Wolken
aan
Verdrinkingsdrama te Koedijk
voor het Amsterdamsche Hof
den politieken
hemel
Hartje
HoofdP'J
NIET AANGENAAM
||V|RgL
Lucht Verdediqinqs Fonds
•J
ZIJN DRIE KINDEREN
VERMOORD?
EEN REGEERINGS
VERKLARING?
HELPT onze
onafhankelijkheid
HANDHAVEN!
BIJ -
WOENSDAG 14 JUNI 1939
Verdachte ontkent ook
nu alle schuld
Prins Bernhard in de
Cineac
op
Geen glipt poor?
OVERZICHT TWEEDE KAMER
VECHTENDE LANDBOUWERS
TOT GERINGE GELDBOETEN
VEROORDEELD
Z. K. H. ziet Zijn dochter
het witte doek
Wilde autobuz-exploitanten in
hooger beroep
Melkrijder uit Bergen heeft zich te
verantwoorden in hooger beroep
LUCHTVERDEDIGINGSFONDS.
De verlengde dienst
plicht
Elkaar met mestvorken en metten
te M gegaan
VAN MIJNHARDT
te
toch
nog
De zitting wordt dan geschorst tot twee uur.
zin niet...
..be
(Van onzen parlementairen redacteur)
DEN HAAG. 13 Juni 1939
wel
de
4?
ik
i
In die sfeer viel het verzoek van den heer
Wijnkoop (Comm.^ om de Regeering te mogen
interpelleeren over de oorzaken en eventueel de
gevolgen van minister de Wilde's aftreden. En
het laat zich volkomen verstaan, dat de aspi-
rant-interpellant aandrong op een zoo spoedig
mogelijke beslissing over dit verzoek. Het liefste
kreeg hij, slaande de vergadering, de vereischte
toestemming. Geen moment langer dan noodig
is, wilde hü de onzekerheid laten voortduren.
Getuige J. Steyn, die btf de redding geholpen
had en die het dak van den auto had openge
sneden. vertelt, dat de weg ter plaatse erg glad
aas. Een paar uur tevoren had hü van glad
heid niets gemerkt.
het ongeluk gebeurd is.
De zitting wordt geschorst.
manente en de bevoegdheid tot verlenging van
oefentüd als facultatieve maatregel worden toe
gepast en de scheidingslün is duidelük getrok
ken. waarmee hoogstwaarschünlük ook alle vaag
heid over de concrete plannen der Regeering
verdwünt.
(Gedeeltelijk geplaatst in een deel der
vorige oplage)
Donkere wolken drüven aan den politleken
hemel. De Kamer weet nog altijd niet nauw
keurig, zóó, dat geen misverstand mogelijk Is,
waarom de minister van Financiën heenging en
welke gevolgen dit heengaan voor de situatie
binnen het kabinet heeft. Allerlei angstwekken
de geruchten doen daarover de ronde. Niemand
weet welke consequenties uit de affaire-Oss zul
len voortvloeien. Men kan daar lustig over fan-
taseeren: als de eerste conclusie van het rap
port der commissie ongewijzigd wordt aangeno
men, zal minister Geseling aftreden en dan zul
len de drie andere katholieken méégaan en dan
ligt het heele kabinet over de vlakte maar
wat zün dat méér dan fantasieën, angstdroomen?
Waarom zal een man als Goseling gaan, wan
neer zün beleid op een zóó pietluttig onderdeel
als het ontslag van rijf marechaussees wordt
afgqkeurd? Dan had de heer van Buuren dit
jaar wel viermaal kunnen opstappen. En als hü
gaat, waarom moeten en zullen dan de' drie
andere katholieken mee? Het Ossche beleid heeft
met beginselpolitiek toch weinig of niets uit
staande? Het kan allemaal evengoed anders uit
vallen dan de somberen onder onze
Wordt begunstiger van het
Geeft een jaarlijksche bij
drage op giro 320.000 van
het Luchtverdedigingsfond»,
t. n. v. d. Vereen, v. Nat.
Veiligheid, den Haag, of
schrijft aan hef Centr. Prop.
Comité, Heerengracht 7 8,
Amsterdam.
Wij vragen duizenden be
gunstigers I
Na het büwonen van de zitting van den Raad
van State heeft Z. K. H Prins Bemhard Dins
dag een bezoek gebracht aan de Cineac op het
Buitenhof te Den Haag, waar Hü de film heeft
aanschouwd, welke Hü zelf van Prinses Bea
trix heeft opgenomen. De Prins was vergezeld
van Zün secretaris, jhr. mr. C. Dedel en Zün
adjudant, kapitein J. K H. de Roo van Alder-
werelt.
