De avonturen van een verkeersagentje
aan den da^
d
Kruiswoord-puzzle
De vorst
r
p7
RADOX
ALLE ABONNÉ’S ongevallen verzekerd voor aan der volgende ultkeerlngen F 750.- F 750.- F 250.-
HOE WB ONS ZELF NIET
ZIEN
7Z
ÏL
77
2
ZATERDAG 5 NOVEMBER 1938
3
Z.
9
y
/<P
93
92
tegenspel
2S
33
y*
i^o
'3
♦7
ONS PRIJSRAADSEL
A6
'3
7<>
<9/
De verkeerde
conclusie
De prytwinnaars
Het nieawe raadsel
O—W «Un
reist incognito
1
z.
z.
tt
r
Wl
tx
d«
ra
St
bc
cli
vr
kli
F
BK
late
wet
h*t
met
3i
Blei
w.
schouwde
v
32
z.
De woordsorteering kostte
heel wat hoofdbrekens
w.
z.
sa>. H
EEN VETTE.ONZUIVERE HUID
kunr U gemakkelijk verbeteren door het gebruik
van Pados telkens wanneer ge Uw gezicht wascht
Bij apothekers en erkende drogisten a f 0.90
per pak en 10 15 per klem pakje.
Ook „op den rug” is van belang bij
ons uiterlijk
aangifte moet, op straffe van verlies van alle rechten, geschieden uiterlijk drie maal vier en twintig uur na het ongeval
Spelleiding en
72
2t
Hi
7S
7
fl
Het spelprobleem van de vorige maal was ala
volgt:
KI.: H. B. 10 S
o.
60
van
Daar is nog een kamer vrij met een divan.”
vragen.
«e-
nog
Joi
I
Ble
en
O.
Bzj
r~
moet West
Waarmee
Ten
toch
HOOFDSTUK VIII
DOOR FRITZ METZNER
OBV
25
den
bur.
Gerri
angst
,.W«
(Wordt vervolgd-)
Gaat u nu maar, zoolang u wtlt”
V
a.'-*- sjtatay,-r,
--
T
Sch.: A. 5 3
H: 10 9
Dan speelt
Schoppen
Pas
Pas
Pas
O.
Pas
Pas
Ol
gevn
»eg
Oevr
RK
werl
23
Br.
i'
ISA.
3 Ruiten
Pas
1 Schoppen
op
eens
lief,
mell
Hooi
Sch.: V. 10 4
H: 8 2
R: B. 5 4
KL: V. 7 2
he
wi
ge
lei
ia
ge
1
op
del
sd
vai
lar
boi
1
te
vat
da
nai
nai
1
NS
t*«
voc
Brv
het
£z
tbs
dln
lier
-T—
BB
kon
rk-li
Let
Zac
Weft:
men.
on
sul
me
loon
Reltl
Haar
bu A
♦88.
Pas
Pas
Pa»
van
de
«cl
po
VO
let
We willen b(j deze gelegenheid voor de
lossing van de woordsorteerlng het woord
geven aan een onzer inzenders;
„Voor het breedvoerig bestudeeren
N.
W.
de
Toen
H.: A. V.7S43
R.: 10 8 3
KI: 3
U De gelukkige ptüswinnaais van deze week
z^n: W. Th. J. Brans. Furmanstraat 20b Am
sterdam: M. Reynders— Voogel, Kerkstraat 2;
D. Janse. Bosch en Dulnlaan 17, Bloemendaal;
J. Petri, hoofd der R.K. School. Egmond aan
Zee; Mej. V. Ypma. Engelenkamps jaat 19a.
Sittard; A. Versteeg, Gasthuisplein 10. Zwolle
Toen stapte hij vlug naar ..Het Witte Hert”
en reed vandaar met graaf Hughen naar Harz-
burg, Pas tegen den avond zou hü Maria gaan
halen, want het meisje had ook dezen dag haar
huishoudelijke plichten niet willen verwaar-
looeen.
stellig, zeker; 19 voegwoord; 21 medicijn; 22
groote steen, 23 spüsbereiders; 24 schiereiland
van Arabië: 26 Zoon van Nok; 27 wetenschap
pelijke titel; 28 gerechtelijke geldstraf; 29
reeks, rij; 31 persoon), voornaamw.; 32 onze
Oost; 33 bejaard; 34 vochtig; 36 redactie; 37
voegwoord; 38 gelijk; 41 tegelijk, tevens; 43
zangspel; 44 rijschool; 48 grappig, koddig; S3
uitroep van af keer; 54 lofdicht; 55 voegwoord;
57 vervoermiddel; 58 slee; 60 tegen (b.v. tegen
1 per dozijn); 61 korting; 63 zalf; 65 noten
naam; 66 paard; 68 e en; 69 denkbeeld, mee-
ning; 70 gebod, bevel; 71 zwemvogel; 73 kauw;
74 troefkaart; 75 voedsel; 76 bende soldaten;
78 titel van geestelijke; 79 „ten laatste"; 80
’eetregel; 81 booggewelf; 82 rivier in Gel
derland.
