Herfst in den tuin
1939!
van
Tegenstellingen
DE TAILLELIJN
„Doet gewoon!”, de leus
LEKO RIJWIELLAMPEN
Hoe eten we maïs?
iiiii
VRIJDAG 6 OCTOBER 1939
Verlichtingsartikelen
Bronzen
BRABANTSCHE BRIEVEN
Nu het October is....
Casaque van zwarte crepe met
versiering van gouddraad
C. KAHMANN v/h Directeur i/tf firma
KLOOSTER!! IJIS
BETER ZICHT
DrI E. HOEKSTRA’S
BLOEDZUIVERENDE PILLEN
Deze pillen zuiveren het bloed en bevorderen
de natuurlijke verrichtingen des Uchaams
55 ct„ 90 ct. of 1.56 per doos met gebruiks
aanwijzing. Verkrijgbaar In Apotheken en
Drogisterijen, oa.. te Amsterdam bij Apoth
Sanders, Rokln 8; Drog. De Boer. Over
toom 91. Te Hilversum bij Drog De Vries.
Kerkstraat 98. Te Haarlem Fa. v d. Pigge
Gierstr. 3. Te Heemstede O. Brühl, Binnen
weg 143. Te Utrecht Fa. T. P. v d. Bergh
Steenweg 65. Te Arnhem H. Llnnewiel. Jans-
straat 17. Te Enschede G. Holst. Oldenzaai-
ochestraat 7
<U« vuile plekken
Uw dteuf of neem ze weg mei een
COLEO METALEN DEURPLAAT
(inplaata van glaa ot celluioHI)
TECHN. BUREAU „COLEO
Verspilt geen
voedi ngswaa rde
«r
waar
den
kleuren-
N. Z. Voorburgwal 332 - Tel. 33016 - Amsterdam
en
en
Ulvenhout, 5 Octotwr 1939
op.
DRE
e Vrouw
het
Wel
ons
Van de oudste, en meest bgkende
fabriek in Nederland. Pr. fabrik.
VRAAGT UWEN WINKELIER
Vooi
BREI MET NEVEDA-WOL
Aan de N.V. Ned. Wolspinnerij
Heerengracht 483. A’dam (C.)
M.H., u gelievfl op te ge
ven, waar ik Neveda Wei en
Gratis Neveda Brei patronen in
mijn woonpi. kan verkrijgen
Naam
Adres: Woonplaats:
dom nie gebukt. Wantrouwen is den mensch
van deuze dagen beter gelegen! Maar ditte mot
ik oe dan toch wèl onder 't oog brengen: onder
wijl de vernielende en verdelgende legers op
rukten deur Polen, kwamen de boeren daar, ach
ter die oprukkende legers, huilie hofsteé uit en
ze bewerkten den vertrapten akker
Vaneigens! Op den buiten gong alles gewoon
deur. En dan kunde toch de vrucht in den ak
ker nie laten verrotten! Oe kunt tóch oew bees
ten nie ongemolken laten crepeerenü Ge kunt
toch de Van God opgelegde taak nie in den steek
laten, omdat. menschen oe die taak zoo
moeilijk maken!
„Doet gewoon".
een hoog versierd boord, waarvan de rug van
onder tot boven met knoopjes sloot. De twee
de had wel iets weg van een soldaten-tuniek.
Ook deze blouse had een strakke mouw en een
hoog boord. De sluiting was hier echter aan
de voorzijde aangebracht. Op die voorzijde
prijkte een tres-versiering met veel kronkels,
die. breed op de schouders, naar beneden toe
smal uitliep. Ook de onderrand eindigde in een
punt in het midden.
Tot slot wil ik u nog verklappen, dat de ea-
saque op de foto van zwart wollen crêpe is en
het motief opgelegd is van gouddraad.
CLARA
teloos verspild gas.
5. Eiken avond na 't koken die
nen de branders afgewreven te
worden met een krant. Eenmaal
per week worden ze uitgenomen en
af geschuierd. Na overkoken reinigt
men brander en naaste omgeving
met zeepsop. Goed onderhouden
branders werken zuinig koken in
de hand.
7. Voedingswaarde wordt ge
spaard door aardappelen en groen
ten op te zetten met weinig water.
t. Men houde ketels en pannen
gesloten, want by open deksel ver
dampt vocht, waardoor grooter
gasverbruik noodzakelijk Wordt.