In een later gesprek in Sebtember had
verdachte haar gezegd, dat hü met vrouw en
kinderen in het water zou rüden om op die
wüze een einde aan hun leven te maken.
Over,de kinderen had hü gezegd: „Ze moe
ten, maar dood, anders worden ze net als
de moeder."
De heer Albarda (S.DAP.) prefereerde iets
anders: een regeeringsverklaring. Hü onder
steunde het voorstel van den voorzitter, mr. van
Schalck. om ten aanzien van deze interpellatie-
aanvraag niet af te wüken van de gewoonte, dat
de Kamer zich 24 uur over een dergelüke aan
vraag beraadt, doch voegde er het verzoek aan
toe: de voorzitter moge zich gedurende deze 24
uren met de Regeering in verbinding stellen om
te vernemen of het in haar bedoeling ligt op
politieke eigen initiatief een verklaring al te leggen en.
zoo Ja, wanneer. Dan kan de Kamer morgen
met volledige kennis van zaken over 's heeren
Wünkoop's verzoek beslissen.
Al sprak de heer Albarda niet met zooveel
woorden een voorkeur voor een regeeringsver
klaring uit, zün suggestie ging toch kennelük
over het hoofd van den voorzitter heen naar de
ministerstafel: Regeering, kom uit eigen bewe
ging voor den dag met een uiteenzetting van de
situatie in het kabinet; moet de Kamer daar
nu om vragen?
Zal dan toch een Regeeringsverklaring komen?
Een verklaring, die althans enkele wolken vermag
weg te drüven?
weerprofeten voorspellen. Wat zullen de Anti-
Revolutlonnairen doen? Drüven zü naar een val
van het kabinet als een soort vergelding ovei
het lot van de Wilde? Willen zü geen kabinet,
dat goed boert zónder de Wilde? Of zullen zü
terugschrikken voor het risico, aan het heen
gaan van het kabinet-Colün verbonden? Zullen
zü nog tüdig hun voelhorens uitsteken om te
onderzoeken of een nieuw kabinet wel zóó zeker
weer naar hun smaak zal uitvallen, als zü wel
licht thans nog meenen? Wie zal het zeggen?
Donkere wolken drüven aan den politieken
hemel. Inderdaad: zü drüven. Ieder oogenbllk
kan het totaalbeeld anders zün, kan de een of
ander iets zeggen, dat de situatie verheldert of
versombert. En dat schept in de Kamer een
sfeer van latente spanning, een sfeer, waarin
ieder de ooren scherpt: z*l er nog iets gebeuren?
Komt er nog geen teekenlng In den toestand?'
Op 30 Mei heeft de rechtbank te Rotterdam
in hooger beroep een aantal zaken behandeld
tegen exploitanten van autobusondernemingen
die het kantongerecht tot hooge boeten had
veroordeeld. De exploitanten waren allen in ap
pél gekomen van vonnissen, waarbü zü ver
oordeeld waren wegens overtreding van het
Reglement Autoverveer Personen. Thans heeft
de rechtbank te Rotterdam in deze zaken uit
spraak gedaan en den exploitanten slechts ge
ringe geldboeten opgelegd, n.l. geldboeten
van f 5.
De hooge bezoekers werden verwelkomd door
de directie van de Cineac, die den Prins en Zün
gevolg allereerst de cabine liet zien en de daar
in aangebrachte technische snufjes, welke het
mogelijk maken, een smalfilm op het groote
doek te vertoonen. De Prins, als deskundig ama
teur, toonde hiervoor zeer groote belangstelling.
De directie bood den Prins daarna een boek aan,
waarin allerlei herinneringen aan het vertoonen-
van deze film zün aangebracht, zooals persver
slagen, foto's enzelfs een bewüs van de
filmkeuringscommissie, dat de film van Prinses
Beatrix voor alle leeftüden was goedgekeurd.
Ten slotte heeft de Prins zelf de film aan
schouwd, hetgeen voor hem ook al daarom een
attractie was. omdat hü verschillende door
Hem opgenomen gedeelten zelf nog niet gepro
jecteerd had gezien. Er was voor den Prins dus
een geheel nieuw gedeelte bü Geen wonder dus,
dat hü. evenals de vele bezoekers van de Ci
neac. hartelnk meelachte bü de vertooning.
