Wijziging Dienstplichtwet
DE
O ai is ty/xettia,
DOUWE EGBERTS
Eén vluchtelingenkamp?
Simplex rijwielen, lichter trappen, 4650
CARROS
1
Inquisitie
naar Brussel
Lustrumviering te
Nijmegen
H.M. de Koningin
MEENINGEN UIT DE
TWEEDE KAMER
OF DE JODEN VRIJ?
Het gevolg van H. M. ia vaatgeateld
k
Het vertrek vaatgeateld
De O. 13
OVERZICHT TWEEDE KAMER
Waar komt die critiek
H er haling aoefeningen
vandaan?
Het luchtgevaar
CHOCOLAAD
Stemmen bij volmacht
door militairen
"Kerkmuziek in groot en
stijl
De Tweede Kamer heeft het
wetaontwerp aangenomen
Belemmeringenwet
privaatrecht
De Eerate Kamer heeft het
wyzigingaontwerp verworpen
Hoe denkt de regeering
zich de financiering?
en O. 14 te Curasao
t,
ia
Vele leden zagen liever vergrooting
van het contingent dan ver
lenging der eerate oefening
Pontificaal lof in de Caniaiuakerk
gecelebreerd door Mgr.
Diepen
Verlenging eerate oefening
FRIESCHE HEER EN-B AAI en BAAI-TABAK
Tijdelyk karakter
ZATERDAG 13 MEI 1939
VAH WEEK TOT WEEK
RE El
L.
M.
C.
de
in Alke-
katholiek
..Dit
O
strikt
n
<Van onzen parlementairen redacteur)
DEN HAAG. 12 Mei 1939
werd allereerst aan de orde gesteld
De
Dit
M.
n
r
a
s
o
t
r
t
voor ons, gelukkig, niet welriekend, en rad en
Pijnbank vinden wy gruwelijk.”
Waar dit alles duidelijk voorop wordt geset.
daar is het debat niet meer geladen met de
herinnering aan oude veeten, doch het wordt
rustig gevoerd in de sfeer van een historische
tyschouwing, waarbij de verhouding van Kerk
efr Staat, zooals die toentertijd was, vooral de
aandacht vraagt.
Want, dit staat voorop: de Kerk had nooit,
ook in de Middeleeuwen niet, het recht om
ketters te dooden of te pijnigen. De lichame
lijke straffen werden toegepast door de wereld
lijke overheid.
Dit geschiedde echter in nauwe samenwer
king met de Kelk en hier rijst vanzelf de vraag,
of de kerkelijke overheid dier dagen niet al te
kortzichtig is geweest en of ze niet meer had
moeten doen om da wreedaardige lijfstraffen,
die in haar naam werden toegepast, te bestrij
den en uit te roeien.
Eeuwen heeft het geduurd, voordat de sla
vernij als menschonwaardlg werd veroordeeld.
Zoo was het ook met de lijfstraffen. Men zag
De groep onderzeebooten 0.13 en 0.14, onder
bevel van luitenant ter zee 1ste klasse H. Ti
chelman. is Donderdag 11 Met te Curacao aan
gekomen.
óf een centraal vluchtelingenkamp wel
noodzakelijk nfoet worden geacht.
De heeren «Donker (SDAP), van
(8DAP) en Joekes (VD) hadden
dat
zij i
mat
tJh
xrdar
land’,
p hat
schip
poiïng
:er
>o-
De
o-
oe
oe
ir-
gs
op
et
n
T
ird
ide
Uk
val
'O-
OU
sr-
UJ
na
Vele leden merkten op. dat de verlenging
van den duur der eerste oefening en der her
halingsoefeningen het nog meer dan tot dus
verre noodzakelijk maakt, dat maatregelen
worden getroffen om te verzekeren,"dat de
dienstplichtigen na afloop van hun dienst-
«Ud de door hen verlaten plaats in de maat-
chappij weer kunnen innemen.
Het scheen deze leden in het algemeen
wel mogeluk de werkgevers van hen. die
voor herhalingsoefeningen onder de wape-
i
Voor verscheidene leden was het een ernstig
bezwaar, dat de regeering volgens de voorge
stelde regeling de bevoegdheid zal verkrijgen
om naar gelang van de omstandigheden, zonder
nadere goedkeuring van de Staten-Oeneraal.
te beslissen over een verlenging van den eersten
oefeningstijd, die voor het overgroote deel der
dienstplichtigen een verdubbeling of zelfs meer
dan een verdubbeling van hun diensttijd kan
beteekenen.
