Weekblad voor LANGEDIJK en Omstreken.
W°. 32.
Zondag 8 Augustus 1897.
6e Jaargang.
N ieuwstij dingen.
Feuilleton.
DE GEHEMMGE MISDAAD.
NIEUWE
UATGEDIJKER COURANT
Deze courant verschijnt eiken Zaterdagnamiddag.
ABONNEMENTSPRIJS
voor Noordscharwoude, Ocdkarspel, Zuidscharwoude en Br. op Langedijk
per drie maanden 50 ct-, franco p. post 0O ct.
UITGEVER:
J. H. KEIZER.
BUREEL:
Hoordscluirwoude.
PRIJS DER ADYERTENTIËN:
Van 1—5 regels 30 ct., elke regel meer 5 ct.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Brieven rechtstreeks aan den Uitgever.
Op het hulpkantoor te ZUID-SCHAR-
WOUDE, zijn gedurende de Maand Juli '97 in
de Rijkspostspaarbank betaald, 94 inlagen, tot
een gezamenlijk bedrag van f 1855,29 benevens
14 Terugbetalingen ter somma van fl490,0ö.
5 nieuwe boekjes werden aangevraagd en uit
gereikt welk laatste is genummerd 8104.
De nieuwe kerk der hervormde gemeente
te SCHAGEN is bijna gereed. Er moeten nog
eenige stoelen geplaatst worden, iets aan de ge
maakte banken worden aangebracht en nog wat
schilderwerk verricht. Het uurwerk is geplaatst
en de klok kondigt weer geregeld den tijd aan
met heel en half slag. Bestond er voor een paar
weken vrees, dat de inwijding einde Augustus
niet zou kunnen plaats hebben, die vrees is ge
heel ongegrond gebleken. Het koor van zangers
dat bij die inwijding een paar liederen zal zin
gen houdt dan ook geregeld repititie, om einde
Augustus gereed te zijn.
NIEUWE NIEDORP.
Aan den grooten kolfwedstrijd van den Neder-
landschen kolf bond zal door 25 clubs in ons land
worden deelgenomen, waarvan 1 uit Friesland,
Bolsward, 1 uit Zeeland, Goes, 5 uit Zuid-Holland
en 18 uit Noord-Holland. Deze wedstrijd zal dit
jaar gehouden worden op 12, 13 en 14 Septem
ber in het lokaal de Prins Maurits, alhier.
HERSTEMMINGEN TWEEDE KAMER.
Leeuwarden. Uitgebracht 3611 geldige
stemmen.
Gekozen de heer H. Pjjttersen Tzn. met 1943
stemmen. De Heer W. Bax (soc.-dem.) verkreeg
1698 stemmen.
Winschoten. Uitgebracht 4402 geldige
stemmen.
Gekozen de heer B. L. Tijdens (rad.) met 2302
stemmen. De heer Van Kol (soc.-dem.) verkreeg
2100 stemmen.
MINISTERS-AFGEVAARDIGDEN.
Naar de N. R. Ct. en het Hdbld. vernemen
moeten de ministers Goeman Borgesius, Lely en
Pierson zich bereid verklaard hebben, eventueel
eene candidatuur voor de Tweede Kamer respec
tievelijk in de districten Zutphen, Lochem en
Enschede, die hen bij de algemeene Kamerver
kiezingen kozen, opnieuw te aanvaarden en dus
het Kamerlidmaatschap met het ministerschap te
verbinden.
IEMAND MET VELE FUNCTIES.
Tot koster en voorzanger bij de Ned. Herv.
Gemeente te Rosendaal (G.) en tot doodgraver is
benoemd het nieuwe hoofd aan de openbare school
aldaar de heer J. A. Slempes.
EEN GERUCHT.
Van hier wordt aan de „Tel." geschreven:
„Het verluidt nu, wat het Kamerlid Mr. Druc-
ker in den Haag heeft gedaan tijdens de ministe-
rieele crisis en de voorbereiding van het nieuwe
Kabinet.
