De oorlog tusschen Griekonland
en Turkije,
Onze correspondent te ST. PANKRAS
schrijft:
Dinsdagavond vergaderde in het lokaal van
den Heer T. Ruijs de alhier gevestigde Tuin
bouwvereeniging. Er werd bekend gemaakt, dat
nagenoeg alle bouwers zich hadden verbonden
hunne aardappelen aan de veiling te brengen,
Wanneer de aardappelen worden opgehouden,
mag de verkooper nog eens laten veilen, maar
niet daarna uit de hand verkoopen, wat verle
den jaar herhaaldelijk gebeurde. Met het oog op
dergelijke en andere gevallen werd voorgesteld,
of het niet wenschelijk was om voor devereeni
ging rechtspersoonlijkheid aan te vragen. Dit
voorstel kon echter geen meerderheid verwerven,
Er was een schrijven ingekomen van den Heer
J. Yerweel, waarbij deze bedankte als president
der vereeniging. In zijne plaats werd als lid van
het Bestuur gekozen de heer G. Kempers.
Onder het rundvee van den Heer K.
hier heeft zich deze week het eerste geval van
mond- en klauwzeer in deze gemeente voorge
daan.
In de op 12 Mei 1897 te SCHAGEN in de
Landbouw-Sociëteit Cérès door de vereeniging
„tot bescherming en opbeuring van den Natio-
nalen Landbouw en Arbeid" gehouden vergade
ring is besloten, dat de vereeniging bij de aan
staande kamerverkiezing propaganda zal maken
voor den candidaat, door de katholieke en anti
revolutionaire partijen te stellen, en is tot candi
daat voor de statenverkiezing, vacature A. Jz.
Kaan, gesteld de heer J. Koomen Hz., burge
meester van Winkel.
De heer J. P. Backx te Wieringerwaard had
verklaard, voor deze statenverkiezing niet in
aanmerking te willen komen.
NOBEL.
Nu door gebrek aan fondsen het anti-diphe-
risch seru van prof. Spronck niet meer voor
minvermogenden kosteloos verkrijgbaor is, heeft
de Loge „Jacob van Campen" te Amersfoort, be
sloten om, in afwachting van meer afdoende
maatregelen, het op voorschrift van een practi-
seerend geneesheer daar ter stede kosteloos aan
minvermogenden te doen verstrekken door een te
Amersfoort gevestigd apotheker.
DE ZAAK TE MEERENBERG.
De Haarlemsche rechtbank deed uitspraak in
de zaak van de verpleegster E. J. Van Steen,
beschuldigd van den dood eener patiënte in het
krankzinnigengesticht Meerenberg te hebben ver
oorzaakt door onvoorzichtigheid. Een bad, dat
zij eene der patiënten liet ondergaan, was name
lijk zoo heet geweest, dat de patiënte ernstige
brandwonden bekwam en den dag daarop over
leed.
De rechtbank overwoog, dat de verklaringen
der doctoren niet eenparig waren over de vraag,
of de dood het gevolg der verbranding was ge
weest, sprak de beklaagde derhalve daarvan vrij,
maar veroordeelde haar, het misdrijf qualificee-
rende als het toebrengen van zwaar lichamelijk
letsel door schuld, tot hechtenisstraf van een
maand.
DE TETEGRAAF EN DE VEBKIEZINGEN.
Aangezien kan worden verwacht, dat van den
uitslag der stemming in elk onderkiesdistrict,
welke op den dag der stemming in den loop van
den avond bekend wordt, telegrafisch bericht zal
worden gezonden, en meerendeels die berichten
de kantoren niet vóór den gewonen sluitingstijd
kunnen bereiken, is vanwege het hoofdbestuur
der posterijen en telegrafie bepaald, dat op 15
Juni a. s., alle Rijkstelegraafkantoren open blij
ven tot des avonds 10 ure (Greenwichtijd) of zoo
veel langer als de drukte dit noodig maakt.
Den volgenden dag sluiten de kantoren met
beperkten dagdienst op plaatsen welke als hoofd
kiesdistricten zijn aangewezen, in de morgenuren
niet, alvorens de officiëele verkiezingstelegram
men van den voorzitter der hoofdstembureaux zijn
aangeboden en overgeseind.
Zondagsrust te HAARLEM!
