mAaal. aan den day
thans krijgt
De avonturen van een verkeersagentje
k
alleabonné’s
1
1
De waarheid
over
Compiègne
F 250.-
F 750.-
F 750.
De vorst
I
DOOR fritz metzner
DONDERDAG 17 NOVEMBER 1938
I
...maar SKIPPY
L smaakt duurder!
r
reist incognito
r
SLECHTS 5cr PER PAK
H
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
Patrick 's
I ontvettingskuur
Hier is de cigaret waar U op gewacht hebt:
Skippy, de altijd verschel Skippy is inder
daad een wonder van een cigaretpittig
van smaak en aroma en toch... o zoo zacht-
Skippy is namelijk niet alleen op bijzonder
vakkundige wijze samengesteld, maar ook
in extra sterk staniol verpakt en zoodanig
behandeld, dat ze versch is en versch blijft.
Maakt U maar eens een pakje open
Het heerlijke aroma van kersversche Ameri-
kaansche cigaretten komt U tegemoet! Hoe
wij daarin slagen? - Dat kunnen wij niet
verklappenMaar het feit, dat U thans altijd
versche cigaretten kunt rooken, zaU wel
voldoende zijn, om U toekomstig dubbel
o
—i—n.
9 A
o
if
natuur-
•O
n
i:
d
Het toumool was geëindigd en men keerde terug, terwijl het
WM «t
deze woorden snelde de veldwachter de
Ik
Michel wm bet.
t4 leeenriance geboete ongeechlktheéd tot wertan door
vwritea «en bekte armen, bekte boenen et belde oogan
borstbeeld door Keesie weer naar zijn voetstuk werd gebracht.
Óp verzoek van de andere beelden zouden bet verkeersagent je
en het matroosje in de laan oc een voetstuk gaan staan.
i
i
in het zuiden van Ierland, had in den
stillen tijd een maand vacantle genomen
_j die grootendeels bU m’n moeder in Du-
doorbrengen. Na de eerste begroeting zei
n
L.
i-
0
0
J,
n
b
Als i
En u
of vijf late/
bracht de kellner
man
bord
met
kluif.
moet ik weg. Mijn vrouw zal uw dochter wat
helpen met haar bagage, dan kan die tegelijk
mee.”
Vader Disselhoff wreef zich in de handen en
zei tegen zijn vrouw: „Zie Je wel, dat geld kan
ik behouden. Nu komt alles met Sigmar wel
in orde. En dat ik zoo verschrikkelijk tegen
Maria ben uitgevaren, neemt zij mij niet kwalijk,
■a. Maar het was ook voor haar bestwil, dat ik
het deed.”
Toen de Duitsche Keizer op 9 November 1918
voor het laatst zijn hoftreln besteeg, om zich
In ballingschap naar ons land te begeven, wa
ren Juist de wapenstilstandsvoorwaarden bekend
geworden, die de geallieerde en geassocieerde
mogendheden aan den generalissimus Poch ter
hand hadden gesteld. Zich begevend naar den
restauratiewagen, om te ontbeten, merkte de
Keizer op, dat de voorwaarden* onaannemelijk
waren. Het is mogelijk dat het opperbestuur
van het leger, dat hij zoo Juist had verlaten,
er eveneens zoo over dacht, maar dit moest
rekening houden met de werkelijkheid en droeg
de verantwoording. Het accepteerde de enorm
zware vooraarden. En op een wijze, die de
wapenstilstandscommlssie, welke onder leiding
van Erzberger den zwaren gang naar het boach
van Compiègne had moeten maken, op buiten
gewone wijze handicapte. Het telegram, van Spa
uit verzonden, was namelijk open en behelsde
de woorden, dat de commissie verlichtingen
der voorwaarden moest trachten te verkrijgen,
maar dat, zoo dit niet was te bereiken, „trotz-
dem absuschliessen wire".
