uandan dcuf
SKdwrfwal
H
H
W
De luchtroovers
Hoitika
van
I uto
Vraagstukken rond de
Dienstplichtwet
Antwoord
HOLLAND OF
NEDERLAND?
Tegenstrijdigheden
in de Memorie van
DONDERDAG 15 JUNI 1939
Het schilderij
DE
ZILVEREN f
Veelzijdige kennismaking
met ons land
ft
7'
(Van een militairen medewerker)
tot
bellen.
agent
zette
en
aardige
HERMAN KRAMER
het
bfl verOoa vaw aan boead.
had
dunkt
later zat Hempel weer dn de
minuut
en
gekleed.
Den
(Wordt vorvoigd.»
door
A. Hrusdika
landsverdediging
geldt
veel
haar
v Maar
plotseling
het
toestellen en nog veel meer verxieede lui. „we worden nog Ge
roemd. «rat ik je brom.’’ zei Plet en nam netjes zyn steek af
voor een dame, op een ezel geseten.
Silas
om
woedend. Blijkbaar had bet
van gisteren MeUer-Bernsteta
ten
worden los-
a
zy hem aan de telefoon te krygen.
er voor op.
te
toch ets moe* ver
hebt t voor t kiezer.
et financieele vraagstuk dient
van twee kanten te worden bekeken.
De huidige regeling eischte door de
omstandigheden gedwongen tot tweemaal toe
niet langer in het sanatorium blijven en zoo
verviel zij tot diepe ellende.
Nu
er zitten,
had. met
A.s i
En u
Toen ze weer b<j kwam, lag ze op haar eigen
bed en een politie-agent at naast haar. En se
hoorde een heer, die er uitzag als een dokter,
zeggen:
„Ze komt al weer bij. t Is een lichte hersen
schudding. Ze zal wel gauw weer opknappen."
De beide mannen schenen met eerbied en be
wondering naar haar te kijken.
„U bent een kranig vrouart je," set de agent en
keek lachend op haar neer.
Ze lag naar hen te staren. Ze begreep, dat de
oude Giggs dood was en dat zij self aan den
dood was ontsnapt. Haar hoofd deed haar pijn.
En zelfs toen de agent haar het schilderij toe
reikte. zweeg ae.
„Gtggs heeft ons nog Juist kunnen zeggen, dat
dit van u was." zei de agent. „1 Had waarde,"
zei hij. ..HU had het veilig voor u bewaard."
Haar handen bewogen zich llefkoosend op en
neer langs het schilderij, zooals in vroegere
jaren Maar er was iets aan veranderd. Ze hield
het omhoog en zag wat het was. Oiggs had er
een nieuw, stevig stuk karton achterop gespij
kerd. Ze was er onaangenaam door getroffen. Ze
vond, dat hü dat niet had moeten doen. HU had
niet moeten knoeien aan haar schildery.
„Ja. *t is van mU." zei ae. .jen als u me een
plezier wilt doen, haalt u dan dat bordpapier
er af.”
De agent had respect voor de oude dame. HU
zou dus haar sin maar doen, haalde z’n mes
voor den dag en begon het karton los te werken.
Ze keek naar z'n werk, maar t meest naar den
officier, naar den groenen heuvel en naar het
landhuis
„Wel allemachtig!” riep de
groote oogen op
HiLk<
Uit W
had^li
lars in den schoot der oude vrouw
^^1 lemind kan twwa haaran dianasv
I Alia haaran mooter God dlanan.
A I I 17 «P dit blad «un ingevolge de versekertngsvoorwaarden tegen p bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door W-z kyffk bfj een ««weval met WJ
aa I <1 4 Ad UI V I r* J O ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen F OftJe“ verlies van beide armen, beide boenen of beide oogen F Ov«“ doodelUken afloop F mDUo"
AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
:on haast niet gelooven, wat hU daar zag;
schuilplaats, waarin Oiggs ze geborgen
Iwarrelden talrUke briefjes van 1000 dol-
U hebben meermalen uiteengezet, dat
het bezit van ons land zoowel aan de
Westersche, als aan de Centrale Sta
ten van Europa, in geval van een West-Euro-
peesch conflict. belangrUke voordeelen kan
bieden.