Nu de Kamer zich tóch met militaire aan
gelegenheden bezig hield, nam de heer Albarda
(6.D.A.P.) de kans waar om met de Regeering
een appeltje te schillen over de wüze. waarop
zü particuliere medewerking in de actieve lucht
afweer gedoogt. Voor de bescherming van de
electrische centrale in Friesland laat zü de pro
vincie 60 000 gulden mee-betalen. Om de electri
sche centrale van Den Haag, zonder welke nota
bene de regeeringsgebouwen niet behoorlük kun-
rien functionneeren, behoorlük in staat van ver
dediging tegen luchtgevaar te brengen, moet de
gemeente 110.000 gulden opbrengen. De havens
en de opslagplaatsen van Amsterdam en Rot
terdam. die toch van vitaal belang zün voor het
heele land, moeten straks met de hulp van par
ticulieren van voldoende afweergeschut worden
voorzien Soortgelyke gevallen doen zich in Dordt.
in Delft en misschien nog op andere plaatsen
voor.
landbouwers A. C. en D. R. uit Staphorst
kr*ten- toen zü in het veld aan het werk waren.
**b hevigen twist. Deze liep zoo hoog, dat de
®annen elkaar met mestvorken en messen te
tingen Beiden werden «eer r»**r gewond.
politie heeft de zaak in Onderzoek.
Dr. Poot is ook niet van oordeel., dat verd.
in het ziekenhuis simuleerde of zün "toestand
De dokter heeft verd. die
•n de pijn zakt onmlddellijk wegl
Hartjes zijn onfeilbaar bij pijnen
van allerlei aard en helpen uit
stekend bij verkoudheid en griep
Door de hartvorm gemakkelijker
In te nemen dan de ronde
ouweltjes
Bij apothekers en drogisten,
koker 12 st 50 ct - doosje 6 st. 50 cl
Verdraagt zich dat systeem met art. 194 van
de Grondwet, waarvan het eerste lid luidt: „Al
de kosten voor de legers van het Rijk worden uit
'sRüks kas voldaan”? Buys, die het tot 1860 ge
volgde systeem, dat de gemeenten büdroegen in
de kosten der kazerneering. als in strüd met dit
grondwetsartikel verwierp, zou stellig deze prac-
tüken hebben veroordeeld.
In leder geval: de heer Albarda veroordeelt ze.
Hü acht het onjuist, dat particulieren beslissen
welke objecten verdedigd worden, dat die ob
jecten onverdedigd blüven, wier eigenaren niet
over voldoende middelen beschikken om eigen
geschut te betalen en vooral dat dit heele
systeem is ingevoerd zonder machtiging van de
Staten-Genergal. dat het zóó maar op de wille
keur van de Regeering rust. Beter acht hü het
van de bedrijven een bepaalde defensie-heffing
of retributie te vorderen, terwijl het Rük uit
zoekt wat beschermd zal worden en wat niet.
Antwoordt de Regeëring niet naar zün genoe
gen, dan zal hü een uitspraak van de Kamer
verdeeld, de contingentsuitbreiding kan als per- uitlokken.
3o. doordat de Regeering den weg van den
verlengden diensttüd heeft Ingeslagen zonder
daarnaast eenige uitbreiding van het contingent
voor te stellen, legt zü den vollen last van de
verdediging dés vaderlands op de schouders van
een betrekkelük klein aantal jonge mannen.
Laat de Regeering een ander systeem kiezen,
opperde de heer Ruys de Beerenbrouck (RK.):
een systeem van éénsdeels contingentsuitbrei
ding en anderdeels verlenging van dienstplicht,
dan kan zü aan al deze drie bezwaren tegemoet
komen. Immers dan wordt de militaire last bll-
Hjker over de heele dienstplichtige generatie
overdreven heeft.
psychisch gestoord was. een slaapkuur laten on
dergaan. Het "is mogelük. dat verd.’s herinne
ringsvermogen verzwakt was In den tüd. door
hem in het ziekenhuis doorgebracht. Zoo kan
hü zich misschien ook niet nauwkeurig herin
neren of Maria D. hem alleen of in gezelschap
van^zün vrouw heeft opgezocht.
J. E. Miltenburg, directeur van de melkfabriek
te Bergen, in wiens dienst verd. was. is zeer
over verdachte te spreken.
P. Bakker uit Bergen had aan verdachte op
2 Januari den auto verhuurd tegen 6 ct. per km*
De auto was goed in orde, alleen de linker-
voorband was afgesleten.
Een religieuze verpleegster uit Alkmaar had
verd. van 2 tot 17 Januari verpleegd in het
R.K. ziekenhuis te Alkmaar. Aanvankelük riep
hü voortdurend om zün vrouw en kinderen.
En kreeg hü wel eens bezoek?
Getuige: Ja. een meisje bezocht hem.
Pres.: Was dat Maria D. of zün zuster?
Getuige weet dit niet, want de bezoekster
had zich niet voorgesteld.