„Voor den heer Drucker was een portefeuille
bestemd. Hij wilde die aanvaarden onder beding,
dat als slotnummer op het vierjarig ministerieel
programma zou prijken herzienning der Kieswet.
Deze voorwaarde werd niet in gewilligd en de
heer Drucker keerde naar Zwitserland terug,
dankbaar maar niet voldaan".
HENDRIK DE JONG.
Hendrik de Jong, genoegzaam bekend door de
geruchtmakende geschiedenis der verdwenen vrou
wen, Sarah Anna Huett en Maria Sybilla Schmitz,
en in 1894 veroordeeld tot drie jaar hechtenis
wegens oplichting en verduistering, zal den 18den
dezer uit de gevangenis worden ontslagen.
Naar „De Echo" verneemt, heeft hij een vrij
groote uitgangskas vergaard.
Zijn plan moet zijn, onmiddellijk na zijn in
vrijheidstelling naar Melbourne te veitrekken.
ETEN OP ZONDAG.
Een Londensch geneesheer is tot de ontdek
king gekomen, de zooveel gevraagde Zondags
rust ook toe te passen op de maag en des Zon
dagsmiddags niet te etea4 Want, zegt hij,
het middagmaal op Zondag doet de menschen
meer kwaad dan goed. De meeste menschen zijn
n.l. gewoon des Zondags lekkerder te eten dan
andere dagen, bjjgevolg ook meer, want het ligt
in de menschelijke natuur, om van het goede
zooveel mogeljjk te nemen. En wie zes dagen
van de week aardappelen met mosterdsaus heeft
gegeten, meent recht te hebben om des Zondags
zich te vergasten aan aardappelen zonder mos
terdsaus. Gewoonlijk volgt dan op het stevig
middagmaal een stevig glas bier, terwijl het
vooraf is gegaan door een niet minder stevigen
borrel; dan des avonds nog eene flinke boterham
en des Maandags een suf hoofd en een be
dorven maag!
Daarom, zoo leeraart de Engelsche dokter,
die vermoedelijk meer aan theorie doet dan aan
„praktijk", daarom moet degene, die degansche
week zijn lichaamskracht noodig heeft, zes da
gen van de week een flinken, stevigen maaltijd
hebben; de zevenden dag, zijnde een rustdag,
kunnen zij zich met lichte kost vergenoegen.
"V ERKIEZIN GSM ANOEU VRES.
Juist op het laatste oogenblik voor de stem
ming voor een lid van de Tweede Kamer, op
27 Juli jl., verscheen in een te Winschoten uit
komend blad eene advertentie, onderteekend dooi
den heer P. Dijkhuis, caudidaat der anti-revo-
lutionnairen, waarin hij voor de candidatuur be
dankte. De advertentie was valsch en verscheen
te laat om tegengesproken te worden. Zij heeft
stellig nog sommige kiezers misleid, die van
plan waren op den heer. Dijkhuis te stemmen
en het nu niet deden.
Natuurlijk werd een onderzoek ingesteld naar
den inzender van deze leugenachtige adverten
tie, en het is, naar wij vernemen, den heer
Djjkhuis gelukt hem op te sporen, nl. een onder
wijzer aan de openbare school te Woldendorp.
Deze voorganger der jeugd heeft zeker niet be
dacht welk een slecht voorbeeld hij daardoor aan
zijne discipelen gaf, maar ook niet, dat hij door
deze handeling in conflict kwam met de kieswet
en het strafwetboek beide. Als wij goed in
gelicht zijn, moet de heer Dijkhuis dan ook
voornemens zijn van deze zaak een aanklacht
in te dienen waar het behoort. (N. Pr. Gr. Ct.)
EEN WONDER.
Alle boeren langs den weg van Amersfoort
naar Apeldoorn moesten zien, wat dat toch was
„zoo'n vreemd ding, mit dree roajen der oender
en 't vloog d'er zoo heen mins, net zoo hard
as een spoor!"
Geen oud wijf bleef op 't spinnewiel. Want
zoo iets raars hadden de goede Yeluwnaars nog
nooit gezien. Fietsen, nu ja, dat is iets heel ge
woons. Een spoortrein, ja, dat is wel een onbe
grijpelijk ding, maar daar is tenminste nog een
„mesien" voor, die al die wagens voorttrekt.
