Weekblad voor LANGEDIJK en Omstreken. N°. 18. Zondag 2 Mei 1897. 6e Jaargang. Plaatselijk Nieuws. Nieuwstijdingen. Feuilleton. DE iffilMlGE ISDAAD. NIEUWE LANODIJKER COURANT Deze courant verschijnt eiken Zaterdagnamiddag. ABONNEMENTSPRIJS voor Noordscharwoude, Oudkarspel, Zuidscharwoude en Br. op Lanöedijk per drie maanden 50 ct., franco p. post 60 ct. UITGEVER: J. IJ. KEIZER. BUREEL: Noordscharwoude. PRIJS DER AD VERTENTIËN: Van 15 regels 30 ct., elke regel meer S3 ct. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Brieven rechtstreeks aan den Uitgever. Ter behandeling in de Rijkspostspaarbank, zijn op het hulpkantoor te ZUIDSCHARWOUDE, gedurende de maand April 1897 ingeschreven 112 inlagen, beloopende te zamen f 5447.70, te gen 14 Terugbetalingen tot een bedrag van f 1881.74. 6 nieuwe boekjes werden uitgereikt welks laatste is genummerd 7881. Aardappelen bij 't gewicht. De kooplieden in aardappelen te Alkmaar, hebben een schrijven met ongeveer 40 handtee- keningen, gezonden aan het bestuur van de Landbouw- en Handelsvereeniging aan de Lan- gedijk, waarin zij mededeelen, besloten te zijn, om de aardappelen niet minder te ontvangen dan bij een gewicht van 72 kilo per mud met eene storting van groote drielingen en kleine. De bedoelde Langedijker vereeniging zelve besloot voorts, voortaan de aardappelen per 17i/i K.G., de uien en losse wortelen per 50 K.G. te verkoopen en ook bij kleinere hoeveelheden het gewichtsteisel te volgen naar dezen maatstaf. Onze correspondent te SINT-P ANCR AS schrijft Eenige dagen geleden werd bij een der bou wers alhier in de koolboet feest gevierd. Daar het nog al koud was, werden de stoven der da mes van briketten voorzien. Nadat men eenigen tijd gezellig bij elkaar had gezeten, kreeg een groot deel der gasten een ziekelijk gevoel, zich uitende in benauwd heid en zware hoofdpijn. Dit werd zoo erg, dat het feestvieren moest worden gestaakt en de gasten, zich ziek naar huis moesten begeven. Enkelen brachten een zeer benauwden nacht door, een gevolg van de kolendamp der briket ten. Ingevolge eene roeping van jongelieden boven 15 jaar, die wenschen opgeleid te worden tot lid van het fanfarecorps „Concordia" alhier, hebben zich 8 liefhebbers aangemeld, die zich nu onder leiding van den Heer Pluister zullen oefenen. KERSEN! Indien de nachtvorst er geen schade aan toe brengt, bclooven de kersen dit jaar in de Betuwe veel. VROEG OUD. Een hoogst treurig feit is te Barneveld aan het licht gekomen. Bij geneeskundig onderzoek is namelijk gebleken dat een 13-jarig meisje van een geacht ingezetene aldaar weldra moeder zal worden. Volgens verklaring van het kind heeft de onderwijzer R., die tot voor eenigen tijd bij haar ouders in de kost geweest is, meermalen onzedelijke handelingen met haar gepleegd. De politie heeft genoemden onderwjjzer, die thans te Apeldoorn werkzaam is, reeds een streng verhoor doen ondergaan. Nader schrijft men Omtrent het plegen van onzedelijke handelingen met een kind van 13 jaar, kan nog worden mede gedeeld, dat de onderwijzer R. bekend heeft, zich hieraan te hebben schuldig gemaakt en reeds Woensdag-avond door den brigadier der rijksveld- wacht E. van Broekhuizen, alhier, gevankelijk naar Utrecht is overgebracht. Wat het feit dubbel treurig maakt, is, dat het nog zoo jonge meisje over drie maanden moeder kan zijn. Aan de „Frankfurter