De avonturen van een verkeersagentje aan den da^ d Kruiswoord-puzzle De vorst r p7 RADOX ALLE ABONNÉ’S ongevallen verzekerd voor aan der volgende ultkeerlngen F 750.- F 750.- F 250.- HOE WB ONS ZELF NIET ZIEN 7Z ÏL 77 2 ZATERDAG 5 NOVEMBER 1938 3 Z. 9 y /<P 93 92 tegenspel 2S 33 y* i^o '3 ♦7 ONS PRIJSRAADSEL A6 '3 7<> <9/ De verkeerde conclusie De prytwinnaars Het nieawe raadsel O—W «Un reist incognito 1 z. z. tt r Wl tx d« ra St bc cli vr kli F BK late wet h*t met 3i Blei w. schouwde v 32 z. De woordsorteering kostte heel wat hoofdbrekens w. z. sa>. H EEN VETTE.ONZUIVERE HUID kunr U gemakkelijk verbeteren door het gebruik van Pados telkens wanneer ge Uw gezicht wascht Bij apothekers en erkende drogisten a f 0.90 per pak en 10 15 per klem pakje. Ook „op den rug” is van belang bij ons uiterlijk aangifte moet, op straffe van verlies van alle rechten, geschieden uiterlijk drie maal vier en twintig uur na het ongeval Spelleiding en 72 2t Hi 7S 7 fl Het spelprobleem van de vorige maal was ala volgt: KI.: H. B. 10 S o. 60 van Daar is nog een kamer vrij met een divan.” vragen. «e- nog Joi I Ble en O. Bzj r~ moet West Waarmee Ten toch HOOFDSTUK VIII DOOR FRITZ METZNER OBV 25 den bur. Gerri angst ,.W« (Wordt vervolgd-) Gaat u nu maar, zoolang u wtlt” V a.'-*- sjtatay,-r, -- T Sch.: A. 5 3 H: 10 9 Dan speelt Schoppen Pas Pas Pas O. Pas Pas Ol gevn »eg Oevr RK werl 23 Br. i' ISA. 3 Ruiten Pas 1 Schoppen op eens lief, mell Hooi Sch.: V. 10 4 H: 8 2 R: B. 5 4 KL: V. 7 2 he wi ge lei ia ge 1 op del sd vai lar boi 1 te vat da nai nai 1 NS t*« voc Brv het £z tbs dln lier -T— BB kon rk-li Let Zac Weft: men. on sul me loon Reltl Haar bu A ♦88. Pas Pas Pa» van de «cl po VO let We willen b(j deze gelegenheid voor de lossing van de woordsorteerlng het woord geven aan een onzer inzenders; „Voor het breedvoerig bestudeeren N. W. de Toen H.: A. V.7S43 R.: 10 8 3 KI: 3 U De gelukkige ptüswinnaais van deze week z^n: W. Th. J. Brans. Furmanstraat 20b Am sterdam: M. Reynders— Voogel, Kerkstraat 2; D. Janse. Bosch en Dulnlaan 17, Bloemendaal; J. Petri, hoofd der R.K. School. Egmond aan Zee; Mej. V. Ypma. Engelenkamps jaat 19a. Sittard; A. Versteeg, Gasthuisplein 10. Zwolle Toen stapte hij vlug naar ..Het Witte Hert” en reed vandaar met graaf Hughen naar Harz- burg, Pas tegen den avond zou hü Maria gaan halen, want het meisje had ook dezen dag haar huishoudelijke plichten niet willen verwaar- looeen. stellig, zeker; 19 voegwoord; 21 medicijn; 22 groote steen, 23 spüsbereiders; 24 schiereiland van Arabië: 26 Zoon van Nok; 27 wetenschap pelijke titel; 28 gerechtelijke geldstraf; 29 reeks, rij; 31 persoon), voornaamw.; 32 onze Oost; 33 bejaard; 34 vochtig; 36 redactie; 37 voegwoord; 38 gelijk; 41 tegelijk, tevens; 43 zangspel; 44 rijschool; 48 grappig, koddig; S3 uitroep van af keer; 54 lofdicht; 55 voegwoord; 57 vervoermiddel; 58 slee; 60 tegen (b.v. tegen 1 per dozijn); 61 korting; 63 zalf; 65 noten naam; 66 paard; 68 e en; 69 denkbeeld, mee- ning; 70 gebod, bevel; 71 zwemvogel; 73 kauw; 74 troefkaart; 75 voedsel; 76 bende soldaten; 78 titel van geestelijke; 79 „ten laatste"; 80 ’eetregel; 81 booggewelf; 82 rivier in Gel derland. f.- HORIZONTAAL: 1 Europeeache republek. 6 vlug, behendig. 11 streng heerscher. 12 lidwoord, 14 bjjw. van .jjd; 15 behoort bij kerkgebouw. 