I
Congres
kleuterzorg
voor
Alen ócAtitfl ons.
De „wilde bussen
Naar November
PRINSES JULIANA TOONT
BELANGSTELLING
CARRO’Sj
ZATERDAG 29 OCTOBER 1938
Raad van Ned.-Indië
if
Westlandsche tuinders
zeggen C.A.O. op
Plannen voor volgend jaar
Weer de overweg
Ontvangst ten Stadhuize
Audiëntie by den minister
Verhooging der gewichtsgrenzen
D
Ontvangst ten stadhuize
CHR.-DEM. UNIE
Jaarvergadering te Zwolle
Een ministerieel woord
Om één cent vermoord
Het wrak zal worden opgeblazen
Gekwetste Madoereesche eer werd
met een bloedig duel beslecht
Ter mijn voor aanhouden
van reservekalveren
Ledenwervings-actie bij
de R.K. Staatspartij
„Vóór 1 Januari 50.000 nieuwe
leden,” is het motto
PRINSEUJK GfZIN TERUG
OP SOESTDUK
Aan vergiftiging
overleden
Petitionnementslijsten
ter teekening
NA DEN ONDERGANG VAN
DE „CHRYSSI”
Groeiend verzet tegen het kinder-
toeslagfonds
MOREELE EN GEESTELIJKE
HERBEWAPENING
Bedreigd personeel houdt
nachtvergadering te Amsterdam
Eucharistisch Congres
op Java
Mr. H. J. Spit is tot vice-
president benoemd
Fietser door trein gegrepen
en op slag gedood
De Koningin heeft een bespreking
met personen, werkzaam op
het domein Het Loo
Begroeting van .de Prinses
Minister Romme spreekt als eere
voorzitter het openingswoord
Vier dood en na het nuttigen
van gaplek
VAR WEE*. TOT WEEK
V wvs
van
tt
D.
f
ten
TROMMELS f 1.50
25 CENT
DOOSJES
Ml
SC
Vervolgens verwelkomde spr. minister Hom
me als eerevoorzitter van het congres, den Com
missaris van de Koningin, den burgemeester en
de leden van het eere-comlté.
Veel, aldus spr., moet er nog gebeuren, al
mogen wy dankbaar zyn voor wat reeds geschied
is. Veel moet echter ook nog gebeuren; maar
stuursleden van het Congres.
Aan de rechterzijde van de bestuurstafel werd
plaats genomen door H. K. H. Prinses Juliana.
In de groote vergaderzaal van het Jaarbeurs
gebouw te Utrecht begon Vrijdagmiddag om
2 uur het derde Congres voor Kleuterzorg.
het program van deze bijeenkomst biedt zeker
datgene, wat men van een dergelijk congres
mag verwachten.
Met den wensch, dat dit congres moge strek
ken tot heil van de kleuterzorg in ons land,
eindigt spr. zijn toespraak.
voor dit alles wordt door ons van de grootste
beteekenis geacht. In de tegenwoordigheid van
Hare Moeder gaan ons aller gedachten thans
naar ons aller dierbaarste zulgelinge, die wel
haast den drempel van het kleuterschap over
treedt.
Tevens zal de gewichtsgrens, waarboven- an
dere dan reservekalveren van een identiteits
bewijs moeten voorzien zijn, voor het tijdvak
van 1 November 1938 tot, 1 Januari 1939 wor
den verhoogd tot 140 K.G.
door niet tot bedaren en weldra mengden ook
de beide Madoereesche echtgenooten zich in de
conversatie, die „opgewekt” vervolgd werd.
at
de
c-
DB
er
TOOS POOT.
Voorx. Dtoc. R. K. Vrouwenbond
Bisdom Haarlem.
LH
c
iZ.
r
□-
ar
et
n.
in
i-
Je
ÏD
m
li
as
ar
d.
sn
D-
ek
bh
T»
o-
en
en
r-
id,
en
e-
en
er
tb
ta
d-
ui
n-
K.
Je
in
ui
en
en
rf.
iB-
s-
in
Ja
Toen een andere oplossing of schikking ón
mogelijk bleek, om den gekwetsten gevoelen* van
eer naar Madoereeschen aard voldoende com
pensatie te geven, zelde een der echtgenooten
tot den tweeden man: Ga je mes halen, als je
durft, ik neem mijn mes en we maken da aaak
uit.
Aldus geschiedde en de echtgenooten werden
dra tot vechtgenooten, terwijl de vrouwen se
condeerden. In no time was een der mannen
zwaar bloedend neergezonken. Hij werd naar
het regenUchaps-zlekenhuls te Dunpit over
gebracht, doch gaf onderweg reeds den geest.
Z. Exc. minister Romme heeft daarna het of-
ficieele openingswoord gesproken.
