Weekblad voor LANGEDIJK en Omstreken.
N°. 8.
Zondag 24 Februari 1895.
4e Jaargang.
Plaatselijk Nieuws.
N ieuwstij dingen.
FEUILLETON.
NIEUWE®
L4MÜUKEI MI4KT.
Deze courant verschijnt eiken Zaterdagnamiddag.
ABONNEMENTSPRIJS
voor Noordscharwoude, Oudkarspel, Zuidscharwoude en Br. op Langedijk
per drie maanden 50 ct-, franco p. post 0O ct.
UITGEYER:
J. II. KEIZER.
BUREE L
Noordscham oude.
PRIJS DER AD VERTENTIËN:
Van 15 regels 30 ct-, elke regel meer 5 ct.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Brieven rechtstreeks aan den Uitgever.
Donderdag 21 Febr. trad in een vergade
ring van „Patrimonium" te Noordscharwoude
op de heer A. P. Staalman, lid van de Tweede
Kamer voor 't district Helder met de onder
werpen I. De roeping van den Christen-demo-
kraat en II. Graanrechten.
Spreker begon met een vergelijking van den
Sociaal-demokraat en den Christen-demokraat.
De eerste beoogt de verheerlijking van den
mensch, de laatste de verheerlijking vun God.
Het laatste streven is volgens hem het eenig
ware, want wie in het wegnemen van maatschap
pelijke misstanden het middel ziet tot veredeling
van den mensch, zal bedrogen uitkomen. Im
mers de ondervinding leert, dat juist onder hen,
die in weelde leven, de „groote dieven" en in
de hoogste standen de meest ergelijke gevallen
van ontucht worden gevonden. Men heeft zijn
verwachting gebouwd op volksbeschaving door
verbeterd onderwijsmisdaad, werkloosheid,
dronkenschap en ontucht waren de vruchten.
De Christen-demokraat daarentegen strijdt slechts
onder de vlag van „Koning Jezus". Hij weet,
dat de overwinning niet voor hem is weggelegd,
want Jezus zegt: Ik heb de wereld overwonnen.
Na een pleidooi voor 't Christelijk onderwijs
zegt Spr.de regeering is ziende blind en hoo-
rend doof, de Koningin zich niet bewust, dat
zij hare macht ontleend aan de Goddelijke Ma
jesteit. De Minister Van Houten die eenmaal
het koningschap slechts een „ornement" noemde,
is thans geroepen, wetten voor te dragen, om de
glorie van de kroon te verhoogen.
Met verontwaardiging spreekt de heer S. over
de wreedheid van dezen Minister, die, des noods
met den sterken arm, de noodlijdende gemeen
ten in Friesland zal dwingen, door het heffen
van hooge belasting in de kosten der gemeente
huishouding te voorzien.
Een blik op dezen staatsman geeft den Spr.
aanleiding, een zeer afkeurend oordeel te vellen
over de vruchten van ons academisch onderwijs.
Vervolgens wijst de heer S. op vele misstan
den in de Maatschappij. Tegenover het hooge
tractement van den professor stelt hij het karig
loon van den onderwijzer. De milicien, die in
dienst moest gaan, omdat hem het geld ontbrak
voor een plaatsvervanger, maakt voor een gering
vergrijp misschien kennis met de politiekamer,
een ellendiger hok dan do cel van den vader
moorden. Kazernen zijn ware pestholen. De arbeid
staat onbeschermd tegenover het kapitaal. In
plaats van pensioen te ontvangen, neemt de
arbeider op zijn ouden dag, met gesloopt lichaam
zijn toevlucht in 't armhuis. Een minister ont
vangt na weinige dienstjaren f 5000 pensioen.
Een officier, die in de kracht van zijn leven
soms wordt afgekeurd, ontvangt een pensioen van
3 a 4 duizend gulden, terwijl een akelig ver
minkt marine-troos, die in den dienst beide
armen had verloren, werd afgescheept met f 300
pensioen.
Van kiesrechtuitbreiding verwachtte spr. veel
heil voor de Christen-demokratie.
Bij de behandeling van het tweede onderwerp
betoonde spr. zich voorstander van graanrechten.
Hij schetste met levendige kleuren den kwijnen
den toestand van landbouw en veeteelt en de
toenemende verarming van het platteland, waar
door een stroom van arbeiders naar de gróote
steden trekt, om daar de werkloosheid te ver
meerderen. In graanrechten zag spr. het eenige
geneesmiddel. De Heer Groneman mag zijn hoop
vestigen op verlaging der pachtsommen, hierin
zag de heer S. een vrome wenscli. Het bezwaar,
dat de graanrechten hoofdzakelijk in de zakken
der groote grondeigenaars zullen terecht komen,
woog bij hem niet zwaar, omdat een flinke
pacht, die getrouw wordt voldaan, den landheer
tot mildheid zal stemmen tegenover den pach
ter. Tegenover duur brood stelde hij verminde
ring van werkeloosheid, wanneer er een deel
van het weiland in bouwland werd veranderd.