Bovendien blijft met gesloten dek
sel het aroma behouden.
aroma, waarmee de kruiden te vervangen zijn.
Ze worden daartoe, in fijne stukjes gehakt, met
het overige door de sla heen gewerkt
Van de kleine vruchten komen onze gedach
ten vanzelf op de groote: met name de pom
poenen of sier-kalebassen. Het is traditie, dat
deze vrucht omwille van haar prachtige kléur-
schakeering en grapplgen vorm op een schaal
als decoratie gelegd wordt. Niet minder Is het
effect, wanneer meerdere van deze slervruch-
ten aan een dik gevlochten rafflakoord worden
geknoopt en gehangen in een kamerhoek, die
zich voor zoo n rustieke versiering eigent. Een
breede haardschouw zou zich hiervoor uitste
kend leenen.
Ook zijn de stroobloemen, die u nu geplukt
wanneer ze
aan den
ze ge
springen. September was nie overdadig nat.
'Nen derden grasoogst is daarom verkeken, zoo-
dat van gras-kuilen veur den stal al nie veul
komt! Jammer van eenen kant, t Is plazlerig
den beesten in 't hartje wintertij nou en dan
'nen erm gras te kunnen voeiëren. 't Doet
deugd aan de runders, deugd aan den melk van
eigens. Maar allee, van den anderen kant was
de Herfstmaand mee n scherke geknipt om
t' oogsten. Krakensdroog is den grooten oogst bin-
nengerejen en wat wil den boer meer verlangen!
Den uitzaai van den terw, den garst en den
rog is begonnen. Veur ’n deel tenminste, want
't winterkoren kan laat gezaaid worden, tot t’
ende December, in de vrijgekomen suikerpeeën-
velden.
Maar ge ziet wel: daar valt op den hof zoo-
iets te schaften mee deus korte dagen en *t kost
ons gip moeite omgewoon" te doen!! Wij
hebben op den dag gin tijd om aan iets anders
te denken dan aan den arbeid. En 'savonds7
Allee dan is er onder de lamp nog genogt te
doen! *t Uitzoeken en ontsmetten van de zaai
lingen is 'n sjecuur werk. Goed gezaaid, goed
geoogst. Da s 'n wet waarop ge staat kunt ma
ken! En nie den boer alleen, dunkt me Zie
maar over den weareldakker. die in vollen rijp-
dom staat van den haat, waarmee ie Jayen be
zaaid wierd. Meer zal ik daar nie van zeggen
Want stuk veur stuk, aan die rinneweerende
cultuur zijn wij allemaal.... doodonschuldig!
Schoone maand, deus van de druif Schoon
veural in d’uitersten. Ik bedoel in de lange,
kou we nachten, waarin ,'t somtijen al vriest: en
in de Zomersche dagen, waarin 't rossig October-
zonneke gouwen poeier strooit over 't kleurend
geblaart.
Den wilden wingerd teugen onzen achtergevel
staat aan te gloeien n peers vuur. Den noten-
leer z'n straffe blad verkleurt van oranje tot
brons. En als de namiddagaon deur zijnen kroon
woelt, dan vlamt daar boven den erf 'n kleuren
vuur, amtco, waarvan oew oogen nie kunnen af
blijven. Hij draagt kostelijk vrucht. lederen mer- roofridders op m’nen
gen. veural na nen kouwen nacht, ligt den erf 1 na nen garst afbhjven
i
CORRESPONDENTIE
Joa Sm. te Utrecht. Oe hebt oew adres nie
vermeld op oewen brief, zooda 'k oe antwoorden
mot in de krant.
Man. ge zUt er neffen! Den boer over wien
ge gelezen hebt in de krant onder Rechts
zaken is nie den Dré van Ulvenhout. En als
ge 't nie gelooft, zoude kunnen informeeren by
jullien E.A Heer Politierechter!
Jaja ik laat dat stukske wèl leken aan Dré
III. Dan kan mijn Jonge, dus driftige, boske
zien, dat ie altij beleefd mot blijven jegens de
klantjes, al.... is dat dikkels ook veul moeilijk
de leste jaren
Nog iets: waarom zijde gij er zoo deur geprik
keld. dat dieën dwazen boer i'n eigen „Koning
der Groenteboeren" noemt? 1 Wemelt van Ko-
nlngen en Koninginnen op deuze weareld. Oe
hebt daar: Voetbalkoningen, Fletskonlngen.
