„Nieuwe Langedijker Courant", van Zondag 34 April 1892. clamemiddel een jeugdige big rond, die zich tus- schen al de getruffeerde en ongetruffeerde over blijfselen van zijn stamgenooten alles behalve op zijn gemak voelt. In afwachting, dat hij in een gebraden speen varken veranderd zal worden, heeft het zwijntje veel bekijks. Regenten van het krankzinnigengesticht te 's-GRAVENHAGE hebben den lieer P. Krab, op diens verzoek, met uiterlijk 1 Sept. a.s. eer vol ontslag verleend uit zijne betrekking van Directeur dier inrichting. Onlangs is te EDAM een cursus voor de hoofdakte opgericht. Reeds een tiental onderwij zers uit Edam, Monnikendam en omstreken ne men er aan deel. De leiding er van hebben op zich genomen: de heer Kuiper, h. d. s. te Edam, voor Nederlandsche taal- en letterkundede heer De Jong, h. d. s. te Edam, voor paedagogielc, en de heer Hentinkberg, h. d. s. te Monniken dam, voor reken- en natuurkunde. Na jaren lang in de pen te zijn geweest werden eindelijk bij de twee groote scholen te PURMEREND regenbakken gebouwd. Toen nu dezer dagen er gebrek aan water bestond en de groote regenbak bij het gasthuis ledig raakte, werd bij bekkenslag bekend gemaakt dat water te verkrijgen was uit den bak bij school No. 1. In den bak echter bleek geen druppel water te zijn, want men had vergeten bij 't maken der bakken het water der gooten er in te leiden, dat evenals vroeger bleef wegloopen. Thans wordt ook die waterloop in orde gebracht. De wijziging van de spoorweg- en telegraaf- reglementen, welke in het laatst dezer maand zal afgekondigd worden, zal zich hiertoe bepalen, dat daarin de benaming Amsterdamsche tijd zal worden vervangen door die van West-Europeeschen tijd. De Greenwich-tijd zal dus met 1 Mei voor de spoorweg- en telegraafdiensten gelden. Inmiddels zal de Regeering met aandacht de beweging volgen, die zich hier te lande ten voor- deele van den Midden-Europeeschen tijd heeft geopenbaard. Het oudste dorpskerkje van Nederland, dat van Nyswilre bij Wittum, moet, naar gemeld wordt, gevaar loopen van omvergehaald en afge broken te worden. Dit kerkje dagteekent uit het Karolingische tijdvak en vormt een zeer eenvoudig gebouw, in klei- en bergsteen opgetrokkenoor spronkelijk bevonden zich op elke zijde van het gebouw drie kleine Romaansche venstertjes in den muur, die nu dichtgemetseld zijn, om plaats te maken voor nieuwere. Het kerkje is noch van binnen noch van buiten, met sieraden, snij- of beitelwerk versierd. Het telt een enkel schip, en wel zonder pijlers; primitief was deze kerk of kapel voorzien van een klein halfrond koortje. Het tegenwoordige koor en torentje zijn van late- ren tijd. Tot op het einde der vorige eeuw bleef de kerk of kapel van Nyswilre onder de hoede der ridders van Malta. Bijna duizend jaren werd dat echt landelijk, sterk en hecht gebouwtje, met zijn nederig dak en eerbiedwaardig uitzicht, geëer biedigd en gespaard. Kapitein Bakker heeft aan de Amerikaansche Stoomvaart-Maatschappij, onder dankbetuiging voor het in hem gesteld ongeschokt vertrouwen, zijn ontslag gevraagd, dat hem is verleend. Examens vrije- en ordeoefeningen. Geëxa mineerd 5 onderwijzeressen. Geslaagd de dames A. Bakker van Wormer, G. C. Olij van Groot- Schermer en C. C. Beukenkamp van Den Helder. Dat men in BRABANT niet erg bevreesd schijnt voor de pokken, blijkt daaruit, dat eenige te HAPS huiswaarts keerende vrienden in een huis, waar het waarschuwende briefje „Besmet telijke Ziekte" was aangeplakt, toch hun glaasje bier gingen drinken. Een van hen lijdt thans aan pokziekte; toen de geneesheer van Cuijk in het huis van den lijder kwam, om het geval te constateeren en naar den zieke vroeg, kreeg hij van de vrouw ten antwoord„die is nie thuis, maar op 't land ant 't errepel zetten". Hij werd verstaan gij zult mij toch niet van hier weg voeren!" bad Lehmann op angstigen toon. »Ik