uandan dcuf SKdwrfwal H H W De luchtroovers Hoitika van I uto Vraagstukken rond de Dienstplichtwet Antwoord HOLLAND OF NEDERLAND? Tegenstrijdigheden in de Memorie van DONDERDAG 15 JUNI 1939 Het schilderij DE ZILVEREN f Veelzijdige kennismaking met ons land ft 7' (Van een militairen medewerker) tot bellen. agent zette en aardige HERMAN KRAMER het bfl verOoa vaw aan boead. had dunkt later zat Hempel weer dn de minuut en gekleed. Den (Wordt vorvoigd.» door A. Hrusdika landsverdediging geldt veel haar v Maar plotseling het toestellen en nog veel meer verxieede lui. „we worden nog Ge roemd. «rat ik je brom.’’ zei Plet en nam netjes zyn steek af voor een dame, op een ezel geseten. Silas om woedend. Blijkbaar had bet van gisteren MeUer-Bernsteta ten worden los- a zy hem aan de telefoon te krygen. er voor op. te toch ets moe* ver hebt t voor t kiezer. et financieele vraagstuk dient van twee kanten te worden bekeken. De huidige regeling eischte door de omstandigheden gedwongen tot tweemaal toe niet langer in het sanatorium blijven en zoo verviel zij tot diepe ellende. Nu er zitten, had. met A.s i En u Toen ze weer b<j kwam, lag ze op haar eigen bed en een politie-agent at naast haar. En se hoorde een heer, die er uitzag als een dokter, zeggen: „Ze komt al weer bij. t Is een lichte hersen schudding. Ze zal wel gauw weer opknappen." De beide mannen schenen met eerbied en be wondering naar haar te kijken. „U bent een kranig vrouart je," set de agent en keek lachend op haar neer. Ze lag naar hen te staren. Ze begreep, dat de oude Giggs dood was en dat zij self aan den dood was ontsnapt. Haar hoofd deed haar pijn. En zelfs toen de agent haar het schilderij toe reikte. zweeg ae. „Gtggs heeft ons nog Juist kunnen zeggen, dat dit van u was." zei de agent. „1 Had waarde," zei hij. ..HU had het veilig voor u bewaard." Haar handen bewogen zich llefkoosend op en neer langs het schilderij, zooals in vroegere jaren Maar er was iets aan veranderd. Ze hield het omhoog en zag wat het was. Oiggs had er een nieuw, stevig stuk karton achterop gespij kerd. Ze was er onaangenaam door getroffen. Ze vond, dat hü dat niet had moeten doen. HU had niet moeten knoeien aan haar schildery. „Ja. *t is van mU." zei ae. .jen als u me een plezier wilt doen, haalt u dan dat bordpapier er af.” De agent had respect voor de oude dame. HU zou dus haar sin maar doen, haalde z’n mes voor den dag en begon het karton los te werken. Ze keek naar z'n werk, maar t meest naar den officier, naar den groenen heuvel en naar het landhuis „Wel allemachtig!” riep de groote oogen op HiLk< Uit W had^li lars in den schoot der oude vrouw ^^1 lemind kan twwa haaran dianasv I Alia haaran mooter God dlanan. A I I 17 «P dit blad «un ingevolge de versekertngsvoorwaarden tegen p bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door W-z kyffk bfj een ««weval met WJ aa I <1 4 Ad UI V I r* J O ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen F OftJe“ verlies van beide armen, beide boenen of beide oogen F Ov«“ doodelUken afloop F mDUo" AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL :on haast niet gelooven, wat hU daar zag; schuilplaats, waarin Oiggs ze geborgen Iwarrelden talrUke briefjes van 1000 dol- U hebben meermalen uiteengezet, dat het bezit van ons land zoowel aan de Westersche, als aan de Centrale Sta ten van Europa, in geval van een West-Euro- peesch conflict. belangrUke voordeelen kan bieden. Nu zegt de memorie, dat door een eventueel nadienen van hen, die den eersten oefentyd van 11 maanden achter den rug hebben, in dit opzicht een moeiiyk te overschatten verbetering in de grens- en kustbeveiliging wordt