Schoonheidskoninginnen. Modekoninginnen. Ko-
ningen van den Lach. Bridgekoningen. Staal-
koningen. Worstkoningen, enz. enz. Waarom zou
naast den Worftenkoning nou nie ns nen Ko
ning van de Boerenkool opstaan? 1 Is allegaar
familie van Klaverkoning, jonk! Bordpampier!
Oewen brief was veul «waar Te zwaar van
wicht en te zwaar op de hand. Oe staat bh Trui
veur dubbeltje strafport In “t krijt.
dik onder de afgevallen steelblaren. waartusschen
de gespleten groene notenbasten, groot als elers.
Maar daar is veul van deus gerei deus Najaar!
Hazelnootjes, beukenootjes. eèkels, de bosch-
pajen liggen er vol van. Dat wijst op nen stren
gen winter, zeggen de „weerprofeten Maar ge
loof er niks van. jonk! ’t Wijst op nen goeien
Zomer, vooral op n malsch Voorjaar en da s
veurbij! Daarbij: hebt ge al éénen Winter in
heel oew leven meegemokt, die van te veuren
nie als „streng" wierd aangekondigd? Klets! De
Schepping is glnnen politiek, die ge in de kaart
kunt kijken! Den boer, die heel z’n leven van
de tochten z’n studie mokt, is al veul content
als ie 's avonds kan zeggen„"k heb 't van den
ir.ergen goed gerajen mee 't weer. 'Nen enkeling
kan sóms twee, drie dagen veurult „iets" zeg
gen, maar den boer of den wetenschappeliJken
sterrenkijker, die in September vertellen kan
wat er veur 'nen soortement van Winter veur
de deur staat, dieën ..wonderdokter" mot nog
altij geboren worden. Neeë. hoe geren we
dikkels in den boek van ons leven 'ns veuruit
zouwen blajen, om te zien of er mlsschient wel
'n gelukkig end aan den roman is, deus kunstje
is ons nie gegeven. We perbeeren 't mee 'n oud
wjjf mee 'nen zwarten kater op beuren schou
wer. mee koffledrab. kaarten, dansende tafeltjes
en mee 'nen glazen bal. we perbeeren 't mee on
wijze en mee geleerde nonsens, maar we kunnen
gin dagbladzij veurult zien Ginnenregel!
We weten deuze minuut nie wat 'r de volgende
boven ons hoofd hangt en deus menschelijk on
vermogen is wel 'nen heel bezonderen zegen,
dien we deelen meugen mee de dikkels benijde
veugelt jes
Maar ik dwaal van m'n champiter. October-
maand!
Ik heb de eerste bonte kraai al gezien. Zijn
edele zat op den elgensten paal, daar langs de
koeienwei, als verlejen winter, 't Zal dus wel
den elgensten astranterik zijn, die al ennlgte
Jaren zijnen wlnterblvak in Ulvenhout opslaat.
Als ik 'm veromzag, tikte-n-lk aan m'n petje
en zee: „content oe weer In goeie conditie ver-
om te zien, seigneur, mar ge floddert deuzen
winter nie op m'n Zondagsche pet! Hoe was 't
In 't Noorden?"
Verwaand snukte-n-ie mee z'nen deftigen kop
En als d' avondzon 'm bescheen was 't of ie 'n
goud lorgnetje op had. Dan zwikte-n-le mee
den steuvlgen steert. trok zijnen kolonelskop ef-
kes in. spreidde de lompe vlerken en daar wiek-
te-n-ie traag weg. 'nen meter boven de wei. op
zoek naar de veldmuizen, die teugen donker
geren te veurschijn komen.
Allee. Tc heb graag zoo n paar van die kraal-
roofridders op m’nen grond. Als ze maar van
1 enne daar te Dré III
doen"
i taille
van
een
dof zwart of
Deus wijze advies is in den grond 'nen boeren-
raad eigenlijk. Gewoondoen is den boer zijn re
actie op 'n ijzeren Natuurwet, op 'n Scheppings-
wet. waaraan ook 't nietigste madelleveke of
peerdeblom gehoorzaamt, wanneer t, na 'nen
onbehouwen trap van den koeienhoef, z’n eigen
weer opricht naar de zon. tot 't leven. Zoo
is dat dapper blomke. Mennlgt „grootenmensch,
zoo.... eh.... dapper in goeie tijen, kan aan
zo'n madeliefke. zo'n simpel veldsterreke. 'n
lichtend veurbeeld hemen, in dagen dat zo'nen
mensch 1 teugenzlt en zijn dapperheid vergaat
HJk sneeuw in de zon
Ja, wij doen gewoon, wü-van-den-buiten.
