N IE UWE
Weekblad voor LANGEDIJK en Omstreken.
N°. 22.
Zondag 2 Juni 1895.
4e Jaargang.
WESELD-TEHTOONSTELLIIfG
1 o r e e 1 e Politiek?
Nieuwstijdingen.
FEUILLETON.
EENE ERFENIS.
LAWfiËDIJKER CODIANT.
Deze courant verschijnt eiken Zaterdagnamiddag.
ABONNEMENTSPRIJS
voor Noordscharwoude, Oudkarspel, Zuidscharwoude en Br. op Langedijk
per drie maanden SO ct., franco p. post OO ct.
UITGEVER:
J. 11. KEIZER.
BUREEL:
IVoordschai'womle.
PRIJS DER AD VERTEN TIÉN:
Van 1—5 regels 30 ct., elke regel meer ct.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Brieven rechtstreeks aan den Uitgever.
VAN
Hotel- en Reis wezen,
te AMSTERDAM.
't Is ons een groot genoegen onzen lezers een
reeks van brieven over deze tentoonstelling te
kunnen aanbieden, welke om de 14 dagen zul
len verschijnen.
In deze brieven wordt een beknopt overzicht
gegeven van de vele inzendingen die deze ten
toonstelling bevat en waardoor zij zoo hoogst
belangrijk kan heeten.
De waardeering en steun die wij tot heden
toe mochten ondervinden, waaruit de belang
stelling voor ons blad duidelijk blijkt, zijn rede
nen waarom wij ons bet geldelijk offer, ter verkrij
ging dier brieven, getroosten om van onzen kant
blijken te geven dat wij onze lezers, wier aantal
steeds grooter wordt, ten zeerste erkentelijk zijn
voor hunne onmisbare, zeer gewaardeerde pro
tectie.
In de overtuiging, dat deze brieven niet aan
de aandacht onzer lezers zullen ontsnappen maar
gretig zullen worden gelezen, beveelt onderge-
teekende zich bij voortduring in een ieders gunst
aan.
J. H. KEIZER,
Red.-Uitgever.
De strijd is geëindigd, gelukkig.
Eene beslissing is er echter niet gevallen, want
de meerderheid in bet district Behagen heeft
zich niet onomwonden voor protectie verklaart.
Èn een liberaal, tegenstander van protectie is ge
kozen èn een protectionist.
Er kan dus geen gejuich zijn in het kamp der
protectioni8ten over de liberale zondaren, die zich
tot de welvarend makende leer der protectie be
keerd hebben.
Er was iets in dien strijd der laatste dagen
dat hem, voor wien protectie oud lood om oud
ijzer is, en die tevens tegenstander is van het
vrijhandel-systeem onaangenaam moest aandoen.
Er is nameljjk recht tot de beschuldiging,
reeds elders bedektelijk uitgesproken, dat de hee
ren protectionisten den strijd niet geheel zuiver
gevoerd hebben.
We herinneren onzen lezers allereerst aan de
taak die eener oprechte politiek betaamt. Zij
moet nu eens voorlichten en den kiezer den te
volgen weg wijzen, dan weder een weg, die door
velen begeerd wordt maar haar gevaarlijk voor
komt, ontraden. De Gids, die den weg wijst, zegt
tot de reizigers zoowel den weg dien zij moeten
inslaan, als dat hij ze terug houdt van een ver
keerden weg. In het laatste geval doet hij even
zeer zijn plicht als in het eerste.
Voor die waarheid schijnen de heeren protec
tionisten geen oog gehad te hebben.
Als van liberale zijde protectie werd ontraden
namen zij het den liberalen kwalijk dat geen
betere weg werd aangewezen. Het laatste was
evenwel, hoezeer gewenscht, niet aan de orde.
Het was thans de vraag: van twee kwaden het
minste te kiezen. De liberalen waren daarom op
hun standpunt volkomen correct.
Er is meer dat in het optreden der protec
tionisten hinderlijk was: de aanhef in de eerste
circulaire is grootsch, magnifiek, maar onwaar.
Het begrip Nationale Landbouw en Arbeid is te
ruim, te groot van omvang, dan dat eene enkele
vereeniging, laat staan, wanneer zij zich bepaalt
tot een district van de provincie N. Holland, in
staat is, de leuze: bescherming en opbeuring, tot
waarheid te maken.
