PREMIE-BON.
Nieuwe Langedijker Courant', van Zondag 14 Mei 1893.
Dat maakt niet uit.
Gemeente Ilaringcarspel.
Ingeschreven van 130 April 1893.
OndertrouwdReijer Borst en Antje Swart.
Gerrit Stoop, te Sint Maarten, en Maartje Blee-
ker, alhier. Cornelis Dam, alhier, en Maartje
Jongejan, te Schagen. Jan Levendig, alhier, en
Geertje Thomasz, te Schagen. Hendrik Kapitein
en Trijntje Tentij. Jan Burger, weduwn. van
Jacoba Maria Glas en Jantje van Duin. Jan
Strooper en Agatha Somerdijk. Pieter Kistema-
ker en Bregje Boon.
Ondertrouwd en GetrouwdGerrit Slot en
Manjtje Grin. Cornelis Wijker en Trijntje Mo
lenaar. Petrus Bartholomeus Weel en Margare-
tha Groot. Jan Smit en Catharina Kuiper. Jan
Kossen en Aaltje Bregman.
GeborenAgatha, d. v. Jan Tak en Catha
rina Dudink. Nicolaas Hillebrand, z. v. Leendert
Reuvers en Antje Swan. Geertruida, d. v. Jan
Hessing en Engeltje Schoen. Trijntje, d. v.
Gerrit Wonder en Grietje Vroom. Wilhelmina,
d. van Dirk Wijnker en Maria Stam. Maria, d.
v. Jan Goudsblom en Johanna Elizabeth Kuil
man. Trijntje, d. v. Pieter Spaans en Agatha
Buter.
OverledenNicolaas Hillebrand z. v. Leen
dert Reuvers en Antje Swan, 2 w. Levenloos
aangegeven kind van het mannelijk geslacht van
Dirk Groothuizen en Trijntje Smit.
PREDIKBEURTEN.
NED. HERV. GEM. OUD-KARSPEL.
Zondag 14 Mei voormiddags 9.30 uur Ds.
Stramrood.
NED. HERV. GEM. NOORDSCHARWOUDE.
Zondag 14 Mei voormiddags 9.30 uur, geen
dienst.
GER. GEMEENTE.
Zondag 14 Mei voorm. 9 uur, nm. 2 uur Ds.
J. Boeijenga.
Donderdag 18 Mei, nam. 2.30 u. Ds. J. Gideonse
van Broek op Langedijk, Huwelijksbevestiging.
NED. HERV. GEM. ZUIDSCHARWOUDE.
Zondag 14 Mei voorm. 9.30 u. Ds. Ludwig.
NED. HERV. GEM. BROEK OP LANGEDIJK.
Zondag 14 Mei vm. 9.30 n. 2 uur, Ds. Gemser.
GEREF. GEMEENTE A.
Zondag 14 Mei vm. 9.30 uur H. Avondmaal
nm. 2.30 uur Ds. Gideonse.
GEREF. KERK B.
Zondag 14 Mei voorm. 9 uur, H. Avondmaal,
nam. 2 u. Dankzegging. Ds. Bakker.
DOOPSGEZINDE GEMEENTE.
Zondag 14 Mei voorm. 9.30, Ds. Vrijer.
3d2ste Staatsloterij.
5e KLASSE le lijst.
Maandag 8 Mei 1893.
No. 7452 f1000. - No. 3814, 5153, 9781, 11378 en
16206 ieder f400. - No. 4241, 12887, 13258, 14105.
16313, 17449 en 19983 ieder f200. - No. 8655, 14399,
14611, 14951 en 18460 ieder f 100.
2e lijst.
Dinsdag 9 Mei 1893.
No. 4017, 13778 en 18157 ieder f1000. - No. 12058,
13304 en 20773 ieder f400. - No. 668, 8558, 12415 en
17532 ieder f200. - No. 6751, 8225, 10549, 16113 en
17172 ieder f100.
3e lijst.
"Woensdag 10 Mei 1893.
No. 10762 en 15180 ieder f1000. - No. 3885, 9441
en 20383 ieder f400. - No. 4102 f 200. - No. 1917,
3284, 4267. 4684, 11476, 11943, 14406 en 18094 ieder
f100.
4e lijst.
Vrijdag 12 Mei 1893.
