vanden daq 3Katu&fiaal 1 Kabouter Flip vriendje Wip en zijn I W onderbare snoekbaarsvangst op het IJselmeer '^Akkerïje I DE ONBEKENDE ZOETWA TERSCHEL VISCH POPULAIR! in de kapel MAANDAG 30 OCTOBER 1939 St. Raphael** in 1938 De dubbelgangster xxvn ONGELUK BIJ DE ZUIDERZEE- WERKEN KORPORAAL DOODGEREDEN 1' Grieperig STERKE WIND VEROOR. ZAAKT VERKEERSONGELUK Waar aas is, vergaren de arenden de =x 1 I de 50 door *t H. B. aangeschafte nieuwe van laat. de geheele achterwand der kast naar DOOR A. HRUSCHKA 3* voorzitter kijkt hem verbaasd vragend Maar gebaar en Over IWocdi vervolgd) hem gehad? I l structle, meubel. Maar In deze weken en maanden la het dan toch een gouden tijd voor de visschery De snoekbaars, welke als het kouder wordt diep water cpzoekt, verzamelt zich In onge- van van zaken, want w 9 Zaterdagavond om half zeven is de korporaal Dekker, afkomstig uit Friesland, op de Molen straat te Soestdyk door een auto aangereden en gedood. Dekker stond aan den kant van den rijweg zijn pijp aan te steken, toen hij door een vrachtauto werd gegrepen. Via het rechterspat bord en den radiateur werd de ongelukkige door de voorruit geslingerd en was op slag dood. Het slachtoffer laat een vrouw en een kind achter te K> te u :e n r •t n. t n u i i. t 1 t i „Als dat waar is,” zei hij tegen Peter, „den gaan we stilletjes met hen mee, want de ooie vaar vertélde me, dat we over Spanje moesten reizen. En als we daar eenmaal zijn, dan zullen we daar ons best doen om te ontsnappen." „Maar wat moet Rita doen?” vroeg Peter. Aan het verslag van den Ned. RK Bond van Spoor- en Tramwegpersoneel ,fit. Raphaèl over 1938 ontleenen wij: Onze organisatie ondervond evenals In 1937, ook In 1938 den terugslag van de situatie In de bedrijven. tlngen geven, want Ik was er niet bij. Trouwens, mijn zoon Is hier en kan u zelf zeggen, wat u verlangt te weten. De voorzitter wendde zich opnieuw tot den deurwaarder en beval: Roep den heer Hubert Socnor. Toen ze de naam „Spanje hoorde, begon ze te dansen en juichte: ,M**r Peter, In Spanje woont St. Nicolaas en die weet wel. hoe Ik b(j Pappie en Mammie moet komen. Het vorig jaar Is hij nog bij ons thuis geweest." „Zoo Laura." riep deze verheugd, „ben je daar eindelijk! Had je me nu In al dien tijd niet eena kunnen schrijven? In geen jaren heb Ik Je ge zien. En vertel me nu eens,” ging ze voort, „wat heb je zoo in dien tijd al zoo uitgevoerd? 1 Is heel lief van je. om je oude tante maandelijks zoo n som geld te sturen, veel meer dan ik noo- dlg heb. Nu ga Je zeker niet meer weg? Daar is heelemaal geen reden voor, want Ik heb ge noeg overgespaard." „Daar spreken we later nog wel eens over, lieve tante." antwoordde Laura ontwijkend. Op het tuinpad klonken voetstappen en een flinke, door de zon gebruinde jongeman liep op het huls toe. .Kom binnen. Joe!" riep de oude dame. Je herinnert je zeker Laura nog wel?" Met belangstelling keek de actrice den jongen man aan. Met z’-n stevig gezond ulteriyk, ver geleek ze daarbij de vervelende bleeke gezichten van de mannen uit het theater, die ae geregeld ontmoette. En zij herinnerde zich eensklaps hoe dezelfde Joe haar eens'met het hoofd in een tobbe water gestopt had. omdat ze gezegd had X knapste meisje van 1 dorp te zijn. Toen ze daarna met een druipend hoofd voor hem stond, had hij gezegd: „Ziezoo, dan ben je nu de lee- Hjkste." „Zeker, tante, ik herinner me hem nog heel goed; hij gaf me de eerste afstraffing voor m’n ijdelheid.” „Het beste la,” antwoordde Flip, „dat ze zoo ver met ons meegaat en dan met ons ontsnapt. Dan zullen we wel weer verder zien.” Hierna vielen ae vol moed voor de toekomst in slaap. Den anderen morgen vertelde Peter Rita van hun plannen „Je bent toch niet verloofd?" vroeg hij angstig. „Wel neen, hoe kom je daar aan? X Zijn al leen zakelijke verplichtingen." Hij scheen geheel gerustgesteld, maar Laura kon dien avond den slaap niet vatten; ze was het tegenover Sara Llsley verplicht terug te komen, dacht ze, maar ze wist ook dat haar ge luk aan Joe’s zijde lag, op een mooie boerderij in Plasten Den volgenden