2Cctu&fiaal van den (Lag De avonturen van een verkeersagentje 'AKKERTJES O Auto Dr. Ernst Neumann en £>ukhióto£ F 750.- F 250. ALLE ABONNÉ’S Onjuiste verhouding Kath. Economische Hoogeschool Ft FDF. JAARBOEK Het raadsel van Kronstein HONIG’s KEUKEHSTROOP^A^aW- VRIJDAG 30 DECEMBER 1938 Dona, de vrachtrijder Uit: Quadragesima Anno De Japanscbe handelsbalans y J ROMAN VAN A. HRUSCHKA n. /GEEN BUSMMÏX l 5O0X ZOETEQ /DAN SUIkEQ EN..\ I VEEL VOOQDEELIGEQ’ en den heelen dag reeds? Eigen schuld. Neem toch 'n "AKKERTJE", dan bent U er immers soo van all 25 ets? AANGIFTE UiOET, OP STRAFFE VAN VERUES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERUJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL van den •>j en drogisten. ^IMP. H. TEN HERWIS HILVERSUM I 4 (Wordt vervolgd J i .4' Marc's gezicht werd nog donkerder, nam een harde uitdrukking aan. Mijn vader, zei hy, is een koel, trotsch man. Contact hebben we nooit gehad en sinds ^enige Mare, liefste, vergeet wat je bedrukt, denkt alleen aan onze liefde.... De Japanse he buitenlandsche handelsbalans vertoonde tot 5 December een uitvoer-overschot van 50 mlllioen yen. De Invoer bedroeg in de periode 1 Januari tot 35 December 2.598.053.000 yen en de uitvoer 3.811.163.000 yen. Tezamen met den bultenlandschen handel van Korea en Formosa bedraagt het Japansche uitvoerover- schot 58.542.000 yen. tegen een nadeellg saldo van 648.493.000 yen in dezelfde periode van het vorige jaar. Ruige Donu. de vrachtrijder, was nog op pad. Z'n ouderwetsche. sterke wagen stond op stalen z*n paard er naast; dat was eerst extra tegen de koude verzorgd en toegedekt. Ruige Dorus was op weg naar s"n huis. Z'n hoofd in den kraag gedoken, z'n jas leek dicht geknoopt om z'n kin. z'n pet over hoofd en ooren getrokken, zoodat de klep vlak boven z'n oogen veel grooter leek dan die in werkelijkheid was. HU was dóór en dóór koud, die Dorus. Plakken sneeuw op z'n pet en op z'n jas; z'n hangsnor dik en stijf om z’n mond, z’n wangen van mar- isr aangezien zij assen. liever het verder niet over „Ilse" zegt plotseling een streng dreigende, bitter verwijtende stem achter het jonge paar. „Ilse! Wat moet dat beteekenenT” Het Is de stem van Ilse vader, de als opge doemd uit den grond aan den uitgang van het poortgewelf staat. Onder zijn borstelige wenk brauwen flikkeren zUn oogen toornig in de rich ting van zijn kind, terwijl hij Oraaf Kronstein niet eens schijnt te zien.... armen weer naar de kribbe in de kerk. Steunt onze twee-pondsactie. De gelegenheid daartoe staat open tot Oudejaarsavond. Ik wensch U van harte een zalig Kerstfeest”. Dorus geeft den brief aan Marie, die hem neg eens haarfUn overleest. „Nou Dorus, daar doen we natuurlijk weer aan moe"! Kijken, wat we sullen geven.... twee pond twee kaasjes je zegt maar is Maivan - S Moks S MaivM boonen een paar worsten ....Nou. wat denk je ervan, niets. Nee, Dorus zegt niets, Dorus denkt na. Hij doet nu twee keer een grooten haal aan zjjn pijp. Dan gaat Dorus er by staan. „Goed, Marie, pak maar In. Jij wat, Martetje wat. Jan wat, en ik.... ik breng twee fijne hazen, die zijn voor de armen goed besteed en Ik ga m*n geweer verkoopen.” niet op poll tie- tijdens de verkiezingscampagne, tussshen tal- mer. s'n lljf als een kachel die uit is, daaronder loose vergaderingen en conferenties, trok hU als veearts van boerderij naar boerderij, om de boeren bU te staan in den strijd tegen het mond- en klauwzeer. ZUn strUd en offers zijn niet tevergeefs gebracht. Een onbaatzuchtige figuur als dr. Ernst Neu mann. die als een ware held is opgetreden voor de volkomen gerechtigde eischen van zyn va derland, verdient bewondering, óók en de laatste plaats van de zijde van den ken tegenstander. Ruige Dorus was vrachtrijder van beroep, maar daarnaast, in z'n vrUen tijd een