No. 4607 en 15859 ieder f1000. - No. 8952, 9590 en
15467 ieder f400. - No. 79, 1393, 5538 en 6524 ieder
f200. - No. 2889, 5535, 5751, 12305, 14283, 15521,
15869, 16709 en 19604 ieder f100.
Marktberichten.
SCHAGEN, 10 Mei 3 Paarden 140 a
f90.—, 93 Geldekoeie f 80, a f 170, 70 Kalf-
koeien f 110 a 230, 30 Vaarzen f 50 a f140
75 Nuchtere Kalveren 14a 16.83 Schapen
f 8. a f 14,32 magere Varkens f 16 a f22,
25 Biggen f 10.— a f 14,— Boter per kop f 0,42 a
0,47 Kipeieren t 2,50, a f 2.90 per 100.
PURMEREND, 9 Mei Aangevoerd 214
stapels kaas. Kleine f30.50. Commissie f
Middelbare f Kipeieren per 100 stuks
3.— a f3.50.
ALKMAAR, 12 Mei Aangevoerd: 301
stapels Kaas, wegende 99511 Kg. Kleine 1 30.
Commissie f 26.50 Middelbare 1 26.50
316 HL. Granen, als: 68 Tarwe 16.50 a
7.—; 8 Rogge f4.75 af Gerst f
a. Chev. f4.80 f5.25; 157 Haver f 3.10 f4.—
a f 3.50 af.; Boonen, 50 Paardeb. f 4.50 a
f4.75; 50 Bruineb. f3.50 af 11.Citroenb.
f a fDuivenb. f af
Witteb. f 12.a f 15.2 Kanariezaad f 11.
a f Rood Mosterdz. f a f
Geel mosterdz. f a f 1 Kool
zaad f af Lijnzaad f a
2 Karweizaad f a f
Blauw Maanz. faf10 Erwten
Groene, f12.a f 16.groote f
Grauwe f 14.af 16.Vale f
Witte f—a f—
ALKMAAR 13 Mei 1893. Aangevoerd15
Paarden f40.— a f150.—73 Koeien f50.— a
f170.55 Nuchtere kalveren f4.a flO.
400 Schapen f8.a f25.1187 Lammeren f4.
af 10.208 Magere varkens f17.a f22.278
Biggen f10.a f15.12 Bokken en Geiten f3.
a flO.5 kleine id. f0.40 a f0.70; Aardappelen
70 cents per zak; Kippen f0.50 a fl.25; Eenden
f0.95Konijnen f0.30 a fl.—Kipeieren f2.75 a
f3.75 per 100 stuks; Eendeieren f4.a f
per 100 stuks; Boter per kop f0475 a f0.575
In een der grootste en voornaamste hótels eener
druk bezochte badplaats, gebeurde onlangs aan
table 'd Höte het volgende, even vermakelijke als
leerrijke voorval.
De maaltijd was reeds afgeloopen en men ging
juist met het dessert rond, toen de notaris Meier
die een zijner clienten, die aan de table d'Hóte
had gegeten, even wilde spreken, binnentrad,
zich een oogenblik naast hem, op een ledig ge
worden stoel nederzette en druk met hem begon
te spreken.
De kellner presenteerde mangelen en rozijnen.
In het vuur zijner rede en geheel in zijn ge
sprek verdiept, tastte de notaris werktuigelijk in
de schaal en legde eenige der daarin zijnde vruch
ten op een voor hem staand bord, zonder ze
nochtans 'verder aan te roeren.
De andere gasten stonden intusschen de een na
de ander op en verlieten de tafel. Onze beiden
spraken nog een poosje over hunnne zaken en
maakten ook aanstalten om heen te gaan.
Juist wilden zij de zaal verlaten en de notaris
had de deurknop reeds in de hand, toen met zoet-
lachende tronie en een gemaakt kuchje, de ge
dienstige Oberkellner hem den weg versperde.
„Pardon mijnheer; mijnheer heeft ver
geten te betalen", lispelde hij met een buiging.
Eenigszins verwonderd zag de notaris den spre
ker aan.
„Betalen? waarvoorvroeg hij ten hoogste
verbaasd.
„Het diner, mijnheer. Twee-vijftig als 't u
blieft."
„Ge vergist u ik heb slechts een oogenblik
daar gezetenmaar ik heb hier niet gedineerd."
„Mijnheer vergist zich mijnheer heeft wel
degelijk gedineerd?" hield hij vol, op het bord
wijzend, waarop nog de rozijnen en mangelen als
cordus delicti lagen.