f.-
HORIZONTAAL:
1 Europeeache republek. 6 vlug, behendig.
11 streng heerscher. 12 lidwoord, 14 bjjw. van
.jjd; 15 behoort bij kerkgebouw. 17 kellner; 18
HiniiiiiiiiumimmiMHiiiNiimiiiuimiiui
fr”
i od beproeft bet zwaarst dien Hij
j bet meest bemint.
Sch.: A. V. 9 8 5
H.: 7 2
R: A.
KI.: B. 4 3
Sch.: H. 5 4
H.: A. H. 10
R.: H. V. 7
KI.: H. V. 7 5
Daar verschenen de ridders, geheel gekleed in blinkend har
nas, terwijl hun paarden mooi waren versierd. Hun helmen
met gesloten vizier schenen als het ware op hun hoofd ge
groeid. en van hun helm wapperde de kleur waaronder zij
streden. .Tiet rou mij wat te wurm zijn, zoo in het staal.”
zelde het matroosje „Mü ook." antwoordde Keesie. „het is mij
al te vaak in mjjn uniform te warm
Mevrouw nuchter was van haar stoel gezakt
en steunde erbarmelijk. Frida gilde: „De
ellendeling! O. de ellendeling
Gravin Hughen kon ónmogelijk nog lang-
ger haar lachen inhouden. Zij liep vlug naar
het venster en keek naar buiten.
.Moeder Gerda kom tot jezelf 1 Wees
niet dwaas! Val niet flauw! Ik zal het hem
wel in peperen
Net alsof zij gewoon was, altijd te gehoor»
samen, stond mevrouw Richter op, klopte zorg
vuldig haar Japon af en keek met een blik, of
heel het leed der wereld op haar drukte, graaf
Hughen aan.
„Ik mocht hem zoo graag lijden. Hij zou onze
schoonzoon zijn geworden, mijnheer Hughen
Denkt u zich toch eens in, mevrouw! Heel het
dorp heeft hjj in rep en roer getracht."
„En mfj heeft hij steeds afgesnauwd! O, dat
tk dat heb verdragen!" huilde Frida.
En met mijn bruine heeft hü als een circus
artist achter een auto aangejaagd” brulde de
„En hü heeft ons belogen, terwijl wjj hem
t Was ruim een uur na middernacht, dat de
patiënt tot bewustzijn kwam. De verpleegster
kwam me waarschuwen.
„Hij probeert maar steeds „Laura" te zeggen,'
vertelde ze.
Ik Het het meisje roepen.
„1 Is mogelük." lichtte ik haar in, „dat hü u
niet herkent, want hü is er slecht aan toe."
„Hij zal me wel herkennen." zei ze eenvoudig.
Toen ze dicht bü a’d bed gekomen was. steun
de hü: ..Laura!"
Het gezicht van de bezoekster vertrok ptynlük,
Gsvn
NE
18 Ja
Korte
letu
x T adat ik een blik geworpen had op den
Jongen man. die op de operatee-tafel lag,
7 n vertelde de dokter, „verzocht ik de ver
pleegster z n familie te roepen
De patiënt kreunde: ..Laura! Laura!”
Toen liet ik hem onder narcose brengen en
t was nog geen half uur Mter, dat we hem
naar bed reden, ofschoon ik had verwacht, dat
hü t niet meer zou hebben gehaald. In de hall
stond een knap, rijzig meisje met kastanje
bruin haar. Met pünlük vertrokken trekljeii
vroeg ze met ingehouden angst: z
.Dood»"
Ik schudde m'n hoofd en ging haar voor naar
een spreekkamer. Ze drogg geen ring en ik was
wel een beetje verwonderd, dat zü ’t .Adres”
was geweest, dat we In den zak van den jongen
man hadden gevonden.
Ik vroeg: „Bent u z'n zuster?”
„Neen. We zouden de volgende week gaan
trouwen.”
„Waar woont z’n familie?”
„Die heeft hü niet.”
„Heeft men u gezegd, dat hü door een auto
is overreden? En ook, dat hü gedronken heeft?”
„Neen.... maar..-., ik weet bet. Hü dronk
vroeger nooit, alleen in den laatsten tüd. Waar
om weet ik niet.”
