VOOR ONZE JEUGD
De oogst van het
voorjaar
zijn vriendje Wip
I
f
Kabouter Flip en
I
Een leuke versiering
Het kruiswoordraadsel
de
'tt
van
zeven
Het Geheim
Schoorsteenen
.11
VRUDAG 4 AUGUSTUS 1939
Aardappelziekte
DOOR AGATHA CHRISTIE
I
MISSIE-BOEKENACTIEI
I
i
moeten
moet
nu
best
C. P. D.
de twee vriendjes
een
niet
„Nee, het spijt me Wlm.'
«ei hij, „maar jul-
1
,JM gewoonte in Herro-
toen ze
ze.
l
Anthony
begrijp de noodigheid." «ei de baron.
imposant.
hier
HOOFDSTUK XVI
THEEVISITE IN DE LEERKAMER
(Wordt varvoiMj
Ben mooie patrijs was er heel trotsch op, dat
beiden haar een bezoek brachten. Ook de andere
I
I
i
i
i
Van alle kanten kinamen de gevederde dier
tjes aangevlogen en ze pikten om het hardst,
elkander in de haast verdringend, zoodat Flip
ee tot de orde moest roepen.
de
En
oksrvnx.lt
Flip was in zijn schik met de harteljjke ont
vangst van de vogels en hij tracteerde ze alle
op een heerlijk maaltje, dat hjj aorgvuldig
onder zijn hoed had meegedragen
>e.
zei Lord Caterham opgelucht.
Met de volle overtuiging, dat de eenige plek,
waar je veilig een gesprek kon voeren, het
midden van het meertje was. sloop Anthony naar
de zuiderterras-trap terug.
Ben prachtige Vlaamse he gaal kwam aan
gevlogen. HU maakte een deftige buiging voor
Flip en vroeg of hU ook mee mocht eten. Toen
Flip toestemming gaf, liep hü al dankend en
buigend achteruit. „Wat een keurig opgevoede
vogel is dat,"* zei Wip tegen Flip.
Groot*
Vru<-k t
Akk<rbet«v -
winnen is. HU pakte hem vriendschappelijk bij zün
arm en nam hem zoo mee naar den steiger.
.Dit pad af," zei hij, „om het meertje hedn
Zooals ik jullie den vorigen keer beloofd heb,
zou ik je nog wat moellUker figuren geven
voor de moderne versiering. Hier is nu een oli
fant van opzU en een kat op zijn rug gezien
Dit zUn leuke figuurtjes om op een slabbetje
of op een vestje van baby te zetten. Over de
techniek hoef ik jullie nu niets meer te ver
tellen. Die weet je van den vorigen keer.
Vergeet niet de poes een rooden strik om zün
hals te geven!
„Dat dacht je maar.” antwoordde deze. „Hij
kan anders brutaal genoeg zün. Als hü kan
steelt en rooft hij. net als rijn vriend de ekster.
Zelfs eieren rooft hu uit de nesten der andere
vogels."
'33-34
UW GELEZEN DAGBLADEN, TIJDSCHRIF.
TEN. ILLUSTRATIES en andere goede lectuur
hebben WAARDE VOOR DE MISSIE Maakt er
een missionaris blij mee en zendt het door aan
een adres dat gaarne verstrekt wordt door de
afdeelingen der Missie-Boeken-Actie aan de Groot-
Seminaria ts Driebergen, Haaren. Hoeven, Roer
mond en Warmond.
waren hier een massa vogels. Alles schet
terde en kwetterde door elkaar. Houtduiven.
merels, kwartels, waren in de beek aan 1 - - - -
vogels waren zeer vereerd met de bezoeken van
baden. Het was dsn ook een drukte van belang.
Flip en Wip werden hartelijk welkom geheeten.
Jullie begrijpt. dat die fiets bü het weekje
logeeren in de villa van juffrouw Willems mee
ging. en gelukkig, ook zijn neefje en nichtjes
werden gevraagd en die brachten ook hun fiet
sen mee. zoodat al direct diezelfde vacantie
Jan naar hartelust van zUn prU». gewonnen
door het kruiswoordraadsel, kongenieten
JAN VAN OGTRODE
Juist, toen nu op de bovenste tree stond,
kwam uit het huis het zware, klankrijke geluid
van een gong en büna gelUktUdig verscheen
Tredwell op den drempel van een der zUdeuren.
.De lunch staat klaar, mylord,” kondigde hü
aan.