Er zijn over die wapenstilstandshistorie le
genden in omloop. Schrijver dezes heeft in
u toch iets moet verlieze
i hebt t voor t kiezen
meende m'n verstandige moeder op den tienden
dag-der kuur. „Loop hem na. Lizzy, en zeg dat
hl) thuis moet blijven.’’
Ik rende de deur uit, m’n man achterna.
„Patrick!” riep ik, maar hij hoorde me niet.
Met z*n badpak onder den arm liep hij tot aan
een standplaats voor taxi’s. Hij stapte in een
dier vervoermiddelen en reed weg. De taxi
chauffeurs kenden hem blijkbaar allen.
„Bedoelt u dien dikken heer?” vroegen ze
men: „die rijdt eiken dag naar café-restaurant
Delmage.
Ik nam een taxi en liet me er ook heenrijden.
Patrick zat er al. Maar hij zag me niet, omdat
hjj met twee andere heeren ging zitten bridgen.
Alle drie hadden ze groote glazen bier voor
zich staan. Ik ging zóó zitten, dat ik alles kon
zien, zonder zelf gezien te worden. Een minuut
HHimmiinmmtmiiMiiiimiiiNHHMmmi
ken aan. waarop Keeeie en zijn makker plaats zouden nemen. „Ik
kon bij jou in de buurt,” zei het verkeersagentje tegen het
borstbeeld, „dan kan ik weer helpen als Je de sportfeeaten
wilt bijwonen.'
Beken nu jongen, was jij het?”
Michel keek de mannen tegenover hem èèn
voor èèn aan. Zijn gezicht drukte de grootst mo
gelijke verbazing uit en het duurde lang, eer het
zijn gewone brutale uitdrukking weer terug had.
Toen wees hjj op Slgmar en vroeg nieuwsgierig:
..Waarom buigen Jullie allemaal voor dien
daar?”
..Omdat Ik zoo goed rijden kan. en ook omdat
ik de schuur in brand heb bestoken. Michel.”
„Zoo, anders nergens otn? Ik heb de schuur
aangestoken, doch alleen maar omdat Frida
Richter het wilde. Dat mag ik echter niet zeg
gen"
.Mocht je dat niet zeggen, jongen? Maar je
hebt het nu toch gezegd,” stelde de veldwachter
vast en hij gaf den detective opdracht, onrnid-
dellijk den heer Richter en zijn dochter te halen.
Toen dezen verschenen, had graaf Hughen
den veldwachter aan zijn beloften herinnerd,
niet over „den vorst” te spreken, waarom da
veldwachter Sigmar weer gewoon met Warm-
steen aansprak. Hij had al en toe echter wel
moeite met dien vreemden naam. die in Aitroda
soon slechten klank had gekregen
Mijnheer Richter.” zoo wendde de veldwach
ter zich tot den landeigenaar, ,Jk moet u mee
deden. dat de kwestie van de brandstichting
zich heel anders heeft ontwikkeld, dan u wel
zoudt denken. Niemand anders heeft de schuur
in brand gestoken dan Michel, en.'het ge
beurde op bevel van uw dochter.”
Een oogenblk keek de landeigenaar als ver
suft rond, terwijl zijn dochter in snikken uit
berstte. (Wordt vervolgd.)