17 kellner; 18 HiniiiiiiiiumimmiMHiiiNiimiiiuimiiui fr” i od beproeft bet zwaarst dien Hij j bet meest bemint. Sch.: A. V. 9 8 5 H.: 7 2 R: A. KI.: B. 4 3 Sch.: H. 5 4 H.: A. H. 10 R.: H. V. 7 KI.: H. V. 7 5 Daar verschenen de ridders, geheel gekleed in blinkend har nas, terwijl hun paarden mooi waren versierd. Hun helmen met gesloten vizier schenen als het ware op hun hoofd ge groeid. en van hun helm wapperde de kleur waaronder zij streden. .Tiet rou mij wat te wurm zijn, zoo in het staal.” zelde het matroosje „Mü ook." antwoordde Keesie. „het is mij al te vaak in mjjn uniform te warm Mevrouw nuchter was van haar stoel gezakt en steunde erbarmelijk. Frida gilde: „De ellendeling! O. de ellendeling Gravin Hughen kon ónmogelijk nog lang- ger haar lachen inhouden. Zij liep vlug naar het venster en keek naar buiten. .Moeder Gerda kom tot jezelf 1 Wees niet dwaas! Val niet flauw! Ik zal het hem wel in peperen Net alsof zij gewoon was, altijd te gehoor» samen, stond mevrouw Richter op, klopte zorg vuldig haar Japon af en keek met een blik, of heel het leed der wereld op haar drukte, graaf Hughen aan. „Ik mocht hem zoo graag lijden. Hij zou onze schoonzoon zijn geworden, mijnheer Hughen Denkt u zich toch eens in, mevrouw! Heel het dorp heeft hjj in rep en roer getracht." „En mfj heeft hij steeds afgesnauwd! O, dat tk dat heb verdragen!" huilde Frida. En met mijn bruine heeft hü als een circus artist achter een auto aangejaagd” brulde de „En hü heeft ons belogen, terwijl wjj hem t Was ruim een uur na middernacht, dat de patiënt tot bewustzijn kwam. De verpleegster kwam me waarschuwen. „Hij probeert maar steeds „Laura" te zeggen,' vertelde ze. Ik Het het meisje roepen. „1 Is mogelük." lichtte ik haar in, „dat hü u niet herkent, want hü is er slecht aan toe." „Hij zal me wel herkennen." zei ze eenvoudig. Toen ze dicht bü a’d bed gekomen was. steun de hü: ..Laura!" Het gezicht van de bezoekster vertrok ptynlük, Gsvn NE 18 Ja Korte letu x T adat ik een blik geworpen had op den Jongen man. die op de operatee-tafel lag, 7 n vertelde de dokter, „verzocht ik de ver pleegster z n familie te roepen De patiënt kreunde: ..Laura! Laura!” Toen liet ik hem onder narcose brengen en t was nog geen half uur Mter, dat we hem naar bed reden, ofschoon ik had verwacht, dat hü t niet meer zou hebben gehaald. In de hall stond een knap, rijzig meisje met kastanje bruin haar. Met pünlük vertrokken trekljeii vroeg ze met ingehouden angst: z .Dood»" Ik schudde m'n hoofd en ging haar voor naar een spreekkamer. Ze drogg geen ring en ik was wel een beetje verwonderd, dat zü ’t .Adres” was geweest, dat we In den zak van den jongen man hadden gevonden. Ik vroeg: „Bent u z'n zuster?” „Neen. We zouden de volgende week gaan trouwen.” „Waar woont z’n familie?” „Die heeft hü niet.” „Heeft men u gezegd, dat hü door een auto is overreden? En ook, dat hü gedronken heeft?” „Neen.... maar..-., ik weet bet. Hü dronk vroeger nooit, alleen in den laatsten tüd. Waar om weet ik niet.” „Ik heb hem zooveel mogelük weer opgeknapt, jonge dame,” hernam Ik, „maar iets garan- deeren kan ik niet. HU riep om u vóór hü on der narcose werd gebracht.Ik zou graag wil len. dat u In z'n nabüheid vertoeft, als hü over enkele uren bü komt. Zou dat kunnen?" „Ik zal hier blüven,” klonk het zacht. „Mooi zoo Ik stond op en nam haar kleine, koude hand in de mijne „Laat ik u zeggen, dat bijna alles nu van U afhangt, t Is een zwaar geval. Wind hem vooral niet op Wanneer hü u mocht spre ken over z’n drinken en -wat hem er toe ge bracht heeft, dan glüdt u er maar ongemerkt over heen. Beur hem op. geef hem z'n zin, beloof hem alles wat hü wenscht. Z'n leven is zoo goed als in uw hand „O. dokter, dat is gemakkeUJk genoeg.” „Nu. kind, dat