.Aha!
Die had ze van de familie gekregen, waar ze
zoo lang in betrekking is geweest en waarmede
ze zoowat heel Europa doorgezworven heeft.
Eerst toen die familie weer naar Zuid Ameri
ka vertrok, wilde ze niet mee. En toen heeft
ze die broche gekregen. Daar stond een vogel
op. met dien naam er onder „JABIRU”, een
Zuid Amerikaansche vogel. T Was of ik een
ingeving kreeg. Ik liep direct naar mUn kruis
woordraadsel. dat ik jammei genoeg door het
bezoek had moeten laten liggen, en warem
pel! Het klopte precies! Wie zou daar ook op
gekomen zUn. Ik heb de oplossing direct weg
gebracht. Precies nog op tUd. Ja. en dan moet
je verder nooren Die Juffrouw Willems is heel
rijk. Ze heeft van dien Zuid-Amerikaanschen
heer een flink vermogen gekregen en bewoont
een prachtige villa bij Arnhem in de bosschen.
We «Un al ultgenoodlgd. moeder en ik. om daar
één week door te orengen.'
Wlm stond nog even voor zich uit te kü
ken. Dien afloop had hü zeker niet verwacht!
Dat had hü ook kunnen hebben. Nou ja. ook
zU zouden nog wel eens gevraagd worden, maar
dat kruiswoordraadsel, daar kon Jan nog wel
eens een buitenkansje aan hebben!
En zoo was het ook Jan was de eenige. die
alle woorden goed had. zoodat hü de gelukkige
bezitter van de fiets werd.
en dan rechtuit.... dan riet u vanzelf den
hoofdweg. BU de «erste bocht naar links af
slaan. dan komt u in 't dorp. U logeert zeker in
De Cricketers?"
.Ja, monsieur, vanmorgen aangekomen Dui
zendmaal dank voor uw bereidwilligheid."
„Geen dank," zei Anthony. „Ik hoop niet, dat
u kou gevat hebt."
„Ik?” vroeg de vreemdeling.
„Van 1 kniëlen op dien vochtigen grond,"
legde Anthony hem uit. ..Als Ik goed gehoord
heb, heeft u zooeven al een paar maal ge
in het etmaal van 'a avonds 1 Augustus tot
's avonds 2 Augustus in Noordholland tus-
.Dat spUt mü ten zeerste." zei de vreemde
ling. „Ik ben mün weg geheel kwUt geraakt.
En daarom dacht ik. laat ik hier gaan en
vragen."
Anthony keek hem eens aan. maar onthield
er zich van. den man erop te wijzen, dat op je
knieën gaan Uggen achter een schuitenhuis een
heel eigenaardige manier van inlichtingen in-
Ze stak haar arm door dien van haar gast
heer, die komisch gestreeld keek, en wandelde
met hem weg.
„Converseert u?" vroeg Bundle. „Of bent u
er een van de sterke, zwijgzame soort?"
„Converseeren?” «el Athnony. .Jn alle toon
aarden! Ik praat, ik klets, ik zwam, ik mom
pel. ik murmelals T beekje tusschen de
overhangende, rich spiegelende varens.
eotns stel Ik vragen;"
,3U voorbeeld...."
„Wie bewoont die kamer daar.... de tweede
van den hoek links?” Terwül hü die vraag deed,
’Ces hu naar de bewuste ramen op de eerste
verdieping.
„Wat een merkwaardige vraag!" zei Bundle.
.Om iemand doodnleuwsgierlg te maken. Laat
eens küken Ja, dat is de kamer van Made
moiselle Brun. De Fransche gouvernante, die
mUn zusje Dulcie en Daisy, dlchterlUk. wat?
<*e noodige wüsheid tracht bU te brengen.”
.Mademoiselle Brun,” herhaalde Anthony
nadenkend. ,Js die al lang bü u?”
„■n Paar maanden. We hebben haar gekregen,
toen we in Schotland waren.”
.Aha!” zei Anthony. „Ik begin lont te
ruiken.”
Jk wou dat ik de lunch maar begon te rui-
ken." zei Bundle. „Moet ik dien meneer van
Scotland Yard aan tafel mee laten eten, ja of
nee? U bent een man van de wereld, dus u weet,
’at in een geval als dit gebrulkelük is. Ik heb
nog nooit eerder een moord in huis meegemaakt,
moet u weten. Interessante ondervinding niet?
tk vond ’t jammer, dat alle schuld vanmorgen
“o complètement van u afgewenteld werd.
