AaBe
De avonturen van een verkeersagentje
wl
DEKENS
efCctvttfaal van den dag
Edy Emaille
is emaille op z'n
best, vuurvast, gift-
vrij. Zoo'n Edy pan
geeft jaren plezier.
VRIJDAG 16 SEPTEMBER 1938
Catholic Worker
HQHIG^sKEUKEHSTRQOP^^^V
20 WEKEN THUIS MET RHEUMATIEK
Sociaal work in Amarika
sl
de wildernis
De slordige vrouw
Verwaand
1
Beate weet,
wat ze wil
u
EMAILLE
I
-
Een drama in
Neem dadelijk ’n
AKKERTJE
en die migraine trekt wegl
Binnen *n kwartier voelt ge U als her
boren. Ge hebt Uw dag gered! Wer
ken verrassend snel. Onschadelijk I
Per koker van 13 stuks -12 stuivers.
Per doos van 2 stuks - 2 stuivers.
Vroaw dacht, dat haar man nooit meer
sou kunnen werken
■Niemand.”
(Ingezonden Me dede eUng)
is
55
h
a
(Nadruk verboden)
e
i
PA*am n
bQ femes MB MM
geel
met de schrijfmachine."
VOO,
t
Nou, Keesie en het matroosje lachten, met hun hoofd boven
water gestoken, hartelük, toen zij sagen hoe de hengelaar ver
ontwaardigd was en erg teleurgesteld, omdat het een schoen
was. Het water droop uit de naden, sou oud was de schoen.
En terwijl de hengelaar de lijn ophaalde, liepen Keesie en
het matroosje tegen den kant op, ooi te zien hoe de visscher
zou kijken. Ze verkneukelden zich reeds op het gezicht van den
hengelaar, die inplaats van een grooten vtech een ouden vee
nieten schoen sou ophalen.
j
•f
te
tt
r
t.
s
i
I
i
i
i
sprong uit haar vel en set„Waarom wü het
schuim van de aarde te eten geven en deug
nieten herbergen die Inderdaad hope loose ge
vallen vormen? Dat zal ik U zeggen: omdat
zü onze broeders zijn. Wij willen geen bezit
tingen. maar verplichtingen. Wij willen de las
ten van onzen naaste dragon; wij wenschen
niet te sitten in de gemakkelijke stoelen en
over-georganiseerde weldadigheid."
Tt
He
en
Ml
in
en
Jk
Ie
Is
n
N
I-
le
k
te
en
a-
to
n.
ap
sn
en
ie
m
1-
te
m
ld
I"
’louv
I
de stad van
i en over-
.Ben jij een gentleman? Er is hier ook een
door Otfrid
X von Hanstein
„Omdat hij bij u een school wil gaan houden
voor twaalf jongens en acht meisjes, het grut
niet meegeteld."
Nu begon de oude landbouwer te lachen en hü
vroeg: „Waar zit hü?”
.Hier in het pension I"
„Hij moet zich maar eens laten zien."
„U kent hem immers al!”
„Caramba! Praat u toch niet in raadsels!"
„Caramba! Dat doe ik niet, want ik ben self
de leeraar!”
.Beheld u toch uit met gekheid maken!"
„Ik meen het ernstig. Ik zei u reeds, dat ik
mijn levensonderhoud wil verdienen. Ik ben
onderwijzeres en heb mijn diploma probeert
u het met mij! Met twintig bengels speel ik
het wel klaar en het kleine grut kan ik des
noods óók nog zoet houden!"
Zij had den julsten toon getroffen, want het
gezicht van den landbouwer werd steeds vrién
delijker.
..Maakt u gekheid?"
„Ik denk er niet aan! Kijk eens: ik ben een
alleenstaand meisje; ik ben er in gevlogen, door
op een advertentie hier te komen. Ik kwam in
Buenos Aires en had geen lust, daar te verhon
geren. Ik hoorde, dat een mensch. die werken
wil, zijn brood beter op het platteland kan ver
dienen Ik dacht, dat er tenslotte in een Duitsch*
nederzetting wel wat te verdienen zou zijn voor
een Duitsch meisje, dat werken kan. Daarom
reisde ik maar ergens heen toevallig naar hier,
naar dat zooals u het noemt beroerde
snertnest Corrientes en ik probeerde het eerst
met de schrijfmachine." (Wordt vervolgd)
geven hoe ver deze geest reeds het gedachte
leven van jonge Amerlkaansche Katholieken
heeft beïnvloed. Maar men bespeurt er den
weerslag van in bijna iedere stad der Vereenlg-
de Staten.”
