..Nieuwe Langedijker Courant', van Zondag 28 Juli 1893.
om aamen weder een echtverbond te slniten.
Op de mededeeling van den ambtenaar, dat de
af kondigingen in eene aangrenzende gemeente
(woonplaats der bruid) moesten plaats hebben,
deed de bruidegom met aandrang het verzoek
hem een jaar of tien jonger te maken dan hij
werkelijk was; desverlangend zoude hij de moeite
goed beloonen.
Eerst na herhaalde en stellige verklaring van
den ambtenaar dat hij hem in deze met geen
mogelijkheid kon helpen, gingen de jongelieden
in dat opzicht ongetroost heen.
Het huisgezin van zekeren Amend te Sit-
tard werd dezer dagen met een nieuwe spruit
vermeerderd. De vader ging des anderen daags
de stad in, om alles voor den H. Doop te rege
len, doch keerde eerst na den middag, meer ge
dronken dan gegeten hebbende, terug en raasde
als een bezetene, dat hij peter en evenmin eene
meter kon krijgen.
De arme vrouw moest het nu misgelden, wat
echter niet de eerste maal was. Deze stuurde
nu tot tweemaal toe een kind naar haar buur
man P., tevens haar huisbaas, doch daar A. als
een tiran bekend staat, was niemand erg scheutig.
Eindelijk hoorde men de vrouw van A., die het
bed alreeds verlaten had, zelfs om hulp te roe
pen.
Toen snelde de buurvrouw toe, doch werd
onthaald op eenige vuistslagen en toen het huis
uitgedreven. Nu kwam ook P. op 't huis aan,
doch vooraleer deze de deur bereikt had, werd
hij door A. aangegrepen, en mishandeld, zoo
danig, dat, indien de beide vrouwen (van A. ook)
niet op de woesteling geslagen hadden, hij P.
verworgd zou hebben. P. en zijn vrouw vlucht
ten nu het huis in, doch A. greep een kolen
schop, sloeg daarmede de vensters stuk en ver
schafte zich op deze wijze toegang tot de kamer
van P., die intusschen met vrouw en kinderen
gevlucht was. Yan een en ander is proees-verbaal
opgemaakt.
Uit de verslagen van de commissiën van
toezicht, betreffende den doortocht en het vervoer
van landverhuizers over 1892 blijkt, dat uit
Amsterdam zijn vertrokken 7036 landverhui
zers, tegen 7046 in 1891, onder wie 1019 Ne
derlanders. Het eerste halfjaar van 1892 liet
eene belangrijke toeneming verwachten, doch
wegens de cholera bleef die achterwege.
Uit Rotterdam vertrokken 20,991, of 3500
minder dan in 1891.
Uit Harlingen vertrokken er slechts 10, uit
Vlissingen 290.
In de meeting, welke a. s. Zondag te
's Gravenhagc zal worden gehouden vanwege
het Algemeen Nederlandsch Werklieden-verbond
in zake het kiesrecht, zullen als sprekers optre
den de heeren Spliethof uit Rotterdam, A. Holl
uit Workum en mr. Z. van den Bergh uit Delft.
Ruim 90 vereenigingen zullen aan de bewe
ging deelnemen en te zamen circa 450 afge
vaardigden zenden. De vergadering zal gehouden
worden in het gebouw voor kunsten en weten
schappen, aan den Zwarten Weg, des namiddags
te half twee uur precies.
Yan de 7098 kiezers voor den gemeente
raad te Rotterdam zijn er slechts 2098 opge
komen.
De nieuwe Gouverneur-generaal.
De nieuwbenoemde gouverneur-generaal van
Nederlandsch-Indië, de heer jhr. C. H. A. van
der Wijck is een man van groote werkkracht
en begaafdheden, en wat voor Indië bovenal
veel zegt, doorkneed in Indische toestanden. Den
29sten Haart 1840 te Amboina geboren, werd
hij later naar Nederland gezonden om daar zijn
verdere opvoeding te voltooien en te Delft, waar
hij studeerde voor Indisch ambtenaar, was hij
reeds om zijn vlugheid van geest zeer gezien.
