Weekblad voor LANGEDIJK en Omstreken.
N°. 21.
Zondag 16 Mei 1897.
6e Jaargang.
Feuilleton.
DE GEHEIMZINNIGE MISDAAD.
I6-)
NIEUWE
LAMIJKM COURANT
Deze courant verschijnt eiken Zaterdagnamiddag.
ABONNEMENTSPRIJS
voor Noordscharwoude, Oudkarspel, Zuidscharwoude en Br. op Langedijk
per drie maanden 50 ct., franco p. post 60 ct.
UITGEVER:
J. H. KEIZER.
BUREEL:
Ufoordscharwoude.
PRIJS DER ADVERTENTIE!»:
Van 1—5 regels 30 ct., elke regel meer ct.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Brieven rechtstreeks aan den Uitgever.
VEUSrjAG van de Vergadering,
door de Naamlooze Landbouw- en Handels-
vereeniging aan de Langedijk gehouden op
Donderdag 13 Mei, in het lokaal van den
Heer T. de Beurs aan de Langereis, gem.
Hoogwoud.
De vergadering te 7 ure uitgeschreven, wordt
te 8 ure door den voorzitter, den heer C. Wage
naar JGz. geopend.
Ik heet u allen hier aan de Langereis in het
lokaal van den heer De Beurs harteljjk welkom.
Een zeker dichter heeft gezongen:
De lieve Mei doet alles bloeien,
En doet het hart van vreugd jongloeien
De dank'bre mensch verheft zijn geest;
Natuur viert thans haar lentefeest.
Hoewel het bestuur zich had voorgesteld van
de heerlijke natuur te kunnen genieten, hebben
wij van die heerlijke lente tot heden toe nog
weinig kunnen bemerken en worden we geplaast
tegenover een werkelijkheid die ons anders leert.
De landerijen staan kaal, het gewas is over 't
algemeen achterlijk en het koude, gure weer
vertolkt ons geenszins de lieve lente.
Niettegenstaande zijn wij toch naar hier ge
komen omdat wij doordrongen zijn van het alge
meen belang waarvoor wij sinds eenige maanden
arbeiden.
Ook hier wordt zeer zeker, evenals elders, de
strijd om het bestaan gevoerd, ongeveer dezelfde
strijd dien ook wij voeren aan de Langedijk.
't Is daarom dat wij pogingen aanwenden om
elkander te ontmoeten, om te trachten die strijd
om het bestaan te verlichten en om over de
zaak, die wij voorstaan, te spreken.
Het op zich zelf blijven staan is geenszins
wenschelijk en bovendien zeer moeilijk om de
crisis door te staan. Het is niet altijd nuttig
binnen eigen wateren te blijven varen. Hier in
ons land bestaan vele vereenigingen, bestaande
uit landbouwers en handelaars. O. a. te Zwijn-
drecht bestaat een zeer groote vereeniging van
landbouwers die hare producten naar Engeland
verzendt. Ook te Beemster en te Grootebroek
bestaan vereenigingen, die weder hare vertak
kingen hebben te Bovenkarspel en andere plaat
sen, en welke besloten om voortaan hare pro
ducten aan den afslag te brengen en de parti
culieren handel op te heffen.
Werd vroeger veel mosterd of karwey ver
bouwd, naderhand zijn die landbouwers zich
meer gaan toeleggen op den teelt van aardap
pelen, omdat de zaadbouw niet meer loonend
was. Door de uitbreiding van den aardappelteelt
nam ook het aantal kooplieden toe, tengvolge
waarvan publieke veilingen ontstonden, waar de
koopman kon koopen naar hartelust.
Het is ons gebleken dat het koopen aan de
markt voordeeliger werkt dan aan huis. Aan de
markt komt alles tot zijn recht; komt alles tot
waarde. Yoor velen bleek het niet alleen voor
deeliger, doch velen gaven aan een dergelijke
publieke markt verre de voorkeur.
Lang voordat Broek op Langedijk kon roe
men op het bezit van een openbare veiling, werd
het voordeel daarvan ingezien, en na lang ge
dacht en gesproken te hebben kwam een derge
lijke markt tot stand, en werd tot een publieke
veiling alles zoo gemakkelijk mogelijk ingericht.