„Ik heb hem zooveel mogelük weer opgeknapt,
jonge dame,” hernam Ik, „maar iets garan-
deeren kan ik niet. HU riep om u vóór hü on
der narcose werd gebracht.Ik zou graag wil
len. dat u In z'n nabüheid vertoeft, als hü over
enkele uren bü komt. Zou dat kunnen?"
„Ik zal hier blüven,” klonk het zacht.
„Mooi zoo
Ik stond op en nam haar kleine, koude hand
in de mijne „Laat ik u zeggen, dat bijna alles
nu van U afhangt, t Is een zwaar geval. Wind
hem vooral niet op Wanneer hü u mocht spre
ken over z’n drinken en -wat hem er toe ge
bracht heeft, dan glüdt u er maar ongemerkt
over heen. Beur hem op. geef hem z'n zin, beloof
hem alles wat hü wenscht. Z'n leven is zoo goed
als in uw hand
„O. dokter, dat is gemakkeUJk genoeg.”
„Nu. kind, dat is dan afgesproken." zei ik.
„Als een meisje van een jongen man houdt
zooals u, dan is er veel kans, dat hü er weer
bovenop komt. Ga nu mee en wacht bü z'n saai.
gemak voor, wanneer men na tuur 1 Uk i
men over de noodlge schouder-lenlgheid
schikken door de hand naar achteren
brengen even kan zien, of het krulletje in den
nek nog wel onberispelük zit.
Uit gemakzucht zijn we er toe geneigd om.
wanneer we voor den spiegel staan, en het te
ruggekaatste beeld draagt onze goedkeuring
weg. geheel voldaan te zün. Maar is dat elgen-
lük niet min of meer struisvogelpolitiek? Moe
ten we er onszelf niet van overtuigen of ook.
van achteren de halshoogte, de mouw-inzet
slotte had hü toch een echten graaf op be
zoek.
..Nu mag ik zeker de tafel wel laten dekken,
mijnheer Hughen? zult wel uitgehongerd zün
na zooïi langen tocht, niet? Met mü is dat ten
minste altüd zoo."
„Maar, Paul!”
Mevrouw Richter schaamde zich voor haar
man.
.Dank u vriendelük, mijnheer Richter. Mün
vrouw en ik hebben reeds een diner in Met
Witte Hert” besteld.
„Maar ik heb nog wel expres een reebok
laten schieten, münheer Hughen!"
„Toch kan ik het diner’in .Met Witte Hert”
niet afbestellen, münheer Richter."
Met deze woorden stond de graaf op. Leelük
uit zün humeur ging de landeigenaar achter
graaf Hughen en zün vrouw aan.
„Ik heb er werkelijk veel kosten "aan besteed,
münheer Hughen. Maar enfinWanneer u
nog eens hier langs komt.u weet den weg.
nietwaar?”
.Mün dank, münheer Richter." lachte
graaf, en hielp zün vrouw in den auto,
reden zü met een luid signaal het erf af
Dit signaal drong door tot In de smederü en
was het atgesproken teeken dat de Hughens de
familie Richter wzer hadden verlaten. Nu kon
Slgmar von Wemstein er op uit, om zün patroon
ook voor den verderen Zondag verlof te vragen.
Tegelük zou het hem dan duidelUk worden, hoe
de inlichtingen van den graaf hadden gewerkt.
In de beste stemming kwam Slgmar op het
landgoed aan, waar tot op dat oogenblik de heer
sein van den boechgod om den strüd te beginnen. Hun lansen
hadden zü stevig vast, terwurzü klaar stonden hun rossen
de sporen te geven. „Tk'heb liever een prik met een speld dsn
met zulk een lans,” zei het matroosje. „Ik ook,” beaamde
Keesie.
kwetsbaar en het bieden is als
volgt gegaan: (Zuid te gaver).
N.
2 Ruiten
3 S. A.
Sch.: B. I I 7 I
H.: H. B. 8
R.: A. V. 7
KI A. 4
OW waren kwetsbaar en NZ niet Zuid
was gever en het bieden verliep als volgt:
N.
2 Klaveren
3 Schoppen
Pas
O.
Pas
Pas
Pas
West komt uit met Harten 4 en Zuid moet
thans zijn speelplan opmaken:
Zuid telt aan vaste slagen: één in Schoppen,
Seh.: B 10 8
H.: V. B. 8 5 3
R.: 9 4 3
KI.: 3
thans uitkomen? On
getwijfeld zullen velen klakkeloos met Harten
5 voorkomen, maar, zooals u ziet, is het con
tract dan altüd gemaakt.