Zeitung" schrijft men naar aanleiding van het bezoek der Koninginnen aan AMSTERDAM o. a. het volgende: Geestdrift voor den persoon van een Monarch, die nog niet op buitengewone daden wijzen kan, kan licht belachelijk, ja zelfs walgelijk werken. Bij mij kwam deze gewaarwording thans niet op en wel daarom niet, omdat al deze jubel eéh liefelijk, in haar verschijning werkelijk sympathiek jong meisje geldt. Het volk beschouwt de jonge Koningin als het ware als zjjn kind en men zou daarom van een omgekeerde patriarchale verhou ding kunnen spreken. MISLUKTE HUWELIJKSVOLTREKKING. Op het Raadhuis van een Geldersche gemeente zaten dezer dagen de wederzij dsche ouders van een bruidspaar met de getuigen en familieleden op het bruidspaar te wachten, om bij de voltrek king van het huwelijk tegenwoordig te zijn en voor zooveel noodig hunne toestemming te geven. Wie er echter kwamen, het bruidspaar niet, zoo dat men eindelijk het wachten moede, maar weder naar huis ging. EEN JONG PAAR. Voor het stadhuis te Rotterdam verzamelde zich Donderdag-avond eene groote menigte, om getuige te zijn, hoe twee jongelieden die voornemens zijn in het huwelijksbootje te stappen zich der waarts begaven om zich van de noodige papie ren te voorzien. Op zichzelf is dit een gewoon feit, doch daar hij 16 jaren telt en zij slechts 15 zomers, wekte dat buitengewone belangstel ling, die nog verhoogd werd toen het paartje gevolgd werd door een jonkman met een aan- gekleede pop op de armen, welke knaap vroe ger verkeering had gehad met de a.s. bruid. De menigte groeide ten slotte zoo aan dat de politie de Stadhuissteeg moest afzetten en voor het aanstaande paar ruim baan maken. GOEDKOOP VEE. Een ervaren handelaar geeft de volgende oor zaken op van de goedkoopte van het vee in dit voorjaar; ten eerste zijn de grenzen gesloten en is dus de handel op het buitenland niet noemens waard, ten tweede is 'er de laatste twee jaren zoo veel jong vee'gefokt, dat de veestapel te groot is en ten derde was dit voorjaar het hooi ge heel op toen het vee verkocht moest worden. Het vette vee is goedkoop omdat de burgerstand te weinig geld verdient om veel vleesch te eten en de aanvoer van slachtpaarden uit Engeland goed vleesch zonder belasting voor weinig geld, meer dan groot is. Al deze oorzaken drukken den Hol- landschen boer en doen het bedrijf van veeboer niet voordeelig zijn. Men schrijft aan de Telegraaf. De aanslagbiljetten der personeele belasting worden in enkele plattelands-gemeenten uitge reikt en geven over het algemeen geen reden tot klagenveel meer perceelen dan vroeger blij ken onbelast te zijn, terwijl tal van aanslagen aanzienlijk lager zijn dan bij de oude wet. Eenigen die den dienst 1896/97 geheel had den betaald, ontvangen nu een geheel gequi- teerd aanslagbiljet, ja zelfs zijn er die daaren boven de uitnoodiging krijgen ten kantore van den ontvanger te komen, waar zij nog geld terug kunnen ontvangen, zoodat bij deze laatsten de aanslag in de nieuwe belasting nog minder is dan Y3 van van de vorige. Daar tegenover staan natuurljjk verhoogde aan slagen, doch dat zjjn er maar weinigen. Halfweg b.v. met ruim 3200 inwoners had vroeger een kohier van ruim /"5000, welk cjjfer tot op de helft is gedaald. Falb's weervoorspellingen De eerste helft van Mei heeft een droog ver loop, de tweede helft is wat rijker met regen