Weekblad voor LANGEDLIK en Omstreken.
N°. 24.
Zondag 11 September 1892.
Ie Jaargang.
J. H. KEIZER.
BERICHT.
FEUILLETON.
Verloren Geluk.
NIEUWE
l ui.niukui nu n\vi
Deze courant verschijnt eiken Zaterdagnamiddag.
ABONNEMENTSPRIJS
voor Noordscïiarwoude, Ocdkarspel, Zuidscharwoude en Br. op Langedijk
per drie maanden £50 ct.„ franco p. post 60 ct.
UITGEVER:
BUREEL:
looi'dsclianvoude.
PRIJS DER AD VERTE NTIËN:
Yan 15 regels 30 ct., elke regel meer 5 ct.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Brieven rechtstreeks aan den Uitgever.
MEAOTllUGKLING «P HOLLAKOSCIIKiV SP«ORWK«. (Greenwich ïijtl.)
Vertrekuren van af station Noord-Scharvvoude.
RICHTING II ELDE R.
Deze trein rijdt alleen des Donderdags tot Schagen.
RICHTING A HI S T E R D A M.
GREENWICH TIJD.
6.36*
7.47
11.23
3.06
6.37
9.51
10.59
GREENWICH TIJD.
6.18*
7.30
9.37*
12.04f
1.38
3.55
8.16
AMSTERDAMSCHE TIJD.
6.56*
8.07
11.43
3.26
6.57
10.11
11.19
AMSTERDAMSCHE TIJD.
6.38*
7.50
9.57*
12.24f
1.58
4.15
8.36
Deze trein rijdt alleen naar Amsterdam,
f Deze trein rijdt alleen des Donderdags tot Uitgeest.
Zij, die zich met 1 October
op dit blad wenschen te abon-
neerenontvangen de tot dien
datum nog verschijnende num
mers GRATIS.
Binnenland.
De uitslag van de biljartwedstrijd met 6
ballen, gehouden bij den heer C. Duis, te Oud-
carspel is als volgt
In het geheel werden 525 partijen gespeeld.
De prijs werd behaald door N. Pronk, te Oud-
carspel met 422 puntenle premie door A.
Kist, te Zuidscharwoude, met 269 punten2e
premie door J. Eecen Az., te Oudcarspel, met
230 punten.
De prijzen bestaande uit contanten, werden
des avonds, na afloop der wedstrijd aan de win
ners uitgereikt.
Uit goede bron wordt ons medegedeeld,
dat op het traject Amsterdam-Helder en omge
keerd van den Hollandschen IJzeren Spoorweg-
Maatschappij geenc veranderingen in de treinen
is gekomen en de treinen vertrekkende des
morgens 7.30 Greenwichtijd (7.50 Amsterdam-
sche tijd) en des avonds 9.51 Greenwichtijd
(10.11 Amsterdamsche tijd) van het station Noord-
scharwoude dus blijven bestaan.
Zondag, 11 Sept. des morgens ten 10 uur,
zal de heer G. A. Luiting van Hoorn in het
lokaal van den heer Blauw te Schagen, eene
algeineene repitie der staaf- en ordeoefeningen
houden met de turners van Wieringerwaard,
Schagen en Winkel, die aan de gewestelijke
uitvoering te Hoorn zullen deelnemen. De heer
Luiting is de leider der gewestelijke uitvoering.
Te Schagen klonk in de morgen vau den
7 dezer, de kreetbrand op de Laan bij Gouds
bloem, en reeds bijna in hetzelfde oogenblik
trok de brandweer uit. Gelukkig was het intus-
schen aan G., met de hulp der buren, gelukt,
den brand iu zijn begin te stuiten, zoodat de
schade tot eenig beddegoed beperkt bleef.
De brand ontstond door het petroleumstel, het-1
welk, op den kachel staande, bij het verrichtend
der huiselijke bezigheden ongelukkigerwijze werd t
omgetrokken. Door den schrik bevangen, sprong f
vrouw G. uit den weg, doch daardoor viel het
afgehaald staande bed op het brandend petrole
umstel.
Dinsdag, 6 dezer, omstreeks 9 ure in de
morgen, zag de heer J. V. te Dijkstal, gem.
