„Nieuwe Langedijker Courant van Zondag* 10 November 1895.
deeld dan de gewone aan de gezonden, noopt
ook enkele gestraften zich ziek te houden.
Velen zullen het met mij eens zijn, dat erin
het burgerlijk leven in menige huihouding
onder den werkenden stand, alsook bij de be
ambten zelve, dikwijls niet verschaft kan worden,
wat in die inrichting, waarin ik werkzaam was,
verstrekt wordt (wat voor de andere dergelijke
inrichtingen ook zoo zal zijn, daar voor allen,
door het Rijk, dezelfde voorschriften zijn gegeven.)
In menig gezin toch moet, behalve voor eten
en drinken, ook nog betaald worden voor huis
huur, voor kleeren, schoolgeld, zieken- of be
grafenisbussen, enz. (alle onvermijdelijke kosten
in een werkmansgezin), waardoor dan, bij de
tegenwoordige dikwijls geringe verdiensten, alles
moet bezuinigd worden op eten en drinken.
Dikwijls worden er door vele gevangenen nog
allerlei aanmerkingen gemaakt op het eten of
drinken, dat steeds door den directeur der inrich
ting moet gekeurd worden, welke aanmerkingen
meermalen in overweging worden genomen en
dan meestal op de keukenbeambten worden
verhaald. Ik durf daarom beweren, dat in die
inrichting, waarin ik werkzaam was, in vele ge
vallen de gevangenen boven de beambten worden
voorgetrokken, ook wat de zieken aangaat."
moet ik nu pleiten voor do boot of voor de
schuit?" „En ge zegt, dat de zaak gemak- i
kelijk kan worden gewonnen?" „Ja, maar 1
ronduit gezegd is dit nu eens een echte advoca-
tcn-quaestie, geschikt om boot en schip beide te
verpleiten. Weet ge wat? Maak die zaak met 1
den schipper af, zoo gauw gij kunt, en geef hem
eene aardige som toe voor schadevergoeding."
Heer. (in een restaurant) Zeg, kellner, wat
moeten die haren in de soep dat zijn zeker
vetoogjes-toimpers
Politiek Overzicht.
- Door Stemgerechtigde Leden der Ned. Herv.
Kerk te Oudkarspel, zijn gisteren tot Leden van
het kiescollege herkozen de heeren D. Eecen,
C. Ilubbeling, K. Hoogland en C. Scheltus.
Niet altijd is de liefde bestendig van duur.
Donderdagavond hadden te NIJMEGEN aan
de Eerste Walstraat een paar echtelieden in
hunne woning ruzie, welke zoo hevig liep, dat
bijten en snijden volgden.
De vrouw verloor een halvon duim en de man
werd dermate gesneden, dat de vloer der kleine
woning op eene slachtplaats geleek.
EEN KOGELVRIJ PANTSER.
De heer I. J. van Straten, Amsterdam, heeft
een kogelvrij pantser uitgevonden, dat als schild
op de borst gedragen kan worden. In dien vorm
heeft liet pantser een zwaarte van 41 Kilo en
een dikte van 3 c.M. In het Paleis voor Volks
vlijt werden proefnemingen daarmee genomen.
De heer Van Straten bevestigde het pantser
met riemen op zijn borst en ging in eenigszins
voorover gebogen houding staan om den schok
van den kogel te kunnen weerstaan. Op zes
Meter afstands schoot de bekende schutter Redon-
net met een Amerikaansche karabijn (400 Meter
draagkracht) kogels van 13 mM. in dit pantser;
zelfs eenmaal sehoot hij in het gaatje door den
vorigen kogel gemaakt.
De kogels werden geheel plat te voorschijn
gehaald en hadden het pantser volstrekt niet
doorboord. A oor de geweren der infanterie, die
2000 Meter dragen, moet volgens den heer Van
Straten het pantser tweemaal zoo zwaar worden
gemaakt. Daar dan het schild door de zwaarte
niet meer van practisch nut zou wezen, heeft
de uitvinder aan den min. van oorlog verzocht
om het pantser bij gedekte stellingen voor ti
railleurs dienst te laten doen als borstweringen,
natuurlijk in vergrooten vorm. Waaruit het
schild is samengesteld, weet men niet, dat is
het geheim van den uitvinder, het voelde echter
niet aan of het uit een of ander metaal bestaat.
