I
een os en een ezel
De luchtroovers
Hoitika
van
1
DAGBRIEVEN EENER MOEDER
CcÈ»^
I uto
BOBBY
L
9
Chinees of clown
4
F 750.-
Bestaan er moeilijke
kinderen?
’t Moeilijke lot üan
’t moeilijke kind
Vriendschap tusschen vogels
I
Een rat, die van yoghurt hield
VRIJDAG 2 JUNI 1939
r
L
ld
SPEELTUIG VOLGENS
VOORSCHRIFT
BRUILOFTSMUZIEK OVER
5000 KILOMETER
DE
ZILVEREN/"
1
XXII
,,’t Zal leelijk met je afloopen, heel leelijk.”
K. D.
,xer
PIET BROOS
(Historisch)
r.
EEN MOEDER
1
ff
Er liepen een paar schimmen voorbij en toen ze een eind
verder waren, liet de bestuurder opeens zijn zaklantaarn bran
den. „Vooruit, ae achterna, anders vernielen ze ons toestel nog
Allerlei woeste geluiden makende, liep het viertal hen na, zoodat
de anderen van schrik naar den uitgang renden.
Ullemann's
ÏT
niet
keken elkaar vaat In da
mannen
de
hoogte
op
t
f
door
A-Hruschlta
UB verBaa van aan haaiC
een vaat af een ooa.
ijn
icr
Fte
er
Ze liepen dezelfde lange onderaardsche gang weer terug en
het ging nu gemakkelijker, omdat de gang naar zee afdaalde.
Maar toen ze zoo wat halverwege gekomen waren, hoorden ze
geluiden achter zich. „Zouden die rakkers ook hebben durven
afdalen? Ik smeet ze nog wel een betooverden baard In hun
gezicht,’’ meende Plet. „Vlug, achter die lange zuilen kunnen
we ons verbergen
Maar zie... daar komt Lize nu moet
je in de kou.'
Want Bobby heeft plichtjcs al is 't aan
een touw!
En nd een kwartiertje mag jij weer m
huis
Nu rustig mijn hondje zoo stil als een
v muis.
ht
is
d,
kon men opmaken, alsof zü zeggen wilde: „Ben
je zoo ziek, arm schaap?” „Voel je je zoo akelig?”
en gedurende een poosje bleef zij bij haar.
Na eenige dagen stierf de zieke vogel en nu
moest dé andere steeds alleen door den tuin
fladderen en eiken dag ging zü alleen op stok.
Het was aandoénlijk haar te zien kijken naar
de andere kraaien, die frank en vrjj rondvlogcn
en een rustig plaatsje zochten op het hooge
kerkdak. In het voorjaar, toen haar vleugels
weer voldoende waren aangegroeid, maakte zjj
proefvluchten over de geheele lengte van den
tuin. Totdat zij op een dag haar vlucht verder
uitstrekte en zich voegde bij de andere kraaien
op het kerkdak.
Nog een tijdlang kwam zü lederen dag haar
voedsel ophalen maar tenslotte bleef zij heele-
maal weg. om de rest van haar kraaienleven te
genieten met haar broers en zusters.
Men miste haar wel. maar toch was men blij,
dat men haar vrij gelaten had.
Als je dit plaatje van den Chinees Tschang
Tschang Tschaun op z’n kop zet. kijk je in t
lachende gezicht van een clown. Probeer het
eens!
Je oogen. zwart als twee kolen, wat pech!
Je tolt; er. je rolt er jc solt er wat zég
Maar bent de koning de koning
in huis
En zónder jou, Bobby, voel ik mij niet thuis.'
Wannéér ik soms uitga zit „jij" voor
het raam,
Dan zit jc te janken, je gaat liever saam!
En kom ik weer thuis en kijk naar de ruit,
'n Sneeuwbaltwéé kooltjes ’t is
Bobby zijn snuit.'
ATT TT1 A Dopdtt blad zjjn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen W-t bü levenslange griieele ongeschiktheid tot werken door T“t b(j een omgeval met T? f)E!A
lal <rNlllL 13 ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen 4 OVjs“ verlies van beide armen, beide beenen at beide oogen JT UV«“ doodelljken afloop A
AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
Dit verhaaltje over een rat is heusch gebeurd.
