niet aangenaam Wolken aan den politleken hemel Verdrinkingsdrama te Koedijk voor hetAAmsterdamsche Hof Hartje beverol ffefaiK >er R r J ML ZIJN DRIE KINDEREN VERMOORD? EEN REGEERINGS- VERKLARING? Lucht Verdedigings Fonds HELPT onze onafhankelijkheid HANDHAVEN 'V BIJ - tfoofdM WOENSDAG 14 JUNI 1939 Q uwiiuumn^ Verdachte ontkent ook nu alle schuld Prins Bernhard in de Cineac OVERZICHT TWEEDE KAMER !S tie VECHTENDE LANDBOUWERS 5 LM TOT GERINGE GELDBOETEN VEROORDEELD De verlengde dienst plicht :n iij LUCHTVERDEDIGINGSFONDS. VAH MIJNHARD! Elkaar met mestvorken en meteen te lyf gegaan Geen slipspoor? dat isserdan* oefvaart toch t*? nog Ki De zitting wordt dan geschorst tot twee uur. zin niet.... (Van onzen parlementairen redacteur) DEN HAAG, 13 Juni 1939 wel eigen r Cex t den 48800 391630 I Wilde autobus-exploitanten in hooger beroep Melkrijder uit Bergen heeft zich te verantwoorden in'dmoger beroep President: „En wanneer sprong u er lit?” Verdachte: ..De auto hing boven het water. reet ze zeker, zóó is het niet ge- •ft van de zuster schrijfmateriaal fiachte had toén ge- ■n last van hebben. „Dan moet er iets (Gedeelt slijk geplaatst in een deel der vorige oplage) Na het bijwonen van de zitting van den Raad van State heeft Z. K. H. Prins Berdhard Dins dag een bezoek gebracht aan de Cineac op het Buitenhof te Den Haag, waar HU de film heeft aanschouwd, welke HU zelf van Prinses Bea trix heeft opgenomen. De Prins was vergezeld van Zijn secretaris, Jhr. mr. C. Dedel en Zijn adjudant, kapitein J. K. H. de Roo van Alder- werelt. In die sfeer viel het verzoek van den heer Wijnkoop (Comm.) om de Regeering te mogen tnterpelleeren over de oorzaken en eventueel de gevolgen van minister de Wilde’s aftreden. En het laat zich volkomen verstaan, dat de aspi- rant-interpellant aandrong op een zoo spoedig mogelijke beslissing over dit verzoek. Het liefste kreeg hij, staande de vergadering, de verelschte toestemming. Geen moment langer dan noodig is, wilde hij de onzekerheid laten voortduren. zoo ja, wanneer. Dan kan de Kamer morgen met volledige kennis van zaken over 'Zheeren Wynkoop’s verzoek beslissen. Al sprak de heer Albarda niet met zooveel woorden een voorkeur voor een regeeringsver- klaring uit, zyn suggestie ging toch kennelijk over het hoofd van den voorzitter héén naar de ministerstafelRegeering, kom uit eigen bewe ging voor den dag met een uiteenzetting van de situatie in het kabinet; moet de Kamer daar nu om vragen? Zal dan toch een Regeerlngsverklaring komen? Een verklaring, die althans enkele wolken vermag weg te drijven? het uur lts Donkere wolken dry ven aan den politleken hemel. De Kamer weet nog altyd niet nauw keurig, zóó, dat geen misverstand mogelyk is, waarom de minister van Financiën heenging en welke gevolgen dit heengaan voor de situatie binnen het kabinet heeft. Allerlei angstwekken de geruchten doen daarover de ronde. Niemand weet welke consequenties uit de affaire-Oss zul len voortvloeien. Men kan daar lustig over fan- taseeren: als de eerste conclusie van het rap port der commissie ongewyzlgd wordt aangeno men, zal minister Ooseling aftreden en dan zul len de drie andere katholieken méégaan en dan ligt het heele kabinet over de vlakte maar wat zyn dat méér dan fantasieën, angstdroomen? Waarom zal een man als Goseling gaan, wan neer zyn beleid op een zóó pietluttig onderdeel als het ontslag van vyf marechaussees wordt afgekeurd? Dan had de heer van. Buuren dit jaar wel viermaal kunnen opstappen. En als hy gaat, waarom moeten én zullen dan de drie andere katholieken mee? Het Ossche beleid heqft met beglnselpolltiek toch weinig of niets uitX staande? Het kan allemaal evengoed anders uit vallen dan de somberen onder onze politieke d- LÖ te I en erkt Wordt begunstiger van het De heer Albarda (S.DA.P.) prefereerde iet» anders: een regeerlngsverklaring. Hy onder