WUl belasting zijn vriendje Wip II en den daq Kaboutèr Flip èn winst DE ONBEKENDE in de kapel „Ue oudste van ’t heele land!” VOORLOOPIG VERSLAG DÉR TWEEDE KAMER Belastingverlagingen H uur belasting Rentebelasting Loonbelasting Zwart op wit Vennootschapsbelasting Clearingkoergen Kind er af trek n Voorziening voor groote gezinnen Vele ernstige bedenkingen tegen de voorgestelde heffingen naar voren gebracht Wedijver om de 104-jarige Opoe Smit attenties te' bewijzen I viel VERSTER LINMBNWBVBBg BIJTB Onw populair* huwelijksuitzet onder volle garantie, gemerkt en geborduurd, nog gaer ft- Vraagt monstercollectie ten belastingverhooging. De bcgrooting van over geen en weea (Nadruk verboden) DOOR A. HRUSCHKA 3 hy. Ik heb X heel duidelijk gehoord. D E 1M7 A kiek niet 4 De vrees werd uitgesproken, dat voorzienin gen ten behoeve van groote gezinnen tot oo- gewenschte verhoudingen aanleiding zullen geven. ontwerp beschouwden. t betwistten de juistheid Verscheidene andere leden juichten de voorgestelde regeling warm toe. Gevraagd werd, of niet de wijze van heffing bij de werkgevers in de practijk zal blij ken ernstig, bezwaar op te leveren. beste men doet niets ter zake, op medisch standpunt van voor van van hun gelukwensdhen aanbieden en de bees ten brachten de een of andere verrassing mede: bloemen, eau de cologne, fruit, kort om het was een aardige wedstrijd, om de oudste inwoonster yan Nederland op haar geboortedag een attentie te bewijzen. Hofer, zich van be- naam- meer „Kunt Conny maar Verschenen is het voorloopig verslag van de Tweede Kamer over de voorgenomen hef fing van een nationale inkomsten- en winstbelasting en wijziging van enkele be lastingwetten. groote meerendeel der aandeelen looze vennootschappen In handen draagkracbligen is. Van verschillende zijden verklaarde men het zeer te betreuren, dat de regeerlng met betrek king tot de z.gn. twee-percentshefflngen niet voornemens is gebruik te maken van de haar toekomende bevoegdheid tot het treffer, maatregelen ter voorkoming van dubbele tasting. Eenige uitingen der regeerlng, zoo meenden deze leden, rechtvaardigen in haar onderling verband het vermoeden, dat met dit wetsont werp een periode van voortdurend ingrijpende wijziging in ons belastingstelsel wordt ingeleld. Dit beschouwen de hierbedoelde leden op zich zelf reeds als een groot kwaad. Andere leden achtten het met de regeerlng een verdienste’van de voorgestelde regeling, dat allen In de nationale lasten zullen bijdragen. Andere leden voegden daaraan nog de op merking toe, dat allerminst is bewezen, dat het De loonbelasting zal. naar verscheidene le den opmerkten, zeer zwaar drukken op de loonarbeiders. «Dn. Vele leden stelden de vraag, of het z-Z- juistere politiek ware gweest. de vry aan zienlijke belastingverlagingen, welke worden voorgesteld, achterwege te laten, waardoor het bedrag, dat uit nieuwe heffingen of uit verhooging van bestaande heffingen moet komen, aanmerkelijk lager zou hebben kun nen blijven. Zjj bevalen het volgen van een zoodanige gedragslijn alsnog aan. Alles bijeen sagen vele leden In de natio nale inkomsten- en winstbelasting een in gewikkelde, groote perceptiekosten eischen- de heffing, die, in strijd met de rechtvaar digheid, een verschuiving van den belasting druk naar het minder draagkrachtige deel van de bevolking met zich zal brengen. Verscheidene leden achtten liet niet juist, dat tot de lichamen, welke door de vennootschaps- belastlng zuilen worden getroffen, ook de co öperatieve vereeniglngen behooren. De rechter vernam van den geneesheer, dat majoor Winkler reeds overleden was. Hij gaf bevel, het lichaam naar 1 lijkenhuisje over te brengen en trad vervolgens de woning van het slachtoffer binnen. Hij wierp slechts een vtuchtigen blik in de kamer van den majoor, waar de moord gepleegd moest zijn; want de oude man had zich daar lederen morgen van negen tot elf uur met zijn verzameling keven bezig gehouden. In die kamer zou later natuurlijk een nauw keurig onderzoek worden Ingesteld, maar voor het oogenblik bepaalde rich Mr. Klarmann er toe. de deur te sluiten en den sleutel tn zijn zak te steken. Hii moest nu op de eerste plaats overgaan tot 1 verhoor van de personen, die misschien