is dan afgesproken." zei ik. „Als een meisje van een jongen man houdt zooals u, dan is er veel kans, dat hü er weer bovenop komt. Ga nu mee en wacht bü z'n saai. gemak voor, wanneer men na tuur 1 Uk i men over de noodlge schouder-lenlgheid schikken door de hand naar achteren brengen even kan zien, of het krulletje in den nek nog wel onberispelük zit. Uit gemakzucht zijn we er toe geneigd om. wanneer we voor den spiegel staan, en het te ruggekaatste beeld draagt onze goedkeuring weg. geheel voldaan te zün. Maar is dat elgen- lük niet min of meer struisvogelpolitiek? Moe ten we er onszelf niet van overtuigen of ook. van achteren de halshoogte, de mouw-inzet slotte had hü toch een echten graaf op be zoek. ..Nu mag ik zeker de tafel wel laten dekken, mijnheer Hughen? zult wel uitgehongerd zün na zooïi langen tocht, niet? Met mü is dat ten minste altüd zoo." „Maar, Paul!” Mevrouw Richter schaamde zich voor haar man. .Dank u vriendelük, mijnheer Richter. Mün vrouw en ik hebben reeds een diner in Met Witte Hert” besteld. „Maar ik heb nog wel expres een reebok laten schieten, münheer Hughen!" „Toch kan ik het diner’in .Met Witte Hert” niet afbestellen, münheer Richter." Met deze woorden stond de graaf op. Leelük uit zün humeur ging de landeigenaar achter graaf Hughen en zün vrouw aan. „Ik heb er werkelijk veel kosten "aan besteed, münheer Hughen. Maar enfinWanneer u nog eens hier langs komt.u weet den weg. nietwaar?” .Mün dank, münheer Richter." lachte graaf, en hielp zün vrouw in den auto, reden zü met een luid signaal het erf af Dit signaal drong door tot In de smederü en was het atgesproken teeken dat de Hughens de familie Richter wzer hadden verlaten. Nu kon Slgmar von Wemstein er op uit, om zün patroon ook voor den verderen Zondag verlof te vragen. Tegelük zou het hem dan duidelUk worden, hoe de inlichtingen van den graaf hadden gewerkt. In de beste stemming kwam Slgmar op het landgoed aan, waar tot op dat oogenblik de heer sein van den boechgod om den strüd te beginnen. Hun lansen hadden zü stevig vast, terwurzü klaar stonden hun rossen de sporen te geven. „Tk'heb liever een prik met een speld dsn met zulk een lans,” zei het matroosje. „Ik ook,” beaamde Keesie. kwetsbaar en het bieden is als volgt gegaan: (Zuid te gaver). N. 2 Ruiten 3 S. A. Sch.: B. I I 7 I H.: H. B. 8 R.: A. V. 7 KI A. 4 OW waren kwetsbaar en NZ niet Zuid was gever en het bieden verliep als volgt: N. 2 Klaveren 3 Schoppen Pas O. Pas Pas Pas West komt uit met Harten 4 en Zuid moet thans zijn speelplan opmaken: Zuid telt aan vaste slagen: één in Schoppen, Seh.: B 10 8 H.: V. B. 8 5 3 R.: 9 4 3 KI.: 3 thans uitkomen? On getwijfeld zullen velen klakkeloos met Harten 5 voorkomen, maar, zooals u ziet, is het con tract dan altüd gemaakt. West mag echter niet in Harten uitkomen, omdat hü geen rentrants heeft en er dus toch niets aan heeft, als de Hartenkleur is vrijge maakt. Het beste is daarom, dat West met Schoppen uitkomt in de hoop, dat dit de lan ge kleur is van Oost, terwijl bovendien deze uitkomst weinig kwaad kan. Het is nog even vermeldenswaard, dat een uitkomst in de hoo- ge kleuren aanbeveling verdient, als die kleur tenminste niet geboden is. Wanneer spelleider of blinde n.l. een eenlgszins bledbare kleur in een dezer kleuren zou gehad hebben, had deze wellicht die kleur geboden om te trachten een manche In een hooge kleur te bereiken. F. H. A. TUIN maar ae liep snel naar hem toe en legde zacht haar hand op z’n voorhoofd. „Laura!" steunds hü weer met moeite. „Praat niet, Henk.” „Ga ik sterven?" „Neen." „Maar als ik sterf.... moet.... ik.... ja.... iets.... tets vertellen.’’ „Heusch liefste, *t komt er niet op aan. Ik verlang het niet eens te weten.” Maar het.... het moet." Ze keek mü vragend aan. .Laat 't hem maar vertellen," fluisterde ik. .Maar houd u, in elk geval, kalm.” Het meisje knielde voor het bed en drukte een kus op s’n hand. „Wat is er dan, dat je zoo hindert, Ueve Henk?" Langzaam en met moeite klonk het uit den mond van den doodzieken jongen: ,Mc-ik ben nl»t.... neen.... niet eerlük tegenover jegeweest. Maar dat is.is nu voorbü” t Wa« alsof haar lichaam door een zwaren slag getroffen werd. Ze kromp ineen, maar bleet in dezelfde houding geknield en vroeg met een droeven glimlach: „Wél.... en?” „Vergeef je mü?" „Ja. natuurlük; ik vergeef je alles.” „O, Laura, lieveling.” z'n oogen sloten zich. „Ga nu weg, dat is beter,” fluisterde ik. ,MU slaapt.” Ik nam haar mee naar 't aan- ver- „Ik Ais spelletje om de intelligentie te testen, trachtte een geestig gezelschap eens het meest Juiste antwoord te vinden op de vraag: als je er nog een oog bü mocht kiezen, waar zou Je dat dan willen hebben? Een der antwoorden was; binnen in mün hand, want dan kon ik om den hoek küken en mezelf van achteren bezien! Inderdaad niet ontbloot van geest. Stel u het moet be- i te Slgmar trok een verbaasd gezicht. „Zoolang ik wU? Ik dacht, dat u mü niet wilde laten vertrekken." „Toch wel! Maak dat Je uit Altroda wygkomt! En vlug!” Nu lachte Slgmar zoo onnoozel mogelük. ,Dat gaat toch niet. En waarom ook? Ik wilde in de smederü blüven Maar zeg taü toch, münheer Richter, wat is er dan plotseling ver anderd? Heeft mün patroon iets slechts van mü gezegd? Maar nee, dat is toch uitgesloten, want graaf Hughen liegt beslist niet.” „Nee, uitgesloten, münheer Richter. Vertel mü toch...." „Ga, alsjeblieft! OogenbUkkelükKom mor gen maar terug. Of nee, verlaat Altroda maar ineens voorgoed!” Slgmar maakte een beleefde buiging. „Is dat ook de wensch van de dames?" Mevrouw Richter greep naar haar zakdoek en schudde treurig hBar hoofd. ,Mt stuur u niet weg, münheer Warmsteen.” „Ik toch ook niet, münheer Warmsteen,” snikte Frida, en haar zwarte oogen keken lief kozend naar Slgmar op. Sigmar trok zich met een diepbedroefd geziebt terug, doch in de vestibule schoot hü in een vrodüken lach. „Wat zün jullie toch voor menschen! O, o!" de puzzle oppervlakte in ons blac van 23 Oct die U in Uw residentie weer zoo vernuftig met moeilükheden vulde, legde tk het verslag var. den gemeenteraad, waarmee ik bezig was ter zijde Mün huisgenooten bewaarden edelmoedig de noodzakelüke stilte, en ik boog het hoofd nederwaarts over de krant, die mün Zondag middag grootendeels In bes’ag neemt. Daar ik het f’egma van een Engetechman bezit, wilde ik in bet begin niet to: de erkentenis komen dat deae puzzle een foltertuig was. Doch de tegen spoed. dien ik bü het ontrafelen van die zoo zonderling naast elkaar geplast?.e woorden ondervond, deed nüj. die als onderwüzer toch bü de rekenkunde* vaak voor haast onoplos bare problemen geaet wordt, het geduld ver hezen. Zelfs grootmoeder heeft mee moeten helpen. Ik hoop, dat het eerilvolgend prüsraad- sel minder hoofdbrekens zal vragen, en ik sluit met de verzekering dat ik nauwlettend zal speuren of mün naam onder de prijswinnaar; voorkomt.” Spreekwoord:: „Borgen geeft zor gen". Nog een tweede dito inzending, zelfs In dicht vorm kregen we tu genieten Inzendingen tot en met Vrüdagmiddag 12 uur, bü den heer O. Janse, Ruysdaelstraat 