Daarbij: er is veul te doen. October is de leste
drukke maand van 't jaar. En de dagen zijn
veul kort. Zondag gaat de lamp veur zessen op.
De dagen worden kort. Den wlntereerpel, den
juin (uien) de kroten, de winterpeeën en zulk
knolgewas. 't mot gerooid en gekuild worden.
Daarbij komt de suikerpeeëncampagne 1 k Heb
extra volk aangenomen veur den rooi, 1 peeën
rijen doe 'k eigens. mee m’nen compagnon!
want bjj 't wegen en afrekenen op de fabriek
ben 'k liever eigens bij. t Is heen-en-weer mee
volle wagels. Peeën naar de suikerfabriek, pulp
verorn naar den erf. Deus beestenvoeler sullen
we komenden winter hard noodig hebben, want
mee t meel zullen we zuinig genogt motten om-
Amico,
„Doet gewoon!" das den raad, die alge
meen gegeven wordt in deus ongewone tijen, die
t menschdom mot deurstaan. „Doet gewoon,”
da 's 't slagwoord, da 's de leus van 1939.
En ik mot zeggen, maar ik ben boer, den
**ad is goed!
Ge zult denken: „maar Ik ben boer”!
Wat hee dit er mee te maken?
Alles, jonk!
"Nen boer, die perbeeren zou om ongewoon te
éoen, was al rap gin boer meer. Die gong op de
flesch. Want den buiten doet altij gewoon en
dleën bulten, de Natuur, is 't uurwerk waarop
den boer leeft en werkt. De stad kan alle toren
klokken, reclameklokken. pendules, horloges-ln-
vestzak en aan pols verzetten, kan in 't voor
jaar 'nen z.g. „Zomertijd'', in 't Najaar 'nen z.g
«Wintertijd" invoeren. veur den boer bestaat
•He 365 dagen van 't jaar alleen maar Zonne
tijd. Want den buiten doet altij gewoon en
dén boer doet dus mee!
Als de bommen om z’n woning en in z'n vel
den zouwen slaan, dan zou ie na de „bui" gaan
kien naar.neeë, nie naar de gaten in de eer-
•te plek, maar naar z'n gewas, dat gespaard
bleef veur die „ongewone" putten. granaat-
trechters. veur die onbegrijpelijke bescha-
eingsteekens daar in zijnen onbeschaafd-vrucht-
krachtigen akker. Sterker: in deuze Wijn- of
Zaaimaand. nou de knolgewassen gerooid wor
den. zou ie-onder die bornputten er wellicht 'nen
doelmatige onder bespeuren om er z’n eerpel of
*interpeeën in te kuilen.
Ge gelooft me nieIk neem 't oe nie kwa-
dik. Older lichtgeloovigheld gaat deus mensch-
ken Hiervoor kookt u de kolven even en snijdt
ze dan in de lengte door. Het binnenste wordt
uitgehold en gevuld met een smakelijk vleesch-
gehakt. dat gemaakt is van vleesch. het uit
geholde deel der kolven, een el. wat melk of
room, peper, zout, citroen en peterselie. De kol
ven worden in een schotel gelegd met wat
smakelijken bouillon bij zich. Er overheen komt
wat beschultkruim en boter en het geheel
stooft in den oven langzaam gaar.
En ten derde heb ik nog een recept van kip
met mals. Hiervoor braadt u een kip mooi
bruin in flink boter en laat haar gaar smoren.
Dan bakt u wat dunne flensjes en houdt die
warm. Tevens kookt u de maïskolven gaar en
pelt de korrels er af. Deze korrels roert u met
een stuk boter en een ietsje suiker op het vuur
en een eierdooier er door van het vuur. Nt:
rolt u de maïs in de flensjes.
De kip wordt In stukken gesneden en op een
heel warmen schotel gelegd met de gevulde
flensjes om zich heen.
De kippenjus wordt ontvet en met wat room
afgemaakt.