In 1863 als O.-I. ambtenaar uitgezonderd,
doorliep hij de gansche ambtelijke carrière enj
steeds vervulde hij de hem opgedragen taak meë
onderscheiding. O.a. was de heer Van der Wijcljp
resident van Tegal en Soerabaya. Later werd
hij benoemd tot lid van den Raad van Ned.-
Indië en ten slotte vervulde hij er den zetel
van vice-president.
Na ongeveer 33 jaar in den Indischen dienst
te hebben doorgebracht, werd hij in 1892 op
zijn verzoek gepensioneerd en maakte hij de
terugreis naar Nederland, om echter reeds in den
aanvang van dat jaar weder naar Indië terug
te keeren, thans in zijne particuliere hoedanig
heid als commissaris der Pakket-Maatschappij.
Nauwelijks heeft hij zijn taak aldaar vol
bracht en is hij pas sedert weinige dagen in het
moederland teruggekeerd, of reeds is hij bestemd
om andermaal den Oceaan over te steken, om
de gewichtige betrekking van Opperlandvoogd
te gaan vervullen in het laud, dat hem zoo
dierbaar is.
Ofschoon de grenzen van den middelbaren
leeftijd bijna overschreden hebbende, bezit de
nieuwe titularis energie genoeg om nuttig werk
zaam te zijn voor Insulinde. („Tel.")
Te zware bepakking.
Naar aanleiding van het verhaal van den mi
litairen oefeningstocht te Breda, waarbij de sol
daten zoozeer leden onder hun te zware bepak
king bij de groote hitte, dat zij den terugtocht
niet volbrengen konden, zooals onlangs is mee
gedeeld, schrijft thans „De Haasbode":
„Welk een arbeid, verricht onder den last
eener bepakking van 30 a 32 kilo in een tro
pische zonStijgt het bloed niet naar het hoofd,
als men denkt aan zulk een onmenschelijke be
handeling onzer soldaten! Eu dat in een eenw,
die zoo snoeft op humaniteit!
Moet men niet vragen, of zij, die deze zware
bepakking en dezen arbeid in het heetste jaar
getijde voorschreven, wel wisten wat zij deden,
en, zoo zij dit wisten, of zij dan wel een hart
in het lij t' luidden Wie weet, hoeveel menschen-
levens op dien eenen dag geknakt zijn! Wie
weet, hoeveel van de ongelukkigen, die daar
tusschen Breda en Geertruidenberg op den gloei-
enden weg zijn neergevallen, voortaan een on
dermijnd lichaam zullen voortslepen!
Hoesten die manoeuvres dan noodzakelijk bij
een gloeiende hitte gehouden worden Moet de
soldaat dan noodzakelijk eene bepakking dragen
van 30 k 32 kilo? Zou het aan woord toestem
mend zijn, dan is daarmede nog de mond van
den vrager niet gestopt, want hij doet de andere
vraag: hoe moet dat dan op het oorlogsveld
gaan? Wat hebt gij daar aan soldaten, die uit
geput zijn onder den last hunner bepakking?"
Vogels bij de stembus.
Bij elke verkiezing hoort men spreken van
„het zoet gefluit van den vogelaar," waarnaar
men evenmin mag luisteren als naar de stem
van „lokvogels." Te Utrecht was bij de gemeen-
teraads-verkiezingen van Dinsdag het vogelen-
heir in hoogste glorie.
De presidenten der beide onder-bureaux waren
de heeren Vink en Mees, en aan het hoofd
bureau in het stadhuis zetelde de heer Reiger!
Buitenland.
Wat te verwachten was, is gebeurd. De
Duitsche Rijksdag heeft het legerontwerp in
derde lezing aangenomen. De meerderheid was
dezen keer 16. 't Is nu aan de regeering, de
moeilijkheid op te lossen, hoe zij de noodige
middelen zal vinden, om de aanzienlijke hoogere
uitgaven te dekken. Tevens vraagt men zich af,
welke partijen in de toekomst de regeerings-
meerderheid zullen vormen. De rijkskanselier
Caprivi he'eft tot dusver meer steun gezocht
bij de liberaal gezinden.