Doch zooals het veelal gaat, langzamerhand
bleven enkelen van de veiling weg, welk getal
langzamerhand grooter werd, totdat ook deze
nuttige inrichting dreigde onder te gaan, toen
enkele bouwers besloten, in het belang van han
del en landbouw een vereeniging op te richten,
met het doel alle producten aan de openbare
veiling in afslag te brengen.
De Statuten, waarin de grondslagen der ver
eeniging werden opgenomen, werden koninklijk
goedgekeurd, en het hoofddoel der vereeniging
isa het veredelen der reeds verbouwde en het
zoeken naar nieuwe groentensoorten en aardvruch
ten. b. den verkoop van groenten en aardappelen
aan den afslag op de markten te Broek op Lange
dijk, Sint Pancras en Noordscharwoude te be
vorderen.
Uitnemende resultaten werden aanvankelijk
verkregen; alle bouwers, welke zich tot die be
palingen verbonden, zjjn zeer tevreden, de markt-
bezoekers waren zeer talrijk, terwijl de koopman
kon koopen zooveel als hij dacht noodig te heb
ben. Ten slotte besloot ook de vereeniging voort
aan het maatstelsel te laten vervallen en het
gewichtstelsel door te voeren, waarin zij reeds in
zooverre is geslaagd dat het aan de Langedijk
zal worden doorgevoerd, terwijl bij de a.s. veiling
van aardappelen, het bestuur in beginsel besloot,
zelve handelend op te treden.
Om echter succes te hebben van ons streven,
dient overal dat gewichtstelsel te worden gehand
haafd en daarom geven wij ook u a/d Langereis
in overweging, op te houden met den particulie
ren handel en de uien en aardappelen voortaan
te verkoopen per gewicht: De aardappelen per
17«/a KG.; de uien per baal van 50 KG.
De zuiverheid en de eerlijkheid staan hiermede
terdege op het spel. Het is immers van genoeg
zame bekendheid dat per maat drieërlei wordt
en kan worden gemeten. De een geeft een af
gestreken maat; de tweede doet er een kop op;
de derde is zoo royaal dat de aardappelen er af
vallen. Ik vraag u of nog langer aan dit stelsel
mag worden vastgehouden? ¥e kregen een ge-
eikte maat, 't is waar, maar die werd zoo schro
melijk misbruikt, dat het meermalen is voorge
nomen en nog dikwijls voorkomt dat inplaats van
100 kop 110 kop in een mud gaan.
Als leden der vereeniging leggen wij ons na
tuurlijk de verplichting op per gewicht te ver
koopen naar het stelsel dat daarvoor is aange-
men., d.i., ik zeg 't u nogmaals: de aardappe
len per 17 V2 K.G.; de uien van 50 K.G. per
baal.
Ook in den groothandel wordt per baal ver
kocht. Te Rotterdam komen tusschenbeiden 7000
k 10000 balen aan de markt. Naar Engeland
wordt eveneens per baal verzonden, en niettegen
staande te Broek op Langedijk nog per mud
wordt verkocht, wordt naar Duitschland per
baal verzonden.
Wij weten dat ook hier aardappelen worden
verbouwd, dat dit het bestaan is van een groot
gedeelte dezer bevolking, en daarom meenden
wij ook hier te moeten komen, en u te verzoe
ken aan de hand der feiten, die wij u hedenavond
voorleggen, u bij ons aan te sluiten. Ik heb u
slechts in zeer korte trekken de zaak medege
deeld en meen u er opgewezen te hebben dat
vooral wat de aardappelen betreft, het gewicht
stelsel dient te worden aanvaard en aan publieke
markt de producten behooren te worden geveild.
Wij zijn hier gekomen om met u van ge
dachten te wisselen over eene zaak die bijna
over de geheele wereld is aangenomen en wordt
beschouwd als te zijn van groot belang en groot
nut voor de betrokken partijen.
Wie der aanwezigen het woord verlangt of
inlichtingen wenscht, over wat hem nog duister
mocht zijn kome vrijelijk voor zijne meening uit.