hartstochtelijk jager. Hoeveel keer hij daarover al woorden had gehad met z'n vrouw, ja. dat zou Dorus zich ón mogelijk kunnen herinneren. Marte, z'n vrouw, had het geprobeerd op alle mogelijke manieren en met alle middelen welke God daartoe ten dienste der vrouw heeft ge steld; maar hoe ze het ook aanpekte, hoe ze zelfs ook redeneerde en sprak over het slechte voorbeeld voor z'n kinderen en dat ze het toch heelemaal niet noodlg hadden eh dat zU er nooit een hand naar uit zou steken, het had tot nu een paar beenen die hingen te bengelen in hun gewrichten en z'n voeten zonder gevoel, als liep hU op kussens In z'n schoenen. Dorus had z'n turnden diep in de jaszakken gestopt en de armen stuf tegen z’n Ujf gedrukt; maar daar ónder, onder die armen en onder die jas. daar zat tets: daar zat aan beide kanten iets. Ja. dat wist Dorus heel goed en juist daar om hield hij zyn armen zoo styf tegen z’n Ujf. Maar onder z’n jas kwam een klein stukje van een jachtgeweer uit, en dit wist Dorus niet. De baste stuurlui stoor» son wol, moor de zui nige huisvrouw weet, dot Sukristol een uit-1 komst is. Enorme beJ sporing op de suiker- rekening. Onmisbaar voor corpulenlen, dia-<_ betici en maaglijders. Q Suiker maakt dik, Su kristol niet. 500 x zoe ter dan suiker. Handi ge, platte drooidoosjes *25et. Z.g. goedkoopere merken hebben een bijsmaak, Sukristol niet. t Was op een avond in December, toen heel de koude aarde vrit lag toegedekt, de landen en de hulzen, de wegen en de slooten. alles hard en vrit en krakend onder eiken voetstap. De menschen, die van hun werk waren gekomen, zaten thuis, in de warmte. Alleen de politie agent en de postbode, de vrachtrijder en de boodachappenloopers waren nóg op pad. De lucht zat propvol met koude sneeuw en uit den donkeren hemel warrelden ze neer, de groots vlokken; ze doken plotseling weer omhoog en speelden rond den kerktoren en om de toppen van de kale, zwarte boomen, ze vlogen langs de donkere huizenrijen, langs de verlichte etalages, stoven elkander achterna om de hoeken van de straten, draalden rond de hoofden van een paar menschen. die zich op straat waagden en zwerm den als groote vlinders om het licht van den lan taarnpaal. Enkelen waagden het zich vast to klampen op den glinunenden hel politieagent, of kropen, tusschen de toeven door, In de hand van den postbode; maar verreweg de meeste kwamen tenslotte, zachtjes maar zeker, neer op de koude aard-, en bleven daar meteen doodstil liggen, dood en ytyf. naast en op elkaar; en vormden zóó alle tezamen dat groote, witte sneeuwtapijt over de wereld. 1) Hierin is niet begrepen het gedeelte van de afschrijving, dAt op rekening van de Invoer rechten op automobielen komt. lis zoo gevreesd had. Jp. Een angstige blik van Marie. Dorus gaat openmaken, zal verwon derd doen, wie die late bezoeker zal z|jn. Even later Is hy alweer terug, met een brief, aan de deur afgegeven. Een brief voor Dorus.. Ja, daar staat het: „Aan den Heer Th. Bee- rends" en op de achterkant staat.... het stem pel van meneer Pastoor.I Ruige Dorus denkt aan zyn belofte van voor twee jaar en aan die van dezen avond in de sneeuw. Ruige Donu kijkt ernstig en gaat lezen, eerst stil, maar dan. bUj gerust wordend, gaat hy hardop voor Marie voorlezen: „Beste Parochianen, Nog enkele dagea en de Kerstklokken zullen ons weer oproepen om bet heilig Kerstfeest te vieren. Dit is ook nu weer voor ons een bijzondere gelegenheid, ter eere van het Christuskind in den stal, om eens extra mild te zijn voor onze arme medeparochlanen. Brengt ook dit jaar Uw pakket met Uw gaven voor onze in. In 1932 ingevoerd voor een tijdvak van 7 jaar en tusschentijds nog verhoogd, zou deze belasting per 31 December a.s. komen te vervallen. De regeerlng heeft echter reeds van den zomer een wetsontwerp in gediend