Toen het impopulaire schoolwetontwerp van
den voormaligen minister v. Zedlitz was inge
trokken, heeft Caprivi door zijn handelsstaat-
kunde de agrarische rechterzijde van zich ver
vreemd, tevens trachtte hij met het centrum op
goeden voet te komen. Met de legerwet is hij
inmiddels weer tot de conservatieven genaderd,
maar zijn meerderheid dankt hij tevens aan anti
semieten en Polen, zoodat van een eensgezinde
en daardoor betrouwbare regeeringsmeerderheid
allerminst kan worden gesproken.
De keizer is inmiddels met zijD gemalin op
reis gegaan. Hij scheepte zich Zaterdag aan
boord der „Hohenzollern" in en begaf zich op
reis naar Gothenburg en Bornholm.
Zooals bekend is, heeft de rijke Ameri
kaan de heer Astor, uitgever van de Pall Mall
Gazette en Magazine, van den hertog van
Westminster het vroeger door dezen bewoonde
landgoed en kasteel Cliveden gekocht. In den
koop was begrepen alles, wat zich in het huis
bevond, met uitzondering van eenige familie
portretten en andere door den hertog aangewe
zen zaken. Deze rekende hieronder ook het
„boek voor de bezoekers," waarin tal van auto-
graphen voorkomen van beroemde tijdgenooten
en vorstelijke personen. De heer Astor echter
doet zijn eigendoms recht op dit boek gelden,
waarvan de hertog geen afstand wil doen. Daar
men niet gelooft, dat er een minnelijke schik
king zal getroffen worden, kan men dit eigen
aardige geschil weldra aan een rechterlijke uit
spraak onderworpen zien.
Vergiftige Kaas.
Een week geleden kwam een boerin bij een
apotheker van het arrondissement Fontainebleau
en vroeg voor 20 centimes poeder om vliegen te
Jooden.
„Dat poeder" zeide de apotheker „is vergiftig
en kan ik zonder recept van een dokter niet af
geven. Hebt gij dat?"
„Neen," gaf de vrouw ten antwoord „ik heb
het poeder niet voor mij zelve noodig; het moet
gebruikt worden, om in de kaas te doen, en zoo
de wormen er uit te houden."
De apotheker, ten hoogste verbaasd, vroe0* nu
eenige nadere inlichtingen, waarop de vrouw hem
verklaarde, dat men van dit poeder een vinger
greep bij het zout mengt dat voor het bewaren
van kaas moet dienen, waardoor deze niet door
de wormen wordt aangetast!
„Maar op die manier" zeide de apotheker ver
giftigt ge uwe klanten en ik zal U het gevraagde
nooit afleverenals ge dit poeder in de kaas
doet, dan wordt ge natuurlijk vervolgd wegens
poging tot moord!"
„Och kom" gaf de vrouw ten antwoord, „dan
zouden de vervolgers het ontzaglijk druk krijgen,
want bijna ieder kaaskooper gebruikt het poeder,
dat ik U vraag."
Waaruit bestond nu de stof, die door de kaas
handelaarster verlangd werd Het zwarte poeder
was niets anders dan metallisch arsenicum, van
zeer onzuiveren aard. Deze stof met water ver
mengd en op een bord gelegd, oxydeert langza
merhand en vormt het bekende zwaar vergiftige
arsenigzuur.
Wij willen gaarne aannemen, dat de degelijke
Fransche kaasfabrieken zich niet met dit vergif-
tigings-procédé ophouden, doch achten het feit
belangrijk als een kleine bijdrage tot de kennis
van hetgeen in het buitenland alzoo geschiedt
op het terrein der levensmiddelen-conserveering.
(Maandbl. t. Yerv.)
Naar men uit Antwerpen meldt, is bij
een onweder de bliksem ingeslagen in de loco
motief van een naar Mechelen rijdenden trein.