Hierop neemt de Heer Slot, burgemeester van
Broek op Langedijk het woord. Spreker heeft
de eer, gedachtig aan het spreekwoord „onbe
kend maakt onbemind" zich voor te stellen als
een oud-handelaar die zelfs dikwijls met eenige
landbouwers uit deze streek zaken heeft gedaan.
De artikelen, die wij van hier ontvangen, wa
ren uitstekend en ook daarom kan het bestuur
hier gerust met z'n voorstellen voor den dag ko
men omdat de artikelen met die van andere
plaatsen kunnen concurreeren en daarom even
zeer door den koopman zijn gewild.
Een veehouder of een houwer, 't doet er niet
toe, moet het in den regel voor den koopman
afleggen. Wij die ondervinding hebben van den
handel, wij weten het maar al te wel, wij kun
nen het tegen den koopman niet houden, mits
wij ons vereenigen. De koopman kon de waren
koopen zooals ze 't hebben wilden, want bij den
landbouwer rees direct de vraag, bij den steeds
toenemende verbouw van groentenHoe komen
wij er weer af. Juist daarom gaven wij zelf het
recht in handen van den koopman. Het werd
ten slotte bijna zoodat de koopman voor
de producten gaf wat hij missen wilde.
Bovendien kwam, doordat de koopman genoeg
uit de hand kon koopen, niet genoeg aan de
markt, waardoor zij daardoor ook niet kon wor
den uitgebreid en wat er aan de veiling kwam
was in den regel nog de beste waar niet.
Tot heden toe werd alles nog per mand ver
kocht, terwijl de beste waar werd opgekocht
voor bijv. f 1,10 en de minder goede waar naar
de veiling werd gebracht.
In den naherfst van 1896 kwam er echter
roet in 't eten. Toen trad het bestuur der vereeni
ging op en trachtte aan dien willekeurigen handel
een einde te maken. Evenals de voorzitter er op
wees en de vraag steldewat is maat evenzoo
vraag ik uwat is maat Is maat, wanneer,
zooals bijv. te Alkmaar, op 5 kop aardappelen
bijna een kop wordt toegegeven Konden we,
zooals men dat wel eens noemt, meten met een
strekendemaat maar neen, de handen
moeten er bij om de vele overtollige aardappelen
op de maat te houden en daarom is 't bestuur
er toe gekomen om zooveel in zijn vermogen
is, de landbouwers het onrechtvaardige van
zulk een verkoop te doen inzien en hun te win
nen voor het invoeren van het gewichtstelsel,
en eveneens om de artikelen te laten veilen.
Met het oog ook op de groote vlucht die de
verbouw van aardappelen hier neemt achtte
het bestuur een bezoek aan de Langereis nood
zakelijk opdat, indien ook hier algemeen het ge
wichtstelsel wordt ingevoerd, de handelaars, in
dien ze aan de Langedijk niet meer per H.L.
kunnen koopen, ook niet naar de Langereis be
hoeven te gaan. Zie hier eenige toelichtingen
van het doel, waarvoor wij hedenavond hier zijn ge
komen.
Enkele stemmen uit de vergadering verklaren
dat voor het doorvoeren van het gewichtstelsel
volstrekt geen bezwaar bestaat, aangezien te
Hoorn en te Medemblik ook per gewicht wordt
verkocht. Eveneens zijn allen het er over eens,
dat naar gelang de aardappellen in den herfst
meer klei of zand aanhangen, een prijs door den
koopman kan worden bedongen.
Op eene vraag of de handelaars aan de Lan
gedijk, met het stelsel zijn ingenomen, verklaart
de voorzitter, dat op eene vegadering te Broek
gehouden, de langedjjker handelaars zich er zeer
voor verklaarden en dat ook enkelen als begun
stiger waren toegetreden. Omdat ook de koop
man een gekopte maat moet leveren, daarom
waren enkele kooplieden uit Alkmaar er waar
schijnlijk tegen doch ten slotte zullen ook zij
dat stelsel moeten aanvaarden, wanneer het over
't algemeen wordt doorgevoerd. De voorzitter
deelt nu enkele bijzonderheden mede over de
verschillende sielsels in ons land, en haalt nog
even aan dat het van de soliditeit of royaliteit
van den landbouwer of koopman afhangt of men
een goede, zeer goede of beste maat ontvangt.