ternauwernood aan een wissen dood. Bjj de
laatste Duitsche loopgraaf werd een witte vlag
op den eersten auto gezet en 'n trompetter nam
op de treeplank plaats. Een Beiersche soldaat
riep vol verbazing: „Waar gaan Jullie naar
toe?” Erzberger riep hem toe: „Vrede makenl”,
waarop de Beier repliceerde: ,,8o slehst du ausl”
Tengevolge van de autopanne kwam men te
laat aan. Een Fransche officier ontving de
Duitsche heeren koel, maar correct. Zij kregen
cognac en een eenvoudig soldatenmaal. Ben
Fransch generaal maakte de zure opmerking,
dat in het Fransche leger hoog en laag het
zelfde aten (bij de Dultschers kregen de offi
cieren veel beter eten dan de soldaten). Dan
werden zJJ naar een trein geleld, die hen uren
lang door de omstreken vervoerde, kris en
kras, om tenslotte aan te landen in het bosch
van Compiègne (de Dultschers konden aan
eenige hun bekende streken vaststellen, dat zij
daar waren). Zondagmorgen wenschte Erzber-
gef de H. Mis te hoeren. Hem werd gezegd, dat
dit niet ging. Foch had al Mis gehoord en er
werd geen tweede opgedragen. Bi) de ontvangst
in den salonwagen van Foch. die thans in het
Hotel des Invalides te Parijs staat, stelde men
zich over en weer voor. Foch had slechts een
Engelschen en een Amerikaanschen hoofdof
ficier bij zich (de Belgen waren niet vertegen
woordigd). Erzberger zijn twee generaals. Foch
vroeg: „Wat «voort de heeren hierheen?” Erz
berger antwoordde: „Wij komen wapenstilstand
sluiten te land, op het water en in de lucht”
en vroeg om voorstellen te doen. „Ik heb geen
voorstellen te doen!” antwoordde Foch. HIJ
nam een blad papier, waarop de voorwaarden
stonden. De Dultschers konden ze in 77 uyr
aannemen of verwerpen. De oorlog ging onder-
tusschen door. De voorwaarden, die op de Duit
sche delegatie 'n verpletterenden indruk maak
ten, werden naar Spa en Berlijn overgeseind.
Ondertusschen kwam het toeh nog tot bespre
kingen. Erzberger wist nog verschillende ver
zachtingen te bewerken, vooral in de ontrul-
mtngstermijnen. Over de andere voorwaarden
werd nog gesproken, toen het bovenvermelde
open telegram uit Spa'arriveerde. Van onder-
handelingen was toen geen sprake meer. Er
moest onderteekend worden. De Dultschers
deden het weenend. Bij stukjes en brokjes hoor
den ze toen, dat de Keizer gevlucht was, dat
revolutie was uitgebroken en dat Friedrich
Ebert kanselier was geworden. Vertraagd kre
gen ze ook een telegram van de nieuwe regee-
ring, waarin zij volmacht kregen, de wapen
stilstandsvoorwaarden te onderteekenen. Dit
telegram had als onderteekenlng„Relchskanzler
Schluss”. Fransche officieren vroegen, wie deze
heer Schluss was. Zij hadden nooit van hem
gehoord. Zij wisten namelijk niet, dat de Duft-
schers „Schluss” Inplaats van .Atop” gebruiken.
Toen Erzbérger in Spa terugkwam, dankte
Hindenburg hem uitdrukkelijk voor wat hU nog
had weten te bereiken en vooral voor X groote
offer, dat hij voor het vaderland had gebracht.
Erzberger vertrok daarop naar Berlijn, om
rapport uit te brengen. Wilde dit althans. Maar
heel het verkeer was verstopt door het terug
trekkende leger. Na veel moeiten vond hij een
locomotief, waarvan de machinist bereid was,
hem naar Berlijn te brengen. Op deze locomo
tief vertrok hij dan tenslotte. In Berlijn aan
gekomen, organiseerde hij met Norke den tegen
stand tegen de bolsjewisten. Maanden en maan
den heeft Ekzberger toen op geregelde tijden
nog met Foch moeten onderhandelen over de
doorvoering van den wapenstilstand. Dit ge
beurde in het door de Franschen bezette Trier.
Erzberger werd bij die gelegenheden opgesloten
in het hotel „Porta Nlgra" en onder gewapend
geleide naar den befaamden salonwagen van Foch
gebracht. Dit was, om hem te doen beseffen,
dat Duitschland volkomen verslagen was en
vernederd moest worden. De eischen van Foch
werden hoe langer hoe erger. Het dictaat van
Versailles was er de bekroning van.