Van de ministers van binnenlandsche zaken
en van justitie is bij den Raad der gemeente
Haarlem bericht ontvangen, dat de regeering
geen voornemen heeft wijziging te brengen in de
toepassing der Zondagswet.
Na eene uitgebreide briefwisseling is den burge
meester verzocht voortaan de toepassing dier wet
na te laten.
Waar de regeering zich zoo duidelijk heeft uit
gesproken, heeft de burgemeester zich bij haar
gevoelen nedergelegd.
'T KAN VERKEEREN.
Een Zeeuwsche boer aan 't mopperen.
„'t Is een broerde tied voor den boer; je kan
onmeugelek voor je vruchten eenig geld maeken
de teve, de gaste, d'aever, de brune boanen, en
noe de peeën, kortom zei mar's wat nie, 't is
aollemaelle een belabberde boel, waer a je ten
ten slotte van mot betaelen, dat mag Joost wete,
mar ikke nie; en as je bie meneer komt, och
ermeda's ook klachte bie klachte over de wei
nige precenten, die ie van zien geld trekt, je
zeit dat ie mit drie en een aolf te vree mo' we
zen. 't Zotste is dat as ter een ostie (hofstede)
open komt, dan ei e bekans onderd liefebbers,
die bie meneer „aop wat ei e mooie joenge" spe
len, om hum mar t'en, en dan biedt den een a
meer as den oarendat komt aollemaele om da'
ze werachtig nie wote, wa' ze anders motte be
ginne; ik zegge, ma as ik in het bestier van 't
land zat, dan most er daodeliek belasting op 't
graen komme, 't is in aere landen ook we' en 'k
gloave (geloof) nooit, dat 't daer zoo miserabel
is as ier; en mit dat sluten van de grenzen ku'
je 't vee bienae nie weggegeven kriege, laet stae
veerkoopen't eit geen waerde .zegge de beeste-
koaper; de paeren (paarden) dat ei nog a rede
likjes gegaen, ma de lang za dat oak nog dure,
dat vraeg'ik! Je mot je zeune in Godsnaem ma
soldaet, kemies of meester laeten oare; das noe
ook percies zoo vet niet, mar die e een vast
traktement, en daer is 't een goekoape tied voor.
Vroeger iew (hield) je vaoder nog nae zen doad
een klute mit geld over, mar voor ons is dien
tied voorbie en ku' je alles toegeve. Ik wou da'
die goeie oue tied ma gau weer terugkwam".
Fonds voor do gewonden in Griekenland.
De groote hoop oordeelt naar het succes.
Had Griekenland don eersten slag gewonnen,
was daarop Mecedonië in opstand gekomen, en
had de oorlog tot bevrijding van deze landen
van onder den Turk geleid, aller lof zou voor
den dapperen Griek zijn opgegaan, en de roem
van het Grieksche Koningshuis in heel de Levant
zijn gevestigd.
Maar Griekenland leed tegenspoed.
De eerste slag mislukte. Macedonië kon niet
in verzet komen, en het gevolg was, dat het
kleinere, ongeoefende Grieksche leger, na ver
woeden tegenstand door overmacht en bij Mati
én bij Pharsala werd teruggeworpen.
En nu valt een ieder over Griekenland heen.
Zij dit zoo.
Wie hoog spel speelt, kan alles verliezen, en
moet dit dragen.
Maar Griekenland was reeds arm, en is nu
ganschelijk uitgeput, terwijl uit Volo van het slag
veld schepen vol gewonden naar Athene komen.
Daarom eischt gevoel en menschelijkheid, dat
Europa althans van die gewonden de hand niet
aftrekke.
Onder alle verwikkelingen door heeft toch ook
het bloed van deze gewonden gevloeid in de
eeuwenlange, nog altoos niet beslechte, worste
ling tusschen de Halve Maan en het Kruis.
Zoo schrijft „de Standaard", en wij nemen
het over met algeheele instemming.
Wie zich een geldelijk offer wil getroosten, en
iets wenscht aftezonderen ten bate der vele slacht
offers van den krijg in Griekenland kan zijn
bijdrage zenden aan den Heer ds. F. G. Fleischer
te Broek op Langedijk, die zich belast met het
in ontvangst nemen der giften, welke voor ge
noemd doel mochten inkomen.