steunde het voorstel van den voorzitter, mr. van Schalck, om ten aanzien van deze interpellatie- aanvraag niet af te wyken van de gewoonte, dat de Kamer zich 24 uur over een dergelyke aan- jëen systeem van éénsdeels contingentsultbrel- vraag beraadt, doch voegde er het verzoek aan toe: de voorzitter moge zich gedurende deze 24 uren met de Regeering In verbinding stellen om te><grnemen of het In haar bedoeling ligt op itief een verklaring af te leggen en. Dr. Poot Is ook niet van oordeel, dat veft in het ziekenhuis simuleerde of zyn toestand overdreven heeft. De dokter heeft verd. die psychisch gestoord was. een slaapkuur laten on dergaan. Het is mogelyk. dat verd.’s herinne ringsvermogen verzwakt was in den tyd, door hem in het ziekenhuis doorgebracht. Zoo kan hy zich misschien ook niet nauwkeurig herin neren of Maria D. hem alleen of in gezelschap van zyn vrouw heeft opgezocht. J. E. Miltenburg, directeur van de melkfabriek te Bergen, in wiens dienst verd. was. is zeer over verdachte te spreken. P. Bakker uit Bergen had aan verdachte op 2 Januari den auto verhuurd tegen 8 ct. per km- De auto was goed in orde, alleen de linker- voorband was afgesleten. Een religieuze verpleegster uit Alkmaar had verd. van 2 tot 17 Januari verpleegd in het R.K. ziekenhuis te Alkmaar. Aanvankeiyk riep hy voortdurend om zyn vrouw en kinderen. En kreeg hy wel eens bezoek? Getuige: Ja. een meisje bezocht hem. Pres.: Was dat Maria D. of zyn zuster? Getuige weet dit niet, want de bezoekster had zich niet voorgesteld. En heeft verd. |oen een stuk getee- Getulge-J. Stéyn, die bif de redding geholpen had en die het dak van den auto had openge sneden; vertelt, dat de weg ter plaatse erg glad «as. Een paar uur tevoren had hy van glad heid niets gemerkt. manente en de bevoegdheid tot verlenging van oefentijd als facultatieve maatregel worden toe- gepasj en de scheidingslijn is duidelijk getrok ken, waarmee hoogstwaarschyniyk ook alle vaag heid over de concrete plannen der Regeering verdwijnt. Héél gemoedereerd ving de Kamer met de be handeling van den verlengden diensttyd -aan. En zy opperde daartegen in hoofdzaak drie bezwaren lo. de Regeering laat volkomen 4n het duister wit zy precies wil; zy vraagt de bevoegdheid om In tyd van internationale spanningen de dienstplichtigen tot twee jaren lang onder de wapenen te houden, zoodat zy. als puntje by paaltje komt, over drie lichtingen geoefende manschappen beschijnt; maar zy zegt niet tot hoever zy in de gegeven omstandigheden van die bevoegdheid gebruik zaNnaken; 2o. de Regeering trekt geen duideiyk verschil tusschen die uitbreiding van de legersterkte, die permanent zaj zyn omdat zy door de mogeiyk- heid van sneller mobilisatie wordt gevorderd, eenerzyds en die uitbreiding, die slechts dient om in tyd van abnormale spanning de grenzen effectiever te beveiligen en die dus een tydelyk karakter draagt, anderzyds; Verdraagt zich dat systeem met art. 194 van de Grondwet, waarvan het eerste lid luidt: „Al de kosten voor de legers van het Rijk worden uit 'sRyks kas voldaan"? Buys, die het tot 1860 ge volgde systeem, dat de gemeenten bydroegen In de kosten der kazerneering. als In strijd met dit grondwetsartikel verwierp, zou stellig deze prac- tyken hebben veroordeeld. In leder geval: de heer Albarda veroordeelt ze. Hy acht het onjuist, dat particulieren beslissen welke objecten verdedigd worden, dat die ob jecten onverdedigd, biyven, wier eigenaren niet over voldoende middelen beschikken om eigen geschut te betalen en vooral dat dit heele systeem is ingevoerd zonder machtiging van de Staten-Generaal. dat het zóó maar op de wille- Keur van de Regeering rust. Beter acht hij het Wfr-de bedrijven een bepaalde defensie-hafflng of retributie te vorderen, terwyi het Ryk uit zoekt wat beschermd zal worden en wat niet. Antwoordt de Regeering niet naar zyn genoe gen, dan zal hy een uitspraak van de Kamer verdeeld; de contlngentsuitbreiding kan als per- uitlokken. 