delijk met Erzberger over de dagen van Com
piègne gesproken, toen deze nog minister was
en na zijn gedwongen aftreden tijdens het pro
ces met Helfferich. Ook Maximilian Harden en
Rathenau hebben dezelfde zienswijze gehad op
grond van hun gesprekken met Erzberger. Bel
de genoemde mannen hadden, na de kabinets-
zlttlng. waarin was besloten, dat Erzberger de
delegatie naar Foch zou leiden, een conferen
tie met hem in een restaurant aan den Kur-
fürstendamm. Erzberger kwam laat. De zitting
had lang geduurd. HU vertoonde niet de minste
opwinding en liet zich het heele diner, dat
Harden en Rathenau reeds hadden aangespro
ken. „nachservieren" en at met den grootsten
appetlt. Toch was hU innerhjk ten zeerste ont
roerd. De hem gegeven opdracht was voor hem
een geweldige verrassing. Met hand en tand
had hU zich tegen die opdracht geweerd, maar
eindelijk op het eenstemmige aandringen van
het kabinet had hU haar aangenomen, in het
belang van het ineenstortende rUk. Harden
en Rathenau hebben getracht hem te overtui
gen, dat de verslagen militairen en de Hohen-
zollern (ze waren 'toen nog niet afgetreden)
zelf den wapenstilstand moesten sluiten, omdat
anders het odium daarvan en later ^yan den
vrede op de jonge democratie zou komen te
rusten. Dit was juist gezien. Maar de teerling
was reeds geworpen.
Erzberger vertrok naar Spa zijn reis daar
heen viel hem even zwaar, zoo niet zwaarder,
lis de reis, die hU kort tevoren gemaakt had
naar Karlsruhe, naar het sterfbed van zUn
eenigen zoon, die vaandrig was en vond daar
een groote verwarring. Het legerbestuur had
een honderd officieren aangewezen, om Erz
berger te vergezellen. Deze zag direct het zotte
van dien maatregel in. HU wist heel goed, dat
er niet zou onderhandeld worden, dat er alleen
dictaten te accepteeren waren. HU koos twee
hem bekende generaals. Von Winterfeld en
Von Oumpel, en stuurde de rest weg. In drie
auto's ging het naar het front. Onderweg reden
De vrienden schudden elkaar hartelUk de hand.
De eerste vraag van den vorst was:
„Waar is Maria? Hoe maakt zU het?”
„Alles in orde. Haar vader heeft haar de deur
willen uitzetten, doch nu is Edlar bij haar,
doed?"
„Er. nu, mijnheer de veldwachter?" vroeg Slg
mar lachend.
De veldwachter sloeg de hakken tegen elkaar,
doch toen hU wilde antwoorden, ontdekte Slg
mar ook den detective.
„KUk nu toch, daar ds mijn schaduw zoowaar
ook! Zeg mU eens, hebt u vannacht misschien
ook hier geslapen?”
Voor deze iets kon zeggen, begon de veldwach
ter weer te spreken.
,Jk vraag uwe hoogheid beleefd excuus,” stot
terde de veldwachter. ..Een onaangename per
soonsverwisseling. maar het was mUn plicht.”
„En ik heb geholpen om alles op te helderen,
hoogheid,” haastte zich de detective van vorstin
von Cherbourg te zeggen.
„Uwe hoogheid is vrU!” verkondigde de veld
wachter met een stralend gezicht.
Doch Slgmar was daarmee niet geheel tevreden.
„Ik heb u er gisteren al op attent gemaakt,
dat de flesch, die onder het ledikant stond,
waarin ik heb geslapen, daar door Michel was
neergezet. Waarom hebt u toch dat spoor niet
gevolgd?”
.Maar ik moest toch....” antwoordde de
veldwachter vertegen.
„H’m. Ik begrUn het al. En hebt u nu den
waren misdadiger?”
„Hoogheid hier staat hjj.
„Dan bent u dus de persoon, die vorst Slgmar
von Wemstein bespionneert. is X niet? Ik zou
maar oppassen, dat zUne hoogheid u niet be
trapt.”
„Dienst is dienst, mijnheer. En mUn opdracht
geefster.