Pres.: En heeft verd. toen een stuk getce-
kend?
Getuige: Daar weet ik niets van.
Pres.: Maar het meisje beweert, dat u pen en
inkt hebt gegeven.
Getuige: Dat is absoluut niet waar. Tüdens
het bezoek was getuige niet in de kamer ge
bleven. Ze wist ook niet, hoe lang het meisje
gebleven was. Wel had zü erg aangedrongen om
Héél gemoedereerd ving de Kamer met de be
handeling van den verlengden diensttüd aan.
En zü opperde daartegen in hoofdzaak drie
bezwaren:
lo. de Regeering laat volkomen in het duister
wit zü precies wil; zü vraagt de bevoegdheid
om in tüd van internationale spanningen de
dienstplichtigen tot twee jaren lang onder de
wapenen te houden, zoodat zü, als puntje bü
paaltje komt, over drie lichtingen geoefende
manschappen beschikt; maar zü zegt niet tot
hoever zü in de gegeven omstandigheden van
die bevoegdheid gebruik zal maken;
2o. de Regeering trekt geen duidelük verschil
tusschen die uitbreiding van de legersterkte, die
permanent zal zün omdat zü door de mogelük-
heid van sneller^ mobilisatie wordt gevorderd,
eenerzüds en die djtbreldlng. die slechts dient
om in tüd van abnormale spanning de grenzen
effectiever te beveiligen en die dus een tüdelük
karakter draagt, anderzüds;
President: „En wanneer sprong u er lit?”
Verdachte: De auto hing boven het water.
Op dat oogenbllk sprong ik er uit en kwam I bü verd. te worden toegelaten.
half in het water terecht. Ik voelde bü het I f'"
De chef-veldwacbter A. van der Kooy uit
Bergen was ter plaatse gekomen, toen alle
inzittenden zich op het droge bevonden.
Verd. 's jas was droog. Uitvoerig bespreekt
het hof met dezen getuige de situatie, waar
in de auto door hem werd aangetroffen. Een
slipspoor had getuige niet gevonden, wel
had hü een wielspoor op den wegberm ge
zien.
Na de pauze stügt óe spanning in de zaai,
want Maria D„ de hoofdgetuige en vroegere
vriendin van verdachte verschünt voor het ge
tuigenhekje. Zü is 26 jaar en dienstbode te
Heemstede. houdt zich aan haar verklarin
gen voor de rechtbank. Zü heeft er niets aan
toe te voegen, noch wil zü lets Intrekken.
Eerst confronteert de president haar met de
zuster uit het ziekenhuis. Het meisje houdt
vol, dat verd. in het ziekenhuis een stuk
machtiging tot het ontvangen van steun
heeft geteekend De zuster houdt vol, dat zu
geen pen en inkt op de kamer heeft gebracht
Pres.: Meisje D„ kan het niet zün. dat ver
dachte heeft gezegd: „Teeken het thuis maar
voor mü
Neen, dat weet ze zeker, zóó is het niet ge-
Ze heeft van de zuster schrüfmateriaal
slippen, dat het niet goed ging, ik schreeuwde
en rukte het portier open. Even later zakte de
auto weg
Een Juffrouw uit de buurt had evenmin als
de andere getuigen een hond in de buurt ge
zien.
Dr. J. H den Hartogh was de eerste dokter,
die ter plaatse kwam. Verd., die ondergebracht
was in de woning van Mens, was overspannen
De weg was zeer glad; de dokter wilde het zuur
stofapparaat laten halen, maar niemand had er
gezien de gladheid van den weg zin in.
zoodat getuige zelf was gegaan.
Dr. J< A. Blok te Bergen had aan verd- die
wild om vrouw en kinderen schreeuwde, een in
jectie gegeven.
Ik vond zün reactie niet normaal, hü deed
erg vreemd, concludeert de dokter, die echter
niet nader kan definieeren. waarom hü verd.’s
reactie niet normaal vond.
Dr. H. W J. M. Poot uit Bergen is verd's
huisarts. HÜ heeft den doodschouw op de drie
meisjes gan drie, vier en vüf jaar. verricht
In het ziekenhuis was verdachte nog over
spannen. Hü riep voortdurend om vrouw en
kinderen. Deze getuige had geen moment aan
een misdrijf gedacht; hü vond dat verd.
hoewel uiterst opgewonden normaal reageer
de.
Pres.: En vond u het gezin vroeger gelukkig?
Deskundige: BuitengewoonI
Pres.: Maar toen wist u niets van een on
wettige verhouding?
Neen, antwoordt de dokter.