moet immers blijven, tot de lijkendragers komen." »En wilt ge dan maar niet liever van den wa gen gaan?" vroeg de boer. Denkt ge, dat ik zoo dom zou wezen? Mijn sergeant is de baarlijke duivel; ik geloof, dat hij mij op gloeiende kolen zou gaan braden, als ik mij van de plaats bewoog." In plaats van antwoord te geven, zette de boer zich weder op zijnen hooizak neder, bracht de paarden in gestrekten draf en hotsend en ratelend rolde de wagen weder langs den afschuwelijken steenweg naar de woning van den landman. Leh mann protesteerde, bad, vloekte, doch, aan zijnen plicht getrouw, verliet hij geen oogenblik de een maal ingenomen plaats op den wagen. In stilte maakte hij zijne rekening met den he mel, daar hij Overtuigd was, niet levend uit de handen van den sergeant en den kapitein te zullen komen, wanneer die hem weder in hunne macht hadden, doch verder onderwierp hij zich geheel aan den wil van het ijzeren noodlot, dat in de ge daante van eenen boer hem wegvoerde. Zijne instructie luidde, zich niet van de plaats te begeven en die in geenerlei opzicht met eene andere te verwisselen, en hij klemde zich vast aan de instructie, als de drenkeling aan den stroohalm, als de kapitein aan zijn doode no. 50. geroepen en de doctor bevond, dat de goede man met pokken als overladen was. Op eene vraag over zijne gerustheid, antwoordde hij„ik dacht, dat 't mar mazelen warenTot heden zijn de gevallen niet doodelijk en de ziekte schijnt niet kwaadaardig, maar zeer besmettelijk. Welke groote opofferingen zich den polder HEER-HUGOWAARD moet getroosten om den Middenweg te onderhouden, blijkt hieruit, dat ten vorigen jare daaraan is besteeed de som van f 7000, zijnde ongeveer f 250 per bunder. J.l. Zaterdagavond is de Friesche Stoom boot Sneek, komende van Alkmaar, waarheen zij vee gebracht had, tegen de vlotbrug in het groot Noord-Hollandsche Kanaal bij WEST-GRAFT- DIJK gevaren. De schok was zoo hevig, dat de eene helft der brug geheel vernield werd. De overtocht zal nu vooreerst met eene pont moeten geschieden. Te ROTTERDAM liet een paardenslachter een met bloemen en groen aan manen en staart versierd paard rondleiden. Het aldus opgetooide beest moest dienst doen als. paaschpaard.» De directeuren der postkantoren hebben dé opdracht ontvangen een rood geschilderden mi nuutwijzer op de klokken te doen aanbrengen, die in den buitenmuur of in de kamers voor het publiek geplaatst zijn. De zwarte wijzers zullen den Greenwich, de roode den plaatselijken tijd aanwijzen. De toegangsvoorwaarden tot de Internatio nale Sporttentoonstelling te SCHEYENINGEN zijn vastgesteld en reeds in druk. De abonnementsprijs is voor den geheelen duur der tentoonstelling, van Juni tot October 1892: voor éen persoon 12; voor elk familielid van den geabonneerde f 4 Voor rijks-, provinciale- en gemeenteambtena ren tot en met een jaarlijksch inkomen van ƒ2500, alsmede van officieren tot en met den rang van kapitein, en alle gepensioneerde amb tenaren en officieren in Nederlandschen ofNed.- Indischen dienst 10, voor elk familieild dezer geabonneerden 3. Het abonnement is strikt persoonlijk en geeft dagelijks toegang op de gewone uren, dat het tentoonstellingsgebouw voor het publiek geopend is. De gedelegeerde commissaris is bevoegd in sommige gevallen het bezoek van het tentoon stellingsterrein te ontzeggen aan enkele persoon lijkheden, wier abonnements- of entréekaart dan wordt ingetrokken en het betaalde teruggeven. De toegangsprijs voor niet-geabonneerden is 0.50 per persoon, uitgezonderd de Donderda gen, waarop die op ƒ1 is gesteld. Behalve de abonnementen zullen ook gedti-' rende den duur der tentoonstelling niet persoon lijke couponboekjes worden uitgegeven tegen ƒ7, bevattende 20 coupons of entree's, en tegen ƒ4, bevattende 10 coupons of entree's. Twee arbeidersgezinnen te BEETS zjjn door de commissie voor de