Teneinde verbetering te brengen, aldus spr,
in den gezondheidstoestand van de bevolking,
is de laatste tientallen jaren vooral ook de aan
dacht gericht op het kind.
Zeer intensief heeft men zich reeds bezig ge
houden met den zulgelnig. Wie bekend is met de
hooge zuigelingensterfte, ook in ons land, ver
wondert zich niet, dat daarop eerst en vooral de
aandacht wordt geconcentreerd. Dat een actie
op dit gebied succes heeft gehad, is wel alge
meen bekend.
Naast den zuigeling was het t kind op school-
*- maar
daarmede zijn we nog lang niet zóóver als met
de zorg voor de kleuters.
Dr. Feisser heeft hierna gewezen op eenige
tot stand gekomen verbeteringen.
Dr. Breukman verkondigde het standpunt,
dat ten behopve van het kind niets mag Wor
den nagelaten, wat menscheijjkerwyze gedaan
zou kunnen worden.
Mej. Pemé. uit Amsterdam, voorzitster van
den Bond van Onderwijzeressen bij het voor
bereidend onderwijs, noemde het een rotte
plek in onze maatschappij, dat er nog zooveel
particuliere kleuterscholen in den lande bestaan,
waar de treurigste hygiënische toestanden heer-
schen.
Vrijwel onopgemerkt zijn Prinses Juliana en
Prins Bernhard Vrijdagmiddag per auto
paleize Soestdyk teruggekeerd.
Prinses Beatrix zat in een reiswieg.
Na de pauze sprak prof. dr. E. A. D. E. Carp,
hoogleeraar te Leiden, over de voorstelling en
de denkwereld van het jonge kind.
Mej. S. M. C. van Veen, kinderarts te 's-Gra-
venhage, belichtte de beteekenis van het kleu
teronderwijs.
In verband met den gevorderden tijd werd
geen gelegenheid meer gegeven tot gedachten
wisseling.
Om vijf uur werd de zitting gesloten.
De Prinses had heel den middag vol belang
stelling toegehoord.
Prof, ten Bokkel Huidink opende het congres
met de volgende begroeting:
Toen de Prinses, uitgeleide gedaan door het
bestuur van het Congres, zich naar Haar auto
begaf, werd zij vóór den ingang van het Ge
bouw weer door een groote menschenmenlgte
toegejuicht.
Spontaan zong men het „Wilhelmus het
welk door de Prinses ten zeerste wer.l geap
precieerd
Met nadruk had men verder gevraagd de
maatregelen, die men thans tegen de bus
diensten heeft genomen, voorloopig op te
schorten tot de nieuwe wet er is. In Haarlem
zijn vele chauffeurs slachtoffer geworden en
er zullen er ongetwijfeld nog meer vallen.
Deze menschen zullen nu weer moeten gaan
stempelen. Het verzoek had niet geholpen.
Als mensch voelde de minister mee met het
leed der werkloozen, doch als minister kon
hij er niets aan doen. Het bedrijf ia in
strijd met de Vet en daarom kon de minister
geen medewerking verleenen.
Toen de auto van de Prinses was voor
gereden, stapte een kleuter naar voren om
H. K. H. Prinses Juliana bloemen aan te
bieden. Zeer minzaam boog de Prinses zich
naar de kleine, sprak een paar vriendelijke
woorden en nam de bloemenhulde in ont
vangst, waarna H. K. H. begroet werd door
prof, ten Bokkel Huidink en Dr. Wierenga,
resp. voorzitter en secretaris van het Con
gres.
SEMARANG, 28 October. (Aneta). In verband
met het feit, dat het in 1939 een kwart eeuw
is geleden, dat wijlen pastoor van Driesschen te
Djokja zijn mlssie-arbeld begon, bestaan er
plannen in het volgend jaar een Eucharis
tisch Congres voor Javaarftche Katholieken in
de Vorstenlanden te houden. Het initiatief is uit
gegaan van de Badan Pertalian Katholiek (de
centrale organisatie van Javaanscbe katholie
ken), op het te Djokja gehouden congres.
Namens het comité deed de secretaris, de heer
(□aarhoven uit Amsterdam, njededeellngen over
de audiëntie, die men 's middags met den mi
nister van Waterstaat had gehad. De minister
had onmiddellijk verklaard, niet te willen spre
ken over de „wilde bus”-dlensten, doch alleen
over de nieuwe wet. De comlté-ledën hadden den
bewindsman gewezen op het tekort waarmee het
spoor werkt en dat het laatste jaar f 30.000.000
bedraagt, doch dit wenschte minister van Buu-
ren eveneens bulten beschouwing te laten. Als er
ergens een bus moest loopen, meende de minis
ter verder, dan was het logisch dat de A.T.O.
daarvoor zorgde, omdat dan het geld in de
kas van de Spoorwegen kwam.