Een oude vrouw, die alleen in een huisje woon
de ep eiken dag een fleschje yoghurt kreeg van
den melkman, meende te merken, dat als er
's avonds nog een flinke halve flesch yoghurt
over was, die ze voor het ontbijt van den vol
genden ochtend dacht te bewaren, dit den vol
genden dag heel erg geslonken wjs. Maar hoe
kon dat? Ze woonde hier heel alleen; ’t moest
dus verbeelding zijn. Nu sloot ze de flesch. als
deze eenmaal aangebroken was. niet meer met
de capsule af, wat eigenlek wel zou moeten ge
beuren voor stof en vuil. Maar dat deed ze nu
eenmaal nooit.
En wat zag ze op een avond, toert ze laat nog
even in ’t gangetje bü de keukendeur kwam?
Een rat, die met een witten yoghurtstaart van
de flesch afsprong en wegschoot. Want ditmaal
had de snoeper geen tijd om zijn staartpunt af
te likken!
Op die manier had hl) namelijk weken lang
van de yoghurt gestolen.
Dat er voortaan wél een capsule op de flesch
ging, zal niemand verwonderen. En of ratten
slim zijn, is een vraag, die je na dit gehoord te
hebben, wel allemaal met ja zult beantwoorden.
de <x hem kwam
hit had gehad en
Een onderwijzer van een dorpsschool had in
zijn tuin twee zwarte kraaien. Toen hij klein
was, besefte hjj nog niet, hoe wreed het was,
zulke vogels te kortwieken. Belde kraaien
konden hét best vinden. Ze wipten en tripten
door den tuin en brachten met haar snavels
allerlei verwoestingen aan.
In een kistje, betimmerd met
brachten zij den nacht door,
het wel eens, dat een
stok wilde en zich versl
Vlug als het water, wit als de sneeuw,
Trouw als niemand, vurig als 'n leeuib.
Waakzaam en hartelijk, slim als oen rat.
Bobby mijn hondje, als ik jou toch niet
had
RE Né NENATO
Je houdt van een auto, je houdt van
..comfort".
Toch houdt je er niet van dis ’t
vrouwtje jou knort
Dan kijk je héél sip, kruipt onder de kast
En dénkt: nu heeft 't vrouwtje van Bobby
geen last!
Vlug als het water, wit als de sneeuw.
Trouw wel als niemand en vurig als 'n leeuw
Waakzaam en hartelijk, slim als een rat
Bobby mijn hondjeals ik jou toch
niet had
Put kracht uit
APPELSTROOP
Voor de eerste maal in de geschiedenis der
radio werd bruiloftsmuziek over een afstand
van 5000 kilometer uitgezonden. Een jong Ame-
kaan uit Elisabeth ((V. S.) schreef den leiders
van een der meest bekende Engelsche orkes
ten, voor hem op 19 December vla den aether
een speciaal voor hem uitgezonden en door hem
aangevraagd werk te spelen. Natuurlijk kan
hierbij de vermelding achterwege blijven, dat de
jonge Amerikaan even grillig als rijk is! Met
de voorbereidingen voor de zonderlinge uitzen
ding werd onmiddellük aangevangen. En zoo
kon het gebeuren, dat toen de jongeman in
het huwelijksbootje stapite. hjj. zijn echtgenoote
en genoodlgden Engelsche muziek te hooren
kregen. De uitzending geschiede prachtig en een
ieder was opgetogen. J
heer, door u tot medewerker aan de instruotie
van de zaak te worden uitgenoodigd. Dat ik
lette op iedere kleinigheid, die verband houdt
met de zaak, spreekt vanzelf.
Een vraag: Verbleef je eenvoudig als gast
op Sperber-Eck, of waren er ook.... beroeps
aangelegenheden in 1 spel?
Ik was er als gast en ook in een andere
kwaliteit. Maar u zult begrijpen, dat ik geen
recht heb. mij uit te laten over het laatste
punt, want daarvoor zou ik over mijn particu
liere aangelegenheid moeten spreken
Ja, dat begrijp ik. En je meening aan
gaande de verdwijning van het document? Naar
ik verneem, heb je het vermoeden geuit. dat de
valsche beambte van de crimineele politie ook
de moordenaar van Mr. Wendland is?
Ja. dat vermoedde ik. En 't kwam me ook
niet onwaarschijnlijk voor, dat de verdwijning
van de acte rechtstreeks verband hield met den
moord Waarom zou men anders, eenige uren
nadat de misdaad was gepleegd, het stuk op
zoo sluwe wijze gestolen hebben?
Ik moet aannemen, dat je je niet vergist.