Deze ongelijkmatige verdeellng van lasten
werd door vele leden een overwegend be-
geacht tegen de voorgestelde oplos-
Aan hun beschouwingen over het voorstel der
regeering om de Kroon te machtigen, den eer
sten oefentijd tot twee jaren te verlengen, wil
den vele leden doen voorafgaan de vraag, in
hoever van deze machtiging onder de huidige
buitengewone omstandigheden voor de verschil
lende wapens en dienstvakken gebruik zal wor
den gemaakt.
Na talwl de courant en een pijp Vooral 'n pijp maakt
het gezellig. Als U nog nooit een pijp gerookt hebt, dan
moet U het toch eens probeeren. Maar stóp er dan
vooral die echte D.E.-tabak in.
van een
drijven,
andere leden
Mén had in de memorie van toelichting noode
gemist mededeelingen omtrent de vraag, hoe de
regeering zich voorstelt te voorzien in het nij
pende gebrek aan kader, dat zich aanstonds na
de inwerkingtreding van de voorgestelde maat
regelen zal doen gevoelen In dit opzicht heerscht
thans reeds een groot tekort: hoe zal dat in de
naaste toekomst moeten worden aangevuld?
De Eerste Kamer heeft Vrijdag het wetaont
werp tot wijziging en aanvulling van de belem-
meringswet privaatrecht (hetwelk beoogde op
heffing mogelijk te maken van die overeen
komsten. welke de publiekrechteljjke lichamen
belemmeren hup onroerende goederen te ge
bruiken op de wijze, die door het openbaar
belang wordt gevorderd met 19 tegen 14
stemmen verworpen.
Voorts vernemen wij, dat het vertrek van
H. M. de Koningin uit Den Haag op 23 Mei Is
bepaald op 14.25 station Hollandsche Spoor.
De aankomst te Brussel zal geschieden te 1430
(Belgische tijd. dl. 1650 Amsterdamseheh tijd).
nen zijn geweest, te verplichten hun arbei
ders weer in dienst te nemen.
Ruim tweeduizend van de zeven- k acht
duizend sedert November van verleden jaar in
ons land binnengekomen Joodsche vluchtelin
gen uit Dultschland zijn ófwel heelemaal illegaal
over onze grens geglipt ófwel toegelaten onder
voorwaarde, dat zij In een kamp zouden worden
ondergebracht. Voor het onderhoud der daarin
ondergebrachte vluchtelingen zullen de comité's,
die ter behartiging van de Joodsche belangen in
het leven werden geroepen, opkomen, de Staat
zal voorlooplg de kosten voor de inrichting van
zulk een kamp dragen, welke kosten op ongeveer
een mlllioen worden becijferd. En het daartoe
benoodigde credlet aanvragend, koestert de Re
geering de hoop, dat de comité s rente en aflos
sing van een en ander zullen opbrengen Geld
Immers hebben deze comité's genoeg. Het zuiver
Joodsche tenminste. Toen de minister met maat
regelen voor de vluchtelingen begon, heeft hij
zich eerst een bankgarantie van een mlllioen
laten verstrekken en daarbij werd hem verze
kerd. dat hjj ook vijf of zes mlllioen zou kunnen
krijger^ Indien hij dat verlangde. Minister van
Boejjen Is dus zeer optimistisch gestemd ten
aanzien van de flnancleele gevolgen der vluch-
tellngen-lnvasie voor den Nederlandschen Staat
Nochtans heeft hjj het wetsontwerp tot aan
vraag van één mlllioen credlet niet cadeau ge
kregen. De linkerzijde heeft het plan tot stich
ting van een centraal vluchtelingenkamp duch-
De/Nijmeegsche studenten hebber getoond,
JPJ de teekenen des tyds goed verstaan, toen
fesloten van deze lustrumviering gebruik te
:en om een stlmuleerend voorbeeld te geven
de kerkmuziekbeoefenlng. Nu dank zij de
jfplevende activiteit tan de zich verjongende St
JGregoriusvereeniglng' de belangstelling voor de
kerkmuziek in ons land allerwege toeneemt, heb
ben de Nijmeegsche studenten een loffelijk ini
tiatief genomen door de kerkelijke plechtig
heden, wellle bjj de lustrumviering behooren, op
bizondere wijze te verzorgen.