Inlichtingen aangaande de misdaad konden geven of iets bijzonders hadden opgemerkt en nog onder den indruk moesten zijn van hetgeen zij hadden gehoord at gezien. CWtardt verruigd) eersten slag zwoeren zjj elkaar: Wie den anderen overleeft, zal voor diens vrouw en kin deren zorgen, als betrof het zijn eigen gezin. Beiden keerden zU ongedeerd terug uit den oorlog; zij vestigden zich tn dezelfde stad en gingen met elkaar om als broers. Winkler’s vrouw stierf het eerst, zonder hem kinderen geschonken te hebben. Majoor Eltz. die er zeven had, overleed een paar jaar later aan longont steking; afgezien van het kleine pensioen der weduwe, liet hij zijn vrouw en kinderen achter zonder middelen van bestaan. Nu hield Winkler den in zijn Jongelingsjaren gezworen eed: Hjj werd de voogd der zeven kinderen van zijn vriend, en voor de weduwe een trouw vriend en raadsman. Winkler zorgde er voor, dat het groote gezin aan niets gebrek leed. De opvoe ding der kinderen leidde hij van verre. Zij groeiden op en kwamen allen goed terecht Een der dochters, Sibylle Eltz. is hier te Vriebus- weiler onderwyzéfes aan de openbare school; twee anderen zijn als gouvernantes elders ge plaatst: de jongste. Yvetta. bestuurt sinds eeni- gen tijd Winkler's huishouden; Rosa Eltz heeft, evenals haar broer Otto, een betrekking bij een bank te Weenen. Eberhard, een der jongste zoons, was boekhouder, maar werd onlangs ontslagen, omdat de slechte gang van zaken be perking van het personeel noodig maakte; sindsdien verblijft hij met zijn jonge vrouw te Vrleebusweiler bij zijn moeder. De majoor wilde voor de heele familie zorgen. Waarom liet hij ze niet op „Roeen- hdf" wonen? Daar had hij geen lust in. Hij houdt van „Ga gerust Je gang. Al bezit ik dan geen geld genoeg, dan zal ik het probeeren met list. Al. was je vader honderd maal milllonnalr, ik laat je niet k». Per slot van rekening is je vader nog niet zoo kwaad als hij eruit ziet en bovendien is hij zakenman, nietwaar?" Ze lachten belden en het meisje droogde haar tranen. Des avonds van den volgenden dag zat Hay den Wentworth tegenover Conny’s vader. Sir Elgood keek den jongeman welwillend aan en toch lag er een strakke vastberaden trek om zjjn mond. „Het spijt mfj werkelijk, mijnheer Wenth- worth,’’ zei bij vriéndelijk. „Ik weet van Rowland dat je een vooruitstrevend en ontwikkeld za kenman bent en ik zou geen oogenblik bezwaar maken tegen de plannen van u en Conny, als ik wist dat u haar alles zoudt kunnen geven, waarop ze door h. ar stand recht heeft. U bent een eerlijk mensch. daar twijfel ik geen moment aan. maar uw toekomst Js te onzeker^ In derdaad. ik heb respect voor u.” ■*•-. „En toch wijst u mij af?” vroeg Wentworth.;- Een glimlach speelde om de lippen van El good, to^n hjj vervolgde: „Is h?t wel noodig er verder over te spreken? Toen ik begon, was het met honderd pond ster ling per Jaar. Ik was toen verloofd met een ach, zij was een gewone dienstbode, maar ze was tevreden met het geld: En hoe lang denkt u dat we moesten wachten- voor we konden trou wen? Tien jaar, mijnheer Wentworth. Conny Verscheidene leden gaven naar aanleiding van gemaakte opmerkingen in zake den kin deraftrek als hun meening te kennen, dat, hoe zeer de constructie van dit correctief wellicht voor wijziging in aanmerking komt, een rege ling van deze strekking in het ontwerp toch zeker niet zal mogen ontbreken. Zonder een af trek als de hierbedoelde achtten deze leden de voorgestelde heffingen in geen geval aanvaard baar. Dat Koersen voor stortingen op 16 September 1939 tegen verplichtingen luidende in Reichs- marken f 7559, Lires f 950. Tegen het denkbeeld, een voorziening in den nood van ouden van dagen aan deze regeling ten gunste van groote gezinnen te doen voor afgaan, moesten de hierbedoelde leden zich ver zetten. Deze regeling vormt een essentieel on derdeel van de onderhavige belastingvoorstel len. Zij is noodzakelijk om een rechtvaardiger verdeellng van den belastingdruk te bereiken. Uit de cijfers, door de commlssie-Fleskens overgelegd, bljjkt overtuigend, dat de groote ge zinnen, vooral in de lage welstandsgroepen, on evenredig zwaar worden belast. Ten stelligste moet dan ook worden ontkend, dat deze rege ling het karakter van