Maar dan lijkt het ook waarschijnlijk, dat de
familie Von Turnwald. althans een lid van de
familie.
De twee
oogen.
Mogelijk, antwoordde Hempel, met goed
gespeelde onverschilligheid. Ik begrijp, wat u
I zeggen wilt Ja alles is mogelijk. Maar
hoogstwaarschijnlijk heeft de familie Von
Turnwald zelfs niets met de zaak uit te staan.
(Wordt vervolgd.)
niets heerlijkers bestond. En nog nooit had hü
too gedwee geploegd.
„t Is gelukt, ezel,” zei hjj 's avonds, „jongen,
jongen, wat ben ik jou dankbaar dat je me
gewaarschuwd hebt. Anders leefde Ik nu niet
meer.”
„O, dat heeft niets te beteekenen,” antwoord
de de ezel nederig, „voor een vriend heb je
wel wat over.”
Maar bij zich zelf dacht hij:
„Een ezel is maar een efcl. Maar me twee
keer aan eenzelfden steen stooten. dat gebeurt
niet o zoo."
In een voorstad van Parijs bevindt zich een
groot huis, waarvan het waardige front niet
verraadt, dat binnenin kinderstemmetjes juichen
en jubelen en dat er groote vreugde heerscht.
Treedt men er binnen, dan klinkt er een ooc-
verdoovend lawaai. In een der groote zalen zijn
jongens en meisjes in hun spel verdiept. De
eenige volwassene is een oude, witharige dame,
die een hoornen bril draagt.
De bezoeker weet nog altijd niet, wat er
eigenlijk gebeurt. Hjj weet n.1. niet, dat hij zMh
bevindt in een der Interessantste lokalen, wear
onderzoekingen verricht worden. En weer rusten
zijn blikken op de kinderen, die groot pleizier
hebben en ongedwongen met het speelgoed
spelen. Hier spelen er een paar met een elec-
trischen trein, daar bouwen er een paar een
toren. Meisjes spelen met een beer of met een
pop en naaien kleertjes voor haar lievelingen.
Eindelijk begrijpt men, wat deze oude dame
doet te midden van haar kinderschaar. Ze be
studeert de kinderen en hun speelgoed. Ze pro
beert het verband te vindentusschen het weaen
van het kind en het speelgoed, dat het uitzoekt.
In dit studlelokaal, dat echter niets van een
laboratorium heeft, wordt d? psychologie van
het speelgoed bestudeerd. De oude dame be
weert. dat ze in haar Instituut alles heeft, wat
ze voor haar studie noodig heeft Voor haar
studie heeft ze geen legertje assistenten noodig
en dure Ingewikkelde apparaten. Haar beste
medewerkers rijn de kinderen zelf. De dame
heeft een beroep, dat wel iets op dat van een
dokter lijkt: ze schrijft .recepten”. Ze schrijft
weliswaar .geen drie tabletjes per dag" voor,
maar: een pop. een hobbelpaard of een.wollen
speelgoeddier.
Ouders weten vaak niet, wat voor geschenken
ze hun kinderen moeten geven op verjaardagen
en andere feestdagen. Ze hebben andere zorgen
aan het hoofd en zijn hun jeugd reeds lang
vergeten. Maar als ze naar de oude dame gaan,
dan krijgen ze goeden raad.
stond hij niet minder verbluft te
Nog dienzelfden voormiddag liet hij
Hoe zag die heer van de crimineele politie
er uit? Welken dag is hij hier geweest?
In den morgen van 16 April, onmiddellijk
nadat de bladen het tragisch einde van Mt.
Wendland hadden gemeld. Hoe hij er uitzag?
Och, in de toen nog heerschende ontsteltenis en
verwarring heb ik niet veel op zijn voorkomen
gelet. In ieder geval heb ik niets bijzonders aan
hem opgemerkt. Ik meen mij te herinneren, dat
hij een kortgeknipten knevel droeg en dat ook
zijn haar donker was.
En zjjn stem? Welluidend of schril, bijna
krijschend?
Dat zeker niet, anders zou 't mij opge
vallen zijn. Ik geloof dat 't ’n heel gewone stem
was. niet direct welluidend maar ook niet on
aangenaam. De man zelf was niet bijzonder
elegant, maar ook niet ordinair van houding
en voorkomen. Zn kleeding was netjes. Doch
waarom informeert u zoo speciaal naar hem?
Is er in de zaak een of ander niet in orde?