Nu zegt de memorie, dat door een eventueel
nadienen van hen, die den eersten oefentyd
van 11 maanden achter den rug hebben, in dit
opzicht een moeiiyk te overschatten verbetering
in de grens- en kustbeveiliging wordt verkre
gen, telkenmale wanneer dit noodig mocht
blUken. Wy hebben getracht naar die verbete
ring te zoeken, doch konden haar niet ont
dekken.
Onder normale omstandigheden zal de toe
stand bU de grens- en kustverdediging blUven
zooals hU onder normale omstandigheden sedert
korten tijd was D w z. een kern van beveiliging
die absoluut te gering wordt geacht, met het
gevaar, dat elke maatregel om dit te herzien
te laat komt.
Heeft de historie ons dan niets geleerd?
De bezetting van het RUnland! Een volkomen
verrassing!
De annexatie van Oostenrijk! Een donder
slag bU helderen hemel!
De besetting van TsjechiëEen overrompeling
De landing in Albanië! Een surprise voor de
tuneh!
WU voelen er weinig voor, om te ervaren, dat
er over see of over land ook zulk een surprise
op onze ontbUt- of lunchtafel is gewaaid, ter-
*1)1 men aan 1 overwegen is of het niet ge-
Het leven is gecompliceerd
En dikwijls vol gevaren,
Die komen nu en dan ook voó
Waar z'eertijds heel niet waren.
Een nieuw, en waarlijk groot gevat.
Kwam Nederland bedreigen.
Men houdt het graag een beetje stil
Maar 'k kan nu niet meer zwijgen:
De Colorado-kever toch
Is hier en daar verschenen,
Een diertje, dat funester i»
Dan u wellicht zoudt meenen
't Is niet alleen dat ze bij ons
d'Aardappeloogst bederven,
Ze doen ons op exportgebied
Een slechten naam verwerven.
Veel landen gaan hermetisch diet.
Als ze van kevers hoor en,
Nu wordt door ’t spuiten van vergt
't Gevaar misschien bezworen,
Maar dat heeft óók een kwade kans
Die iedereen moet weten:
Wanneer ge niet goed spoelt en wascht
Krijgt ge vergif in 't eten.'
't Is best dat wij. bv zulk een kwaoi
Ons tot den strijd aangorden.
Maar laat, door onvoorzichtigheid.
Niet 't middel érger worden.'
Tot slot nog de uitvoering:
WU geven gaarne toe. dat de door ons be
doelde en in ons blad uitvoerig uiteengezette
verbeteringen niet onmlddellUk uitvoerbaar zyn
Met oontlngentsuitbreldlng gaan vraagstukken
van kadervoorziening en legering gepaard.
Als voorloopige maatregel zouden de thans
onder de wapenen geroepen eenheden door
verlenging van den eersten oefenlngstud kun
nen worden afgelost Dit sou ten hoogste één
k twee Jaar mogen duren.
Uit het voorgaande blükt wel. dat we dan
gedurende dat jaar door verzwakking van onze
grens- en kustdekking eenlg risico loopen. WU
zullen ons hlerbü echter moeten troosten met
de gedachte, dat elk leger hetwelk lp reorgani
satie is. risico's moet aanvaarden. Zulks heb
ben reeds zoovele legers in den loop der eeuwen
moeten ervaren. Dat is nu eenmaal niet te
vermUden, als men wacht tot de „pertculen
claer voor oogen comen".
*^UUrd- zich liet zien, moest hü onvcrwyld en
alle verzet gevar)gen genomen en opge
worden
waard en de waardin mochten er niets
Weten; anders zouden zU zich door een
of een blik kunnen verraden, in welk
-1 onmlddellUk de vlucht zou
Men had met een buitengewoon sluw
■“‘“diger van beroeo te doen.
wie zou hU zoo te keer gaan?vroeg Plet. ..Het idiote
Jongetje," gilde de man. „waar is het idiote joch?” ..Present,
kapitein." «ei Piet en salueerde deftig.
wenscht zou zyn om de naar huis gezonden
lichting weer terug te roepen (te .jnobillsee-
ren"; what is in a namei, of na eenige maan
den indien de lichting voldoende is geoefend
den oefentud te verlengen.
Meermalen werd op deze plaats betoogd, dat
troepen, welke niet permanent aanwezig zUn,
tegen strategische overvallen bulten rekening
moeten biyven. Het onder de wapenen roepen
der vertrokken lichtingen kost toch met
overwegen mee tenminste 3 maal 24 uur.