om den duur van de belasting met S jaar te verlengen. Als eenig argument geldt, dat de Regeerlng de opbrengst a 32 mlllioen niet kan missen. Het is moeilijk, in dezen tijd aan de Re- geering de middelen te weigeren, die zij noodig heeft. Van den anderen kant mo gen de Staten-Generaal de contröle over het financieel beleid niet heelemaal uit handen geven, vooral wanneer zoo duidelijk blijkt dat de Regeerlng geen maat weet te houden in de belasting van een enkel, nut tig en productief, object. Van verschillende zijden is betoogd dat bij verstandige ver laging van de belasting op automobielen de opbrengst voor den fiscus niet zou dalen, maar stijgen. Het ware gewenscht om de voerrecht b.v. voor een jaar te halveeren eens te zien hoe zich het auto-gebruik en de opbrengst der daarmee samenhangende belastingen zou ontwikkelen.' terwijl Ilse de oogen wijd openspert en een kreet van schrik slaakt. De houtvester let niet op haar. Koel en trotsch kijkt h|j Kronstein in de oogen. Dan neemt hij even den hoed af en beveelt: Kom nu Ilse. Zwijgend beklimmen vader en dochter' bet - kronkelend pad naar den toren. Ilse wankelt, sU U erg bleek, haar hart klopt onstuimig. Naar adem hijgend blijft sfj plotseling staan en vraagt: Vader, wat beteekenen uw laatste woorden? Wat bedoelt u met ..het raadsel van Kronstein**. Bestaat er zoo iets? Ja, dat raadsel bestaat, die het zouden kunnen zwijgen bewaren, doen we be( die zaak te spreken. Het zij je voldoende te weten, dat Marcus Kronstein nooit je man kan worden, omdat hij al te nauw In die zaak be trokken en..,, een misdadiger is. Vader! t Is zoo.... al laat de justitie hem op vrije voeten -r- hetzij omdat hy van hoogen adel en rijk is, hetzij omdat de omstandigheden waaronder de jonge gravin Kronstein stierf met opzet voor haar verborgen werden gehouden. Maar Ik ken die omstandigheden en het lijdt voor mij geen zweem van twijfel, dat hy Mjn stiefmoeder heeft vermoord. Hij? Mare? O vader, dat is waanzin! Hoe kunt u ook maar.... die gril voorgoed uit je hoofd te zullen zetten en verder iedere gelegenheid om dien meneer te ontmoeten te zullen vermUden. Voorts.... Dat kan ik niet, vader, viel Ilse den stren gen man in de rede. ay had het hoofd opge richt, haar oogen bliksemden, alle vrees was van haar geweken. zy begreep dat reeds nu het oogenbllk was gekomen, om haar liefde tot het uiterste te verdedigen. Hoe zou ik, ging zU voort, u een beloftg kunnen doen? Ik bemin Mare meer dan myn leven en ik zsd nooit een anderen num toebe- hooren. Ik mag, noch wil mUn vader beliegen. Gekheid, kinderpraat! Dat alles komt wel in orde. Mijnbeer Hartlleb. zegt nu Kronstein, die bleek van smart en verontwaardiging zwijgend alles heeft aangehoord, mynheer Hartlleb, laat ook mU nu een woord in het midden brengen. Ik begrUp dat ik verkeerd heb gedaan zonder dat u het wist kennis met uw dochter aan te knoopen. maar ik was van plan u morgen een bezoek te brengen en u om de hand van Ilse te vragen.... Bespaar u die moeite. Graaf Kronstein. want ik zou ze u niet geven. Van een huwelijk tus schen u en myn dochter kan In geen geval sprake zyn, antwoordde Hartlleb koel. En.... waarom? Moet k u dat zeggen. Graaf Kronstein? Welke vader sou den moed heoben u zijn kind tot vrouw te geven zoolang het raadsel van Kronstein niet la opgelost? Mare Kronstein Is bleek sda een doods ge worden. Zwijgend staart hij den spreker aan. Ik was vyftlen Jaar oud toen ik haar ver loor. plotseling.ten gevolge van een hart verlamming.zonder dat ze ziek geweest was Sindsdien heb ik geen geluk meer gekend Van jaar tot jaar naar mate myn verstand rijpte, werd het erger. Niets verheugde my, niets boeide my, om my heen was de wereld jammer- hjk en leeg. Rykdom en weelde, betaalde dienst boden, maar nooit een straaltje van die koes terende