Deze inkrimping van den veestapel zou mis
schien een vergoeding zijn voor het duurdere
voederkoren.
De wijze, waarop de heer S. uit enkele voor
beelden een zeer ongunstig oordeel afleidde over
een geheelen stand, gaf den H.H. Dr. ten Bosch,
v. d. Sluis en Ds. Melchers aanleiding tot een
ernstig protest. De eerste en derde van deze
sprekers verdedigden de opleiding aan onze aka-
demiën tegen een aanval van den heer S., ter
wijl de heer v. d. Sluis hoofdzakelijk het voor
't Openbaar onderwijs opnam.
Het vergevorderde uur dwong, de vergadering
te sluiten. Anders had menigeeD gaarne nog een
hartig woordje gesproken. De stof was nog bij
lange na niet uitgeput.
Wij lezen in de „Schager Courant"
Met genoegen woonden wij Zondagavond 11.
in de gezellige zaal van Cérès de uitvoering bij
onzer Gymnastiek- en Schermvereeniging Ly
curgus, welke uitvoering door een flink opge
komen publiek werd bezocht.
Zeer verdiend was de hulde, welke aan het
einde van de uitvoering, door den heer Burge
meester S. Berman, aan Lycurgus werd toege- l
bracht, en zeer ad rem maakte de Voorz. van
Licurgus, de heer Jb. Koster Az. hiervan ge
bruik, om de daadwerkelijke belangstelling voor
de gymnastiek van jongeren zoowel als van oude
ren te vragen in het belang der individueele
gezondheid zoowel als in het algemeen belang
der Volksontwikkeling.
Tot zoover nemen wij het verslagje van de
uitvoering over om aan te toonen, dat deze
vereeniging door Schagen's burgerij zeer op prijs
wordt gesteld niet alleen, maar dat zij, de bur
gerij, doordrongen is van de nuttige werking j
dier vereeniging.
De openbare lessen van de leerlingen onder
leiding van den heer Oosterhout hebben reeds
onze belangstelling en sympathie gewonnen om
dat wij het toejuichen wanneer in dien geest,
nl. het beoefenen van gymnastiek, wordt ge-
werkt.
Daarom juichen wij ook toe de plannen van de
gymnastiek- en schermvereeniging Lycurgus, die
door uitvoeringen buiten hare gemeente trach
ten de lust der jongelui en de belangstelling
der ouderen op te wekken, opdat men doordron
gen zal worden van het feit dat lichaamsbewe
ging ten hoogste bevordelijk is voor de. ontwik
keling en de gezondheid.
Het was deze vereeniging nl. ter oore geko
men, dat te Oud-Karspel plannen bestonden tot
het oprichten eener gymnastiekvereeniging, en 't
deedt haar leed, te vernemen dat dit plan niet
tot werkelijkheid is gekomen. Daarom besloot
zij eens te informeeren of er geen kans zou be
staan, dat plan zoo mogelijk nog tot daden te
maken, door eene uitvoering te geven in een
der daarvoor geschikte lokalen van den heer
Slotemaker, met het doel tevens de gunstige re
sultaten en heilzame werking der gymnastiek te
bepleiten.
Wij kunnen reeds met zekerheid mededeel en
dat daarvoor reeds stappen zijn gedaan en 't niet
wel mogelijk is of Lycurgus zal binnen eenige
weken hare eerste uitvoering to Oud-Karspel
geven.
Van harte hopen wij dat zij, de vereeniging,
mag slagen en bij eene eventueele uitvoering, de
belangstelling en vele bewijzen van sympathie
van de zijde van het publiek mag ontvangen.
Langedijk. De prijzen der kool blijven
nagenoeg op dezelfde hoogte. Besteedde men
voor een maand f 4 a f 5 voor beste roode kool,
nu wordt er hoogstens f 6 voor de allerbeste ge
geven. Gele geldt van f 5 tot f 7. In uien is nog
altijd zeer weinig handel. Groote hoeveelheden
groenten zijn nog in de schuren aanwezig.