„Roep den patroon!"
„Dadelijk, mijnheer!"
De fatterige oberkellner met zijn gepomadeerde
lokken huppelde heen en kwam na eenige minu
ten met den eigenaar van het hotel terug.
„Wat is er van uw dienst, mijnheer?" vroeg
de deftige logementhouder.
„Ik wilde u slechts verzoeken uwen Oberkell
ner uit den droom te helpen, mijn waarde heer",
begon de notaris zoo kalm mogelijk. Hij ver
langt van mij twee gulden vijftig, voor een paar
rozijnen en mangelen die ik niet gegeten heb."
De Oberkellner fluisterde iets in antwoord op
den vragenden blik van den waard, die daarna
den notaris aanzag en antwoordde:
„Het spijt mij, mijnheer, maar mijn Oberkellner
is in zijn volle recht."
„Zoo? dat vindt ik ongehoord!.U ver
langt een rijksdaalder voor een niet gebruikt di
ner. alleen daarvoor, dat ik hier tien minuten
op een stoel heb gezeten riep de notaris, door
dit antwoord geheel in vuur en vlam gezet.
„Mijnheer, u hebt aan de table-d'höte aange
zeten", zeide de waard en fronsde gewichtig de
wenkbrauwen.
„En u hebt rozijnen en mangelen genomen,
mijnheer!" voegde de oberkellner er bij.
„En voor die drie rozijnen zou ik twee gulden
vijftig moeten betalen?".
„Mijnheer, u is hier in een hotel; wie zich
hier aan tafel zet en van de spijzen neemt, moet
natuurlijk den vollen prijs voor de Table-d'Hote
betalen of hij veel gebruikt of weinig dat
maakt niet uit!" antwoordde de waard op be
slisten en bijna groven toon.
De notaris werd in 't oogvallend rood, betaalde
een rijksdaalder en ging naar huis zonder iets
te zeggen.
„Zoo'n schurk! laat mij betalen voor nihil
Dus: dat maakt niet uit!" mompelde hij
gramstorig voor zich. Het voorval hinderde hem
geweldig; hij zon op wraak.
Plotseling verspreidde zich een glans van ver
genoegen over zijn gelaat, een sarcastische glim
lach speelde om zijn dunne, spitse lippen
Hij grinnikte in zich zeiven, stond op en ging
naar de deur van zijn kantoor.
„Wacht maarvrindje!" mompelde hij dreigend
en riep toen plotseling op geheel anderen toon
„Selders
„Dat zullen we je betaald zetten Joudat
maakt niet uit!" Ha! ha! ha!"
Een hoogopgeschoten jongmensch met borstelig
rood haar boven het breede voorhoofd, uitpui
lende oogen, morsmouwen aan de armen en scheef-
geloopen laarzen, trad de kamer binnen en maakte
een linksche buiging.
„Hebt u geroepen?" vroeg hij bedeesd.
„Ja. mijn beste Selders!" antwoordde de notaris,
vroolijk gestemd „kom binnen asjeblieft!"
Selders zette groote oogen op.... beste Selders?...
Komaan!... Wat was er nu aan de hand? Zoo
had de notaris hem nog nooit toegesproken.
„Je kunt ontzettend veel eten, zegt men."
„Ik eet gezond meneer!"
„Uitstekend! Dan ben je overmorgen mijn
gast op Duinlust."
„Asjeblieft mijnheer!"
„Goed maar op deze eene voorwaarde, dat gij
heden en morgen zoo weinig mogelijk eet, om
mijn maaltijd overmorgen zooveel meer eer te
kunnen aandoen."
„Aha! wees daarover niet bezorgd, mijnheer",
grinnikte de lange jongeling vroolijk, waarbij zijn
groote goedaardige mond zich tamelijk wijd
opende en een paar rijen tanden liet zien, die er
buitengewoon veelbelovend uitzagen en nu dan
ook door den notaris met een zekere tevreden
heid werden opgemerkt.
„Dus overmorgen precies om vijf uur!"
„Zie zoo! dat is in orde," zeide de notaris en
wreef zich vergenoegd in de handen, zoodra zijn
klerk vertrokken was, waarna hij een sigaar op
stak en flink aan zijn werk toog.
Den tweeden dag daarna, ten vijf ure precies,
traden de notaris Meier en zijn klerk Selders
de laatste in zjjn beste Zondagspak de eetzaal
van het Hotel Duinlust binnen.