JURISTEN-RECHTSCHAPENHEID.
Omtrent het pas overleden lid van den Hoo-
gen^ Raad, mr. I. Telting, herinnert de „Leeuw.
Ct." aan het volgend bewijs van juristen-recht
schapenheid, toen Telting nog advocaat te
Leeuwarden was.
Een heer, die in vele zaken zat, kwam zich
aanmelden en wenschte zijne hulp in eene zaak
van aanvaring tusschen zijne stoomboot en eene
strooischuit, waardoor aan de laatste averij was
veroorzaaht. Nadat de heer Telting zich had
laten vertellen hoe de zaak zich had toegedragen,
gaf hij op de vraag, of zij kon gewonnen wor-
ken, een bevestigend antwoord.
Toen zijn bezoeker daarop afscheid wilde
nemen met de woorden: „Nu, ga dan uw gang
maar, ik zal de papieren overmaken", viel hem
de advocaat in de rede met de vraag: „Maar
Frankrijlt. Het land waar eene mi-
nisterieele crisis uitbreekt, is altijd de aan
dacht waard. Na slechts negen maanden aan
het roer te zijn geweest is het ministerie-
Ribot gevallen. Drie en dertig ministeriën heeft
de derde Fransche Republiek reeds gehad ge
durende haar bestaan van ruim vijf en twin-
twintig jaren en heeft elk ministerie dus ge
middeld een levensduur van negen maanden.
Over de oorzaak van den val van het Ministerie-
Ribot is reeds zooveel geschreven, dat we mo
gen aannemen, wanneer we hierover uitwei
den, onze lezers iets gingen mededeelen wat
zij reeds weten. Toen jl. Zaterdag de socialist
Jaurès de regeering interpelleerde over de
werkstaking te Carmaux, verwierf zij nog een
votum van vertrouwen van 75 stemmen meer
derheid, doch toen twee dagen later een geest
verwant van Jaurès, de socialist Rouanet, in
terpelleerde over de onthullingen der zuider
spoorwegen, en dit deed op bittere wijze om
revanche te nemen over de nederlaag die door
hem en zijne geestverwanten geleden was in
de interpellatie over Carmaux viel het mini-
sterie-Ribot door eene schitterende meerder
heid waarmede de motie, ingediend op de in
terpellatie van Rouanet, werd aangenomen en
welke luidde„De Kamer is besloten, over de
quaestie van den Zuider-spoorweg een volle
dig licht te verspreiden en noodigt den minis
ter van Justitie uit, alle schuldigen te vervol
gen en het geheele dossier aan de volksver
tegenwoordiging voor te leggen." Breekbaar
als kraak porselein, dat is nu weer gebleken,
zijn ook ministeriën.
Zoo spoedig had men het echter niet ver
wacht. Doch al weder is men gereed gekomen
met een nieuw ministerie. Het is den heerLéon
Bourgeois gelukt een radikaal ministerie bijeen
te brengen. Of het ministerie-Bourgeois het
negen maanden zal uithouden? Volgens de
„Figaro" die op spottende wijs zich uitlaat
over dit radicale ministerie, is het de vraag
of dit wel een ministerie heeten kan en be
twijfelt zeer haar lange leven.
Voor zoover bekend, is het program der
regeering zuiver radicaal. Het zal derhalve
zeer de vraag wezen, of de meerderheid zich
daarmede zal vereenigen. "Weigert zij, dan
zou de crisis terstond weer uitbreken, tenzij
president Faure, hetgeen echter niet waar
schijnlijk is, tot ontbinding der Kamer mocht
besluiten.
Of dit ministerie aan Frankrijk goede dien
sten kan bewijzen? We gelooven 't wel, af
gaande althans naar het programma, dat deze
radicale regeering van plan is af te werken.