Op de vragen van den president naar uaam,
woonplaats en geboortedatum antwoordt ver
dachte met een kort woord. Hü is kalm en be
ll eerscht, staande hoort hü het voorlezen van
de dagvaarding aan. Het O.M. heeft twintig
getuigen gedagvaard, de verdediger heeft zyner-
züds geen getuigen opgeroepen.
Blüft u er bü, dat het een ongeluk was?
Zeker, antwoordt verdachte, ik ben volkomen
onschuldig.
De eerste getuige is de landbouwer Prins,
die het ongeluk van een afstand had zien ge
beuren. Direct was hü te hulp geschoten.
Verd. was al uit den auto en stond in het water
en schreeuwde om hulp.
President: En wat deed verdachte?
Getuige: Hü wilde het water in en riep: „Help,
help, m’n vrouw en de kinderen".
Inmiddels waren er meer menschen te hulp
geschoten en de vrouw en de baby waren met
veel moeite uit den auto gehaald. Toen de drie
zusjes op den wal waren gebracht, bleken de
levensgeesten reeds geweken,.
President: ,En sprak verdachte direct na de
redding reeds over een hondje, dat over ded
weg had geloopen
Getuige: ..Neen. daar praatte hü pas over, toen
ik hem in het ziekenhuis bezocht."
De tweede getuige. M. Muis, was thuis door
Prins gewaarschuwd, dat er een ongeluk was
gebeurd. Hü was direct naar de plaats des on-
heils gesneld.
Verd wilde op den kant. Toen hü gered was.
wilde hü weer in 't water gaan om zün vrouw
en kinderen te helpen.
Verdachte was in de woning van Muls ge
bracht en het leek, dat de jekker dien hü droeg
nagenoeg droog was. Wel waren de slippen en
zün broekspijpen nat. Over een hondje en slip
pen had verd. ook tegenover dezen getuige niet
gesproken.
Verdachte, zegt de president, u tlüft er
dus bü. dat u bü het uitwüken voor een
hondje slipte?
Ja, zegt verdachte met zachte stem en
op de kaart, die op de tafels voor het ge
rechtshof ligt, wüst hü aan welke manoeuvre
de auto maakte.
sproken,
meisje.
De priester handhaaft zün lezing.
Tenslotte hoort het Hof df. H Hoenevelo.
zenuwarts te Alkmaar, die naar de geestver
mogens van verdachte een onderzoek instelde.
Verdachte is volkomen toerekeningsvatbaar
Ook kan hü in de reacties niets abnormaals
vinden. Verdachte behoort tot de nerveuzen.
Na het gebeurde was hü volkomen geschokt.
Deskundige acht nes zeer onwaarschünlük.
dat een man als verdachte, na een rustig fa
miliebezoek. zün kinderen, waar hü veel van
hield, om het leven zou brengen. Dat is on-
aannemelük, meent hü. Wel kon verdachte
gemakkelük een dubbel leven leiden, te meer
daar zün vriendin een krachtiger natuur heeft
dan verdachte. Er is wel eens gezegd, dat hü
zoo weinig bedroefd leek na het verlies van
zün kinderen. Dat lükt misschien soo, omdat
hü oppervlakkig is en droefheid betrekkelük
kort in zün geest blüft hangen. De dokter ziet
in hem een goedigen. sterk emotloneelen man,
die eigenlük zelf niet meer precies weet, ho»
Na een sensationeele terechtzitting van de
rechtbank te Alkmaar sprak dit college den
melkrijder B. uit Bergen vrü van den hem ten-
laste gelegden moord op zün drie jeugdige kin
deren Anna, Emerentia en Wilhelmina en po
ging tot moord op zün vrouw en zün baby.
Het OM ging van het vrijsprekende vonnis
in appel en Dinsdag stond de melkrüder terecht
voor het gerechtshof te Amsterdam, gepresi
deerd door mr. Joh. M. Jolles. Raacsheeren
waren mr. W. Smit en mr. 8. G. Canls. De
advocaat-generaal, mr. dr D. Reilingh nam het
OM. wtt&r
r-e-r anneer straks de Kamer zich in
meerderheid met het rapport
van de Kamercommissie zou ver-
eenigen, zal dat opnieuw onaangenaam
voor minister Goseling zijn. Hoe zwaar
die onaangenaamheid voor hem zal
wegen en welke consequenties hij daar
aan eventueel zal verbinden, is een zaak,
die hem zelf aangaat, zooals ook het
door hem in de Ossche affaire gevoerde
beleid alleen voor zün verantwoordelijk
heid komt. Men tracht het tendentieus
wel voor te stellen, alsof de katholieken
en de geheele R. K. Staatspartij en haar
vertegenwoordigers in de Kamers zich
met dit beleid hebben vereenzelvigd,
maar deze voorstelling is even onge
rechtvaardigd en onjuist als de hier
boven gesignaleerde onzinnige redenee-
ring. De katholieken hebben zich juist
verzet en met kracht geprotesteerd tegen
de wüze, waarop verschillende bladen de
Ossche affaire tegen hen en hun poli
tiek wilden uitspelen en poogden er
*en antl-katholieken rel van te maken.