Dat moet ophouden.
Ook aan de Langereis, blijkt uit de mededee-
ling van sommigen der aanwezigen, wordt dik
wijls per gewicht geleverd en bevindt men er zich
Voor een ander misschien niet, maar
voor mij wel, antwoordde rar. March. Wan
neer ge mij het huis verhuren wilt dan
zal ik u een wissel van zestig pond geven,
dat is tien pond per maand voor den tijd
van zes maanden en dan zou ik het gaarne
den eersten September betrekken.
Dat zou mij zeer wel aanstaan, zeide
de andere, maar zoudt ge het huis niet
eerst willen zien, dan behoef ik niet be
vreesd te zijn, dat ge u later over den
koop zult beklagen.
Als ik eenmaal een besluit genomen
heb, dan breng ik het ook ten uitvoer en
ik beklaag mij er later nooit over, zeide
March.
Toen mr. Hurst thuiskwam, zeide hij te
gen zijn vrouw:
Hij is een gentleman, door en door,
maar er steekt het een of ander geheim
achter hem. Ik geloof dat hij ongelukkig
in de liefde is geweest of iets van dien
aard, want hoewel hij zeer vriendelijk en
voorkomend is, ligt er toch een droevige
trek op zijn gelaat.
VIERDE HOOFDSTUK.
Paul Verity was niet alleen ongehuwd
maar zijn hart was ook nog vrij. Hij
woonde met zjjn moeder en zyn zuster in
een mooi ouderwetsch huis in Streatham.
Mrs. Verity was reeds vermogend ge
weest toen zij trouwde, en haar schoon
vader had aan haar en haar kinderen zjjn
geheele fortuin nagelaten, zoodat Paul Ve
rity, afgescheiden van het inkomen dat uit
zijn notarisambt voortsproot, een vermo
gend man was en zijn zuster, de bekoor
lijke, lieftallige Maud bezat een onafhanke
lijk vermogen van tien duizend pond en
zou bij den dood van haar moeder er nog
evenveel bij erven.
Maud was twee-en-twintig jaar en de
lieveling in huis.
Het was een harde slag voor mrs. Ve
rity en Paul, toen Maud haar hart schonk
aan Jim Cartwright, niet omdat de jonge
predikant hun persoonlijk niet beviel of
omdat zjj zijn karakter wantrouwden,
maar zijn vermogen wierp slechts een
rente van vijftig pond af en zijn tegen
woordige positie bracht wel is waar twee
honderd pond op, maar daarvoor moest hij
ook naar een hoogst ongezonde streek van
Indië terugkeeren.
Paul trachtte Jim Cartwirgh over te ha
len een predikantsplaats in het moederland
te zoeken, terwijl Maud met tranen in de
oogen verklaarde, dat zij wel nooit zou op
houden hem te beminnen, maar dat zij niet
temin nooit tegen den wensch van haar
moeder zou willen trouwen, want daaruit
zou, vreesde zij, slechts onheil voor hen
beiden kunnen voortkomen.
Jim Cartwricht moest in Januari naar
Indië terugkeeren en wanneer hij het nief
wilde doen, dan moest hij drie maanden
vooraf zyn ontslag verzoeken. Om de be
zwaren nog talrijker te maken, verklaarde
de arts, dat nog drie jaren in dat heete
klimaat doorgebracht, hem eenvoudig om
het leven zouden brengen.
Hij was veel te trotsch om in Engeland
een ambt aan te nemen, dat hem dwong
van het vermogen zijner vrouw te leven
en door dit alles waren de beide verloot-
den zoo wanhopig en vertwijfeld, dat Paul
op zekeren dag zeide, dat het voor hem
een waarschuwend voorbeeld zou zyn om
nooit verliefd te worden.