liefde, waaraan ik zoo dringend behoefte had om gelukkig te kunnen zy nToen kwam die andere by ons In huls.... Onder de bylagen van het zeer gedocumen teerde jaarboek treffen wy o.a. nog een enthou siast geschreven artikel over het Tllburgsch studentencorps Sint Olaf aan, waarin vooral het succesvolle lustrum besproken wordt. Tenslotte zyn de redevoeringen die door den Rector Magnificus, Prof. Dr M. J. H. Cobben- hagen by de rectoraatsoverdracht en ter gele genheid van den tienden Dies der Hoogeschool gehouden werden, in extenso afgedrukt Het onverwacht verschijnen van den opper houtvester had een zeer natuuriyke verklaring, de auto waarmede h|j in het gezelschap van in specteur Holder, die eveneens In Bruck moest zyn, naar het station reed, kreeg een klein de fect aan den motor, de reparatie vorderde ruim een half uur, zoodat de heeren den trein misten. Zij hadden daarom de reis tot den volgenden dag uitgesteld en waren teruggekeerd naar Kran- nebltten, waar zy afscheid namen. Enkel aam zyn zaken denkende, schreed hU door het poortgewelf toen hy plotseling bleef staan en scherp luisterde; by den ingang van het gewelf hoorde hy stemmen en onmlddeliyk herkende hy die van zyn dochter. Verscheidene minuten beluisterde hy het ge sprek van het verliefde paar en zyn altyd streng gezicht nam een uitdrukking van toorn en ver ontwaardiging aan. Maar de houtvester, een braaf, rechtschapen. Verschenen is het elfde jaarboek der Katho lieke Economische Hoogeschool te Tilburg, waarin verslag wordt uitgebracht betreffende den toestand der Hoogeschool in het studiejaar 1937/1938. Nog steeds mag de Tilburgsche Alma Mater zich verheugen in een stygend aantal studen ten. In 1937 bedroeg het aantal volledig inge schrevenen 220 (vorig jaar 202). Byzonder vruchtbaar heeft het plaatslngs- bureau gewerkt, want zoo goed als alle doc torandi vonden in de meest ulteenloopende richting een werkkring. Ook oe werkzaamheden van het aan de Hoogeschool verbonden Econo misch Technologisch Instituut blyven zich flink ontwikkelen. Het docentencorps verloor een zeer gewaar- schled en ook de Litauache autoriteiten van bet Memelgebied konden niet anders dan toegevan. dat alles wetteiyk was toegegaan. Maar de „groote" politiek speelde, oraals al tijd. by het proces de grootste rot Het proces eindigde met de -terdoodveroordeellng vWn dr. Neumann en eenige zyner metgezellen. De ga- rabdeerende mogendheden grepen echter in en de doodstraf werd veranderd in tuchthuisstraf Dr. Neumann zou wanneer Kowno tijn wil had kunnen doorzetten, levenslang achter de tuchthuismuren moeten verbiyven. Het oordeel luidde In teder geval: levenslang. Dit was een zeer harde slag. Neumann ging niet e'leen ge bukt onder zyn eigen nood, maar ook onder dien van zyn jonge kameraden, die vol ver trouwen hem waren gevolgd. Maar het tucht huis kon hen, niet breken. Toen hem bij gele genheid zyner vry.atlng uit het tuchtnuis (Juli van dit jaar) gevraagd werd, of hU ',n de toe komst nog aan politiek zou doen, gat hy ten antwoord, dat hy direct weer deel zou nemen aan het politieke teven, zoodra de poorten van het tuchthuis zich achter hem zouden hebben gesloten. Hy heeft zyn woord gehouden. En met succes. Dit heeft de uitslag bewezen van de verkiezingen van 11 December IJ. Hy behield niet alleen de verpletterende, allee overheer- schende meerderheid in den landdag; hy ver grootte deze nog. Tijdens zyn jarenlang verbiyf In het tucht huis. zoo lazen wy in de Frankfurter Zeitung is dr. Neumann te werk gesteld geweest in de smedery. Dit voor hem zoo ongewone lichame- lyke werk, dat men hem natuurtyk opzetteiyk liet doen, is Neumann zegt het zelf hem in den beginne enorm zwaar gevallen. Het ver vult hem echter thans met groote voldoening, dat hy de achting zyner* tuchthuiskameraden heeft kunnen verwerven. Onder de dreunende slagen der hamers op het aambeeld heeft Neu mann zyn parool gesmeed, dat het motief en bet ideaal is zyner politieke handelingen: „On der de werklieden wil ik de eerste werkman zyn!" HU neemt die leuze zeer ernstig. Ook Plotseling trok hy.Ilse aan zUn borst en over dekte haar gelaat met hartstochteiyke kussen. Laat het my vergeten! smeekte hy, Ilse, mijn liefde, myn licht, myn leven, je reine blik zal die zware ellende wegvagen, <de folterende herinnering aan verschrlkkeiyke dingen doen verzwakken.... Ilse, heb deernis met my. Een kille huivering voer Use door de leden. 2<j kreeg een voorgevoel van naderend onheil, de sombere gewaarwording dat haar geluk in gevau verkeerde Toch stelde zy geen vragen meer, maar streel de met schuwe teederheid Marc's bleek gezicht. Kronstein antwoordde niet. Met gefronst voor hoofd staarde hU somber in de verte. Ook Je stiefmoeder stierf plotseling niet waar? vroeg Ilse. Ja.... zU overleed plotseling. Maar je vader. Mare? Hield hy dan niet van je? My dunkt, dat hy zich na die twee smarteiyke verliezen met verdubbelde liefde aan maanden zyn we om zoo te zeggen vreemden voor elkaar, wy wisselen nauweiyks een woord meer.... En waarom? Dat is verschrikkeiyk. Mare! Waarom heb je het zoover laten komen? Vader en zoononder één dak en zelfs niet spre ken met elkaar? Hoe onnatuuriyk!.... Mare, dat moet een oorzaak hebben. Zeg ze my, ont last Je gemoed, nu begryp ik wat my reeds dlk- wyis is opgevallen, dat je gekweld schynt te worden door geheim verdriet. HU knikte zwU- gend en staarde weer een oogenbllk voor zich uit. Toen zei hU met doffe stem: Ja, het is zoo, Ilse. Maar stel geen vragen, ik mag je er toch niet over spreken. Myn leven op Kronstein met myn vader is niets dan el lende.... minder fortulniyk. Van Belas Henlein hoort men niet veel meer. ZU zUn op het bruine tooneel figuren van het tweede plan geworden, al ontbreekt het hun niet aan representatieve digniteit. Nu het Memelgebied allengs rUp wordt voor inlUving (overigens volkomen met recht, want Memel is oud-Dultsch gebied en is dit geble ven), is ook daar de voorbereidende Führer' sterk op den voorgrond getreden. Het is dr Ernst Neumann. Al is men het geenszins eens met 's mans ideeën en wereldbeschouwing, ara kan men toch groote bewondering hebben voo: zyn moed en tot alle offers, tot tuchthuis, tot de doodstraf toe bereide mentaliteit. HU is thans 45 jaar en behoort dus tot de oorlogsgeneratie Tot het jaar 1933 bleef zyn naam in het poli tieke leven van het Memel-gebied onbekend Toch hestt hU voortdurend den kamp der Me- mel-Duitschers tegen de vreemde overheer- sching mee gestreden. HU was veearts en dit beroep bracht hem in contact met alle lagen en standen der bevolking. In stad en tand. Dit beroep verschafte hem diep inzicht in alle nooden. geestelyke en stoffelyke. Tien talles laren bleef hU vanwege zUn bescheidenheid vrywel in het openbaar onbekend. Hem dreef geen eerzucht op een vooraanstaande plaats te schitteren. Toen echter ook voor Memel het uur van hoogsten nood sloeg en allen, die hem kenden, vol verwachting een beroep op hem deden, zUn sterke persoonlUkheid als .FUhrer” beschikbaar te stellen, heeft Neumann geen oogenbllk geaarzeld zich geheel aan zyn land te wUden. zonder zich te storen aan h«t gevaar, dat onder den staat van beleg, dien Woldema- ras had afgekondlgd en Smentooa verlengde, voortvloeien moest uit zyn opkomen voor de autonomie van het Memel-gebied. BU zUn poli tieke handelingen werd hy geleid door de ge dachte, dat de strUd niet gevoerd kon worden met ideeën uit den ouden tyd. HU stichtte daar om in 1933 de „Socialistische Volksgemelnschaft des Memelgebfetes”. De nieuwe party wilde een volksgemeenschap stichten, die bewust was van haar volksche en cultureele