Brutaal weg heeft men het voorgesteld, alsof
allerlei zaken, ondernemingen en plannen,
waarvoor de Heeren Kaan en Waller reeds se
dert jaren geijverd hebben, nu eerst door het
optreden van de Heeren Schermerhorn en Backx,
die voorheen zich met de meeste dier zaken niet
bemoeiden, hun beslag zouden krijgen.
Een dergelijk beweren is valsch, misleidt de
schare der kiezers.
Meer nog. De Heeren protectionisten hebben
zich niet onthouden van verdachtmaking. In de
laatste circulaire, die als antwoord diende op eene
circulaire, rondgestrooid door de kiesvereeniging
„Vrijheid", wijst zij er op dat bijna alle onder
teekenaars daarvan buiten het vak staan. Van
de door haar uitgestrooide circulaire behooren
maar 3 van de 7 onderteekenaars tot het vak.
Waarom komt men toch met zulke kleinzie
lige argumenten aan. Alsof de eerste de beste
bouwer terstond bevoegd was te oordeelen over
landbouw-toestanden en de overige gegevens in
onze maatschappij, die invloed oefenen op hun
welzijn. Alsof het bezit van de tot een oordeel
benoodigde kennis niet afhankelijk was van de
vraag hoeveel moeite men besteed heeft aan de
studie dier samenleving. En die studie kan door
een ieder beoefend worden, die daar lust toe
heeft, ook door landbouwers, al bewijst hetge-
mis aan vakvereeniging onder hen, voldoende
hun gebrek aan ijver voor die studie.
I En dan te beweren, wat voor geen bewijs vat-
i baar en bovendien onwaar is, dat de liberalen ook
daarom de protectie zouden willen weren, omdat
zij als kapitalisten willen profiteeren van den
lagen prijs van het land
I Foei wat een hartstocht!
In geen enkel liberaal geschrift is gewezen op
J het opmerkelijk feit dat zij, die het hardst pro-
tectie begeeren, daar als graanbouwers het meest
j mede zouden bevoordeeld worden. Het was goed
dat de liberalen zich daarvan onthielden. Dat is
j beter dan dat men, zooals „Vele kiezers van Wie-
ringen!" deden, een candidaat aanbeveelt, omdat
j hij als bezitter van landerijen in die buurt ver-
wacht kan worden voor de belangen van die
streek op te komen. Eene duidelijke speculatie
op de zelfzucht, niet vleiend voor den candidaat
I We hebben thans af te wachten welken in
druk de keuze van een protectionistischen
candidaat zal maken op de Provinciale Staten,
i Wij vreezen zeer dat zijne stem zal zijn als die
eens roependen in de woestijn.
Als het resultaat echter mocht zijn: dat de
j opinie die de onze er, meer algemeen werd, dat
de tot heden gevolgde weg ten verd^rjrg. leidt,
dan zou uit de krachtsverspilling die men zich
getroost heeft ter wille van „protectiëf' nog wel
iets anders en beters geboren worden, dat nu
nog niet binnen den gezichtkring der protec-
tieonisten schijnt te liggen.
Wij hopen dan tevens dat, door de ervaring
geleerd, de kiezers zich voortaan zullen bepalen
tot een strijd over beginselen. Slechts moreele po-
1 litiek brengt ons vooruit. Een ieder zoekt op
zijne wijze de belangen der menschheid te be
hartigen. Laat er daarom wat meer onderlinge
waardeering zijn. Zonder de laatste, gepaard met
het besef, dat ook de tegenstander naar over-
tuiging handelt en spreekt, is geen vooruitgang
mogelijk.
In de vergadering op Woensdag den 29
Mei jl. van Hoofdingelanden en Leden van het
Dagelijksch bestuur van de Banne Oud-Karspel
is wegens overlijden van den heer J. Zomer tot
Lid van het Dagelijksch bestuur gekozen de
heer A. Halff.
Een gouden zuil als hoofdprijs
In de voorwerpen loterij der wereld-tentoon
stelling te Amsterdam is de hoofdprijs een gou
den zuil ter waarde van f 100.000.
Deze zuil is vervaardigd in zuiver Griekschen
stijl en getuigt van kunstkennis en goeden
smaak.
Op den voorkant van het voetstuk is aange
bracht het portret van H. M. Koningin Wilhel-
mina, op den achterkant het wapen der stad
Amsterdam, door de keizerskroon gedekt.
De zuil is heden geplaatst in een fraaie vi
trine in het hoofdgebouw der tentoonstelling,
Hollandsche afdeeling.
