FOTOREPORTAGE I PAKJESAVOND f t 88 1 DE „NIEUW AMSTERDAM” IN HET DOK. Mb' i A ‘I i ■a I 1 ^2 tv Een St. Nicolaascadeautje uit leer Zoekt gij betrouwbaar Personeel? K Plaats dan een „Omroeper voor 90.000 gezinnen ft 1 ■V 'A DONDERDAG 24 NOVEMBER 193S mm IM r i I I *K 4 Rat als zelf-starter - I' lil J "M I s miiiimmiiniiiiiiiiiiiiiimniiniiiii Klaasje schrijft aan Sinterklaasje - i\ 'V WïKSSWmW: f z .-«ME** <S:? ■VT V V ■w* I s on- dit F j v> Hij 3 wt moeder, v 0 4 -4 weet je wonen kleine Klootje, ‘n braaf baasje, nooit geen straff ka gei en een bouwdoos, een geweertje, of een beertje, en wat koek. Hoor eens even. ‘k Wil een treintje niet zoo’n kleintje en een boek, Sinterklaasje op je paardje met'je baardje en je staf, on de vl d< Jc he 1 lai vo va ke ge he do rei ge m te be ga kc te ee bc ne bc sp ka vai Mn 1 ba tol vei to< he lai me wo 1 no gei aai del de du stt we -- - - - -X 1 lui pei tor de He vei vai M Vl h r ee dt ki la di k< VI te in te g« va te n< vs re va te of de Ken meccano, teekenplaatjes, chocolaadjes, dat ie al! ‘i - N< ge lio de vli Dl tic en no NJ hl. gei SOI zo: nil tei vo Wl Sa Wl an 'i ’’’"Tv*- W? ii De laatste rats ven Koningin Maud van Noorwegen. Op een door paarden getrokken affuit werd het stoffelijk overschot der vorstin door de straten ven Londen naar het Victoria Station gebracht vocht voor het Paleis Koordeinde door Z. M. Koning Leopold na Zijn aankomst met H. M. de Koningin te Den Haag IIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIUHnnillllimijhlIllllllimillHUUlllMRMIIU „Asjeblieftl” riep oom. „Als dat zoo door- gast, is het ganzebord veel te klein voor Als ’t zoo tegen Sint Nicolaas loopt, dan zitten een heeleboel jongens en meisjes met de handen in het haar, omdat ze niet weten wat voor cadeautjes ze aan vader en moeder, broertjes en zusjes moeten geven. Liefst willen ze zelf iets maken, omdat dat Het paard van Sint Nicolaas, als h« b«t hooi uit de neergezette kinderschoentjes opeet: Hè, alweer een paar steunzool!)* waachen hal pooi. Sinterklaasje, breng je paardje, met zijn staartje maar naar stal. PIST BROOS IS ,Jk zal wel eens kijken of zwarte Piet dat allemaal nog voor jullie heeft,” zei Sinterklaas, „en nu ga ik maar eens naar andere kinderen; hier is nog wat om te snoepen.” Ze kregen alle drie een handvol taaitaai en speculaas, suikerbeestjes en pepernoten. Ze propten vlug hun mond vol terwijl Sin terklaas wegging. Vader deed hem uitge leide. „Jullie zijn d'r best afgekomen,” zei oom Joop, „gelukkig maar dat moeder niet alles van jullie verteld heeft.” Ze keken alle drie dankbaar naar moeder, die bezig was chocolade te zetten. Toen ze die opgedronken hadden moesten ze naar bed. En den volgenden morgen? Toen stond er voor Rob een groote trein, een leesboek en andere dingen klaar en voor Bob een verfdoos en een meccano en voor Rikle was er een pop. Als Indianen dansten ze om de tafel. „Leve Sinterklaas,” riepen zij. PIET BROOS kaarten doen, dan hinken. „Zijn de kinderen braaf geweest jaar?” „O ja, hoor,” antwoordde moeder. ,JEn vechten ze nooit eens met elkaar?” „Nee, Sinterklaas, nooit!” zei moeder. „Goeie moeder,” dacht Robbie. „En zijn ze altijd gehoorzaam?” „O, daar heb ik niet over te klagen, Sin terklaas," antwoordde moeder. Bobbie werd een beetje rood. „En leeren ze goed?" „Het gaat wel,” zei moeder, „alleen Rob zou wat beter zijn best kunnen