AT I p* A *p <Ht blad rijn tngevoige de ver*ekeringsTOorws*r<ten»*««c p levenslange geheels ongeschiktheid tot werken door p bij een ongeval met ngfl
- saUxzl vllIL O ongevallen vormkei d voor een der volgende ultkoeringen F UVs*1 verlies van beide armen, beide m of belde oogeo F Uv," doodelijken afloop F ZOU,"
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
Hjj: „Ik vereer alles, wat groot en mooi is
in de wereld! Het onvergeiykelijk schoons, bet
volmaakte, i.."
frZü: „O, George, hoe zou ik Je aanzoek kun-
pnen afwijzen, wanneer Je het in zulke mooie
geen denkbeeld van bewoordingen zegt?”
Toen haar man 20 weken thuis was geweest
met rheumatlsche pijn in zijn rug, begon deze
vrouw te vreezen. dat hü nooit meer zou kun
nen werken. Ten einde raad probeerde hij
Kruschen en de verandering was „als een won
der.” Lees haar brief: „Mijn man had rbeu-
matlek en leed vreeselijke pijnen in zijn rug
Eenigen tijd geleden was hij 20 weken thuis. Ik
dacht- werkelijk, dat hij nooit meer zou kunnen
werken. We probeerden alles, wat we maar be
denken konden en niets hielp. Toen nam hij
Kruschen en sindsdien weten we, dat Kruschen
zijn gewicht in goud waard la. De verandering
die het teweeg bracht Is als een wonder.”
Mevr. B.
Twee bestanddeelen in Kruschen zijn de
moest werkzame oplossingsmiddelen van urine
zuur, die de wetenschap kent. Het urinezuur eu
andere schadelijke afvalstoffen worden door
Kruschen Balts langs de natuurlijke kanalen uit
het lichaam verwijderd, waardoor de pijnen
spoedig zullen afnemen om tenslotte geheel te
verdwijnen. Kruschen Balts is uitsluitend ver
krijgbaar by alle apothekers en erkende dro
gisten.
Juffrouw Theresa Giillmann, de eigenares
van „pension Vienna,” was een zeer verstan
dige vrouw.
Sedert twee dagen prijkte aan de vensters
van het pension het kaartje van het „Bureau
voor typewerk Berenos.”
Zij had voor Beate zelfs een klein kamertje
Ingeruimd, waar deze alleen heerschte, en be
rekende haar slechts drie pesos voor volledig
pension, benevens tien procent van het werk,
dat misschien sou komen. Waarom niet? Ieder
een, die een brief liet schrijven, verteerde ook
wat dat wil zeggen, als er klanten kwamen!
Beate had werk. Niet, dat ze bezoek van
klanten kreeg. Ze moest honderd brieven voor
het pension schrijven tégen haiven prijs,
maar zóó spaarde ze het kostgeld uit.
Het eten was echter erbarmeljik en het
vleesch ongenietbaar taal. Den tweeden dag.
toen Beate reeds begon ia te zien, dat de brave
bewonen van Corrientes, die typewerk te doen
hadden, zelf een schrijfmachine bezaten, kwam
een reusachtige lange man binnen. Het was een
forsche, breede verschijning met hooge laarzen,
een boersche jas en daarover een bonte poncho.
Het grijze hoofd was bedekt met een geweldigen
sombrero.
„Waar is mijnheer Serenus?”
Beate stond toevallig In de open deur van
haar kamertje.
„Ik ben mijnheer Serenus!”
..Roep dan Je vader of ik bedoel den man,
die brieven wil typen!”
„Die man ben ik!”
De vreemdeling fronste het voorhoofd.
,Jk maak geen gekheid, ik...."
„Ik maak ook geen gekheid. Ik ben gereed
wat moet Ik voor u schrijven?” Zij maakte
een uitnoodigende beweging naar haar kamer,
maar de man bleef wijdbeens staan.
„Juffrouw Theresa wat beteekent dat? Ik
dacht, dat dit een fatsoenlijk huls was en nu
ben ik aan het verkeerde adres!”
Beate werd vuurrood, maar haar kostjuffrouw
kwam haar te hulp. .Het Is volkomen Juist, de
senhorita is een Dultsche en heeft hier haar
bureau. Haast u maar, want het wordt altijd
heel druk en dan heeft de senhorita geen tijd
meer!"
,Een Dultsche? Hoe lang bent u al hier?”
„Ik ben pas aangekomen en wil trachten, mij
hier een bestaan te venchaffen.”