4 Geeft een jaarlijksche bij drage op giro 320.000 van het Luchtverdedigingsfonds, t. n. v. d. Vereen, v. Nat. Veiligheid, den Haag, of schrijft aan het Centr. Prop. Comité, Heerengracht 7 8, Amsterdam. Wij Vragen duizenden be gunstigers weerprofeten voorspellen. Wat zullen de Antl- Revolutionnairen doen? Drijven zy naar een val van het kabinet als een soort vergelding over het lot van de Wilde? Willen zy geen kabinet, dat goed boert zónder de Wilde? Of zullen zy terugschrikken voor het risico, aan het heen gaan van het kabinet-Colyn verbonden? Zullen zy nog tydig hun voelhorens uitsteken om te onderzoeken of een nieuw kabinet wel zóó zeker weer naar hun smaak zal uitvallen, als zy wel licht thans nog meenen? Wie zal het zeggen? Donkere wolken drijven aan den politleken hemel. Inderdaad: zy drijven. Ieder oogenbllk kan het totaalbeeld anders zyn, kan de een of ander iets zeggen, dat de situatie verheldert of versombert. En dat schept In de Kamer een sfeer van latente spanning, een sfeer, waarin ieder de ooren scherpt: zal er nog iets gebeuren? KoriTt er nog geen teekenlng in den toestand? •n de pijn zakt onmiddellijk wegl Hartjes zijn onfeilbaar bij pijnen van allerlei aard en helpen uit stekend bij verkoudheid en griep Door de hartvorm gemakkelijker In te nemen dan de ronde ouweltjes Bij apothekers en drogisten, koker 12 st. SO ct - doosje 6 st. 50 ct Het OM. ging van het vrijsprekende vonnis in appel en Dinsdag stond de melkrijder terecht voor het gerechtshof te Amsterdam, gepresi deerd door mr. Joh. M Jolles. Raacsheeren waren mr. W. Smit en mr. S. G. Cams. De advocaat-generaal, mr. dr D. Reilingh nam het OM. waar. In een later gesprek in Sebtember had verdachte haar gezegd, dat hy met vrouw en kinderen In het water zou ryden om op die wyze een einde aan hun leven te maken. Over de kinderen had hy gezegd: „Ze moe- jFten maar dood, anders worden ze net als de moeder." Op 30 Mei heeft de rechtbank te Rotterdam in hooger beroep een aantal zaken behandeld tegen exploitanten van autobusondernemingen, die het kantongerecht tot hooge boeten had veroordeeld. De exploitanten waren allen in ap pél gekomen van vonnissen, waarby zy ver oordeeld waren wegens overtreding van het Reglement Autovervoer Personen. Thans heeft de rechtbank te Rotterdam in deze zaken uit spraak gedaan en den exploitanten* slechts ge ringe geldboeten opgelegd, n.l. geldboeten van f 5. ding en anderdeels verlenging van dienstplicht, dan kan zy aan al deze drie bezwaren tegemoet komen. Immers dan wordt de militaire last bll- hjker over de heele dienstplichtige generatie De chef-veldwachter A. van der Kooy Th^ Bergen was ter plaatse gekomen, toen alle inzittenden zich op het droge bevonden. Verd. ’s jas was droog. Uitvoerig bespreekt het hof met dezen getuige de situatie, waar in de auto door hem werd aangetroffen. Een slipspoor had getuige niet gevonden, wel had hy een wielspoor op den wegberm ge zien. Pres.: kend? Getuige: Daar weet ik niets van. Pres.: Maar het meisje beweert, dat u pen 'en inkt hebt gegeven. Getuige: Dat is absoluut niet waar. Tydens het bezoek was getuige niet in de kamer ge bleven. Ze wist ook niet, hoe lang het meisje gebleven was. Wel had zy erg aangedrongen om Op dat oogenbllk sprong ik er uit en kwam I Ml verd. te worden toegelaten. half In het water terecht. Ik voelde by het 156 zitting wordt dan geschorst tot twee uur. Db landbouwers A. C. en D. R. uit Staphorst toen zy in het veld aan het werk waren, hevlgen twist. Deze liep zoo hoog, dat de m*nnen elkaar met mestvorken en messen te ringen. Belden werden zeer zwaar gewond, politie heeft de zaak In onderzoek. 