Het hoogtepunt van deze kerkelijke viering
zal uiteraard de pontificale Hoogmis zijn, welke
Mgr. Diepen hedenochtend zal opdragen en
waarbij voor het eerst in ons land Bruckner's
e-moll Mis met koperblazers, een der meester
werken van kerkmuzikale compositiekunst, in
liturgisch verband zal uitgevoerd worden. Vrij
dagavond kon men reeds de volle wijding en
schoonheid ervaren van een pontificaal lof, ge
celebreerd door 's Hertogenbosch' grijzen bisschop
en opgeluisterd door een reeks gezangen van de
grootmeesters der kerkmuziek. Men hoorde hier
bij drie Christus-Iofzangen. een vierstemmig
..Laudes Christo Redemptori” van Obrecht. een
vierstemmig „Tu solus, Qul facis mirabllia" van'
Josquin Des Prez en een vijfstemmig „vFnlte
ad Me ornnes” van Lassus, drie koorwerken dus
uit den bloeitijd der Nederlandsche scholerl Uit
een jongeren tijd zong het koor een Regina Sqeli
van den vroegeren Domkapelmeester te Aken>
Franz Nekes, alsmede vóór den zegen met het
Allerheiligste een Tantum Ergo van Bruckner.
De orgeldocent van het Gregoriushaus te
Aken. Heinrich Weber, luidde het lof In me'.
Joh. Seb. Bach's koraalvoorspel „Gelobt seist
Du, Herr Jesus Christ" en speelde tijdens het
lof een aria van Loeillet en nadat de zegen met
het Allerheiligste gegeven was, de Echo-fantasie
van Sweelinck.
De luister van den altaardienst, gevoegd bij
de schoonheid, die de muziek van het voortref
felijke Aachener Domchor daaraan toevoegde,
maakte dit lof tot een gebeurtenis, die bij de
talrijke aanwezigen, waaronder zich uiteraard
professoren en studenten en bestuurderen van
de St. Radboudstichtlrig bevonden, maar waar
voor ook veler! van bulten Nijmegen gekomen
waren, een diepen indruk naliet.
Na afloop van het lof. toen de bisschop in
plechtigen stoet de kerk weer verlaten had. gaf
het Domchor nog een kort concert, waarbij drie
gezangen van 16e eeuwsche Zuid-Nederlanders,
p.L Willaert, Jacob van Berchem en Clemens
von Papa, ten gehoore werden gebracht, alsmede
een aantal Marialiederen van Max Reger, den
Limburgenaar Pierre Zeyen en den Vlaming
Lode de Vocht.
De organist speelde ter afwisseling een Sonata
da chlesa van Hendrik Anririessen en een Toc
cata van Marius Monnikendam.
Het concert werd besloten met drie motetten
van Nederlanders: „Celestls Urbs Jerusalem"
van Diepenbrock, .Alleluia, laudate pueri" van
Jan Mul en ..Decora Lux” van Joh. Winnubet.
Vele leden achtten het een ernstige leemte
in de memorie van toelichting, dat daarin
gezwegen wordt van de kosten, welke met
de voorgestelde maatregelen gemoeid kunnen
zijn. Men zou het op prijs stellen. Indien
de regeering. uitgaande van zekere ver
onderstellingen ten aanzien van den duur
der eerste oefening bij de verschillende
wapens en dienstvakken, alsmede van den
duur der herhalingsoefeningen, een aantal
kostenberekeningen aan de Kamer zou
willen overleggen.
Van verschillende zijden vestigde nien er de
aandacht op. dat het onderhavige ontwerp een
vrucht is van de huidige buitengewone omstan
digheden en daarom een buitengewoon, dus tij
delijk karakter behoort te dragen, zeker voor
wat de machtiging tot verlenging van den duur
der eerste oefening betreft.
Men zou de machtiging willen beperken tot 2,
3 of 4 jaren. of deze willen binden aan de lich
ting 1943. Nadien kunnen regeering en Staten-
Generaal deze aangelegenheid wederom onder
het oog zien.
zwaar
sing.