„Juist precies In dat snertnest Corrientes!
Caramba! Wat kan het mij ook schelenl Kunt
u een brief schrijven?"
Is mprhjnfr,*
Mevrouw: .Kijk eens, dat is een typische ad
vertentie.... stel je voor, overhemden zonder
knoopen!”
Meneer: „Dat is niets nieuws. Daar ben Ik
allang aan gewoon!”
Er is een Argentynsche school, maar wjj zijn
Duitachers. U schrijft dus, dat wij een Duitschen
onderwijzer willen hebben; wij willen een
Dultsche school inrichten. Veel salaris krijgt hjj
niet. Eten, drinken, huisvesting en iedere maand
vijftig pesos Meer hebben we niet. Hij hoeft
ook niet veel te kunnen. Lezen, schrijven, reke
nen, zoodat ze in het leven niet bedrogen wor
den en eventueel nog een Onze Vader. Er zal
wel de een of andere verhongerde schlemiel
zfjn, die dat zaakje opknapt.”
Beate leunde achterover in haar stoel.
„U wilt dus een school inrichten?"
„Dat zei ik toch al?”
„Is de streek gezond?”
„Kijkt u maar naar mij!”
„Ik geloof, dat ik dien brief niet behoef te
schrijven."
„U kunt het zeker niet?” J
„Toch wel, maar het is jammer van het
porto."
..Denkt u, dat er niemand komt. Hoe komt
U daarbij!”
„Zekér niet, hij Is er zelfs al."
„Weet u Iemand?"
„Natuurlijk."
„Een nette vent?”
„Zeer nette vent?”
„Drinkt hij?”
„In het geheel niet!"
„Zit hy achter de vrouwen aan?”
„Ook niet!”
„Kent hij wat?"
,J<i] heeft diploma’s."
„Hoe komt hjj hier zoo vsrzeUd?"
GInteresseerd keek de landbouwer naar het
sierlijke ding.
„Dat Is zeker kinderspeelgoed? Kom voor
uit maar!"
„Wilt u mij dicteren?”
„Ik zal u opgeven,' wat u moet schrijven, dan
drink ik intusschen hiernaast een glas wijn.
Wordt 't goed, dan betaal ik woedt het’
niets, dan betaal ik ook den wijn niet.”
De heele redeneering werd half in het
Spaansch, half in het Duitsch met een Beiersch
accent gehouden. En Beate lachte:
„Dat waag ik er op!”
„Goed dan. Mijn naam is Xaver Gachaftler
en ik ben het hoofd van de nederzetting Santa
Juanita bij San Louis de Palma."
De man maakte Beate steeds vroolijker.
..Doet me genoegen!"
„Wat beteekent dat, dat het u genoegen
doet? Of het mij genoegen doet, zal ik pas over
drie maanden weten, als die verrekte sprink
hanen me in dit beroerde land niet alle katoen
hebben opgevreten.”
„Moet ik dat schrijven?”
„Onzin! U jnoet naar Buenos Aires schrijven!
Naar het bureau voor landverhuizers. Wij zijn
nu in Santé Juanita met ons achten groote
farmers. Uitsluitend kerels, die door eigen
kracht wat geworden zijn. Daarbij komen nog
twintig arbeiders-families."
„Moet ik dat schrijven?”
,4a. en dat wjj hier al twintig kinderen heb
ben, die als wilden rondloopen. Twaalf Jongens
en acht meisjes, allen tusachen tien en veertien
jaar en dan tel ik nog niet een* het kleine grut
de bandiet hield haar z’n revolver voor den
neus.
„Wind Je maar niet zoo op," hoonde hij. „Van
nacht blijven we hier, maar morgen, heel vroeg
gaan we met jouw auto verder. Ga Je soms mee?
Een vrouw kunnen we best gebruiken om te
koken en te wasschen. Geef me maar eerst al
bet geld dat je in huls hebt en geef <Ais dan
eten en drinken, en gauw wat”
Het meisje begreep, dat. als ze tegenstand
bood, haar hetzelfde lot wachtte als den mars
kramer. Zwijgend ging ze naar de keuken, ge
volgd door Sam Burck met de revolver in z’n
hand. Ze nam brood en koud vleesch. benevens
een schotel met melk en bracht alles op tafel in
de voorkamer. Toen de bandieten de melk za
gen, lachten ze spottend.
Maar eensklaps werd Burck woedend.