een zekeren rechtetreck- schen steun zou dragen. Evenzeer dient met klem te worden weersproken, dat reeds lang het verlangen bestond naar een steunregeling ten behoeve van groote gezinnen. Uit deze be wering blijkt duidelijk, hoe weinig begrip te dezen aanzien bij velen bestaat. Dat hetgeen wordt voorgesteld on redelijk zou zijn ten op zichte van kleine gezinnen is niet te begrij pen. Het valt toch niet te ontkennen, dat groo te gezinnen meer te betalen hebben aan aller lei indirecte belastingen en crisisheffingen, m het algemeen in de dageljjksche levensbehoeften en in de opvoeding van méér personen hebben te voorzien, - Eenige leden achtten de regeling, waarvan hier sprake is. totaal onvoldoende. Voor belas tingplichtigen met groote gezinnen en middel matige Inkomens beteekent de tegemoetkoming van f 10.joer jaar per kind boven het derde veel te weinig. Bovendien achtten de hierbedoelde leden het onjuist, dat de betrokkenen om de tegemoetko ming, bedoeld in het laatstvermelde artikel, moeten verzoeken. De kabouterkoning keek bedenkelijk. „B.’b je er wel aan gedacht." zei hjj. „hoeveel ge varen Je bedreigen, als je de wijde wereld in gaat. En heb je net hier niet naar Je zin?” „O, jawel, Sire,” zet Flip, „maar we blijven niet voor goed weg. We komen natuurlijk weer terug.” men de militairen (van wie verschillenden reeds overdag waren komen feliclteeren) in gesloten colonne naar het St. Bernardus-gestlcht gemar cheerd. voorafgegaan door de Weesper Muziek vereniging „Jubal" en omstuwd door honderden belangstellende Weesper ingezetenen. Het doel was niet alleen een serenade te brengen, maar tevens zou een fruitmand van respectabele af metingen-worden aangeboden, als geschenk van de militairen, die regelmatig het Militair Ont- spannlngslokaal te Weesp bezoeken. Een com missie. bestaande uit den korporaal P van den Reijden en de mllftiens K. Koster en J. H Sproet, had onder de .Jongens” gelden ingeza meld en zoo kon nok namens deze militairen het oudje gehuldigd worden. Deze avondhuldiglng van de 104-jarige is, ge heel spontaan, uitgegroeid tot een ongekend enthousiasme, dat zyn toppunt bereikte, toen de stoet militairen defileerde voor de vensters van het St. Bernardusgestlcht. waarachter Opoe in haar versierden stoel zat. omstuwd door kin deren en kleinkinderen. Vroolyk klonk de mu ziek van .Jubal" en de soldaten wuifden met de hand waarop het oudje glunder lachend te- ruggroette. Het enthousiasme werd steeds groo- ter en tenslotte wuifden de defileerende soldaten met de veldmuts. Het was een alleraardigst tafereel De bovengenoemde commissie uit de militairen trad de ontvangkamer van het gesticht binnen en daar heeft korporaal v. d. Reijden in harte-' Hjke bewoordingen Opoe gefeliciteerd, waarbij de fruitmand aangeboden werd „Heel Weesp houdt van U” zoo sprak de feestredenaar Burgemeester M Dotlnga, die in de Jullana- straat een kijkje kwam nemen, heeft den mili tairen hartelijk dank gezegd voor deze hulde aan de 104-jarige. Hij verklaarde oa., dat Opoe groote liefde had voor het Oranjehuis, in ver band waarmede deze geste van de militairen haar dubbel aangenaam was. „Ik hoop, dat de verhouding tusschen jullie en de burgert) van Weesp even uitstekend moge blijven als zjj thans is, waartoe het gemeentebestuur gaarne zal meewerken.” Then nam het enthousiasme van het publiek een dergelijken omvang aan. dat de afzetting van politie en militairen verbroken werd en burgers en soldaten één compacte massa vormden. Lulde hoera's klonken op, toen de militairen den burgemeester omhoog tilden en hem een ovatie brachten. Later op den avond heeft ook de muzlekvereenlglng ^Soli" nog een serenade gebracht. de voorgestelde vennootschapsbelasting als een draagkracht-correctlef met betrekking tot de beter gesitueerden zou kunnen .worden beschouwd, verklaarden verschillende' leden zeer ernstig te moeten betwijfelen. Al vroeg in den ochtend was mej. A. J. de SmitRog, of beter gezegd Opoe Smit, in haar Zondagsche japon gekleed, om met een blijden lach op het gelaat, plaats te nemen in den fraai versierden leunstoel, welke voor haar gereed stond in de ont vangkamer van het St. Bernardusgestlcht te Weesp. om de verschillende gelukwen- schen met haar 