„Nieuwe Langedijker Courant", van Zondag 1 November 1896. Plaatselijk Nieuws Nieuws tij dingen. danks de schadelijke invloeden van gebrek aan opvoeding of verkeerde opvoedingmaar bij hen wier waarheidsliefde van nature zeer zwak is, wordt ze allicht verstikt onder den berg van gewoonten, gebruiken, overleveringen, dwalingen het kind door zijne omgeving bijgebracht. Is niet in onze wereld van conventies, van voor geschreven beleefdheden, van verplichtingen, van afhankelijkheid, het gesproken woord dik wijls lijnrecht in tegenspraak met het gevoelen van het hart. Is het niet schadelijk altijd te zeggen wat men meent, dat wel zeggen schade lijk voor carrière, voor maatschappelijke positie, niet voor het karakter dat door onbegrensde waarheidsliefde slechts verhoogd wordt. Wordt het den kinderen niet menigmaal voorgehouden dat de man, die zoo goed de schare weet te vleien, die zoo goed de koopwaar weet aan te prijzen, de man is die vooruit komt. O, onze maatschappij, wier inrichting zooveel leugen noodig en gewettigd maakt, waarin afhankelijk heid menigmaal het gemeende, maar voor den vooruitgang schadelijke woord doet verzwijgen, heeft veel op haar geweten Aan die invloeden de schuld, zoo onze samen leving op valsche grondslagen berust en er voor waarheid, rechtvaardigheid en liefde geen plaats is. Maar ook aan die ouders, die vrienden de schuld, die kinderen of kameraden niet wijzen op den eisch waar te zijn, die door woord of voorbeeld het gebod waar te zijn, ten iet doen. Ach, dat ze toch den eisch waar te zijn, in zijn vollen omvang lieten hooren. Zij behoeven der kinderen aangeboren waarheidsliefde niet in hare ontwikkeling te fnuiken. Dat zal 's levens ervaring wel doen. Dat die waarheidsliefde dan toch eerst de gelegenheid hebbe gehad in den kring van het liefhebbend gezin te ontwikkelen. Dan is ze later tegen de ontgoochelingen van het leven bestand. Dan zul len die ontgoochelingen haar niet schaden maar den mensch daarnevens wijsheid en voorzichtig heid leeren. Een kind moet altijd waar kunnen zijn, dat wil zeggen toonen wat het is, voelt, wil. Geen kinderen naar een model gevormd maar ont wikkeld, wat er in hem schuilt. En dan heeft elk kind zijn eigen model, is zich zelf. Dan komt ook de liefde tot de waarheid tot haar recht, kan kracht erlangen en bijdragen tot de ontwikkeling van het karakter. Want waarheids liefde heeft grooten invloed op 's menschen ont wikkeling. Waar de behoefte tot het wezen der dingen door te dringen, maar zwak aanwe zig is, daar blijft men jaren lang leven bij aller lei aangeleerde dwaling, verkeerde begrippen van anderen, menigmaal even of minder wjjs dan wij, overgenomen. Waarheidsliefde integendeel, noopt den mensch niet terstond elk gezegde, ieder gerucht als waar te aanvaarden. Zij ontwikkelt in den mensch voorzichtigheid in beoordeeling en beslissing. Maar zij geeft tevens overtuiging. En slechts menschen met overtuiging kunnen helden wor den in dit leven. Zij weerhoudt een voorbarig en scherp oordeel. Zij vraagt naar drijfveeren, die niet uitgespro ken, niet waarneembaar, maar toch aanwezig en daarom mede te rekenen zijn. Zij doet eene breede beschouwing van het leven geboren worden. Voor haar adem verdwijnt bekrompenheid, de moeder van veel kleinzielig heid, van jaloezie, van verguizing, van misver stand. Zij staalt het karakter en den wil. Zij geeft den mensch de vrijheid die hem door zijn harts tocht en zondige neigingen ontnomen worden, de vrijheid namelijk, die bestaat in het bezit van een zedelijk gevormden wil, gepaard met een helder oordeel. Zoo blijkt de waarheidsliefde van ontzaglijk groote beteekenis voor de vor ming van het kind, den mensch en van hun levensloop en geluk. Z. S. G. W. M. In de op den 28 October jl. gehouden vergadering van het bestuur van het ambacht van West-Friesland genaamd Geestmer Ambacht is benoemd tot Hoofd-Ingeland van het Hoog heemraadschap