Een radicaal ministerie komt o. i, nog te
laat. Zóó vroeg had het moeten optreden, dat
het had kunnen voorkomen de schandalen die
door een panama-zaak zijn uitgelekt. Elk goed
gezind burger moet walgen van de fraudeleuse
handelingen, waarin voor het grootendeel re-
geeringsmannen waren en nu met de zuider
spoorwegen zijn betrokken. Niets meer en niets
minder dan veroordeeld, in die beteekenis, zij,
die gemeene zaak maken met dieven en op
lichters.
Daarom kome de wet tot stand, waarvan
de Heer Bourgeois voornemens is een ontwerp
in te dienen, nl. dat het voortaan aan leden
van de Kamer en den Senaat zal zijn verbo
den, deel uit te maken van bestuursraden van
maatschappijen, die overeenkomsten hebben
gesloten met de staat of van emissie-syndicaten.
1 iulgrai-ije. In de troonrede, welke vorst 1
Ferdinand bij de opening van de Bulgaarsche
Sobranje hield, werd gewezen op de goede
verstandhouding die er bestaat tusschen Bul
garije en de andere mogendheden, en op de
toenadering met Rusland.
Wat toch echter is het geval. De wensch
met Rusland weder verzoend te raken kan
spoedig genoeg uitgesproken worden, doch,
wanneer dat met opoffering gepaart moet gaan,
d. w. z. wanneer het bewijs kan worden ge
leverd, dat het Bulgarije werkelijk ernst is
die verzoening tot stand te brengen, dan kan
het offer, dat gebracht moot worden wel eens
te groot zijn. De Russisch gezinde partij en
allen die den vrede wenschen tusschen Bul
garije en Rusland willen dat de troonopvolger,
Prins Bori, sin het Grieksche geloof zal worden
opgeleid, doch de Vorstin, de dochter van den
Hertog van Parma verzet zich krachtig tegen
de herdooping van haar zoon tot lidmaat der
Grieksche Kerk.
Vorst Ferdinand heeft echter beloofd, alles
te zullen aanwenden deze kwestie op te los
sen zooals de ministers en allen die op dit
besluit aandringen, het wenschen
Hpanje-Cuba. De toestand wordt
voor Spanje al hachelijker op Cuba. Men spreekt
nu weer van eene overwinning door de Cu
banen op de Spanjaarden behaald en het ver
overen van een fort in Mantanzas dat door
vrijwilligers werd verdedigd. Daarbij trachten
de Cubaansche opstandelingen de werkzaam
heden op de suiker-plantages te stoien. Ge
neraal Martinez Campos kan niet alles belet
ten, en verhinderd op het oogenblik de ver
nieling der spoorwegen. Zijn troepenmacht is
te klein en op de belofte van de Spaansche
regeering, versterkingen te zullen zenden komt
nog niet veel. Zoodra een sterke overmacht
op Cuba aanwezig zal zijn is de z. g. vecht
generaal niet den man het er bij te laten zit
ten, maar zal hij met macht van wapenen
ten koste van wat ook, den opstand trachten
te bedwingen.
•lapan-Rusland-China. Terwijl
Japan flinke vorderingen maakt op het eiland
Formosa, wordt het tevens toeschietelijker te-
tegenover, of liever tracht het op beteren voet
te komen met Rusland.
Er schijnt nu ook een contract tusschen die
beide rijken te bestaan en schijnt Japan van
plan te zijn het schiereiland Korea niet ge
heel te annexeeren. 't Is niet tijfelachtig of
de onderhandelingen, aangeknoopt tusschen
Rusland, China en Japan zullen den toestand
in Oost-Azie. zekerder maken.
v. Diepen en G. Strooper. Abraham z. v. P.
Berkhouwer en G. Borst.
Overleden: Geene.
Burgerlijke Stand.
Gemeente Koord-Schariooude.
Ingeschreven van 1—31 October 1805.
GeborenJacobus, z. v. Jacob Spaans en
Aaltje Mol.
OndertrouwdGeene.
Getrouwd: Johan Duif, 21 jr. en Albertina
Alida Bakker, 20 jr.
Overleden Jan Smit, weduwn. van Elisabeth
Weeland, vroeger van Neeltje Kostelijk. Neeltje
Ootjers, 77 jr. wed. v. Arie de Yet. Pieter, 1 >/3 jr.
z. v. Jan Jonker en Trijntje Oudes.