noodlijdenden aldaar van het noodige reisgeld voorzien, om naar Ame rika te vertrekken. De nieuwe tijd baart velen heel wat hoofd brekens en zorg, maar geeft toch ook aanleiding tot sommige aardige voorvallen. Zoo bleek in eene onlangs te HOEK gehouden raadszitting, dat niemand der aanwezigen iets snapte van hetgeen, waarvan in de bekende cir culaire van het provinciaal bestuur sprake is. Noch de voorzitter, noch een der raadsleden, noch de aanstaande secretaris waren in staat, eenig licht over de zaak te verspreiden. Een der leden stelde toen voor, de oude tijdregeling maar te behouden, hetwelk werd goedgevonden. In eene andere plattelands-gemeente had bij de bespreking der circulaire eene grappige ver gissing plaats. In al zijne deftigheid had de burgemeester de moeielijke quaestie aan de orde gesteld, en vroteg na lezing der geheele circulaire den ledenwat denken de heeren ervan zullen wij den tijd van Greenwich of den Midden Europeeschen tijd 'nemen? Doodelijke stilte. Wat willen de heeren? Toen de boer het dorp zijner inwoning bereikt had, reed hij zijn erf op, klom voorzichtigheids halve nog eens op zijnen hooizak, om zich van de aanwezigheid der lading te overtuigen, en zeide tot Lemann »Nu zijn we tehuis; wil je nu niet van denvta- gen komen?" »Neenschreeuwde Lemann woedend, die door den pijnlijken rit, de vruchteloosheid van al zijne bemoeiingen om den boer tot stilstaan te bewegen, en de beangstigende gedachte aan de instructie en aan zijne superieuren, totaal wild was geworden. »Hier blijven wil ik, niet van de plaats wil ik, en jou mag de duivel halen!" »Hoe is 't mogelijk!" sprak de boer, terwijl hij radeloos het hoofd schudde. «Nu, dan ga ik het moeder vertellen." »Moeder" was zijne beminnelijke wederhelft, zijn orakel in alle levensomstandigheden, die zijn tame lijk traag werkend verstand te boven gingen. Hij trad in huis waar zich zijn vrouw bevond. »Moeder," zei hij, en krabde zich verlegen het hoofd, «moeder, nu is het slim." «Domme Joris! Wat is slim?" «Ik heb daar achter iemand op mijnen wagen en die is dol," verzekerde de boer. «Heeremijntijd! Een dolle man! is dat werkelijk waar?" «Hij zegt, hij heeft een schot door het hoofd en is dood." «Wat zeg je, een dolle kerel op onzen wagen! Smijt hem er af, Toon, smijt hem er af!" Nog stiller werd bet en dieper dan daar straks zonken de hoofden der edelachtbaren op de borst. Kunnen de heeren er zich dan mede vereenigen, dat wij ons tot middeleeuwenschen tijd bepalen? Een zucht van verlichting steeg uit aller borst, en een voor een zeiden zij plechtig: ja! (Midd. ert Nieuwe Reclame. Boven de deur van een herberg is onlangs het volgende zonderlinge op schrift geplaatst: Rood ag fo knird Tal van menschen peinsden zich half gek wat die woorden konden beteekenen. Sommigen zei den dat het opschrift Spaansch, anderen dat het misschien Volapük was en de meesten gingen in de herberg iets gebruiken om achter het ge heim te komen, maar de kastelein liet zich niet uithooren. Eindelijk kwam een slimmert op de gedachte om den regel van achteren naar voren te lezen en nu was het raadsel opgelost. Omtrent de pijpenfabriek te GOUDA wordt in het verslag der Kamer van Koophandel aldarr vermeld, dat zij in 1891 voortdurend doorwerkte en dat het gebruik van lange Goudsche pijpen merkbaar vooruitgaat. Men schrijft ons: Bij de aanstaande verkiezing voor leden der Provinciale Staten van Noordholland in het dis trict HAARLEM, zal het ongetwijfeld een hee- ten strijd zijn. Periodiek treden af de heeren G. B. 't Hooft, (ant. rev.) te Haarlemmermeer; Mr. W. S. J. van Waterschoot v. d. Gracht, kathte Amsterdam en Mr. E. A. Jordens, (lib.) te Haarlem. Tegelijkertijd zal er verkiezing gehouden wor den ter voorziening in de vacature ontstaan door het overlijden van den heer F. L. Kist. Door de liberale kiesvereenigingen in dit district zijn als candidaten gekozenle. de heer Mr. E. A. Jordens. (aftredend lid); 2e. in de plaats van den heer G. B. 