104den verjaardag in ont vangst te nemen. En aan die wenschen heeft het-niet ontbroken! Tal van inwoners van het stadje aan de Vecht kwamen,«poe Overgelukkig nam Flip afscheid! Met zulke Impoie oadeaux als die muts van den kabouter- TToning en de steen van den ooievaar kon je toch met een gerust hart op reis gaan! Hij holde Wip tegemoet die ook al van zijn hoog bezoek terug kwam. „Heb Jij ook zoo n mooi cadeau ge- I kregen van president Pluimstaart?” is onze eenige dochter, en dacht ji dat wij voor haar hetzelfde zouden willen?” De jongeman schudde langzaam het hoofd. „Neen,” zei hij feacht. „Dat zou ik zelf ook niet willen.” „Ik zie dat we elkaar begrijpen.” zei de oude heer. „En daar u my zooeven vertelde dat u bulten een bedrag van vijfduizend pond en goede vooruitzichten niets bezit...." „Dat is helaas werkelijk zoo.” viel Hayd hem in de rede, „maar zou een andere zekerheid u bijvoorbeeld niet evengoed zijn?” „Een andere zekerheid?" vroeg Elgood eenlgs- zlns verbaasd. „Ik bedoel wanneer ik bijvoorbeeld compagnon zou zijn van mijnheer Rowlands?” Sir Elgood zweeg een oogenblik nadenkend, toen hij zei: .Natuurlijk zou ik in dat geval geen oogen blik aarzelen u als mijn schoonzoon welkom te heeten, maar ik zie niet in....” Een vreemde glimlach kwam op het gelaat Gevraagd werd, of het wel juist geoordeeld moet worden, dat èn pensioengerechtigden ren tebelasting betalen op het uitgekeerde pensioen, én de fondsen diezelfde belasting waarbij in voorkomende gevallen ook nog huurbelasting komt verschuldigd zijn over de Inkomsten uit de beleggingen, waaruit het pensioen moet worden betaald. Men was v«n oordeel, dat het aanbeveling verdient, de inkomsten uit beleggingen van spaar- en pensioenfondsen in het algemeen niet in de twee-percentsheffingen te betrekken. Benige leden verklaarden het onredelljk te achten, dat de Inkomsten uit effecten behalve door de couponbelasting ook nog door de ren tebelasting zullen worden getroffen. grondbelasting. Een der leden bepleitte afschaffing van de rijwielbelasting als draagkrachtcorrectlef bate van de minder gesitueerden. Verscheidene leden vroegen zich af, waarom by de keuze van de belastingen, welke voor ver laging in aanmerking zijn genomen, niet de Sulkeraccyns is aangepakt. nog aanzienlijk bedrag waard moet zjjn? Dat kan ik u niet zeggen. Met betrekking tot geldzaken was hij zeer gereserveerd. X Is best mogelijk, dat hij iets bezit, hoewel hij zeer eenvoudig leeft, maar omtrent dat punt heb ik geen zekerheid. Slechts één ding heeft hij my ronduit gezegd: dat btf zijn bverljjden ge heel zijn nalatenschap aan de familie Eltz ten deel zou vallen. Men was op de plaats der misdaad aange komen De heeren verlieten elkaar. De rechter ging zijn ambtsplicht vervullen en de notaris wilde Yvetta. die nog geheel overstuur was, zijn deelneming gaan betuigen. de knecht van den schoenmaker het gehoord Maar, dat ik X heb gehoord, en goed gehoord, daar kan ik 'n eed op doen. Maar, nietwaar, dokter, ook u beschouwt het als onmogelijk en daarom zult u begrijpen.... De bejaarde geneesheer, die reeds dertig jaar te Vriebusweiler was gevestigd en er iedereen kende, maakte een beweging alsof hjj iets van zich wilde afwerpen. Weliswaar een weinig bleek, maar toch met zjjn gewone kalmte, ant woordde hy: Verscheidene leden verklaarden het onjuist te achten. dj»t op hetzelfde tijdstip, waarop tot belangrijke belastingverzwaring wórdt overge gaan, andere heffingen worden prijs gegeven. Vele andere leden daarentegen gaven te ken nen. dat zij zich zeer wel konden vereemgen met het voorstel, de invoering van een aantal nieuwe belastingen gepaard te doen gaan met de afschaffing of verlichting van een aantal bestaande heffingen, welke op het bedrijfsleven in het algemeen, op bepaalde bedrijfstakken, of op bepaald? groepen der bevolking een onrede^- lijken of onevenredig zwaren druk oefenen. Gevraagd werd, welke waarborgen de regee- ring heeft, dat de verlaging wan een aantal in directe heffingen, welke door haar wordt voor gesteld, inderdaad aan den consument ten goede zal komen en niet aan den tusschenhandelaar of den winkelier. Met name wordt hier gedacht aan den geslachtsaccyns en aan de omzetbe lasting. Eenige leden beschouwden het als een leemte van het ontwerp, dat niet voorzien is in de be hoefte aan tjjdelijke verlaging van belastingen in verband met de uitvoering van werken, welke tot vermindering van de Werkloosheid kunnen lelden. Sommige leden bepleitten afschaffing van de VAN DEN Dommriatr. 