"Nieuwe Langedijker Courant", van Zondag 9 December 1894. ■•X-De. Inbraak in een station. Dinsdagochtend wilde de stationschef te Voor schoten als naar gewoonte de sleutels nemen van de geldlade en kwam toen tot de ondekking dat zij verdwenen waren. Hulp was spoedig ont boden, men brak de lade open en nu bleek dat eene som van f118, welke daarin aanwezig moest zijn, verdwenen was. De kantoordeur was met een valschen sleutel geopend. Tevens werd vermist een van de vier sleutels waarmee de wissels worden verzet. Bij onderzoek bleek dat de wissel omgezet, en dat de lantaarn, die als sein moest dienen, in de sloot geworpen was. Een groot onheil is door deze ontdekking voor komen, daar een in aankomst zijnde trein bad moeten derailleeren. Van den dader is niets bekend. Hij moet ech ter met de inrichting van het station bekend zijn, dat blijkt uit alles. De IJlster burgervader. Uit IJlst wordt gemeld Een der grieven tegen onzen burgemeester, den heer L. Huisman, is, dat hij met St. Nico- laas onverzettelijk blijft op het stuk van tom bola's, loterijen, enz. en voortgaat onverbiddelijk zijne vergunning tot het houden daarvan te weigeren, hoeveel schade neringdoenden en ar beiders daardoor bij gelegenheid ook lijden. Met het oog hierop schijnt men Woensdag-avond weer voor opstootjes gevreesd te hebbende politie was althans met twee rijksveldwachters van elders versterkt. Het bleek evenwel, dat de bevolking, die hier trouwens zeer rustig en vredelievend van aard is, zich in het onvermijde lijke wenschte te schikken en niets kwaads in den zin had, zoodat de in de ledige straten sur- veilleerende politiemacht op de weinigen, die zich van of naar een huiselijk Sinter-Klaasfeest spoedden, een hoogst komischen indruk maakte. Ongeveer 350 vleeschhouwerspatroons te Amsterdam kwamen Woensdavond overeen ge- heele Zondagsrust in te voeren van November tot Mei. Op deze vergadering heerschte zulk een gunstige stemming voor dit plan, dat men meende dat de Zondagsrust gedurende dat eene halfjaar zoo goed zou bevallen, dat men het andere half jaar ook wel zal willen sluiten. De varkensslagers trekken nog niet ééne lijn, echter werd op een patroons vergadering met 63 tegen 54 tot invoering van Zondagsrust besloten. Naar aanleiding der beslissing van den Hoogen Raad, waarbij de sociaal-dem.-bond is verklaard te zijn een verboden vereeniging, leest men aan 't hoofd van het nummer van „Recht voor Allen", Woensdag verschenen, 't volgende: „Partijgenooten. Gisteren is de beslissing ge vallen. De „Sociaal-Democratische Bond in Ne derland" is tot een verboden vereeniging ver klaard. Het Kerstcongres van den „Sociaal-Democra- tischen Bond in Nederland" kan dus niet ge houden worden, zonder een aantal personen aan vervolging bloot te stellen. De ondergeteekenden, als voorzitter en secre taris van den gisteren tot een verboden vereeni ging verklaarden „Sociaal-Democratischen Bond in Nederland" veroordeeld, geven den personen, die de afdeelingen van den verboden „Sociaal- Democrotischen Bond in Nederland" vormen, in overweging zoo spoedig mogelijk te vergaderen en het volgende te bespreken 1. op 25 December a.s. naar een vergadering, door ondergeteekenden belegd en te houden in „Walhalla" in den Haag, 's morgens te 11 uur, zoo noodig voort te zetten op den volgenden dag, een of meer personen uit hun midden af te vaardigen, die hun stem zullen uitbrengen naar denzelfden maatstaf, welke voorkomt in art. 13 van het reglement van den verboden „Soci aal-Democratischen Bond in Nederland" 2. de voorstellen in den beschrijvingsbrief voor Kerstcöngres, door den „Sociaal-Democratischen Bond in Nederland" verzonden vóór dat deze verboden verklaard was, te behandelen, ten einde de resultaten daarvan mede te deelen in „Wal halla", om die zoo noodig tot nieuwe voorstellen te formuleeren; 3. dien afgevaardigden de noodige opdracht mede te geven, waardoor de in „Walhalla" te leven, waarop Sixtus wees. Zij zag alles duidelijk voor