verkre gen, telkenmale wanneer dit noodig mocht blUken. Wy hebben getracht naar die verbete ring te zoeken, doch konden haar niet ont dekken. Onder normale omstandigheden zal de toe stand bU de grens- en kustverdediging blUven zooals hU onder normale omstandigheden sedert korten tijd was D w z. een kern van beveiliging die absoluut te gering wordt geacht, met het gevaar, dat elke maatregel om dit te herzien te laat komt. Heeft de historie ons dan niets geleerd? De bezetting van het RUnland! Een volkomen verrassing! De annexatie van Oostenrijk! Een donder slag bU helderen hemel! De besetting van TsjechiëEen overrompeling De landing in Albanië! Een surprise voor de tuneh! WU voelen er weinig voor, om te ervaren, dat er over see of over land ook zulk een surprise op onze ontbUt- of lunchtafel is gewaaid, ter- *1)1 men aan 1 overwegen is of het niet ge- Het leven is gecompliceerd En dikwijls vol gevaren, Die komen nu en dan ook voó Waar z'eertijds heel niet waren. Een nieuw, en waarlijk groot gevat. Kwam Nederland bedreigen. Men houdt het graag een beetje stil Maar 'k kan nu niet meer zwijgen: De Colorado-kever toch Is hier en daar verschenen, Een diertje, dat funester i» Dan u wellicht zoudt meenen 't Is niet alleen dat ze bij ons d'Aardappeloogst bederven, Ze doen ons op exportgebied Een slechten naam verwerven. Veel landen gaan hermetisch diet. Als ze van kevers hoor en, Nu wordt door ’t spuiten van vergt 't Gevaar misschien bezworen, Maar dat heeft óók een kwade kans Die iedereen moet weten: Wanneer ge niet goed spoelt en wascht Krijgt ge vergif in 't eten.' 't Is best dat wij. bv zulk een kwaoi Ons tot den strijd aangorden. Maar laat, door onvoorzichtigheid. Niet 't middel érger worden.' Tot slot nog de uitvoering: WU geven gaarne toe. dat de door ons be doelde en in ons blad uitvoerig uiteengezette verbeteringen niet onmlddellUk uitvoerbaar zyn Met oontlngentsuitbreldlng gaan vraagstukken van kadervoorziening en legering gepaard. Als voorloopige maatregel zouden de thans onder de wapenen geroepen eenheden door verlenging van den eersten oefenlngstud kun nen worden afgelost Dit sou ten hoogste één k twee Jaar mogen duren. Uit het voorgaande blükt wel. dat we dan gedurende dat jaar door verzwakking van onze grens- en kustdekking eenlg risico loopen. WU zullen ons hlerbü echter moeten troosten met de gedachte, dat elk leger hetwelk lp reorgani satie is. risico's moet aanvaarden. Zulks heb ben reeds zoovele legers in den loop der eeuwen moeten ervaren. Dat is nu eenmaal niet te vermUden, als men wacht tot de „pertculen claer voor oogen comen". *^UUrd- zich liet zien, moest hü onvcrwyld en alle verzet gevar)gen genomen en opge worden waard en de waardin mochten er niets Weten; anders zouden zU zich door een of een blik kunnen verraden, in welk -1 onmlddellUk de vlucht zou Men had met een buitengewoon sluw ■“‘“diger van beroeo te doen. wie zou hU zoo te keer gaan?vroeg Plet. ..Het idiote Jongetje," gilde de man. „waar is het idiote joch?” ..Present, kapitein." «ei Piet en salueerde deftig. wenscht zou zyn om de naar huis gezonden lichting weer terug te roepen (te .jnobillsee- ren"; what is in a namei, of na eenige maan den indien de lichting voldoende is geoefend den oefentud te verlengen. Meermalen werd op deze plaats betoogd, dat troepen, welke niet permanent aanwezig zUn, tegen strategische overvallen bulten rekening moeten biyven. Het onder de wapenen roepen der vertrokken lichtingen kost toch met overwegen mee tenminste 3 maal 24 uur. Conclusie: de voorgenomen wyzlging in de dienstplichtwet brengt ons ten opzichte der nationale veiligheid en paraatheid geen