van de uitwaterende sluizen de heer H. Hart Cz. te Oud-Karspel, terwijl werd herbenoemd tot Penningmeerster de heer J. Fraij te Haringkarspel. In de laatst gehouden vergadering van den polder Geestmer-Ambacht (Oosterdijk en Molen- geersen) is herbenoemd tot molenmeester van dien polder de heer M. Kalis te Sint-Pankras. Uit Broek op Langedijk schrijft men ons Bij de vergunning aan een onzer koffiehuis houders verleend om in zijn lokaal 2 uitvoerin gen te doen plaats hebben van het fanfarecorps Vriendenkring" was de beperking gesteld: De eerste avond (voor ouden van dagen nl.) ïiting te 11 uur precies. De tweede avond (voor jong publiek, meerendeels beneden de 15 jaar) sluiting te 12 uur of te wel middernacht. En dan is M. en B. tot de nok toe vol Gedurende een geruimen tijd zag hij haar oplettend aan, terwijl zij vast doorsliep, daarop schudde hij het hoofd. Ik heb niet de geringste herinnering aan haar gelaat en ik geloof ook niet, dat ik deze trekken vroeger ooit gezien heb, mompelde hij voor zich, terwijl zijn gezicht een ernstige uit drukking aannam. Vervolgens wendde hij zich tot de pleegzuster en ging voort: Zij draagt iets om haar hals, nietwaar Ja mylord, een klein zakje. Zijn daar papieren in Ik geloof het wel. Terwijl de verpleegster sprak, boog zij zich over de slaapster heen en haalde het linnen zakje te voorschijn om het aan lord Cliffe te toonen. Het is een zeldzaamheid, als zij het niet in haar slaap vasthoudt, ging de pleegzuster voort, maar zij slaapt nu ook buitengewoon vast. Lord Cliffe keek naar de zieke en scheen in zichzelf te beraadslagen ten slotte zeide hij Het kan van gewicht zijn, dat ik tracht de indentiteit van die vrouw vast te stellen en het eenige middel dat ik weet, is den inhoud van dit zakje te onderzoeken. Ik wil de verant woordelijkheid daarvoor op mij nemen en de pa pieren teruggeven, nadat ik ze heb doorgezien. De pleegzuster vond zulk een handelwijze volkomen gerechtvaardigd en maakte het zakje los van den hals der vastslapende Esther Grant. Op verzoek van lord Cliffe, tornde zjj daarop de groote onregelmatige steken los, waarmee het zakje was vastgenaaid. Wie dit genaaid heeft, was zeker ook geen Men schrijft ons uit St. Pankras: Ook de Heer K. SPAAN aan de But- terhuizen te St. Pancras heeft bij zijn huis eene inrichting laten maken tot het verkrijgen van brongas en is daarin uitstekend geslaagd. Op eene diepte van 64 voet kreeg men eene tamelijke hoeveelheid water, 30 liter per minuut. Daar dit niet voldoende is, boorde men dieper en op eene diepte van 94 voet kwam men weer op eene laag, waaruit 30 liter water per minuut kwam. De Nortonbuis werd nu zoo gemaakt, dat het water van deze beide lagen verzameld kon wor den, en men dus nu 60 liter water per minuut heeft door middel van slechts één buis. Hierbo ven is een gasketel geplaatst, die ongeveer 10000 liter inhoudt. Uit het water komt overvloedig gas, zoodat de ketel soms zoo vol is, dat men bet moet laten ontsnappen. Het gas wordt zoo wel voor verwarming als verlichting gebruikt. Er zijn aanwezig 5 pitten voor verlichting 4 komforen, die voor verschillende doelein den, ook in de kaasmakerij, worden gèbezigd. Op eenigen afstand van deze inrichting bevindt zich een oude Nortonpomp, die er mede in ver binding is gebracht, waardoor de hoeveelheid water per minuut tot 90 liter is vermeerderd en evenzoo de toevoer van gas nog aanmerke lijk is toegenomen. Alles is zoo net en geriefelijk mogelijk inge richt en strekt den vervaardiger, den heer J. Spaan te Noordschermer, tot eer. X-STRALEN! Met behulp der Röntgensche stralen is in het academisch ziekenhuis te Groningen een merk waardige operatie volbracht. De heer M. die leed aan een poliep aan een der inwendige teere organen, werd, toen de plaats daarvan nauwkeu rig bekend was, daarvan bevrijd, 't Was een zeer moeielijke operatie. EEN LUCHTBALLONNETJE. Door een ingezetene van Landsmeer