s. f r
Nieuwe Langedijker Courant', van Zondag 9 -Timi 1895.
»^TVr.%ff™rdem„ar»rSi,it\t'is»nir,rr,ff„±h.'sr^j^ss
j toS^eTihfle^X Te-elf d paa"je/ï'g 5" gen in het leven roept, nm.7 tegen hen die
- - 7fi83 n»nn a„ n!of lil,.lLTLl_ ™einoS' ^J1 daarvoor Tegen den avond keerden zij bij den stalhouder door die inrichting der maatschappij op den
of vervallen, bevat 7683 namen, hieronder niet geen reden bestond. De commandant van het
i 7 - o^" wowiiu. xjv uumiiiiiiiuaiic van net
van het studentencorps, die den commandant
evenwel mededeelde, dat de senaat zich met de
zaak niet kon inlaten.
De bloem van Nederland.
Men leest in het „Schoolblad":
„Het „N. v. d. D." roept „Eureka" en meent
nu gevonden te hebben, na jaar en dag, de bloem j
van Nederland. Het moet zijn Ranunculus, Auri-
terug. Toen bleek, dat zjjn paard was verdwe- voorgrond worden geschoven, de Joden (als geld-
nen. PT1 Pr pon liool mi^A Irnrvl \re\r\r* r» nloofc
door in de paarden had vergist
Etiquette.
Die vormen - zoo schrijft „Marinus", de IJaagsche
correspondent van de Locomotief aan zjjn blad die
ben voldaan en van personen, die van de land
macht hier te lande en in West-Indië, van het
korps mariniers en van het Oost-Indisch leger
gedeserteerd of vernist zijn.
Of de beide vrouwen van Hendrik de Jong
op die lijst voorkomen
De koolplanten krijgen nu reeds bij het
S^n^nweï SrtVrnnbfK°0r een Vrrhnbaa! cowms' de boterbloem, zooals het „Nieuws""zegt, ™rme"nweten heelwatln de we'rekL En'daTgaat ïfij
lapje in uwen tuin. Vruchtbaar, maar toch niet nietteo-oWqsmrlo i,Bt m "i 8 voort:
versch bemest, want dit znn don inntrpn nlant.™ -i an dezen geleer- Daar zaj ik u eeng een Vail vertellen. Ge
weet dat onlangs de laatste soirée dansante een
thé ten Hove plaats had. By die gelegenheid viel
de afwezigheid in het oog van de echtgenoote en
dochter van een der kamerheeren, die anders nooit
ontbreken.
Wat was de oorzaak? By een vorige soirée ten
Hove liet de KoninginRegentes als gewoonlijk eenige
dames, wier namen zy te voren aan den kamerheer
ceremoniemeester had opgegeven, tot zich komen.
Daags na de party maakte Hare Majesteit de opmer
king dat zij Mevrouw... niet had gezien: zy had toch
het verlangen te kennen gegeven haar te spreken...
Een van de hofdames, die van den prins geen kwaad
wist men behoeft hier toch niet juist aan een in-
trigetje te denken, - verzekerde dat zy de de echt
genoote van den kamerheer... wèl gezien had, maar
stond, waarmede hij naar Overschie reed. Gis- Dat Anti-Semitisme doet thans in Weenen
termorgen kwam een laudbouwer uit Voorscho- luide van zich spreken. Bij de jongste verkie-
ten het paard ruilen. Hij verklaarde op dien zing van een onder-burgemeester heeft de anti-
dag met nuchteren te zijn geweest en zich daar Semitische meerderheid zich verklaard yoor Dr.
Lueger, een Anti-Semiet.
Zijne verkiezing was voor den Ober-Burge-
versch bemest, want dit zou den jongen planton
vele kleine, maar machtige vijanden kunnen
bezorgen. Zoodra gij daarvan sporen bemerkt
een insect legt dikwijls reeds kort na het
planten, haar eitjes in den grond, rondom de
koolplanten strooi dan dadelijk rondom elke
plant een weinig schoorsteenroet en meelkalk
en begiet ze daarop met zeepwater. De planten, practicus Te bLXLTwï
wier wortels dan no? met te zeer vnn dp vro. i .1
den naam er geen Ahnung van hebbende, dat
er wel tien soorten van boterbloemen bij ons in
't wild voorkomen, waarvan de Auricomus lang
niet de meest algemeene is.