Gemeente Oudcarspel.
Ingeschreven van 1—31 October 1895.
GeborenGrietje, d. v. Arie de Jager en
IJtje Bakker.
Ondertrouwd en Getrouwd: Geene.
Overleden: Maartje Deutekom, oud 19 jr. d.
v. Jan Deutekom en Maartje Hart.
Gemeerde Zuidscharwoude.
Ingeschreven van 1—31 October 1895.
OndertrouwdN. Kramer en E. Bet. Jb. Kos
telijk en A. Hart.
GetrouwdN. Kramer en E. Bet.
Geboren: Nelly Catharina d. v. Jb. Dekker
en A. Kliffen. Elisabeth d. v. D. Swager en G.
Oudes. Oepke z. v. S. Parma en T. Yen. Simon
z. v. S. Parma en T. Yen. Elisabeth d. v. D.
Gemeente Broek op Langedijk.
Ingeschreven van 1—31 October 1895.
BevallenM. Bak, geb. Bakker, d. M.
Kroon, geb. Bregman, z. Tr. Hoogland, geb.
Smit, z. N. Bakker, geb. Nol Pover, d.
Tr. Slot, geb. Bak z.
Ondertrouwd en Getrouwd: Geene.
Overleden: J. Bobeldijk, 1 jr. Gr. Bak, 4
weken. N. Hoogland, 3 jaar.
Gemeente Nieuwe-Medorp.
Ingeschreven van 1—31 October 1895.
Geboren: Jacobus, z. v. Jacobus Ursem en Catha
rina Kljjn. Anna, d. v. Jacob Prins en Antje
Boschman. Neeltje, dochter v. Theunis van der
Molen en Diewertje Bakker.
Ondertrouwd en Getrouwd: Geene.
Overleden: Klaas Kok, weduwn. van Maartje
Eenigenburg, 79 jaren.
Gemeente Oude Niedorp.
Ingeschreven van 1—31 October 1895.
Geboren: Cornelis, z. v. Cornelia Veldmanen
Guurtje Houtman. Grietje, d. v. Jan Smit en
Grietje Stoop. Maria, d. van Arien Ruiter en
Antje Bakker. Neeltje, d. v. Dirk Stammes en
Jantje Kleimeer.
Overleden Aagje, d. v. Jan Spaans en Aagje
Bij post, 6 dagen.
Gemeente Heerliugoivaard.
Ingeschreven van 1—31 October 1895.
Ondetrouwd: Klaas Goet en Gerbrig Groen.
Pieter van Rijn en Simonetta Anna de Klerk
wed. van Dirk Wester.
Simon Ven en Maartje Swager.
Geboren: Margaretha Anna, d. van Nicolaas
Commandeur en G. Schouten. Johannes Theodo-
rus, z. van Pieter Knip en Trijntje Boelens.
Pieter, z. van Abram Nottelman en Antje Jon
ker. Arie, z. van Dirk Marees en Pietertje
Nagelhout. Jacob z. van Pieter van Dam en Aaltje
Schouten. Klaas, z. van Jan do Ruiter en Antje
Mienis.
Overleden: Willem de Groot, wednr. van
Reinsje Koemeester, eerder van Jansje groen, 54 j.
Jan, z. van Pieter Peetoom en Niesje Tauber,'
7 m. Geertje Huisman, echtgen. van Simon Does',
52 jr. overleden te Amsterdam. Neeltje Oud
echtgen. van Teunis Kloet, 57 j. Cornelis Geel,
echtgen. van Maartje Stins, 62 j.
Gemeente Koedijk.
Ingeschreven van 1—31 October 1895.
Ondertrouwd en Getrouwd: Johannes Christi-
aan Rector en Neeltje Mulder.
Geboren: Anthonius, zoon van Johan Pool
en Grietje de wit. Dirk, zoon van Cornelis Ros
sen en Naatje Jongejan. Jacob Albertus, zoon
van Pieter ten Bruggecate en Grietje Keppel.
Gerrit, zoon van Jan IJfs en Guurtje Gorter.