Voor het hier bedoelde fonds voor de ggwonden
in Griekenland kwamen reeds vele giften in.
EEN KLEINE FOUT.
Art. 51 van de kieswet schrijft voor, dat de
gave van candidaten moet inhouden „den
naam, de voorletters en de woonplaats van den
candidaat". Alsmede dat vorm en inrichting van
deze opgave moet worden vastgesteld bij alge-
meenen maatregel van Bestuur.
Die vaststelling heeft dan ook plaats gehad,
en het model is gepubliceerd.
Edoch, dat model klopt niet geheel op de
wet.
De wet toch spreekt van voorlettersen het
model eischt opgave van de voornamen.
Een klein verschil zal men zeggen.
Doch wat nu te doen, als de invuller zich
aan de wet houdt, en alleen de voorletters op
geeft, en hierop wordt later captie gemaakt?
Ook vormelijke vergissingen zijn in verkie
zingszaken altoos bedenkelijk.
Want men kan nu wel zeggen: Vul dan in
elk geval de voornamen voluit in, dan zitten de
voorletters vanzelf aan de voornamen vast.
Maar als in eenzelfde wet de eene maal van
voornaamen de andere maal van voorletters
gesproken wordt, mag bij de uitvoering der wet
dit onderscheid toch niet geïgnoreerd worden.
Naar de voornamen moet men nog eerst in-
formeeren, de voorletters zijn terstond bekend.
Een ieder hoorde van J. Heemskerk Az., maar
of nu deze J beteekent Jacob, Johannes, Jan,
Joachim, Jeronimus of Joost, weet alleen vriend
en familielid.
Van de meerdere moeite nu om dit na te vra
gen, ontslaat de wet, terwijl het -formulier den
xiezers die meerdere moeite oplegt.
ATJEH.
Omtrent de vermelde gevechten in Atjeh seint
correspondent van de N. R. Ct. het volgende
„In den nacht van Zaterdag op Zondag trok
ken het 6e en het 8e bataljon en een compagnie
repeteergeweren van Indrapoeri naar Gliëng,
waar Panglima Polim drie bentings had opge
worpen. De vijand werd verrast, maar bood hef
tig tegenweer. Hij liet ten slotte 37 lijken in
onze handen; daaronder was een Europeesch
deserteur.
Onze verliezen waren 18 gesneuvelden en 47
wonden, van wie Zondag nog 7 gestorven zijn.
„Een groote menigte geweren, munitie zijn door
ons buitgemaakt."
Buitenland.
Maandagavond, toen hij reeds meester was
van Domokos, ontving Edhem-pacha het bevel
van den sultan om de vijandelijkheden te staken
en dadelijk zond hij eenige zijner stafofficieren
naar des kroonprinsen hoofdkwartier, ter aan
knooping van de onderhandelingen over een wa
penstilstand, in verband met de hem geworden
instructies, 't Schijnt alles vlot te zijn gegaan,
want Dinsdagavond was de wapenstilstand reeds
ondergeteekend voor wat Thessalië betreft.
De oorlog in Thessalië heeft feitelijk geduurd
van 14 April tot 18 Mei, 86 dagen dus en in
deze betrekkelijk korte periode zijn geleverd be
halve vele kleine gevechten en schermutselingen,
vier groote gevechten (bij Mati voor de ontrui
ming van Tarnavo en van Larissa bij Pharsala
en bij Velestino vóór de ontruiming dezer stel
lingen en nu ten slotte bij Domokos voor de
terugtrekking der Grieken in het Othrys-gebergte).
In Epirus heesch de Turksche generaal na
ontvangst van de bevelen uit Konstantinopel
(Dinsdagavond om 5 uur) op het fort Imanet
vóór Arta de witte vlag en zond naar kolonel
Manos eene delegatie, bestaande uit den exconsul
te Arta en twee officieren met deze voorwaarden
het verlaten van het Turksoh grondgebied en het
neutraal blijven van de brug bij Arta.
En te Lamia hebben de beide legermachten
de witte vlag geheschen.