Behalve om de poëzie, die er in dat lieve,
frissche, eenvoudige en vriendelijk natuurkind
ligt, mocht ook zoo heet het de Ilollan-
wier wortels dan nog niet te zeer van de „vre-
terij leden, zullen dan hoogstwaarschijnlijk de
kwaal wel te boven komen.
Het vertalen van den bijbel voor onbe
schaafde volken levert den zendelingen dikwijls
groote moeielijkheden op. Niet alleen geeft ge- i
brekkige kennis van de taal aanleiding tot ver-
keerde overzetting, maar het gebrek aan woor- j zj| n'et gediend zijn van die boterbloemen, dat
den, om de beelden en uitspraken der Heilige ZÜ z00veel mogelijk alle soorten er van onaan-
Schrift weer te geven, kan soms de vertalers tot 1 ger°erd laten staan, en niet die, maar de malsche
wanhoop brengen.
Het woord „doop" b.v. is dikwijls niet anders
te vertalen dan door „duiken," „onderdompe
ling," en zoo wordt Johannes de Dooper her
schapen in „Johannes de Duiker."
Het gaat voorts moeielijk om van „witte wol"
te spreken in een land, waar enkel zwarte scha
pen zijn, van zoelen wind en koesterende zonne
warmte in de streken van eeuwige sneeuw- en
Men behelpt zich dan met woorden en uit- 1
drukkingen, die ten naaste bij de beteekenis weer-
geven. Zoo krijgen b.v. de Eskimo's, die nooit
schapen gezien hebben, in hunnen bijbel, waar
„lam" moest staan, het woord „zeehond" of
„rob" te lezen. Anders zou de zin volstrekt on
verstaanbaar voor hen zijn.
Het zal wel om de portemonnaie te doen
zijn geweest
Een reeds bejaarde heer werd, uit de sociëteit
huiswaarts keerende, op de Oudegracht te Utrecht
aangesproken door een jonge vrouw, die hem wist
over te halen om haar naar hare woning te
volgen. Nauwelijks daar gekomen, zag hij echter
op eens een man voor zich staan, die zich als
de echtgenoot dier vrouw bekend maakte en
hem op dreigenden toon beval terstond de wo
ning weder te verlaten. Natuurlijk wenschte de
oude heer op dat oogenblik niets liever dan dat,
doch nog voor dat hij zich had kunnen keeren,
werd hij door een paar sterke handen aange
grepen en vrij onzacht de deur uitgegooid, zoo
dat hij zich ten slotte nog gelukkig voelde er
heelhuids te zijn afgekomen. Daar hij echter bij
de worsteling eene goed voorziene beurs ver
speelde, zal dit nachtelijk avontuur bij den ouden
heer zeker nog lang in herinnering blijven.
De schoolfeestcommissie te AVARMEN
HUIZEN besloot dit jaar met 78 kinderen een
reisje per boot naar Amsterdam te maken en
daar met de oudsten de wereldtentoonstelling en
met de anderen Artis te bezoeken. Met de 92
overige schoolkinderen zal den volgenden dag
(21 Juni) een rijtoer worden gemaakt, om na
het einde daarvan aan de Schoorlsche duinen
feest te vieren.
De commissaris der koningin heeft op den 1
dezer aan deze gemeente een bezoek gebracht.
Een luitenant te Groningen, die zich op
de laatste kermis aldaar bevond, beweerde, dat
een student om hem lachte en eischtë op hoo-
gen toon satisfactie, wat met schouderophalen
werd beantwoord. Den volgenden dag zond de
luilenant zijn twee getuigen aan den student,
die de heeren beleefd ontving, maar hun tot
in zijn wa
penschild verheffen, daar zij voor hem tot klink
klaar goud wordt, „wanneer zij straks neervalt
onder den zwaai van de zeis, of tot roomige
melk gedistilleerd wordt in volle uiers."
Gelukkig dat de draagsters dier uiers niet
o 8 mel «.aiiioiiioei... wei gezien nau, maar
lezen kunnen; zij zouden haar domme koppen dat deze geen zin had gehad om aan H. M. de Koningin
schudden en het „N. v. d. D." toebuiken, dat Regentes te worden gepresenteerd. Bij onderzoek bleek
—j:-_j 3. het feit waar te zyn.