morgen wandelden zy het perron van t station heen en weer en wachtten pensioenkwestle, al kwam zjj nog op den trein naar Chicago. „Wacht," zei Joe. ,Jk aal een krant voor je koopen." Toen hij terug kwam, sprak hij: „ra» eerste uit het reeds 348.000 ■Jiet heele jaar dijfer 1 076.000 Zaterdagochtend omstreeks half twaalf is bü de Zuiderzeewerken te Lemmer een ongeluk gebeurd, waarbij eenlge arbeiders werden ge wand. Een vier meter hooge steiger, waarop zich vijf arbeiders bevonden, stertte in. Alle vijf mannen werden gewond. Een geneesheer, die spoedig ter plaatse was, achtte overbrenging van een der gewonden, J. Kwast, naar het ziekenhuis nood- zake.yk. De overige hadden slechts lichte ver wondingen opgeloopen en konden, na verbon den te zijn, huiswaarts keeren. In drie zomers haalt de snoekbaars die overigens noch met snoek, noch met baars iets te maken heeft, dus geen kruising of bastaard is haar mlnlmum-maat. waarna de andere exemplaren uitgroeien tot 60 i 70 cM. en een maxitnum-gewicht van 10 tot 13 pond kunnen bereiken. De groei van de snoekbaars staal vrijwel stil van November tot Mei, daarna neemt zij in lengte toe. Tot voedsel van deze roof visch dient de spiering, welke In het IJsel meer nog altijd zeer veel voorkomt. Terwijl nu de teelt van 1937 buitengewoon goed is ge weest, werd die van 1938 bepaald slecht, zoo- dat het volgend seizoen voor de visschers heel wat minder moet worden, daar de vangst zich zal bepalen tot de weinige in 1938 geboren visch en de oudere exemplaren, die het huidig seizoen overleven. De teelt 1939 is daarentegen weer behoorlijk geweest. De inspecteur der vlsscheryen te Amsterdam, de heer van Hengel, die ons bovenstaande gegevens verstrekte, gat ons dan ook als zijn meenlng. dat, al zullen zóó overvloedige vangsten als op het oogenblik slechts bij uitzondering vooi komen, men toch voor de toekomst rekenen mag op regelmatige, toonende snoekbaars-visschery In het winter seizoen. dezen getuige, wien wjj nog dikwijls een en ander te vragen zulllen hebben. De voorzitter maakt van zijn kant een wei gerend gebaar en antwoordt op Sochor's verzoek: X Is noodig. dat u hier blijft. Neem plaats op de getuigenbank. Wederom fluistert men in de zaal. Hubert Sochor's bleek gezicht is een schaduw gegleden. Maar hij tracht zich goed te houden cn neemt zwijgend plaats naast zijn vader. Er worden nog andere getuigen gehoord. Wat zij verklaren, schijnt niet heelemaal aonder Invloed op Hubertzenuwen te zyn Die getuigen zijn door de verdediging gedag, vaard en mr. Kögler heeft er voor gezorgd, da* ze aoo weinig mogelijk in aanraking met do anderen kwamen. Eerst "n aardig jong meisje. Op de gebrui kelijke vragen verklaart zij, Julie Baller te heeten en 33 jaar oud te zijn. Op 32 April was zij eigenlijk nog in dienst bij den heer Winkler, maar reeds een paar weken met verlof, om to Graz haar zieke moeder te gaan verplegen. Haar moeder Is concierge In het huls, waarvan do familie Sochor een gedeelte bewoont en werkt ook bij de familie. Sinds begin April, toen vrouw Baller ziek werd, vervangt bij de Sochor's do dochter de moeder. Julie Baller zegt, dat Hubert Sochor adtiid zeer vriendelijk voor haar Is geweest; dikwijls had hij, terwijl zy 1 huiswerk deed, lang met haar gekeuveld, meestal over „Rozenhof" en zijn bewoners. Herhaaldelijk had hij bij haar ge ïnformeerd naar de levenswijze van den heer Winkler en gevraagd, hoe hij zijn dag placht te verdeelen. Naar de gebruiken van het huishouden bad hij met bijzondere belangstelling gevorscht. Maar dat alles was haar niet zoo bijzonder op gevallen, want zij wist, dat de heer Sochor familie van den majoor was en ze begreep dus heel goed zijn belangstelling. En is ook later geen argwaan bij u opge- :omen? vraagt de voorzitter. Dien avond werd er slechts over den ouden tijd gesproken, maar er was niet veel scherp zinnigheid voor noodig. om te zien dat Joe op Laura verliefd was. „Wat heb je in Chicago al zoo ultgevoerd?” vroeg de oude dame. „Hard gewerkt, tante, en nog een beetje geld overgehouden ook Eén ondeugend lachje speel