X S «n 50 X i c. M.
DOETINCHEM - TELEFOON
Heeft u wel eens maïs gegeten, anders dan
in den vorm van maïzena? Het is werkelijk be
ter niet aan te komen met het argument, dat
u geen kip bent, want indien u nooit maïs ge
geten heeft, dan weet u niet wat u afwijst.
Als Ik zeg maïs, dan bedoel tk versche maïs
kolven. Om een smakelijk gerecht te vormen,
moeten deze kolven jong zijn en frisch. Op het
oogenbllk is het de tijd voor dit graan, dat
tegenwoordig in vele groentenwinkels verkrijg
baar Is. Het is ook mogelijk de kolven in blik
te koopen maar eerlijk gezegd heb Ik daar
lang niet zooveel plezier van beleefd, als van
de jonge, versche kolven.
Met deze kolven nu kan men verschillende
dingen doen. Ten eerste kan men ze. met een
paar bladeren er om, gaar koken in water met
wat zout, pi m. drie kwartier. Deze gare kolven
worden warm op tafel gebracht, ontdaan van
hun bladeren, en den dtschgenooten aangebo
den. die de kolf gewoon aan de beide einden
moeten beetpakken en met een sierlijk gebaar
de korrels er afhappen, die zij van te voren
met boter besmeerd hebben. Dit Is de eenvou
digste manier van maïs eten.
Ten tweede kunt u gevulde maïskolven ma-
Notengeur hangt boven het grasveld,
de goudbruine blaadjes door den tuinman
angstvallig worden weggebezemd. We verhe
len ons. dat de moede boomen gaan strooien,
want we willen den herfst niet. We klampen
ons tegen beter weten in. aan zijn voorganger
vast. De tuin staat nog zoo uitbundig tn bloei,
met een kleuren-felheid. die een jong wezen
soude passen.
Vuurrood gloeien de Salvia's tegen de grijze
wolk van lavendelstrulk, waar de verkleurde
bioemaren op haar kaarsrechte stelen nog stand
houden. Groote zalmen begonia's kijken met
verwonderde gezichten naar den goeden vader
eik, boven hun hoofdjes, die uit zijn bescher
mende takken af en toe met geritsel en korten
tik een gladden eikel laat vallen.
Pluizige licht-paarse heliotroopbloemen aan
volgeladen struikjes vragen om geplukt te wor
den tot een romantisch boeketje, samen met
de rose en roode roosjes, die maar geen af
stand willen doen van hun rechten in den tuin
Het is elk jaar weer een verrassing, te erva
ren. hoe lang herfstbloemen binnen goed blij
ven. Goudsbloemen die zelfs na nachtvorsten
haar brutale goudgele kopjes opsteken, kunnen,
ons binnenshuis weken lang gezelschap houden
Ook de groote Afrikanen, die bet grasperk af
sluiten en in de oranje glorie van haar laten
bloei iets vasthouden van de feestelijkheid van
Koninginnedag.
Hooger nog dan de dahlia's met haar zware
grove hoofden prijkt de bedaarde zonnebloem
wier bloei is aangepast aan haar majestueuze
lengte. Onmerkbaar verdwijnen de bloemkroon-
blaadjes en rijpt de zware zaadcirkel, die geen
minder sieraad is dan de bloem. De zooge
naamde zonnepitten zijn rijp, een tractatie voor
vogels. Misschien is het verstandiger ze dit jaar
voor ons pluimvee te reserveeren.
Het zelf zaad winnen van onze bloemperken
wordt door de vele regens, waarop het najaar
ons pleegt te vergasten, meestal niet zoo hee)
aanlokkelijk gemaakt. Behalve van de zaai
bloemen, die haar zaad heel gemakkelijk afge
ven, zooals de Indische kers. De smakelijke
gave bolletjes-van-drie, die tegen elkaar aan
gedrukt zitten, laten, wanneer het zaad rijp is,
bij aanraking onmiddellük los en rollen uit el
kaar. Nadat een hoeveelheid verzameld is moet
het zaad door en door droog worden, in de zon
ofwel op een verwarmde plaats. Het moet
vochtvrij bewaard worden, opdat het niet gaat
schimmelen. Heeft u wel eens gehoord, dat we
het zaad van de Oost-Indische kers bij 't eten
gebruiken? Sommigen houden «van den ster
ken, *pittlgen smaak van de heel jonge blaad
jes en plukken deze af om er op te bijten.