1 ■nm p, EINDHOVEN „Ja, als je dan niet anders wil, dan moet ik je wel laten gaan,” zuchtte de koning. „En dan moet je deze muts meenemen. Als je die opzi t dan ben je alleen maar zichtbaar voor kabou ters en niet voor menschcn of dieren, terwijl je zelf alles kunt zien, En nu, goeie reis en tot weerziens 1” In hét donkerste hoekje van den tuin zaten ze zwijgend bijeen. Conny Elgood legde het blonde hoofdje. waar in twee betraande oogen glinsterden, op den schouder van den Jongeman. „Je behoeft het heusch niet te probeeren. Hayd.” zei ze zacht. „Vader zal zijn toestem ming nooit geven, zoolang je niet in staat bent, vijftig duizend pond sterling Je eigendom te noemen." Hayden Wentworth haalde de schouders op. „Ik weet het. schat. Maar hy Is toch zelf ook met niets begonnen? Hy heeft het je toch dik wijls verteld, dat hij. toen hij met een dienst bode trouwde, ook niet meer dan een armzalige honderd pond bezat?” Ze knikte flauwtjes. „Hayd. vader zegt, dat hij niet wil. dat Ik onder dezelfde omstandigheden zal trouwen, als hii. Je bezit niet anders dan Je goedea voor uitzichten en vijfduizend pond In contanten. Wat wil je daarmee beginnen?” „Vergeet niet. Conny. dat ik ook nog een flinke dosis ondernemingsgeest bezit." Ze trok een pruilend lipje. „Wat heb je aan ondernemingsgeest, als je niet in de gelegenheid bent. Iets te onderne men?”'fluisterde ze. „Ik heb met Sir Rowlands gesproken." aar zelde hij. „HU zei. dat hij my graag als com pagnon zou willen hebben, nu Arthur Poynter weg is. maar hy kon my ook niet aan het geld helpen." Ze keek hem glimlachend aan. door haar tra nen heen. „Hoe lang ben je nu bij mynheer Rowlands?" vroeg ze. „BUna acht jaar en over twee maanden gaat Gresly weg en dan word ik in zyn plaats pro curatiehouder.” „En dan?”.... „Dan?.... Dan sparen we, totdat de vijftig duizend pond by elkaar zyn," zei hU optimis tisch. - „Luchtkasteelen. Hayd," zuchtte ze. „Niets dan luchtkasteelen. Hoe lang zullen we dan moeten wachten? En al dien tijd moeten we tegen vader zwygen." Hy antwoordde niet, maar zat met de handen onder het hoofd te peinzen. .Neen." mompelde hy nauweiyks hoorbaar, „dat is niet te doen.” „Wat is niet te doen. Hayd?” Ze drukte zich tegen hem aan. „Niets!”.... „Je verbergt iets voor me. Hayd," lispelde ze. „Toe zeg wat. Wat ga je doen? Ik zie het aan je gezicht. Je bent wat van plan." „Morgen hak ik den knoop door." antwoordde hy byna ruw. „Ik zal met je vader gaan spre ken en als ik my niet vergis in zyn karakter, dan zyn we morgen officieel verloofd." „Hayd!" .Neen, vraag nu niets, morgen zal ik je alles zeggen. Het mocht eens verkeerd afloopen." „Onzin!.... Vader zal weigeren, als Je niet over de noodlge contanten beschikt en als hy zich boos maakt, danhoef Je ook later niet meer by hem aan te komen.” .Laat dat maar aan my over." zei hy met een lachje, dat haar hoop deed herleven. „Op gevaar af. dat ik je als zyn dochter beleedlg. moet ik zeggen, dat je vader een uilskuiken is. en geen greintje koopmansgeest bezit, wanneer hy niet op myn voorstel Ingaat." „Je bent een schat, Hayd. Ik zal het tegen vader zeggen, hoe je over hem denkt." Verscheidene leden, die er van overtuigd wa ren. dat onder de tegenwoordige omstandighe den aan een verhooging van de Inkomsten door middel van belastingverzwaring niet te ontko men is. duchtten echter van zulk een verzwa ring in het algemeen en in het byzonder in den vorm, zooals die in het ontwerp wordt voorgesteld, verschillende nadeelen. Thans reeds is de druk der directe en indirecte belas tingen zeer zwaar. De vermindering van het consumptief vermogen, welke in verband daar mede van de nieuwe heffingen het onmiddeliyc gevolg zal zyn, zal een ongunstigen weerslag hebben op het bedryfsleven. Daarvan zal èn nieuwe werkloosheid èn een vermindering van inkomsten van, Ryk en ge meenten uit de bestaande bronnen het gevolg Verscheidene leden wenschten met na druk te kennen te