Wij teekenen hier even bij aan, dat de geluk
kige winner van den hoofdprijs dezen gouden
zuil kan ontvangen, ter waarde van f 100.000, of
die som ook kan ontvangen in contanten.
Wie de gelukkige winner zijn zal
Wilde zwjjnen in ons land
Te Deeleu (bij Schaarsbergen) is een groot
wild zwijn waargenomen, dat reeds groote ver
woestingen op een aardappelveld heeft aange
richt. Van dit stuk land, groot tweehonderd
roeden, is reeds ongeveer de helft omgewoeld.
Falb's weervoorspellingen 1
Een booze maand zal Juni zijn. Zij wordt ge
kenmerkt door veel regen en onweer, bij een
tamelijk hooge temperatuur. Ook wolkbreuken
en hoogwater heeft men te wachten. Alleen in
het midden der maand, zoo ongeveer tusschen
den lOden en 2Östen Juni, zal het weer veel
koeler worden.
Van 1 tot 5 Juni: Talrijke onwedérs met
wolkbreuken. Veelwegen omstreeks 4 Juni.
Prettig vooruitzicht met de Pinksterdagen 1
Het onweder van Donderdagavond
heeft eenige 'irohade op de tentoonstellings-terrei-
nen te Amsterdam! "Aangebracht. Van het hip
podrome werd degasleiding jw^tMjibgen en daar
mee do buitenverlichting! itgedobfd.
Ook Perry's koffer is Beschadigd. Aan eender
hoeken is liet gevaarte ztfcart gebrand. Van daar
ging de bliksem naar de electriscïïe gëtèicïing op
het schipeen dame kreeg nog een stuk van
den geleiddraad in het gezicht.
Vermoedelijk heeft zich te Winkel een
geval van hondsdolheid voorgedaan. Een man
en twee honden zijn door dat beest gebeten. De
man zal vermoedelijk naar de inrichting van
Pasteur vertrekken.
Daartoe in staat gesteld door de Vereeni
ging „Volksmin", te Hoogwoud zullen de 130
oudste leerlingen van de openbare scholen den
5 Juni een reisje maken naar Amsterdam, ten
einde daar den dierentuin te bezichtigen. De 220
anderen hebben den 12 Juni schoolfeest op het
dorp, voorafgegaan van een rijtoer door de ge
meente.
14)
"Dat weet ik nietik ben nooit in een derge
lijke verzoeking geweest. Maar al had ik duizend
maal hetzelfde gedaan, dit neemt niet weg, dat de
zaak toch verkeerd is, heel verkeerd. En,« voegde
hij er bij, »hij heeft ook nooit verteld, hoe zijn
vriend dien vriendschapsdienst heeft opgenomeu.it
Laura wendde zich zwijgend af en Van Berckel
kon zich er in verheugen dat hij voor ditmaal den
strijd gewonnen had. In hoeverre hij zijne vrouw
tevens had verbitterd, kwam op dat oogenblik niet
in zijne gedachte.
Evenwel, met hoeveel tegenzin hij ook de komst
van Van Aertsen begroette, hij kon niet ontkennen
dat hij hem noodig had. Hij had eenmaal zijne
diensten voor zijne plannen ingeroepen en nu ging
het werk niet zonder den bouwmeester. Hier bleek
de grond weeker dan men verwacht had, ginds
stuitte men bij bet leggen der fondamenten plot
seling op een bron, die slecht water gaf en de
aarde doorweekte. Overal was de kennis en de
hulp van Van Aertsen noodzakelijk, en dagelijks
moest Van Berckel met hem de plaats doorloopen
hem in z(jn huis zien, en hem ontvangen als een
vriend.
Bovendien trok zijne tegenwoordigheid zijne fa
milie weder aan. Slechts voor korten tijd was me
vrouw van Aertsen naar Wiltenburg teruggekeerd.
Zij hield zooveel van Berkwoud, en nu .Gerard er
was, was de gezelligheid daar voor baar zooveel
grooter. Niet dat zij er weder zoo lang zou kunnen
logeeren, maar telkens was zij er voor een dag of
drie, vier, of kwam s'middags eten. Het was zoo
goed voor de lieve Laura, dat zij nu en dan iets
anders hoorde en zag. Laura echter scheen zooveel
behoefte aan afleiding niet meer te hebben. Zij was
v rooi ijk en opgewekt en schooner dan ooit. Dage
lijks vergezelde zij haren man op zijne wandelin
gen, volgde met belangstelling de vorderingen van
het werk, en als Gerard zich dan bij hen voegde,
zooals doorgaans gebeurde, kon men zich geen vroo-
1 ijk er schepseltje denken. Egbert had nu ook meer
reden van tevredenheid. Zijn liefste wenschen wa
ren vervuld. Laura stelde belang in zijne plannen
en scheen zijne idealen tot de hare te maken. Maar
toch kon hij zich niet in zijn lot verheugen. Sedert
hij de stem in zijn hart, die zich tegen van Aert
sen verhief, had begrepen, was bij hem alles ver
anderd. Het was alsof hij meer en helderder zag
dan vroeger. Zijne oogen waren geopend. Hij zag
niets waars, niets eenvoudigs meer om zich heen,
overal bijoogmerken, bijbedoelingen.