Aan de hier aan bet woord zijnde leden
stond een contingent van 50.000 man voor
oogen.
Men bepleitte de wenscheljjkheid. dat de
regeering de premies voor de sociale ver
zekering der dienstplichtigen voor haar
rekening zal nemen.
Aangedrongen werd op een betere rege
ling van de kostwinnersvergoeding.
Daarnaast zou men gaarne vernemen, hoe
de regeering zich de financiering van de voor
gestelde maatregelen denkt. Verschillende denk
beelden werden ter sprake gebracht: heffing
van een oorlogswinstbelasting, heffing van een
extra belasting van de belastlngfilichtlgen. dit
voor de defensie geen persoonlijke offers bren
gen of gebracht hebben, een bijzondere heffing
van de grootere vermogens, een bijzondere hef
fing van Inkomens, grooter dan bijvoorbeeld
5000. financiering uit leeningsgelden.
Dit laatste denkbeeld werd verdedigd door
leden, die aan de voorgestelde wéte wijziging een
tydelyk karakter wilden geven.
Sommige leden verklaarden ernstig bezwaar
te hebben tegen het voorstel, den duur der
herhalingsoefeningen van ten hoogste 40 op
ten hoogste 85 dagen te brengen. Voor de jon
gere lichtingen der landmacht, welke 11. 12
of 15 maanden gediend hebben, alsmede voor
de lichtingen, welke in de toekomst wellicht
aanzienlijk langer onder de wapenen zullen zijn
geweest, achtten deze leden een zoodanige ver
lenging van de herhalingsoefeningen niet noodig.
Voor de oudere lichtingen meenden zjj. dat
deze maatregel te ver gaat.
Vele andere leden juichten hét voorstel tot
verlenging van den duur der herhalingsoefenin
gen toe
De Tweede Kamer heeft gistermiddag het
wetsontwerp voorschriften betreffende het stem
men by volmacht door militairen bij de in 1939
te houden gémeehteraadsverkiezlngen, zonder
debat en zonder hoofdelijke stemming aangeno
men.
Verscheidene leden achtten bovenbedoeld
stelsel in strijd met de artikelen 188 en 194 der
Thans stelt de regeering de versterking
van de luchtverdediging voor een groot deel
afhankelijk van bijdragen, zoowel van
lagere overheidsorganen als van Instellin
gen en particulieren. Dit is een bescher
ming van den meestbiedende Objecten van
vitaal belang electrische centrales, haven
werken, sommige fabrieken moeten door
het Rijk worden beschermd, onafhankelijk
van het initlatiif en de vrijwillige bijdragen
van anderen.
Blijkens het voorloopig verslag van
de Tweede Kamer op het wetsontwerp
tot wijziging van de dienstplichtwet
zagen enkele leden dit ontwerp als
een toegeven aan en. een versterking
vdn militaristische strevingen, die aan
een krachtige bestrijding van de werk
loosheid in den weg staan.
Dat hier sprake zou zijn
toegeven aan militaristisch
werd door zeer vele
weersproken. Met de regeering waren
zij van oordeel, dat voor de grens- en
kunstbeveiliging een grootere vredes-
sterkte noodzakelijk is. Ons volk zal
zich daarvoor zware persoonlijke en
financieele offers moeten getroosten.
Geld eren
een heele
serie bezwaren. In zulk een kamp heerscht een
misère-sfeer; kinderen hoeren er niet In thuis;
ouden van dagen óók niet; menschen die wer
ken kunnen eigenlijk óók niet. Laat ze toch
vrij! Wat kan dat maken In onze maatschappij
t Zijn toch bekwame menschen. zy hebben toch
hun handelsrelaties. Hoevelen hebben bovendien
niet hun eigen middelen. Zij kunnen toch geen
vijftien jaar tegen elkaar aan zitten kijken.
Zjj kunnen toch ten deele als dienstbode werk
zaam zjjn! En dat alles, terwijl in ons land
warempel werklooeen genoeg rondloopen en
uitgerekend de sociaal-democraten de Regeering
ieder oogenblik verwijten, dat zij dezen men
schen geen arbeid verschaft!