1 Is altüd ’n soort van ideaal van me geweest
kennis met een moordenaar te maken en
•tan eens met eigen oogen te zien, of ze werkelijk
too leuk en charmant «Un. als die zondagskran
ten ons willen doen geloovenGenadewat
nebben we daar?"
Die laatste uitroep gold een taxi, die met
ntnke vaart van onder de hoornen te voorschün
kwam. Of eigenlUk gold hU de inrittenden of.
nog beter, één der inzittenden, een grooten man
®et een kaal hoofd en een enonnen. git-
*arten baar dj
•■Als ik mü niet vergis." zei Anthony
•-lebben we daar mün vriend. Baron Lollipop.
-Baron wat of wie?"
^Jxüllpop, «jo noemde ik hem voor t gemak
1 uitspreken van »"n echten naam word
ML*Mderig,-
Lunchl” «el Lord Caterham, opeens
een en al animo.
Op dat oogenblik schoten er, uit een andere
zUdeur, twee meisjesfiguurtjes naar buiten. Het
waren Dulcie en Daisy, bUgenaamd Honkie en
Snoekte, de twee jongere zusjes van Bundle. Ze
begonnen een soort van Indianendans met als
accompagnement griezelige kreten en opgewon
den gillen. Bundle schoot toe en maakte door
drastische maatregelen een einde aan de ver-
tooning.
„Waar is mademoiselle?" vroeg
haar zusters onder appèl had.
„Ze heeft migraine, migraine, migraine!" zeng
Honkie.
..Hoera!” stemde Snoekte opgetogen in.
Het was Lord Caterham na vüf minuten hard
werken gelukt, het grootste deel van z’n
gasten in huls te draven. Toen Anthony als
laatste ook naar binnen wou gaan, voelde hU
opeens een hand op «*n arm.
..Ga eerst even mee naar m'n studeerkamer,"
fluisterde z'n gastheer hem toe. .Daar heb ik
wat.... fUn hoor!"
Als een schooljongen die wat ondeugends
gaat uitvoeren, sloop hU de hal door en de gang
naar zUn heiligdom in. Toen Anthony de deur
achter zich dicht gedaan had. opende hls
lordship een kletn buffet en haalce een half
dozijn flesschen te voorschijn.
..Praten met buitenlanders maakt me toch
altüd z«5ó dorstig," vertelde hü bU wflae van
verontschuldiging. „Ik weet niet waarom, maar
't is zoo."
Er werd op de deur geklopt. Op het benepen.
■Ja” van den gastheer stak Virginia haar hoofd
om de deur.
„Ook een cocktail voor mU?" vroeg
..NatuurlUk," - - - -
..Kom binnen.”
De volgende drie minuten werden aan den
gecomblneerden Inhoud van zes flesschen ge-
wüd.
.Dat smaakt.” «ei Lord Caterham met een
zucht van voldaanheid, terwül hü «Un glas neer
zette. .Net ais ik zooeven al gezegd heb. ik vind
praten met buitenlanders toch zoo enerveerend.
Zeker omdat ze zoo akelig beleefd zUn Gaan
jullie mee? Dezen kant op."
HU ging zijn gasten voor naar de eetzaal. In
de gang hield Virginia, door haar hand even op
*ün arm te leggen, Anthony terug.
..Ik ben voor vandaag met mün goede daad
klaar,” vertelde te hem fluisterend. „Ik heb
t IUk gezien!”
..En?" vroeg Anthony in vanning
Met het antwoord, dat Virginia hem nu geven
zou. stond of viel één van zün theorieën
Virginia schudde het hoofd
..U krUgt geen gelük,” fluisterde ze _t Was
prins Michatl."
boord?" voegde ze er aan toe. toen Wlm haar
wat verwonderd aankeek.
Ja. is dat die oude tante niet, die vroeger
bü vader en oom Henk die nu dood is. kin
dermeisje is geweest? Maar moeder, daar be
hoeven wü toch niet voor thute te blüven. Bo
vendien vader is niet thuis. Dan kan ze toch
wel eens komen, als vader er is."
Moeder keek even voor zich uit.
..Ze is al wat oud geworden." sprak ze. „En
ze wilde jullie drie vanmiddag graag eens zien.