Maar een automobielEu dat ding rammelde
zoo hard't was een kwartier ver te hooren.
Drie menschen zaten er op twee heeren en één
ja, dat leek wel zoo wat een koetsier, meen
den de Yeluwnaars.
In een herberg, aan den straatweg staande,
zat een boer kalmpjes te praten met de waardin.
Ineens vloog dat vreemde ding voorbij. Wat zij
„schrokken" daarbinnen Van pure schrik vloog
ons boertje overeind en door de sterke spanning
zijner zenuwen kregen de knoopen van zijn
pantalon het te kwaad, sprongen at en de
gevolgen laten zich denken.
En in Yoorthuizen stopte het voertuig, omdat
het niet langer zonder eten kon. 't Was juist
op 't hoekje bij een smid. Wel Tijftig menschen
stonden er bij om te zien, hoe zoo'n „ierig ding"
gevoerd en gesmeerd werd.
Toen de werkzaamheden afgeloopen waren,
zette het voertuig der twintigste eeuw zich weer
in beweging en vloog den weg weer langs.
Gemompel van verbazing onder de kijkers, 't
Was toch een wonder, dat menschen zoo iets
konden maken, dat zoo maar vanzelf ging, en
zoo hard
Dat was 't algemeene oordeel. Nog lang zal
de automobiel het onderwerp der gesprekken
zijn voor onze boertjes, die uitnemend de kunst
verstaan om wat zij niet gezien hebben, er bij
Bovenstaand merkwaardig voorval had plaats
Dinsdag, 3 Augustus, in het jaar 1897.
HOE MEN OUD WORDT.
Oude lieden, mannen zoowel als vrouwen en
vrouwen zoowel als mannen, beweren gewoonlijk
een middel te hebben, dat hen in staat heeft ge
steld zulk een hoogen leeftijd te bereiken.
Voor degenen, die met de tegenwoordige slechte
tijden nog lust hebben om oud te worden, volgen
daarom eenige raadgevingen, door de raadgevers
zeiven beproefd en probaat bevonden.
Van een antiek mannetje uit Zuid-Frankrijk
Drink des morgens en des avonds van je tiende
jaar af het sap van een citroen, vermengd met
suiker.
Te bereiken ouderdom minstens 94 jaar!
Van een oud mannetje in Zwitserland: „Ik
zweer bij kris en bij kras, dat een glas zout water,
onmiddellijk na het opstaan gedronken, het eenige
universeele geneesmiddel is. Ik zou het desnoods
onder de „Reclames", tegen een gulden per regel,
durven te adverteeren. Want het rendeert."
Minimum leeftijd niet opgegeven.
Van een grijsaard in Westbourne-Park (Lon
den): Eiken morgen een sneetje tarwebrood met
boter en belegd met schijfjes wortel, en g"ij wordt
minstens 87 jaar!
Van een boer uit Pommeren: „Geen beter
middel om oud te worden dan varkensvleesch met
erwten."
Minimum leeftijd tachtig jaar.
Van iemand, die zijn wereld kent: Wordt met
uw vijftigste jaar soliede, dan kunt ge, als ge
het leven moogt behouden, het tot onbepaalden
leeftijd brengen!
EEN VERGISSING!
Men schrijft aan de „N. Gr. Ct.":
Eenige leden van den kerkeraad uit het dorpje
K. zitten op een Zondagmorgen reeds vroeg in
't rijtuig om zich naar O., dat eenige uren van
hunne woonplaats verwijderd ligt, te begeven, en
daar den dominee te „hooren." Er is bij hen
namelijk een vacature. Bij een kastelein even bui
ten het dorp O. wordt uitgespannen en gevraagd,
waar de kerk staat.