.Denk je soms dat je met een paar kinderen
te doen hebt, zeg?” schreeuwde hü. ..Haal dade
lijk whisky en meer eten. Slacht Ie geit maar,
brutale feeks." o
„De heb geen druppel whisky in huis. Maar
die melk is toch heel goed voor den dorst,”
set ze vriéndelijk.
„Och jü. met je dorst,” bromde de bandiet.
Hü veegde zich het zweet van het voorhoofd,
nam den schotel met melk op en nam een
flinke, lange teug.
„Lekker koud.” zei hü zacht, „alleen heeft
geitenmelk altijd een naren smaak.”
„Ms ze maar koud is,” meende Ben Wads
en bracht ook het bord aan z’n mond.
alles
opge-
toen
i het
Comfortabel was het zeer zeker niet en zin-
oel”*“°« minder; maar -Beate was doodmoe.
„Doe het muskietengaas zorgvuldig om u
k«n. anders bent u morgen half dood gesto-
®eftte deed alleen haar Jurk uit en ging, in
d*?r rel*deken gewikkeld, op het bed liggen,
"llsschien weken geleden eens met schoone
*aa °P®«maakt. Alles rook duf en on-
Kelük. De vrouw ging ook liggen en deed de
«mp mt.
was stil, door de vensters schenen de
2™* naar binnen en gaven alles een matten
««ns; vreemde geluiden hoorde Beate, geluiden
een haar onbekende wereld. Haar lichaam
Beate ritep Iange Toorrels als geradbraakt.
plaats. Aan onze linkerhand bevindt zich een
armzalig winkeltje. Het raam draagt het op
schrift „Catholic Worker”, en daarachter staat
een goedkoop gipsen beeld van Sint Jozef, Va
der der armen en Patroon der werklieden. En
naast dat armelüke beeld een paar stukken
carton, met aankondigingen beschreven.
Onlangs heeft Adé Béthune enkele eenvou
dige, klnderlüke fresco’s op de muren van het
arme vertrek geschilderd: Christus Die de
armen spüzlgt, de zieken geneest en werkt in
den tlmmerwinkel van Zijn voedstervader; ver
der Sint Pieter die Bint Paul in zijn gevangenis
te Rome opzoekt. Maar zÜ zijn al aan het af-
schllferen. Niets houdt stand op deze misera
bele oude muren, niets dan vuil, stank en ar
moede. Alle afbeeldingen zün in alle opzichten
armzalig, ik bedoel die naast de fresco's en er
zün geen twee goede stoelen te vinden. Onge
polijste, leelljke en naakte armoede heerscht
hier, niet het phllosophisch coquetteeren van
een waanwezen Diogenes.
Hier komen zy bUna eiken avond bijeen in
een bedompte atmosfeer. Je zult er altüd kun
nen meepraten of luisteren. Kranten worden
gelezen en gesprekken gevoerd over sociale,
economische en zelfs artistieke problemen. Wees
maar niet bang: Je komt er priesters en semi
naristen tegen, professoren en arbeiders, be
deelde werkloozen en bankiers, zeelui en stu-
deerende meisjes, schrüvers en boeren, Joden,
Communisten, heidenen en Christenen.
Laat ons de smoezelige, donkere binnenplaats
oversteken, die wordt overschaduwd door de
wasch die daar men vraagt zich af boe
aan het drogen is. Daar U bet toevluchtsoord
voor dakloozen, het Sint Jozefhuis, dat aan
Dorothy Day geleend werd door de eigenaresse
om haar, haar staf en de armen te herbergen.
Er is een fruitwinkel aan den eenen kant en
het „redactiebureau” in een kamertje aan den
anderen kant. De „Catholic Worker”, 110.000
exemplaren per maand! Als die gedrukt wordt,
trekt de.heele redactie naar de pers op Broad
way en helpt de drukkers om de oplaag er door
te halen. Ik was in Augustus ook van de
party, en wü gebruikten samen in een popu
laire cafetaria een lunch met versche aardbei
en. De menschen waren erg vrlendelük, en het
priesterboord veroorzaakte minder verzet dan
verwondering in zulk een goedkoope gelegen
heid.