3o. doordat de Regeering den weg van den verlengden diensttyd heeft ingeslagen zonder daarnaast eenige uitbreiding van het contingent voor te stellen, legt zy den vollen last van de verdediging des vaderlands op de schouders van een betrekkelyk klein aantal Jonge mannen. Laat de Regeering een ander systeem kiezen, opperde de heer Ruys de Beerenbrouck (R.K.Hl slippen, dat het niet goed ging, ik schreeuwde en rukte het portier open. Even later rakte de auto weg." Een juffrouw uit de buurt had evenmin als de andere getuigen een hond in de buurt ge zien. Dr. J. H. den Hartogh was de eerste dokter, die ter plaatse kwam. Verd.. die ondergebracht was in de woning van Mens, was overspannen De weg was zeer glad; de dokter wilde tiet zuur stofapparaat laten halen, maar niemand had er gezien de gladheid van den weg zin In zoodat getuige zelf was gegaan. Dr. J. A. Blok te Bergen had aan verd.. die wild om vrouw en kinderen schreeuwde, een in jectie gegeven. Ik vond zyn reactie niet normaal, hy deed erg vreemd, concludeert de dokter, die echter niet nader kan definieeren. waarom hij verd.’s reactie niet normaal vond. Dr. H. W J. M. Poot uit Bergen is verd.’s huisarts. Hy heeft den doodschouw op de drie meisjes van drie. ‘Vier en vyf jaar. verricht. In het ziekenhuis was verdachte nog over spannen. Hy riep voortdurend om vrouw en kinderen. Deze getuige had geen moment aan een misdrijf gedacht; hU vond dat verd. hoewel uiterst opgewonden normaal reageer de. Pres.: En vond u het gezin vnjeger gelukkig? Deskundige: Buitengewoon! Pres.: Maar ,toen wist u niets van een on wettige verhouding? Neen, antwoordt de dokter. Nu de Kamer zich tóch met militaire aan gelegenheden bezig hield, nam de heer Albarda (S.DA.P.) de kans waar om met de Regeering een appeltje te schillen over de wyze, waarop zy particuliere medewerking in de actieve lucht afweer gedoogt. Voor de bescherming van de electrische centrale in Friesland laat zy de pro vincie 60.000 gulden mee-betalen. Om de electri sche centrale van Den Haag, zonder welke nota bene de regeeringsgebou^en niet behooriyk kun nen functionneeren, behooriyk in staat van ver dediging tegen luchtgevaar te brengen, moet de gemeente 110.000 gulden opbrengen. De havens en de opslagplaatsen van Amsterdam en Rot terdam, die toch van vitaal belang zyn voor het heele land, moeten straks met de hulp van par ticulieren van voldoende afweergeschut worden voorzien. Soortgelyke gevallen doen zich in Dordt. in Delft en misschien nog op andere plaatsen voor. sproken, meisje. De priester handhaaft zyn lezing. Tenslotte hoort het Hof dr. H. Hoenevelc. zenuwarts te Alkmaar, die naar de geestver mogens van verdachte een onderzoek instelde. Verdachte is volkomen toerekeningsvatbaar Ook kan hy in de reacties niets abnormaals vinden, herdachte behoort tot de nerveuzen. Ka het gebeurde was hy volkomen geschokt. Deskundige acht het zeer onwaarschyniyk, dat een man als verdachte, na een rustig fa miliebezoek. zyn kinderen, waar hy veel van hield, om het leven zou brengen. Dat is on- aannemeiyk, meent hy. Wel kon verdachte gemakkeiyk een dubbel leven leiden, te meer daar zyn vriendin een krachtiger natuur heeft dan verdachte. Er is wel eens geaegd. dat hy zoo weinig «bedroefd leek na het verlies van zyn kinderen. Dat lykt misschien aoo, omdat hy oppervlakkig is en droefheid betrekkelyk kort in zyn geest blyft hangen. De dokter riet in hem een goedigen, sterk emotiooeelen man. die eigeniyk self niet meer precies weet, hoe het ongeluk gebeurd is. De zitting wordt geschorst. w -w y anneer straks de Kamer zich in \A/ meerderheid met het rapport van de Kamercommissie zou ver- eenigen, zal dat opnieuw onaangenaam voor minister Ooseling zijn. Hoe zwaar die onaangenaamheid voor hem zal wegen en welke consequenties hij daar aan eventueel zal verbinden, is een zaak, die hem zelf aangaat, zooals ook het door hem in de Ossche affaire gevoerde beleid alleen voor zijn verantwoordelijk