be dacht. Er komt veel onweer voor, schoon de tempe ratuur normaal is enkele dagen daargelaten, wan neer het koud zal worden. Yan den 1 tot 7 Mei: Nog al veel regen in Duitschland en Oostenrijk, vooral op den 3 en 6 Mei. In Midden-Europa zelfs sneeuw. Daardoor daalt de temperatuur onder het gemiddelde. DE PRINSEN VAN KOETEI AAN HET HOF. Dinsdagavond kwamen de drie Prinsen van Koetei, een Staat op de Oostkust van Borneo, die een reis door Europa doen, nameds den Sultan van dat land ten Paleize te Amsterdam hulde en eer bewijzen aan Hare Majesteiten te Amsterdam. Het zijn de Prinsen Pangeran Adipatie Sultan Moeda van Koetei, Pangeran Mangkoo Negoro en Pangeran Soesero Negoro. Eerstgenoemde, de oudste zoon van den Sultan van Koetei, wiens regeering zich reeds over meer dan 50 jaren heeft uitgestrekt, is 43 jaren oud, de tweede 38 jaren, de derde 32 jaren. De Kroonprins sprak H. M. toe, legde de hulde en eerbied van zijn geslacht en zijn volk aan den voet van den troon onzer Koningin. Yan deze audiëntie die omstreeks negen uur in' de troon zaal plaats had en die werd bijgewoond door den als tolk dienstdoenden assistent-resident Eerdmans, geeft het Hdbld., het volgende ver slag. De Prinsen waren in hunne nationale kleeding en namen tegenover den troon, waarop de Vorstinnen gezeten waren, op lage stoelen plaats. Door bemiddeling van den tolk onderhielden HH. MM. zich met de hooge bezoekers. Dezen hadden alleerst namens den Sultan hun trouw en verknochtheid betuigd aan Hare Majesteiten en gezegd, dat zij niets liever wilden dan zjjn en bljjven trouwe vazallen van Hare Majestei ten en Hare Regeering. H. M. de Koningin- Regentes vroeg den Kroonprins daarna naar de gezondheid zijns vaders, waarop het antwoord luidde, dat de Sultan het vrjj goed maakte, doch dat de last der jaren hem begon te druk ken. Op een andere vraag deelden zjj mede, dat het hun voornemen was nog een maand of zes in Europa te toeven en dat zjj o.a. Berlijn en Londen hoopten te bezoeken. Namens den Sultan boden de Prinsen, als een gebruik bjj Indische Vorsten, ten teeken vin gehechtheid en verknochtheid, aan HH. MM. drie prachtvolle casetten aan. In de eene bevonden zich een paar fraaie klewangs, waar van de heften van goud waren met edelgesteen ten bezetin de andere waren een aantal fraaie gouden ringen in de derde waren fraaie stuk ken bewerkt schildpad en hoorns van den neus hoornvogel. De audiëntie die door bjjkans alle leden van het gevolg der Vorstinnen was bjjgewoond, duurde ongeveer drie kwartier. Daarna verlieten de Prinsen weder in gesloten rjj tuigen het Paleis. Een doofstomme Wielrijder. Onze lezers herinneren zich zeker wel hoe, in het najaar van 1895 en in het voorjaar van 1896 in de verschillende dag-, week- en sport bladen over den doofstommen wielrijder A. G. G. Sutherland Rojjaards gesproken werd. Zjjn tocht per rjj wiel, tusschen Augustus 1895 en Februari 1895, dwars door Duitschlaud, Po len, Rusland, de Balkan-Staten, Hongarije, Bo- hemen, Zwitserland, ligtnogversch in het geheugen. Op zjjn jongse Europeesche wielerreis door gekroonde Hoofden en beroemde mannen ontvan gen, door zjjn lotgenooten en wielrijdersclubs gastvrij begroet en gefeteerd, onderneemt deze koene doofstomme thans een tweeden tocht, welke een bepaald doel heeft. Hjj werkt nameljjk reeds eenige jaren aan een ljjvig geïllustreerd