Ze is vele jaren In het buitenland geweest,
vandaar dat we een heelen tüd niets van haar
gehoord hebben
„Maar ze zal immers toch nóg wel eens ko
men." hield Wlm vol. .Als u nu eens aan tan
te hiernaast zegt, dat we naar de stad moe
ten en haar laat vragen, of die juffrouw Wil
lems bü ons nog eens terugkomt. Dan kan ze
vanmiddag bü Tante Truus blüven. Ze heeft
Immers Oom Henk even goed gekend als va
der
„Hm. ik weet niet, hoe ze dat zal opnemen
antwoordde moeder, maar na een poosje liet
ze zich door de kinderen overhalen, om toch
dien middag naar de stad te gaan. Ze had
ze ook al zoo lang dat middagje in het voor
uitzicht gesteld.
Ofschoon het tooneelstuk heel spannend was.
voelde Wim zich niet voldaan. HU «1st. dat
Jan dien middag had willen besteden om al
lerlei beken na te snuffelen om dien vogelnaam
te weten te komen en hü kon wel begrijpen,
als juffrouw Willems dien middag kwam, er
voor hem van zoeken niet veel zou komen. Die
juffrouw Willems was büna potdoof en tante
Truus kon niet zoo hard praten, zoodat hü
steeils zou moeten büspringen. om het gespro
kene over te schreeuwen.
Toen Wlm en zijn zusjes weer thuis kwa
men, kwam Jan echter enthousiast naar bul
ten gerend.
..Juffrouw Willems is er geweest." riep hü
„Een aardig mensch jo! En moet je hooren
Door héter ben Ik dien vreemden vogelnaam te
weten gekomen."
„Hoe zoo dan?" vroeg Wlm verwonderd.
heele vreemde broche.
heeft
niesd."
,Ja, dat kan wel," gaf de ander toe.
,Ja, m'n ooren zün goed" zei Anthony.
.Maar laat Ik u een raad geven en probeer
nooit niezen in te houden. Dat is heel gevaar-
lük. Opinie van verschillende eminente doctoren-
Wat ’t veroorzaakt weet Ik niet pretjes, ader
verkalking of asthma of zoo Iets, maar 't is heel
slecht. Goeden morgen.”
„Goeden morgen, monsieur, en duizendmaal
dank voor uw vriendelükheld om me den julsten
weg te wüzeri."
.Nummer twee. Verdachte vreemdeling uit de
dorpsherberg.” mompelde Anthony onder het
naküken van de slanke figuur in de llchtgrüze
demi. „En eerlük gezegd Is nummer twee een
type, dat ik zelf niet kan thuisbrengen. Ziet
er uit als een Fransche handelsrelzlger. Volgens
mü geen lid van de Broederschap van de Roode’
Hand. Misschien vertegenwoordiger van een
derde partü uit het in nood verkeerende Herzo-
Slowaküe. De Fransche gouvernante heeft het
tweede raam van links. En bü het schuitenhuis
ontdekken we een mysterleuzen Franschman.
die daar op z’n knieën ligt en gesprekken af-
luistert, die hem geen steek aangaan, 't Zou
me niets verwonderen, als 't wat te beteekenen
had.”
Onder het overdenken van de mogelykheden.
die hü In z'n alleenspraak opgesomd had. liep
Anthony haar het huis terug. Op het terras
vond hü lord Caterham zooals te verwachten
was, als de vleeschgeworden neerslachtigheid
en de belde nieuwe gasten. Bü het zien van
Anthony helderde het gezicht van den eigenaar
van de „De Schoorsteenen" op.
„O, bent u daar, Mr. Cade," zei hü- „Mag ik
u even voorstellen: Baron.... eh-eh-eh en'
kapitein Andrassy Mr. Anthony Cade.”
Baron Lolopretjzyl keek George aan met
oogen, waarin de achterdocht grooter en groo
ter werd.
.Mr. Cade!" zei hü stug. ,Jk geloof, u ver
gist u."
„Een paar woorden onder vier oogen, baron.”
zei Anthony. .Deze kwestie moet even uitgelegd
worden.”
Baron Lolopretjzyl boog en wandelde met
Anthony verder het terras op.