Uit sporen aan de metalen deelen der wagens
bleek, dat de bliksem den geheelen trein langs
is gegaan, doch niemand had er iets van bemerkt,
behalve de machinist en de stoker, die door den
schok bijna tegen den grond werden geworpen.
Amerikaansche kinderen. Die zijn er
niet, zegt de correspondent van een Duitsch blad,
Men kent slechts volwassenen en niet-volwasse-
nen. Het kind treedt dadelijk in 't werkelijke
leven en doet op zijn negende jaar reeds in za
ken. Dan is hij schoenpoetser, kantoorlooper of
fabrieksarbeider, maar op lateren leeftijd wordt
hij misschien millionnair, uitvinder, schrijver of
president.
In Europa studeert men in de rechten of dient
bij de cavalerie, als men een groot staatsman
wil worden. In Amerika wordt men dat veel
goedkooper, maar toch niet gemakkelijker.
Werken en nog eens werken, lijden en ontbe
ren, dat zijn de wegen, waarlangs men hier ge
woonlijk tot den hoogsten staat komt. Geloof
niet, dat een gemakkelijk doorleefde, prettige
jeugd 't uitzicht geeft op een gelukkigen ouder
dom. Het tegendeel is waar! Harde arbeid in
de lente leidt tot een herfst vol genot.
343ste Staatsloterij.
Ie KLASSE le lyst.
Maandag 17 Juli 1893.
No. 6584 f2000. - No. 10834 en 14761 ieder f1500.
- No. 1447, 14058 en 17367 ieder f1000. - No. 4702
en 9547 ieder f400. - No. 18295 f 200. - No. 2779,
6765, 6878, 8327, 9883 en 15472 ieder f100.
2e lijst.
Dinsdag 18 Juli 1893.
No. 963 f 20.000. - No. 7667 en 18394 ieder f400. -
No. 7739 en 14632 ieder f200. - No. 763, 1906, 2602
12775 en 13350 ieder f100.
3e l(jst.
Woensdag 19 Juli 1893.
No. 4624 f 5000. - No. 4502 en 7178 ieder f 1000. -
No. 11585 f400. - No. 1023 en 1325 ieder f200. -
No. 3026, 5107, 9455 en 10504 ieder f100.
PREDIKBEUR TEN.
NED. HERY. GEM. OUD-KARSPEL.
Zondag 23 Juli voormiddags 9.30 uur geen
dienst.
NED. HERV. GEM. NOORDSCHARWOUDE.
Zondag 23 Juli voormiddags 9.30 uur, Ds.
Habbema.
GER. GEMEENTE.
Zondag 23 Juli voorm. 9 uur, nm. 2 uur
J. Boeijenga.
NED. HERV. GEM. ZUIDSCHARWOUDE.
Zondag 23 Juli voorm. 9.30 u. Ds. Ludwig.
NED. HERY. GEM. BROEK OP LANGEDIJK.
Zondag 23 Juli voorm. 9.30 uur, Ds. van
Haselen te Alkmaar.
GEREF. GEMEENTE A.
Zondag 23 Juli vm. 9.30 uur nam. 2.30
Ds. Gideonse.
GEREF. KERK B.
Zondag 23 Juli voorm. 9 uur, nam. 2 uur
Ds. Bakker.
DOOPSGEZINDE GEMEENTE.
Zondag 23 Juli voorm. 9.30, Ds. Vrijer.
Marktberichten.
Noordscharwoude.
Maandag 17 Juli.
Bloemkool f 10.— Middelbare f 3.Uitschot
f2.Roode kool f 10.
Dinsdag 18 Juli.
Bloemkool f 11.Middelbare f3.50 Uitschot
f2.Roode kool f 10.
Woensdag 19 Juli.
Bloemkool f 11.Middelbare f3.50 Uitschot
f 2.50 Roode kool f 10.
Donderdag 20] Juli.
Bloemkool f9.75 Middelbare f3.25 Uitschot
f2.25 Roode f9.—
Vrijdag 21 Juli.