„Twee plaatsen aan de Table d'Hóte", zeide
de notaris tot den Oberkellner.
„Als 't u blieft, mijnheer hierheen", lispelde
de gefriseerde en wees met een gracieuse arm
beweging op de twee ledige stoelen.
Een ietwat spotachtig, maar bijna onmerkbaar
lachje speelde daarbij om zijn gladgeschoren lip
pen.
De notaris en zijn gast namen plaats.
Ongevraagd reikte men den notaris de lijst der
wijnen toe.
„Dank u wijn drinken wij niet alleen
water. Niet waar, mijnheer Selders, alleen water
zeide hij hardop.
„Ja, wij drinken alleen water, geen wijn,"
verklaarde de notarisklerk beslist.
De soep werd rondgediend en was in een oog
wenk verdwenen. Mijnheer Selders voelde ter
nauwernood dat hij iets genuttigd had, want hij
had een kolossalen honger. Hij had twee dagen
achtereen gevast en stond bovendien toch reeds
als een buitengewoon onverzadelijken eter bekend
en niet ten onrechte.
Na de soep kwamen blauwe forellen. De kell
ner kwam van de tafel links en presenteerde
mijnheer Selders het eerst,
v Er lagen nog zes vischjes op den schotel.
De notaris fluisterde zijn klerk iets in 't oor
en mijnheer Selders greep met beide handen
toe; onmiddelijk ledigde hij den geheelen scho
tel, peterselie en al op zijn eigen bord, voordat
de kellner de gruweldaad had kunnen beletten.
„Maar mijnheer!... U neemt alles! het
zijn Forellen! riep hij geheel ontsteld ach
teruitspringend.
„Dat maakt niet uit," antwoordde mijnheer
Selders vriendelijk lachend, ik lust ze graag."
Met deze woorden gaf hij den kellner den ledi
gen schotel terug.
De medeaanzittenden verbaasden zich over den
onbescheiden jongen man en maakten onder el
kander aanmerkingen; de waard fronsde onheil
spellend de wenkbrauwen; de kellner spoedde
zich echter ijlings naar de keuken, maar de
voorraad forellen was ten einde.
„Maar, om zoo op eenmaal zes forellen te ge
lijk te nemen 't Is ongehoord!" klonk de
stem van een der buren aan tafel.
Mijnheer Selders speelde ze echter tot innig
genoegen van zijn patroon met pieterselie, graten
en al, naar binnen en keek daarna vroolijk
lachend om naar meer. De notaris fluisterde
hem iets toe en met luider stemme riep hij den
kellner aan het einde der lange zaal toe.
„Kellner! breng mij nog een paar van die
kleine vischjes!"
Eenige gasten lachten, sommigen zagen ver
stoord de waard wierp hun beiden echter
nogmaals een giftigen blik toe. Misschien kreeg
hij reeds een flauw vermoeden, van wat daar ge
beurde
„Hoe is het? Wordt mijn gast eindelijk ge
holpen P" riep een oogenblik later de notaris luid
en dreigend den kellner toe.
„Wat? Alles?.... Geen visch meer over
Neen maar!'n Mooie boel hier!
De waard werd kersrood over dezen blaam;
de Oberkellner lachte zeer gedwongen en ver
legen, en fluisterde snel naderbij tredend den
notaris iets in het oor.
„Dat kan mij niet schelen!" antwoordde deze
ruw «hier kan ieder zooveel en zoo weinig
nemen als hij wildat heb je me pas eergis
teren zelf gezegd; ik verlang visch!"
De waard had wel uit zijn vel kunnen sprin
gen van woede, maar wat zou hij er aan doen
Hij moest zich inhouden, niettegenstaande som
mige episoden uit de geschiedenis, die de notaris
juist aan zijn buren links en rechts te vertellen
zat, duidelijk verstaanbaar tot hem doordrongen.
Een schaterend gelach barstte aan het slot
daarvan los; van alle kanten wierp men vroo-
lijke blikken van instemming op den wrekenden
engel, den mageren klerk, die steeds voort-
kauwde.
Er werd een volgend gerecht opgedragen, dit
maal roastbeaf met aardappelen.