Dat zullen wj) gauw te weten komen. Wees
zoo goed de crimineele politie op te bellen, en
te vragen of zjj een document uit t dossier Von
Turnwald heeft laten halen en waar dat stuk
zich op het oogenblik bevindt.
Hempel's vermoeden bleek gegrond te zjjn;
het antwoord luidde ontkennend.
t Is zooals ik dacht, zei Hempel droogjes
tot de twee verblufte juristen. U bent er inge-
loopen. De man. die zich voordeed als commis
saris van de crimineele politie, was een bedrie
ger. een schoft.... en waarschijnlijk de moor
denaar van Mr Wendland.
Toen men Mr. Ullemann
onwilligen os staan, voor een daalder mag je
hem villen. Ik heb ook al met een slager af
gesproken om het vleesch te verkoopen.”
De os rilde.
„Nou raad ik je aan morgen vroeg je stroo
en je boonen zoo gulzig mogelijk op te eten,”
rei de ezel verder. „De boer denkt dan dat je
weer gezond bent. Als je het niet doet, loopt
het leelijk met je af, heel leelijk. Of wou je
bever als ossetong en worsten in een slagers
winkel hangen? Je moet het natuurlijk zeil
weten.”
Het zweet brak den os uit.
HIJ was heelemaal de kluts kwijt en at de
boonen en het stroo, die de boer den volgen
den morgen bracht, zóó smakelijk op, alsof er
In een stal stonden eens een os en een ezel.
De ezel was een vroolljk dier, maar de os keek
chagrijnig en bromde zoo'n beetje in z’n eigen.
„Wat mankeert jou toch?” vroeg de ezel.
jk zal het je vertellen," antwoordde de os
met droevige stem, „ik ben jaloersch op jou.
Jij wordt lederen dag geroskamd' en gepoetst.
JU rijdt zoo nu en dan eens met een wagentje
uit en krijgt daarvoor zuiver gezeefd gerst en
frisch water. En ikik moet voor dag en
dauw opstaan, word voor een ploeg gezet om
te trekken, te trekken dat je beenderen er van
kraken. Als je wat langzamer loopt, slaat bo
vendien een stok op je rug alsof je een trom
mel bent. Och dat was allemaal nog niets,
maar als je dan 's avonds doodop thuis komt,
vind je in Je bak droge, muffe boonen. Boo
nen altijd boonen, nooit eens iets lekkers.”
,,’t Is waar dat het niet meevalt." antwoord
de de ezel, „maar je moest je ook niet als een
or gedragen. Ik zal je een goeden raad geven.
KUk. als ze je morgen vroeg komen halen,
stamp je met je vier pooten op den grond, je
snuift en brult en je dreigt met je horens. En
t muffe stroo en de harde boonen, die laat
je staan. Je zult zien dat Je het over een tijdje
als een prins hebt.”
„Goed idee, ezel,” antwoordde de os.
vereerd voor Je goeden raad. Je zult er mor
gen vroeg eens wat van beleven.”
Ze dommelden in en heel vroeg toen het nog
achemerde, kwam de boer den os halen om in
te spannen. Maar de os liet zich niet inspan
nen. Hij loeide zoo hard dat er een ruit van
sprong, er> hij schopte met zijn achterpooten
en dreigde met z’n horens, zoodat de boer haas
tig achteruit sprong.
„Wat mankeert het beest,” vroeg de boer
zich af, „vreten wil het ook al niet. Zou het
Bek zijn? Affjjn, we zullen het een dag thuis
laten. dan zal het wel weer beter zijn.”
Maar ja. het werk moest gedaan worden en
de boer krabde eens onder zijn pet.
„Ik zal het eens met dien luien ezel probee-
ten,” dacht hij, „dat beest wordt toch veel te
HU spande den ezel voor den ploeg en den
langen, lieven dag moest grauwtje voren door
de akkers trekken. Zijn spieren deden al na
een half uur pijn en hij hijgde met de tong
uit zUn bek.
„Even rusten," dacht hU. maar daarvoor
kreeg hU zoo’n klap op zijn rug met een dik
ken stok, dat hij haastig door liep. Zoo ploe
terde en sjouwde hij maar door, voor in, voor
uit. 's Avonds was hU nog te ziek om iets van
de gerst te probeeren en viel als een zak zout
op zijn stroo neer.
Nog zieker werd hü. toen .de
vertellen, wat een fijnen dag 1
boe hij van zijn rust had genóten.-
Midden in den nacht werd Grauwtje wakker.