taak, op AOcialls- tischen" grondslag. ZU moest het uitgangspunt worden voor de eenheidsbeweging van heel het Memelsche volk. Thans, na vUf jaren, is het doel bereikt. Maar in die vUf Jaren liggen de tyden van nood en ellende, van maanden en maanden achter tuchthuismuren. In het jaar 1934 stond dr. Neumann met een reeks Jeugdige aanhan gers voor het gerecht te Kowno, beschuldigd van revolutionnaire daden en propaganda. Het was een proces zonder elgeniyken rechtsbodem In de omlUsting van het door Engeland. Frank- ryk, Italië en Japan gewaarborgde Memel-sta- tuut. dat autonomie behelsde, had Neumann niets gedaan, wat niet mocht. De stichting van zyn party en de proclamatie van haar program waren in het volle licht der openbaarheid ge- Het behoort tot de natlonaal-aociallstlsche revolutie, dat «U in baar verschillende phasen en verschillende regionen steeds een exponent naar voren brengt, die als voorbereidend „Führer" den overgang leidt naar den abso- luten ,Führer"-stand. Dese op den vuorgrond tredende persooniykheoen hebben meestal een zworen staat van dienst, vol gevaren, achter den rug. ZU deden pionierswerk. Is hun taaz volbracht, is hun gebied <X gouw ingeiyfd by het Derde Ryk, dan verhulaen ze meestal spoe dig naar een tweede plan, naar den achter grond en worden beloond met een representa tief eere-ambt: stadhouder byvoorbeeid. Zoo is het gebeurd met zeer vele leiders in de vroe gere vrUe landen van Duitachland. Sommigen hebben tij gesponnen bU hun vroeger leider schap. Klassiek is geworden onder dit opelcht Excellentie dr. Joseph Goebbels. Ben ander voorbeeld is Büjckel, die van het Saargebied. dat hy leidde, kwam en tot schier absoluut monarch van OoetenrUk werd. Anderen waren Inquart, van maar nog al despotisch aangelegd man, liet zich niet zoo gemakkeiyk van streek brengen. Voor hem had er altyd maar één weg bestaan, de weg van zyn wil; had hy de overtuiging dat iets goed en biliyk was dan baatte geen tegen stand, buigen of breken. De ontdekking dat Ilse achter zün rug liefdes betrekkingen met den jongen graaf Kronstein had aangeknoopt was voor hem een groote en pymuke rerrasslng. Maar het kwam niet tot een ruwen, driftigen uitval, en feiteiyk nam hy de zaak niet ernstig op. Nog altyd zonder op Kronstein te letten, wendde hy zich tot Use en zei hard en streng: Je voelt dus geen schaamte, meisje? Je bluft daar staan als aan den grond genageld, Inplaats van je thans te verontschuldigen en je dan uit de voeten te maken. Ik had een hooger denkbeeld van je eergevoel. Nauweiyks heb ik je terug laten komen van het pensionaat, of je begint een amourtje met den eersten den bes ten en nog wel met deaen heer, die zelfs geen toegang tot het huls van je vader heeft! Wees niet boos, vader.... Mare en ik..., beminnen elkaar en wel tienmaal hebben wy op het punt gestaan het u te zeggen. Zeer vriendeiyk. maar ik neem liever geen notitie van zulke kinderachtigheden en wensch er dus niets van te hooren. Het is al erg genoeg dat je achter myn rug zulke dwaasheden hebt kunnen begaan. Je valt.ms leeiyk tegen, meisje, 't Spreekt van zelf dat die gekheid nu een eind moet nemen, begrepen? fc nu - marschl Je gaat met mU naar huis. Geen woord meer over die mak. Maar je autt me eerst plechtig belooen, PER DOOS y deerde kracht in den persoon van Prof. Mr. C. F. M. Rornme, in verband met diens benoe ming tot minister van Sociale Zaken. Het curatorium besloot ten aanzien van deze vacature de leeropdracht van Prof. Romme te splitsen in een buitengewoon hoogleeraarschap voor Staats- en Adminlstratlefrecht, waarvoor Mr. A. L. de Block benoemd werd en een lec toraat voor de Sociale Wetgeving, waarin werd voorzien door de benoeming van Dr. F. van de Ven. Van de 220 studenten behoorden er 313 tot het manneiyke en 7 tot het vrouweiyke