Eenzelfden smaak maar nog iets sterker, heb
ben de zaden, die daarom wel eens gebruikt
worden bij het inleggen van augurken. Ook In
sla geven de Indische-kerszaadjes een geurig
in den bulten zooal kijkeri komt, dus:
Veul groeten van Trui, Dré ni. den Eeker
als altij gin horke minder van oewen
t. A v.
DRE
heeft, eigenlijk veel decoratiever,
in een dichten kleurigen bos hoog
wand te drogen hangen, dan wanneer ze ge
schikt staan in een bak of vaas. Ietwat kin
derlijk, maar voor een omgeving, waar dit
past navolgenswaard. is de wijze, waarop men
in Scandinavië de Immortellen behandelt. In
een bont mengelmoes van soort en kleur wor
den ze tot stijve kransen gebonden, die tegen
den wand gehangen worden aan een smeed
ijzeren of koperen wand-kandelaar.
We zijn er zoo langzamerhand van overtuigd,
dat de stroobloemen. waaronder we dan ver
staan de Helichrysum met de glimmend gou
den, witte en rose bloemen en de Statice (of
lamsoor), met de paarse en rose bloempjes, het
klokskes en crocussen. want straks, als *t voor
jaar weer komt, dan nóg „doen we gewoon",
zoolank we kunnen, zullen w(j onze, ons opge
legde taak vervullen, wij boeren, soldaten achter
alle fronten waar gevochten wordt mee de wa
pens van staal en die van. den honger!
We doen gewoon. Gewoon onze opgelegde
plichten, zonder vertoon, zonder eerekruisen.
zonder roem, och zoo héél, heel gewóón,
ziet ge!
Maar nou schei "k er af.
Ge wit wat er deus maapd op de hofstée
Ia het U wel eens opgevallen, dat te
genstellingen het bij onze kleedü zoo
goed ..doen": een soepel zjjden corsage
op een taille van stevig weefsel: een
bloem van vilt op een zijden deux-
pièces; een glimmend gouden ornament
op dof zwart of ’n fluweel lint, gestrikt
rond de taille van een Hebt tullen avond
toilet.
De charme van dit jeugdig najaars-
pakje ia de verwerl^ing van het kortge
schoren bont aan zeer soepel vallend
materiaal. Of het bont nu imitatie is of
afkomstig van een kostbaren viervoeter,
of dat het een exotischen naam draagt,
waarachter het duinkonijn zich verschuilt,
dat doet er niet toe. Het effect, waar 't
om te doen is: te herinneren aan de queue
de Paris welke schuchtere pogingen
waagt weer ten tooneele te komen is
bereikt. En om het al te geprononceerde
van deze nieuwe lijn, waaraan ons oog
niet gewend is, weer eenigszins te ver
doezelen, is eenzelfde randje coquet even
achter aan den ruimvallenden rokzoom
gezet. Ook de smalle revers Zjjn getee-
kend met dezelfde reepjes dierenhuid.
Het beknotte luifelhoedja is een der
modellen uit de overgroote keuze voor
dezen winter, alle min of meer geïnspi
reerd op vroeger jaren. Dit- naïeve hoofd
dekseltje onderstreept de ouclerwetsche
allure van het toiletje. Ouderwetsch
echter met het tintje raffinement, dat het
weer ultra-modern maakt.
Naast tegenstelling in materiaal is er n
kleuren-tegenstelling, die dit seizoen op
de Parijsche shows gedemonstreerd werd:
een lichte mantel als beige rosé, grijs of
zachtgroen op een donker jurkje. Ook
werden hardgetinte korte jacquetjes als
felgroen, tomaat of cerise op zwarten
rok gedragen. Trouwens de geruitte jas
jes op effen rok, een combinatie, die het
hart bekoort van de vrouw, die zich graag
sportief kleedt, vormen een tegenstelling,
die we dezen herfst al veel hebben zien
dragen. Het is een ietwat gemakkelijker
dracht dan de meer strenge tailleur. En
bij het jasje kan ook nog eens van rok
gewisseld worden.
alleenrecht hebben om ons in den winter in
gedroogden staat op te vroolUken. Er is een
andere bloem in den tuin, die haar zomer-
pllcht graag 's winters in de kamer voorUet.
als ze de kans maar krijgt; de Hortensia, die
nog stevig tusschen de groote groene bladeren
aan den struik zit en aan het verschieten is in
alle tinten, die de herfst maar maken kan.