80, Utrecht. van de straat nebben opgenomen. Voor niets hebben wü hem.te eten gegeven en hem nog goedheid bewezen op den koop toe,” jam merde mevrouw Richter. „Allemaal jullie schuld! Jullie vrouwen ook! Stom, dat ik altüd naar Jullie luister. Excu seert u mevrouw, maar het Is zoo. Als hoofd van de familie geeft men toch altijd maar toe Maar dat is nu afgeloopen. Gerda! Van nu af aan geldt mün woord! Zoo'n schelm! Heb ik het niet dadelük gezegd! Hij heeft een porte feuille met een kroon er op en nog een siga- retten-étui met briljanten! Alles gestolen of niet echt! U zei het zelf, münheer Hughen. hü Is niet wat hü schijnt! Ten slotte heet hü mis schien nog niet eens Warmsteen!” .Mee, zoo heet hü ook niet, münheer Rich ter.” •Zie je wel!” De landeigenaar sloeg met de vuist zoo hard op tafel, dat alles rinkelde .Moe heet hü dan?” vroeg Frida nog steeds hullend. .Moud Je stil! Dat komt er niets op aan.” bromde haar vader. Gravin Hughen kneep zich vinnig in den arm. om niet |n een onbedaarlüke lachbui loe te barsten. Ook de graaf moest zich met geweld in bedwang houden, terwül de familie Richter al haar best deed, om tegenover de gasten weer eenlgszins tot kalmte te komen. zün rnüneer Hughen veel dank ver schuldigd en ik hoop nu maar, dat die heks den smid dien schelm tot man krijgt!" -de landeigenaar woedend Maar daarna wist hü zich toch te beheerschen. Ten drie in Ruiten, twee in Klaveren en (door de uitkomst) één in Harten, dus 7 slagen! Er moeten dus nog twee slagen bügefokt worden om aan het contract te kunnen vol doen. Bü de poging om deze slagen te verkrü- gen moet echter met een factor ter dege reke ning gehouden worden, n.l.. dat Oost hierbij niet aan slag mag komen, omdat de kans groot is. dat West met Aas. Vrouw van Harten zit! In, verband hiermede moet Zuid dan ook niet (zooals gewoonlük) aanvallen in die kleur waarvan spelleider en blinde er samen t meest hebben (Schoppen), maar in de kleur, die ult- slult. dat Oost aan slag komt (Ruiten). Uit Noord wordt dus de 9 van Harten bügespeeld en Noord houdt daarmee den slag. Thans wordt Klaver Boer getrokken, welke Oost en Zuid duiken. Zuid speelt de 3 bü. zoodat de snit ge lukt is, zeer tot spijt van Zuid, die deze snit liever had zien mislukken, waarna bü rond zitten uit Klaver de benoodigde twee extra slsgen komen. Die kans is nu echter zeer gering en Zuid moet het thans gaan aanleggen op een extra slag uit de Harten, hetgeen hü als volgt doet (natuurlük levert een 33-verdeellng der Kla veren alsnog succes op): üit Noord wordt een kleine Klaveren speeld. die door Zuid met het Aas genomen wordt. Daarna wordt Ruiten Aas en Vrouw ge speeld en Noord met den heer aan slag ge bracht. Dan speelt Noord nog Ruiten Heer, waarna Schoppen Aas volgt, met een kleine Schoppen na. Het is duidelUk. dat dit een wan hoopspoging is. die echter een redelüke kans van slagen heeft. Zuid wil alvorens te capituleeren toch even de kans waarnemen, dat West Heer twee de of Heer en Vrouw tweede of derde van Schoppen heeft. West komt dan immers in de tweede Schoppen-ronde aan slag en is gedwon gen om tenslotte in de Hartenvork van Zuid te spelen. Zooals u tiet, hikte deze opzet. maar hlerbü moet wel opgemerkt worden, dat de welwil lende medewerking van West onontbeerlük was. aangezien het toch voor West niet moeilük knoet geweest zün deze bedoeling te doorzién. West had dus ongetwijfeld zün Schoppen Heer onder het Aas van Noord moeten büspelen! Dit voortieeld is daarom zoo büzonder aardig, omdat het'een mooi probleem