zichHaar jeugd, haar schoonheid, haar zalige hoop De goede bezorgde moeder! Haar vader, die haar met zoo ernstig gelaat de trap zag afdalenDe ban was opgezegd alle mogelijke herinneringen werden gewektDe eerste jeugd in 't Erdmannshuis, dan haar schoone vacantiën, haar intrede in de wereld Het gesprek stokte geen van beiden wilden den voorhang lichten, die de tijd gevormd had voor het vreeselijke tooneel, waarvan zij nu de laatste rollen afspeelden Alleen wilde Sixtus vernemen, hoe Sergius zoo ver was gekomen Zijn haat tegen hem vlamde weder op, bij het zien van zijns zusters lijden. «Leeft uw vader nog op Herrenwörth »'n Komische vraagZou ik dan in dezen toe stand verkeeren?« antwoordde de graaf. «Mijn vader is sinds twee jaren dood. Herrenwörth be hoort aan den jood Lehman, die heeft ereenazijn- fabriek van gemaakt «Six transit gloria mundiHij wierp lachend zijn sigarette weg. »Ik moest om mijne schulden den dienst verla ten. Gij weet, ik stak er reeds diep in, toen uwe zuster mij verliet «Verliet niet waark viel Gilde in. «Ver laten moest, omdat uw vader doch waarom daar van te spreken «Ook goed, dus mij verlaten moest,ging Sergius voort, «ik was er in elk geval onschuldig houden vergadering tot een resultaat leide, waar door de propaganda niet belemmerd wordt.' Dit stuk is geteekend „met den soc.-dem, groete" door de heeren A. Rot en Sam. W. Coltof. De woorden „Orgaan der soc.-dem. partij" zijn in dit nommer onder 't hoofd weggevallen. De koningin Regentes heeft Dinsdag op het graf van Koning Willem III in de nieuwe kerk te Delft een krans gelegd, door Koningin Wilhel- mina en haar moeder eigenhandigd vervaardigd. V Maatschappij tot Nut van t Algemeen. ^Bij de verkiezing van een lid van het hoofd bestuur, in de facature ontstaan door het over lijden van den heer C. J. M, Dijkmans, zijn door 116 departementen uiigebracht 374 stem men. Gekozen is met 357 stemmen de heer mr. J. E. Veltman te Amsterdam, die zich de be noeming heelt laten welgevallen. Het klinkt vreemd, maar toch is het bij nadere beschouwing de overweging waard, het denkbeeld dat door een inzender in het (N. v. d. D.) wordt geopperd. Hij wenscht nl. dat ieder bij geboorte verze kerd worde om op 60jarigen leeftijd een pen sioen te krijgen van f 5 per week, waarvoor bij de aangifte der geboorte de vader, of wie an ders den jonggeborene laat inschrijven, f2.50 zou moeten storten, zoodat het geboortebewijs tevens de polis zou zijn. Dit zal geld kosten, zegt hij, maar kost de wijze, waarop tegenwoordig onze medemenschen, hoe zuinig ook, in het leven gehouden worden, ook niet veel geld Alle levenden zouden er reeds van moeten kunnen genieten en daardoor zouden werkver schaffingen, armhuizen en verder het grootste getal inrichtingen op dit gebied tot het verleden grnm behooren, zegt hij. Dagbladcorrespondenten. s Een Rotterdamsch blad bevat het volgend bericht „bij de viszer Je vos kamp te zeef ven huis zen bij gouda had en zaterdag afvond en brutale bine brand plaats waar van tien ruike in en ooge blik in en ligte laaie vlam stond door een lamp, de man wist zig zelf nog bij tijds de rede met emmers water halis ver zeekert." Hoe de dokter zijn appels redde. Er wordt een aardig verhaal verteld van een dokter, die te vergeefs de appeldieven met al lerlei dreigementen uit zijn tuin trachtte te hou den. Zij lachten wat om de onderstelde voetan gels en klemmen en gingen lustig voort zijn heerlijke appels en peren op te eten. Op zekeren dag moest de dokter een been af zetten en toen kreeg hij een prachtig idee. Hij nam het afgezette lichaamsdeel mede, deed het een ouden schoen en kous aan en liet het daar na in de buurt ronddragen met de boodschap er bij Degene die dit been in de klem van de dokter die en die's tuin had achtergelaten, kon het terugkrijgen als hij zich bij zijn huis aan meldde. Men verzekert dat de dokter dat jaar geen last meer van appeldieven had. Een zonderlinge vergissing Uit onze jaartallenboekjes