De wasachtige platte bloempjes, die in
zomer onberispelijke lichtblauwe of fondant-
roee toeven vormden, nemen nu een
gamma aan van groen, rood, bruin en wit.
als wilden ze zich maskeeren voor de mee-
doogenlooze hand van den tuinman, die on
der z'n schaar laat vallen al hetgeen ..uitge
bloeid" Is In zijn tuinmansoog en dus uit or-
deljjkheldsoogpunt een ontsiering is van den
„netten tuin."
U moet dit keer den tuinman eens vóór zijn
en die mooie, veeltintige Hortensia-hoofden
afplukken en In een bodempje water zetten.
De bloem, die In normale doen niet kan ont
komen nn de beschuldiging: die lijkt wel een
beetje van papier gemaakt, gaat deze aantij
ging binnenshuis waar maken. Maar daaraan
dankt ze dan ook haar plaats tusschen de im
mortellen. Wel één. ook wel twee winters blijft
de herfst-Hortensiabloem goed. En werkelijk ze
zijn véél eleganter en véél decoratiever dan die
eeuwige boeketten van judaspenning met Ja-
pansche klokken door elkaar.
Als wjj deze foto en nog enkele andere af
beeldingen in tijdschriften moeten gelooven.
dan zouden wjj zoo den indruk krijgen, dat de
taillelijn aan het zakken is of wij kunnen
het ook zoo zeggen op haar laagste punt
wordt aangegeven.
Het is nu maar te hopen, dat dat niet ver
der gaat. Wie zich de mode van een jaar of
twaalf geleden nog herinnert, of foto's of tijd
schriften uit dien tijd ziet, zal wel weten hoe
allerwonderlijkst, om niet te zeggen afschuwe-
Hjk, de lijn toen was met de rokken op de
knie en een ceintuur om onze heupen, in
plaats van om ons middel. Achteraf bekeken
zijn wij het er allemaal over eens, dat het
géén vertoonlng was en tochiedereen droeg
hét redeloos, reddeloos en radeloos de mode
toegedaan
Maar geen zorgen voor den tijd. Op
oogenbllk is onze taillelijn heel normaal,
wordt er plotseling van ons geëischt, dat
middel zoo dun mogelUk is, iets waar wij ons.
hoe wij ook naar de slanke lijn streefden, wei
nig om bekommerden Maar er is niets aan te
doen: ons middel moet dun zijn en dun is het
Toch zullen wij er wel niet toe overgaan
ons te persen in een kuras dat, uitgetrokken,
het meest weg had van een reusachtige diabo
lo, zooals onze overgrootmoeders omstreeks
1875 dat gedaan moeten hebben.
WIJ zijn aardig bezig de mode van dien tijd
na te bootsen, in gemoderniseerden vorm na
tuurlijk. maar dat betreft alleen de bovenklee-
ding. Onze dessous zien er aanmerkelijk an
ders uit.
Wat ook opvalt, wanneer wij de foto bekij
ken, is dat deze blouse zoo ver over den rok
valt. De casaque schijnt dus ook weer ten too
neele te verschijnen, wat het voordeel heeft,
dat dit kleedingstuk altijd een ietwat gekleeden
indruk maakt. Dat kan bij tijd en wijle heel
goed te pas komen. Ik zag op dit gebied nog
twee aardige modellen. Het eene was een ge
tailleerde wollen blouse met lange mouwen en
bij mee, 'nen gééven "lont eerde dan laat Ik
dleën 4vintergast rustig zijnen gank gaan. Hij
nesydt in 't boech. in 't hooge hout, maar nie-
verans zit ie liever dan op dieën paal. Daar kunt
gé 'm heel den winter zien tronen En als er
sneeuw ligt, heel den buiten wit gedekt, dan
is 't deuzen donkeren veugel. dien ge altij dui
delijk zitten ziet, daarop dieën ronden paal, in de
endelooze. witte verte van den wtnterschen bul
ten. En slim! Als Dré III 'm ennigte keeren uit
den garstakker hee gejaagd mee 'nen klont eer
de. geloof dan maar nie dat ie In 't vervolg op
dat „schot" wacht. Als ie Dré III ziet, zee-t-le
..saluut", d.w.z. dan smeert ie 'm naar zijnen
paal, waar dat wit ie niemand 'm iets
in den weg zal leggen. Minst respect hee-t-ie
veur mij! HIJ kent me te goed Beseft da Tc leut
in 'm heb En mee 'nen schulnschen kop. def-
tig-strak. kan ie me soms zitten aangapen tot ik
er 'n dubbeltje veur over zou hebben, om te
weten wat ie van me denkt! Teugen den avond
gaat ie „uit”. Naar z’n kameraads. Dan vliegen
ze 'n uur of zoo om den kerketoren. En in den
winter als 't zoo krakend stil is op den buiten,
dan hoort ge van verre t klappen van de wieken
teugen de sterke veugellijven Onder den eten,
als Ik goed en wel thulsgerejen ben mee den
groentenwagel. hooren we krakend en scheurend
ke-raai„ke-raai „krrraaij" daar om den
toren, deur de stilte -'an den winterschemer, die
over 't durp werrelt.