In alle opzichten stond de minister afwijzend
tegenover „wilde bus”-diensten, die volgens hem
absoluut zullen moeten verdwijnen.
Of de Kamer, toen zij zich uitsprak voor de
nieuwe N.V., de voorwaarde gesteld had, dat de
A.T.O. niet meer uitgebreid mocht worden, wilde
de minister nog eens onderzoeken. Hy beloofde
tevens na te gaan of er trajecten zijn, die niet
rendabel blijken voor het Spoor en derhalve
eventueel In aanmerking komen voor busdien
sten. Vooralsnog achtte de minister de Spoor
wegen een nationaal belang.
KEDIRI, 28 October. (Aneta). In het Sren-
gatsche zijn, na het nuttigen van gaplek zes
inheemschen ziek geworden. Viel* van hen, twee
kinderen en twee volwassenen, zijn overleden.
Een bedenkeljjk verschijnsel noemde spr. het,
dat 'n organisatie als „Kerk en Vrede”, waaraan
alle poging tot gezagsondermijning ten eenen-
male vreemd is, aan de lijst van verboden ver-
eenlglngen werd toegevoegd. Hierin zag spr.
een poging om alle verzet tegen den komenden
oorlog, ook van Christelijke zijde, te fnuiken
De wjjze en llefdevoUe voorzorg van God
heeft in verschillende geschiedenisperioden bij
zondere genadestroomen verwekt, om de men
schen in staat te stellen bepaalde gevaren en
moeilijkheden glansrijk te. overwinnen.
Zóó heeft God door Zijn Kerk aan de wereld;
nu ze oud werd en door zelfzucht verkild, de
devotie en het feest van het H. Hart gegeven
om zich daaraan te verwarmen, tot voller
liefdeleven voor God en den evenmensch. Zóó
heeft Hij ook „Het Feest van Christus' Koning
schap” gewild, nu brutaler dan ooit ,J>e God
delijke Koningsmacht” van Hem over al bet
geschapene wordt aangerand en geloochend.
Ieder jaar groeide de deelname aan dat
feest verder uit in onze katholieke wereldge
meenschap! De actie „Voor God” werd vanzelf
ook een stuwkracht voor dit feest. En de jeugd
hooren we in de laatste jaren tot trekkracht
voor die beweging opgeroepen! Het gaat cres
cendo.
Zal nu onze actie tot het koopen en in bet
openbaar dragen der uniforme „Konlng Chrta-
tus’-insignes” het kruisje met het koninga-
embleem in dien groei gaan deelen?
Massa's insignes zijn door afdeelingen van
den R. K. Vrouwenbond en andere vereenlgln-
gen aangevraagd, om dien dag in zoovele ge
meenten en parochies den geloovigen aan te
bieden, tevens ten bate van een charitatief of
sociaal doel.
De katholieken, die se koopen, en heel den
dag dragen, kunnen daardoor Christus een
dubbele hulde bereiden: .de openlijke getui
genis van Zijn Souverelniteit over ons. en de
erkenning van Zijn Liefde, welke in onze lief
dadigheid zoo graag Zich Zelf ziet geëerd."
Leve Christus, onze Konlng, Die ons in de
sociale gerechtigheid, en in de milddadigheid
onderwijst! Dat zal de beteekenis zijn van het
feestinsigne op onze jas of mantelrevers.
Geachte lezers en lezeressen, die herhaaldelijk
toont offertjes voor allerlei echt katholieke
acties spontaan te kunnen brengen, we reke
nen voor onze beweging van Zondag 31 October
ook op u. We zijn verzekerd dat bet simpele
zilverstukje ten bate van een mooi doel door
collectrices en collectanten voor de kruisjes
gevraagd, u niet van de deelneming van deze
sc tie voor Konlng Christus zal weerhouden.
Duizenden arbeiders en patroons zijn bjj dit
Westlandsche collectieve arbeidscontract, dat
gesloten was tusschen de drie werkgevers- en
drie werknemers-organlsatles in den tuinbouw,
betrokken.
•Er worden thans pogingen in het werk ge
steld door de afdeelingen van den Nederland-^
schen Tuindersbond in bet Westland, om met
de drie arbeidersorganisaties tot een nieuwe
overeenkomst te komen. Mochten deze onder-
handelingen mislukken, dan zal arbitrale uit
spraak namens den minister moeten beslissen
Over: FEEST VAN CHRISTUS'
KONINGSCHAP EN KATHOLIEK
NEDERLAND
Prof, ten Bokkel Huidink dankte den minister
voor diens toespraak en constateerde met ge
noegen, dat er veel is, dat diens sympathie
heeft, hetwelk hoop geeft, dat het congres-werk
succes zal hebben. -
Na een en ander te hebben medegedeeld over
de werkzaamheden van het congres, sloot spr.
zjjn toespraak met den uitroep: „Den kleuter
heil!”