de om Laura’s lippen, toen se dit zei Ja. Chicago schijnt een plaats te zijn waar men veel geld kan verdienen." merkte Joe op. „Neem bjjv. die Laura Dlnaro, waar iedereen over spreekt. Die wordt zeker schatrijk." „Maar die Is op 1 tooneel," zei de oude dame, „en dat soort menschen kan je niet rekenen. Dat Is geen fatsoenlijk beroep.” „Kom tante." zei Laura, „zoo moet u niet spreken. Daar zijn heuach zeer fatsoenlijke men- kwam voren. De ruimte, die toen zichtbaar werd, was nauwelijks vijf centimeter breed, maar zöo diep als ds kast zelf. Snuüle plankjes verdeelden de ruimte in verscheidene vakjes. In het derde daarvan 1 nam het midden van de ruimte In stond het testament overeind. Wy riepen den knecht Martin, dien we meegenomen had den. binnen, en hij verklaarde onmlddeliyk: „Dit is wel degelijk het testament met de vijf zegels, dat ik in de handen van mijn meester heb gezien! Het testament werd toen ongeopend aan de acten van het proces toegevoegd.... De voorzitter bladerde in de vóór hem lig gende papieren. Ja, hier Is het, zei hy. t Zal later ge-’ opend en In het openbaar voorgelezen worden Voor het oogenblik zullen wij den getuige Emil Sochor hooren. Een deurwaarder begaf zich naar het vertrek, waar de nog niet ondervraagde getuigen bijeen waren. Emil Sochor en zijn zoon, die ditmaal óók waren gedagvaard, om Inlichtingen aangaande hun verhouding tot den vermoorde te geven, wachtten reeds ongeduldig, dat men hen zou roepen, want beiden hadden elders dringende Vooral Hubert stond on heete kolen, juist daags te voren was hy door zijn fameus factotum, Karl Nemetz, plotseling in den steek gelaten. Karl was eenvoudig verdwenen, met achterlating van een paar regels, waarin hij zei. dat persoonlijke aangelegenheden hem belet ten, lapasr zijn dienst waar te nemen. Op den provincialen weg ZuidbroekGronin gen is Zaterdagmiddag, vermoedelijk door der. sterken wind, de zestigjarige M Martena uit Muntendam tegen een truck met trailer ge raakt. Hij moet vrijwel op slag dood zijn ge weest. De bestuurder van den vrachtauto trachtte op het laatste oogenblik nog de aan rijding te voorkomen door uit te wijken Hier door reed de zware wagen van den weg at en trouw Dlnaro." „Wat is er dan met haar?" vroeg Laura on geduldig. „Wel, ze is getrouwd en heeft een contract geteekend voor Argentinië." Laura greep de krant en keek naar haar eigen portret. Naast haar stond de foto van een man. Een rilling ging haar door de leden, toen zij de uitverkorene zag. Even dacht ae na en wel dra had ze haar plan gemaakt. Ze zou aan Sara schrijven dat deze altijd Laura Dlnaro moest blijven en een absoluut zwijgen moest bewaren over de eigenlijke operette-koningin van dien naam. Dan nam zy den arm van Joe en ael: Uk lees daar aoo Juist, dat mijn patroon over leden te. Ik behoef dus niet te vertrekken. Meve Joe" (Nadruk verboden) Het aantal personeel verminderde nog steeds. Toch gelooven wij, dat de tyd niet meer veraf zal zijn, dat deze personeelsvermindering lot staan komt en dal er „nieuw bloed" aan 1 per soneel toegevoegd moet worden. Over den toestand-ïn onze organisatie kun nen wy alles bijeen genomen tevreden zijn. De geest en t onderling vertroujven bleven onge schokt. Op 1 Januari 1938 bedroeg ons ledental 10020 op 31 December van dat jaar 9977 of 43 min der. Vergeleken bij 1937, toen X verlies 330 le den bedroeg, mag er van verheugende vooruit gang gesproken worden. Op de vergadering van den Raad van Afge vaardigden gehouden op 38 en 29 Nov. 1938 te Heerlen, werden de aftredende leden, de hee- ren H. F. P. Donné. F. L. D. Nivard. H. F. Timmermans, J. H Vroemen en W. de Waal herkozen. In de vacature, ontstaan door ie stichting van vakafdeeling IX. werd de voor zitter van de afdeellng Utrecht, de heer J. 8 Goossens gekozen. De stichtlngsvergadering van vakafdeeling IX, gehouden op 8 Maart 1938 te Utrecht, koos tot voorzitter den heer H. J. C. Venings. De aftredende voorzitters der vakafdeelln- gen. de heeren H. v. d. Mark (vakafd. Ill), J. J. Theunlssen «vakafd. IV) en C E. Keet (vakafd. VI) werden reep, op