Sint-Maarten, terwijl liij op het land aan den
arbeid was, de vlammen uit zijne woning opstij
gen en kort daarna in lichte laaie staan. On
danks de spoedige hulp der brandweer te Sint
Maarten, is er eene aanzienlijke hoeveelheid
hooi verbrand, benevens een stapel kaas, die
gereed stond om ter markt te worden gebracht.
Alleen het huisraad is gered kunnen worden.
Als vermoedelijke oorzaak wordt broeien van
't hooi genoemd.
Ds. H. A. Ludwig, predikant te Zuid
scharwoude, is beroepen naar de Ned. Herv.
Gem. te Zwang (classis Hoorn.)
Wieringerwaard. Niettegenstaande het
ongunstige weder werd onze harddraverij door
eene groote menigte belangstellenden bijgewoond,
8 paarden waren ingeschreven. Dit was zeker te
wijten aan het feit, dat de Wedrennen te Breda
en Medemblik met deze harddraverij samen
vielen.
De prijs f 100, werd behaald door „Premier"
eigenaar de heer Mooiman te Stompwijk (Z. H.)
pikeur Muiserde le premie f30 door „Willem
III" van den Heer Broers te Benningbroekde
2e premie f20 door „Tabor III," eigenaar, de
heer Zwaag te Berkhout, pikeur Bier en de 3e
premie f 10 door „David" van den heer P. de
Wit Pz. te Zijpe.
De commissie van de feestvierenden ter
gelegenheid van het zilveren priesterfeest van
dr. Schaepman zendt het volgende door haar
ontvangen schrijven
„Tot allen, die mij op de een of andere wijze
op 15 Aug. jl. van hun vriendelijke en veree-
rende gevoelens dedon blijken, richt ik een woord
van oprechten, hartelijken en nederigen dank.
„Op de eerste plaats gaat dat woord tot mijne
geloofsgenooten van allen rang en stand, van
binnen en buiten de grenzen, in het moederland
en in de koloniën. Een bizonderen dank voegt
het hun te brengen voor de vorstelijke geest
drift, waarmede zij meenden mijn feestdag te
moeten vieren en de herinnering aan dien dag
voor mij bestendigen.
„Maar ook aan allen, die zonder met mij in
eene overtuiging te deelen en eene belijdenis
uit te spreken, mij op zoo ondubbelzinnige,
ruime en welsprekende wijze hun genegenheid
en hun vriendschap betoonden, wijd ik een woord
van ongeveinsde dankbaarheid. Hoog en verhe
ven als het is een strijder te mogen zijn voor
een hooge en heilige zaak, het is niet altijd een
begeerlijk, het is somtijds een hard lot. Met dat
al is het een verkwikkelijk gevoel een dag te
mogen beleven, waarop het blijkt, dat de zaak,
die men dient, zonder schade gediend kan wor
den op een wijze, die het hart van den tegen
stander nog door iets anders treft dan door de
wapenen van kracht en beleid alleen.
„Wat zal ik verder zeggen?
„Ik kan slechts herhalen, dat ik aan allen en
aan een iegelijk mijn allerbesten dank betuig.
Meer dan iemand gevoel ik den last, dien deze
grootsche betooning van vereering on liefde, op
mij legt. Maar ik hoop met Gods hulp te bewij
zen, dat een eerlijk gevierde feestdag het plicht
gevoel verhoogt, de kracht verjongt, den moed
verfrischt."
Seminarie Rijsenburg, 3 Sept. '92.
Dr. SCHAEPMAN.
In de maand Augustus werden hij het
koloniaal werfdepot aangenomen 116 personen,
als 77 Nederlanders, 10 Duitschers, 23 Belgen,
3 Zwitsers en 3 Luxemburgers, terwijl van de
verschillende korpsen van het leger hier te lande
33 onderofficieren en minderen werden overge
nomen.
In de le categorie zijn begrepen 3 onderoffi
cieren die voor 4 jaar en 8 miliciens die voor
2 jaar, en in de 2e categorie 16 miliciens, die
voor 2 jaar gedetacheerd werden.