Dr. E. Plantenga sprak* daarna een woord
van hulde jegens Dr. Breukman, voorzitter van
den Ned. Bond tot bescherming van zuigelin
gen en kleuters en ter bevordering der praena-
tale zorg, die het initiatief genomen heeft tot
het Kleutercongres.
Dan behandelde Dr. N. Knapper, kinderarts
te Amsterdam, bet onderwerp: Welke zijn de
vorderingen op hét gebied der kleuterzorg sinds
het laatste congres?
Van officieele zijde meldt men ons, dat HM
de Koningin Vrijdagmiddag de personen, werk
zaam op het domein Het Loo, in de houtveste
rijen en bij het jachtdepartement ultgenoodlgd
heeft tot een bespreking over de moreele
geestelijke herbewapening.
De voorzitter van het comité, de heer J. Kla-
mer uit Den Haag, begroette bij den aanvang de
afgevaardigden van de werkgevers, de heeren
Stoop en Steln, en den vertegenwoordiger van
den Ned. Bond van Transportarbeiders. Hij be
sprak vervolgens de reeds genomen maatregelen
en de gevolgen daarvan. Een telegram, gezonden
aan den minister van Waterstaat, had tot resul
taat dat de leden van het comité werden uitge-
noodigd tot een audiëntie op Donderdagmiddag.
Ruim anderhalf uur spraken de heeren met
minister van Buuren, doch het bleek dat er zoo'n
groot verschil van opvatting bestond, dat het
niet mogelijk zal zijn tot overeenstemming te
komen.
Toch drong de heer Klamer aan op volhouden.
Er is veel strijdlust, zoowel by de werkgevers als
bij de werknemers. Men moet daarvan profltee-
ren en een actie voeren, die tot het gewenschte
doel zal leiden.
De heer Driessen uit Den Haag, die als ge
bruiker van den bus het woord voerde, schetste
hoe het busbedrijf is opgebouwd en na vele
moeilijkheden een voorname plaats is gaan in
nemen. Nu wordt dit bedrijf belemmerd. Men
spreekt over.„wilde bus"-diensten en tracht de
menschen te weerhouden met deze bussen te rei
zen. Maar 't publiek gevoelt meer voor den bur,
dat bewijst het overtuigend en het laat het veel
duurdere spoor, dat Jaren lang zijn plichten te
genover het publiek niet begreep, steeds meer
links liggen. De „wilde bus"-dlensten hebben aan
zeer velen arbeid gebracht. Ongeveer twaalfhon
derd personen zijn direct betrokken bij deze
diensten en gemiddeld worden er weekloonen
uitbetaald van f 20 tot f 30. Deze menschen zijn
grootendeels uit den steun geholpen, doch zij
zullen er weer In geraken, wanneer de nieuwe
wet ter vervanging van het R A P. wordt aan
genomen. Het gaat niet aan dat in een vrij
land de menschen, die met bussen wenschen te
reizen, gedwongen kunnen worden van den trein
gebruik te maken. Een actie is noodzakelijk en
de Kamerleden zullen de stem van het volk
moeten hooren en laten doorklinken tot waar
deze verder gehoord moet worden.
In verband met het feit, dat H. K. H. Prinses
Juliana het Congres zou komen bijwonen, be
vond zich reeds lang voor den aanvang van het
Congres een groote menigte belangstellenden
voor den ingang van het Congresgebouw.
Onderscheidene autoriteiten werden bij aan
komst door fotografen en filmcamera's geknipt.
Ten behoeve van de thans in nagenoeg alle
plaatselijke Afdeelingen der R. K. Staatsparty
Ingezette ledenwervingsactie is een speciaal
nummer van „De Opmarsch” uitgegeven. De in
houd is geheel gewijd aan de Ledenwervings
actie, die gevoerd wordt onder het motto: vóór
1 Januari 50.000 nieuwe leden.
De Partijvoorzitter, mr. dr. T. J. Verschuur,
stelt en beantwoordt Jn zijn hoofdartikel de
vraag: Bent U ook van de Partij?
Mr. F. Teullngs, 1ste secretaris der Partij,
toont aan, dat het stemmen alléén op de katho
lieke lijst lang niet voldoende is, terwijl mr. H.
Kolfschoten, directeur van het Partijbureau,
aan de toekomstige leden een blik laat slaan in
„de keuken” der partjjorganisatie.