Dit huls is slechts één kamer diep en sluit
van achteren aan tegen een dergeiyk huis uit
de andere helft van het blok. Het is vochtig
en ruikt naar vele wisselende geslachten van
arm en ongezond levend volk. Er zjjn drie ver
diepingen, waar de leden der groep samenwo
nen met de armen wlen zü onderdak en voedsel
geven, zy werken voor hun beschermelingen
en leven met hen. zy slapen In dezelfde bed
den, bewonen dezelfde kamers, eten hetzelfde
voedsel en dragen dezelfde tweedehands klee-
ren, die weldadige vrienden hun geven. Het
gebeurt vaak dat een der jonge mannen of
vrouwen het veld moet ruimen voor een laten
gast. Die medewerker moet dan maar op het
portaal slapen, of op een lessenaar of een
stoel. En de late gast is een arme man
soms ziek, soms drongen.
zy die door alle andere inrichtingen worden
afgewezen vinden hier onderdak. Het Heilsleger
vraagt voor een nacht twintig oent, en als er
daaraan maar één ontbreekt laat het je niet
toe. Hier Is alles kosteloos)
Dorothy Day „onze Moeder Abdis", noemt
men haar hier plagenderwys moest eens
van een dame die „ook voelde voor de arme
arbeiders” hoeren hoe haar werk vernederend,
onsystematisch en wanordeiyk was. Het spotte
met de gezonde beginselen van up-to-date So
ciaal Werk, ziet U; aardige, zindelyke huisves
ting voor de medewerksters, die in vlekkeloos
wit gekleed gaan, telefoon op ieders bureau,
mooie ordners met zorgvuldig getypte, gecopl-
eerde en opnieuw getypte paperassen, kaarten
en statistieken: „Is U wel eens meer hier ge
weest? Waaraan stierf UW grootmoeder? Wan
neer had U de mazelen? Ontvangt U ook in
komsten uit andere bronnen?” Wel, Dorothy T
idus schryft H. A. Reinhold in Black-
friars, en geeft dan zün Indrukken ovwr
a het bezoek aan het Katholieke sociale
hoofdkwartier weer. „Hier is Mott Street No.
115. De hoofdpoort leidt door een donkere steeg
vol ondefinieerbare geuren naar de blnnen-
e eerzte twee weken zou da 20-jarige
1 Effy Plornish geheel alleen op de farm
S-A Haar vader lag in 1 ziekenhuis te
Perth, t Was acht uur avonds nog lang
niet donker, toen ee haar Chevrolet in de schuur
bracht. Ze was doodmoe en besloot vroeg naar
bed te gaan. Juist toen ze den drempel van het
huis, door haar vader zelf gebouwd, wilde over-
achryden, stapte ze verschrikt achteruit Midden
op den drempel kronkelde haar een klapper-
slang tegemoet. Effy bad geen wapen en ze stond
weerloos tegen de gifslang. Ze verloor echter
haar tegenwoordigheid vah geest niet. De deur!
dacht ze, en juist op *t oogenbllk, dat de slang
zich halt oprichtte, om op haar toe te schieten,
trok ze de deur met kracht dicht I De ruggegraat
van het ondier werd tusschen de deur en den
deurpost verpletterd. Daarna verbryzelde ze den
kop van de slang met haar klomp.
„*t Is een ellende, al die slangen hier," mom
pelde het moedige meisje, „ik zal wat voor ze
klaar maken, anders komen er te veel.
Ze ging naar den 'stal, waar ze uit een emmer
een groot diep bord met geitenmelk vuldf. Ze
maakte het bord met melk klaar en begaf zich
toen naar de sloot achter de woning om een
kikker te -talen als lokaas voor de slangen.
By de sloot gekomen slaakte ze een kreet van
schrik. Daar lag, half in het water, een mensch
met twee kleine gaten in 1 bebloede voorhoofd.
Effy herkende den marskramer, Bern Torcy. I
Maar, vroeg zy zich af, waar was z’n met wa
ren volgepropte auto? En was hy op de farm 1
van d'r vader doodgeschoten of had men z’n
lyk hierheen gesleept^
Snel liep ze naar 't huls terug om een krui
wagen te halen en daarmee het levenlooze
lichaam in de schuur te brengen. Eensklaps
wankelde ze en uitte een half gesmoorden kreet.
Een hand had haar van achteren in den hals
gegrepen en ze voelde dat de loop van een i
revolver haar onzacht !n den rug werd ge
duwd. Een ruwe, heesche stem riep achter i
haar;
„Handen opl"
Effy gehoorzaamde. Daarna dook er uit het
donker van achter den gelBnstal een tweede -
gestalte op. Beide mannen hadden zich daar
verborgen gehouden.”
„En nu loop je voor me uit met je handen
in de hoogte," beval de man achter haar, en
duwde haar met den loop van s'n schietwapen
voor zich uit in de richting van *t huls.
„Wie is daar binnen?” vroeg hü.
,4e liegt
„Ik ben alleen."
„We zullen zien.”