Dit verzet en dit protest vonden juist hun
rechtvaardigen grond in het feit, dat zü
aich niet wilden laten vereenzelvigen
met de houding van den minister, die
“iet als katholiek, maar als minister
onder eigen verantwoordelijkheid han
delde in een zuiver departementale aan-
ïelegenheid. Zü* kwamen slechts op
tegen de vurige verdachtmaking als zou
de minister uit politieke bü bedoelingen
gedaan hebben, wat hü heeft gedaan,
een verdachtmaking, welke ook de Ka
mercommissie van de hand heeft gewe
ien. Zóó staan de zaken en niet anders.
af wilde of haar en de kinderen uit den weg
wilde ruimen.
Pres.: Maar fantaseert dit meisje dan dit
heele afgrüselüke moordverhaal.
Verd.: Ja, alles gelogen.
Wel heeft verdachte eens gezegd: „Als Je geen
geloof, geen gevoel en geen geweten had, zou je
de boel kunnen verdrinken.
Pres.: En verder hebt u haar niets gezegd?
Geen woord.
Omtrent het voortgezet getuigenverhoor voor
het Amsterdamsche Hof inzake het drama te
Koedük kan nog worden gemeld, dat het
meisje. Maria D„ langer dan anderhalf uur
werd ondervraagd. Zü bleef bü haar verkla
ringen. Dan stond zü haar plaats af aan haar
vriend K.. die mededeelt, dat hü thans water
bouwkundige en geen’ journalist is.
Hü vertelt, dat het meisje tüdelük bü hen.
de huishouding verzorgde. Getuige had gerui-
men tüd een verhouding met het meisje Hü
kende verdachte B niet, op zekeren dag had
B haar opgezocht ten huize van getuige. Hü
had een fluisterend gesprek gehoord en met
veel moeite had hü haar later bewogen te ver
tellen. wat er besproken was Zü had verteld,
dat zy een verhouding piet verdachte heeft
gehad Getuige had toen gezegd: „Oh. ben jü
de vrouw, die er achter zou zitten, zooals men
fluistert
Maria had haar verhaal voörtgezet. doch zü
had getuige eerst laten beloven niets te ver
tellen. ,Jk dacht zegt getuige „dat het
een tamelük onschuldig verhaal was". Toen hü
bet geheele drama hoorde, had hü zün be
lofte van stllzwügendheid herroepen. Getuige
had met een priester gesproken en met dezen
priester had verdachte óók een gesprek ge
had Later had deze tegen getuige gezegd: ..Het
is gebeurd, zooals het meisje het gezegd heeft"
Pas in October deed K aangifte bü de
justitie.
President:
beurd
gekregen.
Pres, (tot verd 1Kunt u die machtiging later
hebben geteekend?
Verdachte weet het niet, hü herinnert zien
niets van een machtiging.
Mr. Canls: Wie heeft dan het geld gekregen
op die machtiging?
Het meisje: Dat weet ik niet meer....
Mr Cants: Lag hü In bed toen hü teeken-
de? Had hü een onderlegger?
Neen, een onderlegger om het papier te steu
nen had hü niet gehad. Hü l*ad in bed getee
kend, hü was nog erg suf
Pres, (tot Maria D>: Het is onbegrijpelük.
dat verd. op den 13den Januari, toen hü eigen
lük een slaapkuur deed, zoo'n handteekening
zette.
Bü het verdere verhoor geeft het meisje toe
een verhouding met B. 4e hebben gehad. Ver
dacht wilde met haar trouwen, maar zoo
verklaarde het meisje ,Jk zei. in een gespre*
in Juli, dat ik weinig trek had met hem te
trouwen, omdat ik de kinderen niet steeds om
me heen wilde hebben Verdachte had toen ge
antwoord: „Daar zal je geen last van hebben.
Getuige had toen gezegd: .Dan moet er iets
verschrikkelüks gebeuren.”
Raadsheer mr. Canls: Dus over dat verschrik-
kelüke bent u het eerste begonnen?
Getuige: Ja, maar Ik heb direct gezegd: .Dat
kan niet”. Verdachte hééft toen geantwoord:
„Laat dat maar aan mü over".