In andere artikelen wordt duidelijk en klaar
aangetoond, dat de Staatsparty een ware volks-
partjj is en dat éénheid Juist ook nu hét eenige
middel is om kracht voor het land en schutse
voor de Kerk te zyn.
Terloops wordt gesuggereerd, ook den huis
bezoeker als mensch te willen behandelen en
hem by zyn propagandistlscpen arbeid behoor-
iyk te ontvangen en te woord te staan.
Tal van illustraties verluchten den tekst van
dit nummer, dat de Afdeelingen gebruiken kun
nen als voorbereiding voor het aanwerven van
leden
De C.D.U. wil geen enkele gelegenheid laten
voorbygaan om verbetering te brengen In het
lot van de duizenden verdrukten en gebrek-
lydenden, doch by alle streven naar partleele
verbeteringen houdt zy vast aan haar over
tuiging, dat enkel radicale omvorming van bet
wereldleven in staat is, duurzame verbeterin
gen te brengen in een samenleving die momen
teel het slachtoffer is van een productiestelsel,
dat geen rekening ho^idt en niet kan houden
ook met de elschen van Jlefde én gerechtigheid
welke den grondtoon van het evangelie vormen
Met een krachtige opwekking, om in Gods
kracht moedig te biyven stryden voor een ge
lukkiger samenleving, besloot spr. zjjn rede.
In elk geval echter hadden de vertegenwoor
digers anderhalf uur gelegenheid gekregen hun
grieven te uiten zoodat de minister volkomen
op de hoogte is gebracht. Volgens den heer Laar
hoven is deze minister een echte „spoorwegman”,
die geheel tegenover de autobusondernemers
staat. Hy drong er ten slotte op aan den stryd
vol te houden en op serieuze wyze actie te biy-
ven voeren. In verband daarmee werden peti-
tionnementsiysten verspreid, die veertien dagen
ter teekening liggen en daarna aan den minis
ter zullen worden gestuurd. Diverse zeer groote
firma's hebben reeds toegezegd de lysten in hun
winkels te zullen leggen.
De heer Ebeling van den Ned. Bond van
Transportarbeiders drong er op aan dat men een
request naar den minister van Sociale Zaken zal
sturen en hem zal wyzen op het enorme steun
bedrag. dat zal moeten worden uitgekeerd, wan
neer deze wet in werking treedt.
Nadat nog enkele andere sprekers het woord
hadden gevoerd ging de vergadering om circa
vier uur uiteen.
In de dessa Wonokerto in het Zulderge-
bergte woonde een Madoereesche vrouw, die by
een landgenoote in de schuld zat voor een be
drag van één cent, meldt de „Ind. Crt.” uit
Malang.
De creditrlce bezocht daarop, toen de cent
niet terugbetaald werd, haar debitrice en stak
haar meening over deze handeling niet onder
stoelen of banken.
De debitrice had helaas geen cent in huls,
doch zy wist van een buurvrouw een dubbeltje
te leenen en wierp dit. teneinde biyk te geven,
dat zy behooriyk in het geld stak, haar land
genoote toe. De woordenwisseling kwam daar-
Dit houdt in, dat veehouders, die Ingevolge
hun toewyzing 1938 in de maand October re
servekalveren mochten houden, van 1 Novem
ber 1938 tot 1 Februari 1939 desgewenscht één
kalf zonder identiteitsbewys,4 mits benedei
250 K.G. zullen kunnen aanhouden.
Het ligt voorts in de bedoeling, te bepalen,
dat van 1 November 1939 tot 1 Januari 1940,
g e en reserve-kalveren aanwezig zullen mogen
zyn. Veehouders. die thans voornemens zyn
reservekalveren op de toewyzing van het vol
gend jaar te laten schetsen, waartoe tot 1 Fe
bruari 1939 gelegenheid zal bestaan, zullen
zich dus rekenschap dienen te geven van de
gevolgen daarvan voor hun aanfok in 1939
De Prinses was vergezeld van freule de Brauw
en baron Baud.
Het op eenigen afstand gehouden publiek
Juichte de Prinses hartelyk toe, waarvoor Zy
vriendeiyk dankte.
In de congreszaal bevonden zich inmiddels
ongeveer 500 congressisten, onder wie tal van
fröbelonderwyzeressen, verpleegsters en sociale
werksters, alsmede vele medici en religieuzen.
Het podium was met palmgroen en witte bloe
men versierd.
By de binnenkomst van de Prinses verhieven
allen zich van hun zetels. H. K. Hoogheid werd
vergezeld door prof, ten Bokkel Huidink; freule
de Brauw door Dr. Wierenga. In haar gevolg be
vonden zich voorts Z. Exc. Minister Romme,
eere-voorzitter van het congres; Jhr. Mr. dr.