West mag echter niet in Harten uitkomen,
omdat hü geen rentrants heeft en er dus toch
niets aan heeft, als de Hartenkleur is vrijge
maakt. Het beste is daarom, dat West met
Schoppen uitkomt in de hoop, dat dit de lan
ge kleur is van Oost, terwijl bovendien deze
uitkomst weinig kwaad kan. Het is nog even
vermeldenswaard, dat een uitkomst in de hoo-
ge kleuren aanbeveling verdient, als die kleur
tenminste niet geboden is. Wanneer spelleider
of blinde n.l. een eenlgszins bledbare kleur in
een dezer kleuren zou gehad hebben, had deze
wellicht die kleur geboden om te trachten een
manche In een hooge kleur te bereiken.
F. H. A. TUIN
maar ae liep snel naar hem toe en legde zacht
haar hand op z’n voorhoofd.
„Laura!" steunds hü weer met moeite.
„Praat niet, Henk.”
„Ga ik sterven?"
„Neen."
„Maar als ik sterf.... moet.... ik.... ja....
iets.... tets vertellen.’’
„Heusch liefste, *t komt er niet op aan. Ik
verlang het niet eens te weten.”
Maar het.... het moet."
Ze keek mü vragend aan.
.Laat 't hem maar vertellen," fluisterde ik.
.Maar houd u, in elk geval, kalm.”
Het meisje knielde voor het bed en drukte
een kus op s’n hand.
„Wat is er dan, dat je zoo hindert, Ueve
Henk?"
Langzaam en met moeite klonk het uit den
mond van den doodzieken jongen:
,Mc-ik ben nl»t.... neen.... niet eerlük
tegenover jegeweest. Maar dat is.is nu
voorbü”
t Wa« alsof haar lichaam door een zwaren
slag getroffen werd. Ze kromp ineen, maar bleet
in dezelfde houding geknield en vroeg met een
droeven glimlach:
„Wél.... en?”
„Vergeef je mü?"
„Ja. natuurlük; ik vergeef je alles.”
„O, Laura, lieveling.” z'n oogen sloten zich.
„Ga nu weg, dat is beter,” fluisterde ik. ,MU
slaapt.”
Ik nam haar
mee naar 't aan-
ver-
„Ik
Ais spelletje om de intelligentie te testen,
trachtte een geestig gezelschap eens het meest
Juiste antwoord te vinden op de vraag: als je
er nog een oog bü mocht kiezen, waar zou Je
dat dan willen hebben? Een der antwoorden
was; binnen in mün hand, want dan kon ik
om den hoek küken en mezelf van achteren
bezien!
Inderdaad niet ontbloot van geest. Stel u het
moet
be-
i te
Slgmar trok een verbaasd gezicht.
„Zoolang ik wU? Ik dacht, dat u mü niet
wilde laten vertrekken."
„Toch wel! Maak dat Je uit Altroda wygkomt!
En vlug!”
Nu lachte Slgmar zoo onnoozel mogelük.
,Dat gaat toch niet. En waarom ook? Ik
wilde in de smederü blüven Maar zeg taü toch,
münheer Richter, wat is er dan plotseling ver
anderd? Heeft mün patroon iets slechts van mü
gezegd? Maar nee, dat is toch uitgesloten,
want graaf Hughen liegt beslist niet.”
„Nee, uitgesloten, münheer Richter. Vertel
mü toch...."
„Ga, alsjeblieft! OogenbUkkelükKom mor
gen maar terug. Of nee, verlaat Altroda maar
ineens voorgoed!”
Slgmar maakte een beleefde buiging.
„Is dat ook de wensch van de dames?"
Mevrouw Richter greep naar haar zakdoek
en schudde treurig hBar hoofd. ,Mt stuur u
niet weg, münheer Warmsteen.”
„Ik toch ook niet, münheer Warmsteen,”
snikte Frida, en haar zwarte oogen keken lief
kozend naar Slgmar op. Sigmar trok zich met
een diepbedroefd geziebt terug, doch in de
vestibule schoot hü in een vrodüken lach.
„Wat zün jullie toch voor menschen! O, o!"
de
puzzle oppervlakte in ons blac van 23 Oct die
U in Uw residentie weer zoo vernuftig met
moeilükheden vulde, legde tk het verslag var.
den gemeenteraad, waarmee ik bezig was ter
zijde Mün huisgenooten bewaarden edelmoedig
de noodzakelüke stilte, en ik boog het hoofd
nederwaarts over de krant, die mün Zondag
middag grootendeels In bes’ag neemt. Daar ik
het f’egma van een Engetechman bezit, wilde ik
in bet begin niet to: de erkentenis komen dat
deae puzzle een foltertuig was. Doch de tegen
spoed. dien ik bü het ontrafelen van die zoo
zonderling naast elkaar geplast?.e woorden
ondervond, deed nüj. die als onderwüzer toch
bü de rekenkunde* vaak voor haast onoplos
bare problemen geaet wordt, het geduld ver
hezen. Zelfs grootmoeder heeft mee moeten
helpen. Ik hoop, dat het eerilvolgend prüsraad-
sel minder hoofdbrekens zal vragen, en ik sluit
met de verzekering dat ik nauwlettend zal
speuren of mün naam onder de prijswinnaar;
voorkomt.” Spreekwoord:: „Borgen geeft zor
gen".