En toch, niet alleen zijne vrouw, maar ook Van
Aertsen legde zich er op toe, hem genoegen te doen.
Eens op een morgen werd het bezoek van dezen
laatsten aangekondigd door een luid geblaf. Van
Berckel ging naar de vestibule, om de reden daar
van te vernemen en bemerkte zijn neef, die een
prachtigen jachthond aan de ketting hield. Het
jonge, sterke dier was nog zeer weinig gediscipli
neerd en worstelde om los te komen. Van Aertsen
hield hem echter met zijne krachtige handen in
bedwang. Toen Van Berckel hem naderde, zeide hij
hem met korte woorden, dat hij dien morgen het
fraaie dier ten geschenke had gekregen, maar door
zijn zwervend leven onmogelijk een hond kon hou
den. «Gij kunt mij daarom genoegen doen doorhem van
mij aan te nemen,zeide hij, terwijl hij liet dier
op den kop streelde. «Gij kunt hein goed gebrui
ken, ik hoor, dat er een uitstekende jachthond van
te maken is.ct
Van Berckel, die een tijdlang, doch zonder eenige
vrucht, zich op het edele weispel had toegelegd,
geprikkeld door het voorbeeld zijner jachtlievende
vrienden en buren, ja zich daarvoor opzettelijk een
geweer en verdere jachtbenoodigdheden had aan
geschaft, voelde dat het bloed hem naar het hoofd
steeg terwijl hij antwoordde
«Ik dank u voor uw vriendelijk aanbod, maar ik
kan den hond evenmin gebruiken als gij.«
»Maar voor de jacht,begon Gerard.
«Het staat u vrij. mij wat uit te lachen over
mijne liefde voor de jacht,<t zeide Van Berckel een
weinig driftig; «ik geloof dat ik mij in dat opzicht
soms vrij bespottelijk aanstelmaar zoo dwaas ben
ik toch nog niet, om jachthonden te houden waar
over ik geen baas zou kunnen blijven. Ja, het zou
een aardig gezicht zijn, als de hond mij in het gras
gooide.®
"Ik verzeker u, dat zulke gedachten niet in mijop-
komen,® zei Van Aertsen. Maar zijn verontschul
diging werd niet gehoordVan Berckel was al
weg.
"Wie had ooit gedacht, dat dat bedaard burger
mannetje zich zoo kwaad kon maken,® sprak Ge
rard bij zich zeiven. «Waarlijk ik heb het er niet
om gedaan, maar 't zou mij toch genoegen doen,
als het beest hem in den vijver smeet.«
«Hier brak hij zijne bespiegeling af om aandach
tig toe te luisteren. Het gebeurde toch was door
Laura opgemerkt en hij hoorde, hoe zij zijne partij
trok. Maar van Berckel was voor geen rede vat
baar. «Het is onwaar®, hoorde hij hem zeggen,
«het is onwaar, dat hij het deed om mij een ge
noegen te doen. Ik weet, hoe hij mij in zijn hart
uitlacht en mij ver beneden zich rekent. Heb ik
het niet dag in dag uit gezien, hoe hij mij aan
keek als ik zonder wild te huis kwam
"Ik dacht niet, dat die jacht zulk een teer punt
voor u was,« zei Laura«als ik u was gaf ik haar
opgij zult er nooit veel pleizier van hebben.
Gerard was edelmoedig genoeg om daarna niet
meer op dien kleinen twist terug te komen. Maar
Egbert vergat dien niet. Hij had zich driftig ge
maakt en daardoor was het ongelijk aan zijne zijde
gekomen. Hij kon die gedachte niet verdragen
en den ganschen dag was hij stil en in zich zef-
ven gekeerd.
Hoeveel moeite gaf mevrouw van Aertsen zich
dien middag aan tafel, om den toon van het ge-