De ceremoniemeester, had er, om de dame in quaes-
tie voor ongelegenheden te bèwaren, geen gewag van
gemaakt, den schyn op zich geladen als had hy ver
geten haar by Hare Majesteit te brengen, maar nu
het feit verklapt was, moest een opheldering volgen.
Gy begrypt dat wel een verontschuldiging werd
gevonden; een lichte ongesteldheid, die tot overhaast
vertrek noopte of zoo iets. Daar dezelfde dame even
wel reeds voor een paar jaren, op een hofbal, tegen
de uitdrukkelijk ontvangen aanzeggingen, de eenige
was die in het zwart was verschenen en ook dit toen
door de Regentes vry onvriendelijk was opgenomen,
werd thans de bedoelde dame evenmin als haar dochter
voor de soirée genoodigd.
Het wekte niet weinig opzien en daags na de dans
party deed Mevrdan ook aan Hare Majesteit haar
verontschuldiging aanbieden. Of de zaak daarmede
uit de wereld is zal later blijken.
Dat de Regentes, hoezeer ook gesteld op de inacht
neming der hofetiquette, anders in bijzondere gevallen
daarmede de hand weet te lichten, bleek onlangs, toen
de gemalin van een der hooggeplaatste autoriteiten
ten Hove genoodigd, zich meende te moeten veront
schuldigen, wijl zij, door een ongemak aan den voet,
niet in staat was de vereischte buiging te maken.
De Regentes liet haar daarop weten dat zy op haar
tegenwoordigheid pry's stelde en toen zy - ik meen
dat het by gelegenheid was van een soirée littéraire,
waarbij Prof. Chantepie De La Saussaye en Werumeus
Buning respectievelijk over Boeddhisme en uit de
Marineschetsen een voordracht hielden voor een gezel
schap van ongeveer honderd vijftig genoodigden,
de zaal binnentrad, kwam Hare Majesteit haar in de
zaal tegemoet en noodigde haar uit, sans fagons, op
de sopha naast haar en de jonge Koningin plaats te
nemen.
jonge grassprietjes haar uiers vol en de boter
goed maken."
Het stoffelijk overschot van den heer Mul
der, in leven stationschef van de Holl. Spoor te
Uitgeest, vroeger te Noordscharwoude, werd
Donderdag naar 's-Gravenhage overgebracht om
op de begraafplaats Nieuw Eik-en-Duinen te
worden ter aarde besteld.
De inspecteur van het vervoer der Holl.
Spoorwegmaatschappij, de heer J. C. van Look
horst, en eenige stationschefs, waaronder die te
's-Gravenhage, de heer Arnoldy, begeleidden het
lijk grafwaarts.
De Provinciale Staten.
Na de verkiezingen en herstemmingen is in de
samenstelling van de Provinciale Staten in Noord
Holland de volgende verandering gekomen.
Noord Holland. 72 leden. 63 liberalen, 4 anti
revolutionairen, 3 roomsch-katholieken, 1 con
servatief, 1 radicaal. De liberalen hebben 3 stem
men gewonnen, de anti-revolutionairen 2, de
roomsch-katholieken 1 verloren.
In de Staten van Groningen Friesland, Drente
Noordholland en Zuidholland hebben de libera
len de meerderheid, in de Staten van Gelder
land, Utrecht, Zeeland, Noordbrabant en Lim
burg de anti-liberalen.
Wat een mensch in haast al niet doen
kan
Te Surhuisterveen heeft iemand, die in haast j
Politiek Overzicht.
ten. welke in de koffie w^ren Jvalien zlch °PhooPt !n de handen van hen, die sedert
ten, welke in de koffie waren gevallen.
Een zonderling.
Te Maarsen is overleden een man, die een
toonbeeld was van vrekkigheid en zich aan alles
liet gebrek lijden. Zijn nalatenschap, die geschat
wordt op bijna drie ton, heeft hij thans ver
maakt aan een man, een boerenarbeider, den
eenige, wien hij tijdens zijn leven vertrouwde,
en van wien hij eenige oppassing genoot. Een
bewoner van een zijner panden zond hem van
tijd eenige verfrissching of verkwikking; dank
ontving deze daarvoor nooit, maar deelt nu toch
in de nalatenschap, want bedoeld pand is hem
bp erfmaking toebedeeld. Wegens gunstige lig
ging en goed bedrijf is den nieuwen eigenaar
daarvoor reeds f16000 tevergeefs geboden.