.Jk moet me op genade of ongenade aan u
overgeven, baron.” begon Anthony „De kwestie
Is namelük deze: de laatste drie i vier dagen
heb ik in Londen verblüf gehouden onder een
aangenomen naam. U kent mü als Mr. James
McGrath, maar dat is ook alles, verder gaat het
bedrog niet. U kent toch wel Shakespeare's
gevleugeld woord over de onbelangrükheid van
namen? Nu. dit met mü ia Iets dergelüks. Het
was u te doen om den geen, die de mémoires
in handen had. En dat was ik. Zooals u weet,
zün ze mü ontfutseld. Ik maak u m'n compli
ment over de manier waarop. Heeft u 't bedacht
of uw chef?”
„Het eigen idee van z'n hoogheid het was.
En iemand anders het te laten doen hü niet
toestaan."
,MU heeft 't netjes opgeknapt: dat moet ik
zeggen.” zei Anthony goedkeurend, „t Is geen
oogenblik bü me opgekomen, dat hü geen
Engelschman was."
„De opvoeding van een Engelschen gentle
man de prins ontvangen heeft,” lichtte de
baron Anthony in.
Slowaküe dat is.”
.Den prof, had t hem niet verbeterd." zei
Anthony. .Mag ik vragen, zonder onbescheiden
te zün, wie de mémoires op het oogenblik heeft?"
,Als heer tegenover heer.’ begon de Baron.
„Buitengewoon vriendelük." zei Anthony. .Jk
ben nog nooit van m’n leven zoo dikwüls een
heer genoemd als in de laatste twee maal vier
en twintig uur."
...Jk vertel: ik geloof verbrand zü *ün-
„U gelooft, maar u weet niet, hè?"
„Züne hoogheid In zün eigen bezit ze gehou
den heeft. Zün bedoeling was te lezen ze en dan
in het -vuur te verbranden ze."
„Zoo.” zei Anthony. „Maar dat lezen zal *m
niet meegevallen zün. Ze behoorden niet tot
't soort lichte lectuur, dat je in een half uurtje
doorvliegt.’’
„Onder de papieren van mün vermoorden
heer zü niet gevonden zün. Daaruit blükt, dat
verbrand zü zün."
„Hm!" zei Anthony. „Daar ben ik 't nog niet
zoo één. twee, drie, mee eens.”
Een poos lang liep hü zwügend voort: dan
keerde hü zich weer tot den Herzo-Slowaakschen
edelman naast zich.
Jk stel al die vragen. Baron, omdat ik er
persoonlük groot belang bü heb, dat deze kwes
tie zoo gauw mogelük opgelost wordt. Ik behoor
namelük tot de verdachten. En daarom is het
noodig, absoluut noodlg, dat ik op alle punten
mün onstJiuld bewijs. Alleen dan blüft er geen
enkele verdenking op mü rusten.'
„Ik
„Uw eer vrü van smet zü eischt."
„Precies," zei Anthony. „Ik wou dat ik de
dingen zóó kon zeggen. Zoo gemakkelük en zoo
Maar om nu door te gaan, om
alle verdenking van me af te wentelen, en om
dat te kunnen doen, moet ik alle büzonderheden
weten. En die mémoires-kwestie ts heel belang-
rük. *t Kan zün. dat het in bezit willen hebben
van de mémoires de directe aanleiding tot deze
misdaad geweest is. Wat vindt u. baron. Is dat
mogelük, ja of neen?"
Baron Lolopretjzyl aarzelde met antwoorden.
„U zelf ze gelezen heeft?" polste hü <ten
voorzichtig.
.Dat 's antwoord genoeg." zei Anthony glim
lachend. „En nu nog dit, baron: Ik vond bet
We küken zoo graag naar de bloemen, maar
g]s de planten eenmaal ultgebloeid zün küken
de meeste menschen en kinderen er niet meer
naar om. WU willen nu eens anders doen en de
voorjaarsplanten. die ons met hun mooie bloe
men hebben verrast, ook eens In den zomer op
doeken. Als we goed op den vorm van de blade
ren gelet hebben, zal het (ons niet moeilijk val
len de dotterbloem <Flg. 1) terug te vinden
De dikke, groote bladeren zün nog even frisch
als in het voorjaar. Maar op de plaats van de
bloemen vinden wü nu de wonderlük gevormde
kokenruchten. Die vruchten zün In een krans
geplaatst en openen zich bü regenweer, zoodat
de zaden er uit gespoeld worden.