De „hoorders" laten zich vóór den kerktijd tegen
over den kastelein niet uit over 't doel hunner
komst, om te voorkomen dat de dominee wordt
gewaarschuwd, dat er vreemden zijn. Die zou dan
een paardje van stal kunnen halen, 't welk an
ders voor extra gelegenheden moet dienen. En
ze zijn toch gekomen om te hooren, niet hoe hij
het kan doen, maar hoe hij 't doet, m. a. w. hoe
hij den dienst waarneemt, als alleen zijn dorps-
genooten naar hem luisteren.
Om dan ook geen opzien te verwekken, gaan
ze ver van elkaar zitten, zoodat het den schijn
heeft alsof ze een dagje in 't dorp „uitdiketen"
zijn. De dienst neemt een aanvang, en ten
18.)
Neem hem mee, drong Kenueth aan.
ten minste als Chatterly er in toestemt.
Geloof mij, dat is, het beste wat ge doen
kunt. Wat zoudt ge moeten aanvangen wan
neer uw echtgenoot op een vreemde plaats
weer eens zulk een aanval van ziekte kreeg?
Gertrude zeide eensklaps met vaste stem
Neef Ford, eenige dagen geleden heb ik
u gevraagd of er in de familie van mijn
echtgenoot ooit gevallen van waanzin wa
ren voorgekomen en toen hebt ge daarop
ontkennend geantwoord en er zelfs bijge
voegd, dat ge u daar het allerminst be
vreesd over maaktet.
Zeker.
Zijt gij sedert niet van meening ver
anderd?
Wat bedoelt ge?
O! denk niet dat ik voornemens ben
iets te doen in strijd met de bevelen van
den dokter of de uwe, maar in den eersten
nacht dat Reginald ziek was, kon ik niet
slapen en ik ging naar beneden om te vra
gen hoe het met hem was. De deur van
de studeerkamer was gesloten, maar ik
hoorde hoe hij ijlde, ik hoorde een akelig
gillend lachen, dat mjj het bloed in de ade
ren deed verstijven.
Het doet mij innig leed, ik had het
tot eiken prijs voor u verborgen willen hou
den, zeide Kenueth zacht.
Gertrude klemde zich aan zijn arm vast
als had zij dien steun noodig om niet neer
te vallei
Zeg het mij ronduit, smeekte zij. Is
het waanzin?
Voor de eerste maal in zijn leven voel
de Kenueth Ford de verzoeking zich er
een leugen uit te trekken en ja te antwoor
den, maar daarop bedacht hij, dat het dan
nog maar beter was haar de waarheid te
zeggen
Ik bid u, zeg het mij, ik moet
weten, ter wille van Phillis, stamelde Ger
trude.
Van Phillis?
Waanzin is erfelijk, zij kon er ook
aangetast worden.
Kenueth Ford greep haar kleine zachte
hand.
Gertrude, zeide hij ernstig, vrees niets
voor Phillis, de ziekte van Chatterly is geen
waanzin.
Er moet iets in zijn toon geweest zijn
dat haar de waarheid deed vermoeden, want
zij deed geen verdere vragen, maar stamelde
vol ontzetting.
Thans moet ik er dankbaar voor zijn
dat mijn zoontje zoo vroeg gestorven is
Het is niet waarschijnlijk dat mijn kleine
Phillis zulk een toeval zal overgeërfd hebben
Er zullen misschien weer jaren ver-
loopen, voordat hij een nieuwen aanval
krijgt, zeide Kenueth Ford met bevende stem.
Geloof mjj, Gertrude, ik had er kort gele-
p door
den zelf nog in het minst geen vermoe
den van.
Ik geloof u, zeide zij eenvoudig, gij
zijt altijd zeer goed jegens mij geweest. Ge
moet ook niet boos zijn, dat ik gedwongen
heb, het mij te zeggen. Het is veel beter
voor mij. dat ik de waarheid ken. Nu is
mij veel opgehelderd.
Zij spraken verder geen woord totdat zij
aan de poort van het kasteel kwamen. Daar
liet Gertrude haar hand lang in die van Ke
nueth Ford rusten, toen hij haar goeden
nacht wenschte en zij was even vriende
lijk tegen hem als altijd, ondanks de vreese-
'ijke mededeeling die hij haar had gedaan.