is dezer dagen in den omtrek van Haaksbergen (Over- ijsel) een luchtballonnetje gevonden. Op de eene zijde bevindt zich het Russische wapen terwijl op de andere zijde het woord „Lou vre" staat. Waarschijnlijk is deze ballon tijdens het bezoek van den Czaar te Parijs, aldaar op- EEN GROOT MAN. De dienstweigerende schutter Yan der Yeer te Middelburg wordt een vermaard man. Tolstoï heeft van zijne weigering gehoord, en er een ar tikel over geschreven in een Fransch tijdschrift. HET HUWELIJK DER KONINGIN. Aan Hare Majesteit de Koningin-Regentes is verzonden het volgend adres: Het hoofdbestuur der Vereeniging voor Vrou wenkiesrecht, gevestigd te Amsterdam en goed gekeurd bij K. B. van 1 Aug. 1894, veroorlooft zich de vrijheid Uwe Majesteit met gopasten eer bied te verzoeken, geen wet aanhangig te maken bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal, speci aal betrekking hebbende op het huwelijk der Koningin. Het hoofdbestuur voornoemd verzoekt u liever door een wetsontwerp te willen bevorderen de herziening van het Burg. Wetboek in dien zin, dat de Koningin der Nederlanden kan huwen als iedere andere Nederlandsche vrouw, zonder aan Hare waardigheid als mensch en aan Hare zelfstandigheid te kort te doen. Indien het Uwe Majesteit mocht behagen een willig oor te leenen aan dit ons verzoek, dan zou voorzeker een der laatste daden van Uwer Ma- jesteits ten einde spoedend Regentschap U aan spraak geven op de groote dankbaarheid der Nederlandsche vrouw, en tevens de troonsbestij ging van Koningin Wilhelmina een onvergetelijk feit worden in de geschiedenis van ons Yaderland. Onderstaand briefje ontving een ontvanger der dir. bel. van eene arme weduwe, die zich bang maakt voor den deurwaarder. Zou men kunnen gelooven, dat er ook nog weduwen zijn, die zelfs den moed missen om zulk een brief te schrijven en liever van het allerontbeerlijkste nog iets afnemen, om den ontvanger, die ver plicht is hen drie maal den deurwaarder te zenden, te voldoenO, die heerlijke wet op de invordering mijn Heer Ondvanger daar ik weezeljjk en werkelijk niet kan betaale wand gjj kunt mij wel niet geloove, maar kom het eens zien hoe armoedig of ik mij moet be- helpe, daar ik zoo gaarne een kaggel wou zette maar ik weegens mijn armoed niet kan. ik hep gekreege schoene daar de spijkers door kome, dus men loop op groote pijn met natte biene. mijn kinder (hebben) een nagpon aan voor een hemt. de klompe van mijn kindere moete nog betaalt daar ik zelf aan geen klompe kan toe kome. Yerleeden jaar zij (zei) ik al wat wou ik tog gaarne een vloerbeezem hebbe maar ik hep er nog geen een en nog zoo veel behalve. Wat is een mensch, die het van de gifte moet hebbe, dat is verschrikelijk. ik zit alle dage te prak- kezeeren hoe komt men de winter nog door, daar ik geen kleere heb voor de kout. Vraage zoo moejelijk. ik hep gevraagt teleen maar n krijgt ten antwoort: waar moet je 't van terug geve? dan is men aan het ent wand dat weet ik ook niet. dus me Heer het is mij onmoge lijk dat ik het kan betaale anders had ik er al lang weest. gegroet van mij Wedu me neer daar ik zelv nog meen te kome maar mijn breuk bant is op 2 plaase stuk zoo dat ik niet zoo ver kan loope. Wakkere knapen. Een koopman te Rotterdam had Woensdag de onachtzaamheid zijn wagen beladen met wollen goederen en sajet meer dan een uur onbeheerd in de Willemstraat aldaar te laten staan. Van deze gelegenheid maakten twee straatslijpers ge bruik om den geheelen wagen met inhoud te stelen. Een knaapje had echter den diefstal ge zien en volgde beiden. Zij gingen met den wagen de Broodgang in, een doodloopende steeg op de Luthersche vest, met het voornemen hem daar af te laden. Het jongetje waarschuwde een an deren knaap, die den wagen, nadat de beide dieven, die, zich ontdekt ziende, de vlucht had den genomen, naar het politiebureau i n de Meer manstraat bracht. („N. R. Ct.") naaister van beroep, zeide