De boterbloem doet In kleur veel aan de dot
terbloem denken. Maar de bladeren zün neel
anders en als we goed kükep, is de kleur van de
boterbloem veel lichter geel, die van de dotter
warmer, meer naar het oranje toe. De vruchtjes
vertoonen veel variatie, al naar de soorten bo
terbloemen Bü alle soorten zün ze ontstaan uit
een klein stampertje met een puntig stempel
tje (Flg. 2). Veel van die stampertjes zijn bü
elkaar geplaatst aan den top van een stengel
Dien top noemt men bloembodem. Heb je In je
buurt een kanaal of een rivier? Dan moet je
eens zoeken of daar de groote boterbloem v«x>r-
kotnt (Flg. Die plant herken je dadelük aan
zijn bladeren Die lüken niets op de bladeren
van de gewone boterbloemen, ze zün veel lan
ger en smaller en doen, oppervlakkig bekeken,
denken aan de bladeren van de gele lisch. De
vruchten van de groote boterbloem doen haast
denken aan vogeltjes Misschien, als je goed
mekt, zul je de akkerboterbloem op zandige
akkers vinden. Die is te herkennen aan de
vruchtjes, die dicht bezet zün met stekeltjes en
knobbeltjes. Ik moet hierbü even aanteekenen.
dat de beide laatstgenoemde boterbloemen geen
echte voorjaarsplanten zün, want ze bloeien in
Juni en Juli. Maar al vrü spoedig zün er vruch
ten aan te vinden en de vruchten van de groote
boterbloem verschillen weinig van die van onze
gewone weide boterbloemen, de scherpe boter
bloem en de kruipboterbloem.
Aardige vruchtjes heeft Ook de brem. Dat zün
echte peultjes, net als aan onze erwten en boo-
nen. acacia en gouden regen. Denk er goed aan,
dat je je kleine broertjes of zusjes niet met de
peultjes van gouden regen laat spelen Die dingen
zijn erg vergiftig!
Om op de peultjes van de brem terug te ko
men, ie zün nu nog groen, maar in de vacantie
worden ze rüP en zwart. Dan seringen ze op een
moeien dag open en hoor je telkens fün geknet
ter. Dan schieten de bremstruiken hun zaadjes
weg. met een heel wat onschuldiger doel, dan
de menschen hun vuurwapens. Brem is een
beetjeeen wispelturige plant. Hooge eischen
stelt hü niet aan den grond, waar hü groeit,
maar ik heb gehoord van menschen die graag
een gewone, wilde brem in den tuin wilden
hebben en eenige malen een struik hadden over
gebracht. dat dit zonder succes bleef.
Anthony liet de heeren aan hun Jeremiaden
over en ging langs het westerterras terug.
Maar opeens bleef hü stilstaan. Boven de ge
schoren haag aan z'n linkerhand, zoodat 1 leek,
alsof het midden uit het groene bovenvlak kwam
steeg een dun rookwolkje omhoog.
Hü verkende het terrein door vlug links en
rechts te küken. Lord Caterham en kapitein
Andrassy stonden op den versten hoek van het
zuiderterras met den rug naar hem toe. Hü
bukte rich, liet zich zakken en drong voorzich
tig met zün hoofd en schouders het haag-uit-
einde binnen.
De gedachte, die bü het zien van het dunne
rookwolkje tn hem opgekomen was. bleek juist
geweest te zün. De haag bestond niet uit één
breede rü van taxisboómen, maar uit twee, met
een doorloop ertusschen. De toegang tot den
doorloop was ongeveer op de helft van den
langen kant. Met dien aanleg was niets myste
rieus bedoeld, maar van den kant van het huis
af zou men nooit aan een dergelüke mogelük-
held gedacht hebben.
Anthony keek den doorloop af Op een afstand
van een meter of tien van de plek waar hü
stond, zag hü een gemakkelüken stoel en in dien
gemakkelüken stoel zat een man met een
sigaar in zün hand. Van de sigaar steeg een
dun. ül rookwolkje omhoog: de man zelf sliep.
„Hm!" mompelde Anthony. ..Mr. Hiram Fish
schünt van schaduw te houden. Goed dat ik
1 weet
opgewreven lorgnet. Hü droeg een
overjas van fattige ^nit maar
overigens was hü in zün voorkomen de solide
man van zaken.
„Wat doet u hier?” vroeg Anthony.
Van het eerste oogenblik af was hü er van
overtuigd, dat hü niet een van zü» medegasten
voor had.
.Pardon." zei de vreemdeling met een glim
lach, die voor beminnelük moest doorgaan, Jk
heb mün weg verloren mün wet' naar De
vroolüke Cricketers. Zoudt u mü ook kunnen
zeggen hoe dat ik moet?”