Hah. 't is plazlerig toch, dat deuze veugets
trouw veromkomen deus tij. Want kwlksteert.
roodborstje, zanglijster en kwartel zijn al naar
't Zuiën getrokken Spreeuw, leeuwerik en kievit
trekken veur November nog weg Vluchten wilde
ganzen scheerden al langs den kerketoren. wijer
en Wijer weg. ook den weg naar 1 Zuiën
steeds wijer. zinkende naar den kim I
Zoo verandert veul deuze maand. De akkers
Zijn kaal Zwartgeploegd Die van de knolgewas
sen liggen als uitgestrekte rinnewaties in den
koperen dag Den besten bloei is mee den vroe
gen nachtvorst leeggevallen. Alleen den klimop,
die bloeit volop Zijn witte blossemranken we
melen van Insectekes. die tn den zonnebloei
daar vonken in lichtend gewerrel. En vol is den
buiten mee de gtoeikleurige bottels in den roaen-
leer. de vurige trossels lijsterbes, de bloedroole
en sneeuwblanke bolvruchtjes in de knisterende
heesters, waaruit 't najaarsblad begint weg te“
vallen'in den wachtenden eerde....!
't Is October, t is Wijnmaand. Zaalmaand ook
genoemd.
Den buiten gaat zijnen rustlgen gank. „Doet
gewoonen den boer doet met 'm mee. wkt er
op de weareld ook gaande is!
J* zelfs hee Trui de bloembollen al gepoot
in heur blommenhoveke op den erf, aneeuw-
niet uit nieuwsgierigheid naar re
sultaat onnoodig de ovendeur ope
nen, want daardoor verdwijnt een
hoeveelheid warmte en is er dus
méér gas noodig.
Commissie tot Voor
lichting op huishoude
lijk gebied.
Men kookt reinig op gas, wan
neer er van de ontwikkelde warm
te zooveel mogelijk profijt wordt
getrokken. Om gastsersptlling te
voorkomen lette men op de volgen
de punten:
1. Het kookgat moet zoo groot
zijn, dat het door de daarop ge
plaatste pan niet geheel is afge^
sloten; want de verwarmingsgassen
moeten langs de zijwanden van de
pan kunnen opstijgen. Is dit het
geval, dan zal de inhoud vlugger
koken. Is de pan grooter dan het
kookgat, dan gebruikt de verstan
dige huisvrouw een kookring. in
verscheidenheid van grootte te
krijgen om tusschen brander en
pan te plaatsen.
2. Het meest voordeelig zijn bree
ds pannen van laag model, omdat
de warmte zich daarbij over den
breeden bodem kan verspreiden.
3. Men kan gas uitsparen door
eenige pannen op elkaar te plaat
sen. Als het eten in de onderste
pan aan den kook is, kan in de
pan daarbot^en op bouillon getrok
ken worden of groenten gestoofd.
4 Men moet den pan-inhoud op
volle vlam zoo vlug mogelijk aan
den kook brengen en wanneer ’t
kookpunt bereikt is, de vlam op
den spaarbrander zetten. Het
voedsel wordt niet eerder gaar
door het hard te laten koken.
Precies ditzelfde geldt voor ko
ken op een petroleumstel.
5. De vlam moet nooit om de pan
heenslaan,
centimeter
maar ongeveer één
binnen den bodem