is voor den spel leider. maar tevens ook voor den tegenspeler West Tevens komt er aardig in uit. dat het te genspel nooit of te nimmer gemechaniseerd mag worden, maar dat steeds het hoofddoel voor oogen gehouden moet worden, n.l. het downspelen der tegenpartü Veelal is hiertoe echter zeer gewenscht. dat men het spelplan van den spelleider tracht te doorgronden en dan te verstoren! Hoewel dus dtkwüls destructief, is de taak van de tegenspelers geenszins gemakkelüker. maar daarentegen ongetwüfeld moeilüker dan dié véti den spelleider!’ Vooral met Sans A tout is dit zeer duidelUk: De uitkomst bepaalt hier al direct of het con tract down kan ja of neen, omdat het uitko men een tempo-voordeel is, dat beslissend kan zün. Zie büvoorbeeld het volgende geval: Sch.: 7 3 H.: C 4 R B. 10 8 5 2 KI.: A. 10 8 grenzende trek en zei: zal u weer laten roepenwaar- schünhjk zal hü alles vergeten zün. wat hü tegen u gezegd heeft." Zü wankelde en hield zich aan de tafel vast „Voelt u zich wel goed?” vroeg ik. Ze knikte bevestigend. Om drie uur 's nachts werd Ik weer door de pleegzuster gewekt en een paar minuten daarna stak ik ip'n hoofd bü 't jonge meisje om de deur. Zü sprong direct van den divan op en volg de me „Geslapen?" vroeg ik. „Een beetje." ,2'n hart is erg zwak.” lichtte ik haar in. „Ik denk niet, dat we u na dezen keer nog noodlg zullen hebben.” „O. Lauraben JU het?” vroeg de patiënt, nu duidelüker. „Zeker, ik ben het. lieveling. Maar waarom probeer Je niet te slapen?" „Ik.... ik kan niet.” sprak hü, en z'n oogen draaiden vreemd In hun kassen. „Ik moet het je vertellener Is een ander meisjeik heb Je bedrogen. Ik kende haar langer dan Jou Toen leerde Ik Jou kennen, maar durfde haar niets zeggen en ook jou niet, uit angst je te verliezen.” .Btil stil.... het komt er niet op aan. Probeer maar te slapen.” De Jonge man haalde moeilük adem. Bc gaf hem een injectie. Hü scheen gevoelloos er voor te zün. „O. Laura,” klonk het weer. ..och. vergeef me,, dat van Emmy. Dt verzeker Je, dat ze niets voor mü beteekent. niets.... i was alleen maar medelüden. Jou heb ik altüd liefgehad, begrüp me en vergeef; ik durfde het Emmy met te zeggen, dat arme klfid.” „Stil. Ueve Henk, ik vergeef je alles!” Ik vond het beter, hem nu weer te laten rus ten en leidde haar weg. „Over een paar uren zal Ik u komen zeggen, hoe 1 met hem gaat,” zei ik. „Tracht nu wat te slapen Ik begaf me niet te bed. Kopjes en ontbüt- bordjes rinkelden, verpleegsters liepen zacht af en aan. De vond haar wakker op een stoel in t vertrek, terwül ze In de ruimte staarde. .Dank zü uw wilskracht en vergevingsgezind heid." zei ik opgeruimd. .Aal hü langzaam op- •knappen." Nu was de spanning bü haar gebroken; ze brak in tranen uit. Zaeht snikkend liep ze op de deur toe en zei: .Dank u. dokter „Ik kan u zekerwel bereiken aan 1 adres van t kaartje, dat de jonge man in z'n zak ■had?" vroeg ik - - Ze stond stil en vroeg op haar beurt: „Denkt u. dat hü nog een Inzinking zai hebben?” „Menschelükerwüze gesproken, meen ik büna zeker te kunnen zeggen van niet.” ,Dan zult u me niet m^r kunnen bereiken." liep de gang in. Ik ging haar achterna en trok haar aan den arm. „Dus." zei ik korzelig, „u laat hem In den steek, omdat hü een dwaling heeft begaan? Ik begrüp niet, juffrouw Laura. U redt z'n leven en verknoeit dan het uwe, nadat hjj als 't ware zwoer, dat alles uit sou zün tusschen hem z'n vroegere verloofde.” Ze maakte haar arm zacht los uit den greep van m'n hand. „Ik heb dus verkeerd geoordeeld?” drong ik aan. „U hebt