stap verder. tenzü de regeering aan het begrip .als het noodig is" een absoluut permanent karak- ter geeft, doch dit is in de memorie zeker niet te lezen. En dan nog biyft de menskracht zooals straks zal blijken achter bü het on der de huidige omstandigheden bereikbare. Het sociale vraagstuk is van niet minder belang. Ongetwijfeld is het beginsel van het wetsontwerp om alleen jonge krachten in de grens- en kustbeveiliging te brengen 'een belangrUke vooruitgang, doch alleen indien deze beveiliging geruimen tyd moet worden ge handhaafd. zonder dat zU gevolgd wordt door een algemeene mobilisatie. Reeds eerder merk ten wU op, dat langzamerhand de indruk wordt gevestigd, alsof onze landsverdediging uitslui tend afhangt van de grens- en kustbeveiliging. instede dat deze een dekking van onze mobi lisatie is De grondslag moet toch zün, dat een dreiging de algemeene mobilisatie tot gevolg heeft. Bükomende onvoorziene omstandig heden, zooals we thans beleven, moeten ly dft beginsel zUn verwerkt, doch mogen nimmer den grondslag vormen. Welnu, hiervan uitgaande, zyn ook de sociale voordeelen van het wets ontwerp ver te zoeken. Immers door het aan de grens en kust plaatsen van de jongste twee lichtingen, worden deze aan het Veldleger ont trokken. WU men het Veldleger op sterkte hou den. dan moeten indien het huidige con tingent wordt gehandhaafd hieraan dus weer twee oudere lichtingen worden toegevoegd, zoo- dat bU een algemeene mobilisatie h«t sociale leven nog meer wordt ontwricht, nog meer oudere gezinshoofden en orunlsbaren aan het maatschappelUk leven worden onttrokken. Het is al erg genoeg. En dit terwijl zeer vele Jonge ren dan nog aan hun eerste oefening moeten beginnen, indien zy althans onmlddellUk zou den worden opgeroepen. Conclusie: Indien de huidige toestand zich zou herhalen, is het wetsontwerp eeh sociaal voordeel. BU een algemeene mobilisatie is het echter een ernstig sociaal nadeel. Alleen het laatste mag tot grondslag dienen. Hempel verliet Alma Lobing na haar te beginnen wat geld te hebben gegeven, en met de belofte, haar spoedig een onderkomen in een gesticht voor teringleiders of m een sanatorium te zullen verschaffen. Vervolgens ging hy in de Mkrvstrasse vrouw Kurzreiter opeoeken. Deze liet zich over haar huurder „Karl Bernstein" niet minder gunstig uit als juffrouw Mayer over „Otto Meller." ..Karl Bernstein" was dien morgen vertrokken Men had hem telegra fisch het overlyden van zyn te Klagenfurt wonenden vader gemeld; hü was toen onmtd- dellyk naar die stad vertrokken, om zyn oude moeder ter M)de te staan en zUn vaders handel in kolonial/ waren over te nemen Toen hU het huls verhef droeg hy een sportcostuum en daar over een lederen jas Vrouw Kurzreiter had het telegram gaaien en het zelf haar huurder gebracht; maar tot haar leedwezen had zy er niet aan gedacht naar de plaats van herkomst te zien. Hempel was telefoongesprek gedwongen, zich uit de voeten te maken einde niet meer door zyn zuster tig gevallen. nog vinden, waarop schoonheid Iers zuster, de eenige overlevende van zyn vyf andere broers en zusters, voor zich had. Vrouw Lobing verkeerde in versChrlkkelUke. hopelooze ellende en was. niet zonder redenen, verbitterd op haar broer. Een paar vriendelUke woorden en de verzekering, dat het haar voortaan aan niets zou ontbreken, waren vol doende om Alma Lobing tot oprechte, volledige verklaringen te brengen. Haar broer, zei ze, was altyd een valsch. laag, boosaardig karakter geweest; zUn familie, die aanvankelyk groote verwachtingen op hem had gebouwd, had hy niets dan zorg, teleurstel ling en kommer gebaard. Na zekere fouten te hebben begaan die men hem om de wille van zyn jeugdigen leeftUd vergaf, kwam hU. twintig jaar oud. in ernstig conflict met de wet. HU was toen beambte bij een bonk, stal een groot bedrag uit de kas en wierp de schuld op den kassier. Doch er werd een instructie tegen hem geopend en hu maakte zich uit de voeten. Twee jaar later maakte hy zich in Duitsch- verscheidene groote vluchte toen met zyn En terwyl de auto van Sperber-Eck. die hem in de laatste dagen onschatbare diensten bewe zen had. over den weg suisde, trokken al de gebeurtenissen en teleurstellingen der laatste week nog sens als een film van hoog-dramati- sche spanirmg het oog van zUn geest voorby Na zUn onderhoud met Poldi Wieser was hU onmlddellUk in het Lieberhartstal Alma Lobing gaan opzoeken. Een vrouw op jaren, zwak, teringachtig, schamel gekleed, kwam hem tegemoet Nauwe- lyks waren er een paar zinnen gewisseld, of Hempel was overtuigd, dat hU Inderdaad Mel- En het arrestatiebevel? vroeg de beambte, een nog jonge man. Ik heb er geen, maar dat komt er met op aan. Ik ben voor alles verantwoordelyk, en myn naam zal u wel in zooverre bekend zyn, dat u ew ii op moogt verlaten Trouwens, mate riaal tegen den man is er in overvloed. HU heeft talryke inbraken, drie moorden en min stens een doaUn valsche identiteitsverklaringen op zyn geweten. Dat is voldoende dunkt mü Goeden avond. Een auto. Naar Sperber-Eck. Marbler en haal uit de machine alles, wat zU geven kan. Ik zal geen rust hebben vóórdat we thuis zUn. De auto vloog verder. Silas Hempel leunde uitgeput in een hoek sloot de oogen Maar hU kon niet slapen; al te zeer voelde hy, dat de beslissing op han den was. was Zelfs toen de schemering was Ingevallen, bleef se dav roerloos zitten. Eensklaps werd haar aandacht getrokken door twee mannen, die In een portiek aan den over kant treuzelden, alsof ze ergens op vrachtten. Ja, waar wachtten ae op? En daar zag ae ook Oiggs, die haar eigen portiekje, maar dan rechts na derde en binnenging. En een oogenblik later aag ae de twee mannen weer, die nu de straat over staken en verdwenen langs den weg. dien Giggs genomen had. Haar gedachten gingen weer naar het schil derU. toen ze plotseling een gesmoorden kreet van Oiggs hoorde In de kamer naast de bare, gevolgd door gedruisch en lawaai. Ze begreep dadelUk «rat er aan de hand was. Die kerels waren Giggs na- jegaan en had- den hem overval- ien en «e door zochten z’n ka mer in dat groote huls. want ae dachten, dat hU daar veel geld verborgen had. Mevrouw Bonner was geen heldin en ae had een hekel aan Oiggs. maar ze kende haar plicht en begreep wat ze doen moest. Luidkeels om hulp, om de politie roepend, stak ze het portaal over Ze zag de kerels door de open deur vap Oiggs. ze zag de matrassen aan stukken gesne den. de laden van de waschtafel open staar, en ze sag ook den ouden Oiggs op den grond lig gen. HU leefde nog en herkende haar Hy be greep. dat ze hem wilde helpen. En daarna zag se niets meer. Een slag op haar hoofd veld- haar neer en se verloor het bewustzyn Zooals hU lederen dag deed, zat de oude Oiggs, die er uitzag alsof hy met z’n kleeren aan ge slapen had. dien ochtend tegen half acht te ontbUten met een oudbakken broodje en een kop koffie. HU bewoonde een armoedige kamer in een der huurkazernen van Boston Een kwartier later klopte hU aan bU de oude dame, die naast hem woonde Toen ze open deed, zag hU. dat «e al had Ingepakt en haar uitgaanskleeren droeg, ofschoon ze pos den volgenden morgen zou ver trekken „Ik kom u even goeden dag «eggen en wenach u 't beste, mevrouw Bonner." zei Oiggs. terwUl hü begeerig achter in de kamer keek. De oude dame begreep direct wat hU wilde