Geweente St. Pankras
Ingeschreven van 1—31 October 1895.
Geboren: Lucia, d. van Gerrit Schouten en
Neeltje Klaver. Cornelis, z. van Simon Sterk
en Jantje Groen. Simon, z. van Klaas Zuydam
en Aafje Hes.
OverledenSusanna Olie, echtgen. van Jan
Kloosterboer, 57.
Ondertrouwd en Getrouwd: Geene.
Gemeente Winkel.
Ingeschreven van 1—31 October 1895.
Ondertrouwd en gtrouwd. Jan Porte
en Marijtje Slooves.
Ondertrouwd. Jan van Twuijver en Antje
Nieuwpoort.
Geboren. Klaas, z. van Klaas Singer en
Maartje Keesman. Jacoba, d. van Jan Leijen en
Hendrika Droog. Grietje, d. van Gerrit Bruin
en Neeltje Konkel.
Overleden. Neeltje Keesman, 98 j. Hen
drik. z. van A. Korff en J. Boerman, 18 j.
Antje Jacoba Hooij, echtgen. van K. Knecht,
60 j. Geertje Over, echtgen. van J. Witsmeer,
77 j. Jan Witsmeer, wednr. van G. Over, 77 j.
Hij hield hare hand vast in de zijne en vestigde
een smeekenden blik op haar.
«Waarmede heb ik zooveel goedheid verdiend
mijnheer? stamelde Mathilde verward.
«Arm kind! De eenvoudige rnenschenplicht
schijnt u onverdiende goedheid antwoordde de
prediker ontroerd; «hoe weinig liefde heeft men
u tot nu toe bewezen. Gij geeft dus gehoor aan mijn
verzoek? Vrees niet de wraak der gravin of die
barer dienstboden. Ik zal u weten te beschermen
waarde juffrouw!"
«Ik durt u niet in mijn lot verwikkelen, heer
predikant," sprak Mathilde met inspanning; «de
gravin is rijk en machtig en zoude u de mij ver
leende bescherming nooit vergeven."
«Zulke overwegingen zullen mij nimmer van mijn
plicht terug houden ot er mij toe brengen dien
geheel na te laten. Wien anders zou het betamen
dan juist mij den verlatene te beschermen, ook
indien deze mijne ondersteuning eigenlijk niet waard
was? Hebt gij een ander levensplan, waarbij ik u
van dienst kan zijn, spreek dan vrij en openhartig
met mij als met een broeder."
«Ik dank u van harte, mijnheer," antwoordde
Mathilde diep bewogen, na een pauze. «Uwe woor
den hebben mij troost en hoop ingeboezend en
mijn moed verhoogd. Wel heb ik dikwijls overeen
ander levensplan nagedacht en den eenvoudigen
arbeider benijd, die zich vrij mag gevoelen in het
woekeren met zijn krachten en aan eigen vlijt, aan
eigen vrije werkzaamheden zijn levensonderhoud te
danken heeft, terwijl ik er erger aan toe ben dan
de slaaf, wiens lot zoo beklaagd wordt. Grootendeels
is het de schuld van mijn eigen versaagdheid en
de zwakheid van mijn karakter, dat ik niet vroeger
reeds de drukkende ketenen van een dienstbaarheid
verbrak, waarbij mijne eer bijna op liet spel werd
gezet. Toevallig kreeg |ik eenigen tijd geleden een
courant in handen, die van de groote verheffing van
den arbeid der vrouw gewaagde. Hoe verlangend
richtte zich van toen at mijn blik op zulk eene°toe-
komst, daar ik zoo vele kennissen bezit, die mij
als vrije arbeidster bij eigen zoowel als andere be
langen van dienst konden zijn. Toch beefde ik ook
altijd bij zulke gedachten voor alle zwarigheden en
hindernissen terug, die zich voor mijn blikken op
hoopten en door mijn meesteres, die mij als haar
lijfeigene beschouwde, zeker als onoverkomelijk zou
den beschouwd worden. Zoo dwarrelde alles voor
en na in mij dooreen en steeds donkerder werd de
nacht, die hel tegenwoordige en de toekomst voor
mij bedekt en mij heden gelijk gij gezien hebt, tot
den laatsten wanhopigen stap aandreef.«
De predikant had alles zwijgende en nadenkende
aangehoordthans schudde hij ernstig het hoofd
en zeide, terwijl hij langzaam aan hare zijde voort-
wandelde »Het beste zoude in elk geval zijn mijn
aanbod aan te nemen en u des noods onder de
hoede mijner zuster te begeven, waar wij dan ver
der op ons gemak over uw toekomst kunnen spre
ken. Ofschoon er een predikantsvrouw in mijn huis
ontbreekt,voegde hij er lachende bij, «zult gij hoop
ik zooveel te minder aanstoot hebben, daar mijn
eenige zuster, die mij om zoo te zeggen groot ge
bracht en de plaats eener moeder bij mij vervuld
heeft, mij zulk eene huisverzorgster tot nog toe
niet heeft doen missen en in staat is ook u tegen
elke list de krachtdadigste bescherming te ver-
leenen.