In *t huls gekomen moest Effy Plornish de
petroleumlamp aansteken en op een stoel gaan
zitten. De andere bandiet liep met de revolver
in de hand naar de andere kamer. Hü kwam
terug en set dat er niemand in huls was.
„Mooi zoo,” zei de man, die Effy had voort
geduwd.
Het meisje keek hem aan en herkende hem
nu. Toen ze uit Perth wegreed, had ze overal
plakkaten gezien, waarop de foto's van dien man
en van s'n metgezel stonden(afgedrukt. Ze had
gelezen, dat Sam Burck en een medegevangene
Ben Wade uit de gevangenis van CoolgaYdie
waren ontvlucht en dat voor hun inhechtenis
neming een flinke beloonlng was uitgeloofd. 2e
was nu aan de willekeur van de gevaariyke
kerels overgeleverd, maar ulteriyk bleef ze koel
en onverschillig en vroeg:
„Heb Jij Bern Torcy, den marskramer, ver- i
moord?”
Burck lachte. ..Als je dien man tn de sloot
bedoelt, ja. We hebben ham daarna in ’t water
gegooid, maar die oud* rammelkast van hém Is
onbruikbaar voor ons. We zullen met die Che
vrolet van Jou wel verder komen."
Effie maakte een beweging van protest, maar
HOOFDSTUK Vin
Mg Beate een Argentynsche provlncle-
vlerkant plein met wat plantsoen,
en een mwdektent. een paar
n*ier®kte officleele gebouwen en een paar
T:w York, Mott Street, Chinatown.... De
buurt van de Berechtahover>, gevangenis-
1 v sen en hoofdbureaux der politie. Alleen
grme Italianen en Chlneezen wonen hier. Des
avonds komen slghtseelngcars aanrijden van
Times Square, gevuld met toeristen uit Europa
en het Westen die een nieuwen opwindenden
blik in deze verbazingwekkende wereldstad wil
len slaan. Er is slechts één vroolUke plek in
dese leelüke buurt, die groeide als een kanker
gezwel uit hebzuchtige speculatie, en New-
York's reuzenlichaam misvormt. Het is een
vierkant omheinde plaats, speelterrein voor de
enne kinderen uit de onmiddellüke omgeving
een nieuwe menachllevende daad van burge
meester La Guardia en zün energieken en be
kwamen helper Moses, die deze geweldige me
tropool met speelplaatsen en parken overdekte.
Toch zou ook dit speelterrein vervelend en een
tonig Zün als het niet werd vervuld door het
lachen, zingen en schreeuwen van arme Ita-
liaansch-Amerlkaansche kinderen en hun bab
belende moeders. Het lükt maar weinig op onze
Europeesche speelplaatsen met hun struiken
en grasvelden, hun bloemen en beschaduwde
paden. Het lükt meer op een open wond te
midden der spookachtige geraamten van on-
menscheiyke woningen die men huurhuizen
noemt. Toch zouden de arme kleine jongens
en meisjes, als zü hier geen vermaak vonden,
dit moéten zoeken op de rommelige straten, op
donkere en vochtige binnenplaatsen, en tus-
echen geparkeerde wagens.
De straten zün vol van luidruchtig volk, vet,
ongeschoren, waarbü de pet één geheel met het
lichaam schünt te vormen. Je hoort de vrou
wen zingen en schreeuwen met doordringend
geluid vanuit de open ramen. Halfwassen jon
gens hurken op de trottoirs en spelen den
heelen dag door kaart, met evenveel volharding
ais vuur.
Maar eens per jaar vindt er een groote ver
andering plaats. Mott Street wordt dan over
dekt door tienduizenden groene, witte en roode
bollen die in dozünen bogen de straat over
spannen. Groote altaren van geschilderd doek
worden opgetrokken, die ais tooneelcoulissen
het onzieniyke uiterlijk van leelüke huizen ver
bergen. De nog leelüker üzeren brandladders
aan de huizen worden in Italiaanache en Ame-
rikaansche vlaggen gehuld. De lucht is ver
vuld door de schrille tonen van vroolyke band-
tnuzlek. Het is omstreeks den 15en Augustus,
den dag van de Assunta, en Fr. Mancini,
de herder van Baxter Street, draagt het beeld
der heilige Maagd in processie door Klein-
Italië, of beter Sicilië, langs Canal Street.