géven, dat een loonbe lasting zonder vrijstelling van Inkomsten beneden een zekege grens voor ben ten «enenmale onaanvaardbaar zou rijn. Aan het voorloopig verslag wordt ontleend: Sommige leden beschouwden de mededeellng van de regeerlng, welke het uitgangspunt is van haar toelichting op het ontwerp, nj. dajMnet bestaande tekort op de iyksbegrooting voor een zeer belangrijk gedeelte veroorzaakt wordt door de byzondere voorzlenlncep ter bestry- dlng van de werkloosheid en ten behoeve van de defensie, op z’n minst genomen als een veel te eenzydlge belichting van de aanleiding tot deze belastingverhooging. De begrooting voor 1939, vergeleken by die voor 1937, bulten de defensiekosten en bulten byzondere andere posten om, vertoonde een uitgave-accres van rond 42 mllUoen. Deze belangryke styglng nu is het, die de hierbedoelde leden als de elgen- lyke oorzaak van de indiening van dit wets ontwerp beschouwden. Andere leder) deze voorstelling’van zaken. De reeds bovengenoemde sommige leden” waren van meening, dat een goede politiek elscht, dat vóór alles maatregelen worden ge troffen om een nieuwe aangroeilng van de be grooting van uitgaven te voorkomen. Wat de huurbelasting betreft, is naar dc meening van vele leden zeer belangrijk de vraag, in hoever deze heffing, welke bedoelt in komsten uit verhuring te treffen, op den huur der zal worden verhaald. Voorts werd om. tegen de hierbedoelde be lasting aangtvoerd. dat zy In haar uitwerking een zakelijke belasting op het onroerend goed zal zyn en dientengevolge tot daling van de waarde van dat goed zal lelden. een rustig leven en heeft veel plaats noodig voor zyn verzamelingen. Ten tweede wilde hy niet, dat mevrouw Fannl Eltz. die voor haar leeftyd uitstekend is geconserveerd, zich, door by hem te komen inwonen, aan praatjes zou blootstellen. Met Yvetta en haar zuster Annie, die vroeger zyn huishouden waarnam, is het anders gelegen. Die beschouwt hy als kinderen, en het verschil van leeftyd is zóó groot, dat er geen of zeer weinig gevaar voor gebabbel be staat. Waar heeft Winkler- gewoond, vóórdat hy zich te Vriebusweiler vestigde? Eerst te Weenen, later te Gras. Vandaar Is hy, nu tien Jaar geleden, naar ons dorp gekomen, waar hy den „Rozenhof" heeft ge kocht. Is hy vermogend? Ik bedoel: bezit hy geld, buiten de hulzi^ge, die reeds een van den jongeman. „Dus in dat geval...." u met trouwen, Opnieuw Wentworth hem in de rede, maar Elgood dacht er j niet aan dit als een onbeleefdheid' op te vatten. Hy kende de jeugd, vooral wanneer er vrouwen in het spel waren. „Zoudt u my dit zwart op wit willen geven?^ Verbaasd keek de ander hem aan. „Zwart op wit geven?" herhaalde hy. „Als u werkelijk meent wat u zegt, dan kunt u daartegen felteiyk toch geen bezwaar heb ben Conny’s vader zette zich zwygend aan het schry (bureau en het duurde enkele oogenblik- ken alvorens hy zich weder tot Hayd richtte: .Alstublieft! Zwart op wit. Maar wat is nu eigeniyk de bedoeling ervan?” De jongeman las kalm den brief door en knikte tevreden. „Dat is heel duideiyk, mijnheer. Ik dank u wel." HU stak het in zUn portefeuille en haalde M tegeiyk een ander papier uit, dat hy aan Elgood gaf met de woorden: - „Mag ik u dit papiertje als tegenprestatie overhandigen?" zei hy lachend. HU legde het voor Elgood neer, die met klim mende verbazing las: Ik.’Thomas Rowlands, verklaar hiermede, Hayden Wentworth te zullen beschouwen als myn compagnon, zoodra hy van Sir Elgood de toestemming tot zyn huwelyk met diens doch ter Conny zal hebben verkregen...'. HU las en herlas het eigenaardige document en tenslotte kwam er een glimlach op zijn ge laat. die zich tot een gullen, vroolyken lach ont wikkelde. „MUn waarde Wentworth.” zei hy. ,Jk geloot dat ik my in jouw capaciteiten toch nog ver gist heb. Je bent nog handiger dan ik dacht. Eigeniyk moest ik je...." HIJ stak gemaakt dreigend zyn vinger op. „Te laat, mynheer Elgood.” lachte Hayd. „Ik heb zwart op wit en daar is niets aan te ver anderen. Ik ben van nu af de compagnon van mynheer Rowlands en daarmede tevens uw aanstaanden schoonzoon.” Elgood kruiste de armen over elkaar en scheen na te denken. „En als ik nu myn toestemming eens terug neem?" Hayd haalde dreigend het document te