de ledenvergaderingen van 21 November te Utrecht, 24 October te Nijme gen en 23 October eveneens te Nijmegen her kozen. ^vaandels In den stoet meegedragen. Deze vaan- In samenwerking met de redactle-commlsrie. welke ook in 1938 in ongewUzigde samenstel ling aanbleef, is het naar onze meenlng aan de dagelUksche redactie gelukt den Inhoud van ons bondsorgaan „Het Rechte Spoor” in het afge- loopen verslagjaar aan redelijk te stellen ver wachtingen te voldoen. De verga lering van den Raad van Afgevaar digden werd dit jaar gehouden in het „Volks huis” te Heerlen op Maandag 28 en Dinsdag 29 November. Sara Llsley. omhangen met Laura Dtnaro’s kostbaren bontmantel, naar een prachtig» limousine wandelde, waarvan een chauffeur in ’ivrei het portier openhield. „En denk er nu aan, Sara.” zei ze tot zich zelf. toen ze door Chicago’s straten reed, „dat je nu Laura Dlnaro heet.” 1 Was mooi weer, toen Laura bet tuinhek van het nette buitentje open duwde en naar de voordeur liep Plaston was een klein, welvarend dorp. ZU voelde een heerlijke rust In zich ko men. die ze in geen jaren gekend had. Aan X open venster der kleine villa had zij een vrién delijk uitziende oude dame ontwaard. „Dag tante, hoe gaat het met u?” riep ae har telijk toen de oude dame, blij verrast, haar omhelsde Mooie, gelijkmatige visch is de snoekbaars, welke tn deze dagen tn zulk een overvloed wordt gevangen reden aangeven, maar ze voor Iedereen duidelijk ge- t Was niet aonder afgunst, dat Sara Llsley naar t groote reclameblljet keek, dat In d’r kleerkamer hing en waarin de naam en de uit stekende kwaliteiten der beroemde actrice Laura Dlnaro vermeld stonden. Sara keerde zich om en voelde t ate een wrok, dat dit de laatste avond geweest was. maar wat gaf dat? Ze ruimde haar toilettafel op en borg alles in haar koffer. Sara Llsley was dezen avond drie keer terug geroepen. om het applaus in ontvangst te ne men en ze had gehoopt dat de directeur haar optreden zou verlengen. Er was echter niets van dien aard gebeurd Dadelijk na de voorstelling had ze haar gfcld gekregen en men had haar slechts een „tot ziens" toegeroepen. Ze wilde haar mantel aantrekken, toen er op de deur der kleedkamer geklopt werd. Zouden ze toch....? De deur ging open en op den drempel stond een mooi jong meisje. Met één oogopslag zag Sara dat het Laura Dlnaro zelf was. Ze geleek sprekend op de beeltenis van X reclameblljet enook op haar. „Ik feliciteer je met je succes.zei Laura en stak Sara glimlachend haar gehandschoende hand toe. .Laura Dlnaro!" stamelde Sera verward. „Ja." lachte de operette-koningin. „Ik heb hoofdpijn voorgewend, heb me bij m’n opdrin gerige bewonderaars laten verontschuldigen en ben nu hier gekomen, om m’n dubbelgangster eens te zien. Je hebt 1 voortreffelijk gedaan, bijna nog beter dan Ik zelf." Sara Llsley kreeg een kleur van blijdschap over deze loftuiting. „Ik ben blij dat u X zoo goed vond," antwoordde ze verheugd. Ze stonden samen voor den grooten spiegel. „We konden wel tweelingzusters zijn, zóó spre kend gelijken we op elkaar." hernam Laura. Er was eenlge oogenbllkken stilte. Eensklaps vroeg juffrouw Dlnaro: „Waar werk je voor je -volgend contract?" „Nergens." luidde het lustelooze antwoord. De operette-koningin dacht even na. „Ik heb een Idee.” zei ze ,A1 gerulmen tijd zoek Ik Iemand, die me voor een week of zoo zou kunnen vervangen. Toen hoorde ik van Jou en daarom ben ik hier gekomen. Ik wilde m’n pleegmoeder een bezoek brengen, maar geheel In stilte Er mag geen ruchtbaarheid aan gege ven worden Anders word Ik voortdurend door vereerders lastig gevallen. Dlnaro la niet m’n echte naam en als Ik dus onder m’n familienaam reis, zal niemand er erg in hebben Zou je me voor eenigen tijd willen vervangen?" „Graag!" riep Sara, „maar zou dat niet direct uitkomen? Men zal gauw .genoeg bet verschil bemerken." „Niemand zal er erg in hebben, want niemand kent me hier. Bovendien, Ik neem nooit ult- noodlglngen aan van wie ook. Overigens lijken we sprekend op elkaar, X Komt er alleen op aan dat je je flink houdt." „O. dat kan Ik goed.” „Dat