Dit is de groote dag voor alle SicUlanen die
daar wonen. Hun heilige plaatsen, Valle dl
Pompei bü Napels, hun bedevaartsoorden rond
Palermo, Caltanisetta, Syracuse en Messina
staan voor hun heimweevolle verbeelding, zy
vergeten hun leelüke gevangenis, die tachtig
jaar geleden door hebauchtlge speculatie werd
gebouwd en nu wordt bevolkt door haar laatste
bewoners, -arme maar vroolüke werklui, taxi
chauffeurs, schoenlappers, kappen en schoen
poetsers.
Mott Street is een veroordeelde achterbuurt.
Officieel werd zü twee Jaren geleden veroor
deeld. Het was my een opluchting toen men
dit vertelde bü mün eerste bezoek aan de Ca
tholic Workers. Maar intusschen is een „po
liticus” en dit woord duidt in Amerika
iemand aan met geheimen, onweerstaanbaren
invloed er in geslaagd om den datum daar
voor ad calendas graecas te verschuiven. Dat
is zeker het bezwaar eener democratie; in zulke
zaken kan een dictator sneller handelen. Maar
toch; het js verbazingwekkend wat burgemees
ter La Guardia en zün helper Moses met veel
inspanning en volharding hebben bereikt.
Maar hier lykt het wel of alles tot stilstand
kwam Slechts heeft een nieuwe verflaag vuil
en verval bedekt, goedkoop vuurvast materiaal
werd op de trappen aangebracht en de al te
roestige brandladders werden vervangen door
nieuwe üzerconstructles; dit beteekent jaren in
het vooruitzicht zonder eenlge verbetering van
beteekenis. Menschen zullen blüven wonen in
deze holen, twintig families in leder gebouw
met misschien één kraan en één tollet op de
binnenplaats. En, wat erger is, hier leven men
schep die vluchtten voor de armoede in hun
vaderland, voor de armoede van het schoone,
lachende Sicilië met zün azuren hemel en ge
zond landwerk. En zü blijven hier. Moet dit
bewyzen dat in het geboorteland de toestan
den nog erger zün?
Hü had
nog niet i
dronken.
Burck hem
bord Uit de han
den rukte.
.Xomperd!”
riep hü spottend
..Lcrsi ju wu v-*—
dame. Vooruit, meisje, drink met ons mee!”
„Ik heb geen dorst,” antwoordde Effy; „jullie
kunnen het gerust allemaal nemen.” Haar
knieën knikten. „Ik zal intusschen nog wat
vleesch halen."
„Neen, hier blüven!” riep de woedende Burck.
„Wat. Weiger je met ons te drinken? Drink,
of ik schiet je neer! Drlnkl"
Effy nam het bord en bracht het langzaam
naar haar lippen. Maar ze waagde het toch niet
van den schotel te drinken. Even aarzelde ze.
„Drink!" brulde de bandiet. .Drinkt,...
of....”
„Ik drink niet,” zei Effy en zette het bord
neer. Ze had gezien, dat Burck's gelaat ver
bleekte en z’n oogen in hun kassen draaiden.
Snel sprong ae opzü, want Burck's vingers om
sloten krampachtig s'n revolver en hü echoot.
Kreunend viel hü neer. Met een smak kwam hij
met z’n hoofd achterover op den grond terecht;
s’n schot had s'n doel gemist.
Voor dat Wade begreep, wat er elgenlük ge
beurd was, had Effy zich al op den doode ge
worpen en hem het vuurwapen ontrukt, t Wee
echter niet meer noodig om het op Wade te
richten. Ook hü viel met een zwaren slag op
den grond en was weldra een lük-
Over al haar leden sidderend, moest Effy zich
aan de tafel vasthouden om staande te blüven.
„1 Was uit noodweer,” mompelde zü; „als ik
zóó niet gehandeld had, equden ze m« vermoord
hebben."
Ze dacht er aan, of het niet bet beste sou
zün naar Ooolgardie te ryden, om alles aan de
politie te vertellen; dat Burck en Wade don
marskramer Torcy hadden vermoord, dat so
haar daarna hadden overvallen en dat de beide
mannen van een schotel met vergiftigde melk
gedronken hadden, die voor de slangen bestemd
was. --
In de eenzame vlakten van West-Australië set
mén schotels met vergiftigde melk neer en bindt
daaraan een kikker vast, die door s'n hoen en
weer springen de slagen op de melk opmerk
zaam moet maken.
Maar ze voelde, dat ze oververmoeid was. Zo
bracht de geit naar den stal, haalde den krui
wagen en reed het lük van den marskramer la
de schuur.
„Ik kan niet meer,” zei ze „en zal tot morgen
wachten.”