Selders tastte dapper toe; hij hield zelfs den
kellner bij den arm vast, toen deze te vroeg
wilde terug trekken, en nam minstens een heel
pond vleesch. Ook de notaris deed zijn best en
lachend volgden de anderen zijn voorbeeld. Het
eten was weer niet toereikend. Verslagen
heid onder de kellners, lachen en aanmerkingen
van de gastenDe oberkellner ijlde nu hier dan
daarheen, om door beloften de verbroken rustte
herstellen. De plechtige kalmte, die aan een
Table-d'Höte behoort voor te zitten, was geheel
verstoord; bij elk gerecht werd het rumoer en
de vroolijke opgewondenheid sterker.
Het was dan ook in één woord ongeloofelijk
hoeveel mijnheer Selders verwerkte! De anderen
zagen het met angst en verbazing aan. Hij was
een afgronden opende den eenen knoop van
zijn vest na den anderen.
Innerlijk opgetogen keek de notaris glimlachend
voor zich en bracht de lippen aan zijn ledig
wijnglas, de waard daarentegen barstte bijna van
woede.
Maar neenDat was nu toch al te erg
Langer kon hij zich niet bedwingen. Nadat na
melijk die vreeselijke gast eerst een hal ven ge
braden kalkoen en bijna een geheele rumpudding
verslonden had, werd hem nu de kaas gepresen
teerd en zag de waard, hoe die onzalige het stuk
Roquefort in tweeën hakte en de helft op zijn
eigen bord schoof.
Het volgende oogenblik stond de waard van
Duinlust vuurrood en met bliksemende oogen
naast den onbescheiden gast.
„Mijnheer!" riep hij ten hoogste verbolgen,
„als u toch de halve kaas wilt eten, zou het
wèl zoo net zijn, ten minste het aangesneden
gedeelte te nemen.
Mijnheer Selders hield plotseling op met eten,
zag den waard een oogenblik goedig lachend en
volstrekt niet geraakt in het toornig gelaat en
antwoordde toen even beslist als onschuldig:
„O! dat maakt niet uit; daar komen we ook
nog aan toe!"
Met een onderdrukten vloek en bijna buiten
zich zeiven van woede, trad de lomperd onder
het schaterend gelach der aanwezigen terug.
„Ziezoo!"dacht de notaris tevreden gesteld,
„zoo bevalt ge me, mijn waarde. Dat is nu mijn
wraak voor jou: „dat maakt niet uit."
„Kellner! Wat ben ik schuldig?"
„Twee couverts vijf gulden, mijnheer
De notaris legde twee rijksdaalders op tafel,
nam nog een tandenstoker tusschen de lippen
mee en toen de waard, die het toch niet ver
kroppen kon, dat hij zoo was beet genomen,
honend zei: „'t Spijt me, dat er van middag
niet genoeg was", riep mijnheer Selders grinne-
kend: „O, dat maakt niet uit! Hierna beter!"
Inplaats van f2.50 voor onze lezers slechts VIJFTIGr CENT.
Ken prachtig-, boeiend., fraai boekeen boeit dat aan
trekt; een boek dat men aan flarden leest; een boek
dat iedereen moet bezitten, vol karakterteekening,
vol leven!
Aan onze lezers!
Bij dezen bieden wij u tegen de geringe vergoeding van slechts 50 CENT,
een meesterwerk van de begaafde schrijfster E. MARL ITT, GOUD ELSJE,
met S7"' zeer fraaie platen.
Krachtig en fier, overweldigend en meesleepend, edel en innemend is de stijl
en het verhaal. Tallooze uren van genot heeft de schrijfster aan millioenen lezers
verschaft. Groot was en is nog hare verovering van aller hart. Er bestaat geen be
schaafde taal, waarin hare werken niet zijn verschenen. Op best papier met zeer
duidelijke letter gedrukt, met vele keurige platen.
In één woord, alle aantrekkelijkheid, die men van een boek voor ontspanning
verwachten kan, vindt men in dit ongeëvenaarde werk van Marlitt. Boeiend, een
voudig en toch smaakvol, verheffen en veredelen die werken en staan ze boven
elke andere roman of novelle door diepe schoonheid en overtreffen zij de stoutste
verwachtingen van iederen lezer.
BON voor de lezers van dit blad.
De ondergeteekende ivenscht als abonné van dit blad te ontvangenGOUD
ELSJE, van B. MARLITT, fraai geïllustreerdop best papier. Prijs 50 cent
afgehaald of 60 eent franco per post.
Woonplaats: Naam: