N [EC WE
Weekblad voor LANGEDIJK en Omstreken.
N°. 25.
Zondag 23 Juni 1895.
4e Jaargang.
Plaatselijk Nieuws.
Nieuwstijdingen.
FEUILLETON.
EEN ZEEMANSHART.
LAUGEDIJKER (III It VI.
Deze courant verschijnt eiken Zaterdagnamiddag.
ABONNEMENTSPRIJS
voor Noordscharwoude, Oudkarspel, Zuidscharwoude en Br. op Langedijk
per drie maanden 50 et-, franco p. post 60 ct.
UITGEVER:
J. EL KEIZER.
BUREEL:
Hoordscliai'woudc.
PRIJS DER ADVERTENTIÊN:
Van 1—5 regels 30 ct., elke regel meer ct.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Brieven rechtstreeks aan den Uitgever.
Om het uitzetten van de koolplanten mo
gelijk te maken en de landbouwers hier niet te
veel op kosten te jagen, hebben de openbare
scholen in deze streek om dezen tijd van het
jaar hare groote vacantie. Overal ziet men nu
de kinderen met de ouders naar de akkers gaan
om hen behulpzaam te zijn bij het „koolplan-
tenzetten." Schoolverzuim wordt er grootendeels
door voorkomen.
Het aantal rijtuigen dat vroegere jaren op
Dinsdag door de gemeente Oudkarspel reed om
de Schagerkermis te bezoeken, werd elk jaar
minder en bedroeg dit jaar geen enkel. Nog
geen zeven jaar geleden telde men er tusschen
de 100 en 120. Sic transit gloria mundi
De laatste uien in deze streek wordt nu
verkocht voor f 1.per mud, een goede prijs
in vergelijking met een paar maanden geleden,
toen er niet meer dan f 0.25 per mud werd be
steed. Uit de beste hoopen kan de bouwer on
geveer 4 mud goede uien zoeken, de overige
uien worden in het water geworpen om later
als mest op het land te dienen.
Mej. M. Stuip, onderwijzeres te Broek op
I.aiigedijk, is benoemd tot onderwijzeres aan
de le openb. school aan den Kerksingel in Oud-
Charlois.
Onder de te Heerhugowaarri bestaande
vereenigingen worden drie instellingen door de in
gezetenen op hoogen prijs gesteld, en die werken
hijzonder gunstig. Door het „Onderling Begra
fenisfonds" met hare 800 leden is vanaf primo
Augustus '94 tot heden toe, slechts van elk oudste
lid 40 cents contributie gevraagd, dus niet eens
een cent per week terwijl van elk jongste lid
niet eens een halve cent per week is betaald.
Door de afdeeling „Het witte kruis" zijn van
af de oprichting, sedert 2 jaar, ruim 200 arti
kelen van de materialen aan zieken ten gebruike
verstrekt. Door de vereeniging „Getrouw School
bezoek" is het schoolverzuim bijna geheel bestre
den. Zoowel in eigen als in algemeen belang
rust op ieder ingezetene de zedelijke plicht als
lid van voormelde instellingen toe te treden.
Het fanfare-corps te Winkel heeft het voor
nemen den 4 Augustus een festival in die ge-
meente'te houden, waarvoor verscheidene vereeni
gingen tot deelname zijn uitgenoodigd. Aan het
festifal zal eene verloting verbonden worden van
een kunstvoorwerp voor de deelnemende ver
eenigingen.
Het bezoek aan de kermis te SCHAGEN
is de geheele week gering geweest. Kramers en
theater-directies klagen dan ook steen en been. Al
ler hoop is op den laatsten Zondag, die jaar op
jaar drukker wordt. Buiten de gewone oorzaken
van slecht kermis bezoek, als weinig verdienste,
ongunstig weer, enz., zal de groote streep door
de rekening, wat de kermissen betreft, dit jaar
wel gegeven worden door de machtige magneet:
de Amsterdamsche tentoonstelling.
Lan dbou wcredietbank systeem
Raiffeisen.
Door de afdeelingen Hummelo en Laagkeppel
en Oldon-Keppel is met eenige wijzigen een
Landbouwcredietbank volgens het systeem Raif
feisen opgericht; terstonds reeds traden een 25-
tal leden als aandeelhouders toe.
Voorloopig blijft de leiding der zaak in han
den van de genoemde afdeelingsbesturen „Gel-
dersch-Overijselsche maatschappij van Landbouw"
terwijl later een afzonderlijk bestuur zal worden
benoemd.
Vergissen wij ons niet, dan is dit de eerste
landbouwcredietbank van dien aard hier te
lande. Hare oprichting had in Duitschland, waar
men ze nagenoeg in ieder dorp vindt voor den
kleinen boer de zegenrijkste gevolgen.
Het aantal opgenomen lijders in het krank
zinnigengesticht Meer en berg was in 1894 be
langrijk grooter dan in 1893. In 1894 werden
238 verpleegden opgenomen, zijnde 127 man
nen en 111 vrouwen, tegen 204 verpleegden en
wel 92 mannen en 112 vrouwen in het vooraf
gaande jaar.
Hersteld en verbeterd ontslagen werden 39
mannen en 52 vrouwen te zamen 91 of procents-
gewijs uitgedrukt 30.7 pCt. mannen en 46.8 pCt.
vrouwen, gemiddeld 38.2 pCt.
In 1894 werden verpleegd 1540 patiënten en
wel 769 mannen en 771 vrouwen. Geschikt om
geregeld te werken werden geacht 360 mannen
en 470 vrouwen, geschikt om nu en dan te wer
ken 125 mannen en 110 vrouwen. Voor allen
arbeid ongeschikt waren 284 mannen en 191
vrouwen.
De steek van mijnheer X.
Voor alles is oefening noodig, zelfs voor een
zeeofficier, die in lang niet als zoodanig dienst
heeft gedaan, om weer op goeden voet te ko
men met zijn steek. Dit ondervond onlangs
een der officieren, die de Koninginnen op de
Valk naar Engeland overbrachten. De man
was, door langen tijd in een betrekking aan
den wal geplaatst te zijn geweest, wel gewoon
veel te salueeren en te buigen, maar daarbij
'droeg hij niet zijn steek. Aan boord nu wer
den reeds bij het afvaren heel veel buigingen
.gemaakt ter begroeting van achterblijvende
■autoriteiten en belangstellenden, waarvan het
gevolg was, dat onze officier, toen natuurlijk
in groot tenue gekleed, zijn steek overboord
Jiet vallen. Verder moest hij zich dus met zijn
marinepet behelpen, hoewel in strijd met de
voorschriften. Natuurlijk werd over het ge
beurde aan boord menige aardigheid ten beste
gegeven. Bij de terugkomst uit Engeland zag
Hare Majesteit op de Schelde iets zwarts in
de verte op het water drijven. Of zij wist of
Aiet wist dat dit een boei ton was, wordt niet
verhaald, maar wel dat zij uitriep„Kijk, daar
ligt de steek van mijnheer X!"
Of mijnheer X hartelijk meelachte, meldt
ïhet verhaal niet.
Kleptomanie
In een der café's aan het Rembrandtplein te
AMSTERDAM zat Woensdagavond een gezel
schap dames en heeren.
Een van de dametjes is behept met de meer
voorkomende kwaal om steeds als een mooi soort
glaasje, een aardig luciferspotje in een of ander
café is, dit buit te verklaren.
Haar echtgenoot, een te goeder naam en faam
bekend koopman, heeft al jaren tevergeefs ge
tracht haar dit af te leeren.
Zoo geschiedde het, dat de hebzuchtige juf
frouw een lttcifersstandaartje in de gaten kreeg,
dat binnen ondenkbaar korten tijd erg vingervlug
verdwenen was in haar zak. Achter haar zat
echter een kennis van haar man, die, de om
standigheden kennende, besloot de juffrouw eens
een lesje te geven in haar eigen belang.
Hij vertelde het geval aan een anderen vriend
en deze begaf zich met hoog ernstig gelaat naar
de dame in kwestie, vertelde haar dat hij als
eigenaar van het café haar misdaad had gezien
en eischte, met bedreiging van het anders te
zullen aangeven, f25 schadevergoeding.
Er schoot de dame niets anders over dan haar
echtvriend haar misdaad te bekennen.
Een onweersbui volgde natuurlijk, met veel
effect opgezet. De 25 pop werden zeer verwoed
door mijnheer uitbetaald en het dametje moest
hoogst ernstig beloven, het nooit weer te zullen
doen.
Of ze haar woord houden zal?
Dienstboden.
Het dienstmeisje van een gezin aan de Voor
straat te Dordrecht ontving, wanneer haar mee
ster en meesteres uit waren en de kinderen
aan haar zorgen waren toevertrouwd, haar vrijer,
die soms nog een kennis van zijn meisje mede
bracht. Al spoedig, zoo meldt de D. Ct., was dat
echter ondekt en toen Dinsdagavond de heer des
huizes weer met zijn vrouw uitging, sloot hij
de buidendeur af, zoodat alleen door de woning
der benedenburen toegang tot het bovenhuis
was te krijgen. Omstreeks 9 uur zouden de
vrijer en het andere paar weer een visite komen
maken, maar zij zagen zich ditmaal teleurgesteld.
Na eenig beraad besloot men dat het meisje dan
maar in stilte naar buiten zou komen om mede
uit te gaan en de kinderen aan hun lot over te
laten. Een zijraam werd geopend; een springtouw
van de kinderen aan een dakgootje vastgemaakt,
de twee vrijers klommen op eikaars schouders
om het meisje te helpen uitklimmen, maar op
het oogenblik dat zij zich uit het raam zou laten
zakken, brak de dakgoot af en viel zij van een
hoogte van circa 5 meter op straat, de beide
vrijers tevens omverwerpende. Met een bloeden
de wond aan den hals, een geducht blauw oog
en kermende van pijn in alle ledematen, werd
zij door de buren, die de klimpartij hadden ga
degeslagen, opgenomen en door hare onhandige
helpers naar de woning harer moeder gebracht.
Per telephoon werden hare meesters naar huis
geroepen, zoodat die hevig ontsteld hun kermis
pret staakten en naar hunne kinderen snelden.
Neen, men kan als stedeling niet beter doen
dan een buitenmeisje voor dienstbode te nemen.Die
zijn trouwer en minder vrijerig van aard. Of
zouden wij ons vergissen 't Gebeurt immers
meermalen dat bij afwezigheid van meester en
meesteres heel stilletjes de cavalier wordt bin
nen gelaten, die reeds eenige malen, om opge
merkt te worden, voorbij het huis is geloopen
en op Noord Hollandsche manier een half nachtje
btijft toeven om eindelijk als 't begint te dagen,
te vertrekken.
Zoo zijn er.
Middeleeuwsche dwang.
In het stadje W. brak onlangs des avonds te
gen 11 uur een hevige brand uit. De brandweer
met bezoldigd personeel was spoedig ter plaatse
van het gevaar. Op het terrein van den brand
wandelde een vreemdeling, die in W. zijn fami
lie bezocht. De commissaris van politie stapt op
dezen onbekenden toe, deze gaat eerbiedig voor
hem uit den weg. De commissaris wendt zich
tot den vreemdeling en gelast hem onder een
Niettegenstaande het hartje van den regentijd
gleed de «Lingac, onder een helderen onbewolkten
hemel, kalm en statig door straat Banka; aan stuur
boordzijde lag een vochtig waas over de lief be
groeide Banka-heuvelen, die de laatste dagen naar
hartelust van den malschen regen genoten hadden
aan bakboord het lage land van Sumatra, 't welk
met welige moerasbosschen, in talrijk scherp ge-
teekende hoeken, afstak bij het geel-groene vaarwater
langs de modderbanken. Gelukkig had zij den stroom
mede; immers, met moeite kon het oude vaartuig
nog vijf mijlen maken, maar nu zij den stroom in
haar voordeel had, behield de »Lir.ga« er volop
zeven.
Met opgeruimde gezichten stonden kommandant
en officier van de wacht op de warme brug naast
den schoorsteen, naar het snelle wisselen der Su-
matrahoeken te kijken; zij bekommerden zich wei
nig om de heete zonnestralen, die, venijnig door de
verweerde openingen der brugtent gedrongen, de
witte bollen hunner helmhoeden trachtten te door
borennog minder gaven zij acht op de warme
luchtlagen, die in tallooze trillende krommingen
naast den schoorsteen naar boven dwarrelden. Geen
zuchtje, geen aasje wind om eene kleine verkoeling
aan te brengen; niets dan warmte van alle kanten
van boven door de zon, van ter zijde door den
schoorsteen, van onderen uit de kombuis.'t was
om te stikken.
Doch de »Linga« stoomt met buitengewone vaart
over het spiegelgladde vaarwater, en dat ongewoon
verschijnsel is voldoende om een vroolijken trek te
roepen op de verbrande gezichten der officieren op
de brug. Zelfs de roerganger, die vlak achter den
schoorsteen de warmte uit de eerste hand heeft,
veegt zich met welgevallen het zweet van het ge
zicht, nu hij de oude Vast zoo heerlijk snel langs
de boschrijke heuvelen ziet vliegen.