Bosch Ridder van Rosenthal, Commissaris
der Koningin in de Provincie Utrecht; Mr. ter
BATAVIA 28 October. Aneta verneemt, dat
by Kon. Besluit van 24 October is benoemd
tot vice-president van den Raad van Ned.-
Indië Mr. H. J. Spit, thans Lid van dien Raad.
Tot lid van den Raad van Ned.-Indië is be
noemd de heer G. F. de Bruyn Kops, Direc
teur van het departement van Financiën.
Vrydagavond is op den onbewaakten
overweg aan de Loostraat, gelegen op slechts
enkele minuten afstand van het station
Nuenen, doch onder de gemeente Eind
hoven, de 35-jarige Verbeme, die den over
weg per fiets passeerde, door den personen
trein, die om 18.15 uur uit Eindhoven naar
Helmond vertrok, gegrepen en op slag ge
dood.
Het slachtoffer was werkzaam by zjjn zwa
ger, den heer Vogels te Nuenen en woonde Mk
Maasbree (L.).
De trein had tien minuten vertraging
Deze benoemingen geschieden met ingang
van den datum van het vertrek van den tegen-
woordlgen vice-president van den Raad van
Ned.-Indië, den heer O. van den Busache.
Koninkiyke Hoogheid. Uit naam van het
Congres betuig ik diepe dankbaarheid voor Uw
bescherm vrouwschap. Uwe belangstelling voor
het werk van ons congres, na Uw gelukkig her
stel, wordt door ons ten hoogste gewaardeerd.
Uw medegevoelen met alles, wat lydt, gaf U
Vrijdag hebben de hoofdingenieur-directeur
en de hoofdingenieur van den rykswaterstaat
in de directie Beneden-rivieren een onderzoek
ingesteld naar het wrak van de „Chryssl”. E:
is komen vast te staan, dat berging uitgesloten
is. Het wrak zal zoo spoedig inogelyk met dyna
miet worden opgeblazen. Deze arbeid zal
waarschjjniyk drie maanden in beslag nemen.
Naar men ons van bevoegde zyde mededeelt
zal de termyn voor het aanhouden van reser
vekalveren worden verlengd tot 1 Februari
1939.
De ChristeUJk-Democratische Unie kwam
Vrydagavond te Zwolle in algemeene vergade
ring byeen. De voorzitter wees er in zyn ope
ningsrede „In zware tyden” op. dat de ernst
van de tydsomstandigheden ook op dit congres
van de C.D.U. zyn stempel drukt.
De C.D.U. zal echter onverzwakt en hoopvol
voortgaan met haar getuigenis tegen eiken
oorlog en alle oorlogsvoorbereiding, daarby ge
leid door de overtuiging, dat de oorlog geen
ramp, doch een misdaad van de ergste soort is.
De Westlandsche afdeelingen van den
Nederlandschen Tulndersbond hebben on
verwacht het collectief arbeidscontract per
1 November opgezegd. De oorzaak van
deze opzegging is te zoeken in groeiend
verzet van sommige Westlandsche afdee
lingen tegen het thans bestaande kinder-
toeslagfonds
Vrijdagnacht zyn de werknemers in het
autobusbedry f, die by aanneming van de
nieuwe wet ter vervanging van het RAP
hevig gedupeerd zullen worden, te Amstsr-
dam byeengekomen. Enkele honderden
chauffeurs, verkoopers, kantoorbedienden
en monteurs, allen direct betrokken by
de zoogenaamde „wilde bus"-diensten,
vulden de zaal van Maison Boer. Van
uit Den Haag en Rotterdam waren talryke
bezoekers per autobus gekomen en ook de
Amsterdammers lieten zich niet onbetuigd,
zoodat het comité van actie niet over gebrek
aan belngstelling te klagen had.
Om kwart over vyf had de ontvangst van
het Congres ten stadhuize plaats.
In de hall werden de congressisten begroet
door den burgemeester, in gezelschap van de
wethouders (behalve mr. Waslanden en een
groot aantal raadsleden.
De burgemeester noemde het 'n voorrecht, dat
na Amsterdam in 1929 ,en Den Haag in 1932^
thans Utrecht het Kleutercongres mag ontvan
gen. Er is hier, aldus spr., veel belangstelling
voor uw doel en thans vooral is uw congres
zeer belangryk om de bescherming van Prinses
Juliana, de Moeder van ons gller byna-kleuter.
wy beseffen, aldus spr., het belang van uw
werk in t algemeen, vooral in de tegenwoordig»
wereld. Reeds de voorbereiding van het congres
moet veel werk hebben meegebracht; het leven
van de kleuters, aldus spr., is vol van alles en
nog wat. Ten bewtfze van een en ander gaf
de burgemeester een zeer gevarieerd aantal
citaten uit de litteratuur over kleuters.