heid komt. Men tracht het tendentieus wel voor te stellen, alsof de katholieken en de geheele R. K. Staatspartij en haar vertegenwoordigers in de Kamers zich Bet dit beleid hebben vereenzelvigd, Baar deze voorstelling is even onge rechtvaardigd en onjuist als de hier boven gesignaleerde onzinnige redenee- ring. De katholieken hebben zich juist verzet en met kracht geprotesteerd tegen de wyze, waarop verschillende bladen de Ossche affaire tegen hen en hun poli tiek wilden uitspelen en poogden er •en anti-katholleken rel van te maken. Dit verzet en dit protest vonden juist hun rechtvaardigen grond in het feit, dat zij *ich niet wilden laten vereenzelvigen Bet de houding van den minister, die »iet als katholiek, maar als minister onder eigen verantwoordelijkheid han delde in een zuiver departementale aan- Rlegenheld. Zij kwamen slechts op tegen de vurige verdachtmaking als zou de minister uit politieke bijbedoelingen gedaan hebben, wat hij heeft gedaan, een verdachtmaking, welke ook de Ka- Bercommissie van de hand heeft gewe ien. Zóó staan de zaken en niet anders. Z. K. H. ziet Zyn dochter op het witte doek - et rapport van de Kamercommis- L1 sie, dat het beleid van den minis- X A ter van Justitie Inzake de tegen de Ossche marechaussee-brigade genomen maatregelen als overhaast en niet door de feiten gerechtvaardigd afkeurt, wordt T00r Minister Goseling niet aangenaam genoemd. Het is ook niet aangenaam Toor den betrokken minister, evenmin ,js het ook niet aangenaam kan zyn voor de raadgevers van den minister, op wier compas hy by dit beleid heeft moe ten varen. Maar dit rapport is evenmin gangenaam voor de door het grootste deel der nlet-katholieke pers van natio- naal-socialistisch zwart tot communis tisch rood toe als een soort van natio nale helden verheeriykte marechaussees, omdat het constateert, dat deze militaire polltie-mannen by hun opsponngsarbeid fouten hebben begaan, en evenmin is het aangenaam voor de verantwoordeiyke leiding van dit wapen, waar gebrek aan leiding van en toezicht op de arbeid der manschappen wordt geconstateerd. Voor de Kamercommissie zelf is het wéér niet singenaam, dat de liberale prof, de Vries heeft verklaard, dat zy haar boekje te buiten is gegaan en zich op het pad der enquête heeft begeven, terwyi er een constitutioneel „Verboden Toe gang” t>y dat pad stond. Voor vrijwel alle by deze affaire betrokken instanties heeft zich dus op eenigerlel wyze iets onaangenaams voorgedaan, terwyi bijna geen dier instanties ontkomt aan het venrijt, dat zy hier of daar fouten heeft gemaakt. Waar de zaken zoo staan, vra gen wU onS in gemoede af of het niet overhaast en ongerechtvaardigd zou zjjn, indien slechts één dier Instanties, met name de minister, uit de veelzydige on aangenaamheden en de gemaakte fou ten de uiterste consequentie zou moeten trekken, geiyk door sommige bladen wordt „bevolen” en „geëischt”. De Ka mercommissie zelf heeft uitdrukkeiyk verklaard, er volstrekt van overtuigd te zijn, dat de minister volkomen te goe der trouw heeft gehandeld met geen andere bedoeling dan het bevorderen van wat hy beschouwde als een juiste uitoefening van de opsporingstaak der politie. Een dergeiyk brevet van goede trouw valt moeiiyk uit te reiken aan de persorganen, die de Ossche affaire met kenneiyke politieke bybedoelingen heb ben opgeblazen tot een „cause celèbre” en thans als bloeddorstige roodhuiden krijschen om den ministerieelen scalp van Z. Exc. Goseling. Het allerfraaiste is echter, dat in het „Volk” minister Goseling de verantwoordelykheid wordt toegeschoven voor de politieke onrust en de maandenlange hetze in de pers en de antl-katholieke stemming in het land naar aanleiding van het gebeurde te Oss. Op deze manier zou men met evenveel recht aan iemand, by wien ingebroken wordt, de verantwoordelykheid voor die misdaad kunnen aanwry