Conclusie: de voorgenomen wyzlging in de
dienstplichtwet brengt ons ten opzichte der
nationale veiligheid en paraatheid geen stap
verder. tenzü de regeering aan het begrip .als
het noodig is" een absoluut permanent karak-
ter geeft, doch dit is in de memorie zeker niet
te lezen. En dan nog biyft de menskracht
zooals straks zal blijken achter bü het on
der de huidige omstandigheden bereikbare.
Het sociale vraagstuk is van niet
minder belang. Ongetwijfeld is het beginsel van
het wetsontwerp om alleen jonge krachten in
de grens- en kustbeveiliging te brengen 'een
belangrUke vooruitgang, doch alleen indien
deze beveiliging geruimen tyd moet worden ge
handhaafd. zonder dat zU gevolgd wordt door
een algemeene mobilisatie. Reeds eerder merk
ten wU op, dat langzamerhand de indruk wordt
gevestigd, alsof onze landsverdediging uitslui
tend afhangt van de grens- en kustbeveiliging.
instede dat deze een dekking van onze mobi
lisatie is De grondslag moet toch zün, dat een
dreiging de algemeene mobilisatie tot gevolg
heeft. Bükomende onvoorziene omstandig
heden, zooals we thans beleven, moeten ly dft
beginsel zUn verwerkt, doch mogen nimmer den
grondslag vormen. Welnu, hiervan uitgaande,
zyn ook de sociale voordeelen van het wets
ontwerp ver te zoeken. Immers door het aan
de grens en kust plaatsen van de jongste twee
lichtingen, worden deze aan het Veldleger ont
trokken. WU men het Veldleger op sterkte hou
den. dan moeten indien het huidige con
tingent wordt gehandhaafd hieraan dus weer
twee oudere lichtingen worden toegevoegd, zoo-
dat bU een algemeene mobilisatie h«t sociale
leven nog meer wordt ontwricht, nog meer
oudere gezinshoofden en orunlsbaren aan het
maatschappelUk leven worden onttrokken. Het
is al erg genoeg. En dit terwijl zeer vele Jonge
ren dan nog aan hun eerste oefening moeten
beginnen, indien zy althans onmlddellUk zou
den worden opgeroepen.
Conclusie: Indien de huidige toestand zich
zou herhalen, is het wetsontwerp eeh sociaal
voordeel. BU een algemeene mobilisatie is het
echter een ernstig sociaal nadeel. Alleen het
laatste mag tot grondslag dienen.
Hempel verliet Alma Lobing na haar
te beginnen wat geld te hebben gegeven,
en met de belofte, haar spoedig een onderkomen
in een gesticht voor teringleiders of m een
sanatorium te zullen verschaffen.
Vervolgens ging hy in de Mkrvstrasse vrouw
Kurzreiter opeoeken. Deze liet zich over haar
huurder „Karl Bernstein" niet minder gunstig
uit als juffrouw Mayer over „Otto Meller."
..Karl Bernstein" was dien morgen
vertrokken Men had hem telegra
fisch het overlyden van zyn te Klagenfurt
wonenden vader gemeld; hü was toen onmtd-
dellyk naar die stad vertrokken, om zyn oude
moeder ter M)de te staan en zUn vaders handel
in kolonial/ waren over te nemen Toen hU het
huls verhef droeg hy een sportcostuum en daar
over een lederen jas
Vrouw Kurzreiter had het telegram gaaien
en het zelf haar huurder gebracht; maar tot
haar leedwezen had zy er niet aan gedacht
naar de plaats van herkomst te zien.
Hempel was
telefoongesprek
gedwongen, zich uit de voeten te maken
einde niet meer door zyn zuster
tig gevallen.
nog
vinden, waarop
schoonheid
Iers zuster, de eenige overlevende van zyn vyf
andere broers en zusters, voor zich had.
Vrouw Lobing verkeerde in versChrlkkelUke.
hopelooze ellende en was. niet zonder redenen,
verbitterd op haar broer. Een paar vriendelUke
woorden en de verzekering, dat het haar
voortaan aan niets zou ontbreken, waren vol
doende om Alma Lobing tot oprechte, volledige
verklaringen te brengen.
Haar broer, zei ze, was altyd een valsch.
laag, boosaardig karakter geweest; zUn familie,
die aanvankelyk groote verwachtingen op hem
had gebouwd, had hy niets dan zorg, teleurstel
ling en kommer gebaard.