Pres.Met dat verschrikkelüke bedoelde u
toen: van kant maken. Of bedoelde u een
scheiding?
Getuige: Ik weet het niet, ik vind het allebei
vreeselük.
Pres.: Hebt u hem in den waan gelaten, dat
u met hem wilde trouwen als hü vrü was?
Getuige geeft dit toe.
-y- et rapport van de Kamercotnmls-
l—l sie, dat het beleid van den minis-
A A ter van Justitie inzake de tegen de
Ossche marechaussee-brigade genomen
maatregelen als overhaast en niet door
de feiten gerechtvaardigd afkeurt, wordt
voor Minister Goseling niet aangenaam
genoemd. Het is ook niet aangenaam
voor den betrokken minister, evenmin
als het ook niet aangenaam kan zijn
voor de raadgevers van den minister, op
wier compas hü bü dit beleid heeft moe
ten varen. Maar dit rapport is evenmin
aangenaam voor de door het grootste
deel der nlet-katholteke pers van natio-
naal-socialistlsch zwart tot communis
tisch rood toe als een soort van natio
nale helden verheerlijkte marechaussees,
omdat het constateert, dat deze militaire
politie-mannen bü hun opsporingsarbeid
fouten hebben begaan, en evenmin is het
aangenaam voor de verantwoordelüke
leiding van dit wapen, waar gebrek aan
leiding van en toezicht op de arbeid der
manschappen wordt geconstateerd. Voor
de Kamercommissie zelf is het weer niet
aangenaam, dat de liberale prof, de
Vries heeft verklaard, dat zü haar
boekje te buiten is gegaan en zich op het
pad der enquête heeft begeven, terwül
er een constitutioneel „Verboden Toe
gang” bü dat pad stond. Voor vrijwel
alle bü deze affaire betrokken instanties
heeft zich dus op eenigerlei wüze iets
onaangenaams voorgedaan, terwül büna
geen dier instanties ontkomt aan het
verwüt, dat zü hier of daar fouten heeft
gemaakt. Waar de zaken zoo staan, vra
gen wü ons In gemoede af of het niet
overhaast en ongerechtvaardigd zou zün,
indien slechts één dier instanties, met
name de minister, uit de veelzüdige on
aangenaamheden en de gemaakte fou
ten de uiterste consequentie zou moeten
trekken, gelük door sommige bladen
wordt „bevolen” en „geëischt”. De Ka
mercommissie zelf heeft uitdrukkelük
verklaard, er volstrekt van overtuigd te
zün, dat de minister volkomen te goe
der trouw heeft gehandeld met geen
andere bedoeling ‘dan het bevorderen
van wat hü beschouwde als e’en juiste
uitoefening van de opsporingstaak der
politie. Een dergelük brevet van goeder
trouw valt moeilük uit te reiken aan de
persorganen, die 'de Ossche affaire met
kennelüke politieke bübedoelingen heb
ben opgeblazen tot een „cause celèbre”
en thans als bloeddorstige roodhuiden
krüschen om den ministerieelen scalp
van Z. Exc. Goseling. Het allerfraaiste
ia echter, dat In het „Volk" minister
Goseling de verantwoordelükheid wordt
toegeschoven voor de politieke onrust en
de maandenlange hetze in de pers en de
antl-katholieke stemming in het land
naar aanleiding van het gebeurde te Oss.
Op deze maaier zou men met evenveel
recht aan iemand, bü wien ingebroken
wordt, de verantwoordelükheid voor die
misdaad kunnen aan wrijven op grond van
het feit, dat hü door iets te bezitten de
inbraak heeft uitgelokt. Zulke redenee-
ringen deden tot voor kort slechts opgeld
in autoritaire staten, die kleine staten,
welke zü aan konden, wenschten in te
palmen, maar moeten nu zulke redenee-
ringen hier te lande óók gebezigd gaan
worden door persorganen, die de valsch-
heid van zulk een redeneering bü de ver
overing van Oostenrijk, Tsjecho-Slowa-
kjje en Albanië ten scherpste hebben
gehekeld?
„Eerst hebt u verklaard, dat de
priester verdachte niet schuldig vond, omdat
hü er wel eens over heeft gedacht, maar het
plan niet opzettelük heeft uitgevoerd. Nu ver-
klaart u, dat de priester gezegd heeft, dat het
gebeurd is, zooals Maria vertelde."
Getuige: „Ik kreeg van den priester den in-
I óruk. dat verdachte een onweerstaanbaren
drang had en dat het gebeurde toch een on-
geluk was”.
President: ..Heeft u nog een verhouding met
het meisje. Gaat u haar trouwen?"