Jl. Zondag was 't bedrijvig op 't Waardje?
in den vorm van een wiel, omringd door een
dijk; vele personen, schaatsen ondergebonden,
bewogen zich van het eene naar het andere
eind. Doch 't meest interessant was voorzeker
de wedstrijd, een zoogenaamde tonhardrijderij,
vanwege de ijsclub te Oud-Karspel gehouden,
voor een ieder die er aan deelnemen wilde. Tal
van nieuwsgierigen reden te kijken naar de be
wegingen, vermakelijk veelal, waarmede men
de ton met een stok moest voortrollen, om 't
gauwst te komen aan het einde der baan. Zij
weerden zich flink de schaatsvlugge knapen,
bewogen de beenen en duwden met kracht, zoo
dat de ton over sneeuw, ijs en hobbels, huppelde
voort, hen een heel eind vooruit. Een tour de
force was 't, tusschen sneeuwdijken rijdend, de
ton te houden in het midden der baan, en, dik
wijls gebeurde 't dat jammer voor den rijder
de ton, zigzag rollend, rechts of links af
week. Zoo ging 't voort, tot al heel gauw de
zwakken het veld moesten ruimen voor meer
dere kracht; de kamp werd toen hevig, de aan
dacht gespannen, men moedigde aan, men ging
er in op. Doch ook hier gold 't spreekwoord,
aan alles komt een einde; 't laatste rid volgde,
toen was 't beslist; 't werd tijd ook; de natuur
was veel zachter geworden, en hier en daar dooi-
gaten in 't ijs opgemerkt. Nog valt te vermelden
de namen der winnaars, het aantal rijders in
dezen wedstrijdde prijzen en premiën, die dooi
de ijsclub voor dit ijsfeest(?) waren disponibel
gesteld.
Van de twaalf personen, elkaar den voorrang
betwistend, won G. Rus te Oudkarspel den eer
sten prijstoen daarop door dezelfde de eerste
premie behaald werd, terwijl Willem Hinke de
tweede premie verwierf.
De prijs bestond uit een paar mooie friesche
schaatsen. Zij werden aanvaard met een dank
baren blikeen paar riemen bestemd voor de
eerste premie, zij werden niet minder met blijdschap
ontvangen. Een ijsstok, de derde prijs, toegewe
zen aan Hinke, werd hem overhandigd als eer
lij k verdiend, en de ijsclub voldaan over den af
loop van den strijd, komt lof toe, voor den pret-
tigen middag op 't ijs.
Tot pastoor te Wnrineiihuizcii is benoemd
de heer A. J. Willemse, thans pastoor te Oud-
Vossemeer.
Beroepen naar Oudeschild op Texel, A. J.
Adriani Nzn. te Wariiieiiliuizeii.
8). (S L O T).
Daardoor waren beiden, man en vrouw, ook ge
brouilleerd met hunne geheele familie. Emma had
stuk voor stuk elk lid van haar en haar mans ge
slacht beleedigd. Zij vroeg visite en, als men kwam,
was ze plotseling uit. Dan maakte zij later wel
excuses en beweerde dat 't haar door het hoofd
was gegaan, maar dit gebeurde zoo dikwijls dat
niemand zich meer verzoenen liet. Men ontweek
Leo's huis zonder toorn of haat, eenvoudig omdat
men zich aan zoodanige bejegening niet telkens weer
wilde bloot stellen.
«En hoe staat 't met Leo's groote .werk?" vroeg
ik eens aan een dezer overbrengers van deze slechte
tijdingen.
De man schaterde 't uit. »De geleerde is geheel
en al ondergegaan in den minnaar," antwoordde hij.
»In den minnaar! Maar mijn waarde heer, Leo
moge het puik der gehuwde mannen zijn wat de
volhardende aanbidding zijner vrouw betreft, gek is
hij toch niet."
De andere gaf zich de moeite niet deze mijne
opmerking te wederleggen. Hij vervolgde»Er zijn
omstandigheden waaronder de toewijding van een
gehuwd man aan het voorwerp zijner eenige liefde
in alle opzichten de dolle verliefdheid van de jeugd
overtreft."
»Ik begrijp u niet. Gij bedoelt toch niet het ge
val wanneer een echtgenoot in zijn vrouw de moe
der zijner kinderen vereert. Dit is dunkt mij een
zeer gewoon geval, maar bij Leo en Emma, die,
naar ik hoor, geen kinderen hebben.
«Pas op. gij zijt er dicht bij," viel hij mij in de
rede. «Leo's ongeluk en waarschijnlijk ook van zijn
vrouw is juist dat ze geen kinderen hebben, want
Leo zou wijzer zijn indien dit het geval was."
Ik haalde de schouders op, ten bewijze dat ik
hem nog niet begreep.