Bloemkool f9.— Middelbare f3.— Uitschot
f2.Roode kool f9.
Zaterdag 22 Juli.
Bloemkool f9.— Middelbare f3.10 Uitschot
f2.— Roode kool f9.-
Brock op Langedijk.
Maandag 17 Juli.
Aardappelen p. mand fl.af Bloemk.
f6.50 a f9.50 (lichte) f3.— a f4.— Roode
kool f9.— Wortelen f2.90 a f3.50 p. 100 bos.
Dinsdag 18 Juli.
Aardappelen p. mand f 0.90 af.— Bloemk.
f8.a f 14.50 (lichte) f3.a f6.Wortelen
f2.90 a f4.10 p. honderd bos.
Woensdag 19 Juli.
Aardappelen p. mand f 0.90 a f Bloemk.
f7.50 af 12.50 (lichte) 13.— a f5.50 Roodekool
f9.Wortelen f2.90 a f3.80 p. honderd bos.
Donderdag 20 Juli.
Aardappelen p. mand fl.af 1.10. Bloemk.
f6.50 a f 10. (lichte) f2.80 a f4.- Roodekool
f8.a f9.Wortelen f2.80 a f4.10 Nep
f2.10 per mand.
Vrijdag 21 Juli.
Aardappelen p. mandfl.— a f 1.10 Bloemk.
f7.— a 19.75 (lichte) f2.50 a f4.50 Roodekool
f8.a f9.— Wortelen f3.30 a f4.—.
Zaterdag 22 Juli.
Aardappelen p. mandfl.— a f 1.10 Bloemk.
f4.50 a f8.(lichte) f2.30 a f3.25 Roodekool
f8.a f9.— Wortelen f2.50 a f
BOYENKARSPEL (STATION) 18 Juli.
Heden besteedde men voor: Meirapen f
a f Wortelen fl,— a f 1,10 per 1000 stuks.
Streeker Muizen f 1,20 a f 1,30 kleine f0,50 a
f 0.55 ronde f 1a f 1,20 per halve H.L. Bloem
kool fijne f3.50 a f4,50 Grove f8.— a 10.25
Witte kool f8.25 a 8.75 Roode f 10.25 af 11.—
per 100 stuks. Peren f2.40 a 12.75 per halve
H. L. V
BOVENKARSPEL (STATION) 20 Juli.
Heden besteedde men voor: Meirapen f
a Wortelen f 1,— a f 1,30 per 1000 stuks.
Streeker Muizen f 1,35 a 1,50 kleine f 0,55 a
f 0,65 ronde f 1,30 a 1,45 per halve H.L. Bloem
kool fijne f3.— a f 4.50 Grove f5,— a 9.50
Witte kool f7.50 a 8.— Roode f8.— a f9.—
per 100 stuks.
SCHAGEN, 20 Juli 10 Paarden f 30 a
f 125.—, 47 Geldekoeie 1 50, a 1 220, 14 Kalf-
koeien f 80 a 120, 16 Vaarzen f 35 a f65
15 Nuchtere Kalveren f4 a 13.—, 336 Schapen
16. a f 19,45 Lammeren f3,— af 10,9
magere Varkens f 12 a f 16,— Biggen f 6.— a
19,Boter per kop f 0,55 a f 0,65 Kipeieren
f2,75, a f 3.per 100.
PURMEREND, 18 Juli Aangevoerd 369
stapels kaas. Kleine f29.—. Commissie f
Middelbare f23.50. Kipeieren per 100 stuks
3.- a f3.50.
HOORN, 20 Juli Kleine Kaas 1 30,
Commissie f25,50.
ALKMAAR, 21 Juli. Aangevoerd: 470
stapels Kaas, wegende 132556 Kg. Kleine f 29.50
Commissie f26.50 Middelbare 127.50
260 HL. Granen, als2 Tarwe 1 a
14 Rogge f 5.85 a f5.90; 37 Gerst f4.25
a Chev. f f 44 Haver f 4.f 4.55
af a 1 Boonen, Paardeb. f a
f 3 Bruineb. f6.a fCitroenb.