HU sprak met haar om te zien of er niets van z'n gading was Er scheen echter niets te zyn Er stonden alleen de kale meubels, die niet van haar waren, en er hing nog één achllderU. haar eigendom Ze zag hem naar het achllderU kUken HU begreep, dat dit haar toebehoorde. En op dit oogenblik had mevrouw Bonner een hekel aan hem. sooe's Iedereen in de groote huurkazerne een hekel aan hem had. Ze geloofde echter niet aan de verhalen, die over Oiggs In omloop wa ren; dat hü een ryke vrek was. die ergens in z’n kamer een vermogen had verstopt. Maar ze had een hekel aan hem. omdat hü was wie hy «ras. en omdat hy nog nooit een woord tegen haar gesproken had In al die jaren. dat ae In t groote portaal naast elkander hadden gewoond. Ze had een hekel aan hem. omdat hy nu kwasl-vriende- lyk deed. In de hoop, dat er bü haar iets te halen viel. En juist omdat ze een hekel aan hem had. deed ze wat se deed. Ze wierp er alle droomen mee van zich af. die ze ooit had gekoesterd en vertrapte ze in de goot. Mevrouw Bonner gaf hem het schildery. haar mooie achllderU. dat ze heel haar leven zoo hoog op prys had gesteld, gaf ze aan dien vlezen, ouden vogelverschrikker aan dien vrekkigen Oiggs. ,.’t Is -en aardige achllderU." prees Oiggs. en taxeerde onderwyi met begeerlgen blik het kunstvoorwerp .JJ’r zit een flinke, stevige lyst om .Jsi, 't is een goede lyst." zei de oude dame rustig. „Dag mynheer Giggs." Eenige oogenblikken later zat Oiggs, met de knip op den binnenkant van de deur, op z'n ka mer. en genoot van 't gezicht op de mooie, ver gulde lUst. En zU, de oude mevrouw Bonner, ging morgen naar t oude vrouwenhuis. *t Kon niet anders. Want 73 jaar was ze en dus te oud om te werken en trotsch te zijn Maar voor t oude vrouwenhuis is 73 een ideaal. Ze ging in haar kamer bü 1 vensti zooals ze er de heele week al gezeten haar beenige. afgewerkte handen in d’r schoot. Ze keek niet naar den donkeren rechthoek op den muur, waar t schildert! had gehangen. Ze had in dat schildery geloofd, maar dat was al jaren geleden; ze had er in geloofd, zooals men in den dageraad gelooft, als 't nog donker om je heen is. Ze begreep nu. dat dit onzinnig van haar geweest was. ’t Was een symbool geweest. Op het schildery reed een officier met een dame naar een landhuis, dat op een groenen heuvel flood. Toen de oude dame nog jong was. had ze het schildery mooi gevonden, vanwege den kramgen officier. Later had ze 't moot gevonden om den groenen heuvel en om het landhuis. En nu ging ze naar het oude vrouwenhuis en het schildery. met alles er op wat ze jaren lang zoo mooi ge vonden had, was weg. In t bezit van dien hate- lijken Giggs Den heelen dag zat ze voor t raam en staarde over de straat, die leeg bleef omdat t zoo koud «uto zette zich weer in beweging Toen ®en zich op eenlgen afstand van den „Bruinen Beer’ bevond, rep Hempel den chauffeur toe: Naar het politiebureau! Daar hield de auto vyf minuten stil Silas Hempel waa binnengesneld en had naar den «enstdoenden beambte gevraagd. HU legiti meerde zich en verzocht den beambte, onver- •UM twee agenten in civiel naar den „Brui- Beer" te zenden ZU moesten daar hun nemen en kamer no. 5 scherp m het ®°8 houden. Zoodra de man. die als ..Fred Til- bankdirecteur te Weenen*, de kamer had trots •loten De v«n woord de kerel OHert Lover dan een uur Dan uw verd ren leven .duur jiiiniiiiiimM STAATSVIJAND^Mam slechts beoefent in polders met windmolentjes. Waarom wordt aan de vertegenwoordi gers van de internationale reisbureaux, die straks hun landgenooten zullen moe ten voorlichten omtrent datgene wat er vooral in ons land te zien is, niet de schoonheid getoond van de