doen.” „Zoo.” zei Sinterklaas, ”kom jij eens bij me Rob.” Schoorvoetend kwam Robbie naderbij. „Kun jij niet goed leeren?" vroeg Sinter- klaas. „Jawel, mijnheer Sinterklaas,” antwoord de Rob. „Wil Jij dan niet leeren?” „Jawel, mijnheer Sinterklaas, maar ik heb er geen tijd voor!” antwoordde Robbie „Hoe komt dat dan?” ,Jk moet te veel straf schrijven!” „Dan ben jij zeker wel heel erg stout op school.” „Nee, o jee nee.” zei Robbie, „maar de onderwijzer heeft de pik op me.” Rob wou gaan hullen, maar Sinterklaas zei al lachend: „SU maar, stil maar, ik zal wel eens met den onderwijzer gaan praten.” „Doe dat maar niet Sinterklaas," zei Rob. „X is zoó’n kwaje.” Sinterklaas ging naar de keuken en Rob en Bob met Rikie gingen in een hoekje zitten. „Zouden we niets krijgen?" vroeg Rob. „Ik wou nog wel een trein en een leesboek hebben.” „En ik een meccano en een verfdoos,” zei Bobbie. „En ik een pop, die mama kan zeggen," fluisterde Rikie. Daar kwam Sinterklaas weer terug. „Wat wouen jullie nu wel van Sinter klaas hebben?" Bob en Rob en Rikie keken verlegen naar den grond. „Rob wou een trein en een leesboek heb ben en Bobble een meccano en een verf doos, zei Rikie, „ze durven het zelf niet te zeggen." Uil bent een braaf meisje hoor," zei Sin terklaas,” en wat wou jij zelf hebben?” Rikie zei niets. „Ze wil graag een pop hebben, heilige Sinterklaas,” zei Bob, „eentje met echt baar, die mama kan zeggen als je op d’r buik drukt.” Ieder kwam aan de beurt. De dobbelsteenen rolden links en rechts en om beurten zaten ze in den put, mochten ae twee of drie stappen voor- of achteruit doen, moesten hun beurt laten overslaan of weer van voren af aan beginnen. Er zat spanning in, want wie bet verloor moest een pand geven. Oom Joop, die zoo mooi begon- len was, raakte in den put en daar bleef hij wel een kwartier in zitten. Hij was de eerste die een pond moest geven. „De eersten zullen de laatsten zijn," zei tante Annie. - Maar leder verloor wel eens een keertje en eindelijk waren er panden genoeg. Alleen moeder had geen enkel pand hoeven geven. „Dan ben ik de pandhoudster,” zei zij, jgeat alles maar hier.” Ze legde alles in haar schoot en begon: „Pand, pand, van wie is dit pand?” wVan mij meneer!" aai Robbie. „Ik ben geen heer!” „Wat bent u dan?" Jtan edelman!" „Een edelvrouwi” zei vader. JNee, dan rijmt het niet»” jswo edelman!” JEn nu gaan we ganaeborden!" zei oom Joop. Ze zaten allen bij elkaar om de groote tafel in de huiskamer; vader, moeder, oom Joop, tante Annie, Bob, Rob en Rikie. Het was lekker warm binnen en de kolen In den haard gloeiden. Dat was ook wel noodlg, want bulten was het vinnig koud. Rob, Rob en Rikie hadden ai lang in bed moeten liggen, maar vanavond mochten ze tot tien uur opblijven. *t Was immers pak jesavond. „Reuze," riep Bobbie, die net met Robbie een spelletje voetbal speelde, „moe. pakt u het ganzebord even, astublleft." Uk doe ook mee,” zei vader, „nog meer liefhebben?" Allemaal deden ze mee. Eerst werdAr geloot, wie mocht begin nen. Oom Joop trof het. „Dat is maar goed ook," zei hij, „want ik heb bet voorgesteld." Hij schudde de dobbelsteenen en gooide ze op tafel. Twee zessen. machine op volle toeren draalde. Onmld- dellijk zette hij den stroom af en ontdekte toen, dat er een rat in de machine was gesprongen en precies op den startknop van het handvat was terecht gekomen, waarop de