Tweeden Pinksterdag ging de heer J. v. d.
Berg, landbouwer te Overschie, met zijn meisje
uitrijden naar Scheveningen en spande voor zijn
tilbury een mooi jong bruin paard. Te Scheve
ningen gekomen spande hij bij een stalhouderij
eeuwen èn door een bestaand vooroordeel, èn
door natuurlijken aanleg, aangewezen waren voor
den geldhandel, de Israëlieten, maakt dat bij het
scherper worden der huidige wanverhoudingen
de aandacht het allereerst op hen wordt geves
tigd. Het ligt voor de hand dat zij, die te ge
ringe kennis hebben van ons maatschappelijk
systeem om de ware oorzaak dier wanverhou
dingen te begrijpen de schuld daarvan geven aan
de rijke Joden, wier financieel overwicht maar al
te sterk door hen wordt gevoeld.
Die vijandige stemming jegens de Joden, Anti-
Seimtisme genoemd, die sedert tal van jaren in
Duitschland reeds heerscht, neemt in de laatste
jaren in Oostenrijk-Hongarije hand over hand
toe. Zij wordt het meest gevonden onder de
kleine burgerij, bij lieden dus voor wie de poli
tiek der groote heeren te hoog voor de bevatting,
en het socialisme der arbeidersklasse een zaak
van den duivel is.
Wij kunnen dus zeggen bekrompene ontevre
denheid, zich keerende niet tegen de bestaande
maatschappij, wier inrichting de wanverhoudin-
meester reden om af te treden.
Toen er nu kans was dat bij de verkiezing
van een Ober-Burgemeester Dr. Lueger zou ge
kozen worden, ontbond de Regeering den gan-
schen gemeenteraad, en het dagelijksch bestuur,
het beheer der gemeentezaken opdragende aan
een buitengewonen regeeringscommissaris, bijge
staan door eene commissie van 15 leden.
In het najaar, October, worden de verkiezin
gen voor den nieuwen gemeenteraad gehouden.
Het wetsontwerp tot uitbreiding van het kies
recht in Oostenrijk is nu bekend.
Het aantal leden van het Huis van Afgevaar
digden wordt van 353 op 400 gebracht. Aran
die 47 nieuwe zetels vallen 13 toe aan de Ar
beiders en 34 aan de kleinere burgerij die het
minst in de belastingen bijdraagt. Het kiesrecht
zal worden verleend aan werklieden die minstens
twee jaren hebben bijgedragen tot een zieken-
j kas.
Men schat het aantal kleine burgers die kie
zers zullen worden op 1.200.000, de arbeiders
op 600.000.
Begrijpelijker wijze zijn de liberale organen
weinig ingenomen met dit ontwerp, daar de
werklieden te weinig stemmen krijgen en de An
ti-Semieten, de kleine burgerij, er nu reeds te
veel hebben.
Verschillende demonstraties door werklieden
gehouden gaven, óf hun geduld over het lang
uitblijven, óf hunne ontevredenheid over den in
houd der kieswet te kennen.
Franlirijk. Er zijn steeds menschen die
bij het vormen hunner idealen in hel verleden
kijken. Dezulken noemt men reactionairen d. w.
z. zij zouden wel weer eens terug willen gaan
en den vooruitgang tegenhouden.
Zoo iemand is de markies de Beaumanoir, die
als roijalist de herstelling van het koningschap
zou wenschen, en als patriot nog steeds zint op
eene herovering van Elzas Lotharingen. Met
vele anderen heeft het hem pijnlijk getroffen dat
in. de bekende Japansch-Chineesche kwestie
Frankrijk met Duitschland kon samengaan. Bo
vendien zal Frankrijk bij het feest der opening
van het Kielsche kanaal, een gedeelte zijner vloot
derwaarts zenden.