voor schijn. „Wel," zei de oude man toen goedkeurend. „Je laat je niet van de wys brengen ook, zie ik en ik moet zeggenhet is bewonderenswaar- dig. Werkeiyk, het zou zonde zyn, als de mooiste speculatie van zulk een uitstekend koopman mislukte.” Hij drukte hem stevig de hand. „Het is allright, Hayd. Neem haar gelukkig.” Een half uur later zaten twee gelukkige jonge- menschen wederom in het donkerste hoekje van den tuin, evenals nauweiyks een dag geleden, maar nu speelde het maanlicht met den glans van twee gladde, gouden ringen, die aan hun vingers schitterden, als bewijs dat de grootsche speculatie van Hayden Wentworth volkomen geslaagd was. schot storingen in het denk- den ouden heer veroorzaakt kan worden aangenomen, dat Winkler zyn aanrander, die hem waarschyn- lyk van achter besloop, niet goed gezien heeft. Maar in deze kwestie is het woord aan de justitie. Wat jou betreft, jy hebt je eenvoudig te houden aan den elementairen plicht van den staatsburger: eenvoudig en zonder reserve zeg gen. wat je weet, om dé autoriteiten in te lichten. Ik moet het dus zeggen....? In leder geval. Achter hen. op de straat, kwam er, beweging. De personen. die Winkler’s lyk omringden, gingen achteruit. Verscheidene heeren en een paar agenten naderden met snellen tred de plaats van de misdaad. X Waren de districtsrechter, Mr. Klarmann. met zyn griffier, de gemeenteveldwachter X Is maar met het oog op Juffrouw Yvetta.... En veronderstel eens dat hy on schuldig was en door myn verklaring in ver- •chrikkelyke moeiiykhedén werd gebracht! Ik dacht, dat de majoor den naam had genoemd? Ja. En toch. Wie is het? Ik bedoel: welken naam heeft Winkler genoemd? Toen hy naar buiten kwam, riep hy: wHulp! moord!.... Eberhard Eltz heeft my overvallenen geschotenToen sloeg hy tegen den grond en verloor het bewustzyn. Dr. Otto was hevig geschrokken. Hy keek den touwslager ongeloovlg aan. Niet mogelyk! Heb jy dat wezenlyk ge hoord? jy alléén? Of was er nog iemand by? Of ik alleen was? Dat weet ik niet, want A kiek niet om mU heen Mtwhien heeft ook Op grond van dit standpunt meenden de hierbedoelde leden er reeds thans met na druk op te moeten wyzen. dat een verhoo ging van den belastingdruk, in welken vorm ook, voor hen slechts aanvaardbaar is, in dien vaststaat, dat zooveel mogelyk alle niet strikt noodzakeiyke uitgaven worden ver meden. Dat de begrooting voor het loopen ds dienstjaar aan dezen elsch voldoet, meenden deze leden sterk te moeten be- twyfelen. Zlnkler en notaris Kolbried, gevolgd door een menigte nieuwsgierigen. Mr. Klarmann liep naast den notaris. Eerst sinds twee maanden was hy districtsrechter te Vriebusweiler; dus kende hy wel de namen der personen, doch was niet op de hoogte van hun onderlinge betrekkingen. Daarentegen was Kolbried reeds 25 jaar als notaris in het dorp gevestigd, dus volkomen bekend met de plaat- seiyke omstandigheden. Bovendien was hy in tiem bevriend met Winkler en de familie Eltz; die hadden zich tien jaar geleden te Vriebus weiler gevestigd, toen de majoor den „Rozen hof” had gekocht. Daarom had Mr. Klarmann onderweg den notaris verzocht, hem een beknopt overzicht van de betrekkingen van den majoor met de familie Eltz te geven. Ik weet dienaangaande slechts dit. zei hy, dat de majoor een goed geconserveerd man van 79 jaar was en dat zyn huishouden werd bestuurd door zekere juffrouw Eltz. Als ik my niet «vergis, bewoont de familie van die jonge dame een gehtiurd huls in X dorp. Ja, X huls ,Jn de gouden Zon", het mooie pand met den erker, oft het Gemeenteplein. De relaties van den majoor, een zeer braaf, maar nog ai eigenzinnig en opvliegend mensch. met deze familie dateeren uit zyn jongelings jaren. Hy sloot toen met Otto Eltz. die juist zoo oud was als hy en met hem tot luitenant werd benoemd, een vriendschap voor het leven. Belden waren ernstig van karakter, beiden idealisten. Naast elkander streden zy belden reeds gehuwd in "70 en vó^r den Of ik het al dan niet als mogelyk ber schouw. Wanneer - plaatst, is het in ieder geval aannemelyk. dat reeds het eerste vermogen van heeft. Zeker Het luister-apparaat, welwillend ((gestaan door de Vereeniglng tot behartiging van de be langen van slechthoorenden, heeft op dezen feestdag