Kenueth Ford keerde langzaam langs
den grooten landweg naar Lane-house
rug.
Hij wilde niet thuis komen voordat zijn
moeder reeds te bed zou zijn gegaan, want
hij was nu niet in een stemming om met
iemand te willen spreken, zelf niet met
haar.
Het was hem dan ook verre van aan
genaam, toen tusschen de boomen door een
man hem naderde en hij de stem van mr.
March herkende, die hem toeriep:
Goeden avond, mr. Ford. Het doet mij
genoegen u te ontmoeten. Ik zou zoo gaarne
willen, dat ge met mij naar huisgingtom
een glas punch te drinken en nog een pijp
te rooken.
Het is al zoo laat.
Neen, doe mij genoegen en sla het
niet af, ging de bewoner van Copsleighop
bijna smeekenden toon voort. Gij weet dat
ik een eenzaam man ben en ik heb er een
bijzondere reden voor om juist vanavond
buitengewoon naar uw gezelschap te ver
langen.
Goed, ik ga met u mee, antwoordde
Kenueth, maar ik zeg u voorat, dat ik in
geen vroolijke stemming ben, in tegendeel,
ik voel mij vanavond juist zeer zwaarmoedig.
Ge hebt zooeven lady Chatterly thuis
gebracht?
Ja.
Ik zag u voorbijgaan en ik heb ge
wacht tot gij terug zoudt keeren.
RDe gravin heeft er zich vanavond over
verwonderd, dat zij u nog in het geheel
niet gezien heeft.
Ik geloof niet, dat zij daar verlangend
naar is.
Waarom niet?
Zij is een aanzienlijke dame, welk be
lang zou zij in den eenzamen vreemdeling
stellen.
Menschen, die op het platteland wo
nen, stellen onwillekeurig belang in elkaar
merkte Kenueth op.
Zij stonden reeds voor het hek van Cop-
;igh.
March opende het met den sleutel en
nam zijn gast mee naar zijn kamer, een
groot, gezellig vertrek, dat goed verwarmd
was.
Het water stond op een spiritusvlam te
koken en weldra dampte de punch in de
glazen en hadden March en Kenueth hun
pijp aangestoken.
Het kon den scherpen blik van Kenueth
Ford niet lang ontgaan, dat zijn gastheer
tamelijk opgewonden was.
March kon niet stilzitten, onrustig schoof
hii op zijn stoel heen en weer en eindelijk
sprong hij op en liep de kamer heen en weer.
Ik moet met iemand spreken, anders
zal ik nog krankzinnig wordenriep hij
uit. Mr. Ford, kunt ge een geheim bewa
ren en mij raad geven?
Het eerste beloof ik u plechtig, zeide
Kenueth, en wat het tweede betreft, ik wil
er mijn best toe doen, hoewel ik niet kan
begrijpen, in welk opzicht gij mijn raad
zoudt noodig hebben.
Ja, zeker, ik heb raad noodig en nie
mand kan mij dien geven dan gij. Zeg mij
eens, is lady Chatterly gelukkig?
Kenueth Ford schrikte.
Hij richtte zich trots op en zeide op stroe
ven toon:
Het is mijn gewoonte niet metvriendeu
over dames uit mijn familie te spreken, mr.
March.
Wees niet zoo bits tegen mij, mr.
Ford; er is eens een tijd geweest, dat ik
geen vreemde voor Gertrude Monkton was.
Zij heeft hier wellicht nooit over mij ge
sproken, maar toch heeft zij mij eenmaal
boven alles ter wereld lief gehad. Ik wist
het toen niet, maar later heb ik het be
speurd. Zij had mij zoo lief, dat zij zich om
mijnentwille aan lord Chatterly verkocht.
Gij zjjt toch nietgij kunt
toch niet haar broeder zijn?
JaJ ik ben Cecil Monkton; ik ben in
Nortshire gekomen om te onderzoeken of
mijn zuster een gelukkige vrouw is, bij
den rijkdom die haar ten deel is gevallen
en bij den rang dien zij thans bekleedt.