ven op grond van bet feit, dat hy door iets te bezitten de inbraak heeft uitgelokt. Zulke redenee- ringen deden tot voor kort slechts opgeld In autoritaire staten, die kleine staten, welke zy aan konden, wenschten in te palmen, maar moeten nu zulke redenee- ringen hier te lande óók gebezigd gaan worden door persorganen, die de valsch- heid van zulk een redeneerlng by de ver overing van Oostenryk, Tsjecho-Slowa- kjje en Albanië ten scherpste hebben gehekeld? Na de pauze stygt Oe spanning in de zaal, want Maria D.. de hoofdgetuige en vroegere vriendin van verdachte verschynt voor het ge tuigenhekje. Zy is 26 jaar en dienstbode te Heemstede. Zy houdt zich aan haar verklarin gen voor de rechtbank. Zy heeft er niets aan toe te voegen, noch wi) zy iets intrekken. Eerst confronteert de president haar met de zuster uit het ziekenhuis. Het meisje houdt vol, dat verd. In het ziekenhuis een stuk machtiging tot het ontvangen van steun heeft geteekend De zuster houdt vol, dat zy geen pen en inkt op de kamer heeft gebracht Pres.: Meisje D.. kan het niet zyn, dat ver dachte heeft gezegd: „Teeken het thuis maar voor my.” Neen, dat w< beurd. Ze héél gekregen. Pres, (tot verd.): Kunt u dié machtiging later hebben geteekend? Verdachte weet het niet, hy herinnert zien niets van een machtiging. Mr. Canls: Wie heeft dan het geld gekregen op die machtiging? Het meisje: Dat weet ik niet meer Mr. Canis: Lag hy in bed toen hy teeken- de? Had hy een onderlegger? Neen, een onderlegger om het papier te steu nen had hy niet gehad. Hy had in bed getee kend, hy was nog erg suf Pres, (tot Maria D): Het is onbegrypeiyk. dat verd. op den 13den Januari, toen hy elgen- lyk een slaapkuur deed, zoon handteekenlng zette. By het verdere verhoor geeft het meisje toe een verhouding- ftet B. te hebben gehad. Ver dacht wilde met haar trouwen, maar zoo verklaarde het meisje ,Jk zei, in een gespreg in Juli, dat ik weinig trek had met hem te trouwen, omdat ik de kinderen niet steeds om me heen wilde hebben. Ver antwoord: „Daar zal je Getuige had toen gezegd: verschrikkelyks gebeuren.” Raadsheer mr. Canis: Dus over dat verschrik- keiyke bent u het eerste begonnen? Getuige: Ja. maar ik heb direct gezegd: „Dat kan niet”. Verdachte heeft toen geantwoord: ..Laat dat maar aan my over". Pres.: Met dat verschrikkeiyke bedoelde u toen: van kant maken. Of bedoelde u een scheiding? Getuige: Ik weet het niet, ik vind het allebei vreeselyk. Pres.: Hebt u hem in den waan gelaten, dat u met hem wilde trouwen als hy vry was? Getuige geeft dit toe. De hooge bezoekers werden verwelkomd door de directie van de Cineac, die den Prins en Zyn gevolg allereerst de cabine liet zien en de daar in aangebrachte technische snufjes, welke het moaeiyk maken, een smalfilm op het groote doek te vertoonen. De Prins, als deskundig ama teur, toonde hiervoor zeer groote belangstelling. De directie bood den Prins daarna een boek aan. waarin allerlei herinneringen aan het vertoonen van dezesfflm zyn aangebracht, zooals persver slagen, foto’s enzelfs een bewijs van de filmkeuringscommissie, dat de film »an Prinses Beatrix voor alle leeftyden was goedgekeurd. Ten slotte heeft de Prins zelf de film aan- ariiouwd, hetgeen voor hem ook al daarom een attractie was, omdat hy verschillende door Hem opgenomen ged^lten zelf nog niet gepro jecteerd had gezien. Er was voor den Prins du» •en geheel nieuw gedeelte by. Geen wonder dus, dat hy, evenals de vele bezoekers van de Ci neac. hartelijk meelachte bu de vertooning. Pres.: Maar dat is toch vreemd, het eenige kwaad, dat u van die vrouw weet te vertellen, is dat zy zoo bazig was. Getuige: En toch heeft hy dat gezegd. Vlak voor den 2en Januari, waarschyniyk op Oudejaarsdag, had verd. nogmaals met getuige gesproken. Hij had toen gezegd, dat het „onge luk” op 2 Januari zpu gebeuren. Pres.: En hebt f hem toen