wel byzonder goede diensten bewe zen. daar velen, met behulp daarvan, een bab beltje met Opoe konden maken. Eén der eersten, die dit deed, was wethouder E. W Raadsheer, die met wethouder C. A. Oa- lesloot, de jarige kwam feliciteeren. Even later verschynt ook burgemeester M Dotlnga. vergezeld van den overste L. F Apol en kapi tein J. E. Hofman. De burgemeester drukt het oudje de hand en zegt, dat zy straks den offi cieren maar eens iets moet vertellen van haar herinneringen uit de oorlogdh van 1870 en 1914. Overste L. F. Apol zegt, met beide handen de gelegenheid te hebben aangegrepen, om. namens officieren, onderofficieren en soldaten van het kantonnement Weesp. de oudste in woonster van Nederland gelukwenschen aan te bieden op dezen zeldzamen dag. Namens de officieren wordt een prachtige mand met chrysanten vóór het oudje neergezet, dat door de huldiging van zoo'n onverwachte zyde zichtbaar verrast is. „En omdat deze bloemen niet geuren." besluit de overste, „krijgt u ook nog dit pakje.” Dat deze verrassing reukwater bevatte, was Opoe heel welkom, want „dat frlscht nog eens op." verzekert ze even later aan een naast haar zittende bezoekster. Gaandeweg komen er méér bezoekers en oude herinneringen worden opgehaald. Van ’n tegenwoordlgen stadsbestuurder weet Opoe te vertellen, dat hy als Jongen by haar belletje getrokken heeft Tegen een bejaard Nieuw st raat-bewoner zegt zy prompt: „Uw vader heb Ik ook nog gekend; die was schipper en ik heb wat dikwyis by hem in de roef geze ten." Natuuriyk loopen de gesprekken ook over den oorlog, want de burgemeester had immers gevraagd, of de jarige den officieren een en ander wilde vertellen uit 1870. Maar dat schynt tech niet zoo goed te willen vlotten, want zoodra Opoe over 1870 begint, gaan haar gedachten vliegensvlug n\ar 1914 en dan bab belt de pientere 104-jarige honderd uit die moeliyke jaren „Ik had negen soldaten in huis en soms geen eten. Toen ben ik naar het stadhuis gegaan en heb tegen wethouder Knaap gezegd, dat we niets in huis -hadden en toen hebben we cho- coladereepen gekregen, om onzen honger te stillen." En zoo gaat het verder; een stroom van herinneringen komt los. Op een gegeven oogenblik zegt het oudje met een voldanen glimlach op het gezicht: ,4a. ik ben de oud ste varf het heele land.... X Is ook een heele leeftyd, 104 jaar De pastoor en de kapelaan komen eveneens feliciteeren en Opoe is hiermede niet weinig in haar schik. Afgevaardigden vanverschillende vereeniglngen loopen af en aan, kortom het Is een gezellige feesteiyke drukte en de 104-jarlge schynt er niet den minsten last van te onder vinden. In het middaguur komen de kinderen van de R. K. Meisjesschool een fruitmand aanbieden en ze ringen een lied ter eere van Opoe, het geen het oudje byzonder aardig schynt te vin den. Deze huldiging vormde een der aardigste momenten van den feestdag van Opoe Smit. Maar ook voor den avond was nog een uit- zonderiyke verrassing bewaard. Toen toch kwa- Met bevreemding verklaarden verscheidene leden te hebben kennis genomen van de prin- cipieele wyziging in de houding der regeering met betrekking tot de belasting, te heffen van naamlooze vennootschappen, welke by dit ont werp zoo plotseling tot uiting is gekomen. Het is zeer de vraag, of de belastingontduiking door gebruikmaking van den vorm der naamlooze vennootschap wel in zoo beteekenende mate voorkomt. Afgezien van de vraag, of in het algemeen een winstbelasting al dan niet boven 'n ultdeeliiigs- belasting de voorkeur verdient, formuleercen an dere leden hun bezwaren tegen hetgeen in dit opzicht thans door de regeering wordt voor gesteld. Tegen de vennootschapsbelasting, welke door het systeem van het ontwerp niet wordt ge- eischt en welke bovendien een zeer aanzienlijke heffing Inhoudt, bestond ook by andere leden zeer ernstige bedenking. 4 Verscheidene andere leden daarentegen ver klaarden zich mét het in dezen door de regee rlng gehouden betoog zeer wel te kunnen ver- eenigen. Velé leden meenden in tegenstelling met de regeering een ontkennend antwoord te moeten geven op de vraag, of althans voorloopig naast de vennootschapsbelasting de dividend-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1939 | | pagina 19