weten we allen, dat het teeken f wordt gebruikt om aan te duiden, wanneer een of ander geschiedkundig persoon is gestorven. Dat ditzelfde teeken ook dient, om verschillende telegrammen, die ach tereenvolgens met het telegraaftoestel van Hu ghes worden ontvangen, van elkander te schei den, schijnt minder algemeen bekend te zijn. Dit althans bleek eenigen tijd geleden. Een jongmensch ontving het volgende telegram „Kom morgen Tante f." Onze jonge vriend hieruit lezende, dat tante die er warmpjes inzat gestorven was, ging den volgenden morgen op reis naar Z. de woonplaats van de overleden gewaande bloedverwante. Maar hoe vreemd keek neef op, toen hij te aangekomen, op het spoorwegperron in le venden lijve tantelief zag staan, die gevolg wil lende geven aan haar telegram van den vorigen komen eras is t aan. - Gij weet het uit eigen ondervinding, als men eenmaal in schulden steekt, komt men er niet meer uitDe erfenis was gelijk nul, ik moest gaan Wat doen, als voormalig officier en graaf Perin zonder geld Bloedverwanten waren groot moedig, zij voorzagen mij van eten. Ik zocht een baantje als dagbladschrijver, als klerk. Ik wilde alles doen, om deze bittere kost niet te moe ten genieten. VergeefsNiemand wilde met een graaf Perin te doen hebben. Toen kwam ik voor eenige jaren weder samen met Gilde. Zij had weder een engagement aan het Ariontheater. De oude geschiedenis was vergeten en wij hielden nog van elkaar als vroeger I" Gilde wierp Sergius na deze woorden een blik van innige dankbaarheid toe. «Sinds dien tijd ben ik haar tot last. Het is om van te spuwen Verheug u over de wraak, heer Erdmann Maar het is zoo, sedert dien tijd zorgt zij voor mij, en heeft voor zichzelf niet eens genoeg, nadat zij haar geluid verloor en nu voor soufleuse spelen moet." «Sergius, spreek zoo niet," smeekte Gilde, «ik doe niets voor je in 't geheel nietsHet is niet waar, Sixtus, wat hij zegt «Ja, 't is wel zeker waar,« ging Sergius voort, «maar, wat duivel, wat moet ik doen Een kogel door den kop, zoudt ge zeggen Maar, mijn God Ik kan nietNu heb ik een oom, die mij wil helpen, wanneer ik Gilde laat loopen, en zeg nu zelf, is het niet eerljjker, haar te verlaten, dan dag, gereed stond per trein naar hem toe te De heer Ds. P. H. Versteeg te St. Pan- eras is beroepen tot predikant bij de Ned. Herv. Gemeente te Huisduinen. Ook de Haagsche bakkersgezellen kwa men Dondermiddag bijeen om zoo mogelijk tot Zondagsrust en verhooging van loon te gera ken. Onder de 400 aanwezigen waren een 4-tal patroons en directeuren van broodfabrieken. Een der patroons, de heer Derksen, verklaarde zich bereid desnoods reeds a.s. Zondag de ge- wenschte Zondagsrust in te voeren. De directeur der brood- en meelfabriek, de heer Van Vollen hoven, kon hiermede meegaan; terwijl de direc teur van de Haagsche broodfabriek 3 Februari als datum stelde, waarop bij hem Zondagsrust kon worden ingevoerd. Aanvankelijk nam de vergadering hiermede genoegen, behoudens dien datum van 3 Febru ari maar toen kwamen eenige aanwezigen aan 't woord, die beweerden dat ieder uitstel afstel was; er vielen harde woorden, en de patroons verlieten de zaal, toen door een der aanwezigen werd gezegd, dat zij de gezellen „in de luren wilde leggen met mooie woordjes," en een der bestuursleden verliet onder gejoel en geschreeuw van woorden als „verrader," „slaat hem dood," de groene tafel. Na veel geharrewar werd ten slotte besloten Zondag 16 December er het werk bij neer te leggen, wanneer althans voor dien tijd door patroons Zondagsrust niet is ingewilligd en voorts a.s. Donderdag een gezellen-vergadering te houden ter nadere bespreking van de loon- quastie. De eischen zijn 72 uur arbeid per week; voor overuren f0.25 en Zondags vrij met be houd van tegenwoordig loon. Bijkans in alle landen. „Terwijl in vroegere tijden de regeeringen tegen een uitbreiding gekant waren, zien wij tegenwoordig bijkans in alle landen, hoe de Ka mer zich in beginsel voor uitbreiding verklaren, maar tevens hoe zij, als het op daden aankomt, uit partijbelang en uit angst voor hun manda ten het totstandkomen van die uitbreiding op alle manieren bemoeilijken. Waarlijk, wel een bewijs van de noodzakelijkheid van zulk een hervorming en een kenmerk hoe de parlementen zich langzamerhand zijn gaan voelen als clubs buiten aanraking met het gros der bevolking." Welke uitbreiding hier wordt bedoeld De uit breiding van het kiesrecht, naar aanleiding van hetgeen in Oostenrijk hangende is. En welk blad zich zoo kras uitlaat? De.... „N. R. Crt.", in haar nummer van verleden Zondag. 