Nog aarzelde Mathilde den voorslag van den
predikant aan te nemen, ofschoon dit in haar toe
stand zeker de eenige uitkomst was.
«Misschien loopt alles nog beter en bevrediger
af dan ik vreesde,antwoordde zijthans echter
moet ik mij haasten om terug te gaan voordat de
gravin te vergeefs naar mij verlangt. Was slechts
mijn arm Netje vrij ik ben vast overtuigd, dat Ja
cques mijn dagboek weggenomen en Netje het ge
zien heeft, dat ik uit de gebaren van het arme
lund kan opmaken. Wie anders dan ik kan als
getuige tegen de onschuld optreden? En mij wil
men geen geloof schenken, maar mij voor partijdig
houden, uit vrees, dat de geheimen van mijn dag
boek verraden zullen worden.
«Wees bedaard, waarde juffrouw,troostte de
predikant, «in het ergste geval ben ik daar om 't
doofstomme kind terug te vorderen en in mijn
huis op te nemen. Vertrouw op God. Hij heeft u
voor het vreeslijkste bewaard en u hierdoor Zijn
tegenwoordigheid krachtig laten blijken. Hij zal ook
den rechten weg weten, waarop gij veilig en zeker
kunt wandelen.
Nog eenmaal drukte h^ hare hand, terwijl hij
haar met een vriendelijken blik aanzag, nam zijn
hoed af en keerde langzaam terug naar het een
uur verwijderde kerkdorp Rothensee, terwijl Ma
thilde Tornsdorf op het kasteel Lörach toesnelde,
vroolijker en meer bemoedigd dan zij het verlaten
had en met den gelukkigen troost bezield, dat zij
niet meer alleen stond in de wereld, maar edele
achtenswaardige menschen gevonden had, die deel
neming voor haar gevoelden, haar ondersteunen en
beschermen wilden in haar troostelooze verlaten
heid. Vroolijker en helderder zweefde haar blik over
den schitterenden Rijnstroom, welks fluisterend
ruischende golven haar thans geheel anders in de
opren klonken de heldere zon scheen weer in haar
binnenste en de hoop daagde als morgenrood op
nieuw in het arme, eenzame hart. Wel overviel
haar een lichte siddering, toen zij het kasteel Lö
rach weder binnentrad, doch zij was niet meer be
vreesd, maar vast besloten al hetgeen haar zou over
komen moedig onder de oogen te zien. Op het
oogenblik dat Mathilde haar kamertje bereikt had,
klonk de bel in de kamer der blinde meesteres, en
haastig hoed en doek afwerpende, begaf zij zich
daarheen, zonder dat zij, zoo als gewoonlijk, angst
en onrust gevoelde.
De gravin scheen zeer goed geluimd, zeker ten ge
volge van een onderhoud met den gast uit Ameiika.
«Gij schijnt verhit te zijn, juffrouw Tornsdorf,
begon de blinde, hare van licht beroofde oogen op
Mathilde richtende, «zeker zijt ge weer als een hard
loopster door het park gerend, waardoor ge u zeker
vroeg of laat de tering op den hals zult halen.®
(Wordt vervolgd)