„Wie is uw opdrachtgeefster?" viel de graaf
hem driftig in de rede.
„Vorstin van Cherbourg."
.Maha! Bent u bU die brandstichting mis
schien ook betrokken?"
.Maar, mijnheer! Ik ben hier juist bezig om
zUne hoogheid vrU te pleiten. Ik weet toch wie
de brandstichter is."
„Zóó!”
Daarna gaf graaf Hughen alle noodlge inlich
tingen en geleidde de veldwachter hem door de
dorpsstraat, waar het zwart zag van de men-
schen, naar het brandspulthuisje. De detective
gaf den veldwachter een wenk, waarop deze
Michel bU zich riep. Tl
„Kom eens mee, Michel!”
WerkelUk bevend van zenuwachtigheid ont
sloot de veldwachter het tUdelUk arrestanten-
verblUf.
„Wanneer de liefde het wil
„Staan de sterren stil..”
Uit het huisje klonk Sigmar’s vroolUke stem.
Sprakeloos keek de een den ander aan.
Graaf Hughen bekwam het eerst van zUn ver
rassing.
„Onoverwinnelijk Sigmar!” riep hU-
,Hi, Hervard, goeden morgen! Ben je ver
baasd? Ik heb mU voor mUn studie hier In deze
cel teruggetrokken.'
bracht het tien minuten later doornat terug.
Ik hoorde Patrick tot den kekner zeggen:
„Als ik langer blUf. dan maak je X voor ik weg
ga, nog eens goed nat."
De kellner bracht firit nieuwe groote glazen
bier en tevens drie reusachtige porties zuurkool
met spek. Toen ze dit naar binnen gespeeld
hadden, wilden de twee andere heeren naar
huls.. Ze zeiden dat ze bang waren voor hun
vrouwen. M’n man lachte hen hartelUk uit. HU
beweerde fier, dat hU baas in huis was. Toen
keken de andere heeren m'n man jaloersch en
met ontzag aan en bleven. Ze gingen door met -1
bridgen en bier drinken. Patrick presenteerde" iwee *utos in elkaar. Erzberger ontsnapte
den kellner een glas bier, klopte hem Joviaal op 4 - J-
den schouder en zei: „Onze beste James.”
Ik betaalde zachtjes m’n koffie en verliet on
gemerkt het café-restaurant, Juist toen de drie
heeren een afspraak voor den avond maakten.
„Hé," zei m’n man met een zucht van ver
lichting, toen hU thu^s kwam, „vandaag heb ik
een geweldig eind geloopen en vanavond ga ik
weer een flinken tippel maken. Als ik deze week
niet geducht afgevallen ben, dan weet ik niet
wat afvallen is."
Maar nu ontraadden m'n moeder en ik hem
sterk de kuur verder voort te zetten. Waarop
Patrick woedend werd. De kuur voldeed uit
stekend, betoogde hij.
Moeder en ik hielden echter voet bU stuk. We
zeiden dat hU nu genoeg ontvet was en niet
te veel van zich zelf mocht vergen.
M'n man stoof driftig op en maakte ons uit
voor onlogische wezens, die zelf niet wisten wat
ze wilden.
Nog weken daarna toen we al lang weer
thuis waren begon Mj telkens weer over die
ontvettingskuur, die hU met alle geweld wilde
voortzetten.
Ik behoef u niet te zeggen, dat daar
Ujk niets van kwam.
„Neen." zei m’n man. „Juist z’n kop deugt
niet.”
HU dacht dat z’n schoonmoeder X over den
Offert liever dan een uur
Dan uw verd ren levensduur 1
die zich hier sinds dagen, nee, elgenlUk al
sinds weken, oningeschreven ophoudt."
„Die landlooper is vorst Slgmar von Wem
stein”
„Wat? Wie? Vorst? ZUn ze dan allemaal
gek geworden in Aitroda?"
„Het heeft er veel van weg. En de schuur is
aangestoken door dien roodharigen jongen man,
dien ik gisteren al heb gezien. Michel heet hU.