te dan afgesproken Ik zal je nu een chèque geven, als vergoeding en om je onkos ten te dekken. Maar je moet me beloven aan niemand ons geheim te verraden." En zoo geschiedde het, dat een half uur later Met trotsche houding treedt de getuige de zaal binnen. Men wil hem den eed afnemen. Maar plot seling staat Mr. Kögler op van de bank der verdedigers en verklaart met vaste stem: In naam der verdediging protesteer ik tegen de beeediging van dezen getuige! De voorzitter kijkt hem verbaasd vragend aan: Om welke reden? Mijn reden kan Ik voor het oogenblik niet aangeven, maar de verdere behandeling van de zaak zal noeg maken.... De getuige wordt dus niet beéedigd. de voorzitter noodlgt hem uit, een en ander mee te deelen aangaande zijn laatste ontmoeting met den heer Winkler, op 17 October van het vorig Jaar. Huberts schildering van dat tooneel stemt overeen met wat Yvetta en Martin dienaan gaande reeds hebben verklaard. zyn toon is nonchalant, zelfs Ironisch, en hij eindigt met deae woorden: Ik heb trouwens die belachelijke scène noott ernstig opgeaomen. zy was voor mij een- apoetelen. Zeggen ze niet op het dorp, dat je In het leven nu eenmaal „Apostelen en Bunschoters" hebt, waarbtj de eersten de ge lukkige visschers zijn, terwijl de Bunscho ters in het algemeen met de fortuin op kwaden voet schijnen te staan? Hoe het zij, onze apostelen vingen zooveel snoek baars, dat letterlijk hun netten scheurden en ze bij elkaar langszij moesten komen om het want scheep te krijgen. In een trek van een uur of drie haalde ons span 20 wlgjes snoekbaars op. een waarde van f 200.—. Het deed ons goed dit triomfantelijk bergen der netten, de blanke visch bij trossen in de mazen. „Dut gaat om zegen en dat het Zijn barmhartige wil mag zijn’, was naar gewoonte, de vrome wensch geweest van onzen schipper, als de oorstok van het net zee in tjoempt Wel rijkelijk was de zegen zijn deel geworden en wU verheugden ons oprecht over X geluk van deze menschen, den rijkdom van de vangt, een weelde m dit nachtellj?: uur op het don kere waalerige water met rondom de glim mende lichtjes van al die anderen, die als wy hoopten op zegen. tfels, met de twee prachtige praalwagens van de afdeellng Eindhoven, gaven aan den op tocht een fleurig en kleurig aanzien. In zijn openingsrede op de aansluitende al- gemeene vergadering herdacht de voorzitter het 35-jarig bestaan van den bond. Ter bespreking van de onder vermelde aan gelegenheden werden onder leiding van den Personeelsraad de volgende bijeenkomsten ge houden. 25 Juli 1938. Gecombineerde vakgroepbestu renvergadering ter bespreking van de nieuwe voorstellen betreffende de loonregeling van het personeel der centrale werkplaatsen. 35 Juli 1938. Gecombineerde hoofdbestuurs vergadering ter behandeling van het ontwerp RJD.V. n 1938. Het steeds verder doorgevoerde klein overleg, hetzij volgens gereglementeerde bejiallngen zooels bij de centrale werkplaatsen, hetzij vol gens de kenbaar gemaakte meenlng van de be drijfsleiding. zoowel als het feit dat vele ver zoeken mondeling kunnen worden afgedaan, maakt dat de traditloneele lijst der resultaten van het vereenlgingswerk steeds minder volle dig wordt. Ook worden ‘vele aangelegenheden door den Personeelraad afgehandeld. Gezien de weinig gunstige omstandigheden waaronder de organisatie haar taak moest ver richten, kan met voldoening op het in dit jaar verrichte werk worden teruggezien. Voor X spoorwegpersoneel kwam ’n R. D. V’.- herziening tot stand, welke alles bijeen geno men tot tevredenheid mag stemmen. Ook de brandende niet tot een oplossing, werd door de aanhouden de actie toch een flink stuk nader tot hare ontknooping gebracht. Voor de trams kon. al waren daar de omstandigheden soms bijzonder pagina staat natuurlijk weer vol over die juf- ongunstig, goed werk worden verricht. De or- ganisatie zelf bleef kerngezond. Het geringe ledenverlies is. gezien de nog steeds voortgaan de vermindering van het aantal spoor- en tramwegpersoneel een alleszins normaal ver schijnsel. Met vertrouwen mogen wij, wat de organisatie