Gedurende die maand werden naar Oost-Indië
uitgezonden 2 detachementen ter sterkte van 4
officieren, 8 onderofficieren, 6 korporaals en 119
soldaten. Afzonderlijk vertrokken 2 officieren.
Uit Oost-Indie keerden terug 2 onderofficieren,
die 4 jaren gedetacheerd waren geweest en naar
hun korps vertrokken, 2 soldaten die met gage-
ment en 12 miliciens die met groot verlof den
dienst verlieten.
Uit West-Indie keerden 2 soldaten terug die
met paspoort vertrokken.
Een moordaanslag is Woensdagmorgen ge
pleegd te Amsterdam in een huis indeSpook-
steeg. Eene juffrouw die in het perceel No. 1
een bierhuis houdt werd door een 33jarigen mau
dié een glas bier stond te drinken, onverhoeds
met een mes ln het onderlijf gestoken. Bewus
teloos viel zij neer en meer dood dan levend
naar het Binnengasthuis gebracht.
De dader is terstond in hechtenis genomen
en zal zich wegens zijne gruweldaad voor den
rechter te verantwoorden hebben.
Wat velen misschien wel zullen hebben
verwacht, is thans een feit geworden. De zich
noemende Goolam Kader, arabisch oogarts, is uit
Amsterdam verdwenen, met nalating van schul
den en wat oude kleeren, waaronder zijn „schit-
rend" arabisch kostuum. De politie spoort hem
en de dame, die hem vergezelde, op.
In de vergadering van 8 September 1892
van de Afd. Schagen, van 't N. O. G. is met
algemeene stemmen besloten aan 't Hoofdbestuur
het volgende schrijven te richten„De afd.
Schagen spreekt den wensch uit, dat het Hoofd
bestuur de regeering wijze op de bezwaren, die
het geven van gymnastiek-onderwijs op het speel
plein of in het gewone schoollokaal zeer bezwaar
lijk, in vele gevallen onmogelijk maken (volgen
De jonge van Dijk vernam het engagement uit
een brief zijner moeder, en tot haar verwondering
-was haar jongen op dat nieuws eerst een paar brie
ven later teruggekomen.
Bij het huwelijk zond hij den verloofden een ge-
schenk, enkel vergezeld van een naamkaartje. De
bruid ontving dit op den middag in 't bijzijn van
haren bruidegom, en toen hij haar een kus wilde
geven, weerde zij dien af en ging de kamer uit.
Een paar jaren later zat in de wachtkamer van
den Rijnspoorweg te Rotterdam eene dame, wier
belangwekkend voorkomen veler aandacht trok. Hare
kleeding kenmerkte zich door deftigen eenvoud, en
de nabijheid van een gegaloneerden knecht en eene
kamenier wettigden 't vermoeden dat ze rijk was.
Doch dit was 't nog niet zoozeer wat haar in het
oog deed vallen, 't Was die jeugd, die onmiskenbaar
den stempel draagt van lijden. Nauw heeft zij iets
gebruikt van de ververschingen; die voor haar zijn
neergezet, of lusteloos kijkt ze naar het woelige
schouwspel der rivier vóór haar.
De lijnen van haar gelaat treffen u door hare
lieflijkheid, niettegenstaande uw weemoed wordt
gewekt door hunne droeve uitdrukking. Gij gevoelt
't, dat die gestalte nog te kort heeft geleefd om
reeds verval te kennenen toch drukt dat wezen
verkwijning uit. Onwillekeurig stelt gij u dat aan
gezicht voor, zooals 't zou kunnen zijn, als die
groote oogen, thans zoo onheilspellend flikkerend,
de uitdrukking waren van gezonden levenslust
wanneer om dien pijnlijk vertrokken mond een lach
dartelde, die kuiltjes schiep in de al te schrale
wangen. Doch uw ernst doet dit spel der verbeel
ding staken hoe zoudt gij kunnen vergeten, dat
de vlijm der smarte het dartele schoon des levens
uit dat gelaat heeft weggesneden? Die dame is eene
twintig-jarige echtgenoote gij heb 't reeds gera
den het is mevrouw Troostwijk. Ze keert terug
van een herstellingsoord in Bohemen, waar haar ge
nezing vruchteloos is beproefd van eene ziekte, waar
tegen haar kundige arts te Amsterdam verklaard
had geen middelen meer te weten.