't Zou jammer zijn, er iets bij te voegen, zegt „De Nederlander. Tot heden zijn van ruim 230 vereenigin- gen adressen van instemming bij de Tweede Kamer ingekomen ter ondersteuning van het verzoekschrift, door de hoofdbesturen van het Algemeen Nederl. Werkliedenverbond, het Ne- derl. werkliedenverbond „Patrimonium" en den Roomsch-Katholieken verbond in zake het be noemen eener staatscommisie, om te onderzoe ken op welke grondslagen en naar welke rege len eene pensioen-verzekering van werklieden behoort te worden ingericht. De minister van Waterstaat heeft door tus8chenkomst van de Commissarissen der Ko ningin aan de burgemeesters toezending verzocht van een voorloopig overzicht omtrent de uit komsten van den oogst der voornaamste cultuur- en voedergewassen, warmoezerij gewassen en vruchten, en van het voornaamste ooft, de drie laatste zaken voorzoover zij voor den handel werden gekweekt, een en ander in het jaar 1894. De „Zeeuw," een Calvinitisch blad, bevat n brief van den zendeling J. J. Wijnveldt, gedachteekend uit Ampenan op Lombok 25 Sept. 11. De laatste regels van dien brief luiden: De matrozen zoeken me nu ook hoe langs hoe meer. Is het geen wonder, dat al de belij dende Christen militairen werden bespaard tot heden zulk een leven met haar te blijven lijden? Wat heeft zij zoo aan mij Een edele vonk glom nog onder asch en stof. Dat voelde Sixtus, en hij had ze gaarne aangebla zen tot een flikkerend vlammetje. «Eerlijker ware het, meen ik,» antwoordde hij, «als gij u ergens arbeid zocht, welke ook, al was het met spade of houweel, en neem Gilde tot vrouw. Mijn God! Had ik uwe krachten nog." Hij zuchtte diep. «Dan - «Wat dan vroeg de graat. «Dan werd ik knecht in de werkplaats van mijn broeder Valentijn in 't Erdmannshuis,zei Sixtus. «En nog heb ik ze. Gelooft ge wel, dat ik ze nog heb Bij God 1 Ik voel mij op eens zoo krach tig, dat ik het beproeven kan. «Hoor Gilde," hij greep zijn zuster bij den arm «wij gaan te samen naar Valentijn. Nu dadelijk. Hij zal zich verheugen en kan mij wellicht in dienst nemen, en zoo niet, dan toch zeker graaf Sergius.« «Hij zal ons niet zeer vriendelijk ontvangen, denk ik. Afgezien nog daarvan, dat ik met den bes ten wilder wereld toch geen smidsknecht kan worden Slot volgt. Dat is zeker kras! zegt het (Amst.) „Dagbl." „Hoe weet echter die zendeling vragen wij met de „Maasbode" dat al de gesneu velden ongeloovigen waren; dat geen hunner den Christus beleed Deed de Roomsche generaal van Ham dit niet?" Wij gelooven overigens, dat deze zendeling vrij wel alleen staat in zijn meening, dat het Christendom een pantser zou zijn tegen de Ba- lische kogels. Dominé Rogge bijv. is daar zóó weinig zeker van, dat hij na de eerste vuurproef op Lombok te hebben doorstaan, zich niet aan eene tweede wenschte te wagen en door een an der veldprediker moest worden vervangen. Hij zag daar ginds zelfe zóó weinig „den Christus", dat hij van den overval nog altijd niet kan ge wagen zonder te vertellen, dat het er uitzag alsof „alle duivels uit de hel" waren losgelaten Wik- en weeglooneti te Alkmaar. Een wetsontwerp is ingediend om ten behoeve van de gemeente Alkmaar toe te staan de heffing van 1 Jan. 1895 tot 31 Dec. 1896 van wik- en weegloonen van ten hoogste f 0.60 per 100 kilogram. Wel bestaat er alle reden om aan te nemen, dat ook dit bedrag hooger is dan art. 254 gemeentewet