't Is Vrijdagmorgen halt elf; de equipage heeft
plunje-inspectie gehad; de officieren hebben er wat
meè voortgemaakt, omdat het op het halfdek zoo
verbazend warm was en het volk zit nu rustig
vooruit, naast hunne plunjezakken te »lappen en
naaien.d
Lappen en naaien, welke heerlijke woorden voor
ieder opvarende van een oorlogschip 1 Als het te
warm is pm iets anders uit te voeren brengt het
lappen en naaien de gewenschte kalmte en rust;
als het te hard regent om te kunnen exerceeren,
zijn er altijd nog genoeg droge plekjes in het schip
te vinden, waar de matroos zich met zijn plunjezak
kan opschieten; als de kommandant niet weet waar
mede hij zijn volk zal bezighoudeu, wanneer hij
eene geschikte afwisseling zoekt op de vervelende
sleur van het excercitie tableau; als hij, goed ge
mutst het volk een gezellig uurtje wil bezorgen,
dan is het lappen en naaien zulk eene heerlijke uit
komst, om in al die gevallen te voorzien.
Het volk zit dan te lappen en naaien; in de
grootste wanorde liggen op dek de plunjezakken
geheel of gedeeltelijk uitgepakt dooreen, en daar
naast, in de gemakkelijkste houdingen, de eigenaars
dier garderobes. Om quasi een hemd te verstellen,
hebben eenigen de etiquette ontdoken en zitten zij
in hun borstrok in een beschaduwd hoekje te ge
nieten van het ontbreken van hun kleedingstuk,
ja in het tusschendeks zijn er enkelen die het toe
zicht weten te verschalken en in het naakte boven
lijf, achter een berg van hemden en broeken ver
scholen, een afkoelend plekje zoeken voor de ver
stikkende hitte.
Onder het toezicht hunner zeevaders zijn enkele
scheepsjongens druk in de weer om hunne versle
ten broeken van achteren of op de knieën van groote
veelhoekige lappen te voorzien, en de zeevaders
zelve, voor zoo ver zij den tijd niet zoek brengen
met slapen of luieren, maken van veelkleurige stuk
jes brat (wol) bonte en smakelooze matten of
kleedjes voor denkbeeldige theeserviezen of petro
leumlampen bij moeder thuis, die echter zelden de
oorspronkelijke bestemmingsplaats zullen bereiken,
doch voor grof geld in andere handen zullen
overgaan, om voor menigeen een weinig soliede be
legging van het traktement te vormen. Naast den
achttien duimer (getrokken voorlaadkanon van 18
cM. middellijn) op ledige zeepkistjes gezeten, heb
ben twee oudere matrozen plaats genomen, die aan
boord betiteld worden met de weinig vleiende bij
namen van «Blinde Dirk« en «Jan Gemeen.« Eigen
lijk heeten zij Dirk Kooper en Piet Vastenbol, doch
zij zouden voorzeker niet meer aan hunne geslachts
namen denken, ware het niet dat de secretaris (offi
cier van administratie) die elke veertien dagen
hun namen plechtig afriep, bij de uitbetaling van
het traktement.
Trouwens «Blinde Dirk« heeft op zijn bijnaam
niets tegen, want hij weet heel goed, dat hij met
het eene oog al heel weinig meer ziet; ook is het
hem zeer goed bekend, dat hij roode haren en een
rooden baard heeft, kortom dat hij een afschuwe
lijk leelijk uiterlijk bezit en hij is al zeer tevreden,
dat zij hem niet de »Rooje« noemen, want een
»Rooje« vinden de menschen altijd valsch en dat
is hij in het geheel niet dan nog maar liever
«Blinde Dirk«.
Wat «Jan Gemeen« aangaat, ook die heeft zijn
bijnaam ten volle verdiend; hij behoort tot de ru
briek losbollen, drinkt, pierewaait en moet gerang
schikt worden onder de gelukkig niet al te groote
categorie van matrozen, die aan wal des avonds het
hoogste woord voeren, tot zij op een gegeven oogen
blik onder een tafel of boom eene onzachte rust
plaats vinden, om den volgenden morgen, met een
katterig gezicht en weinig praats, erg kitteloorig
aan het werk te gaan. Overigens heeft «Jan Ge-
meen« een zeer knap voorkomen, en al is hij niet
zoo bijzonder net in zijne uitdrukkingen, toch heeft
hij met zijne mooie praatjes veel succes gehad bij
de dames van zijne kennis.