ge slacht. In het elfde studiejaar slaagden 33 studen ten- voor het doctoraal examen, 35 voor het candidaats- en 43 voor bet propaedeutisch examen. De bibliotheek kon zich gestadig uitbeelden. Er werd een aanwinst geboekt van 1767 wer ken. zoodat het gecatalogiseerde boekenbezit thans 38.536 deelen beloopt. nder de vele lasten die op,auto’s drukken neemt het bijzonder invoer recht op benzine een voorname plaats Om te bevestigen, wat Onze Voor ganger Leo XIII zoo gelukkig begon nen is. om aan te vullen hetgeen nog te doen overbluft en opdat nog ri/bere en verbUfdender resultaten daaruit voor het menscheUfk geslacht mogen voortvloeien, ziin vooral twee dtnoen noodzakelifk hervorming van be staande inrichtingen en verbetering] der zeden. tn wanneer Wti spreken over her vorming van bestaande inrichtingen, dan denken Wij op de eerste plaats aan den Staat, niet alsof van zijn be moeiingen alle heil te verwachten zou ziin! Maar door de kwaal, die WU ..in- dividualisme” noemden, is het zóóver gekomen, dat het eens zoo rijke en door de verschillende groepeertngen harmonisch ontwikkelde sociale leven totaal is ontwricht. Ja zoo goed als uitgegroeid en er bijna alleen nog maar losstaande individuen zffn over gebleven. Xn het verloren gaan van dezen vorm van sociaal regiem is een niet gering nadeel voor den Staat, die nu met een bijna oneindig aantal plichten en zorgen overstelpt en over laden is, daar hij alle lasten op zich heeft genomen, welke die opgeheven organisaties eertijds droegen. Dat wij hier het kerngedeelte van de geheele encycliek voor ons hebben, aldus v. Nell Breuning in zijn com mentaar: „Die soziale Encyklika”. be wijst alleen al de omstandigheid, dat de hier beginnende paragraaf het ge- lUke opschrift draagt, als de geheele encycliek, n.l. „Herstel der Sociale Orde” BUzondere aandacht verdient het kleine woordje „en” tusschen hervor ming van bestaande Inrichtingen en verbetering der zeden. Tegen de redeneerlngen van hen, die ofwel alleen het eerste, ofwel al leen het tweede noodzakelijk achten, geeft de Paus hier dus met nadruk aan, dat beide noodlg zijn. Hi toe geen tier geholpen, of ja, eigenlijk hielp het wel, maar voor niet langer dan hoogstens een paar weken. Eens. nu aoowat twee jaar geleden, had ruige Dorus een bekeuring opgeloopen maar dat bad hy voor z'n vrouw weten te verbergen. Alleen de Pastoor wist er van en die had ook al meerdere malen er ernstig met Dorus over gesproken. Dorus had den Pastoor beterschap beloofd en zich ruim een daar aan z'n belofte gehouden. Toen, zoo maar op een keer, vond Dorus voor s*n eigen een nieuwe redeneering uit: „Alle ha zen zyn van Onzen Lieven Heer, en Die heeft ze gemaakt voor de menschen: en basen vang je nu eenmaal niet met een handje zout. Zooi had Dorus geredeneerd. Toen pekte hy zyn geweer van den muur, bekeek bet, Stopte het onder zyn jas en ging weer stroopen. Dit keer scheelde het een sprietje, zooals Do rus voor zichzelf zei. of ze hadden hem op heeterdaad betrapt. Juist had hy voor den tweeden keer een on voorzichtig beestje necrgeschocen en opgepakt, toen zyn scherp oor oi*raad meenoe te bespeu ren. en ruige Dorus moest haastig z'n oiezen pakken wilde hU zelf niet worden opgepakt. Er volgde een angstige vlucht door het land, over greppels en slooten en hekken, dat zyn hart ervan omhoog bonsde; hU liep zoo lang tot hy niet mer kon. en toen plat op z'n buik aan den kant van een sloot neerviel, snakkend naar adem. Daar lag hy nu, te hijgen en te ademen op s*n bevroren vingers, met z'n voeten in de sneeuw te duwen, lang te luisteren, lang to wachten en te turen door de warrelende duisternis. En Ruige Dorus ging denken aan zUn vrouw, die thuis zat met de kinderen, en aan meneer Pastoor, wat die wel zeggen zou, als ny weer betrapt was. En intusacben