betreft, de toekomst tegemoet zien. Haar innerlijke kracht waarborgt volle ge schiktheid voor haar taak. Hoe zich de situa tie bjj de spoor- en tramwegen ontwikkelen zal, zal wel niemand met juistheid kunnen voor spellen, al gelooven wij. dat een gunstiger ver schiet In de nabije toekomst tot de waarschijn lijkheden mag gerekend worden. Maar hoe zich de toestand ook ontwikkelen moge. In gunstige of ongunstige richting, in belde gevallen te het zaak de organisatie paraat te doen zijn en te houden. Met die snoekbaars Is het voorspoedig gegaan! Vroeger, toen de zee nog open was, kwam zjj langs de kust al In kleine hoe veelheden voor. Zij te er ous niet in uit- gepoot, maar het groeiend kwantum, dat na het verzoeten van het water werd waar genomen, te louter natuurlijke teelt. Ge stadig vermeerderde zich net aantal, maar vooral de teelt 1937 te boven verwachting goed geslaagd. Reeds het vorig Jaar viel dit te conatateeren uit de groote massa's jonge snoekbaars die In het IJselmeer werden waargenomen. Thans hebben deze dieren de vereischte mlnimum-lengte van 40 cM. bereikt; mooie gelijkmatige visch, welke zich in bijna wonderbaarlUkf kwanta vangen den wisseling voorzitter. Ja, aaaar rteargysr kaa ik geen InBcb- Op den eersten dag waren 145 afdeellngen vertegenwoordigende 9746 leden en op den tweeden dag 146 afdeellngen. welke 9785 leden vertegenwoordigden, aanwezig. Besloten werd den bondsdag 1939 te Arnhem te houden. Als plaats, waar in 1939 de verga dering van den Bond van Afgevaardigden zal worden gehouden, werd Nijmegen aangewezen. Op 13 Juni had onze 30ste bondsdag te Eind hoven plaats, welke een in alle opzichten scha terend verloop had. Voor het eerst werden 25 schen onder." „Och kom,” zoo liet zich de Jonge man hoo ren, „ze zijn allen precies hetzelfde. Een vriend van mi) werd op een actrice verliefd, j Ze wist hem al z'n geld af te i troggelen en liet hem toen ritten. Ik ken er geen enkele en ik wil er ook geen kennen. Maar zoo gauw een meisje aan X tooneel gaat, heeft ze bij mij af gedaan.” „Jullie overdrijven verschrikkelijk,” antwoord- de het Jonge meisje. „Zou u niet trotaeh op md*uw zijn, tante, als ik eens soo beroemd werd als juffrouw Dinaro?” „Volstrekt niet, kindlief. Ik ben X met Joe eens. Wees maar blü. dat Je nooit aan X tooneel bent gegaan.” Over dit onderwerp werd verder niet meer gesproken en Laura was bij) dat ze haar ge heim nooit verraden had. Ze ging,nu ook heel anders gekleed dan in Chicago. Joe week niet van haar zijde en toen haar laatste avond ge komen was, wist ae dat ook zij hem lief had. Ze zaten *s avonds samen In den tuin, en hij trachtte haar over te halen den volgenden mor gen niet naar Chicago te gaan. „Ik moet. Joe. om m’n verplichtingen na te komen," zei Laura. De totale aanvoer van snoekbaars IJselmeer bedroeg In Augustus pond, wat bijna even veel te ate 1938. Over September «ras dit pond! Daarvan werd te Enkhulzen gebracht bijna 258 000 pond en te Medembllk ongeveei 100000 pond. Over October sullen, althans voor beide laatstgenoemde havens, naar de gegevens die de heeren J. Poorta. directeur van den af slag te Enkhulzen. en zijn collega P. Kramer van Medembllk ons verschaften, deze cijfers nog wel verdubbgJiL worden. De visschers rekenen hun vaagst met wlgjes. Een wlgje te 100 pond en telt ongeveer 65 snoekbaarzen. De gemiddel de prijs, die gemaakt wordt, is 10 et. per pond. De viaacherij op snoekbaars wordt op twee manieren uitgeoefend. Met het sleepnet voort getrokken door een span van twee botters en met het staande want, dat In zee wordt uit gezet en ha verloop van tijd weer Ingehaald. Het span sleepers, waarmee wij deze week ter snoek baars vangst rijn getogen, werd gevormd door de V.D. 87 met Jan Hanekaan en Dirk de Boer en de V.D 83 met Piet Schilder (Loege) en Krelte Kwakman. Honderd vaam net scho ten wij uit. dat van boven gesimd op 2 S tot 3 meter diepte met lood en steenen over den grond wordt gehouden. Twee touwen tocht en sprink, verbinden aan weerskanten het gewel dige nét met de sleepende booten. Deze liggen van elkaar afgewend