HU zag den os, die daar zoo rustig sliep als
een prins en hü verzon een middel om de rol
len weer om te keeren.
„Zeg os." vroeg de ezel en stootte zijn col
lega aan, „wat ben je van plan morgen te doen?”
„Moet je dat nog vragen?" vroeg de os. .Man.
ik snuif nog driemaal zoo hard en ik loei dat
het andere raampje ook nog barst, 't Bevalt
me uitstekend zoo.”
„Dat begrijp ik,” zei de ezel, „maar ik zou
het toch maar niet doen.”
„Waarom niet?” vroeg de os.
„Gisteren kwam een koopman langs den ak
ker." zei de ezel, .en die vroeg naar huiden.”
„Nou was zou dat?” vroeg de os.
„O," zei de. boer toen, „ik heb thuis nog een
heeft me gezegd dat je juist met 't oog op die
zaak Morfeld ging opzoeken, en dat door dien
stap de zaak aan 't licht kwam.
Dat is ook zoo. Anders zou men waar-
schljnlUk maanden hebben getobd alvorens
te weten te komen, dat eer^ belangrijk docu
ment verdwenen is. Ik vroeg dus Mr. Morfeld.
of hü het bewuste stuk niet toevallig ter züde
had gelegd.
Daarvoor, beste Silas, moet Je een bijzon
dere reden hebben gehad. Op de eerste
plaats moet je hebben geweten, dat er in
Wendland’s ambtelijke nalatenschap een dossier
Von Turnwald bestond.
Louter toeval. Ik ken de familie Von
Turnwald persoonlijk en mevrouw Von Turn
wald heeft mij onlangs gezegd, dat Mr. Wend
land haar rechtskundig raadsman was en de
zaken der familie beheerde, t Moest mü dus
opvallen, dat
Hm Geen andere redenen?
Toch wel. antwoordde Hempel zeer kalm.
Toen de op Wendland gepleegde moord bekend
werd, bevond ik mü toevallig als gast op het
kasteel Sperber-Eck, waar de familie Von
Turnwald woont en was getuige van de ont
steltenis. door die verschrikkelijke tüding ver
oorzaakt. Wendland was niet slechts raadsman
der familie, maar ook een barer oudste en
beste vrienden BU mün vertrek naar
Weenen verzocht mü mevrouw Von Turnwald.
haar alle büzonderheden aangaande den moord
en de opsporing van den dader te willen mede-
deelen Een zeer begrüpelük verlangen, niet
waar? t Kwam mü dus goed te pas, waarde
Ongetwüfeldf'Ontzettend moeilijk Zóó moei-
lük, dat men zich over hun opvoeding de ha
ren uit *t hoofd zou willen trekken.
Maargeen kind bestaat er. dat ook maar
half zoo moellük is als wij meenen. Het moei-
lljkste gedeelte van de taak der moeder bij
moellüke kinderen is den zuiveren graad van die
moeilükhetd vast te stellen. En dit is moellük.
omdat wü doorgaans het kind niet begrüpen.
Waarbü anderen ons weinig kunnen helpen,
omdat elk kind zUn eigen soort moellükheden
oplévert. Willen wü de oorzaak der „moeilük-
heid” vinden en een oorzaak is beslist overal
aanwezig, waardoor het gevolg zoodra ons de
aanleiding bekend is. gemakkelüker bestreden
of verminderd kan worden dan kunnen wü
niet veel meer doen dan opletten, opletten en
nog meer opletten; letterlük het kind bestu-
deeren; ulterlük maar vooral innerlük, naar
zijn gedrag, maar in het büzonder naar zijn
reacties op dingen die’ hem gebeuren of aan
gedaan worden.
Een mijner jongens zou. wanneer wü het
voorbeeld van den vader niet voor oogen had
den, misschien weldra tot de zeer moeilüke
kinderen hebben behoord. Tot goed begrip van
het gevaar bü het kind kan ik niet beter doen
dan de verschünselen verklaren, zooals deze zich
bü ’n volwassene voordeden: in dit geval mijn
eigen man. Bü dezen is alles terug te voeren
in één gebrek: hü kan zich niet snel genoeg
over een ondervonden onprettige bejegening
Ineenzetten. Als wü kibbelen heusch dit de
den wü ook gelukkig wel. suikerzoete huwe-
lüken zün doorgaans de ware niet dan heeft
hü. zelfs wanneer onmiddellük de oneenigheid
werd bügelegd en de verzoening plaats vond,
oprecht, beiderzüds gemeend, minstens een
paar uur noodig „om er overheen te komen”.