Geen sprake van. zei de minister: zjj komen
in één kamp.
Dat heeft de volgende bedoelingen:
1. In een kamp kunnen de gezinnen worden
samengebracht. Thans zjjn vaak echtgenooten
bjj verschillende particulieren ondergebracht
en huizen soms de kinderen ergens anders dan
de ouders. In een kamp, dat bovenal woon
ruimte voor gezinnen biedt, kan het aldus uit
eengerukte gezinsleven worden gerestaureerd
2. Indien de beoefenaars van de onderschei
dene beroepen in één kamp worden samenge
bracht. kunnen zjj, allen tezamen, in een groot
deel der behoeften van het kamp zelf voorzien
en dat sal aanzienlijk schelen op de kosten,
die op een en een kwart mlllioen per jaar wor.
den geschat.
Dus wél een centraal kamp.
Nadat de Kamer nog van ^en minister de
toezegging had gekregen, dat de kinderen, die
hier zonder ouders zitten niet in het kamp
zullen worden gebracht, en dat ook ouden van
dagen niet daarheen sullen worden genonden
nam de Kamer het voorstel aan.
Terwijl in de Eerste Kamer aan de overzyd-
1 ontwerp, waarbij de Regeering de bevoegdhe
kreeg in het algemeen belang contracten t<
verbreken, die de vrije beschikking over de
Staatseigendommen in den weg staan, werd
verworpen. Door vrijwel de seheele rechterzijde.
Sommige leden merkten op, dat de meest af
doende maatregel voor een permanente grena-
en kustbevelllging is het vormen van grens- en
kustdetachementen. bestaande uit geoefende
dienstplichtigen, die zich daartoe vrijwillig
aanmelden.
Sommige leden meenden, dat het vrywilligers-
stelsel in het bijzonder voor de kustwacht aan
beveling zou verdienen.
Langen tijd is er gedacht, dat de katholieke
geloofsverdediglng alles moest goedpraten, wat
In het verleden gebeurd is. Men twistte toen
met andersdenkenden minder over de leer der
katholieke Kerk dan over de geschiedenis van
het katholieke volk, of hetgeen men voor des-
zelfs geschiedenis hield. De protestant werd
opgevoed in allerhande vooroordeelen. Hjj werd
t, overtuigd, dat alle Jesuïeten groote bedrie
gers zjjn, dat het coellbaat van de katholieke
priesters een onnatuurlijke toestand is, die tot
zedelUke verwildering leidt, dat de zoo genaam
de oorbiecht de schande!Ijkste misbruiken ver
oorzaakt en voor al deze opvattingen had hjj
zoogenaamde voorbeelden uit de historie bjj de
hand, die dan door de katholieken weersproken
werden. Het katholieke standpunt was dan,
dat een bedrieglijke Jesulet nooit bestaan had
of nooit sou kunnen bestaan, dat het coelibaai
iets heel natuurlijks is en altijd heiligen kweekt,
dat de biecht nog nooit geleid heeft tot eenlg
misbruik. De „fabeltjes" van de tegenstanders
waren boosaardige verzinsels.
De twee groote paradepaarden, die toenter
tijd in het krjjt kwamen, waren paüsin Johanna
en de Inquisitie. Wat is er over die twee on
derwerpen al een inkt vermorst!
De pausin Johanna verbleekte eenter tot een
bloedlooze schim, toen van onzen kant rustig
werd toegegeven, dat de geschiedenis van de
Roomsche Curie zeker haar vervaltijd heeft ge
kend. waarin groote misbruiken aanleiding bo
den tot diepe ergernis, terwijl aan de andere
zjjde eindelijk werd beseft, dat een pausin nooit
bestaan heeft. Men nam wederzijds genoegen
met de waarneming, dat in de galerij der
Roomsche Pausen een indrukwekkende eerbied
waardigheid zeker de meest kenmerkende trek
is. maar dat deze trek niet standvastig door
alle eeuwen heen gehandhaafd bleef.