Na zekere fouten te hebben begaan die men
hem om de wille van zyn jeugdigen leeftUd
vergaf, kwam hU. twintig jaar oud. in ernstig
conflict met de wet.
HU was toen beambte bij een bonk, stal een
groot bedrag uit de kas en wierp de schuld
op den kassier. Doch er werd een instructie
tegen hem geopend en hu maakte zich uit de
voeten.
Twee jaar later maakte hy zich in Duitsch-
verscheidene groote
vluchte toen met zyn
En terwyl de auto van Sperber-Eck. die hem
in de laatste dagen onschatbare diensten bewe
zen had. over den weg suisde, trokken al de
gebeurtenissen en teleurstellingen der laatste
week nog sens als een film van hoog-dramati-
sche spanirmg het oog van zUn geest voorby
Na zUn onderhoud met Poldi Wieser was hU
onmlddellUk in het Lieberhartstal Alma Lobing
gaan opzoeken.
Een vrouw op jaren, zwak, teringachtig,
schamel gekleed, kwam hem tegemoet Nauwe-
lyks waren er een paar zinnen gewisseld, of
Hempel was overtuigd, dat hU Inderdaad Mel-
En het arrestatiebevel? vroeg de beambte,
een nog jonge man.
Ik heb er geen, maar dat komt er met
op aan. Ik ben voor alles verantwoordelyk,
en myn naam zal u wel in zooverre bekend zyn,
dat u ew ii op moogt verlaten Trouwens, mate
riaal tegen den man is er in overvloed. HU
heeft talryke inbraken, drie moorden en min
stens een doaUn valsche identiteitsverklaringen
op zyn geweten. Dat is voldoende dunkt mü
Goeden avond.
Een
auto.
Naar Sperber-Eck. Marbler en haal uit de
machine alles, wat zU geven kan. Ik zal geen
rust hebben vóórdat we thuis zUn.
De auto vloog verder.
Silas Hempel leunde uitgeput in een hoek
sloot de oogen Maar hU kon niet slapen;
al te zeer voelde hy, dat de beslissing op han
den was.
was Zelfs toen de schemering was Ingevallen,
bleef se dav roerloos zitten.
Eensklaps werd haar aandacht getrokken door
twee mannen, die In een portiek aan den over
kant treuzelden, alsof ze ergens op vrachtten. Ja,
waar wachtten ae op? En daar zag ae ook Oiggs,
die haar eigen portiekje, maar dan rechts na
derde en binnenging. En een oogenblik later aag
ae de twee mannen weer, die nu de straat over
staken en verdwenen langs den weg. dien Giggs
genomen had.
Haar gedachten gingen weer naar het schil
derU. toen ze plotseling een gesmoorden kreet
van Oiggs hoorde In de kamer naast de bare,
gevolgd door gedruisch en lawaai. Ze begreep
dadelUk «rat er aan de hand was. Die kerels
waren Giggs na-
jegaan en had-
den hem overval-
ien en «e door
zochten z’n ka
mer in dat groote
huls. want ae
dachten, dat hU
daar veel geld verborgen had.
Mevrouw Bonner was geen heldin en ae had
een hekel aan Oiggs. maar ze kende haar plicht
en begreep wat ze doen moest. Luidkeels om
hulp, om de politie roepend, stak ze het portaal
over Ze zag de kerels door de open deur vap
Oiggs. ze zag de matrassen aan stukken gesne
den. de laden van de waschtafel open staar, en
ze sag ook den ouden Oiggs op den grond lig
gen. HU leefde nog en herkende haar Hy be
greep. dat ze hem wilde helpen. En daarna zag
se niets meer. Een slag op haar hoofd veld-
haar neer en se verloor het bewustzyn
Zooals hU lederen dag deed, zat de oude Oiggs,
die er uitzag alsof hy met z’n kleeren aan ge
slapen had. dien ochtend tegen half acht te
ontbUten met een oudbakken broodje en een kop
koffie. HU bewoonde een armoedige kamer in
een der huurkazernen van Boston Een kwartier
later klopte hU aan bU de oude dame, die naast
hem woonde Toen ze open deed, zag hU. dat «e
al had Ingepakt en haar uitgaanskleeren droeg,
ofschoon ze pos den volgenden morgen zou ver
trekken
„Ik kom u even goeden dag «eggen en wenach
u 't beste, mevrouw Bonner." zei Oiggs. terwUl
hü begeerig achter in de kamer keek.