„Zeker," zei Anthony. Maar per boot gaat
t niet, dat zeg ik u bü voorbaat."
..Hè?" vroeg de vreemdeling met een gezicht
of hü van dat antwoord niets begreep.
„Ik zei.” herhaalde Anthony njet een veel-
beteekenenden blik naar het schuitenhuis, „dat u
De Vroolüke Vrouwtjes niet per boot kunt be
reiken. Er is een soort van weg door het park,
maar die is een heel eind verder op. Hier is u
op verboden terrein."
Een mooi werkje in het begin van de vacantie
en voor degenen, die laat vacantie krijgen reeds
nu, is te letten op de nog groene peultjes, die
«en sterke opzwelling vertoonen. Maak je die
peulen open, dan vindt je daar soms
oranjekleurige larve In. De opzwellingen zün
namelük gallen van een «almug. Heb Je een
goede loupe, dan kun je rondom de larve schim-
meldraadjes vinden Dat is geen toéval Die
Khlmmel vormt voedsel voor het larf je en we
staan hier voor een van de grootste wonderen
van de natuur, dat van de samenleving van twee
levende wezens, waar vermoedelijk beide van
profiteeren. De schimmel heeft een beschut
plekje om te groeien, de larve heeft versch
voedsel. De eenige, die er niet van profiteert,
1» de bremplant. Maar die heeft nog zooveel
vruchten, dat het niet erg is. wanneer er een
of zelfs een paar als wiegje voor galmuggen ge
bruikt worden.
Dachten jullie, dat er van die eenaoudige
brempeultjes zooveel te vertellen was? Zoo zun
er nog heel veel dingen in de natuur, waar we
too maar langs loopen. todat iemand er ons op
wijst. A. L.
De Familie Hogenboom woonde in een land
huisje aan de hoofdstraat van het dorp. Er
waren drie kinderen. Wim. Rie en Mies. Naast
hen woonde hun tante met hun neef Jan. Van
zelfsprekend waren de neefjes en nichtjes heel
veel bü elkaar.
Op zekeren morgen kwam Wlm Hogenboom
bü zün neef Jan binnenvllegen.
Hé Jan. ga je mee?”
Toen hü daarna even goed toekeek, zag hü.
dat Wim met een kruiswoordraadsel bezig
was.
.Zit je nu nog met dat ding te haspelen?"
vroeg Wim.
wJa, ik heb 'm büna klaar. Alleen met dat
laatste woord zit Ik. Daar kan ik maar
opkomen Een buitenlandsche vogel moet daar
ingevuld worden.”
„Ach, die vogel vind je toch niet.” riep Wim
uit. „Ga liever met ons mee. We gaan een fij
ne wandeling maken in de duinen. Rie en
Mees wilden je ook zoo graag mee hebben."
Maar Jan schudde zün hoofd. Hü had er nu
eenmaal zijn zinnen op gezet, dat hü dit
kruiswoordraadsel geheel zou oplossen, en dan
was het zün gewoonte niet, op te geven. En
wat ook van veel belang was, als eerste prü*
was een tiets uitgeloofd! Weliswaar werd het
blad, waarin het raadsel stond, veel gelezen,
maar Jan wilde toch een kans wagen Het was
een speciaal kruiswoordraadsel met vogels,
visschen en roofdierennamen.
's Middags precies vier uur was de sluiting
van de Inzending, er restten dus nog maar en
kele uren. Elke minuut was kostbaar voor Jan.
Mm Wlm 'hU
„Vanmorgen heeft de telefoniste tenminste
büna den geest gegeven," zei Bundle. „Zoo. is dat
de Baron! Die wordt natuurlük vanmiddag mü
toegewezen.... en dat, terwül ik den heelen
ochtend Mr. Isaacstein al onder mün vleugels
gehad heb. In T vervolg moet George maar
zelf zün vuile wasch doen, dat politie^ gezeur
ook altüd -• O! neem me niet kwalük. Mr.
Cade, maar daar gaat vader.... in deze donkere
uren moet ik hem ter züde staan."
Ze knikte hem toe en ging vlug haar vader
acJiterna.