Over den beslissenden slag bij Domokos wordt
nog het volgende gemeld van 17 dezer 's avonds
om 10 uur:
Heden werd hier (Domokos) een groote slag
geleverd. De nacht maakte een einde aan den
strijd, die onbeslist bleef. De Grieken behielden
hunne stellingen en boden hardnekkigen weer
stand aan 'de aanvallen van het Turksche leger,
wat ook van Turksche zijde erkend werd. Toen
het reeds laat in den avond was, deden de Tur
ken nog vergeefsche pogingen om de Grieksche
verschansingen te bestormen. De Turken leden
zware verliezen; de linker-divisie der Turksche
armee was van negen uur in den morgen met
den vijand slaags; het schijnt haar gelukt te zijn,
den rechter-vleugel van het Grieksche leger
terug te drijven,
En van den 18en 's morgens heette het: De
Grieken ontruimden des nachts al hun stellingen.
Twee geheele en een halve divisie van het
Turksche leger rukten uit om hen te vervolgen.
Toen na het eindigen van het gevecht de ba
lans kon worden opgemaakt, was gebleken, dat
de Grieksche stellingen, die door de troepen zoo
dapper verdedigd waren door de Turken zouden
kunnen worden omgetrokken, en dat daardoor
de terugtochtsweg zou kunnen worden afgesne
den. Om dit te voorkomen besliste de generale
staf, dat op de stellingen van het Othrys-gebergte
en den Phurka-pas zou worden teruggetrokken.
Dit geschiedde. En toen Edhem- pacha den vol
genden dag Domokos bezet had, ontving hij het
bevel de vijandelijkheden'te staken.
Hoe 't ook zij, des sultans besluit tot staking
der vijandelijkheden is een heel gunstig symp
toom voor het verloop der onderhandelingen over
den vrede. Zelfs is er reeds iets meer dan een
veronderstelling in gunstigen zinUit
Konstantinopel wordt gemeld dat de Porte, hoe
wel zij de onbetwistbare rechtvaardigheid van
haar vredesvoorwaarden handhaaft, geneigd is
nader te onderhandelen over den afstand van
Thessalië en het bedrag van de oorlogsschatting
zij houdt echter beslist vast aan den eisch tot
afschaffing van de faciliteiten, aan Grieken in
het Turksche rijk verleend.
Dat is nog wel geen algeheele schikking in
.het onvermijdelijke en door de mogendheden on
derling en bij gemeen overleg noodig geoordeelde,
doch 't is een heel groote stap in de goede rich
ting.
Men spreekt zelfs reeds van Turkije's gezind
heid om 't met een vierde der ooxspronke-
lijk geëischte oorlogsschatting, enkele grenspas-
sen en een uitleveringscontract voor lief te ne
men.
DE BULLEBIJTER.
„Rhodes wordt heden (21 April) aan de Kaap
verwacht en Lord Rosmead gaat morgen naar
Engeland. Zuid-Afrika zal, merkt de „Express"
op, weer een fatsoenlijk man armer en een eerste
klas schelm rijker zijn."
Hetzelfde blad schrijft, in zijn nummer van
den 23sten, nog als volgt:
„De hoogedele heer is terug en werd verwel
komd door wat hij noemt zijn volk. Hij heeft
een „volle en openhartige" verklaring afgelegd
voor het comité van onderzoek in Engeland. Dat
is: hij heeft zijn ondervragers vertelt wat zij
reeds wisten en wat hij niet meer kon ontken-
verbergen. En nu gaat hij vechten voor
gelijke rechten aan alle blanken ten zuiden van
de Zambesi. Dat 's prijzenswaardig; als één man
het recht heeft strooptochten te organiseeren en
zjjn buurman in het donkere van den nacht te
bekruipen, dan behooren allen hetzelfde recht te
hebben. Wij gaan vooruit; wij worden onpartij
dig, wij leeren verstaan wat „hooge motieven"
zijn.
EEN DRIFTIG MINISTER.
Uit Madrid wordt van den 21 Mei bericht:
Een heftig debat werd in den Senaat gevoerd
tusschen den Minister van Buitenlandsche Zaken
en den liberalen senator Comas, naar aanleiding
van het besluit, door den Amerikaanschen Se
naat in zake den oorlog op Cuba genomen.
De discussie werd weder opgevat bij het ver
laten van de zittingzaal en toen gaf de minis
ter den senator Comas een oorvijg. Het geval
wekte veel opschudding. De liberale minderheid
van den Senaat besloot niet meer aan de zittingen
deel te nemen, totdat aan den heer Comas en
de liberale partij voldoening gegeven is. Tenge
volge van het incident-Comas heeft de minister
van Buitenlandsche Zaken ontslag genomen.