en schijnen leder In tegen overgestelde richting te zeilen of te stoomen; in werkelijkheid worden zij. zeilend bU halven wind of varend op motorkracht. dwars wegge zet en trekken aoo het net door zee. Een mooie visscherij, zooels wjj in den al- vroegen herfstavond vanuit Medembllk den bree den zwier namen der schemerige zee waar overal de zeilen stonden afgeteekend van wel honderd vlsschende botters, die span aan «pen hun geluk gingen beproeven In het wijde vlschwater om de Noord of om de Zuid Ook onte schipper had zoo zijn plannen. Hij te een gelukkig viascher, die Jan Hanekaan. In den besten zin van het woord. Want hij te scherp tn het waarnemen der omstandigheden, in het opvangen van een gerucht. In het beoordeelen van wind, water en alle aanwijzingen, die hem van nut kunnen ^ijn. Uit zijn Instinct en uit de practUk heeft*hij precies het oog op zoon vlschnamlg steetje en voor dezen nacht zou dit het Wagenpao zijn, van den vuurtoren de V-n opsleepend tot aan de óndiepte de Kreupel. Daar gingen wij In het laatste licht dan ook aan d- netten. Dichtbij en verderop, overal sleepten de buurtlul tot op grooten afstand voor onze Volendammers herkenbaar Want tusschen al die vrerimde schepen wezen zij zonder falen daar visschen Jan van de Knoest en Jaap van Kleine Sijmen en heel In de verte Jan Kras en Hein van Plet de Potter En ginds probeeren het Bruin van Jjjpert en Gerrit van de Slin ger; heel vertrouwelljk zoo. die visschermans- bljnamen. één groote familie op de wijde avond lijke zee Immers, de knecht Martin Odörfer hield bij hoog en laag vol. dat er een testament moest bestaan. Niettemin waren wij, met X oog op de bewijzen, dat intusschen ’n onbekende óók had gezocht en blijkbaar naar X testament bijna er van overtuigd, dat vrij niets meer zouden vin den, ook als er een testament had bestaan Om niets te verzuimen stelde de rechter van In- Mr. Welkhammer, voor, het antieke waarvan ik reeds gesproken heb, nog 'eens en grondig te onderzoeken. Wij trokken het dus van den muur en plaatsten het zóó, dat het volle daglicht er in kon vallen. Vervolgens ledigden wy al de vakjes, trokken de laden uit en zetten ze op den grond. En toen wy het binnenste van de kast heelemaal leeg en vry ▼óór ons zagen, bemerkten wy tusschen de kap en den achterwand een eindje dun touw, naar het scheen* vastgeklemd. De nrocureur rink aaa dat eindje touw en rmmiAdeiiitk De parabel van de wonderbare vlsch- vangst heeft altyd grooten Indruk op ons gemaakt. Dezen nacht nu hebben wy iets dergelyks beleefd Het IJselmeer kon het Meer van Genesareth zyn en onze Volen dammers. die immers werken onder de schutse van St. Petrus, voor dezen keer de Hubert vleide rich weliswaar met de hoop, dat hy Nemetz wel op de een of andere manier te pakken zou krijgen en tot Inkeer brengen, maar dat was hem voor het oogenblik nog niet gelukt. Er bevond zich niemand in de zaak, be halve n Jonge bediende aonder de noodlge erva ring, zoodat Hubert juist dien dag de dagvaar ding al zeer slecht gelegen kwam. Toen nu de deurwaarder zyn vader riep, wilde hy dezen volgen In de zaal, maar dat werd hem door den 'deurwaarder belet. Alleen de door den voorzitter ojigeroepen getuigen mogen in de zaal, verklaarde hy. en voor het oogenblik wordt alleen de heer Emil Sochor opgeroepen. Och wat! Ik ben zijn zoon en erg gepres seerd. Wat denkt u wel? Ik ben eigenaar van een zaak en sta nu reeds drie uren hier! Wie betaalt my den verloren tyd? De deurwaarder haalde de shouders op. X Spyt me, zei hy, Ik mag alleen meneer Emil Sochor binnenlaten. Emil Sochor had niet veel tyd noodig om zyn verklaringen af te leggen. Zy betroffen reeds genoegzaam bekende feiten en om standigheden en kwamen voomamelyk hier op neer, dat de houding van Winkler ten aanzien van de familie Sochor nooit zeer vrlendschappeiyk. maar ook nooit bepaald vyandig was geweest. Heeft uw zoon niet een half Jaar vóór den dood van den heer Winkler een scherpe woor- met hem gehad? vroeg de kende hoeveelheden in het Noordeiyk deel der oude Zuiderzee. En daar zyn wy er dezer dagen getuige