Ten slotte heeft de voorzitter van het con
gres een dankwoord gesproken.
dachte is een bitter kruid’’ zegt Karei van den
Oever, die elders in een gedicht beweert, dat
hy de doodsgedachte lichaamiyk proefde, als
iets, dat men maalt tusschen de tanden. Er
bestaan zelfs heel gevoelige naturen, die iets
van het sterven schynen te ervaren, wanneer
zy zich de nagels knippen: dingen, die hebben
meegeleefd, en die nu dood zyn, weggevallen
van het lichaam. De doodsgedachte is onont-
koomiyk, en juist by heel jonge menschen
neemt se soms een byna pathologische kracht
aan, die alle andere geesteiyke kracht tydelyk
verlamt.
De christen heeft de zekerheden des geloofs.
Hy weet, dat hy niet geheel zal sterven. Voor
hem is de doodsgedachte niet wanhopig. Ze is
ook niet egoïstisch. De christen weet, dat de
dood hem niet vereenzamen zal, maar dat ze
hem voert over een grens, aan welker andere
zyde de gemeenschap des geloofs niet ophoudt
te bestaan.
Nu de natuur tot doodsgedachten dringt,
herdenkt de Katholieke Kerk haar dierbare ge
storvenen. Allerheiligen eerst, vervolgens Aller
zielen. Het zyn gemeenschapsfeesten, die ons
moeten versterken in ons besef, dat wy deel
uitmaken van een levend en onsterfelyk ge
heel. Onze dood zal een overgang zyn. Het
leven wordt veranderd, maar niet weggeno
men. Alles biyft raadselachtig, doch hieromtrent
bezitten wy een verlossende zekerheid.
Terwijl in de natuur de herfst vergaat en
winter wordt, dekt de goede aarde de zaden
toe, die zullen kiemen voor de volgende lente.
Indien de graankorrel niet sterft, zal het koren
niet leven.
Het raadsel van den dood wordt opgelost
door deze levensvatbaarheid. De dood is geen
doel, maar een middel; geen einde, maar een
nieuw begin.
October, November.... De stem, die de ry
eer maanden opeomt, aarzelt een oogenbllk by
dezen overgang en wordt trager, omdat het eind
van het Jaar vlakby is, en misschien ook, om
dat geen dagen zoo weemoedig zyn als deze
ztervensdagen van October, die voorafgaan aan
de herdenking der geloovige zielen. Bosch en
hei zyn mooier dan in vollen bloei, nu de wade
van mist den heelen dag blyft nevelen tusschen
de stemmen. De laatste herfstkleuren groeien
in een verzwakkend, gelig, als ziekeiyk zon
licht De geluiden der natuur zyn doodsklan-
ken: het tikken van vallende eikels, het kraken
van dor hout, het ritselen van blaren, het neer
druppelen van langzame regendroppels. De
banken in het park zyn nattig, de stammen van
de boomen kleven van regen. Slechts de harde
wind schuurt overdag alles droog en in den
nacht kraakt de eerste vorst. Lampen en
kachels worden vroeg ontstoken, de avonden
by pyp en boek zyn lang. „October, slooper..."
stngt de dichter Karel van de Woestyne. Oc
tober sloopt den zomer en maakt ons moe,
alsof wy in deze dagen het heele jaar ineens
ouder werden. De laatste roos is uitgevallen,
op den wind bewegen dahlia’s. Er staan chry
santen voor de winkelruiten en herfstasters.
Het zal weldra afgeloopen zyn.
In deze stemming van vergankeiykheid siy-
ten de dagen langzaam, en ze gaan voorby, als
werden ze naar bulten gedragen, naar de kou
van het kerkhof, waar ons verleden ons wacht,
uitgedrukt in al zoo veel bekende namen op de
zerken. Wy bedenken met Jacob van Maerlant:
„hoe sterven is met ons geboren” en worden
huiverig. „Het leven van den mensch is een
gestadig sterven.” Nooit is het ons zoo dulde-
lyk als nu. De Allerzielendag is voor de mees
ten van ons een dag vol somberheid en wee
moed. Er klaagt lets in den wind, er schreit
iets in den regen, en de Novembermist is als een
wade over de vreugde der dingen.