Roep hem maar eens.”
„Hoe kunt u dat weten?"
„Hoe? Heel eenvoudig, ik zag hem zelf weg-
sluipen. Ondervraagt U hem maar en laat den
vorst vrU-"
De veldwachter was geheel in de war geraakt
en begon bang te worden. En tot overmaat van
ramp kwam zUn vrouw nu ook nog aankondigen
.Muiten staat een zekere graaf Hughen, die Je
wil spreken."
„De wrekende gerechtigheid, veldwachter. Ik
ga."
„Och, blUf toch, waarde collega. Het wordteen
heksenketel voor mU. Doch wacht maar.
Richter zal ik krUgen, want die heeft mU mis
leid!”
Na
deur uit.
.MUnheer, tot uw dienst! Wat wenscht U?”
Toen de graaf het ambtslokaal binnenkwam,
trad de detective met een gewichtig gezicht op
hem toe.
.Permitteert u, mUnheer, dat ik mU aan u
voorstel. Ik ben de detective van het Parkhotel,
waarin mUnheer thans logeert."
Graaf Hughen knikte; hjj begreep.
,Jk ben de detective van het Parkhotel te
Harzburg. Als het u belieft, hier is mUn in?
signe. Ik heb de speciale opdracht, zUne
hoogheid, vorst Sigmar von Wemstein, te
bewaken. MUn opdrachtgeefster is de vorstin
von Cherbourg. Informeert u maar in het
Parkhotel.”
,4a, maar wat h<jpft de brandstichter nu met
een vont te maken? Hjj is toch de landlooper.
heb ik altUd gezegd,” viel smid Dissel-
hoff in. „Wat mU betreft, laat de menschen
blaar praten. ZU kletsen al jaren, omdat ik veel
in .Met Witte Hert" kom. Maar het laat mU
koud. Maar weet u, mevrouw, dit keer was toch
de maat volMet den naam Warmsteen klopt het
ook niet, zeggen zU, en dan nog die portefeuille
«n zoo.
■•Dat zUn geschenken van een familielled. Dat
ta allemaal In orde. En nu geeft u ons Maria
“oh mee, nietwaar? Ik zal er wel voorzorgen,
dat u In haar plaats een goede vrouw krUgt om
bet huishouden te doen. Is dat goed?"
„Voor hoe cIang, mevrouw?"
O, niet heel lang. Sigmar krUgt wel gauw
•oer een goede betrekking, daar zullen wü voor
“rgen. Daarom Is het ook beter, dat Maria zich
vertrouwd maakt met de gewoonten en gebrui
ken in aristocratische hulzen.”
„En mUnheer heeft mU, door tusschenkomst
J*n Slgmar, die vUfdulzend mark geleend? Daar
ben ik zoo dankbaar voor. Ik was eerst bevreesd,
«1st dat geld niet eerlUk....”
»o, o, waar u al niet aan twijfelt! Doch nu
un man, die landbouwer is in. een dorp
MT
en zou
bün
m'n moeder:
^’n kop is mooi.”
Onaangediend betrad de detective van vorstin
von Cherbourg het kantoortje van den veld-
wachter.
.Bent u daar alweer? Wat wilt u elgenlUk?
Hier heb Ik te beslissen, beste vriend."
„Ik wilde u alleen maar vertellen, wlen u gis
teren hebt gearresteerd, veldwachter. Zoo mak
keluk laat zich een echte misdadiger toch niet
pakken. U hebt den verkeerde beet, ik kan dat
getuigen."
„WerkelUk? Dan zal ik toch ma»r in het
proces-verbaal opnemen, wat u beweert te
weten. Begin maar. Wie is het, dien ik ge
arresteerd heb?"
ook m’n
een groot
erwtensoep
worse en
nam z’n badpak
in ontvangst en
Laat ik hier meedeelen, dat we het plan voor
Patrick's ontvettingskuur volledig hebben uit
gewerkt. 's Morgens vóór X ontbUt gaf ik hem
vermageringspillen. X Overige van den dag:
groertten, fruit, salade en mager vleesch. Als
drank water. Alcohol absoluut niet. Ook moest
hU llchamelUk veel beweging nemen en asm
sport doen. HU kreeg een abonnement voor X
zwembad; drie maal in de week zou hU gaan
zwemmen. In plaats van te trammen moest
hU loopen.