boekdeel over doofstommen, hun vinger- en gebarenspraak, het verschil daarin over de geheele wereld, enz.,enz. De nu te ondernemen reis zoekt hjj dienst- 4.) Wat wordt Phillis toch lief, zeidede oude dame, terwijl zij naar het meisje keek, dat in den tuin op het grasveld speelde, ik geloof niet dat ik ooit een mooier kind gezien heb. Gertrude, die met lady Edith onder de warande van het huis zat, antwoordde met tranen in de oogen: En toch haat haar vader haar bjjna Een meisje hecht zich toch het meest aan de moeder, meende lady Edith, zoo lang Phillis u nog heeft zal zij de liefd van haar vader niet zoo erg missen. Phillis is nog het eenige wat mij aan de wereld hecht. Zonder haar zou het leren niet de minste waarde voor mij hebben. En toch heeft Reginald u lief,Gertrude, Ja, zooals hij zijn landerijen lief heeft, antwoordde de jonge vrovw vol bitterheid, maar hij bekommert zich in het geringste niet om mijn wenschen. Zijn onverdrage- ljjke heerschzucht en gierigheid zjjn spreek woordelijk geworden en werpen een don kere schaduw af op zjjn naam. Phillis en ik zijn niet de eenigen, die zich over hem te beklagen hebben, tante Edith, ook voor zjjn arme pachters is hjj onverbiddelijk wreed. Lady Edith Ford zuchtte, zjj had reeds meermalen gehoord, dat de graaf van Chatterly een onmeedoogenlooze landheer was. Op geestdriftigen toon ging lady Ger trude voort: Oals ik maar geld had, dan zou ik trachten althans een gedeelte van al zijn onrecht goed te maken. Wel is waar kan een vrouw niet veel doen, maar ik zou dan toch voor eenigen van de armste boe ren de pacht kunnen betalen en hen er voor behoeden, dat zij van hun hoeven worden verdreven, maar ik bezit niets, de graaf laat mij over geen pond sterling beschikken en ik moet nog allerlei listen aanwenden om van hem te krijgen wat ik voor mijzelf noodig heb. Er zijn tijden, tante Edith, dat ik met vreugde naaiwerk zou aannemen, om aan wat geld voor mijzelf te komen. Terwjjl Gertude deze woorden sprak, bloosde zij en sloeg de oogen neer van schaamte. Maar lieve Gertrude, waarom hebt ge u dan nooit tot mij gewend? riep de oude dame uit. Dat zou zoogoed als bedelen zjjn ge weest. Wanneer Cecil, mijn broeder, er r.og was, dan zou ik aan hem wat geld ge vraagd hebben. Geld kan wel niet altijd gelukkig maken, maar men kan er toch het ongeluk mee verzachten. Luister eens, Gertrude, zeide lady Edith, ik heb meer geld dan ik uit kan geven en mijn zoon stelt zijn geheele ver mogen ter mijner beschikking. Voof mij zelf heb ik bovendien nóg de rente van een legaat, dat mijn broeder mjj heeft nagela ten. Mjjn geheele leven heb ik van zjjn edelmoedigheid genoten, laatfnij daarom, in naam van haar grootvader, ook iets voor Phillis en voor u doen. Gertrude schudde echter droevig het hoofd. Lady Edith vervolgde: - Ik had zoo gaarne gewild, dat gij mijn broeder gekend hadt. Hjj was zoo edel, zoo mild en zoo goed, hjj zou u en Phillis zeker hebben lief gehad. En waren de andere zoons ook zoo als Reginald? In het minst niet. Thorn, de oudste, was een edel jongmensch met een schoon gelaat en een zacht karakter, maar hij was bijna nooit thuis, hij hield niet van de jacht en de andere genoegens van het buitenle ven, hij ging dikwijls op reis, maar toch hield iedereen hier evenveel van hem. En Donald, de tweede zoon? Donald was het evenbeeld van zijn vader, de