Nog een tweede dito inzending, zelfs In dicht
vorm kregen we tu genieten
Inzendingen tot en met Vrüdagmiddag 12
uur, bü den heer O. Janse, Ruysdaelstraat 80,
Utrecht.
van de straat nebben opgenomen. Voor
niets hebben wü hem.te eten gegeven en hem
nog goedheid bewezen op den koop toe,” jam
merde mevrouw Richter.
„Allemaal jullie schuld! Jullie vrouwen ook!
Stom, dat ik altüd naar Jullie luister. Excu
seert u mevrouw, maar het Is zoo. Als hoofd
van de familie geeft men toch altijd maar toe
Maar dat is nu afgeloopen. Gerda! Van nu af
aan geldt mün woord! Zoo'n schelm! Heb ik
het niet dadelük gezegd! Hij heeft een porte
feuille met een kroon er op en nog een siga-
retten-étui met briljanten! Alles gestolen of
niet echt! U zei het zelf, münheer Hughen. hü
Is niet wat hü schijnt! Ten slotte heet hü mis
schien nog niet eens Warmsteen!”
.Mee, zoo heet hü ook niet, münheer Rich
ter.”
•Zie je wel!” De landeigenaar sloeg met de
vuist zoo hard op tafel, dat alles rinkelde
.Moe heet hü dan?” vroeg Frida nog steeds
hullend.
.Moud Je stil! Dat komt er niets op aan.”
bromde haar vader.
Gravin Hughen kneep zich vinnig in den arm.
om niet |n een onbedaarlüke lachbui loe te
barsten. Ook de graaf moest zich met geweld
in bedwang houden, terwül de familie Richter
al haar best deed, om tegenover de gasten weer
eenlgszins tot kalmte te komen.
zün rnüneer Hughen veel dank ver
schuldigd en ik hoop nu maar, dat die heks
den smid dien schelm tot man krijgt!"
-de landeigenaar woedend Maar
daarna wist hü zich toch te beheerschen. Ten
drie in Ruiten, twee in Klaveren en (door de
uitkomst) één in Harten, dus 7 slagen!
Er moeten dus nog twee slagen bügefokt
worden om aan het contract te kunnen vol
doen. Bü de poging om deze slagen te verkrü-
gen moet echter met een factor ter dege reke
ning gehouden worden, n.l.. dat Oost hierbij
niet aan slag mag komen, omdat de kans groot
is. dat West met Aas. Vrouw van Harten zit!
In, verband hiermede moet Zuid dan ook niet
(zooals gewoonlük) aanvallen in die kleur
waarvan spelleider en blinde er samen t meest
hebben (Schoppen), maar in de kleur, die ult-
slult. dat Oost aan slag komt (Ruiten). Uit
Noord wordt dus de 9 van Harten bügespeeld
en Noord houdt daarmee den slag. Thans wordt
Klaver Boer getrokken, welke Oost en Zuid
duiken. Zuid speelt de 3 bü. zoodat de snit ge
lukt is, zeer tot spijt van Zuid, die deze snit
liever had zien mislukken, waarna bü rond
zitten uit Klaver de benoodigde twee extra
slsgen komen.
Die kans is nu echter zeer gering en Zuid
moet het thans gaan aanleggen op een extra
slag uit de Harten, hetgeen hü als volgt doet
(natuurlük levert een 33-verdeellng der Kla
veren alsnog succes op):
üit Noord wordt een kleine Klaveren
speeld. die door Zuid met het Aas genomen
wordt. Daarna wordt Ruiten Aas en Vrouw ge
speeld en Noord met den heer aan slag ge
bracht. Dan speelt Noord nog Ruiten Heer,
waarna Schoppen Aas volgt, met een kleine
Schoppen na. Het is duidelUk. dat dit een wan
hoopspoging is. die echter een redelüke kans
van slagen heeft.
Zuid wil alvorens te capituleeren toch
even de kans waarnemen, dat West Heer twee
de of Heer en Vrouw tweede of derde van
Schoppen heeft. West komt dan immers in de
tweede Schoppen-ronde aan slag en is gedwon
gen om tenslotte in de Hartenvork van Zuid
te spelen.