De minister-president, de heer Canovas, heeft
ad interum de portefeuille van b. z. overgenomen.
Is de te St. Petersburg verschijnende „Po-
lit. Correap. in dezen te vertrouwen, dan moet
er in de laatste dagen in Bulgarije een zeer
oorlogzuchtige stemming heerschen. Vooral in
't leger wenschen velen den krijg met Turkije
en deze stemming deelt zich ook mede aan an
dere kringen der bevolking. Velen wenschen dat
Bulgarije om zijn nationale belangen in Mace
donië te doen gelden, handelend optrede. Het is
te verwachten dat de Bulgaarsche regeering, om
zich niet de boosheid der mogendheden, die vóór
alles den Europeeschen vrede willen bewaren, op
den hals te halen, al het mogelijke zal doen, om
de chauvinistische stemming der Bulgaren te
breidelen.
Waarin het Engelsche leger schitterend bo
ven dat van andere mogendheden uitblinkt, ver
neemt men uit een onlangs verschenen parlemen
tair rapport. Daaruit blijkt, dat van elke 1000
Engelsche soldaten in Engeland 203 en in Indië
438 aan venerische (vuil) ziekte lijden, tegenover
27 per 1000 Duitsche en 43 per 1000 Russische
en Fransche. Wel een reden om het Engelsche
leger erger dan de runderpest te schuwen.
INGEZONDEN.
IMijnheer de Redacteur.
Verzoeke voor onderstaande s. v. p. eene kleine
ruimte in uw blad van 22 Mei.
De Vereeniging tot bescherming der dieren
benoorden het Y, richtte dezer dagen het ver
zoek om het uithalen van eieren en jongen van
onze nuttige vogels te voorkomen; ten 2e om
onze lastdieren als paarden, trekhonden en andere
dieren niet te zware vrachten te laten trekken
of torschen, noch te kwellen. Wij hopen dat
4 ieder naar zijn vermogen dit zal nalaten of voor
komen.
De vogels hebben aanspraak op onze bescher
ming: door het vele en onberekenbare nut dat
zij aanbrengen in onze boomen en op onze velden;
om het genot dat zij ons verschaffen door
haar stem en lied en aan de verjongde natuur
kracht en leven bijzetten.
Ziet eens hoe ijverig die kleine vogel1 haar
kunstig nestje bouwt en kiest naar zy meent een
uitgelezen plekje in gindschen boom, waar niets
haar vreugde en de rust van haar teerbemind
kroost zal verstoren; steeds zoekt zij insecten,
nu eens afgewisseld door een vrolijk lied als
wilde zij den menschen toonen dat arbeid en zang
genoegens geeft.
Doch op eens is dat helder klinkend lied ver
stomd en onrustig springt zij van tak tot tak.
Helaas een baldadige jongen heeft hare klei
nen geroofd enheeft, louter uit ver
nielzucht, de arme onschuldige diertjes dood ge
slagen tegen muur en boom.
Foeiwat wreed gevoel spreekt uit het hart
van dezen knaap.
Gaat ouderen, die toch beter gevoelt, het lijden
onzer jonge vogeltjes tegen.
Prent uwe kinderen het in en merkt hun op, dat
bescherming onzer dieren edeler en gevoeliger
harten kweekt, dan kwellingen en martelingen.
En hoe staat het met onze ploegpaarden, trek
honden enz.?
Het spijt me te moeten zeggen, dat vaak van
die dieren meer wordt gevergd dan hunne krach
ten toelaten en zelfs het goede werkpaard, wan
neer de krachten hem begaven, in plaats van een
flink rantsoen ontving, met een ijzeren staaf of zoo-
genaamden stokelhaak ergerlijk werd geslagen.
Bedrijvers van dergelijke schanddaden,uw naam
zal ik nog niet noemen, hoewel gij het verdiendet.
Toont echter, dat gij de waarschuwing hebt
begrepen en Teert daarbij gevoelen, dat ook uw
paard aanspraak mag maken op 'n redelijke en
billijke behandeling.
Met dank voor de plaatsing
Uw abonné
X.
554:Ste Staatsloterij.
Dinsdag 18 Mei 1897.