hem niet lief, zooals ik dacht, dat u hem Uef had?” Ja, u heeft inderdaad een verkeerde conclusie getrokken, dokter,” tel ze „Maar niet wat het liefhebben aangaat. Als u 1 dan absoluut wilt weten, mün naam is niet Laura; tk ben Emmy.” VERTIKAAL: 1 Deel van Rusiand; 2 groente; 3 koren halm; 4 de groote onbekende; 5 landsverorde ning; 6 eerbetoon; 7 deel van den bübel; 8 be sloten ligplaats voor schepen; 9 llschbloem; 10 welgezind; 11 stad in Japan; 13 Dultsche fa- brleksstad; 14 dichtbü; 18. S ad in België; 18 hevige toorn; 20 tuinkamer; 23 niet warm; 25 Ontkenning; 28 Schrlftelük bewüs; 30 [Haats ir Gelderland; 35 boom; 39 vrouw uit den Bübel; 40 vlak.emaat; 41 tam; 42 plaats in Gelderland: 44 eiland in Oost-Indië; 45 ge vangenis; 46 plaats In Noordholland; 47 lek- kemü; 49 ho’te onder den arm; 50 soberheid; 51 poetsmiddel; 52 slot, burcht; 53 hoofddeksel; 55 Kaartenboek; 56 wit van het hou'-; 59 be koorlijk; 62 onze planeet; 64 adelborst (afk.); 67 knevel; 70 plaats; 72 de wintermaand (afk.); 75 loofboom; 77 familielid; 8T wetensch titel. flatteert, of de schouderlün en de aangegeven taillehoogte misschien niet minder gelukkig ge kozen blüken voor onze gestalte? Want laten we er niet blind voor zün, al valt dit buiten onzen eigen gezichtskring in de letterlüke be- teekenis van het woord; anderen zien ons voort durend op den rug. En het is een onaangena me ontdekking, wanneer men, onverhoeds voor dubbele spiegels geplaatst, zichzelf ten voeten uit van achteren ziet en het beeld ons geens zins aanstaat. Van het hoofd tot de voeten moet het aan ons eigen oog. onttrokken deel ran onze ver- schüning onberispelük zün. waarbü haardracht, schouderlün. heupen, beenbekleedlng hun niet onbeteekenenden duit in het zakje doen. Wat ons kapsel aangaat, zal een dagelüks raadplegen van den handspiegel ons heel ge- makkelük toonen, of onze coiffure van dien aard is. dat we ons met volkomen zekerheid in concert- of schouwburgzaal In den nek durven laten zien. Constateeren we, wanneer we onszelf op den rug kritisch bezien, de onaesthetische lün. die het gevolg Is van het naar voren buigen van de schouders, dan maken we een onmiddellük begin met de correctie van dit deel van ons figuur door op onze houding te gaan letten en enkele kymnastiek-iwfenliiki-ii op liet van het daagsche toiletmaken te zetten. Vin den we de heup-lün te zeer gebogen, dan klee- den we ons niet bü voorkeur in modellen, die het middel sterk aecentueeren. En dan de kousen! Denken we er wel eens aan. dat de naad precies midden achter moet vallen? Dat we de kousen zorgvuldig aantrek ken. zoodat er geen rimpels ontstaan aan den hiel? Realiseeren we. dat gestopte hielen, die boven uit den schoen komen, het geheele rug- aspect van de overigens gesoigneerde vrouw kunnen bederven? Een lapmiddeltje, waar we wel eens voor kor ten tüd ofls voordeel mee kunnen doen, als het ons niet convenieert om telkens maar bü elke nieuwe kousen-misère onze gave guldens neer te tellen voor den aanschaf ran een nieuw paar, is het volgende: met een fün steekje naaien we t gestopte gedeelte van den hiel in een oprügje naar binnen, op die hoogte, dat t in den schoen valt, en dus onzichtbaar is. Duur zaam is deze methode van kSusen herstellen niet al te zeer, maar ook een lapmiddeltje kan af en toe diensten bewüzen. En om nu den schoenen nog even een beurt te geven. Inspecteeren we ooit of de hlelzüde even blinkend gepoetst is als de neus? Endaten we scheefgeloopen hakken onmiddellük recht zetten? Voor het gezicht deert dit