De oude dame begreep direct wat hU wilde
HU sprak met haar om te zien of er niets van
z'n gading was Er scheen echter niets te zyn
Er stonden alleen de kale meubels, die niet van
haar waren, en er hing nog één achllderU. haar
eigendom Ze zag hem naar het achllderU kUken
HU begreep, dat dit haar toebehoorde. En op dit
oogenblik had mevrouw Bonner een hekel aan
hem. sooe's Iedereen in de groote huurkazerne
een hekel aan hem had. Ze geloofde echter niet
aan de verhalen, die over Oiggs In omloop wa
ren; dat hü een ryke vrek was. die ergens in z’n
kamer een vermogen had verstopt. Maar ze had
een hekel aan hem. omdat hü was wie hy «ras.
en omdat hy nog nooit een woord tegen haar
gesproken had In al die jaren. dat ae In t groote
portaal naast elkander hadden gewoond. Ze had
een hekel aan hem. omdat hy nu kwasl-vriende-
lyk deed. In de hoop, dat er bü haar iets te
halen viel.
En juist omdat ze een hekel aan hem had.
deed ze wat se deed. Ze wierp er alle droomen
mee van zich af. die ze ooit had gekoesterd en
vertrapte ze in de goot. Mevrouw Bonner gaf
hem het schildery. haar mooie achllderU. dat ze
heel haar leven zoo hoog op prys had gesteld,
gaf ze aan dien vlezen, ouden vogelverschrikker
aan dien vrekkigen Oiggs.
,.’t Is -en aardige achllderU." prees Oiggs. en
taxeerde onderwyi met begeerlgen blik het
kunstvoorwerp .JJ’r zit een flinke, stevige lyst
om
.Jsi, 't is een goede lyst." zei de oude dame
rustig. „Dag mynheer Giggs."
Eenige oogenblikken later zat Oiggs, met de
knip op den binnenkant van de deur, op z'n ka
mer. en genoot van 't gezicht op de mooie, ver
gulde lUst. En zU, de oude mevrouw Bonner,
ging morgen naar t oude vrouwenhuis. *t Kon
niet anders. Want 73 jaar was ze en dus te oud
om te werken en trotsch te zijn Maar voor t
oude vrouwenhuis is 73 een ideaal.
Ze ging in haar kamer bü 1 vensti
zooals ze er de heele week al gezeten
haar beenige. afgewerkte handen in d’r schoot.
Ze keek niet naar den donkeren rechthoek op
den muur, waar t schildert! had gehangen. Ze
had in dat schildery geloofd, maar dat was al
jaren geleden; ze had er in geloofd, zooals men
in den dageraad gelooft, als 't nog donker om
je heen is. Ze begreep nu. dat dit onzinnig van
haar geweest was. ’t Was een symbool geweest.
Op het schildery reed een officier met een dame
naar een landhuis, dat op een groenen heuvel
flood.
Toen de oude dame nog jong was. had ze het
schildery mooi gevonden, vanwege den kramgen
officier. Later had ze 't moot gevonden om den
groenen heuvel en om het landhuis. En nu ging
ze naar het oude vrouwenhuis en het schildery.
met alles er op wat ze jaren lang zoo mooi ge
vonden had, was weg. In t bezit van dien hate-
lijken Giggs
Den heelen dag zat ze voor t raam en staarde
over de straat, die leeg bleef omdat t zoo koud
«uto zette zich weer in beweging Toen
®en zich op eenlgen afstand van den „Bruinen
Beer’ bevond, rep Hempel den chauffeur toe:
Naar het politiebureau!
Daar hield de auto vyf minuten stil Silas
Hempel waa binnengesneld en had naar den
«enstdoenden beambte gevraagd. HU legiti
meerde zich en verzocht den beambte, onver-
•UM twee agenten in civiel naar den „Brui-
Beer" te zenden ZU moesten daar hun
nemen en kamer no. 5 scherp m het
®°8 houden. Zoodra de man. die als ..Fred Til-
bankdirecteur te Weenen*, de kamer had
trots
•loten
De
v«n
woord
de kerel
OHert Lover dan een uur
Dan uw verd ren leven .duur
jiiiniiiiiimM STAATSVIJAND^Mam
slechts beoefent in polders met
windmolentjes.