Zooals u tiet, hikte deze opzet. maar hlerbü
moet wel opgemerkt worden, dat de welwil
lende medewerking van West onontbeerlük was.
aangezien het toch voor West niet moeilük
knoet geweest zün deze bedoeling te doorzién.
West had dus ongetwijfeld zün Schoppen Heer
onder het Aas van Noord moeten büspelen!
Dit voortieeld is daarom zoo büzonder aardig,
omdat het'een mooi probleem is voor den spel
leider. maar tevens ook voor den tegenspeler
West Tevens komt er aardig in uit. dat het te
genspel nooit of te nimmer gemechaniseerd
mag worden, maar dat steeds het hoofddoel
voor oogen gehouden moet worden, n.l. het
downspelen der tegenpartü Veelal is hiertoe
echter zeer gewenscht. dat men het spelplan
van den spelleider tracht te doorgronden en
dan te verstoren!
Hoewel dus dtkwüls destructief, is de taak
van de tegenspelers geenszins gemakkelüker.
maar daarentegen ongetwüfeld moeilüker dan
dié véti den spelleider!’
Vooral met Sans A tout is dit zeer duidelUk:
De uitkomst bepaalt hier al direct of het con
tract down kan ja of neen, omdat het uitko
men een tempo-voordeel is, dat beslissend kan
zün. Zie büvoorbeeld het volgende geval:
Sch.: 7 3
H.: C 4
R B. 10 8 5 2
KI.: A. 10 8
grenzende
trek en zei:
zal u weer laten
roepenwaar-
schünhjk zal hü
alles vergeten
zün. wat hü tegen u gezegd heeft."
Zü wankelde en hield zich aan de tafel vast
„Voelt u zich wel goed?” vroeg ik.
Ze knikte bevestigend. Om drie uur 's nachts
werd Ik weer door de pleegzuster gewekt en een
paar minuten daarna stak ik ip'n hoofd bü 't
jonge meisje om de deur.
Zü sprong direct van den divan op en volg
de me
„Geslapen?" vroeg ik.
„Een beetje."
,2'n hart is erg zwak.” lichtte ik haar in. „Ik
denk niet, dat we u na dezen keer nog noodlg
zullen hebben.”
„O. Lauraben JU het?” vroeg de patiënt,
nu duidelüker.
„Zeker, ik ben het. lieveling. Maar waarom
probeer Je niet te slapen?"
„Ik.... ik kan niet.” sprak hü, en z'n oogen
draaiden vreemd In hun kassen. „Ik moet het
je vertellener Is een ander meisjeik
heb Je bedrogen. Ik kende haar langer dan
Jou Toen leerde Ik Jou kennen, maar durfde
haar niets zeggen en ook jou niet, uit angst je
te verliezen.”
.Btil stil.... het komt er niet op aan.
Probeer maar te slapen.”
De Jonge man haalde moeilük adem. Bc gaf
hem een injectie. Hü scheen gevoelloos er voor
te zün.
„O. Laura,” klonk het weer. ..och. vergeef me,,
dat van Emmy. Dt verzeker Je, dat ze niets voor
mü beteekent. niets.... i was alleen maar
medelüden. Jou heb ik altüd liefgehad, begrüp
me en vergeef; ik durfde het Emmy met te
zeggen, dat arme klfid.”
„Stil. Ueve Henk, ik vergeef je alles!”
Ik vond het beter, hem nu weer te laten rus
ten en leidde haar weg.
„Over een paar uren zal Ik u komen zeggen,
hoe 1 met hem gaat,” zei ik. „Tracht nu wat
te slapen
Ik begaf me niet te bed. Kopjes en ontbüt-
bordjes rinkelden, verpleegsters liepen zacht af
en aan. De vond haar wakker op een stoel in t
vertrek, terwül ze In de ruimte staarde.
.Dank zü uw wilskracht en vergevingsgezind
heid." zei ik opgeruimd. .Aal hü langzaam op-
•knappen."
Nu was de spanning bü haar gebroken; ze
brak in tranen uit. Zaeht snikkend liep ze op
de deur toe en zei: .Dank u. dokter
„Ik kan u zekerwel bereiken aan 1 adres
van t kaartje, dat de jonge man in z'n zak
■had?" vroeg ik - -
Ze stond stil en vroeg op haar beurt: „Denkt
u. dat hü nog een Inzinking zai hebben?”
„Menschelükerwüze gesproken, meen ik büna
zeker te kunnen zeggen van niet.”
,Dan zult u me niet m^r kunnen bereiken."
liep de gang in. Ik ging haar achterna en
trok haar aan den arm.