alles ons zelf niet Maar wél ieder ander, die ons op den rug ziet. En dat is per slot de geheele wereld mln wü zelf. Graaf en gravin Hughen zaten op het terras van het hotel in Harzburg en wachtten op Slgmar von Wernsteln, die zich op agndringen van den graaf, naar diens kamer had begeven om zich te verkleeden. „Wü hebben niet voor niets een deel van de garderobe mee«ebracht." had de graaf gezegd. En nu Sigmar In4 een licht zomercostuum de breede trap naar de hall van het hotel af kwam, keken eenige dames met bewondering naar hem op. „Een schitterende vefschijningZoo echt sportlef, en wat een houding! Ik wed, van heel ouden adel,” meende een der jongere dames uit een groot gezelschap, waarbü zich ook vorstin Astrid von Cherbourg bevond, die voor de rennen In Harzburg "gelogeerd was. „Wien bedoelt u. mevrouw Lindström?” .Daar, dien lichtblonden heer, die zoo juist naar beneden kwam.” „Vorst von Wernsteln!” riep vorstin Cher bourg verbaasd uit, en kreeg een hoogrood* kleur. Het heele gezelschap keek Slgmar nu aan, die daar heelemaal geen vermoeden van had. „U kent dien heer, vorstRi?” .Ja, tot mün spüt. Zün gedrag is heeletraal niet vorstelük,” antwoordde de aangesprokene scherp. des huizes woest te keer was gegaan. „Ik jaag hem van het erf af! Ik laat hem op pakken wegens zwendelarü en bedrog! Laat hem nu maar eens hier komen, de vlegel!” En toen Slgmar kwam en aanklopte, keken drie paar oogen gespannen naar de deur. Dood stil was het, toen hü binnentrad. „tl hebt mü gezegd, dat ik vanmiddag aan tafel moest zün. münheer Richter. Ik wilde u echter vragen, mü voor vanmiddag ook nog vrü te geven, want ik heb mün vroegeren patroon, uw vriend, ontmoet, en hü heeft mü ultgenoo- digd. Hü zei, dat hü mü iets moest vertellen. Wat, weet ik werkelük niet." „H’m. H’m”. Meer kon de landeige naar niet uitbrengen. Nu Slgmar hem daar zoo vrü en overmoedig aankeek, miste hü moed om direct handelend op te treden. „Ga dan maar gerust. Morgen vroeg rekenen wü wel af.” „Wil dat zeggen, dat Ik eindelük mün betrek king kan verlaten, münheer Richter? Waarom zoo opeens? Mag Ik dat weten?” Geen antwoord. Frida kon haar oogen niet van Sigmar afhouden. Och. wat was nü toch een knappe man! Mevrouw Richter dacht hetzelfde en zelfs de landeigenaar voelde zün haat en woede sterk minderen. Maar ook de voor Sigmar's kracht deed hem kalm blüven. Wanneer hü nu voor het oogenblik den kerel maar kwüt was. „Ik kan u dat zoo niet zeggen, münheer Warmsteen," stamelde hü en ging dan wat vaster voort: „Wü praten morgen vroeg wel. Hoe zit ons haar.... van achteren? Hoe is van die nieuwe jurk de lün.... ach ter aan den hals? Hoe staan korte rokken meop den rug gezien? Belangrijke vragen, welke de vrouw, die gaarne op het compliment ,A11 round goed ge kleed". aanspraak maakt, door den dubbelen spiegel moet laten beantwoorden. Het kan soms gebeuren, dat je op straat ach ter een verschüning loopt, die de onwillekeuri ge gedachte bü je oproept: zou ze zichzelf van achteren nooit eens in den spiegel bekeketi hebben? 't Kan een schreeuwende disharmonie zün ran proporties, een nauw rokje, dat de kennelüke. onfraaie sporen van het fietszadel draagt; een onaesthetlsch strakke lün. die ac centueert. wat gecamoufleerd diende te worden of andere ongerechtigheden, waarvan de draag ster zich dikwüls geheel onbewust is. we zouden willen zeggen, uit schuldige onwetendheid. x-. Nu stonden oe ridders tegenover elkaar, wachtende op het

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1938 | | pagina 10