nog trachten te remmen, net alsA>y die andere gesprekken? Getuige (zacht)Vjg9< ’t hielp niet. Pres. ’t Is eigenlyk misdadig wat u gedaan hebt. U waarschuwt de politie noch de vrouw, u wacht kalm het bericht door de radio af. Daar hoorde u van, dat hy zyn afschuwelyk plan had uitgevoerd. Getuige: Ik probeerde hem remmen. Na het gebeurde had getuige alleen met verd. gesproken in het ziekenhuis. Hy had toen ge zegd. dat de tocht een mislukking was ge weest maar ze moest maar geduld hebben. „We zullen elkaar toch wel krygen.” Pres.: En nog zegt u niets. Ingendeel u blyft kalm met hem omgaan. Heeft hy ook beschre ven hoe het ongeluk gebeurd is? Getuige: Neen, daar heeft hy weinig over ver teld, alleen sprak hy over een hondje..., dat verhaal had hy aan de menschen verteld. Pres.: Waarom hebt, u het heele verhaal aan den journalist K. verteld. Wat beziende u om hem te zeggen, dat verd. zyn vrouw en kinderen in het water heeft gereden? En dat na een half jaar zwygen. Oetuige: Ik wilde alles zeggen. De Journalist had aanvankeiyk beloofd te zullen zwygen. Een paar dagen later had getuige de melkfabriek te Bergen opgebeld en zy had hem gevraagd in Schagen te komen ten huize van K. Verd. was dienzelfden avond gekomen, hy was erg in de war. De verdachte wordt dan ondervraagd: Nooit heeft hy gezegd, dat hy van zyn vrouw Op de vragen van den president naar naam. woonplaats en geboortedatum antwoordt ver dachte met een kort woord. Hy is kalm en be- heerscht, staande hoort hy het voorlezen van de dagvaarding aan. Het O.M. heeft twintig getuigen gedagvaard, de verdediger heeft zyner- zyds geen getuigen opgeroepen. Blyft u er by, dat het een ongeluk was? Zeker, antwoordt verdachte, ik ben volkomen onschuldig. De eerste getuige is de landbouwer Prins, die het ongeluk van een afstand had zien ge beuren. Direct was hy te hulp gescheten^ Verd. was al uit den auto en stond in het watér en schreeuwde om hulp. President: En wat deed verdachte? Getuige: Hy wilde het water in en riep: „Help, help, m’n vrouw en de kinderen". Inmiddels waren er meer menschen te hulp geschoten en de vrouw en de baby waren met veel moeite uit den auto gehaald. Toen de drie zusjes op den waj waren gebracht, bleken de levensgeesten reeds geweken,. President: En sprak verdachte direct na de redding reeds over een hondje, dat over den weg had geloopen? Oetuige: „Neen, daar praatte hy pas over, toen ik hem in het ziekenhuis bezocht.” De tweede getuige. M. Muls, was thuis door Prins gewaarschuwd, dat er een ongeluk was gebeurd. Hy was direct naar de plaats des on- hells gesneld. Verd. wilde op den kant. Toen hy gered was, wilde hy weer in ’t water gaan om zyn vrouw en kinderen te helpen. Verdachte was In de woning van Muis ge bracht en het leek, dat de Jekker dien hy droeg nagenoeg droog was. Wel waren de slippen en zyn broekspypen nat. Over een hondje en slip pen had verd. ook tegenover dezen getuige niet gesproken. Verdachte, zegt de president, u blyft er dus by, dat u by het uitwyken voor een hondje slipte? Ja, zegt verdachte met zachte stem en op de kaart, die op de tafels voor het ge rechtshof ligt, wy5t hy aan welke manoeuvre de auto maakte. ’’V af wilde of haar en de kinderen uit den weg wilde ruimen. Pres.: Maar fantaseert dit meisje dan dit heele afgryselyke moordverhaal. Verd.: Ja, alles gelogen. Wel heeft verdachte eens gezegd: „Als je geen geloof, geen gevoel en geen geweten had. zou je de boel kunnen verdrinken Pres.: En verder hebt u haar niets gezegd? Geen woord. Omtrent het voortgezet getuigenverhoor voor het Amsterdamsche Hof inzake het drama te Koedyk kan nog worden gemeld, meisje, Maria D., langer dan anderhalf werd ondervraagd. Zy bleef by haar verkla ringen. Dan stond zy haar plaats af aan haar vriend K., die mededeelt, dat hi| thans water bouwkundige en geen Journalist is. Hy vertelt, dat het