Stervensgedachten blyven meestal vage ge
dachten, zelfs voor oude menschen, die den
dood reeds tegemoet zien. Wy hebben geen pre
cies idee van sterven. Sommigen vermeien zich
gaarne in de lugubere fantasie, die hun het
eigen doodsbed en de eigen begrafenis voorstelt,
maar zulke verbeelding is doorgaans visueel
en dus op het uitwendige gericht. Wij zien de
kamer, het bed, de kaarsen, den rozenkrans, het
crucifix', den priester, de achterbiyvenden met
hun smart, waarin reeds iets van het oordeel
gemengd is, want zy zullen met gedempte
stemmen elkander toefluisteren, wat hun in
ons beviel, om allengs ook onder woorden te
brengen, wat hun tegenstond. Door de tranen
heen breekt de kritiek, die onafscheldeiyk is
van de herinnering. Dit alles kunnen wy ons
voor de verbeelding roepen, maar wy weten
meteen, hoe weinig werkeiyk het is, want het
«inde kan ons overvallen In hóe! andere «us-
standigheden dan de fantasie ons voortoovert
en zelfs al zouden wy tyd en plaats en om
standigheden nauwkeurig kennen, dan nog zou
den wy niet weten, wat de dood zelf is. wy
hebben er alleen een vaag en triest gevoel van,
nu wy het afsterven van de natuur gadeslaan.
Oude kerkboeken bevatten wel eens de Litanie
van den Zaligen Dood, waarin met schrille
kleuren het sterfbed geschilderd werd: „Als het
klamme zweet ons uit het voorhoofd breekt....
als de kilte des doods opkruipt door onze been
deren.... als onze stem niet meer gehoorzaamt
aan onzen wil om nog te sprekenHeer Je
zus, wees ons genadig!” De meditatie over den
dood behoort tot de vaste geesteiyke oefeningen
van den christen, en altyd zal dit een vrucht
bare oefening zyn, omdat zy in ons het ver
langen naar de deugd levendig houdt. Maar ook
mediteerende kunnen wy niet doordringen tot
de geheimzinnige essentie van den dood, wy
stuiten op het onbeantwoord raadsel van de
ziel, in wier zelfstandigheid wy gelooven, maar
dia voor onze ervaring zoo nauw vergroeid is
met onze lichameiyke waarnemings-mogeiyk-
heden, dat iedere voorstelling van de afzonder-
Wke ziel slechts een beeldspraak oproept. Het
oogenblik, waarop de ziel werkeiyk afscheid
neemt, blyft ondoordringbaar. Het is ook on
aanwijsbaar. wy kennen de teekenen des doods, Pelkwyk, burgemeester van Utrecht en de be-
maar den dood kennen wy niet, zy, die „te
rugkwamen”, uit den doode, opgewekt door
wonderdoeners, of uit den diepen slaap van een
zoogenaamden schyndood opgestaan, wisten
niet anders te verhalen dan van een overrom
peling door de witheid, zy spreken van iets
wits, dat zy zagen, maar dat zy niet hunnen
noemen. Het graf levert zyn mysteries niet uit.
De doodsgedachte zwerft langs de zichtbare
werkeiykheden, maar zoekt vergeefs de on
zichtbare werkelykheid te begrypen. Zal het
een verzweven zyn, een giyden, een opgeno-
men-worden, een hard breken, wy weten het
niet, wy zien slechte hoe anderen heengaan; piaats in aller harten. Uw belangstelling
wy volgen hun laateten stryd om de groote
onthechting; wy zyn getuigen van de elnde-
Wke berusting, zy „vouwen de eenzaamheid
van hun verlaten handen”, liggen, en vergaan.
Guy de Maupassant verhaalt, dat de roman-
schryver Tourgenjew soms plotseling, midden
in den nacht, uit zyn bed sprong en wanhopig
door de kamer heen en weer liep, uitroepende:
«Sterven, verrotten, sterven, verrotten!" Hy
Was dan nauweiyks tot bedaren te brengen en
«indeiyk tot rust gekomen, snikte hy: „Wie
kan my zeggen, wat het is?” O<* Zola beleef
de zulk een crisis, wanneer de doodsgedachte
hem overviel. Als hy de bladzyden geschreven
had, waarop een van zyn romanhelden stierf,
bleet hy urenlang, ja dagenlang sprakeloos, en
had nergens lust toe. Hoevelen zyn er trou
wens niet, die, weergekomen van het kerkhof,
waar zy zoojuist een vriend begroeven, den
ganschen dag gedrukt worden door den onbe-
«temden angst voor sterven? By oudere men
schen is het niet zeldzaam, dat het doodsbe
richt van een leeftydgenoot hen in stilzwygen
dompelt en in gepeins. Vraagt men hun dan, pllchtigen leeftyd, dat de aandacht vroeg:
wat hun gedachte bezig houdt, zy blyven bet
antwoord schuldig of worden ongedurig. Ze
weten het zelf niet precies. Het heeft geen
duldeiyken vorm, maar het is angst, gemengd
“«at weemoed en verbittering. ,De doodsge-
altijd... «si overal de
meest gewaardeerde
chocolaad tractatie J