Reden te over dus voor den angstvalligen pa
triot om het vermoeden te uiten, en in den vorm
eener interpellatie in den Senaat aan den Mi
nister te vragen of dat alles soms doelt op een
nauwer samengaan met Duitschland. De Elzas-
Lotaringers mochten eens meenen dat men ze
vergatDe Minister Hanoteaux antwoordde hem
dat Frnnkrjjk's buitenlandsche staatkunde geen
verandering heeft ondergaan. Frankrijk's optre
den tegenover Japan, was noodzakelijk om de
veiligheid zijner koloniën te waarborgen terwijl
zijne tegenwoordigheid bij de opening van het
kielsche kanaal, een daad van internationale be
leefdheid is.
De socialist Rouannet interpelleerde de Re
geering over schandalen die moeten voorgevallen
zijn bij het beheer van den Zuiderspoorweg.
Verscheidene afgevaardigden zijn er in betrok
ken. De heer Jules Rocheals, gewezen Minister
van Handel daarin genoemd, protesteerde tegen
deze, naar zijn beweren lasterlijke aantijgin
gen.
Eene motie van den socialist Jaurès, inhou
dende eene afkeuring van de houding der Re
geering in deze zaak werd verworpen. Eene van
den Heer Sauzet echter werd aangenomen. Het
totaal der bezuinigingen door den heer Ribot op
zijn verzoek bereikt, bedroeg 12.344.500 francs.
Het tekort loopt tot 55.000.000 francs.
Belgfie. De behandeling der tweeledige
wet, door de regeering ingediend, tot opheffing
was door hem behaaldwat hij nu verder te doen
had, was een kleinigheid bij dit vergeleken. Ver
moeid spoedde hij zich naar huis om Laura het
gebeurde mede te deelen. Zij toch wist even goed
als hy, wat er van dezen dag afhing. Geheel ver
vuld met zijn geluk trad hij de huiskamer binnen
en vond daar Laura in het noodlottige feestgewaad
en Gerard trotsch en glimlachend aan hare zijde.
A'an Berckel deinsde terug, alsof hij een slag had
gekregen; al zijn geluk, al zijn blijdschap, al zijn
trots waren verdwenen. Het was een droevige
maaltijd die er volgde. Laura had misschien een
storm verwacht, en zich dan ook reeds voorbereid,
dien moedig het hoofd te bieden, maar dat Egbert
daar met vastgesloten lippen nederzat, zonder bijna
te eten en zonder een woord te spreken, dat had
zij niet kunnen denken.
De angst dien zij aanvankelijk voor dat bieeke,
strakke gelaat voelde, maakte haar later overmoe
dig. Nu zij hem eenmaal ongehoorzaam was ge
weest, kon zij niet meer terug en moest zij hem
tarten tot het einde toe.
Toen de maaltijd bijna geëindigd was, en het
dessert op tafel kwam, hadden hare eigen gedach
ten en de drukkende stilte om haar heen, haar zoo
opgewonden, dat zij nauwelijks meer wist wat zij
deed. Zij stond op, schonk zich een glas wijn in
en zag Van Aertsen met schitterende oogen aan.
sMyn man," zeide zij met eene sissende stem,
»mijn man meent, dat hij moet volhouden met
boos op mij te zijn, nu hij hij het eenmaal begon
nen is, maar ik zal u toonen, dat hij zoo kwaad
niet is en ook niet zoo zuinig als gij wel denkt.
Deze mooie japon zal hem nooit meer hinderen."
Zij nam het glas op en besprenkelde met den
wijn haar rug en schouders en haar boezem, die
hevig hijgde terwijl zij de daad volbracht, zoodat
het geheele prachtige kleed met het purperen vocht
bevlekt werd.
j>Zie zoo!" zeide zij, met een zegevierenden blik
op Van Aertsen, »nu is ze bedorven, en mijn man
trekt zich dat zeer weinig aanik voorspel u dat
hij mij een nieuwe zal geven. Over twee dagen
noodig ik u weer hier, wij zullen dan eenige vrien
den er bij vragen, en dan zal ik verschijnen in
mijn nieuwe japon." Zij zweeg eenige oogenblikken
en voegde er toen met een schrillen lach bij: »En
ik beloof, dat wie van de heeren dien dag een
faizant voor mij schiet, de eer zal hebben naast
mij te zitten.Dit zeggende verliet zij de kamer,
en de roode wijnvlekken namen, toen zij zich meer
en meer met de goudkleurige stof vereenigden, de
akelige tint van bloedvlekken aan. Na een korte
pauze stond ook haar man op en volgde haar lang
zaam.