Waarom wordt aan de vertegenwoordi
gers van de internationale reisbureaux,
die straks hun landgenooten zullen moe
ten voorlichten omtrent datgene wat er
vooral in ons land te zien is, niet de
schoonheid getoond van de Brabantsche
vennen, van de Zeeuwsche stroomen, van
het Zuid-Llmburgsche pittoreske land-
schap, van de Geldersche „Middachter
allee”, van het Twentsche textielgebied,
van Giethoorn, het Nederlandsch Venetie,
van de Frlesche meren?
Indien dat geschiedde, dan zou men in
derdaad kunnen spreken van een veelzij
dige kennismaking met Nederland.
Thans kan er hoogstens slechts sprake
zijn van een uitvoerige documentatie om
trent zeer enkele facetten van de schoon
heid van Holland.
Het spijt ons, dat men hier een gelegen
heid voorbij heeft laten gaan, die niet zoo
snel terugkeert. Zooals de meeste interna
tionale bijeenkomsten, zal ook dit congres
wel beurtelings in verschillende landen
worden gehouden, zoodat thans vcx>r jaren
de kans verkeken is, de achterstelling van
een belangrijk deel van Nederland goed te
maken. Wellicht echter zijn er nog an
dere mogelijkheden te
men de inderdaad veelzijdige
van ons land onder de oogen van het bui-
tenlandsch publiek kan brengen.
Zoo spoedig mogelijk hale men
thans gemaakte verzuim In!
tydstip
teerde.”
Eenige leden van de bende werden gear
resteerd. zy gaven den naam van Alma's broer
op en verrieden tevens, dat de organisatie te
BerlUn een eigen bureau had. dat zich uitslui
tend met het maken v«n valsche identiteitspa
pieren ten behoeve van de leden bezighield.
Van toen af hoorde Alma Lobing niets meer
van haar broer, en zulks deed haar vermoeden,
dat hy zich óf nog In Amerika bevond, óf over
leden was.
Haar ouders, haar zusters en haar andere
broers waren dood, en twee jaar geleden had
zy ook haar man verloren, die lang had ge
sukkeld en haar niets dan schulden nahet. De
weduwe had geen middelen van bestaan In den
beginne verdiende zy oog een stuk brood met
wasschen. naaien, enz maar de ziekte, waaraan
haar man gestorven was tering had ook
haar aangetast en maakte haar al spoedig onbe
kwaam voor eenlg werk van beteekents. Daar
zy door de dokters was opgegeven, mocht sy
land medeplichtig aan
juweelendiefstallen en
buit naar Amerika
Eenige jaren later kwam hy onder een
vreemden naam weer opduiken te Weenen. Hy
zocht toen zyn zuster Alma op. speelde den
groeten heer en gaf haar en haar man, een
schrynwerker. herhaaldeiyk geld. Waar hy dat
vandaan haalde, en waarvan hy leefde zei hy
niet en hy wilde ook niet zeggen, «aar hy
woonde. Op zekeren avond dc zwager was
had Alma een paar dagen geleden in
een net gekleed voorbyganger haar broer her
kend, van wlen zy sinds Jaren niet meet
gehoord.
Hoewel hy nog al veel verouderd was, vooral
zyn donkere huidskleur, had zy hem by den
eersten aanblik met zekerheid herkend aan
?Un eigenaardige beweging. Bovendien liet een
moedervlek achter het linkeroor niet den min
sten twyfel over, dat hy inderdaad haar ver
dwenen broer Otto was Niet weinig verheugd
en vol hoop, dat haar bittere nood nu gelenigd
zou worden, sprak zy hem aan
Maar hy wees haar barsch at en beweerde
haar niet te kennen, nooit een zuster gehad te
hebben.
Om althans te weten te komen, waar hy ver
bleef. volgde zy hem op eenlgen afstand, zon
der dat hy het bemerkte Wellicht schaamde
hy zich over haar omdat zy als een bedelares
was gekleed, en wilde hy haar daarom op
straat niet kennen
volgenden dag ging zy hem opzoeken
In de door hem gehuurde kamer. Wederom
was hy zeer barsch voor zün suster; hy ver
klaarde, zich niet met vreemd bedelvolk te
willen ophouden en hy dreigde haar met de
politie voor het geval zy hem verder nog zou
lastig vallen.