Niet omdat hü kopt, ofschoon dit voor den
buitenstaander zoo schünt, maar hü kan een
voudig niét onmiddellük weer de oude zün.
Ik heb *t mee gemaakt, dat hü zün uiterste
best deed, letterlük ploeterde en vocht om ..ge
woon" te zün of te doen; 't lukte niet. Het
ontroerde me soms zoozeer, dat ik de kamer
moest verladen. De grootste teleurstelling, zware
verliezen en pech, waaronder een ander zou
bezwüken. heeft hü gedragen zonder een spier
te vertrekken, zóó beheerscht dat hü ze soms
wekenlang voor mü verborgen kon houden;
maar een „groote mond” gooit hem onmiddel
lük uit hét lood. Niet alleen van mü. 'van
ieder ander evenzeer. Een onheusche winkelbe
diende of tramconducteur, zelfs een onbe
schoft of brutaal antwoord van zün eigen per-
roneel kon hem urenlang overstag brengen.
Niet driftig, wel verdrietig, niet boos, maar ter
neergeslagen. Hü beeft maanden, jarenlang
tegen het kwaad gevochten, dat hü zelf niet
anders dan „idioot” noemt, temeer daar liet
huwelük van een oom en tante het schünt
soms een soort familiekwaal te zün door de
zelfde reden compleet ten gronde ging. Tante
was een driftkop, flapte meteen alles wat haar
op de tong kwam er uit, doch twee minuten
later was zü dit vergeten. Bemerkte zü nu.
dat dit een uur. een paar uur later met oom
niet het geval was. ondanks verzoening en
vrede, dan noemde zü dit „koppen”, viel hem
hierover aan. waardoor een nieuwe oneenig
heid opgeroepen werd enwaardoor voor
«om het .gewoon" worden weer verder opge
schoren werd. Het huwelük dat Intens geluk
kig had kunnen zün, werd een ellende om aan
te zien, alleen doordat geen van twee de eigen
kwade eigenschap overwinnen kon en tante
niet met corn's innerlüke moellükheden reke
ning hield. Zü kwalificeerde deze als „onzin”
en vergat, dat niemand zün eigen leven door-
loopend ongelukkig maakt met een domheid,
welke hij in staat zou zün terzüde te schuiven.
Onze kleine Keesje nu bezit een soortgelüK
karaktertje. Een groote mond, zelfs woorden,
die in T geheel niet boos bedoeld zün. jagen
hem met groot verdriet de kamer uit; rijn
voornaamste bezwaar tegen school luidde den
eersten dag: ..De kindjes schreeuwen zoo hard
mams". Zün zusje, die drie jaar jonger is. ont
dekte reeds voor zichzelf Keesje’s gebrek. Als
zü iets van hem gedaan wil krügen en t lukt
niet, komt zü plots op hem afgestoven en
zet een geweldigen mond op. Meestentijds met
succestot ik er een stokje voor steek. Hü
verdraagt straf is zelfs opvallend oprecht
maar tegen straf met een groeten mond komt
hü in opstand. Ik herinner me nog. dat hü eens
drie uur na een standje met trillende lipjes
en de oogen vol tranen voor me stond en me
bezwoer: „Ik héb 1 glas gebroken mams, maar
Ik ben geen stout kind. zég. dat ik geen stout
kind ben. mams."
Begrüpt een moeder of vader zoo'n karak
tertje niet en zonder het voorbeeld van mün
man zou ik er misschien ook zoo snel niet in
geslaagd zün dan wordt het verdriet voor
koppen of koppigheid aangezien en als zoodanig
bestreden. Hetgeen steeds nieuwe, en soms veei
grootere moellükheden met zich brengt. Oplet
tend bestudeeren is de eenige weg en dan....
de oorzaak wegnemen. Is dit onmogelük, dan
zeker de gevolgen tot een minimum beperken.
Wanneer hü straf of een standje verdient heeft,
laat ik dit niet na; maar wel houd ik rekening
met den toon. Terwül ik tegen de andere jon
gens misschien zou uitvallen, zelfs wel eens een
grooien mond zou opaetten, wordt Keesje steeds
rustig, ernstig, kalm onder handen genomen.