Toen hij boven kwam had Laura het ongeluk
kige, bevlekte kleed al uitgetrokkenliet hing over
een stoel en zij staarde er op, de armen over hare
borst gekruist. Van Berckel naderde haar zacht,
maar zij scheen hem niet op te merken. Eindelijk,
toen hij een tijdlang naast haar had gestaan, zeide
hij met bevende stem: »'t Zijn leelijke vlekken,
niet waar, Laura? En zij gaan er niet uit, nooit
weer, nooit weerWaarom hebt gij dat gedaan
Doch Laura bleef zwijgen. Zij zag hem ook niet
met een enkelen blik aan.
Waarom hebt gij dat gedaan vroeg Van Ber-
ckel opnieuw. En toen hij nog geen antwoord ont-
ving, kwamen al de angst, al de droefheid, al de
booze gedachten die hem den laatsten tijd gekweld
hadden, weer voor zijn geest. Hij greep haar arm.
Laurariep hij uit. »Ik wil het weten, ik wil
het uit uw eigen mond hooren. Waarom hebt gij
het gedaan? De Waarheid, Laura!"
»Laat mij los,« riep zij uit, en terwijl zij zich
loswrong, trachtte zij nog eens de oogen tot hem
op te slaan met den ouden tartenden blik. Maar
zij kon zijn aanblik niet verdragen en sloeg haar
oogen weder neer.
Die beweging en de blos die haar gelaat bedekte,
zeiden hem meer dan hare woorden hadden kun
nen doen. Zijn toorn klom. »Gij behoeft het mij
met te zeggen,zeide hij op den zachten gedemp-
ten toon, dien hij aannam als hij driftig werdik
weet het zelf te goed. Gij leidt hier een ellendig,
treurig leven, niet waar? Er is niemand die uwe
schoonheid op prijs stelt. Uw man denkt daar te
weinig verheven voor, en bovendien, hij is te bur
gerlijk opgevoed. Arme vrouw! gij zijt wel diep te
beklagen. Zoo zuinig is hij, zoo gierig, dat hij het
niet eens toestaat, dat gij u eens fraai kleedt. Een
ander moet dat van u vragen, een ander, die u
wel begrijpt, wel op prijs stelt, die wel smaak en
oog heeft voor uwe schoonheid, niet waar? Maar,®
en zijn drift klom, »maar ik verkies het niet lan
ger, dat een ander zich in mijn huis indringt, ver
staat gij ?a Zijn stem klonk nu forsch en dreigend.
»Ik zal er een eind aan maken en van wat er ge
beurt, zult gij de schuld zijn en de gevolgen dra
gen. En wat u betreft, gij zult mij gehoorzamen.
Gij zult doen wat ik zeg. Hebt gij mij begrepen?
Als gij het om geen andere reden doet, zult gy
mij gehoorzamen, omdat ik gehoorzaamd wil wezen.
Ik zal u toonen, dat ik hier heer en meester ben.«
Hij zweeg en zij die daar voor hem stond meteen
gloeiend gelaat en neergeslagen oogen, begreep niet,
hoe elk woord, dat hij sprak, hem oneindig veel
meer pijn deed dan haar. Eindeijk sloeg zij de oogen op
»'t Is goed,® zeide zij, »gij zult gehoorzaamd
worden. Gij zult u voortaan niet meer over mij te
beklagen hebben. Maar dit zult gij weten, dat ik
mij ongelukkig gevoel. Gij zijt misschien oneindig
veel beter, oneindig veel degelijker dan ik, maar
gij geeft mij niet waar ik behoefte aan hebAVaarom
hebt gij mij getrouwd? Gij wist, dat ik nog half
een kind was, dat ik nog te weinig van de wereld
had gezien, om voor mij zelve te kiezen. Gij wist
ook, beter dan iemand het kon weten, wat mijn
vader en mij er toe dreef, uw aanzoek aan te moedi
gen, welk belang hij er bij had, dat ik uwe vrouw
werd. Nu is de zaak geschied en gij zijt in uw
recht; gij kunt gehoorzaamheid van mij eischen,
maar mij dwingen gelukkig met u te zijn, dat kunt
gij nooit.
(Wordt vervolgd.)