Alma Lobing verstoutte zich met haar be
zoek te herhalen maar tweemaal schreef zy
haar broer en smeekte nederig om hulp De
brieven kwamen terug als „Geweigerd". Toen
edachUg de uitdrukking frappez frap-
f pez toujours" achten wy het gewenscht.
in yerband met het standpunt van de
Itegeerlng. geopenbaard in de Memorie van
Antwoord, nog eens op de vraagstukken inzake
de dienstplichtwet terug te komen.
BU de wyzlgtng op de dienstplichtwet komen
verschillende vraagstukken aan de orde en wel:
een nationaal, een sociaal, een militair, een fl-
aancieel en een vraagstuk van uitvoering.
WU kozen de volgorde van deze vraagstukken
opsettel Uk. om den graad van belangrUkheid des
te duldelyker te doen uitkomen.
Den' aard van onze landgenooten kennende,
zyn wü zelfs geneigd, het militaire vraagstuk
nog een plaats te laten opschuiven, tnaar het
gaat naar onze mecnlng toch al te ver. Indien
men met het flnancieele vraagstuk de vier an
dere maar volkomen van de baan praat.
Indien onze flnancieele draagkracht inder
daad onvoldoende is om onze nationale, sociale
en militaire belangen te behartigen, dan vree-
zen wü voor de toekomst het ergste.
Voorop «tellen we dat ieder ook de Regee
ring er van overtuigd is. dat de huidige toe
stand onhoudbaar is en dat hy moet worden
verbeterd
Aan de hand van de Memorie van Antwoord
willen wy de vraagstukken achtereenvolgens
waarby het militaire vraagstuk zich
vanzelfsprekend aan eik der overige vraag
stukken aanknoopt
Het nationale vraagstuk omvat de
handhaving van de neutraliteit en de verdedi
ging van onze onafhankeiykheid.
Volgens de Memorie is de Regeering er vol
komen van overtuigd, dat geen enkel naburig
lahd tegenover Nederland een ploteelingen aan
val beoogt Byhet uitbreken van een oorlog
tusschen de groote mogendheden van West-
Europa zoo verluidt het kan er echter
licht een situatie ontstaan, die ons dwingt on-
mlddellyk onze zelfstandigheidspolitiek met
kracht van wapenen te steunen en de mobili
satie van ons veldleger te verzekeren. Wü ver
mogen hier het verschil tusschen „plotseling"
en „onmlddellUk" niet te zien en wy vragen
ons af, waaronder de Regeering het geval rang-
tchikt, dat een Europeesche oorlog wordt inge-
leid met een ploteelingen (onmlddellijken) aan
val op Nederland.
een buitengewone Deze maatregelen
hebben ons schatten gekost. Dit zal ongetwy-
feld ook een van de redenen zyn. waarom de
Regeering de bestaande regeling verder onaan
vaardbaar acht. Doch het zyn juist deze krach
tige flnancieele stoeten, die ons huiverig ma
ken voor de afdoende oplossing van dit inge
wikkelde vraagstuk. Het voorkomen van deze
flnancieele stooten geeft de gelegenheid de be
hoeften te overzien en de staatshuishouding
daarnaar te regelen. Ook hierin voorziet het
wetsontwerp niet, omdat de te nemen maat
regelen wederom afhankeiyk worden gemaakt
van het buitenland.
Ook het terugroepen van lichtingen zal plot
selinge hooge kosten met zich brengen. Prin
cipieel vermeenen wy hierin weinig verschil te
zien met de buitengewone oproepingen van
thans.
Wanneer wü in staat zouden zün de Jau-lyk-
sche defensiebegrootlng op grond van redeiUk
te stellen eischen te becyferen. dan zou zy on-
getwyfeld een schrille tegenstelling vormen met
de cyfers der jaren die achter ons liggen.
Als we daarby echter bedenken, dat wy in
die jaren onze landsverdediging schandeiyk
hebben verwaarloosd, dan geldt slechte bet
.jnea culpa".
Het militaire vraagstuk is te om-
vangryk om het hier volledig te kunnen be
spreken. Bovendien zyn onze lezers in voorgaan
de artikelen daaromtrent reeds uitgebreid in
gelicht.
Wy zullen ons hier bepalen tot het kort
samenvatten van de hoofdlynen van het wets
ontwerp.