dansten de sneeuwvlokken maar over zyn hoofd heen, zochten een plekje uit op z'n broek, op z’n jas. op z’n pet met de groote klep en dwarrel den als elfjes voor zyn oogen Ruige Dorus vond dat alles goed. HU lag stU. Hoe lang hU zoo al lag te wachten en te pie keren. over z'n vrouw en over meneer Pastoor, dat wist hU niet, maar hU voelde dat het tijd werd om op te staan, wilde hU niet verkleumen. Ruige Dorus krabbelt omhoog en prevelt in- tusschen een klein gebedje voor den goeden af loop, met de heilige belofte dat dit de laatste keer Is geweest.... t Is zoowat half tien als Dorus, met z'n arm op de kling en z'n been tegen de deur, het ach terpoortje van z'n huis openstcmmelt. Marie tit te wachten. De kinderen liggen al lang In bed; ze hadden extra voor Vader gebe den en Moeder had er bU gehuild, van kwaad heid omdat Dorus weer weggegaan was, en van angst omdat hU nog niet terug was. Nu is hU er. Dorus kykt zUn vrouw eens aan. maar vraagt niets over dat hullen van haar, dat hU nog kan zien. Marie helpt hem uit sTa latte, koude plunje, maar over zUn tocht vraagt of zegt ze niets; dat deed ze al een paar maan den niet meer. Den gaat Dorus zich hrann eten, en hU voelt de behaaglUkheid van deze warmte weer komen. In z'n Ujf. in z'n armen en beenen. Maar dan., snel aan het werk, in de keuken het geweer schoonmaken en de hazen op een veilige plaats verbergen., ze kunnen hem achterna zUn ge gaan Nauwelüks tit Dorus in a*n leunstoel bU da kachel met z’n krant en z'n pUp of.,., daar gaat de bel. waarvoor X" Een lange haal aan zUn Bij opotheker eeds herhaaldelijk zijn wij te velde M getrokken tegen het economische A anachronisme dat gelegen is in het gwaar belasten van automobielen. In den tyd dat een auto als luxe was te beschou wen ging dat nog, maar die tyd is lang voorbij. De auto is een normaal gebruiks voorwerp wij zouden haast zeggen een levensbehoefte geworden. Sommigen hebben er een voor hun gemak voor velen Is hij onmisbaar in het moderne leven, dat nu eenmaal is ingesteld op een snelle verplaatsing langs de wegen. De ver schillende polen, waartusschen zich het alledagsleven van den doorsnee-burger in de middenklasse beweegt: woning, kantoor of werkplaats, Klanten, leveranciers, ken nissen en verpoozing, liggen niet meer op •en oppervlak van enkele vierkante kilo meters bijeen in een stad of stadswijk: zij liggen verspreid over meer plaatsen, vaak ten deele ook op het platteland, en een kleine automobiel is voor velen een nood zakelijk middel om met hun tijd uit te komen en die activiteit te ontplooien, die noodig is om bij de moderne „struggle for life” aan den kost te komen. Wie dit begrepen mocht hebben: de mi nisters van financiën die wij in de laatste decennia hebben zien komen en gaan zeker niet, en zoo geschiedt het dat zelfs de Jtieinste auto wordt belast alsof het gebruik ervan schadelijke en schandelijke verkwis ting ware. t De K.NAC. heeft dezer dagen een ex- ploitatie-rekening voor particuliere auto's in verschillende prijsklassen gemaakt, en daarbij alle posten, die aan belasting heen- tot schade van de gemeenschap en tot schade van den fiscus zelf. Het verkeersagentje en het matroosje vonden een eilandje in de rivier en daar brachten zy den sultan, die, het R>reckt vanzelf, tich niets op tiin gemak voelde. Toen hy over de rivier werd gedragen, was hy bang, dat tij hem taa zouden laten, maar aoo wreed waren ze niet. De grootvizier, die den sultan naar de torenkamer was ge volgd, maar wel de prinses en niet den sultan zag. keek vol verbazing het -venster uit en zag tot tijn grooten schrik, den sultan in de lucht zweven. Ook de prinses keek en zag haar kwelgeest weggevoerd door twee Heden, onder wie da kok. Wat had zU een pret

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1938 | | pagina 9