meisje tydelyk by hen» de huishouding verzorgde. Getuige had gerui- men tyd een verhouding met het meisje. Hy kende verdachte B niet, op zekeren dag hac B haar opgezocht ten huize van getuige. Hy had een fluisterend gesprek gehoord en met veel moeite had hy haar later bewogen te ver tellen. wat er besproken was. Zy had verteld, dat zy een verhouding met verdachte heeft gehad. Getuige had toen gezegd: „Oh. ben jü de vrouw, die er achter zou zitten, zooals men fluistert". Maria had haar verhaal voortgezet, doch zy had getuige eerst laten beloven niets te ver tellen. „Ik dacht zegt getuige „dat het een tameiyk onschuldig verhaal was Toen hy bet geheele drama hoorde, had hy zyn be lofte van stllzwygendheid herroepen. Getuige had met een priester gesproken en met dezen priester hay verdachte óók een gesprek ge had. Later had 1£ze tegen getuige gezegd: ..Het is gebeurd, zooals het meisje het geaegd heeft" Pas in October deed K. aangifte by de justitie. President: „Eerst hebt u verklaard, dat de priester verdachte niet schuldig vond, omdat hy er wel eens over heeft gedacht, maar het plan niet opzettelük heeft uitgevoerd. Nu ver klaart u, dat de priester gezegd heeft, dat 'bet gebeurd is. zooals Maria vertelde. Getuige: „Ik kreeg van den priester den in druk, dat verdachte een onweerstaanbaren drang had en dat het gebeurde toch een on- geluk was". Na een sensationeels terechtzitting van de rechtbank te Alkmaar sprak dit college den melkrijder B. uit Bergen vry van den 'hem ten- laste gelegden moord op zyn drie jeugdige kin deren Anna, Emerentia en Wilhelmina en po ging tot moord op zyn vrouw en zyn baby. President: „Heeft u nog een* verhouding met het meisje. Gaat u haar trouwen?” -< Getuige: .De verhouding is uit. Ik kan baar niet trouwen, omdat ik geen geld heb. mede in verband met deze zaak kreeg ik ontslag en nu moet ik een eigen bedryf opbouwen. Bo vendien ben ik getrouwd. President: „wordt uw vrouw niet bewogen, om mee te werken aan een echtscheiding"? Getuige (koeltjes),Jk weet er niets van”. Ook met dezen getuige wordt over trouw plannen met Marietje gesproken. Pres, (tot get. K.): Hebt u nooit gezegd, da’ u Marietje zou trouwen wanneer u genoeg gelo bezat en wanneer u vry was? Getuige (aarzelend); In dien trouwens, ik kan zooiets niet beloven. Raadsheer mr. Canis: Waarom had u zoo’u haast, om van die aanklacht tegen B. werk te maken? Lag dat niet in uw byzondere ver houding tot het meisje Maria D? Neen, zegt getuige, die verhouding is cor diaal. Bovendien had ik niet zooveel haast. Mr. Canis: Dat had u wel. want nadat u met een jurist had gesproken, kon u niet eens wachten, tot de priester weer terug was. die toevallig eenige dagen uit was. U haalde nog een anderen priester in de zaak om toch maar gauw een aanklacht te kunnen indienen. Pres, (tot getuige K.)U hebt rapport op rtpport gestapeld om maar te kunnen „be- wyzen dat B. een misdadiger is. Het Hof hoort vervolgens den priester, pater De Jiart. In Mei 1938 is getuige K. by hem geweest om te vertellen, wat hy. K.. van het meisje had gehoord. Dat verhaal was zoo ten dentieus, dat de priester de vreee kreeg, dat juffrouw B. nog elk oogenbllk gevaar liep ge dood te worden. Getuige had het meisje ge hoord en daarby was hy direct van. die vrees genezen. Ook heeft de priester verdachte gehoord, die hem bekende, wel eens met bet plan te hebben rondgeloopenzyn vrouw te dooden. Maar dien dag had hy dat plan niet gehad en het te water ryden was volgens ver dachte niet anders dan een ongeluk. Volgens Marietje D. was er echter wel opzet in het spel geweest. Weer betoogt verdachte met klem, dat de priester zich vergist en de verhalen door el kaar haalt. Over plannen had hy nooit ge sproken. wel over de verhouding met he’ >n- en tel Ik. U. en ik M

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1939 | | pagina 5