstel, dat je vader aan den slager twintig gulden schuldig was, aan den behanger dertig, aan den huisbaas tachtig, ssn....’ Marietje: „Dan zpuden we verhuizen.” De steiger voor het groote raam van W^£ieuwe Kerk op den Dam te Am- wordt afgebroken, nu de van het raam gereed is iwd van dezelfde pa- die, waar het nest zelf uit bestaat en er zijn zijwaartsche in gangen. De beschrijving van een opgegra ven nest gaf aan, dat hierin alleen ko ninginnen waren (Fig. 3). Het werd in den herfst gevonden en was ongeveer dertig centimeter.” „Wastr heb je die wijsheid vandaan? vroeg Rob, toen allen zwegen. „Wel, die heb ik gelezen in De Levende Natpur, waar een beschrijving van wespen nesten in stond van mijnheer Walreen - Maar de avonturen bij de beek komen n e uit de Levende Natuur. Die heb ik zelf b®" leefd.” 4 Een hartelijk applaus beloonde Bram VF» zijn verhaal, en daar het intusschen droeg was geworden, besloot de club nog ev een luchtje te gaan scheppen. „Thtfls blijven, meester!” „Wat is er nu te lachen om zoo’n dom en brutaal antwoord? Wie van jullie heeft er niet gelachen?" vroeg meester. Er was niemand, die zijn vinger opstak. ,Goed zoo, neem dan nu maar eens je ^schrift en schrijf 100 maal: ,Jk mag niet lafchen”.” Jullie hebt nu_ zeker al begrepen, dat meester Brlllesteln er niet zoo eentje was als de onderwijzers van tegenwoordig. Zoo een, met een sporthemd en een wollen pullover, met zijn haren in den wind en een pijp in zijn mond, zoo’n meester, die je als je kameraad beschouwt in het vrije uur, maar waar je wét een ontzag voor hebt, als hij voor de klas staat. Meester Brille- stein had een stijf boordje om met omge slagen puntjes, een jas met pandjes en knoopschoenen. Hij had een bril voor op zijn neus en een pen achter zijn oor. En zoo je ziet, gaf hij nog strafregels! Toen men niets artders meer hoorde dan het gekras van de pennen over het papier^ ging zachtjes de deur open en sloop op z’n teenen Koos Timmes naar binnen. De oogen van meester Brlllesteln richtten zich naar de deur en bleven rusten op een armelijk hoopje mensch; een onooglijk ventje met een veel te groot, plat, bleek hoofd met peenharen, korte beentjes en een rond lijfje. „Zoo Timmes,” «prak de meester plech tig, „komt u eens voor de klas en vertel me, of u de school soms beschouwt als een hérberg, een speelplaats of een kermistent, waar men naar welgevallen kan komen en gaan? Sinds twee weken komt u op school, op welk uur het u aanstaat.” Het had er allen schijn van, dat Koos dezé woorden niet begreep. Hij knipperde eens met zijn oogjes en deed zijn mond niet open. „U woont nog voorbij de herberg Bosch- lust?” V», meester,” fluisterde Koos. „Nu, vandaag is het Maandag. Morgen, Dinsdag komt u op school met uw vader, begrepen?” ,Jk heb geen vader, meester.” Mijnheer Brlllesteln schoof zijn bril eens recht en nam het ventje van top tot teen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1938 | | pagina 14