van geweest, hoe met Enk- huizen en Medembllk als voornaamste aan- voerhavens, lederen dag opnieuw Uendul- ■enden ponden snoekbaars ter markt wor den gebracht. Rusteloos bedryf heerscht er aan de afslagen; visschers uit alle havens komen er bijeen: gemoedeiyke Volendam mers. Urkers kladdlg by hun werk als dui vels, pientere Markers, donkerooglge Gel- derschen van Elburg en Harderwyk Dur- gerdammers en Hulzenaren, Bunschoters zoo goed als de Westfrlezen zelf. VoDenho- vers en Lemsteraars, die van Wleringen en Den Helder Het is een beeld als uit lang teruggeweken dagen, dat aan den voet den Drommedaris, onder de muren Radboudts kasteel, weer tot leven is geko men. (Van onzen speclalen verslaggever) „Waar het aas is, vergaren de arenden", zegt de Schrift. En zy zyn van wiek gegaan, de bruin en rood en taangrSuw gevlerkte vogels uit Volendam en Urk, van Bun schoten en Harderwyk, uit Vollenhove en de Lemmer, overal waar nog een zeil te hjjschen viel en zy bevendelen de zee buiten Medemblik en Enkhulzen, waar zy het want schieten, hun net sleepen in X Wagen- pad en langs de Kreupel en hoogerop by de Krell, de Munnik, de Gammels; visch- namlge gronden, waar zich vandaag de snoekbaars vangen laat. Want daarvoor is byna alles, wat nog zeil voert of een motor heeft, uit alle havens der oude Zuiderzee, bijeen gestoven, om méé te proflteeren van den buit, van de groote vangst, de pittige verdienste. Aan de afslagen van Enkhulzen en Medembllk heerscht bedryvlgheid als tn de dagen der gouden ansjovisteelt, de schepen verdringen zich In de havens, men komt handen te kort om te lossen en te verhandelen; auto- en wagonladingen vol gaan het land in, de grenzen over. Snoek baars de aoetwaterschelviach ver overt de markt! voudig een nieuw bewys, dat de majoor van zekere zijde geweldig werd opgehltet tegen myn familie. En Ik mocht ook niet uit het oog verliezen, dat zyn hooge leeftyd hem "n beetje klndach had gemaakt. By het protest van Mr. Kögler Is men In de zaal beginnen te fluisteren. Op de getuigen bank steken Ida Leitner, vrouw Blahac en Thomas Blrkwieser de hoofden byeen. De verdedigers maken aanteekenlngen. Alleen Sochor Junior schynt zich van de heele zaak niet veel aan te trekken. Terwyi hy de gevraagde inlichtingen geeft, vemsdt zyn gezicht geen zweem van ontroering of nerveuze gejaagdheid. Is dat uw laatste ontmoeting met den heer Winkler geweest? vraagt de voorzitter. Ja.... Mag Ik nu heengaan! Ik ben in zaken, en myn tyd Is.... Mr. Kögler valt hem in de rede: Ik protesteer tegen het heengaan van getuige, wien wy nog dlkwyis een en Het Is een wonderiyk geval met die snoek- baars. Daar had nu vroeger r.auwelyks Iemand van gehoord. Een zoetwatervisch, dus by het vlschetend Nederlandsch publiek In kwaden reuk, al was het alleen maar uit angst voor graten. Zy werd tot dusver ook niet in noe men» waardige hoeveelheid aangevoerd. Maar terwyl' de Noordzee-visschery vrywel is stil ge legd door oorlog en mynengevaar, de visch- menu’s in den lande wel erg kaaltjej zyn, doet de snoekbaars haar massaal entree, in het be gin wat koeltjes begroet, uit den nood verkocht en gegeten en thans op eenmaal een delicatesse, ook op de beste tafels: een smakeiyke, vrijwel graatkxne visch, die gestoofd als aal, gekookt als schelvisch, gebakken als bot, op slag po pulair Is geworden. Heel Nederland, van de tafel van den eenvoudlgen consument tot op oen dlsch In het tynste restaurant, eet snoek baars. Eindeiyk, na zooveel donkere jaren, beleeft de Zulderzeevlsscher weer een goeden tyd wordt er weer eens pittig verdiend, overigens meer door de groote hoeveelheid die gevangen*1 wordt, dan door den prils, welken men maakt. Die goedzak van een oude Zuiderzee biyft zyn menschen toch maar trouw's zomers de aal en ’s winters de snoekbaars Want daarop al thans mag men hopen, dat deze visschery stand houdt, misschien dan niet in zoo grooten overvloed als op het oogenblik, maar toch zóó, dat er voor den viascher ook 's winters «rerk en verdienste blyft.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1939 | | pagina 7