Moeiljjker bleef het vraagstuk van de Inqui
sitie. Ontkennen, dat zjj bestaan heeft, was
onzerzijds niet mogelijk. Wy moesten dus den
afschuw, dien andersdenkenden hebben van
het verschrikkelijke woord „Inquisitie” op een
of andere wijze overwinnen, hetzij door de In
quisitie te verontschuldigen als een historisch
verschijnsel uit een ruwer tijdperk van de
Europeesche geschiedenis, hetzij door de ge
dachte aan de Inquisitie los te maken van de
geschiedenis der katholieke Kerk. Beide me
thoden hebben echter een nadeel. Want er zjjn
groote wreedheden gebeurd, die zich moeilijk
laten goedpraten, en deze wreedheden zijn ge
schied namens de zuiverheid van de katho
lieke geloofsleer.
Het beste wat wjj dan ook zeggen kunnen, is,
dat wjj ons hartelijk verheugen, omdat de In
quisitie tegenwoordig niet meer bestaat.
Daarna kunnen wjj over het verschijnsel be
ginnen te praten en het terugbrengen tot zjjn
wsarachtlge verhoudingen.
Dit nu is de houding van den kerkhistoricus
W. Nolet. oud-professor in de kerkgeschiede
nis, thans pastoor te Amsterdam, in ee»j
boekje, getiteld „Inquisitie in de Nederlanden"','
dat als brochure van het Geert Groote Ge
nootschap verscheen. Hier is iemand aan het
woord, die met een rustig oordeel de overtal-
rijke strljd-lltteratuur over het befaamde on
derwerp in studie genomen heeft, en die niet
geneigd is, gerechtvaardigde bezwaren uit den
weg te gaan. Het eerst zinnetje van zjjn betoog
zegt dadelijk, dat hjj niet juicht over de Inqui
sitie als historisch verschijnsel. Integendeel:
..Welk rechtgeaard Nederlander" zoo vraagt
hjj .jou niet een rilling krijgen by het hoo-
ren van het woord Inquisitie".
Hy heeft hier dus ook wel degelyk den recht-
geaarden katholieken Nederlander op 't oog, die
meer dan een ander in aanmerking komt om
zich tegen de gedachte aan b.v. een nieuwe in
voering van de Inquisitie te verzetten, en die
zich ook in het verleden tegen de handelwijze
van verschillende inquisiteurs hééft verzet
Want het is niet de waarheid, dat de katho
lieken de Inquisitie zouden bewonderd hebben,
terwyi de Protestanten haar afschaften Het
verzet in de zestiende eeuw ging juist uit "van
de katholieke Z&iderprovlncles en Calvyn heeft
te Genève wel degelyk een vorm van Inquisitie
gehuldigd.
De katholiek kan en mag zich dus oprecht
verheugen, dat de Inquisitie niet meer bestaat.
zyn wy het hierover eens. dan kunnen wy
vast stellen, dat een oordeel over de Inquisitie
onzerzyds niet gunstig behoeft te luiden, ter
wijl wy toch moeite moeten doen, om het ver
schijnsel historisch te begrijpen, wy praten het
niet goed, tflaar wy moeten trachten te ver
klaren, hoe het mogelyk was. Dit is de alge-
meene opzet van prof. Nolet.
Over het beginsel der Inquisitie bestaan geen
groote moeiiykheden. Slechts over de toepas
sing van het beginsel loopt de stryd der his
torici.
Het beginsel is Immers zoo nuchter mogelyk:
„.Inquisitie" beteekent: „onderzoek", hetzelf
de als „Recherche". Wie zou nu in onze sa
menleving dien dienst willen missen, die voor
onze veiligheid waakt? En Inquisitie of onder
zoek bestaat in iedere vereeniging. en in ieder
Kerkgenootschap. Wie 'in zyn voetbalclub ver
dacht wordt van unfair spel, heeft zich een
onderzoek te laten welgevallen, en wordt eruit
gezet, wanneer hy schuldig wordt bevonden;
wie zich niet meer vereenlgen kan met- de be
ginselen van zyn politieke party, gaat vrywllllg
weg en wanneer hy dat niet doet, maar bin
nen de party propaganda maakt voor tegenstrij
dige beginselen, wordt hy na onderzoek ge
royeerd. De Kerkgenootschappen doen hetzelfde:
het eene genootschap trekt de grenzen wyder
dan het andere, maar wie die grenzen te but
ton gaat, ziet zyn zaak onderzoeken, en by
ongunstlgen uitslag in den een of anderen
vorm censuur op zich toepassen."