't Hooft de heer J. H. M. Eve- lein, te Haarlemmermeer; 3e. in de plaats den heer Mr. W. S. J. van Waterschoot v. d. Gracht, de heer D. Mijsberg, te Beverwijk; 4e. in de plaats van wijlen de heer F. L. Kist, diens zoon de heer Mr. A. Kist, te Haarlem. Door de Antirevolutionaire- en Katholieke Kiesvereenigingen is overeenstemming gekomen en hebben tot hare candidaten gesteld de heeren G. B. 't Hooft, (ant. rev.), en Mr. W. S. J. van Waterschoot v. d. Gracht, (kath.), beide aftre dende leden, en in de plaats van wijlen den hr. F. L. Kist (lib.) de heer P. Verkuijl (ant. rev.) te Haarlemmermeer, terwijl door hen besloten werd, tegenover het aftredend lid, de heer Mr. E. A. jordens (lib.) géén candidaat te stellen. De radicalen zullen zich in meer genoemd district in deze verkiezing bij geen der partijen aansluiten. Hoewel van de kansen vooraf weinig te zeg gen valt, en er van beide zijden gestreden zal worden, bleek het bij de laatste verkiezing nog dat bij trouwe opkomst ter stembus, de liberalen in dit district de gewenschte meerderheid heb ben. Te HOOFDDORP, Haarlemmermeer, is tegen 2 personen, vader en zoon, wegens verre gaande mishandeling van een paard, proces ver baal opgemaakt. Donderdagmorgen werden te HAARLEM in een woning in de Begijnensteeg twee oude luidjes gevonden, gestikt door kolendamp. De collecte gehouden door de Vereeniging „Weldadigheid naar Vermogen" te Haarlem, door het plaatsen van een 40 tal bussen op verschillende plaatsen in de stad, bij gelegen heid van het Paaschfeest heeft opgebracht on geveer 500. In het afdeelingsveralag over de belasting voorstellen van den minister Pierson wordt op tal van wijzigingen, waaronder er zijn van in grijpenden aard, vrij algemeen aangedrongen. Er schijnt zekerheid te bestaan, dat de minister van financiën bereid zal worden bevonden de meeste der gevraagde veranderingen nader in zijn ontwerp aan te brengen. «Ja, dat gaat niet. Het is een soldaat, en hij heeft een sabel." JeminéEen dolle man met eenen sabel op on zen hof!" «En hij zegt, hij gaat er niet af, hij wil immer en eeuwig op onzen wagen blijven." «Immer en eeuwig op onzen wagen blijven! En als hij honger krijgt, dan komt hij hier en slaat ons met zijnen sabel dood." «Neen, hij blijft op den wagen," verzekerde de boer. «Hij gaat er niet af, zegt hij, anders is hij verloren." «Maar als hij nu honger krijgt, wanneer hij daar immer en eeuwig op den wagen blijft? Dan komt hij stellig hier en slaat ons dood. Dat is toch ver schrikkelijk. Hoe ziet hij er uit? Laat hem toch eens zien?" «Dan moet je op den wagen gaan, daar ligt hij. Er af komt hij niet." «Neen, op den wagen krijg je mij niet," zeide de vrouw op angstigen toon. «Haal mij liever eene ladder, ik ga op de duiventil, daar kan hij mij niet bereiken." De ladder werd tegen de duiventil geplaatst, de boer hield haar vast en de vrouw klom naar boven en tuurde van uit de hoogte in den wagen. Lehmann had zich wel een weinig opgericht en zat in het hooi, doch hij bewoog zich niet van zijne plaats, en kon daarom uithoofde van de hooge zij wanden van den wagen, niets zien van hetgeen rondom hem voorviel. Slechts de boerin op haar verheven standpunt zag hij, en plotseling kwam er Een brief van „Sara". De Ochtendbode bevatte Donderdag het facsi mile van een brief, door „Sara" aan de redactie geschreven. Alle namen van personen en plaat sen zijn uit dat schrijven weggenomen en ver vangen door Die brief luidde: „Amsterdam, 18 April 1892. Mijnheer, Bij toeval las ik heden de Ochtendbode van Vrijdag Neen mijn heer Sara wreekt zich niet uit nijd. Wat Sara zegt is zoo waar als dat er een God leeft. Ik wil u hier de volle waarheid zeggen met verzoek dit in uwe krant te ver melden Nooit zal een ander aan gewezen kunnen worden