Haar echtgenoot is eenige dagen vooruitgereisd,
om op hun buitenverblijt alles tot ontvangst der
zieke in te richten, en zou daarna haar komen af
halen, maar 't verlangen naar haar verwanten en
haar vaderland werd haar te sterk, en wellicht gaf
ze er ook de voorkeur aan, te reizen zonder zijn ge
leide.
Ziedaar de reden, waarom zij thans onverwachts
te Rotterdam is aangekomen en met den volgenden
trein Amsterdam bereiken wil.
De rijkdom, haar ideaal, heeft reeds lang zijn
prikkel voor haar verloren, en 't geluk, dat zij
vruchteloos had gezocht toen zij met 't oog eener
gehuwde vrouw de wereld beschouwde .thans
begreep ze al te wel, dat ze 't had laten wegflad-
deren, als een argeloos kind een schuwen vlinder,
en menigmaal had zij dat verlies beweend, met
bitterheid in 't hart jegens hen, die haar zoo on
wetend hadden gelaten.
Dienzelfden dag kwam met de Engelsche stoom
boot de jonge van Dijk terug naar zijn vaderland,
dat hij drie jaren vroeger vol illusiën had verlaten.
Telkens had hij 't tijdstip van zijn terugkeer we
ten te verschuiven, niettegenstaande het verlangen
om zijne moeder wêer te zien. De chefs van 't En
gelsche handelshuis hadden den jongen stroeven
Hollander leeren kennen als een degelijk, werkzaam
mensch en hem weldra vrijgevig een flinke positie
verzekerd. Mevrouw van Dijk mocht 't geluk van
haar jongen niet in den weg staan en berustte in
zijn verblijf te Londen. Zij stelde zich schadeloos
met zijn hartelijke, maar zelden opgewekte brieven.
De goede vrouw beweerde ïfieer dan eens, dat haar
jongen te ernstig was voor zijn leeftijd, en schreef
dit toe aan den invloed zijner omgeving. Uit zijn
portretten, haar nu en dan toegezonden, maakte de
opgetogene moeder evenwel de blijde gevolgtrekking,
dat haar jongen het gunstige voorkomen van zijn
gestorven vader moest hebben gekregen, en uit het
vrij aanzienlijk bedrag in geld, haar gedurende twee
jaren tijds overgemaakt, oordeelde zij, met even
veel bezorgdheid als zelfvoldoening, dat haar zoon
zich al zeer karig de geoorloofde genoegens der
jonkheid toestond. Zij wist 't niet, dat hij reeds
teleurgesteld was in zijn schoonste verwachting. Zij
had uit zijn brieven den strijd niet leeren kennen,
welke hij gestreden had, hij, wiens hart ledig was
en vervuld van bitterheid
Daar is een tijd in het leven van eiken jongen
man, dien wij even als onze Duitsche stamverwan
ten omschrijven. Ik bedoel de vlegeljaren.
Die tijd is geschetst door onzen geestigen Hilde-
brand in zijn Camera Obscura, door Potgieter in
zijn pittige teekening van Marie, en laat ik, om niet
onbillijk te zijn, ook zeggen door menig ander va-
derlandsch letterkundige. Doch ook de levendigste
kleuren waren te zwak om de volle werkelijkheid
te teekenen.
Bij de intrede van dat onzalige tijdperk des levens
van »te grooten »te klein,breekt de tijd aan,
waarop de meisjes, met wie die vlegels hebben ge
jokt en geplaagd, eensklaps volwassen worden. Dan
ook worden de vroegere vrienden meestal verdron
gen door jongelieden van een ouder geslacht, eu
slechts bij uitzondering is een slachtoffer van de
vlegel-periode in staat, zijn positie tegen de nieuwe
mededingers te handhaven. Het meisje, lichamelijk
volwassen, maar naar den geest nog een kind, laat
zich door de handiger vrijers licht begoochelen, en
ziedaar eensklaps een klove gegraven tusschen zoo-
velen, die elkaar van nature schenen toebeschikt.