»Weet gij wat het geval eigenlijk is?" vervolgde
mijn berichtgever, 't Zou voor Leo en Emma niet
zoo erg geweest zijn wanneer zij de hoop kinderen
te krijgen voor eens en voor goed hadden moeten
opgeven, of indien zij een talrijk kroost om zich
heen mochten zien dartelen, maar de wispelturig
heid van haar geest schijnt zich bij Leo's vrouw
aan haar physiek te hebben medegedeeld. Gij be
grijpt mij?"
Ik verzekerde dat ik hem zonder verdere uitleg
ging begreep, en hij vervolgde: »Leo zweeft sedert
negen tien jaren in gestadige vrees. Emma bezit
het toovermiddel om hem tot alles te dwingen wat
haar in 't hoofd komt. Ik ben overtuigd dat zij
zelve meent, dat een hoogere wet hem beveelt al
haar grillen in te willigen, terwijl zij zelve aan het
ontstaan en groeien van haar wispelturigheden den
zelfden hoogeren oorsprong toeschrijft. Ze zou mee-
nen zich te bezondigen, geloof ik, wanneer zij Leo
ook maar in 't minste spaarde. En de dokter, die
een goede klant heeft aan deze ingebeelde kraam
vrouw, stijft haar in die opvatting. Indien Leo zijne
vrouw iets weigert, kan hij, volgens den dokter,
heel licht haar moordenaar worden."
«Pat is een leelijk geval," zei ik. «Arme kerel
Ik begrijp nu dat hij zijn groote werk in den steek
gelaten heeft. Ieder getrouwd man zou onder die
omstandigheden zijn vrouw bederven."
»Wel mogelijk; doch ook hierbij zijn, meen ik,
grenzen. Voor de meesten onzer liggen die grenzen
aan het einde van onze finantieele hulpmiddelen
't Is mijns inziens recht jammer voor uw vriend
dat hij schatrijk is. Of vliegt hij met zijn vrouw
niet als een dolle de heele wereld door, alleen om
dat zij zich nu eenmaal in 't hoofd gezet heeft,
nergens rust te willen vinden? Er is geen stad in
de wereld waar hij niet geprobeerd heeft of zij er
zich eenigszins thuis voelde, 't Was nooit van lan
ger duur dan een week of wat, en telkens kwamen
ze diep terneergeslagen thuis, om ook van daar
weer binnen een ongeloofelijk korten tijd op te bre
ken. Waarlijk, Emma's humeur is door de dwaze
toegevendheid van Leo niet beter geworden."
Deze laatste woorden werden op een toon uitge
sproken, die mij deed vermoeden dat de vroegere
vrienden en kennissen van Leo ook al boos op hem
waren, evenals zijn bloedverwanten. Ik wenschte
nog meer te hooren en vroeg:
«Maakt Leo niet op de een of andere wijze, al
is 't dan niet door studiewerken, gebruik van de
onmiskenbaar groote talenten die zijn deel zijn?"
«Gij meent of hij niet in besturen en commissies
zijn licht over de zaken van algemeen belang laat
schijnen?"
«Dat is inderdaad mijne bedoeling. Leo kan niet
onverschillig zijn voor aangelegenheden waaraan
zoovelen zich wijden. Hij is daarvoor au fond
een veel te brave en te degelijke kerel."
»Gij hebt gelijk, en 't heeft hem als man van
studie en groot fortuin dan ook niet ontbroken aan
de bewijzen, dat zijne medeburgers veel van hem
verwachtten, en zijn bemoeienissen op prijs zouden
stellen; maar wat zal ik u zeggen? Óf liever ik
heb 't u reeds gezegdLeo is nooit thuis, ten min
ste niet langer dan noodig is om zich voor een
nieuwe reis gereed te maken. De zaken van stad
en land gaan hem wel ter harte, maar hij gevoelt
zelf dat 't niet aangaat allerlei dingen op zich te
nemen en te halverwege te laten steken. Wij heb
ben hem lid van den raad gemaakt, doch na drie
maanden moest hij bedanken, want zijn vrouw wou
naar de baden, en dus kon hij de verplichtingen,
die hij in den beginne, 't moet erkend worden, bij
zonder ernstig had opgenomen, niet nakomen. Wij
hebben dat de eerste maal niet kwalijk genomen.
Doch toen wij hem een jaar later herkozen had
den, en hij zelfs wethouder werd, stak mevrouw
weer een spaak in 't wiel. Zij kreeg de gril om
buiten te gaan wonen, en voort trokken ze weer.
Leo moest bedanken.
Ik werd wrevelig. »Dus altijd en altijd die vrouw.
De dokter mocht zijn hooge wijsheid welomkeeren