Doch niet alleen op dit terrein kunnen zich
moellükheden voordoen. Ik wil nog een ander
voorbeeld uit mijn eigen gezin aanhalen, waar
van wü. volwassenen, wanneer wü eerlük zün.
moeten erkennen geen jota te begrüpen. Kleine
Marleentje, drie jaar oud. schreeuwt en vecht
het huis onderste boven als iemand haar onver
wacht van achteren nadert. De heerlükste lek
kernij haar over haar schoudertje toegereikt
zooals wel voorkomen kan. wanneer de kinderen
samen zitten te spelen weigert zü. met een
ruk keert zü zich om en neemt eerst dan aan.
wat haar geboden wordt. Toen ik voor het eerst
Keesje naar de Montessori-school bracht en
zü mee mocht, was zü me in een wip ontloopen.
schoof meteen in een kinderrü en Juichte „Keu-
tersool keutersool". daarmee haar eigen entree
in de kleuterschool bedoelend. Toen echter een
kind dat achter haar liep, haar van achteren
aanraakte, ontplofte zü büna Wanneer mü
deze eigenaardigheid hoe is het verschünsel
anders te noemen niet bekend geworden was.
waren wü misschien tot de vreemdste conclusies
gekomen. Zou het kind ouder zün. misschien
zou iemand geneigd zün de eigenaardigheid aan
een slecht geweten toe ^e schrüven. Nu houden
wü er rekening mee. lachen er om en denken:
het zal wel slüten. De oorzaak kennen wü niet.
Wü vermoeden dat een groote hond haar eens
spelend van achteren besprongen heeft, waaruit
zü een enorme vrees voor alles wat haar weer
van achteren nadert, heeft overgehouden. Met
zekerheid echter weten wü niets.
Een dergelijke oorzaak kan ook de moeilük-
heid hebben, waardoor andere moeilüke kinderen
zich van meer normale onderscheiden. Tegen
zoo'n verschünsel strüden komt mü altüd als
onbegonnen werk voor. De oorzaak moet be
streden worden, niet het uitvloeisel, en wanneer
wü de oorzaak niet kennen, hoe kunnen wü dan
met succes optreden?
Een veel voorkomende oorzaak van moeilük-
heden met kinderen is te vinden in jalousie.
Meestentijds op jongere broertjes of zusjes. Eerst
het middelpunt der belangstelling, der aan
dacht. van moeders zorgen, voelt het zich plot
seling in een hoek geduwd door een nieuw er bü
gekomen kind Een neefje van mü werd tot drie
maal toe op heeterdaad betrapt, terwül hü pro
beerde de baby uit de wieg te gooien. Het was
„zün" wieg, en kleine zus had er niets in te
maken. Een ander mü bekend kind weigert te
eten wanneer zün jonger broertje ook aan tafel
zit. Het heeft maanden gekost voor men de
oorzaak der halsstarrigheid ontdekte; toen het
zoover was. kon het le*d in een paar weken
overwonnen worden. Ik wil niet zeggen, dat dit
met alle moeilüke kinderen zoo gemakkelük en
snel lukt; zooals overal zal een gecompliceerde
oorzaak twee, drie of meer motieven door
elkander ook de ontdekking eerst en daarmee
de genezing veel lastiger en gecompliceerder
maken. Dit echter kunnen wü ons steeds voor
oogen houden: alle moellükheden met en bü
kinderen hebben een oorzaak, en in büna alle
gevallen is verbetering te bereiken, door deee
oorzaak te bestrüden.
dwarslatje,
>e gebeurde
aaien niet op
tusschen de dichte
struiken, zoodat zü nidt'te vangen was. Maar
o wee, als het geregend had! Dan zat zij 's mor
gens al vroeg voor het drempeltje van de keu
kendeur en liet zich dan gewillig in huis dragen
om bü de kachel te drogen. Bü zulke gelegen
heden kreeg zij altüd op een verontwaardigde
manier van de andere kraai een standje, dat
dan allervermakelükst was. De schuldige boog
niet berouwvol haar kop, maar krüschte eenige
onhebbelükheden terug, zoodat het een helsch
lawaai was.
Maar na een poosje werd een der kraaien
ziek. Zü trippelde en wipte niet meer rond,
maar stond droevig op één poot bü de kachel
terwül haar kameraadje lustig rond kuierde op
zoek naar broodkruimels.