zij terwijl zij het ge opende zakje aan lord Cliffe gaf. Daarin bevond zich een klein gevouwen stukje papier, dat lord Cliffe opende. In het midden lag, tusschen vloeipapier, een bouquetje verwelkte bloemen, anders niets, geen letter gedrukt of geschreven, geen teeken dat slechts kon aanwij zen, wie die vrouw was, van waar zij kwam, niets, niets dan die verwelkte bloemen. Een bittere teleurstelling drukte zich op het gelaat van den lord uit. Mijn moeite is tevergeefs geweest, zeide hij. Gij moet het zakje weer dichtnaaien en om haar hals hangen. Er is niets in dat ons eenige inlichtingen omtrent die arme vrouw kan ver schaffen die bloemen zijn zeker een of ander aandenken, waaraan zij veel waarde hecht en die zij daarom zoo angstvallig bewaart. Hij verliet het vertrek en de pleegzuster maakte zich gereed om zijn bevel te volbrengen, maar alvorens zij dat deed, bevredigde zij haar eigen nieuwsgierigheid, door de bloemen nauwkeurig en stuk voor stuk te bekijken. Terwijl zij dat deed, mompelde zij Die bloemen zijn volstrekt nog niet oud. Deze roos bij voorbeeld, heeft nog een weinig kleur en geur. Wie haar dit heeft gegeven, moet ze in een broeikas geplukt hebben, want theerozen en hyacinten groeien niet in de open lucht. Het is een ware teleurstelling voor den lord, dat zijn moeite niet beter beloond werd, Zij vouwde de bloemen weer in het papier, naaide het zakje dicht en hing het om den hal8 van haar nog altijd slapende zieke. (Wordt vervolgd.) Uit de Hofwereld. H. M. de Regentes heeft in de besluiten, waarbij baronnesse van Ilardenbroek, jonkvrouwe van de Poll en miss Saxton Winter op de meest eervolle wijze van hare tegenwoordige betrek kingen worden ontheven, tevens aan genoemde dames Ilarer Majesteits dank betuigd voor de vele en goede diensten als zoodanig bewezen. De benoemingen, gaan in met 2 November a. s., met welken datum ook baronesse Rengers, hofdame van de Regentes, haren dienst bij de Koningin zal aanvangen. Gravin van Limburg Stirum zal met 1 December als hofdame van de Koningin in dienst treden. Uitvoering der Kieswet. De Minister van Financiën heeft de noodige voorschriften vastgesteld omtrent de opgaven, die volgens de nieuwe Kieswet, de ontvangers der directe belastingen aan de burgemeesters en aan Ged. Staten hebben in te zenden. Onder anderen is bepaald, dat de inspecteurs zich moeten overtuigen, of de werkzaamheden door de ontvangers tijdig aangevangen, en met bekwamen spoed voortgezet worden en of daar aan in alle opzichten de noodige zorg wordt besteed. Blijkt dit niet te geschieden en helpen de aansporingen van den inspecteur niet, dan moet daarvan onverwijld rechtstreeks aan den Minis ter worden kennis gegeven, casu quo met de noodige voorstellen ter voorkoming, dat de op gaven niet op tijd gereed zouden zijn. Bij de inzending der opgaven moeten deze, ook voor zooveel de wanbetalingen en de ontheffingen be treft, tot den dag zijn bijgewerkt. Ten overvloede wordt door den Minister er op gewezen, dat, volgens art. 114 der kieswet de duplicaat-aanslagbiljetten, voor hare toepas sing gevorderd, kosteloos worden verstrekt. HISTORIE historisch Eerste Sohoone (Yoor een platenwinkel in de Kalverstraat)„Daar heb je den oorlog tnsschen Sina en Japan. Tweede SchooneEn wie hebben het nou gewonnen Eerste Schoone: De boeren in Transvaal ommers 1 Tweede SchooneDat is waar ook. EEN GESCHENK VAN DEN CZAAR. Een jeugdig postzegelverzamelaar te Winkel richtte aan Czaar Nicolaas het verzoek om eene collectie Russische postzegels. Dezer dagen ont ving de knaap een pakket, inhoudende eene vol ledige verzameling Russische ongestempelde ze gels, waaronder er zelfs eene was van 3 roebels en 50 kopeken. Het geschenk van den keizer! De keizer van Duitschland heeft aan H. M. de Koningin bij gelegenheid van Hare bevesti ging ten geschenke gegeven een kruis, gevormd door zeven steenen van chrysoliet, in brillanten gevat