Mrs. Verity en haar zoon begonnen de
bezoeken van den jongen predikant reeds
onaangenaam te vinden, daar zij bij Maud
steeds een diepe treurigheid tengevolge
hadden en de angst der weduwe was zeer
groot, toen Jim op zekeren middag om
vier uur was gekomen en om zes uur, toen
Paul van zyn kantoor thuiskwam, nog
altijd met zijn verloofde op haar kamer
alleen was.
Mijn beste Paul, zeide de oude dame,
hij moet Maud tot vluchten overhalen, hij
is al twee volle uren bij har.
Paul glimlachte.
Jim Cartwricht is een veel te recht
schapen man om aan zoo iets te denken,
zeide hij, het is veel waarschijnlijker, dat
hij voor goed afscheidt van haar neemt.
Hij is er de man wel naar om zich op te
offeren voor zijn plicht en ik twijfel er
zelfs niet aan of hij is besloten naar Indië
terug te keeren.
Moeder en zoon hadden evenwel geen
tijd zich verder in vermoedens te verdie
pen, want de deur van het salon werd ge
opend en de beide minnenden traden met
van geluk en vreugde stralende gezichten
binnen.
Jim zeide:
Eindelijk is er een uitkomst gekomen,
mrs, Verity, men heeft mij een goede pre
dikantsplaats in Engeland aangeboden en
wanneer gij er niet tegenop ziet, Maud naar
Nortshire te laten gaan, dan kunnen wy
toch nog gelukkig worden.
Maar gij hebt toch altyd gezegd, dat
gij niemand kendet, die u aan zulk een
plaats zou kunnen helpen, zeide Pauk
Ja, dat dacht ik ook, maar mijn oude
vriend Kenueth Ford is uit Indië terugge
keerd, en heeft mij bij zyn neef, lord Chat-
terly, aanbevolen en de graaf schrijft mij,
dat hij een plaats voor mij open heeft als
predikant in een gemeente, waarover hij
iet patronaat heeft. De jaarwedde bedraagt
honderd pond en de graaf zegt, dat het
een zeer aangename werkkring is.
Mijn beste Jim, ik wensch u van
larte gelnk, zeide mrs. Verity, terwijl zij
hem de hand drukte.
Paul daarentegen zeide nog niets, maar
toen de nieuwbenoemde predikant heen
ging, bracht hij hem naar het station en
onderweg sprak hij:
Gij moet niet denken, Jim, dat ik uw
vreugde wil bederven, maar ik moet u toch
rgens voor waarschuwen. Lord Chatterly
staat bekend als een hoogst onaangenaam
n heerschzuchtig man en wanneer die pre
dikantsplaats u in eenig opzicht van hem
afhankelijk maakt, neem ze dan liever
niet aan.
Ik heb een brief van Kenueth Ford
ontvangen, tegelijk met dien van den graaf,
en ik geloot dat mijn vriend deze beden
king had voorzien, antwoordde Jim Cart
wright, ten minste hy verzekerde mij na
drukkelijk, dat de graaf zich nooit in kerke
lijke zaken mengt en dat ik het als predi
kant zeer goed met hem zal kunnen vinden,
als ik maar nooit voor het een of andere
doel een beroep op zyn beurs doe, want
zijn ergste fout is, dat hy zeer gierig is.
De brief dien lord Chatterly aan zijn
neef geschreven had, was een duidelijk be
wijs voor zijn schraapzucht. De graaf schreef
aan Kenueth, dat hij de predikantsplaats
wel aan diens beschermeling zou willen
geven, maar dat hij haar reeds aan een
ander had beloofd. Evenwel wanneer het
Kenueth Ford honderd pond waard was,
dan zou hij toch diens beschermeling willen
aanstellen en den teleurgestelden candidaat
dat bedrag als schadeloosstelling toezenden.
Kenueth Ford begreep zeer goed, dat die
teleurgestelde candidaat alleen in de ver
beelding van lord Chatterly bestond, die op
een dergelijke wijze zichzelf met honderd
pond verrijken wilde, maar toch zond hy
zijn neef met de eerstvolgende post een
aangeteekenden brief met een wissel van
honderd pond.
In den namiddag van denzelfden dag
ontmoette hijj(de gravin en deelde haar
mede, dat Reginald aan zyn verzoek had
voldaan, maar van de honderd pond sprak