Toen was het voor het eerst, dat men op
merkte, dat er echte vriendschap tusschen
vogels bestaat. De zieke kraai probeerde zich
bü haar kameraadje te voegen, maar zü wan
kelde en het duurde even, voor zij haar even
wicht herwon. Spoedig haastte de andere kraai
zich naar haar toe en uit de manier van doen
Laat mü een oogenblik nadenken, ging
"U voort. In de twee laatste weken zün mü
tooveel dingen door t hoofd gegaan, dat ik
y°°r 't cogenbllk waarlük niet weet.... O. nu
ik er! Ja, zóó is het. Den eersten of den
tweeden dag van mün aanwezigheid hier zei
Laufke mü. dat er iemand van de politie was
geweest, die, naar hü zei, zekere acte van de
familie Turnwald noodig had voor de instruc
tie. Mr. Laufke meende, het verzoek om dat
stuk niet te mogen afslaan. De vertegenwoor-
“iger van de politie verzekerde trouwens, dat ik
P*rsoonlük het document spoedig zou terug-
«rilgen.
En is dit het geval geweest?
Neen, voor zoover ik mü herinner. Maar
moet eerlük bekennen, dat. met al die
“riikte. de zaak mü door het hoofd was ge-
y*11 wü zullen dus bjj Mr. Laufke «elf infor-
“leereu.
bracht,
küken.
Hempel ontbieden, 't Was maar goed, dat deze,
sinds hü zün kamer bü juffrouw Mayer in de
Alserstrasse betrokken had. lederen dag twee
maal aan de oude dame telefoneerde om te
vragen of er geen nieuws was gekomen; anders
zou 't Silas Hempel niet mogelük zün geweest,
aan Mr. Ullemann's verzoek zoo snel te vol
doen.
Trouwens, gaarne deed hü 't niet Veel liever
zou hü in de zaak-Wendland den naam Von
Turnwald niet hebben genoemd. vóórdat
hüzelf een beteren kük op den staat van zaken
had. Voorloopig mocht mevrouw Von Turnwald
niet worden lastig gevallen met vragen; voor
loopig mocht de politie haar neus niet steken
in deze zaak. Door onhandig ootreden kon
alles beaorven worden.
„In ieder geval.” dacht Silas, .moet ik op
mün hoede zün. wat Ullemann betreftr anders
krijgt de oude, sluwe vos zeker de waarheid in
den neus. Hü moet al iets hebben geroken en
zal zeker trachten, van mü een en ander dat
'k voor 't oogenblik liever niet vertel, te weten
te komen.
Dat Hempel zich niet vergiste, bleek ten
overvloede uit zün gesprek met den Polizeirat
Mr. Ullemann was door een telefonisch
onderhoud met procureur Laufke reeds van
alles op de hoogte gebracht. Hü keek Silas
Hempel vorschend aan en vroeg:
Zul Je mü nu eens openhartig zeggen,
wat je ertoe bracht naar het dossier van de
familie Von Turnwald te vragen? Mr. Laufke
De procureur, een heer van middelbaren
leeftüd, die jaren lang werkzaam was geweest
op Wendland's kantoor en het later een poos
had bestuurd, Werd geroepen.
Hü bevestigde wat Mr. Morfeld reeds gezegd
had. De heer in kwestie had zich als commis
saris van de crimineele politie gelegitimeerd en
in naam van die politie uitlevering van de be
wuste acte uit het dossier Von Turnwald ge
vraagd Hü was sindsdien niet teruggekomen en
de door hem meegenomen acte werd ook niet
teruggebracht.
Hebt u niet lang naar het stuk behoeven
te zoeken? vroeg Hempel.
O neen, luidde het antwoord, want het
lag niet bü de andere documenten, maar op
Wendland's bureau. Blükbaar had de over
ledene nog kort vóór zün dood het dossier
Turnwald ter hand genomen.
Een lüvig dossier nietwaar?
Ja, nog al lüvig. voor zoover mü bekend,
neeft Mr. Wendland gedurende ruim een
kwarteeuw de zaken van de familie Von Turn
wald beheerd. Alle daarop betrekking hebbende
stukken werden bewaard in een afzonderlüke
map. waarop een etiket met den naam der fami
lie is aangebracht. Geen wonder, dat In den
loop der jaren het dossier tot een zwaren bun
del is aangegroeid.
Hebt u zelf aan dat werk voor de familie
Von Turnwald deelgenomen?
Neen, Mr. Wendland belastte zich daar
mee. Werk, waarvoor hü zich in meer dan ge
wone mate verantwoordelük gevoelde, verrichtte
hü altijd persoonlük.