Hierop vervolgt de schrijver:
„Moeliyk wordt de zaak pas, wanneer we de
mlddeleeuwsche praktijk van de Inquisitie in
beschouwing nemen. Meen nu niet, lezer, dat
ik my geroepen acht, om al wat er in de mid
deleeuwen op dit terrein gebeurd is. goed te
keuren of zelfs te verdedigen. Maar van den
anderen kant verzoek ik U. om niet alles zoo
maar zonder meer te veroordeelen. Voor onze
Het had vele leden verwonderd, dat de regee
ring in de tegenwoordige omstandigheden geen
aanleiding heeft gevondeUbnadere voorzieningen
voor te stellen met betrekking tot de verdediging
tegen, aanvallen uit de lucht. Op dit gebied
moet, naar vrywel algemeen wordt erkend, nog
veel gedaan worden.
Velé leden vestigden er de aandacht op, dat
de door de regeering gekozen oplossing den
persoonlijken last van den dienstplicht 'op de
schouders van een te gering aantal mannen
legt, zy zullen ten hoogste twee jaren onder de
wapenen kunnen worden gehouden, maar indien
de tijdsomstandigheden versterking van de
grens- en kustbeveillglng noodig doen blijven,
zal dat maximum wellicht bereikt worden. Een
zoo langen diensttijd nu achtten verscheidene
dezer leden met het oog op de maatschappelijke
belangen van een jongen yian een groot be
zwaar.
Voor velen was dit bezwaar overwegend.
kind van zyn tyd. Dit is ongetwyfeld betreu-
renswaardlg, maar het is historisch verklaar
baar. Ons nageslacht zal ook in ons zulke con
cessies aan den tijdgeest opmerken en afkeu
ren. Onder de kerkeiyke gezagdragers van de
late middeleeuwen waren er te weinig, die zich
konden loamaken van de gedachte, dat de 11-
chameiyke straf het eenlge middel was tegen
het maatschapi>elijk kwaad.
In Noord-Nederland is gedurende de 'èigen-
lyke middeleeuwen, d.wx. van oftgeveer 1230
tot 1500 de kerkeiyke Inquisitie met groote ge
matigdheid toegepast. Eerst onder vreemde in
vloeden werd de toepassing strenger. Dit begon
met de Bourgondiërs en bereikte een hoogte
punt onder Karel V en Philips H. Maar die
strenge toepassing was geheel in strijd met
onzen landaard, en werd ook zoo gevoeld. Ze
was eerder een propaganda voor de overtuiging
van de veroordeelden dan van de rechters. Ze
was dus evenzeer ontactisch als onmenscheiyk.
Ware de toepassing gematigd gebleven en
hadde men zich tot kerkeiyke straffen bepaald,
de Kerk zou minder hebben geleden! En ze
leed door een Instrument, dat in het leven was
geroepen om haar te beschermen! Dit is de
groote fout der Inquisiteurs, dat zy meenden,
beter katholiek te zyn naarmate zy minder
menscheiykheid vertoonden. En die fout heeft
zich gewroken.
Met dat al zou het tfcch niet eeriyk zyn, hun
alle schuld in de schoenen te schuiven voor-het-
geen, waarmede historie en legende hen belast
hebben. Met name wordt het aantal slachtoffers
der Inquisitie vaak sterk overdreven. Dit aan
tal was In werkeiykheid al hoog genoeg. Het
wordt geschat op zoowat tweeduizend terecht
stellingen. Van vyftig- of honderdduizend
slachtoffers der Inquisitie spreken is zeker niet
biliyk, hoewel het veelal gedaan wordt-
Van het getal 2000 zegt prof. Nolet:
getal is niet fantastisch, maar wel verschrik-
keiyk. Men vergete daarby niet, dat het aan
tal inwoners van alle Nederlandsche gewesten
zeker geen drie mlllioen was. Dan begrijpt ||ten.
dat de bevolking door het Spaansche optraden
tot woede gebracht werd."
En dit was niet de protestantsche bevolking,
maar evenzeer de katholieke bevolking. Want
de Nederlandsche aard verdroeg de Spaansche
wreedheid nfet. en daarom had de Kerk in
Nederland niet zoo grif den steun van den
Spaanschen staat moeten aanvaarden. Het was
een psychologische fout. Dit kunnen wy vol
mondig toegeven. En de „middeleeuwsche"
wreedheid kunnen wy van ganscher harte af-
keuren. De leer van de katholieke Kerk is daar
niet mee gemoeid. A. v. D.