als de moordenaar want de dader is reeds bekent Al duurt het Zestig Jaar nooit kan men wat ander hooren. vroeger had ik kennis aan en ik heb een kind van hem. Ik ben een christen meisje en mijn naam is Anna maar hij noemde mij al tijd Sara. Ik heb niemand op de wereld dan al leen mijn moeder en mijn kind en ik bezweer u bij beider dat ik u de volle waarheid schrijf. kreeg kennis in de kat aan Ik heb nu uit de kranten vernomen dat haar echte naam isDie meid is een door en door slechte meid en daar ging hij mede leven. Voor eenige weken hoorde ik dat het af was en toen achtervolgde ik.... zoo ook op den avond van den moord. Anne verhoeven was heel groot met die meid op die Dinsdagavond liep ik.... weer na en zag dat hij weer met die meid was om half negen belde de meid aan en.,., ging met haar naar binnen bij Anna Verhoeven over een kwar tier kwamen zij er weer uit en gingen naar een kelder op de hoek der.... gracht* Ik wachtte en om halftien ginger uit met een man met een lange baard* Zij gingen beide naar Anna Verhoeven en vertrokken beide om tien uur naar de leidsche gracht. Die andere wierp zijn baard in de gracht en toen liepen ze hard door. over een kwartier waren ze weer in de kelder op de.... gracht waar toen het licht uitging. Dat alles heb ik gezien en ik schreef het aan de politie. Men heeft mij opgeroepen en juist wilde ik gaan toen ik hoorde datweer vrij was, toen kwam ook mijn moeder en zeide het is toch de vader van je kind, laat alles loopen, want God zal hem toch wel straffen en ik heb het mijn moeder be looft en mijn kind ook en nooit zal ik mij meer met de zaak inlaten, maar daar de waarheid toch moet uitkomen, zoo meld ik u dit alles, maar verg niet van mij, dat ik zelf de vader van mijn kind ga aanklagen. God zal hem straf fen, evenals die slechte meid en nooit zult u anders kunnen getuigen dan dat dit de volle waarheid is. Heb medelijden met mijn ongeluk, maar schrijf geen onwaarheid in uwe krant, want God zal de boosheid wel vinden. Sar a". Het adres van dit schrijven luidde: „Spoedig Aan het bestuur van de Ochtendbode in de Spuistraat 216 te Amsterdam." Aan de Heldersche en Nieuwedieper cou~ rant ontleenen wij het volgende: „HOE LAAT IS 'T?" O Zónetij d! o Gordeltijd! Wat vellen druks zijn U gewijd. Wat pennen stomp geschreven! Wie zegt ons, langs wat meridiaan, Voortaan „de burgertijd" moet gaan Met „'t spoor", in het dagelijkseh leven? Zal het Parijs of Greenwich zijn? VeendamOstendeof wel Berlijn Is Amsterdam genomen?" leven in zijn wezenloos gelaat. «Heidaar, vrouw, is het al zeven uur?" vroeg hij haar; «zeg toch voor den drommel, ik moet weten of het reeds zeven uur is. De vrouw zou van schrik bijna van de ladder zijn gevallen. Zoo spoedig zij kon, klauterde ze naar beneden. «O jé," riep zij, «daar zit hij met zijnen sabel. Wat ziet hij er woedend uit." Lehmanns gedachten hadden eene andere richting genomen. Te zeven uur mocht hij immers zijne plaats verlaten en terugkeeren, om zeven uur sloeg het uur zijner verlossing. Het kwam er nu maar op aan, wanneer het zeven uur was. Een horloge be zat hij niethij moest dus ieder die hem onder de oogen kwam, als tijdwijzer zien te gebruiken, en dus was hij genoodzaakt dien verwenschten boer en zijne vrouw te dwingen, hem te zeggen hoe laat het was. «Zeven uur," schreeuwde hij als een razende, toen de boerin zoo haastig als hare beenen het toelieten, zich wegpakte, «ik wil weten of het ze ven uur is; gij moet mij klokslag zeven zeggen, wanneer ik kan weggaan." «Hemel, nu wordt hij geheel dol," riep de boerin zoo bleek als een doode, haren echtvriend toe. «En te zeven uur wil hij van den wagen gaan, zegt hij laa,t de klok in de kamer stilstaan, Toon." «Ja, dat kon ik wel doen," antwoordde de boer, terwijl hij nadenkend zich het hoofd krabde. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1892 | | pagina 2