Anthony bleef haar naküken en toen ze ver
dwenen was. stak hü nadenkend een sigaret op
Op het oogenblik dat hü den lucifer wegwierp,
werd zün aandacht getrokken door een eigen
aardig geluid, dichtbü. Hü stond vóór het
schuitenhuis en het bewuste geluid leek wel
van den ëenen zükant te komen. Het riep het
beeld voor hem op van een man. die vergeefs
moeite deed drie maal achtereen niezen te
smoren.
„Wel, wel,” dacht Anthony, „wie zou daar
aan den anderen kant van het schuitenhuis zit
ten? Even gaan küken.”
Hü voegde de daad bü het woord en liep vlug
en onhoorbaar om het schuitenhuis heen.
Aan den achterkant ontdekte hü een man,
die daar blükbaar op z'n knieën had gelegen
en die juist uit die houding opstond. Het was
een groote, slanke man met een zwart punt
baardje en groote donkere oogen. achter een
glimmend
lichtgrüze
lie zullen bet vanmorgen zonder me
stellen.”
,JMn moet je het zelf maar weten.” ant
woordde Wlm schouderophalend „Als je
altüd een huls-hen wil «ün. dan is het ook je
eigen schuld, dat we je niet meer komen vra
gen om mee te gaan. Ik zeg je nogmaals, alen
vogelnaam vind je toch niet. Ik heb gisteren
nog een heel stelletje Jongens van mijn school
gesproken die ter gelegenheid van de eerste
week van de vacantie een verren fietstocht gin
gen maken, en die hadden ook geen van allen
dien vogelnaam kunnen vinden. Ze hebben al
lemaal de oplossing zonder dien naam Inge
stuurd. want volgens hun. en ook mün over
tuiging. bestaat er zoon vogel niet. Dat moet
een vergissing «ün van dengene, die dat raad
sel heeft opgesteld.”
Jan kleurde eer'gszins. Daar had je het
weer! Dat opscheppen van Wim over z n
school. Daar had je altijd de knapste Jongens
D1 e wisten het, en daar konden anderen wel
bü gaan bakken. Daarom was Jan ook zoo gè-
stêld op het winnen van die fiets, want de
school in de stad was wel acht kilometer van
hun dorp verwüderd en Jan z'n moeder kon
het niet bakostigen om Jan buiten het hoo-
gere schoolgeld ook nog een abonnement op de
bus te verschaffen. Maar als hü een flets had.-
dan kon hü er vast en zeker heengaan, en dan
zou hü daar op die school wel eens laten zien,
dat hü tegen al die knapperikken best op
kon!
Wim was naar huls gegaan Daar vond hü
moeder, die een brief zat te lezen.
..We zullen vanmiddag niet naar de stad
kunnen gaan naar dat tooneelstukje Wlm,"
zei moeder, „want juffrouw Wlflems komt van
niet meer dan biUUk dat ik 't u vooruit laat
weten en daarom zeg ik u bü dezen, dat het nog
steeds m’n plan Is het bewuste manuscript
de volgende week Woensdag. 13 October dus. aan
den uitgever af te leveren.”
Baron Lolopretjzyl staarde hem aan.
.Maar, u ze niet langer toch heeft?”
„Volgende week Woensdag heb Ik gezegd.
1 Is vandaag Vrüdag. Ik heb dus nog vüf dagen
om dat manuscript terug te krügen.”
.Maar als verbrand het is?"
„Ik geloof niet, dat 't verbrand is. Daar heb
ik m’n reden voor."
Onder het praten waren ze het geheele terras
aan den zuidkant afgeloopen. Toen ze den hoek
van den vleugel omsloegen zagen ze langs het
westerterras een grooten zwaargebouwden man
op hen toe komen. Anthony had Mr. Isaacstein
nog niet gezien en dus bekeek hü hem met de
noodige aandacht.
„Ah, baron,” zei Isaacstein, terwül hü de
groote sigaar, die hü blükbaar pas opgestoken
had, uit zün mond nam en er heftig mee gesti
culeerde. „Wat een betreurenswaardlge gebeur
tenis!”
,Ja, mün waarde vriend. Ja!” riep baron
Lolopretjzyl uit. „Een catastrophe het Is, ons
geheel bouwwerk in ,puln gevallen Is!”
o
a o
rchen Hoorn en Enkhuizen en waarschünlük
ook ten noorden van Alkmaar de weersgesteld
heid kritiek geweest voor het optreden van
aardappelziekte; in het midden van het lard
kritiek behoudens te geringe bewolking.
Put kr»dit uit
APPELSTROOP