Aan den vooravond van den officieelen lus
trum dag. welken het Nijmeegsche studentencorps
er het menschonwaardige niet van in. Men was k..Carolus Magnus” heden viert, heeft Z. H. ztre
Mgr. A. F. Diepen in de St. Canisiuskerk een
plechtig lof gecelgbseereUtWaaraan het Aachener
Domchor, orj^efleiding Van den Domkapel
meester B. Rehmann, eenk zeer byzonderen
luister Verleende.
tig bestookt. Van alle kanten kwamen aanmer
kingen De één wilde heelemaal geen kamp, de
ander geen onderscheid tusschen legale en ille
gale vluchtelingen, een derde afzonderiyke
kampen voor katholieken en protestanten, een
vierde duchtte ernstige gevolgen van de aan
wezigheid van kinderen in het kamp en al
deze bezwaren waren kennelyk geïnspireerd uit
den kring van hen, die de belangen der Jood
sche vluchtelingen kennen en behartigen. De
heer van Gelderen (S.DA.P.) zei het precies
zoo: de stichting van een centraal kamp is niet
sympathiek in Joodsche kringen. Van den an
deren kant gaf de minister de Kamer by her
haling de verzekering, dat week-in week-uit
contact is gehouden met de Joodsche comité's.
waarmee gezamenlyk alles is opgebouwd, wat
thans door de Regeering wordt ondernomen en
door de sociaal-democraten en vryzlnnig-demo-
craten wordt becritiseerd. Geen oogenblik is er
verschil van meening geweest over de vraag of
er een centraal kamp moet komen, ja of neen
En zoo bestaat er op tal van andere punten
overeenstemming.
Men mag vragen: waar komt nu zoo véél en
zoo vinnige critiek vandaan?
Ofwel: de socialistische en vrijzinnig-demo
cratische Kamerleden verkondigen op eigen
houtje wysheden. die zy niet hebben getoetst
aan de meening van hen, die dagelyks in de
zorg voor de Joodsche vluchtelingen zitten, aan
de meening van de Joodsche comité’s.
Ofwel: deze comité’s praten by den minister
zus en by de kamerleden zóó.
Maar in ieder geval: de zaak van de Jood
sche vluchtelingen wordt door zulk een behan
deling vertroebeld, en of het belang van de
betrokken ongelukkige slachtoffers eener ver
volging dat gedoogt, moeten de hgeren der
linkerzyde zelf maar uitzoeken.
Naar wy vernemen, zal het gevolg van H. M.
de Koningin by haar bezoek aan den Konlng
der Belgen als volgt zyn samengesteld:
Mevrouw C. M. baronesse van Tuyll van
Serooskerken, geboren jonkvrouw Bareel, groot
meesteres van H. M. de Koningin;
Jonkvrouw D. H. van Tets, eerste hofdame;
Gep. luitenant-generaal-tltulalr J. H.
Grraaf Dumonceau. opperceremoniemeester
grootmeester van H. M. de Koningin;
Gep. vice-admiraal-titulair F. Bauduin, ad-
judant-generaal. chef van het militaire huis;
Mr. J. H. L. J. baron Sweerts de Lkndas-
Wyborgh. kamerheer;
Generaal-majoor-titulair jhr.
Jonge van Ellemeet adjudant;
De eerste luitenant A. J. F. M. Egter van
Wissekerke. ordonnans-officier.
Voorts zal H. M. vergezeld zyn van den mi
nister van Bultenlandsche Zaken, mr. J, A. N.
Patyn en den directeur van het kabinet der
Koningin, jhr. mr. G. C. W. van Tets van
Goudriaan. S
Tan de Kaningin nog vergezeld
van haar lectrrice, mej. T.Sran Rjjn
made.
Minister Patyn zal vergezeld zyn van mr. J.
M. A. H. Luns, gezantschaps-attaché, werk
zaam aan het departement van Bultenland
sche Zaken.
begrippen, voor onze geestesgesteltenls is er
veel barbaarschheld geschied In verband met