Brabantsche vennen, van de Zeeuwsche stroomen, van het Zuid-Llmburgsche pittoreske land- schap, van de Geldersche „Middachter allee”, van het Twentsche textielgebied, van Giethoorn, het Nederlandsch Venetie, van de Frlesche meren? Indien dat geschiedde, dan zou men in derdaad kunnen spreken van een veelzij dige kennismaking met Nederland. Thans kan er hoogstens slechts sprake zijn van een uitvoerige documentatie om trent zeer enkele facetten van de schoon heid van Holland. Het spijt ons, dat men hier een gelegen heid voorbij heeft laten gaan, die niet zoo snel terugkeert. Zooals de meeste interna tionale bijeenkomsten, zal ook dit congres wel beurtelings in verschillende landen worden gehouden, zoodat thans vcx>r jaren de kans verkeken is, de achterstelling van een belangrijk deel van Nederland goed te maken. Wellicht echter zijn er nog an dere mogelijkheden te men de inderdaad veelzijdige van ons land onder de oogen van het bui- tenlandsch publiek kan brengen. Zoo spoedig mogelijk hale men thans gemaakte verzuim In! tydstip teerde.” Eenige leden van de bende werden gear resteerd. zy gaven den naam van Alma's broer op en verrieden tevens, dat de organisatie te BerlUn een eigen bureau had. dat zich uitslui tend met het maken v«n valsche identiteitspa pieren ten behoeve van de leden bezighield. Van toen af hoorde Alma Lobing niets meer van haar broer, en zulks deed haar vermoeden, dat hy zich óf nog In Amerika bevond, óf over leden was. Haar ouders, haar zusters en haar andere broers waren dood, en twee jaar geleden had zy ook haar man verloren, die lang had ge sukkeld en haar niets dan schulden nahet. De weduwe had geen middelen van bestaan In den beginne verdiende zy oog een stuk brood met wasschen. naaien, enz maar de ziekte, waaraan haar man gestorven was tering had ook haar aangetast en maakte haar al spoedig onbe kwaam voor eenlg werk van beteekents. Daar zy door de dokters was opgegeven, mocht sy land medeplichtig aan juweelendiefstallen en buit naar Amerika Eenige jaren later kwam hy onder een vreemden naam weer opduiken te Weenen. Hy zocht toen zyn zuster Alma op. speelde den groeten heer en gaf haar en haar man, een schrynwerker. herhaaldeiyk geld. Waar hy dat vandaan haalde, en waarvan hy leefde zei hy niet en hy wilde ook niet zeggen, «aar hy woonde. Op zekeren avond dc zwager was had Alma een paar dagen geleden in een net gekleed voorbyganger haar broer her kend, van wlen zy sinds Jaren niet meet gehoord. Hoewel hy nog al veel verouderd was, vooral zyn donkere huidskleur, had zy hem by den eersten aanblik met zekerheid herkend aan ?Un eigenaardige beweging. Bovendien liet een moedervlek achter het linkeroor niet den min sten twyfel over, dat hy inderdaad haar ver dwenen broer Otto was Niet weinig verheugd en vol hoop, dat haar bittere nood nu gelenigd zou worden, sprak zy hem aan Maar hy wees haar barsch at en beweerde haar niet te kennen, nooit een zuster gehad te hebben. Om althans te weten te komen, waar hy ver bleef. volgde zy hem op eenlgen afstand, zon der dat hy het bemerkte Wellicht schaamde hy zich over haar omdat zy als een bedelares was gekleed, en wilde hy haar daarom op straat niet kennen volgenden dag ging zy hem opzoeken In de door hem gehuurde kamer. Wederom was hy zeer barsch voor zün suster; hy ver klaarde, zich niet met vreemd bedelvolk te willen ophouden en hy dreigde haar met de politie voor het geval zy hem verder nog zou lastig vallen. Alma Lobing verstoutte zich met haar be zoek te herhalen maar tweemaal schreef zy haar broer en smeekte nederig om hulp De brieven kwamen terug als „Geweigerd". Toen edachUg de uitdrukking frappez