„Dus." zei ik korzelig, „u laat hem In den
steek, omdat hü een dwaling heeft begaan? Ik
begrüp niet, juffrouw Laura. U redt z'n leven
en verknoeit dan het uwe, nadat hjj als 't ware
zwoer, dat alles uit sou zün tusschen hem
z'n vroegere verloofde.”
Ze maakte haar arm zacht los uit den greep
van m'n hand.
„Ik heb dus verkeerd geoordeeld?” drong ik
aan. „U hebt hem niet lief, zooals ik dacht, dat
u hem Uef had?”
Ja, u heeft inderdaad een verkeerde conclusie
getrokken, dokter,” tel ze „Maar niet wat het
liefhebben aangaat. Als u 1 dan absoluut wilt
weten, mün naam is niet Laura; tk ben Emmy.”
VERTIKAAL:
1 Deel van Rusiand; 2 groente; 3 koren
halm; 4 de groote onbekende; 5 landsverorde
ning; 6 eerbetoon; 7 deel van den bübel; 8 be
sloten ligplaats voor schepen; 9 llschbloem; 10
welgezind; 11 stad in Japan; 13 Dultsche fa-
brleksstad; 14 dichtbü; 18. S ad in België; 18
hevige toorn; 20 tuinkamer; 23 niet warm; 25
Ontkenning; 28 Schrlftelük bewüs; 30 [Haats
ir Gelderland; 35 boom; 39 vrouw uit den
Bübel; 40 vlak.emaat; 41 tam; 42 plaats in
Gelderland: 44 eiland in Oost-Indië; 45 ge
vangenis; 46 plaats In Noordholland; 47 lek-
kemü; 49 ho’te onder den arm; 50 soberheid;
51 poetsmiddel; 52 slot, burcht; 53 hoofddeksel;
55 Kaartenboek; 56 wit van het hou'-; 59 be
koorlijk; 62 onze planeet; 64 adelborst (afk.);
67 knevel; 70 plaats; 72 de wintermaand (afk.);
75 loofboom; 77 familielid; 8T wetensch titel.
flatteert, of de schouderlün en de aangegeven
taillehoogte misschien niet minder gelukkig ge
kozen blüken voor onze gestalte? Want laten
we er niet blind voor zün, al valt dit buiten
onzen eigen gezichtskring in de letterlüke be-
teekenis van het woord; anderen zien ons voort
durend op den rug. En het is een onaangena
me ontdekking, wanneer men, onverhoeds voor
dubbele spiegels geplaatst, zichzelf ten voeten
uit van achteren ziet en het beeld ons geens
zins aanstaat.
Van het hoofd tot de voeten moet het aan
ons eigen oog. onttrokken deel ran onze ver-
schüning onberispelük zün. waarbü haardracht,
schouderlün. heupen, beenbekleedlng hun niet
onbeteekenenden duit in het zakje doen.
Wat ons kapsel aangaat, zal een dagelüks
raadplegen van den handspiegel ons heel ge-
makkelük toonen, of onze coiffure van dien
aard is. dat we ons met volkomen zekerheid in
concert- of schouwburgzaal In den nek durven
laten zien.
Constateeren we, wanneer we onszelf op den
rug kritisch bezien, de onaesthetische lün. die
het gevolg Is van het naar voren buigen van
de schouders, dan maken we een onmiddellük
begin met de correctie van dit deel van ons
figuur door op onze houding te gaan letten en
enkele kymnastiek-iwfenliiki-ii op liet
van het daagsche toiletmaken te zetten. Vin
den we de heup-lün te zeer gebogen, dan klee-
den we ons niet bü voorkeur in modellen, die
het middel sterk aecentueeren.
En dan de kousen! Denken we er wel eens
aan. dat de naad precies midden achter moet
vallen? Dat we de kousen zorgvuldig aantrek
ken. zoodat er geen rimpels ontstaan aan den
hiel? Realiseeren we. dat gestopte hielen, die
boven uit den schoen komen, het geheele rug-
aspect van de overigens gesoigneerde vrouw
kunnen bederven?
Een lapmiddeltje, waar we wel eens voor kor
ten tüd ofls voordeel mee kunnen doen, als het
ons niet convenieert om telkens maar bü elke
nieuwe kousen-misère onze gave guldens neer
te tellen voor den aanschaf ran een nieuw
paar, is het volgende: met een fün steekje
naaien we t gestopte gedeelte van den hiel in
een oprügje naar binnen, op die hoogte, dat t
in den schoen valt, en dus onzichtbaar is. Duur
zaam is deze methode van kSusen herstellen
niet al te zeer, maar ook een lapmiddeltje kan
af en toe diensten bewüzen.