Tot onze onuitsprekelijke vreugde schikte
Patrick zich gelaten in onze wenschen. HU liep
veel, hU zwom en hing zelf z’n kletsnat badpak
keurig te drogen op 't balcon. Klagen deed
hU niet.
.Die kuur maakt Je sterk en jeugdig, beste
jongen," zei m'n moeder.
De „beste jongen” zei hierop alleen maar: ja.
We waren echter zeer getroffen door z’n moed
en kochten hem tot beloonlng en aanmoediging
een prachtigen, duren vulpenhouder.
We kwamen nu langzamerhand tot de bevin
ding, dat Patrick's ontvettingskuur een ware
hartstocht, een soort manie voor hem werd. In
plaats van driemaal in de week, wilde hU nu
met alle gewg)d eiken dag gaan zwemmen. HU
verdubbelde z’n wandelaren van twee tot vier
en maakte bovendien 's avonds nog een groote
wandeling.
.Je man meent het goed, maar overdrUft,”
hond Castor had.
Ik bedoel jou, Patrick," verduidehjkte mijn
moeder, ,Je kop is goed, maar de rest.... en
fin, ik bedoel, dat Je te dik geworden bent.
X Wordt boog tUd, dat je er iets voor gaat
doen.”
Vanaf dit oogenblik vereenlgden m’n goede
moeder en ik al onze krachten, om Patrick tot
een ontvettingskuur te bejegen. Maar Patrick
die op zUn manier een slimmellng is, zei, dat
het bU hem geen vet was. maar alleen vreeselUk
sterke botten. En of we ook al, strUk en zet, be
weerden, dat z’n buik precies op een rond ton
netje leek, hU beweerde, hardnekkig telkens, dat
bU slechts buitengewoon zware beenderen had.
WU vrouwen overdreven altüd, daar waren we
vrouwen voor, grinnikte hU sarcastisch; hU had
geen buik, maar een borstkas.
.Patrick!" smeekte mUn moeder, „bezondig
je niet!"
Daarop lazen we hem uit een prospectus een
ontvettingskuur voor en wat de gevolgen van
vetzucht zUn: eksteropgen, zwakzinnigheid, nier
steen. vroege dood én honderd andere ver-
schrikkelUke dingen. HU moest een kuur on
dergaan.
WU besloten om te beginnen, dat hU zich zou
laten wegen. Dat was in geen jaren gebeurd;
maar m’n man beweerde, dat er geen weegschaal
was die deugde. Met allerlei lok- en listmidde-
len loodsten we hem een drogisterU binnen en
kregen hem zóó ver, dat hU z’n schoenen en
z’n jas uittrok. Nadat m’n goede moeder hem
een flesch echte Black White Wiskey beloofd
bad, en ik een kistje fUné sigaren, overhandig
de hU me plechtig z’n armband-horloge en be
steeg ernstig en vastberaden het schavot, par
don. de weegschaal. Z’n zwaarte overtrof al
onze verwachtingen. Patrick zei, dat hU wel
geweten had, dat er geen weegschaal is die deugt
en dat hU ook nog wat klein geld in z’n zak had.
In den loop van den avond ging m n moeder
een paar boodschappen doen en bracht een
keurig in blauw linnen gebonden boekje mee,
waarop in gouden drukletters stond: het ge
wicht van Patrickje.
„Dat is voor jou, Patrick, zei ze, met een be
minnelijk lachje, „in dit boekje wordt nu elke
week je gewichtsvermindering genoteerd."
Ik constateerde tot m’n spUt, dat m’n man
m n moeder met geen woord voor dat onwaar
deerbaar geschenk bedankte.