frap- f pez toujours" achten wy het gewenscht. in yerband met het standpunt van de Itegeerlng. geopenbaard in de Memorie van Antwoord, nog eens op de vraagstukken inzake de dienstplichtwet terug te komen. BU de wyzlgtng op de dienstplichtwet komen verschillende vraagstukken aan de orde en wel: een nationaal, een sociaal, een militair, een fl- aancieel en een vraagstuk van uitvoering. WU kozen de volgorde van deze vraagstukken opsettel Uk. om den graad van belangrUkheid des te duldelyker te doen uitkomen. Den' aard van onze landgenooten kennende, zyn wü zelfs geneigd, het militaire vraagstuk nog een plaats te laten opschuiven, tnaar het gaat naar onze mecnlng toch al te ver. Indien men met het flnancieele vraagstuk de vier an dere maar volkomen van de baan praat. Indien onze flnancieele draagkracht inder daad onvoldoende is om onze nationale, sociale en militaire belangen te behartigen, dan vree- zen wü voor de toekomst het ergste. Voorop «tellen we dat ieder ook de Regee ring er van overtuigd is. dat de huidige toe stand onhoudbaar is en dat hy moet worden verbeterd Aan de hand van de Memorie van Antwoord willen wy de vraagstukken achtereenvolgens waarby het militaire vraagstuk zich vanzelfsprekend aan eik der overige vraag stukken aanknoopt Het nationale vraagstuk omvat de handhaving van de neutraliteit en de verdedi ging van onze onafhankeiykheid. Volgens de Memorie is de Regeering er vol komen van overtuigd, dat geen enkel naburig lahd tegenover Nederland een ploteelingen aan val beoogt Byhet uitbreken van een oorlog tusschen de groote mogendheden van West- Europa zoo verluidt het kan er echter licht een situatie ontstaan, die ons dwingt on- mlddellyk onze zelfstandigheidspolitiek met kracht van wapenen te steunen en de mobili satie van ons veldleger te verzekeren. Wü ver mogen hier het verschil tusschen „plotseling" en „onmlddellUk" niet te zien en wy vragen ons af, waaronder de Regeering het geval rang- tchikt, dat een Europeesche oorlog wordt inge- leid met een ploteelingen (onmlddellijken) aan val op Nederland. een buitengewone Deze maatregelen hebben ons schatten gekost. Dit zal ongetwy- feld ook een van de redenen zyn. waarom de Regeering de bestaande regeling verder onaan vaardbaar acht. Doch het zyn juist deze krach tige flnancieele stoeten, die ons huiverig ma ken voor de afdoende oplossing van dit inge wikkelde vraagstuk. Het voorkomen van deze flnancieele stooten geeft de gelegenheid de be hoeften te overzien en de staatshuishouding daarnaar te regelen. Ook hierin voorziet het wetsontwerp niet, omdat de te nemen maat regelen wederom afhankeiyk worden gemaakt van het buitenland. Ook het terugroepen van lichtingen zal plot selinge hooge kosten met zich brengen. Prin cipieel vermeenen wy hierin weinig verschil te zien met de buitengewone oproepingen van thans. Wanneer wü in staat zouden zün de Jau-lyk- sche defensiebegrootlng op grond van redeiUk te stellen eischen te becyferen. dan zou zy on- getwyfeld een schrille tegenstelling vormen met de cyfers der jaren die achter ons liggen. Als we daarby echter bedenken, dat wy in die jaren onze landsverdediging schandeiyk hebben verwaarloosd, dan geldt slechte bet .jnea culpa". Het militaire vraagstuk is te om- vangryk om het hier volledig te kunnen be spreken. Bovendien zyn onze lezers in voorgaan de artikelen daaromtrent reeds uitgebreid in gelicht. Wy zullen ons hier bepalen tot het kort samenvatten van de hoofdlynen van het wets ontwerp. Met de In het ontwerp voorgestelde verlen ging van den diensttyd Indien deze zou worden toegepast kan by handhaving van het huidige contingent nimmer de sterkte worden