motor zijn plicht had gedaan, Een klein oorzaakje met een groot gevolg! f - M In verband met den storm werd de versiering in de omgeving van den Dam te Amsterdam Woensdagmiddag mlddoffijfc M hot vertrek-van.Ko ■i Leopold in allerijl afgebroken id w i altijd het aardigst is en bovendien mag het niet veel kosten. Wat zouden jullie denken van dit aardige leeren zakdoekencachet'' Je hebt er voor noodig een stukje leer var 16 cM in ’t vierkant en een paar metei smal leerband. Er zijn tegenwoordig al hee> wat speciale leerwinkels, waar je beide din gen in allerlei aardige kleuren kunt krij gen. Langs de randen van het vierkant sla je met een bolpijp op gelijke afstanden (dit geef je eerst even met potlood aan' gaatjes in hef leer, dan buig je de 4 pun ten naar het middelpunt om en nu rijg je volgens de afbeelding 2 aan elkaar gren zende hoeken met smal leerband in een afstekende kleur, aan elkaar. De open ran den van den vierden hoek worden nu ook mét leerband afgewerkt, waarbij je aan de punt een lusje laat, dat als sluiting dienst doet. Op de door, het samennaaien van de punten ontstane plaats zet je een bij de kleur van het leer passenden knoop, of je overtrekt een houten knoop met leer in de kleur van het leerband. Je zult zien dat moeder of je groote zusje en zelfs, alsFje het in een donkere kleur maakt, ook vader en broer erg blij zijn met dit geschenkje. Probeer het maar eens en veel succes! C. W. ii!iiiiiniiimiiiinill|niiiiiim!in!nniiinmni ---- De .Nieuw Amsterdam" is voor het eerst in het dok van Wilton Feyenoord te Schiedam opgenomen, om een grooten schoonmaak te ondergaan. Het zeekasteel op het droge „Was verkiest u dat ik doen zal?" Ze dachten na. Dierengeluiden moest hij maken. Knorren als een varken, blaffen als een hond, snateren als een eend, kraaien als een haan, brullen als een leeuw en miauwen als een kat. Toen hij dat allemaab gedaan had, kreeg hij zijn zakdoek, die hij als pand gegeven had. weer terug. Oom Joop had twee panden verspeeld. Hij moest driemaal om de tafel kruipen met Rob en Bob op zijn rug. Dat viel niet mee, maar het moest wel, anders kreeg hij zijn pand niet terug. Daarna moest hij een liedje zingen. Wat klonk dat valsch! Je lachte je een bult. Vader was ook al zoo ongelukkig, moest driemaal op één been door de ka mer hinken en-daama nog een kunstje met Dat laatste kon hij beter HU tooverde konlngen eu vrouwen voor den dag als een echte goo chelaar. Daar werd ineens hard gebeld. Rob en $ob keken een beetje angstig naar de deur. Jawel hoor! Het was Sinter klaas. Vader schoof vlug een stoel bU en Sinterklaas ging zitten. Sinterklaas streek eens met zUn hand over zUn langen wit ten baard en yroeg toen aan moeder: Toen de nachtwaker in een groote fa briek in het buitenland zijn nachtelijke rondte deed en juist uit de machinekamer kwam, hoorde hU plotseling, dat een der motoren achter hem in werking gezet werd. De man schrok, hoe kon dat nu? Snel ontstak hU het licht en zag toen, dat de Prins Olav van Noorwegen bij aankomst te Londen ia gezelschap van den Hertog van Kent in verband met het overlijden van Koningin Maud van Noorwegen Z. M. Koning Leopold temiddwn der aetorMeitan tijdens Zijn bezoek aan de Belgische l te Den Heag. Geheel links minister Speek; naast den vorst de gezant, Z. Exc. bardh

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1938 | | pagina 4