5e Klasse, 5e lijst.
Nr. 18266 f 5000. Nr. 10047, 13914 en 15721 ieder
f 1000. Nr. 20941 f 400. Nr. 1381,1575,9983 12042,15282,
15807, 18893 en 19409 ieder f200. Nr. 5037, 5327, 6309,
10202, 12811, 14423, 15956, 16475,17465,18664 en 20084
ieder f100.
Woensdag 19 Mei 1897.
6e lfjat.
Nr. 15255 f1500. Nr. 1315,3473 en 20582 ieder f1000
Nr. 10474 13180 en 16054 ieder f400. Nr. 3757, 4398,
6346, 6752, 11342, 11888 en 18711 ieder f200. ïfr. 783
1476, 2410, 4255, 6305, 8317, 8406, 8880, 9131, 10499,
11541, 12706, 14033, 16837, 17041 en 19586 ieder f100.
Donderdag 20 Mei 1897.
7e lijst.
Nr. 610 f100,0000. Nr. 18448 [f 1500. Nr. 12165,15818,
16516 en 18615 ieder f 1000. Nr. 3025, 5157,6818, 7084,
9439, 12914', 12994 en 13842 ieder f400. Nr. 13822 18463
en 19173 ieder f200. Nr. 2248, 2523, 4595, 5516, 6304,
7922, 14904, 18507, 18855 en 20803 ieder f 100.
Vrijdag 21 Mei 1897.
8e lijst.
Nr. 15973 f 25,000. Nr. 2249, 3022, 7593, 10671 en
13927 ieder f1000. Nr. 6481, 9444, 9464, 16232, 18197
en 20134 ieder f100. Nr. 7070, 14356, 14577 en 17173
ieder f200. Nr. 2132, 3773, 4788,(5556,7392,7725,7905,
14511 en 20865 ieder f 100.
PREDIKBEURTEN.
NED. HERV. GEM. OUD-KARSPEL.
Zondag 23 Mei vm. 9,30 ds. Stramrood.
Donderdag 27 Mei vm. 9.30, ds. Stramrood.
NED. HERV. GEM. NOORDSCHARWOUDE.
Zondag 23 Mei vm. 9,30 ds. Habbema.
GEREFORMEERDE GEMEENTE.
Zondag 23 Mei v.m. 9 uur, nm. 2 uur. ds.
Donderdag 27 Mei vm. 9 uur, ds. Boeijenga.
NED. HERV. GEM. ZUIDSCHARWOUDE.
Zondag 23 Mei vm. 9.30 ds. Melchers.
Donderdag 27 Mei vm. 9.30, ds. Metchers.
NED. HERV. GEM. BROEK OP LANGEDIJK.
Zondag 23 Mei v.m 9 u. nm. 2 u. ds. Gemser.
GEREFORMEERDE KERK.
(N o o r d e r k e r k).
Zondag 23 Mei vm. 9.30, nm. 2.30 cfó. Bakker.
CHRISTELIJK GEREFORMEERDE KERK.
Zondag 23 Mei vm. 9.30nm. 2.30.Godsdienstoef.
DOOPSGEZINDE GEMEENTE.
Zondag 23 Mei geen dienst.
Marktberichten.
ALKMAAR, 21 Mei 1897. Aangevoerd358
stapels Kaas, wegende 122743 Kg. Kleine f 25,—
Commissie a f 23,50 Middelbare f 24.50
ALKMAAR 22 Mei 1897. Aangevoerd6
Paarden f 30.— a f 250 35 Koeien f 130 a
f210; 59 Nuchtere kalveren f 5.a f14.—
Vette Kalveren f a fper kilo f0.a 0.
490 Schapen f10, a f23.: 847 Lammeren f5,a
10.138 Magere varkens f 14.a f18. 278
Biggen f 7. a f 10.50; 31 Bokken en Geiten f 2
a f 6.20 kleine id. f 0.40 a f 0.70 f Boter per halve
K.G. f0.40. af 0.45.
Aardappelen fl.a fl.25; bietenf0.afO.
koolrapen fl.50 a f kippen f0.70 af 1.25^
eenden f0.50 a f0.60; konijnen f0.50 a f0.80;
kippeneieren f2.25 a f2.75; eendeneieren f3.— a
-; kuikens fO.— a fO—