bereikt, welke thans aanwezig is en als een minimum moet worden beschouwd. Naast de verlenging van den eersten oefenlngstud zal dus bovendien een oproeping van oudere troe pen moeten plaats vinden. Een verlenging van den eersten oefenlngstud schept daarnaast niet de mogeiykheld het benoodigde en thans aan wezige aantal eenheden te vormen, doch kan alleen lelden tot het versterken van de ook thans In normale omstandigheden aanwezige grensbataljons. Dit geeft aanleiding tot een niet té aanvaarden ulteenrekklng van deze bataljons, waardoor de bevelvoering practise!? onmogeiyk wordt. Wil men het benoodigde aantal eenhe den handhaven, dan moeten deze in normale omstandigheden worden gevormd. Aan het Veldleger wordt met deze wete- wUziging de noodzakelUke verjonging onthou den Door de toevoeging van nog oudere lich tingen wordt de qualiteit van het veldleger het belangrükste orgaan voor de landsverdedi ging zelfs geringer. De groote bezwaren, welke aan de mobilisa tie van het huidige oorlogsleger zyn verbonden, omdat de onderdeelen daarvan vrywel alle by mobilisatie nog moeten «rorden gevormd, wor den door dit voorstel-wetawUzlglng niet onder vangen. Het beperkte contingent met zün grove onbiliykheden wordt onveranderd gelaten. Conclusie: het door ons volk gestelde doel kan alleen worden bereikt door een maximale verhooging van het contingent. Alleen hierdoor kunnen wy vertost worden van de telkens te- rugkeerende moreele, flnancieele en sociale schokken. et Internationaal Congres van Reis bureaux, dat momenteel door de Association des Grandes Organisa tions Internationales de Tourisme (A. G. O. I.) in ons land belegd wordt, wil naast de werkzaamheden in zijn vergaderingen zich ook wUden aan een veelzijdige ken nismaking met ons land. Deze „veelzij dige” kennismaking met ons land zal zich echter niet veel verder uitstrekken dan toWNoord- en Zuid-) Holland. Schevenin- gen, Den Haag. Amsterdam. Rotterdam, Alkmaar en vanzelf Marken en Volendam worden bezichtigd, doch buiten een reis naar de Hooge Veluwe krijgen onze bul- tenlandsche gasten niet meer te zien dan datgene wat in den engen kring van de Hollandsche steden besloten ligt. Wij begrijpen natuurlijk volkomen, dat in enkele dagen slechts een klein deel der rijke schoonheid van ons land kan worden getoond. Vanzelfsprekend moet men een greep doen. En dat men dan op de eerste plaats de schoonheden van Hoofd- en Residentiestad wil laten zien: a la bonne heure, maar dat men deze zoo uitvoerig moet vertoonen, dat voor de rest van ons land geen tijd overblijft, vinden wij toch niet heelemaal behoorlijk. Te lang reeds is gesuggereerd, dat Ne derland eigenlijk samenvalt met Holland; dat Nederland voornamelijk leeft van handel en visschertj, en den landbouw reeds te bed kwam hij bleek en ontdaan bij Alma aangeloopen en smeekte haar hem te ver bergen: de politie zat hem op de hielen. Alma had medeiyden met haar broer en verborg hem inderdaad, zelfs voor haar man Den anderen nacht vertrok hy. om. zooals hy Alma zei. langs omwegen weer naar Amerika te gaan, waar de fortuin hem vroeger gunstig «ras geweest. HU had veel geld bij zich, maar poogde dit voor haar verborgen te houden Later vernam zy, dat hy tot een internationale In- brekeraorganisatie had behoord, die op dat te Weenen vooral de banken „explol- trachtte Haar laatste stuivers offerde zn om in de herberg ..De Zwaan" het toestel mogen gebruiken Ook ditmaal kon zy hem niet vermurwen De dikke man met de hemdsmouwen liep als een dolle heen en weer. „De schurken, de schurken," brulde hy telkens. „Tegen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1939 | | pagina 9