En om nu den schoenen nog even een beurt
te geven. Inspecteeren we ooit of de hlelzüde
even blinkend gepoetst is als de neus? Endaten
we scheefgeloopen hakken onmiddellük recht
zetten?
Voor het gezicht deert dit alles ons zelf niet
Maar wél ieder ander, die ons op den rug ziet.
En dat is per slot de geheele wereld mln wü
zelf.
Graaf en gravin Hughen zaten op het terras
van het hotel in Harzburg en wachtten op
Slgmar von Wernsteln, die zich op agndringen
van den graaf, naar diens kamer had begeven
om zich te verkleeden. „Wü hebben niet voor
niets een deel van de garderobe mee«ebracht."
had de graaf gezegd.
En nu Sigmar In4 een licht zomercostuum de
breede trap naar de hall van het hotel af
kwam, keken eenige dames met bewondering
naar hem op.
„Een schitterende vefschijningZoo echt
sportlef, en wat een houding! Ik wed, van heel
ouden adel,” meende een der jongere dames
uit een groot gezelschap, waarbü zich ook
vorstin Astrid von Cherbourg bevond, die voor
de rennen In Harzburg "gelogeerd was.
„Wien bedoelt u. mevrouw Lindström?”
.Daar, dien lichtblonden heer, die zoo juist
naar beneden kwam.”
„Vorst von Wernsteln!” riep vorstin Cher
bourg verbaasd uit, en kreeg een hoogrood*
kleur.
Het heele gezelschap keek Slgmar nu aan, die
daar heelemaal geen vermoeden van had.
„U kent dien heer, vorstRi?”
.Ja, tot mün spüt. Zün gedrag is heeletraal
niet vorstelük,” antwoordde de aangesprokene
scherp.
des huizes woest te keer was gegaan.
„Ik jaag hem van het erf af! Ik laat hem op
pakken wegens zwendelarü en bedrog! Laat hem
nu maar eens hier komen, de vlegel!”
En toen Slgmar kwam en aanklopte, keken
drie paar oogen gespannen naar de deur. Dood
stil was het, toen hü binnentrad.
„tl hebt mü gezegd, dat ik vanmiddag aan
tafel moest zün. münheer Richter. Ik wilde u
echter vragen, mü voor vanmiddag ook nog vrü
te geven, want ik heb mün vroegeren patroon,
uw vriend, ontmoet, en hü heeft mü ultgenoo-
digd. Hü zei, dat hü mü iets moest vertellen.
Wat, weet ik werkelük niet."
„H’m. H’m”. Meer kon de landeige
naar niet uitbrengen. Nu Slgmar hem daar zoo
vrü en overmoedig aankeek, miste hü
moed om direct handelend op te treden.
„Ga dan maar gerust. Morgen vroeg rekenen
wü wel af.”
„Wil dat zeggen, dat Ik eindelük mün betrek
king kan verlaten, münheer Richter? Waarom
zoo opeens? Mag Ik dat weten?”
Geen antwoord. Frida kon haar oogen niet
van Sigmar afhouden. Och. wat was nü toch
een knappe man! Mevrouw Richter dacht
hetzelfde en zelfs de landeigenaar voelde zün
haat en woede sterk minderen. Maar ook de
voor Sigmar's kracht deed hem kalm
blüven. Wanneer hü nu voor het oogenblik
den kerel maar kwüt was.
„Ik kan u dat zoo niet zeggen, münheer
Warmsteen," stamelde hü en ging dan wat
vaster voort: „Wü praten morgen vroeg wel.
Hoe zit ons haar.... van achteren?
Hoe is van die nieuwe jurk de lün.... ach
ter aan den hals?
Hoe staan korte rokken meop den rug
gezien?
Belangrijke vragen, welke de vrouw, die
gaarne op het compliment ,A11 round goed ge
kleed". aanspraak maakt, door den dubbelen
spiegel moet laten beantwoorden.
Het kan soms gebeuren, dat je op straat ach
ter een verschüning loopt, die de onwillekeuri
ge gedachte bü je oproept: zou ze zichzelf van
achteren nooit eens in den spiegel bekeketi
hebben? 't Kan een schreeuwende disharmonie
zün ran proporties, een nauw rokje, dat de
kennelüke. onfraaie sporen van het fietszadel
draagt; een onaesthetlsch strakke lün. die ac
centueert. wat gecamoufleerd diende te worden
of andere ongerechtigheden, waarvan de draag
ster zich dikwüls geheel onbewust is. we zouden
willen zeggen, uit schuldige onwetendheid.
x-.
Nu stonden oe ridders tegenover elkaar, wachtende op het