In de kamer naast die, waarin het drama ia
de wildernis zich had afgespeeld, wierp
gekleed te bed. Na een paar seconden sliep sa.
it is de grondgedachte van Peter Maurin's
1 Hulzen van GastvrUheld. Ik kan hem
niet noemen zonder hem te beschryven.
Pierre Maur in. een uit 21 kinderen van oen
Franse hen boer In Auvergne kwam naar Ame
rika dertig jaar geleden, vluchtende voor dea
Franschen dienstplicht. Hü was een arbeider,
een deugniet en een zwerver zün geheels leven
1 lang. Hü geeft officieel als zün beroep op:
„agitator". Hü vond eens büna een vaste woon-
1 plaats, door tot twee jaar in een „drug store”
1 te Chicago door te brengen. Hü heeft wit haar,
en maar één pok; slaapt op stoelen, bonken
of in bed; houdt lezingen voor bankiers, roode
arbeiders, seminaristen, vrouwenclubs en stu-
den ten. en gaat onder zyn tydgenooten rond
als „agitator”, gewapend met het dynamiet van
L een revolutionnalre leer, die Bergrede wordt
genoemd.
Hy was, naar ik meen, de eerste Katholiek
die de oude Christeiyke gebruiken van gast-
vryheid weer in eere herstelde. Hy wil dat in
geen parochie zulk een huls, verbonden aan
de pastorie, ontbreekt. Zün stoutste droom is:
een Bisschop die deze huizen op kosten van
het diocees in stand houdt. Ondanks zyn ver-
makelük Fransch accent en zjjn taalkundig
vuurwerk, zyn voorliefde voor „Jeux de mots”
en allitteraties, is hü diep ernstig en wordt hy
ook au serleux genomen. Natuuriyk is hü een
Bohémien, maar alleen een Bohémien of een
heilige kan als hü een leven leiden, dat ofwel
van nature moet aantrekken of met helden
moed gedrikgen dient te worden. Peter ia de
theoreticus der beweging die aan Dorothy Day
haar inspiratie verschaft.
Deze jonge mannen en vrouwen zün vroolïjk,
gelukkig en vroom. Dorothy vertelde mij en
kele maanden geleden dat zü vaak over tyden
van inzinking heen komt door het feit dat
gezonde, sterke en jonge personen zich bü hen
aansluiten. Stel U voor; gestudeerden, men
schen met een toekomst, geven al wat zü be
zitten prüs en sluiten zich aan bü deoen troep
van gelukkige „bezitlooeen". zy zyn het die er
voor stryden dat de armen hun eereplaats in
de Kerk herwinnen dezelfde oude strüd
dien St. Jacobua zoo levendig in zün brief be-
achrüft en van Sint Frans een Armoe-rldder
maakte. Vrüwillige armoede, niet in de beschut
te, zindelyke en vredige kloosters van religi
euzen, maar armoede bedekt met Lazarus’ won
den is het wapen waarmee deze jonge Chris
tenen de verharde bourgeois-mentallteit be
straden en de kapitalistische doofheid van een
aantal hunner geloofsgenooten. Waariyk; dit
is een gevaariyke beweging. Eigenlijk de eenlg
gevaariyke, want als zü zich verbreidt, zal het
Communisme in gevaar geraken! Hier werd,
zooals Sint Jan de Dooper eens zei, de byi aan
den wortel geslagen.
Mün beschrüving kan er
P twee minuten afstand van de Bowery
II met zün bekende nachtloglezen en missie-
gebouwen, op vüf minuten van het def
tige. waardige en propere oude Washington
square, op enkele passen van Canal Street
waar het autoverkeer gonst, waarvan de helft
bestaat uit elegante wagens die langs de el-
lende rjjden op hun weg van de eene voorstad
in New Yersey naar een andere op Long Island,
door Holland Tunnel en over Manhattan Brid
ge. Dit is waariük New York, C.
^breeuwende tragische contrasten
gangen.
hotels, die twee verdiepingen hadden en slechts
geschikt waren voor menschen, die met weinig
tevreden zün. Zeer breede, ongeplaveide straten
met kleine, bontgeschilderde huizen; deze
straten werden „avenlda” genoemd en droegen
de namen van beroemde generaals. Een paar
winkels, een zindelyke markthal en aan de
rivier, die hier zoo breed was als een meer en
waarin geel water stroomde, was een markt
voor Inboorlingen, een bont gewemel. Naar deze
markt kwamen vrouwen uit Paraguay om
sinaasappelen, gesmokkelde sigaren en bonte
vogels te verkoopen.
Theresa