in den vorm van een oud-Nederlandsch iruis, waarvan men modellen kan vinden in een museum te Berlijn, naar welke het vervaardigd is. Het kruis wordt met een gouden ketting om den bals gedragen. In Amsterdam zijn ruim 25000 vrouwen meer dan mannen. De stad telde in September 491321 inwoners, dus bijna een half millioen. Onder Geertruidenberg is een kolossale snoek of eigenlijk een soort haai gevangen. Bij onderzoek bleek het vervaarlijke beest, behalve een aantal gewone snoeken, ook eenige ratten in de maag hebben. Een belooning van f 500 is uitgeloofd voor dengene, die eenige aanwijzingen kan doen, om trent de vermoedelijke brandstichting in een kapitale boerderij te Pekela in de asch gelegd. 't Is nu al de derde maal in betrekkelijk wei nig jaren, dat deze boerderij een prooi der vlam men werd. Kwaadwilligheid spreekt hier zeer duidelijk. Men vond o. a. een schaafbank, uit het schuurtje gehaald, tegen den muur gezet, om op het dak te kunnen klimmen. Ook de schuurdeuren waren geopend. De politie heeft eenig vermoeden. STEENPRODUCTIE, Men bericht van verschillende zijden dat nu de steenvormcampagne overal geheel is afgeloo- pen, het getal steenen dat in de ovens komt door het aanhoudend natte weer in September en October, zeer tegenvalt. Millioenen steenen zijn daardoor verloren gegaan vandaar dan ook, dat, terwijl anders in het najaar de prijzen som wijlen voor korten tijd terugloopen, nu het tegen deel plaats heeft vooral ten opzichte van klin kers en hardgrauw, waarvoor in goede kwaliteit gemakkelijk f 14.75 a f 15 voor klinkers en f 13.75 a f 14 voor hardgrauw franco boord wordt bedongen. De voorraad rood is over het algemeen klein, vandaar dat ook die prijzen vrij wel normaal blijven op fll a f 12 voor 2e en le soort franco aan boord. De leveringen kunnen in hoofdzaak voor dit als afgeloopen worden beschouwd, en tegen Fe bruari en Maart verwacht men dat de markt met stevige prijzen zal openen. DE GEHEIME JENEVERSTOKERIJ. Omtrent de ontdekking der frauduleuze jene verstokerij in den Broekweg te Gouda wordt nog gemeld De rijks-kommiezen namen bij hun inval, welke onverwachts was, alles in oogenschouw en een beslagneming volgde van het voorhanden zijnde materieel, waaronder twee brouwketels, elk van 500 liter. Per voertuig moest dit boeltje van de geheime stokerij naar het belastingkantoor Peperstraat getransporteerddeze geheime brouwerij werd gedreven bij nacht door een paar boerenarbei ders, die overdag den boer afliepen om werk en 'a nar-.'nfa Vinn hfidriif als distillateurs uitoefenden. 's nachts hun bedrijf als distillateurs uitoefenden. DE VROUW OP DEN PREEKSTOEL. Mej. Stellingwerf Jentink deelt in het Friesch Volksblad het volgende mede: Op zekeren Zondagmorgen een paar maan den geleden zou in eene der Zuidhollandsche steden voor de Vrije Gemeente aldaar optreden een predikant, die per spoor van elders komen moest, doch inplaats van den verwachten voor ganger kwam er een telegram, dat deze met den volgenden trein hoopte te kunnen komen en dat men do kerkgangers zoolang maar een beetje bezig houden moest. De trein waarmee hij had willen gaan, was door de eene of andere omstan digheid als 't ware bestormd door reislustigen en hij was met nog een honderd anderen op het perron achtergebleven en moest nu wachten, een vol uur. De koster of een ander, aan wien het telegram was geadresseerd, deelde de aanwezigen mee, dat de predikant, die verwacht werd, op het per ron daarginder op en neer drentelde, en nu was goede raad duur. Zou men wachten of niet Was ook soms een aanwezige predikant bereid de godsdienstoefening te leiden Maar dat kon niet, verklaarde deze, „hij was niet voorbereid" enz. En toen gebeurde er iets, echt negentiende eeuws, iets waarvoor onze groot vaders en grootmoeders geen woorden genoeg zouden hebben gehad, om er hun afkeer en

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1896 | | pagina 2