Getuige: .De verhouding is uit. Ik kan haar
niet trouwen, omdat ik geen geld heb, mede
in verband met deze zaak kreeg Ik ontslag en
nu moet ik een eigen bedrüf opbouwen. Be
vendien ben ik getrouwd....
President: „Wordt uw vrouw niet bewogei
om mee te werken aan een echtscheiding”?
Getuige (koeltjes!: „Ik weet er niets van"
Ook met dezen getuige wordt over trouw
plannen met Marietje gesproken.
Pres, (tot get. K Hebt u nooit gezegd, da'
u Marietje zou trouwen wanneer u genoeg geic
bezat en wanneer u vrü was?
Getuige (aarzelend): In dien
trouwens, ik kan zooiets niet beloven.
Raadsheer mr. Canis: Waarom had u zoo'n
haast, om van die aanklacht tegen B. werk
te maken? Lag dat niet in uw bijzondere ver
houding tot het meisje Maria D
Neen, zegt getuige, die verhouding is cor
diaal. Bovendien had ik niet zooveel haast.
Mr. Canis: Dat had u wel. want nadat u
met een jurist had gesproken, kon u niet eent
wachten, tot de priester weer terug was, die
toevallig eenige dagen uit was. U haalde nog
een anderen priester in de zaak om toch maai
gp.uw een aanklacht te kunnen indienen.
Pres, (tot getuige K.): U hebt rapport ot
rrpport gestapeld om maar te kunnen
wüzen". dat B. een misdadiger is.
Het Hof hoort vervolgens den priester, patel
De Hart. In Mei 1938 is getuige K. bü hem
geweest om te vertellen, wat hü. K van het
meisje had gehoord. Dat verhaal was zoo ten
dentieus, dat de priester de vrees kreeg, dat
juffrouw B. nog elk oogenbllk gevaar liep ge
dood te worden Getuige had het meisje ge
hoord en daarbü was hü direee“""‘van die
vrees genezen. Ook heeft de priester verdachte
gehoord, die hem bekende, wel eens met het
plan te hebben rondgeloopen. zün vrouw te
dooden Maar dien dag had l\ü dat plan niet
gehad en het te water rijden was volgens ver
dachte niet anders dan een ongeluk. Volgens
Marietje D. was er echter wel opzet in het spe.
geweest.
Weer betoogt verdachte met klem, dat de
priester zich vergist en de verhalen door el
kaar haalt. Over plannen had hü nooit ge
sproken. wel over de verhouding met he’
Pres.. Maar dat is toch vreemd, het eenige
kwaad, dat u van die vrouw Weet te vertellen,
is dat zü zoo bazig was.
Getuige: En toch heeft hü dat gezegd.
Vlak voor den 2en Januari, waarschunlük op
Oudejaarsdag, had verd. nogmaals met getuige
gesproken. Hij had toen gezegd, dat het „onge
luk” op 2 Januari zou gebeuten.
Pres.: En hebt u hem toen nog trachten te
temmen, net als bü die andere gesprekken?
Getuige (zacht): Ja.... 't hielp niet.
Pres.: 't Is eigenlük misdadig wat u gedaan
hebt. U waarschuwt de politie noch de vrouw,
u wacht kalm het bericht door de radio af. Daar
hoorde ugian. dat hü zün afschuwelük plan
had uitgWoerd.
Getuige: Ik probeerde hem
remmen.
Na het gebeurde had getuige alleen met verd.
gesproken in het ziekenhuis. Hü had toen ge
zégd. dat de tocht een mislukking was ge
weest maar ze moest maar geduid hebben
„We zullen elkaar toch wel krügen.” t
Pres.: En nog zegt u niets. Ingendeel u blüft
kalm met hem omgaan. Heeft hü ook beschre
ven hoe het ongeluk gebeurd is?
Getuige: Neen, daar heeft hü weinig over ver
teld, alleen sprak hü over een hondje.... dat
verhaal had hü aan de menschen verteld.
Pres.: Waarom hebt u het heele verhaal aan
den journalist K. verteld. Wat bezielde il om
hem te zeggen, dat verd zün vrouw en kinderen
in het water heeft gereden? En dat na een half
jaar zwügen.
Getuige: Ik wild^alles zeggen. De journalist
had aanvankelük beloofd te zullen zwügen. Een
paar dagen later had getuige de melkfabriek
te Bergen opgebeld en zü had hem gevraagd
In Schagen te komen ten huize van K. Verd
was dienzelfden avond gekomen, hü was erg
In de war.
De verdachte wordt dan ondervraagd:
Nooit heeft hü ffezegd. dat hü van zün vrouw