beste schutter, de stoutmoedigste ruiter uit het geheele graafschap. Hij stierf aan een kwaadaardige koorts. Men telegra feerde aan Thorn, die altijd zoo innig veel van zijn broeder had gehouden. Thorn kwam dan ook terstond, maar helaas, de zelfde koorts tastte ook hem aan en hjj stierf nog in dezelfde week. O! mijn lieve, dat was een droevige tijd, dien ik nooit zal kun nen vergeten, want mjjn eenige dochter was met Thorn verloofd en zijn dood heeft ook haar het leven gekost. Arme tante Edith Gij, die zelf de moedersmarten kent, zult u het beste in mjjn toestand kunnen verplaatsen. Maggie stierf op haar zeven tiende jaar, maar in mjjn hart leeft zij nog altjjd voort. Gertrude, begrijpt ge nn niet, dat ik eenig recht heb u te helpen? Mijn eigen moeder droeg den titel, dien gjj thans draagt en die titel had op mijn kind moeten Toen Maggie nog leefde, was ik niet rijk, zooals ik nu ben en daarom kon ik haar jaarlijks slechts vijftig pond zakgeld toestaan. Ik zou u met vreugde meer aan bieden, maar ik geloof wel, dat ge aan deze kleine som genoeg zult hebben en voor mij zal het zijn alsof ik nog altijd het zakgeld aan Maggie uitbetaal. Twee uur later ging Gertrude met haar dochtertje aan de hand door het park naar het kasteel terug. Dank zij de edelmoedig heid van lady Edith Ford bezat zij thans meer geld, dan waarover zij in jaren had kunnen beschikken, maar toch was zij bui- tenrewoon ernstig en somber gestemd. Het was haar alsof zij een voorgevoel had, dat haar een nieuw verdriet dreigde als zag zij een ongeluk, dat haar met onverbidde lijke snelheid naderde. De avond begon reeds te vallen, toen zij op het kasteel terugkwam. De oude intendant Jordan stond in de vestibule en toen zijn meesteres binnen kwam, naderde hij haar en zeide op eerbie digen toon: Mylady, mijnheer de graaf heeft mjj opgedragen u te zeggen, dat hij naar Londen is vertrokken. Naar Londen vertrokken? herhaalde de gravin. - Ja, mylady. Mjjnheer de graaf is van hier naar het station] gereden, waar hij den trein van vijf uur nog wilde halen. Ik ge loof dat mylord met de middagpost een brief ontvangen heeft, die met zijn plotse linge reis in verband staat, want vijf mi nuten nadat ik hem zijn brieven gebracht had, belde hij en beval dal men zjjn hand koffer moest pakken. Het was raadselachtig geval, maar niettemin voelde de gravin zich eenigszins verlicht door de afwezigheid van haar ge maal. De arme Gertrude vermoedde niet hoe veel rampen en droefheid er voor haar uit die plotselinge reis naar Londen zouden voortkomen. Den volgenden morgen bracht de eerste post geen brief voor haar mee, maar Ger trude had er ook geen verwacht. Het kasteel Chatterly lag tamelijk ver van de hoofdstad verwijderd en het moest omstreeks middernacht geweest zijn, toen de graaf daar aankwam. Kort voor het lunch kreeg zij bezoek, een bezoek dat zeer zelden op het kasteel Chatterly ontvangen werd, want Kenueth Ford vermeed zijn neef zooveel als moge lijk was. Hjj moest den graaf evenwel over drin gende zaken spreken en daarom wilde hij spoedig weten, wanneer deze terugverwacht werd, hij liet zich dus door de kleine Phil lis onaangediend naar de ontvangkamer van haar moeder geleiden. Het spijt mij, dat Reginald niet thuis is, zeide Gertrude, die zich altijd eenigs-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1897 | | pagina 1