1 6.50 a 1 Duivenb. f af.—
Witteb. f 10.a fKanariezaad f
a f Rood Mosterdz. f a f
Geel mosterdz. 1a f16 Kool
zaad f 8.50 a f Lijnzaad f a
127 Karweizaad 1 18.— a f 18.25
ALKMAAR 22 Juli 4893. Aangevoerd5
Paarden f70.— a f250.—9 Koeien f40.— a
f150.— 42 Nuchtere kalveren f5.a f40.—
25 Schapen f 10.a f44.31 Lammeren f4.
a f8.44 Magere varkens f44.a f 17.497
Biggen f6.— a f9.50; 4 Bokken en Geiten f3.—
a f7.2 kleine id. f 0.50 a f 0.80Aardappelen
I.30 cents per zak ;p. mand f 1.25 Wortelen p. 100 bos
f 4.Kippen f0.15 a f 1.30 Konijnen 10.20 a f0.75;
Kipeieren f3.a f4.per lOOstuksEendeieren
f4.per 400 stuks; Boter per kop f0.60 a f0.70
Bloemkool f9.per 400. Peren per mand f3 a f4
Aalbessen 5ct. perp. Klapbessen 5 ct. per pond.
Grooteboonen f 0.65 per z. Sperseboonen f 0.65 per z.
De Atjeh-Oorlog.
In de „Indische Tolk" betoogde onlangs de
luitenant G. Nijpels, dat slechts één oplossing
van het Atjeh-vraagstuk mogelijk iseen nieuwe,
krachtige, goed voorbereide expeditie, die de
oorlogspartij overal fnuikt, waar zij het hoofd
opsteekt.
Sedert heeft de loop der gebeurtenissen, de in
terpellatie van den heer Bowles in het Engel-
sche lagerhuis en het voorgevallene in Langkat,
nieuwe argumenten voor het oordeel des heeren
Nijpels bijgebracht. Hij ontwikkelt die nader in
de „Indische Tolk" in een tweede artikel, waar
in hij o. a. het volgende zegt:
„Het is bekend, dat de Atjeh-oorlog in 1873
zonder lange voorbereiding verklaard is, in hoofd
zaak, omdat onze regeering inmenging van
vreemde mogendheden in de Sumatrazaken
vreesde. Zou nu, na twintig jaren strijdens, in
die vreemde inmenging toch bewilligd moeten
worden? Een tractaat van 1871 beschermt ons
tegen Engelschen invloed, maar de geschiedenis
en de jongste interpellatie in het parlement lee-
ren, dat op tractaten niet te veel vertrouwd mag
worden.
Ook uit een staatkundig oogpunt is het te
begrjjpen, dat andere mogendheden zich ergeren
aan ons machteloos geharrewar, aan ons stel
selloos treiteren van een volk, dat, flink onder
worpen, onder Europeesche leiding, een gelukkig
volk kan worden, ja reeds zou kunnen zijn.
Humaniteit en moraliteit vergen terecht, dat
er een einde kome aan den toestand, die twee
volken tot elkanders verderf nu reeds twintig
jaren in het harnas houdt.
De oplossing, de eenige, is een nieuwe expe
ditie! Uit de vele beschouwingen, mij ten ge
volge van mijn artikel geworden, is mij gebleken,
dat men mij iii twee opzichten niet volkomen
begrepen heeft; ik zal mijne meening daarom
met een enkel woord toelichten.
Men meent, dat ik beweer, dat, wanneer Ke-
mala gevallen is, de oorlog uit is. Dit is verre
van mij, het zou zelfs herhaling van een meer
malen in Atjeh gemaakte fout zijn, wanneer
men een bepaalde plaats als einddoel aangaf.
Kemala is het eerste doel, niets meer. Is dit
gevallen, dan worde daarheen een weg gebaand
(zes uur gaans) en er een sterkte aangelegd.