Met de In het ontwerp voorgestelde verlen
ging van den diensttyd Indien deze zou
worden toegepast kan by handhaving van
het huidige contingent nimmer de sterkte
worden bereikt, welke thans aanwezig is en als
een minimum moet worden beschouwd. Naast
de verlenging van den eersten oefenlngstud zal
dus bovendien een oproeping van oudere troe
pen moeten plaats vinden. Een verlenging van
den eersten oefenlngstud schept daarnaast niet
de mogeiykheld het benoodigde en thans aan
wezige aantal eenheden te vormen, doch kan
alleen lelden tot het versterken van de ook
thans In normale omstandigheden aanwezige
grensbataljons. Dit geeft aanleiding tot een niet
té aanvaarden ulteenrekklng van deze bataljons,
waardoor de bevelvoering practise!? onmogeiyk
wordt. Wil men het benoodigde aantal eenhe
den handhaven, dan moeten deze in normale
omstandigheden worden gevormd.
Aan het Veldleger wordt met deze wete-
wUziging de noodzakelUke verjonging onthou
den Door de toevoeging van nog oudere lich
tingen wordt de qualiteit van het veldleger
het belangrükste orgaan voor de landsverdedi
ging zelfs geringer.
De groote bezwaren, welke aan de mobilisa
tie van het huidige oorlogsleger zyn verbonden,
omdat de onderdeelen daarvan vrywel alle by
mobilisatie nog moeten «rorden gevormd, wor
den door dit voorstel-wetawUzlglng niet onder
vangen. Het beperkte contingent met zün grove
onbiliykheden wordt onveranderd gelaten.
Conclusie: het door ons volk gestelde doel
kan alleen worden bereikt door een maximale
verhooging van het contingent. Alleen hierdoor
kunnen wy vertost worden van de telkens te-
rugkeerende moreele, flnancieele en sociale
schokken.
et Internationaal Congres van Reis
bureaux, dat momenteel door de
Association des Grandes Organisa
tions Internationales de Tourisme (A. G.
O. I.) in ons land belegd wordt, wil naast
de werkzaamheden in zijn vergaderingen
zich ook wUden aan een veelzijdige ken
nismaking met ons land. Deze „veelzij
dige” kennismaking met ons land zal zich
echter niet veel verder uitstrekken dan
toWNoord- en Zuid-) Holland. Schevenin-
gen, Den Haag. Amsterdam. Rotterdam,
Alkmaar en vanzelf Marken en Volendam
worden bezichtigd, doch buiten een reis
naar de Hooge Veluwe krijgen onze bul-
tenlandsche gasten niet meer te zien dan
datgene wat in den engen kring van de
Hollandsche steden besloten ligt.
Wij begrijpen natuurlijk volkomen, dat
in enkele dagen slechts een klein deel der
rijke schoonheid van ons land kan worden
getoond. Vanzelfsprekend moet men een
greep doen. En dat men dan op de eerste
plaats de schoonheden van Hoofd- en
Residentiestad wil laten zien: a la bonne
heure, maar dat men deze zoo uitvoerig
moet vertoonen, dat voor de rest van ons
land geen tijd overblijft, vinden wij toch
niet heelemaal behoorlijk.
Te lang reeds is gesuggereerd, dat Ne
derland eigenlijk samenvalt met Holland;
dat Nederland voornamelijk leeft van
handel en visschertj, en den landbouw
reeds te bed kwam hij bleek en ontdaan bij
Alma aangeloopen en smeekte haar hem te ver
bergen: de politie zat hem op de hielen. Alma
had medeiyden met haar broer en verborg hem
inderdaad, zelfs voor haar man Den anderen
nacht vertrok hy. om. zooals hy Alma zei. langs
omwegen weer naar Amerika te gaan, waar de
fortuin hem vroeger gunstig «ras geweest.
HU had veel geld bij zich, maar poogde
dit voor haar verborgen te houden Later
vernam zy, dat hy tot een internationale In-
brekeraorganisatie had behoord, die op dat
te Weenen vooral de banken „explol-
trachtte
Haar laatste stuivers offerde zn
om in de herberg ..De Zwaan" het toestel
mogen gebruiken Ook ditmaal kon zy hem niet
vermurwen
De dikke man met de hemdsmouwen liep als een dolle heen
en weer. „De schurken, de schurken," brulde hy telkens. „Tegen