toelaat, maar er schijnt geen reden te zijn om aan die gemeente te onthouden wat aan Hoorn, Purmerend en Edam is vergund. Het vierjarig dochtertje van iemand te Arnhem was door diphtheritis aangetast en men dacht niet anders of het zou bezwijken. Aan den geneesheer gelukte het met groote moeite een fleschje heilserum uit Haarlem te doen komen. De kleine zieke werd des avonds te elf uren ingespoten en den anderen morgen was alle gevaar geweken. JongmenschJuffrouw Emilie, ik moet het u eindelijk zeggen: Ik bemin u. Ik wensch u te trouwen Mag ik op wederliefde hopen Juffrouw (achter de toonbak): Anders niets 5. f» December. Ziedaar een paar dagcijfers, die voor ons iets vriendelijks hebben. Ja, dat hebben zewant ze wekken in ons zoo menige reine en liefelij ke herinnering op. Ze brengen ons nog eens de ouderlijke woning voor oogen, de huiskamer zien we, de broers en zusters zien wede schel hooren we gaan pakjes zien we binnenbrengen, en verrassing zien we stralen nu op dit gelaat, dan op dat. Wat waren we toen nog eenvoudig en wat konden we toen nog met kleinigheden gelukkig zijn Op dat punt zijn wij, ouder wor dende, heel anders geworden. En er is dan ook wel een tintje van weemoed in het welgevallen waarmee wij kinderen aanzien, die nog zijn, wat wij eens geweest zijn. Zeker wij weten 't wel, dat het niet goed zou zijn, als een mensch in alle opzichten kind bleef, en dat een mensch eene hoogere roeping heeft, dan onbezorgd te genieten, jadat ook de strjjd des levens zijn verhevene zijde heeft, en dat er poëzie ligt niet alleen in het lispelend bladgeruisch, maar ook in het onstuimige krijgslied der stormen, maar toch vloeit ons altijd weer zoo iets van stillen weemoed door 't harte, als wij kinder vreugd aanzien, zoo iets van gehad, geweest, voorbij Intusschen, laten we maar dankbaar zijn als we nog eens weder die kindervreugd merken, en vooral, als het onze kinderen zijn, die zoo blij zijn. O zoo'n zegen des huizes is een dank zegging waard. Niet het vermaak, dat, in aller lei vorm, buiten 't huis wordt gezocht, althans het meeste daarvan niet, maar wel zoo'n zegen des huizes is eene dankzegging waard. Maar laten we dan ook eens denken aan zoo- velen, die ontberen, wat wij kunnen genieten. Er zijn kamers, door weelde en vreugde ver heerlijkt, maar er zijn ook kamers, waar leed heerscht en nood. Er zijn kinderen, tot wie aller lei moois en lekkers gebracht wordt, maar er zijn ook kinderen, die alleen van de winkel- stoep af al het moois en lekkers zien. En dat zijn toch ook kinderen, moet gij denken. Ver beeldt u, dat het eens uwe kinderen waren, die daar op die stoep van den stralenden winkel Nu, maar, wie zich zoo iets voorstelt, die weet er toch wel wat op, niet waar om, ieder in zijne omgeving, arme menschen en arme kinderen, ook weer eens blij te maken. Dat blijke aan velen, van velen 't Zal wel. Want in deze dagen is haast ieder een tot verblijden en verrassen gestemd. En om die stemming zijn deze dagen zeer liefelijke dagen. Waren er meer zoo in de 365 Er zijn, helaaszoovele dagen, waarop men het benij den en bestrijden van den een door den ander ziet bovendrijven, het miskennen en grieven, het belagen en schaden, heerlij k steken daar tegen af dagen, die haast iedereen bezig houden met de bekoorlijke vraag: hoe zal ik 't best "dezen en dien eens plezier doen Zoo leelijk als een mensch is, die zich in 't leed van zijn naaste verheugt, zoo mooi is een mensch, die zich verheugt in de vreugd van een ander. Er waren eens twee jongelingen, die in 't por taal een paar schoenen vonden staan, uitgetrok ken door een werkman, die bezig was binnen. En de eene zei„wij zullen met dien kerel eens een aardigheid hebbenwe zullen zijn schoenen wegnemen, en hem dan eens bespieden gij zult zien, wat een mal pijnlijk gezicht hij zal zetten." Maar de andere zei„neen, maar we zullen in iederen schoen een gulden leggen, en dan hem

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1894 | | pagina 2